0

{ CD&V-Ranst } PROGRAMMA GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN 2012 1

VOORWOORD 14 oktober 2012 is een dag van en voor de kiezer. Een dag waarop u mee kan bepalen hoe Ranst er binnen 6 jaar zal uit zien. CD&V Ranst is klaar om deze belangrijke taak op zich te nemen, en dit vanuit de visie dat elke Ranstenaar uniek is. {iedereen inbegrepen} is immers niet alleen een visie, het is ook een vaardigheid. CD&V Ranst speelde een belangrijke rol in de voorbije zes jaar. In die periode hebben we bewezen dat we niet alleen willen maar ook kunnen, niet alleen beloven maar ook doen. Er is hard gewerkt en veel gerealiseerd. CD&V Ranst is er voor iedereen: jong en oud, alleenstaanden, samenwonenden en gehuwden, man en vrouw. Als basis waarop ons programma is uitgebouwd geldt dan ook de aandacht voor elke Ranstenaar, zowel als groep of als individu. Iedereen in Ranst is uniek, en elk heeft zijn redenen om er graag te wonen. Wij komen naar u met een sterk en evenwichtig programma, waar elke Ranstenaar zich in kan terugvinden. Om dit programma te realiseren staat er dan ook een stevige en ambitieuze ploeg klaar. Ranst, daar zit pit in, is dan ook de nieuwe slogan van de gemeente. Afspraak op 14 oktober met CD&V Ranst. Ranst, mei 2012. Tine Muyshondt Lijsttrekker CD&V-Ranst. Hugo Prims Voorzitter CD&V-Ranst. Tine Muyshondt, Fernand Bossaerts, Nicole Damen, Eddy Bogaerts, Christel Meeus, Monique Beirinckx, Annemie Van Dyck, Robin Van de Peer, Jurgen Van Rymenant, Alain Netens, Bruno Van den Eynden, Ilse Van Eester, Dirk Verbruggen, Sven Verbruggen, Sofie Van Dijck, Els Van der Haegen, Karolien Acke, Peter Vingerhoets, Harry Das, Nicole Vantichelen, Jeannine Vingerhoets– Weyn, Evert Sels, Lut Goyens, Maria Huysmans–Dieltiens, Stan De Schutter 1. OPENBARE WERKEN, WEGEN EN RIOLERINGEN 1.1 VOET- EN FIETSPADEN 2

Goede fietspaden, wegen en voetpaden, het is voor elke weggebruiker, van klein tot groot, van snel tot traag even belangrijk. Een realistisch budget dat zowel preventief als grondig onderhoud mogelijk maakt is dan ook noodzakelijk. De verdere uitbouw van ons fietspadenstelsel is onontbeerlijk. Gezien de steeds toenemende verkeersstroom is de aanpak van probleemstraten door een heraanleg geen overbodige luxe. Aan elk dossier koppelen wij, waar mogelijk, de verdere uitbouw of verbetering van de fietspaden. Hiervoor wordt optimaal gebruik gemaakt van de subsidies die voorzien worden door de provincie, het Gewest, via de module 13 of van de subsidies voor de aanleg of verbetering door de lokale overheid. Voor de voetpaden is geen subsidiering voorzien. Voor deze werken wordt nauw samengewerkt met de nutsmaatschappijen zodat alle werken tegelijk kunnen uitgevoerd worden. 1.2 ONDERHOUD WEGEN De lijst van straten waar de voorbije 6 jaar gewerkt werd is lang. De lijst van straten waar nog gewerkt moet worden is dat eveneens. Het is dus noodzakelijk om deze trend verder te zetten. Een permanent en preventief onderhoud en het ontwikkelen van een lange termijn visie is noodzakelijk. Propere straten zijn voor iedereen aangenaam, propere goten zijn noodzakelijk voor een goede werking van onze rioleringen. De aankoop van een veegwagen draagt hier zeker toe bij. De veegwagen rijdt nu al ettelijke maanden rond en het resultaat is duidelijk zichtbaar. 1.3 RIOLERINGEN EN IBA’S Deze legislatuur werden er verschillende grote rioleringswerken uitgevoerd. Eén is nog in volle uitvoering, verscheidene zijn klaar om tot uitvoering over te gaan en er staan nog een aantal dossiers startklaar. Oude dossiers werden ook terug opnieuw opgestart, eens de termijn voorbij moet het hele dossier namelijk helaas helemaal opnieuw opgemaakt worden. Voor elk dossier wordt er gewerkt naar een optimale subsidiering. Er wordt niet enkel gestreefd naar de aanleg van de riolering, maar ook naar de volledige uitbouw van de straat met oog voor de zwakke weggebruiker. Er werd in deze legislatuur geen enkel project stopgezet en dat willen en moeten we in de toekomst ook zo houden. De voorbij 6 jaar werd veel werk gemaakt van het zoneringsplan. Hier wordt bepaald waar algemene riolering kan aangelegd worden en waar IBA’S ( Individuele Behandeling Afvalwaters )noodzakelijk zijn. Voor deze laatste worden jaarlijks informatievergaderingen georganiseerd zodat deze IBA’S optimaal kunnen geplaatst worden. Hiervoor werken we nauw samen met Riolink. Voor de opvang van regenwater zijn open grachten een noodzaak. Hier moet dan ook voldoende aandacht zijn voor de kruidruiming. Ook slibruiming is een noodzaak om de goede doorstroming van het water te garanderen. Een vast budget hiervoor is dan ook een absolute noodzaak. Wij hebben de voorbije jaren gestreefd naar een sober en degelijk beleid. Ook naar de toekomst toe willen we dit beleid verder zetten. 3

2. RUIMTELIJKE ORDENING Levenskwaliteit is voor ons van het allergrootste belang. Daarom willen we geen KMO-zone realiseren of verder uitbouwen zonder een adequate ontsluiting te voorzien. We zijn voor de herziening van het gemeentelijk structuurplan met aandacht voor de afbakening van de zones voor meergezinswoningen met aantal bouwlagen via GRUP (Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan). Ook het reglement inzake parkeergelegenheid bij nieuwbouw en verbouwing (vb. 1 parkeerplaats per wooneenheid) willen we respecteren. De Gecoro, de Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening, willen we verder uitbouwen tot een volwaardig adviesorgaan. In het kader van het grond- en pandendecreet willen we een sociaal woningbeleid voeren. We staan achter het principe van betaalbare woningen en een sociaal grondbeleid. Voor zonevreemde woningen en bedrijven maken we verder werk van de opmaak van ruimtelijke uitvoeringsplannen en tegen langdurige leegstand wensen we een belasting en specifieke acties. Verder willen we de uitbouw van het digitaal plansysteem realiseren. Dit zorgt voor een betere informatie qua bouwen, verbouwen en vergunningen. 4

3. CULTUUR ,SPORT, TOERISME, VERENIGINGEN Het cultuurbeleid wordt gevoerd aan de hand van een cultuurbeleidsplan, dat jaarlijks bijgestuurd en geëvalueerd wordt. Het cultuurbeleid wordt mee aangestuurd door de gemeentelijke cultuurraad, de cultuurkoepel, het beheersorgaan en de verenigingenraad. De raden zijn samengesteld uit inwoners van de gemeente en zij engageren zich vrijwillig. Zij komen vanuit de diverse culturele verenigingen en doen zo een zeer positieve inbreng. Er zal een voortgezet beleid gevoerd worden naar de verenigingen i.v.m. de subsidies via reglement en logistieke steun. In de toekomst moet verder geïnvesteerd worden in de accommodaties voor de verenigingen, en zeker in het gemeenschapscentrum ‘Den Boomgaard’. Op de Moervelden moet een sanitaire blok gebouwd worden en de bestaande loodsen aangepast. Een retributie en gebruikersreglement zal hiervoor moeten opgemaakt worden. Jaarlijks zullen er weerkerende evenementen worden opgezet in samenwerking met de verschillende diensten van de vrije tijd. In de programmatie, zowel in Den Boomgaard als op externe locaties moet er verder gewerkt worden, rekening houdend met de verschillende doelgroepen in onze gemeenten, waaronder, senioren, gezinnen, jeugd … Er wordt gestreefd naar een tiental voorstellingen op jaarbasis en een schoolprogrammering voor elke graad. Er zal een computerprogramma moeten opgezet worden zodat alle lokalen en uitleendiensten digitaal kunnen gereserveerd worden. Zodra dit in werking is kan er verder gegaan worden naar de opening van een evenementenloket, met flexibele openingstijden. De bestaande culturele samenwerking IKA, met Schilde, Brecht en Brasschaat verder zetten zodat er grotere evenementen kunnen plaatsvinden die de draagkracht van 1 gemeente overschrijdt. Documentatie en Erfgoed nemen binnen cultuur een speciale plaats in. Met de grootste zorg waakt de documentatieraad over het bewaren en doorgeven van de geschiedenis van Ranst. Van oude filmpjes tot vlaggen en vaandels, van artikels tot geschriften allerlei, zo stellen zij het verleden van Ranst terug samen en zorgen zij er voor dat onze rijke geschiedenis niet verloren gaat. Deze taak moet zeker verder gezet worden en ondersteund worden, zowel financieel als organisatorisch, door de gemeente. De bibliotheek is een centrum voor informatie en educatie, de hoofdbibliotheek zal in die zin verder moeten uitgebouwd worden. Er dienen hiervoor infrastructuurwerken uitgevoerd te worden, die deze aanpak mogelijk maakt. De informatie en communicatie van de vernieuwende activiteiten moeten duidelijk gevoerd worden. De uitleenpost zal in Emblem in een nieuwe locatie komen en ook toekomstgericht ingericht worden. Een kwaliteitsvolle en eigentijdse sportinfrastructuur is de basisvoorwaarde om te kunnen sporten. Het voorzien in een basisinfrastructuur voor clubs en individuele burgers vraagt dan ook permanent aandacht. Het is een basisdienstverlening. De sportclubs moeten een financiële en logistieke ondersteuning krijgen via reglement en sportfonds voor gebouwen. De reservatie en de sportkalender moet ook via website kunnen geraadpleegd en gereserveerd worden. Via allerlei initiatieven moeten de inwoners met plezier aangezet worden tot sporten en dit een leven lang. De initiatieven moeten zich dan ook richten op de verschillende leeftijdsgroepen, rekening houdend met de vergrijzing en met personen met een handicap. Toerisme, kan in allerhande activiteiten zich ook richten tot verschillende doelgroepen. Er is al een waaier aan fietsmogelijkheden via de bestaande fietsknooppunten van de provincie. Bij de vernieuwing en onderhoud van de fietspaden moet hier ook rekening mee gehouden worden. De bestaande wandelpaden moeten goed onderhouden blijven. De raad voor toerisme organiseert tal van aantrekkelijke activiteiten in combinatie met onze streekproducten. 5

4. GEBOUWEN EN MONUMENTEN 4.1 GEBOUWEN Onze eerste aandacht gaat naar de bouw van een nieuwe technische dienst. De gronden hiervoor werden aangekocht aan de Van Den Nestlaan. Aangezien deze locatie veel centraler in onze gemeente ligt zal een snellere en betere dienstverlening mogelijk zijn. Zowel naar oppervlakte als naar eventueel hergebruik van de loodsen heeft deze locatie geweldige kansen. Voor de eigen verenigingen kan er ruimte voor stockage voorzien worden. Dit biedt heel wat mogelijkheden naar de toekomst toe. Momenteel zijn onze eigen gemeentelijke diensten ondergebracht in een zeer oude infrastructuur die niet meer voldoet aan de hedendaagse normen voor het personeel. De verschillende diensten liggen ook verspreid over het huidige terrein. Door de aankoop van deze gronden kunnen de gemeentelijke diensten een meer centrale werking uitbouwen. Het is de opdracht van een goed bestuur om haar patrimonium goed te beheren en te onderhouden. Door een gestructureerde aanpak moeten de gebouwen jaarlijks gecontroleerd worden. Ze worden onderhouden als een goede huisvader of moeder met oog voor herstelling op korte en lange termijn. Er moet aandacht zijn voor een gecombineerd gebruik zoals de turnzalen en de refters in de scholen, het domein de Moervelden en de vergaderzalen enz… Via een eenvoudig computerprogramma moeten ze kunnen gereserveerd worden. Hiervoor dienen de nodige afspraken vastgelegd of aangepast te worden. 4.2 MONUMENTEN Het bestuur heeft de opdracht de historische gebouwen te onderhouden en indien nodig dossiers op te starten om de juiste restauratiewerken te laten uitvoeren. Regelmatig onderhoud en inspectie is nodig om te grote restauratiewerken te beperken. Wat de subsidiering betreft is er heel wat veranderd waardoor de gemeente in de toekomst hiervoor vele middelen zal moeten aanwenden. We moeten ook veel aandacht besteden aan ons historisch erfgoed. Heel wat inwoners zijn betrokken via de werking in de heemkundige kringen. Het bestuur moet hier ook financieel en logistiek steunen. De documentatieraad levert heel wat werk i.v.m. het inventariseren van ons gemeentelijk historisch erfgoed en bij de organisatie van open monumentendag en erfgoeddag. Ons verleden kennen en bewaren heeft een grote waarde voor onze gemeente. De nodige onderhoudswerken in het gebouw van de documentatieraad moeten uitgevoerd worden. 6

5. SENIOREN Door de vergrijzing kennen we een stijgende behoefte aan ouderenzorg. Deze stoot echter op de beperkte middelen die er vanuit de overheid beschikbaar zijn. De zorg voor senioren zal slechts haalbaar blijven mits een degelijke professionele zorgsector en mits het bevorderen van het vrijwillig engagement. Bejaarden, zorgbehoevenden, zieken,… ze vertoeven het liefst zo lang mogelijk in hun eigen vertrouwde thuismilieu. Daarom dienen de zorg in gezins- of familieverband, de diverse thuiszorginitiatieven en het engagement van mantelzorgers en vrijwilligers, door ons lokale beleid bevorderd en ondersteund te worden. Een verdere goede afstemming tussen de thuiszorg en de residentiële zorg is noodzakelijk. Niet alle senioren kennen hun rechten en sociale voordelen. Om hen hierover op de hoogte te brengen hebben we info-fiches uitgewerkt en werd een huisbezoekenteam opgericht om de mensen thuis te bezoeken en te informeren over hun rechten. Het aanbod naar onze senioren is vandaag al vrij breed, maar een specifiek aanspreekpunt voor senioren kan hier zeker een meerwaarde betekenen voor onze mensen. De start van onze dienstencheque-onderneming is een initiatief dat past in dit kader en we bouwen dit verder uit. De dienst gezinszorg geniet de waardering van onze senioren. De vraag is om deze dienst, verder uit te bouwen. Het aanbod warme maaltijden aan huis is intussen een vaste waarde en de vraag naar pas-toestellen blijft verder groeien (intussen meer dan 120). De minder-mobielen-centrale is een mooi voorbeeld van inzet van vrijwilligers naar deze groep. Ook hier stellen we elk jaar een groei vast van deze dienstverlening. Het beleid moet verder gepaste aandacht besteden aan het dreigend sociaal isolement en de eenzaamheid bij een grote groep zorgbehoevende senioren. Gelet op de vergrijzing van de bevolking zal deze problematiek alleen maar toenemen. Als lokaal bestuur moeten we organisaties en initiatieven die deze problematiek aanpakken ondersteunen en stimuleren. Het is dan ook aangewezen een aanspreekpunt voor de senioren in het leven te roepen. Indien mogelijk kan dit een seniorenconsulent zijn. Soms zijn woningen niet meer aangepast aan een aantal elementaire menselijke en sanitaire behoeften. Ook een verandering in de persoonlijke fysieke situatie kan een woning ongeschikt maken (bv rolwagengebruikers of bedlegerige mensen). In een aantal gevallen kan met behulp van aanpassingswerken (al dan niet gesubsidieerd) een antwoord worden geboden aan deze problematiek. 7

6. JEUGD De jeugd is onze toekomst. Voor onze partij is dit steeds een leeftijdsgroep geweest die de nodige aandacht en ruimte verdient. De voorbije legislatuur werd deze bevoegdheid door onze partij ingevuld. Een goede samenwerking en een grote betrokkenheid leidde tot vele initiatieven en een sterke agenda. De kern van het jeugdbeleid is de jeugddienst. Hier worden de krijtlijnen uitgezet voor een periode van telkens 3 jaar. Bepaalde thema’s krijgen dan gedurende een bepaalde periode extra aandacht. (bv. brandveiligheid, informatie, jeugd en cultuur,…). Zij zorgen ook voor de volledige organisatie van de speelpleinwerking. Verder worden nog verschillende initiatieven genomen zoals de buitenspeeldag, voorleesmomenten, opmaak jongerengids, toneel enz. Samen met ‘Cultuur’ wordt ook dansen bij valavond georganiseerd. De kinderraad is ook een initiatief van de jeugddienst. De Jeugdraad is een autonome adviesraad die een belangrijke bijdrage levert aan de jeugdwerking. Een afvaardiging van elke jeugdvereniging en jeugdhuis zorgen voor een raad die de problematiek en de pijnpunten zeer goed kent. De vergaderingen worden altijd bijgewoond door de jeugdconsulent en de schepen van jeugd die een aantal punten en vragen verder uitwerken en ter sprake brengen bij het bestuur. Zo werden reeds oplossingen uitgewerkt rond milieu, veiligheid, kerstboomverbrandingen, lokalen enz. De bouw van een lokaal voor jeugdhuis Basta in Oelegem kende hier ook zijn start. Een aantal initiatieven worden ook verder uitgewerkt zoals Festival J, ons eigen jeugdfestival (dat nu voor de tweede keer zal georganiseerd worden), een kookcursus, EHBO cursus enz. De speelpleinwerking kende de voorbij jaren een stijgend succes. Tijdens de vakantie komen hier dagelijks tot zo’n 150 kinderen spelen. We kunnen hier steeds rekenen op een enthousiaste groep jonge mensen die het geheel begeleiden. Voor de kinderen van 4 tot en met 12 is er de speelpleinwerking. De ouderen van 12 tot 15 jaar kunnen terecht bij de SWAP werking die sinds 3 jaar terug wordt georganiseerd. Ook de inrichting van speelpleintjes maakt deel uit van het jeugdbeleid. De voorbij jaren werden er jaarlijks minstens 20.000 euro geïnvesteerd om de aankoop van speeltoestellen mogelijk te maken. Enkele nieuwe speelpleintjes werden zo gerealiseerd. Er werd de voorbije 6 jaar goed werk geleverd en geïnvesteerd in de jeugd. Hier stopt het echter niet. Zaken zoals de financiële tussenkomst bij het kampvervoer, logistieke ondersteuning, werkingsmogelijkheden voor jeugdraad en kinderraad, de constante uitbouw en vernieuwing van onze speelpleintjes moeten verder gezet worden. Er zijn ook nog actiepunten waar we graag werk van willen maken. Het gebrek aan een fuiflocatie is hier een belangrijke prioriteit. Onze eigen jeugd moet kunnen feesten in de eigen omgeving. Als gezinspartij wensen wij dit sterk te benadrukken. Onze jeugd vraagt om een eigen locatie zodat zij op een creatieve manier kunnen fuiven. Vele fuiven worden opgebouwd rond een thema, beach, schuim, formitastisch, enz. op hun creativiteit mag geen rem staan. Ook de vraag naar skateruimte blijft actueel. De opbouw van een gebouwenfonds moet het mogelijk maken voor jeugdverenigingen en jeugdhuizen om met subsidiering te blijven investeren in hun lokalen. 8

7. KINDEROPVANG EN ONDERWIJS 7.1 KINDEROPVANG In de sector van de kinderopvang dient onze gemeente in de eerste plaats een regierol op zich te nemen en het bestaande aanbod te stimuleren en te ondersteunen. Kinderopvang zoeken is soms een hele opdracht voor de ouders. Ze moeten aankloppen bij verschillende kinderopvanginitiatieven in de hoop “toch maar ergens” een plaatsje te vinden. We zullen in het kader van het “decreet kinderopvang” een “lokaal loket kinderopvang” oprichten, waar ouders terecht kunnen voor hulp en bijstand. Er wordt nu in alle scholen in onze gemeente een voor- en naschoolse kinderopvang voorzien. Ook de speelpleinwerking komt tegemoet aan een grote vraag tijdens de schoolvakanties. Vanuit de gemeentelijke adviesraad kinderopvang wordt nadrukkelijk de vraag gesteld om te starten met buitenschoolse opvang om te beantwoorden aan de stijgende vraag. Als gezinspartij zullen we hiervoor nieuwe initiatieven ontwikkelen. In de deelgemeente Emblem wordt een nieuwbouw gerealiseerd waar de eerste kinderopvang zal ingericht worden. Stap voor stap zal er moeten verder gewerkt worden in de verschillende deelgemeenten. De consultatiebureau’s van KIND EN GEZIN, waar baby’s en peuters tot hun derde levensjaar medisch worden opgevolgd, worden vanaf volgend jaar omgevormd tot de HUIZEN VAN HET KIND. De dienstverlening wordt daarbij uitgebreid met onder meer psychosociale en pedagogische ondersteuning. De infrastructuur die momenteel door het OCMW ter beschikking wordt gesteld aan deze dienst hebben we voorzien van een veilige parkeerzone en de ruimte zelf zal ook aangepast worden aan de nieuwe noden die er zijn. 7.2 ONDERWIJS Het is in de eerste plaats de taak van de gemeenten om de scholen verder uit te bouwen naar nieuwe behoeften. Het lager onderwijs evolueert steeds verder in de richting van informatica. Er moeten in alle klassen digitale borden voorzien worden. I-pads voor de leerlingen zal ook zijn intrede doen in de scholen. Het bestuur is verplicht flankerend onderwijsbeleid te voeren. Naast het onderhoud van de gebouwen moet er eveneens veel aandacht besteed worden aan veilige schoolomgevingen. De gemeente subsidieert het volwassenonderwijs. VOR zal blijven taal- en ict- onderwijs inrichten en cursussen organiseren waarvoor er behoefte is. Dit kan gepeild worden a.d.h.v. een enquête. We moeten blijven samenwerken met de academie voor muziek, woord en dans en de academie voor beeldende kunst van Lier. Zo kunnen we de jongeren deze opleiding dichtbij huis aanbieden. 9

8. OCMW, SOCIALE ZAKEN, HUISVESTING, GEZONDHEID 8.1 ALGEMEEN Ons “lokaal sociaal beleid” in Ranst omvat een breed spectrum van werking en dienstverlening. We zullen verder werken aan een geïntegreerd lokaal welzijnsbeleid. Een goede coördinatie van het dienstenaanbod van gemeente en OCMW, vanuit een beleid dat gedragen wordt door de beide besturen en een meerwaarde biedt voor de mensen van Ranst, dat moet de uitdaging zijn. Vanaf 2013 zal de voorzitter van het OCMW tegelijk volwaardig schepen zijn. De verruiming van dit mandaat zal hiertoe zeker een bijdrage leveren. Door meer samenwerking tussen gemeente en OCMW zal onze efficiëntie verhogen en kunnen we kostenbesparingen realiseren. Belangrijk hierbij is dat de eigenheid, de objectieve opstelling, en de eigen dynamiek van het OCMW als motor van het lokale welzijnsbeleid bewaard blijven. Als openbaar bestuur zullen we niet alle dienstverlening zelf organiseren. Voor een aantal domeinen treden we faciliterend op of zoeken we samenwerkingsverbanden. Naast onze kerntaken focussen we ons op de regierol in een aantal domeinen. We hebben als doel een efficiënt maar tegelijk zuinig beleid te voeren. Dit betekent enerzijds besparen waar mogelijk, maar tegelijk investeren in de toekomst. 8.2. BETAALBAAR WONEN Voorzien in betaalbare woningen voor zowel jongeren, ouderen, gezinnen en alleenstaanden is en blijft een belangrijke doelstelling. In het verleden werd al geïnvesteerd in seniorenwoningen, serviceflats en noodwoningen. Intussen zijn we gestart met de bouw van de eerste sociale huurwoningen in onze gemeente. Een tweede project, de Speltlaan, is in volle voorbereiding. Dit zal een mix zijn van sociale koop- en huurwoningen. We bouwen deze woningen ten behoeve van inwoners die in onze gemeente willen blijven wonen. Daarom werken we voor de toewijzing van deze woningen een lokaal toewijzingsreglement uit. Het OCMW beschikt nog over bouwgrond in onze gemeente. Deze terreinen zullen ingezet worden om betaalbare gronden te creëren om inwoners de kans te geven in onze gemeente te blijven wonen. Hiermee hebben we een beweging op gang gebracht die ons moet leiden naar voldoende sociale woningen in het kader van het vooropgestelde sociaal objectief voor onze gemeente. 10

8.3 BEREIKBAARHEID DIENSTVERLENING De vlotte bereikbaarheid en de laagdrempeligheid van onze dienstverlening zal verder onze aandacht genieten. Voor diegenen die moeilijkheden ondervinden om onze kantoren te bereiken voorzien wij huisbezoeken via ons team dat hiervoor speciaal werd opgericht. Met grote frequentie worden mensen die minder mobiel zijn op hun vraag thuis geïnformeerd over onze dienstverlening. 8.4 GEZONDHEIDSZORG De afgelopen jaren werden diverse initiatieven genomen. Met medewerking en ondersteuning van LOGO Antwerpen en het provinciebestuur werden preventie-acties georganiseerd om ziekten te voorkomen of vroegtijdig op te sporen. Bijzondere aandacht zullen we blijven tonen voor initiatieven rond opvoedingsondersteuning en acties ter bevordering van de mentale en fysieke gezondheid van onze senioren. 8.5 ACTIVERING / TEWERKSTELLING Het is onze ambitie om de verschillende tewerkstellingsinitiatieven goed op mekaar af te stemmen en op die manier willen we via activering en tewerkstelling mensen terug een plaats bezorgen in onze maatschappij die hen leidt naar meer welzijn. 11

9. ONTWIKKELINGSSAMENWERKING EN ASIELBELEID Het asielbeleid is een federale verantwoordelijkheid. De aanwezigheid van een opvangcentrum in onze gemeente betekent dat zowel gemeente, OCMW en lokale politie belast worden met bijkomende administratieve, logistieke en diverse andere opdrachten. De financiële impact van deze taken is aanzienlijk. De kosten die gepaard gaan met deze werking mogen niet worden afgewenteld op onze inwoners. Daarom eisen we dat de dienstverlening, waartoe we wettelijk verplicht zijn als lokaal bestuur, op een correcte manier financieel vergoed wordt door de federale overheid. Enkel op deze manier kunnen we onze maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen. Verder rekenen we op een rechtvaardig, streng en efficiënt asielbeleid, met daaraan gekoppeld de afbouw van het grote aantal asielzoekers in procedure, die nu worden opgevangen in overbevolkte centra. De Gemeentelijke Raad voor Ontwikkelingssamenwerking (GROS) speelt een belangrijke rol in het opvolgen, aanmoedigen van de plaatselijke initiatieven. Via een subsidiereglement wordt er een grote financiële bijdrage door de gemeente geleverd. GROS sensibiliseert de inwoners van Ranst door aanwezig te zijn op talrijke evenementen. Jaarlijks wordt er een film geprojecteerd waarin een belangrijk thema wordt belicht. Plaatselijke projecten op het gebied van ontwikkelingssamenwerking willen we verder ondersteunen en stimuleren. Sensibiliseren willen we vooral op het vlak van Noord-Zuid beleid. Verder willen we onderzoeken of Ranst in aanmerking komt als fair trade gemeente. 12

10. POLITIE ,VEILIGHEID EN VERKEERSVEILIGHEID 10.1 POLITIE Een belangrijke schakel tussen burger en de politie is de wijkagent. Het is zeer belangrijk dat deze voldoende zichtbaar is in het straatbeeld, te voet of per fiets zodat hij makkelijk aanspreekbaar is. Een vast ontmoetingsmoment tussen burger en wijkagent is zeker een meerwaarde. De interventies in het asielcentrum blijven veel tijd vragen van ons politiekorps. Blijven aandringen op voldoende financiële en logistieke ondersteuning op federaal niveau is dan ook noodzakelijk. Voor de vele kleinere overtredingen is een GAS (gemeentelijk administratieve sanctie) ambtenaar sterk aanbevolen. Voor deze functie kunnen we beroep doen op een eigen ambtenaar of de uitbesteding hiervan. Beide mogelijkheden dienen snel onderzocht te worden zodat de aanstelling van een GAS ambtenaar waar we sterk voorstander van zijn, zonder uitstel kan gebeuren. 10.2 VEILIGHEID De BIN projecten (Buurt Informatie Netwerk) zijn een verdoorgedreven samenwerking tussen wijkbewoners en de politie. Zij streven het bevorderen van preventie en toezicht na. Deze werking moet zeker verder uitgebreid worden. Een goede financiële en praktische ondersteuning is hier zeker geen overbodige luxe. Een jaarlijkse bijeenkomst binnen de gemeente zou ondersteunend en informerend zijn. Voor de algemene politiewerking kan er meer via campagnes gewerkt worden zoals bv. inbraakpreventie, drugspreventie en info allerlei. In de maandelijkse verkeerscommissie is zowel de politie als de technische dienst een vaste meerwaarde. Ook de brandweer vindt een plaats onder het luik veiligheid. Gezien de aanwezigheid van een industrieterrein en de grote uitgestrektheid van ons grondgebied verdienen ook zij de nodige aandacht. Onlangs werd nog geïnvesteerd in een nieuwe brandweerwagen en nieuwe uitrusting. Verdere investeringen zullen in de toekomst nodig blijven zodat zij hun taak goed kunnen blijven uitvoeren. De brandweerhervorming op zich zal op de voet gevolgd worden, enkel zo kunnen zij hier versterkt uit komen. 10.3 VERKEERSVEILIGHEID Het beleid rond verkeerveiligheid is opgebouwd rond 2 pijlers: De opvoeding: Met de ROB (rustig op de baan) actie, de schoolactie met de fluo vestjes en de dode hoek-acties. Ook de verkeersopvoeding door onze politie op de scholen, bv. het fietsexamen, is een grote meerwaarde. Bovendien zorgen we er voor dat er bij elke schoolverplaatsing per fiets passende politiebegeleiding is. Als tweede pijler: Het onderhoud en nieuwe aanleg van wegen waarin de verkeersveiligheid een belangrijke factor is. Belangrijke aandachtspunten hierbij zijn de dynamische borden, welke enorm opvallen en reeds hun efficiëntie hebben bewezen en een betere naleving van het voetgangerscharter. Dit charter waarborgt de veiligheid van de voetganger bij grote werken. Voor de verkeersveiligheid kan er ook best gewerkt worden volgens een beleidsprogramma, waarbij er elke 2 jaar een specifiek thema wordt gekozen. Gedurende die hele periode wordt dan rond dat thema gewerkt. 13

11. MOBILITEIT De leefbaarheid van onze gemeente wordt mee beïnvloed door een goede bereikbaarheid van en naar het werk, dorpscentra, winkels, recreatieruimten , e.a. Dit vereist een duurzame en goede visie op mobiliteit die gebaseerd moet zijn op het STOP-principe (eerst Stappers, daarna de Trappers, Openbaar vervoer en Privaat vervoer). De gemeente kan maar een goed mobiliteitsplan uitvoeren nadat de hogere overheid beslissingen neemt en uitvoering geeft naar ontsluiting en bereikbaarheid van autostrades en andere grote wegen. Ons huidige mobiliteitsplan moet verder afgestemd worden op deze plannen van de hogere overheid. De verbindingen naar autosnelwegen zijn hierbij belangrijk om de huidige verkeersstromen door onze dorpen en verkavelingen te minderen. Vanuit CD&V Ranst vragen we aan de Vlaamse overheid om langsheen de E313 een parallelweg aan te leggen welke een verbinding maakt tussen het op- en afrittencomplex te Wommelgem en Massenhoven. Op deze parallelweg kunnen onze gemeentewegen aansluiten, waardoor veel doorgaand verkeer in de onze dorpskernen wordt vermeden en het tevens ontsluiting geeft aan de KMO-zones. Ook de doortrekking van de Ter Stratenweg richting Oelegemsesteenweg kan bijdragen tot een betere en veiligere doorstroming van het KMO-verkeer. Het huidige tracé -gewestweg N116- van de omleidingen rond Broechem en Ranst zoals getekend op het gewestplan moeten in afspraak met het Gewest worden geëvalueerd om tot een beslissing te komen over al of niet behoud ervan. Aangezien onze dorpscentra steeds meer verkeer aantrekken moeten er beslissingen genomen worden via inspraak met bewoners, buurt en politie om tot een veiligere mobiliteit te komen. Bijzondere aandacht moet uitgaan naar kinderen en jongeren. Het gebruik dat zij maken van de openbare ruimte staat onder druk. Infrastructuur en bebouwing beperken de hoeveelheid publieke ruimte. Veel gebruikers zijn slechts aanwezig in de publieke ruimte met als voornaamste doel ‘onderweg’ te zijn. Maar kinderen en jongeren maken er vaak intensief gebruik van. Zij “verblijven” er en “hangen er rond”. De fietsverbindingen zullen verder aangelegd worden vanuit het bestaande bovengemeentelijk en gemeentelijk fietsroutenetwerk. Steeds meer worden onze landelijke wegen gebruikt als recreatie door fietsers. We willen het opnemen van trage wegen en verkeersveilige fietsverbindingen ondersteunen. De toegankelijkheid van het publieke domein wensen we te realiseren vanuit de richtlijnen van het DOD – principe: - Doorgangen voldoende breed, hoog en obstakelvrij, - het Oppervlak voldoende effen, vlak, slipvrij en rolstoelvast, - Drempels die in het voetgangersgebied vermeden worden. 14

12. LANDBOUW, KMO, LOKALE ECONOMIE 12.1 LANDBOUW CD&V wenst Ranst te behouden als een landelijke gemeente met kansen voor land- en tuinbouw. Dit betekent geen uitholling van landbouwgebieden maar een duidelijke afbakening ervan. In samenspraak met het provinciebestuur worden ook de zones voor glastuinbouw afgelijnd. We dienen mogelijkheden te geven naar schaalvergroting en hedendaagse bedrijfsuitbating. Ook dienen we oog te hebben voor nieuwe activiteiten binnen de agrarische sector, zoals agrarisch natuur- en landschapsbeheer, productie van energie en grondstoffen voor biobrandstoffen. Vanuit CD&V geven we aan de gemeente een belangrijke rol in de imago-ondersteuning van onze land- en tuinbouw. Thuisverkoop en -verwerking worden opgenomen in het toeristisch aanbod en streekproducten kunnen aangeboden worden bij gemeentelijke evenementen. In onze samenleving zijn velen vervreemd van land- en tuinbouw. Het is belangrijk dat kinderen en jongeren vertrouwd blijven met de productie van voedsel en de omgang met dieren. De aanwezige land- en tuinbouw geven mogelijkheden om via schoolbezoeken en opendeurdagen kennis te maken met de hedendaagse productie van fruit, groenten, zuivel en andere landbouwproducten. Hier wensen we vanuit de gemeente ondersteunend mee te werken. De vertegenwoordiging van actieve land- en tuinbouwers in de gemeentelijke milieuraad en gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening (Gecoro) is noodzakelijk om de belangen en aanbod van de sector te kennen en ermee rekening te houden in het gemeentelijk beleid. 12.2 KMO, LOKALE ECONOMIE Het gemeentebestuur staat het dichtst bij de ondernemers. Ze kennen hun ondernemers bij naam. De gemeente bepaalt of een onderneming zich thuis voelt en kan groeien. Voor de lokaal actieve KMO’s en handelszaken is de locatie uiteraard belangrijk voor het aantrekken van klanten, voor het bereik van leveranciers en voor het zoeken van personeel. In onze gemeente moet er een ambtenaar zijn die het aanspreekpunt is en de verantwoordelijkheid draagt over de gemeentelijke economie en die de beleidsmaatregelen hieromtrent op elkaar afstemt. In het budget moeten er voldoende middelen zijn om het economisch beleid te sturen, weliswaar ingeschreven op verschillende departementen. Er moet een aantrekkelijk detailhandelsbeleid gevoerd worden en voldoende stimulerende maatregelen uitgewerkt worden, startend vanuit de provinciale studie. De samenwerkingsverbanden die er bestaan in de verschillende deelgemeenten moeten financieel en logistiek blijven gesteund worden. De samenwerking met PWA en de lokale werkwinkel moet gestimuleerd worden in hun initiatieven. In de voorbije legislatuur werden geen vergunningen verleend voor nachtwinkels. Dit om de concurrentie met de lokale handelaars te vermijden. 15

13. GROEN, LEEFMILIEU, AFVAL, DUURZAME ONTWIKKELING 13.1 GROEN We ijveren naar aangepaste beplantingen voor straten en pleinen, rekeninghoudend met aanwezige ruimte en nutsleidingen. Hierbij willen we zo veel mogelijk gebruik maken van streekeigen beplantingen, maar letten we wel op met schadelijke planten en bomen (vb. perenvuur). Het onderhoud van de bermen gebeurt volgens het bermdecreet, waar mogelijk via aanbesteding en sociale tewerkstelling. Bijzondere aandacht gaat naar het onderhoud van grachten en bermen in nieuwe verkavelingen en na de heraanleg van wegen. Vroegere militaire domeinen willen we verder voorzien van aanplantingen, groenzones en buffering, en op kerkhoven komt er meer aandacht voor groenaanleg en gras. 13.2 MILIEU Door de invoering van het nieuwe systeem, 15x gratis en daarna 5€ per beurt, werd reeds veel afvaltoerisme geweerd. De mogelijkheid om 2x op 1 dag het containerpark te bezoeken komt tegemoet aan een veel gestelde vraag. Daarnaast wordt de werking van het containerpark verder uitgebouwd, de openingsuren zullen meer rekening houden met de seizoenen. Daarnaast willen we afvalpreventie en recyclage meer promoten. Andere aandachtspunten binnen de milieuproblematiek zijn de geluidschermen naast de autosnelwegen, een vuurwerkreglement, een milieuraad met vertegenwoordiging van alle sectoren. De geluidschermen langs de autosnelwegen zijn reeds ver gevorderd in planning en realisatie. Ook het sluikstorten blijft een niet te verwaarlozen probleem. Gezien de veelvuldige aanvragen zal er gezocht worden naar een oplossing voor de overvloed aan bladeren in bepaalde straten. Het plaatsen van bladkorven kan hier een oplossing bieden. In alle openbare gebouwen streven we ook naar duurzame ontwikkeling en energiezuinige toepassingen en naar een meer polyvalent gebruik van de gebouwen. 16

14. FINANCIËN In deze legislatuur is er werk gemaakt van de verdere schuldafbouw. We willen deze manier van werken verderzetten en tegelijk ruimte creëren om de noodzakelijke investeringen te kunnen doen. We zijn voorstander van een efficiënt en gezond beleid. Een gemeente besturen kost geld en vereist een goed financiëel beleid. Er kunnen geen uitgaven gedaan worden zonder inkomsten te innen. Het heffen van lokale belastingen en andere lasten zal dus steeds noodzakelijk zijn. Sommige vormen van belasting kunnen herbekeken worden zodat de reglementeringen geoptimaliseerd worden naar de huidige gebruiken. Zo is bv. de belasting op drijfkracht verouderd en aan vernieuwing toe. Subsidies zullen ook steeds aangepast worden aan de index. Bij het gebruik van het containerpark hanteren we het principe van ‘de vervuiler betaalt’. Wat betreft de afvalophaling blijven de gratis aantal huisvuil- en PMD zakken behouden. Dit past in het algemeen beleid tegen het sluikstorten. In ruil voor de personenbelasting krijgt elke burger een basisservice/pakket. Evolutie kredietportefeuille 2007 - 2011 jaartal 2007 kredietportefeuille nieuwe kredieten 2008 0 2009 0 2010 0 2011 17.938.112 14.767.735 13.556.858 12.313.082 11.294.139 0 0 17

15. INFORMATICA & COMMUNICATIE 15.1 INFORMATICA We streven ernaar om de digitale snelweg niet te missen, alle mogelijke toepassingen die de communicatie en informatie via deze kanalen kan bevorderen te onderzoeken en toe te passen. De communicatie tussen de gemeente en de burgers is zeer belangrijk. De GIS (geografisch informatie systeem) systemen worden operationeel zodat dienstverlening efficiënter en sneller kan. Ook in digitale schoolborden zal in de toekomst verder geïnvesteerd worden. Wat betreft de dienstverlening naar de burger toe willen we in alle openbare gebouwen internet mogelijkheden voorzien (gratis WIFI). In die optiek wordt ook het e-government verder uitgebouwd, zodat we alle beschikbare aanvragen en documenten via de website kunnen laten verlopen. Een permanente opleiding en vorming is en blijft noodzakelijk voor iedereen die met deze materie te maken heeft. 15.2 COMMUNICATIE Op dit ogenblik zijn de belangrijkste kanalen: de website van de gemeente, ‘Ranstinfo’ en ‘Ranstactueel’. Er zijn aankondigingborden, maar we hebben geen elektronische lichtkrant. Deze moeten nog voorzien worden. De informatiebladen blijven een belangrijk informatiekanaal maar deze zouden eigentijdser en moderner mogen uitgebouwd worden. Ook de verdere uitbouw en meer accurate opvolging van de website is van groot belang. Zowel in de informatiebladen als op de website willen we meer ruimte geven aan de eigen verenigingen. De toevoeging van facebook als bijkomend informatiekanaal willen we verder onderzoeken. Ter bevordering van de interne communicatie willen we ook de burgers dichter bij elkaar brengen via zomerse ontmoetingsavonden per wijk. Deze kunnen georganiseerd worden in samenspraak met de gemeente en de wijkcomités. 18

16. PERSONEELSBELEID In een voortdurend evoluerende samenleving en er meer en meer taken worden opgelegd aan een gemeentebestuur, moeten we streven naar een kwalitatief personeelsbestand. Het gemeente- en het OCMW bestuur wenst een goede werkgever te zijn. Door een permanente en doorgedreven vorming van het personeel streven we naar een goede dienstverlening. De leidinggevenden moeten de nodige steun krijgen van het bestuur om het team van medewerkers optimaal te laten functioneren. Er moet een open gesprekscultuur zijn tussen de medewerkers en hun werkgever. Het verhoogt de motivering en het gevoel van erkend en gewaardeerd te zijn. De afspraken die opgenomen zijn in de rechtspositieregeling van het personeel moeten correct nageleefd worden door beide groepen. Activiteiten voor en door medewerkers te organiseren verhoogt de teamgeest. Door tevreden en gewaardeerde medewerkers verhogen de klantvriendelijkheid en de dienstverlening naar de burgers van de gemeente. COLOFON Dit is een uitgave van CD&V-Ranst. Niets mag zonder voorafgaandelijke toestemming worden gekopieerd, vermenigvuldigd of geciteerd. Verantwoordelijke uitgever. Hugo Prims, voorzitter. Schransken 10 2520 Oelegem 19

1 Online Touch

Index

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5
  6. 6
  7. 7
  8. 8
  9. 9
  10. 10
  11. 11
  12. 12
  13. 13
  14. 14
  15. 15
  16. 16
  17. 17
  18. 18
Home


You need flash player to view this online publication