Grote aandacht is nodig voor data-integratie en dat is eenvoudiger gezegd dan gedaan. projectsucces exact is. Globaal komt planningsucces neer op het feit dat de afgelopen drie jaar ten minste 75 procent van de projecten binnen planning is opgeleverd. Hetzelfde percentage geldt voor budgetsucces: ten minste 75 procent van de projecten in de afgelopen drie jaar is binnen budget opgeleverd. Om projectsucces te definiëren, zijn zowel planning- als budgetsucces nodig. Resultaten en aanbevelingen Aafje en Babette presenteerden een selectie uit de resultaten van de survey. Goed was om te zien dat negentig procent van de respondenten project controls belangrijk vindt. Project controls zijn in bijna de helft van de gevallen ondergebracht bij de PMO-afdeling, waarbij onafhankelijkheid in het geding kan zijn. In vijftien procent van de gevallen zijn project controls onafhankelijk van andere afdelingen ondergebracht, hetgeen wel de aanbeveling is om voor meer objectieve en realistische rapportages te zorgen. 85 procent van de respondenten gebruikt een in-house estimate methode of een methode zoals van AACE; uit de survey is duidelijk naar voren gekomen dat bedrijven die dit type methoden toepassen tien procent meer projectsucces bereiken. Op een specifieke vraag daarover bleek dat vrijwel alle methoden wel werden toegepast; ook een methode als Earned Value Management zat op ongeveer zestig procent. Het gekke is dat in Nederland deze methode weinig wordt toegepast, terwijl deze methode zoveel beter inzicht geeft in de voortgang van een project. Wereldwijd werd duidelijk dat benchmarking weinig wordt toegepast, terwijl die methode (bedrijfsbreed) veel voordelen biedt en tot hogere betrouwbaarheid en transparantie leidt. In de vraagstelling waren zeven project control-rollen onderscheiden en uit de survey bleek dat als een project control-team tenminste vijf van deze rollen had ingevuld, deze bedrijven veertig procent meer projectsucces hadden. Daarbij was de rol van riskmanager nog het minst vaak ingevuld, in 55 procent van de gevallen. Aanbevolen werd deze rol wel in te vullen, want goed zicht op risico’s en aandacht voor mitigatie draagt bij aan projectsucces. Ook bleek dat het toepassen van geïntegreerde processen en tools leidt tot 35 procent meer projectsucces. Daarbij bleek dat slechts veertien procent van de bedrijven volledige integratie van processen kende en slechts zes procent integratie van tools. Dus op dit vlak is nog een wereld te winnen. Vandaar de oproep om de silo’s achter te laten en project controls tools toe passen die kunnen helpen bij integratie met andere processen. Immers, het handmatig overtypen van data van engineering tool naar de project controls tools of de procurement tools leidt tot fouten. Een speciale oproep werd gedaan voor de introductie van zogenoemde advanced project controls tools: Cost Estimating, Cost Control, BIM en benchmarking. Dit leidt tot zoveel meer standaardisatie, helderheid, efficiëntie en tot zoveel minder fouten. Kortom, weg met de excuses zoals geen tijd, geen expertise of ‘het werkt toch goed dus waarom veranderen’ en leer de voordelen inzien van minder menselijke fouten en betere voorspelbaarheid en projectkwaliteit. Keep the Estimate alive! De tweede spreker was Anton van der Steege van Fluor. Hij begon met het benadrukken van het belang van het up-to-date houden van de forecast tijdens de uitvoering van een project. Een onvoorspelbare uitkomst kan enorme gevolgen hebben voor de investeringskosten en voor verlies van productie. Zijn betoog richtte zich op wat nodig is om het up-to-date houden van de forecast goed uit te voeren; bepaald geen sinecure zo bleek wel. Het gekke is dat project controls 95 procent van de tijd bezig zijn met het verzamelen, corrigeren en presentabel maken van data. Slechts vijf procent wordt besteed aan analyse van de data, terwijl daar veel gewonnen kan worden om het project te verbeteren. Belangrijke waarneming daarbij is: ‘Early fixes are better, faster & cheaper’. En wanneer er sprake is van grote hoeveelheden data is automatisering onafwendbaar. Het besef dat de constructie- en engineering industrie een slechte performance heeft vergeleken met manufacturing, zou moeten oproepen tot actie. Alleen de bedrijfstak landbouw en jacht blijkt het slechter te doen dan de constructie- en engineering industrie, volgens McKinsey. De excuses die worden aangevoerd om niet veranderen zijn eerder al door Aafje en Babette benoemd: ‘zo werkt het toch ook’, geen tijd, misplaatste zuinigheid et cetera. Vervolgens toonde Anton in een matrix wat nodig is ‘to keep the estimate alive’, ofwel het up-to- date houden van de forecast gedurende uitvoering. Het proces in deze matrix laat steeds gedetailleerdere MTO’s vanuit engineeringtools zien. Wat zich direct laat 00: 22
23 Online Touch Home