24

Jouw naam is Abraham, want Ik geef jou tot vader van een schare van naties. 6 En Ik maak jou uitermate vruchtbaar en Ik geef jou tot naties. En koningen gaan van jou uit. 7 En Ik richt Mijn verbond op tussen Mij en tussen jou en tussen jouw zaad na jou, doorheen hun generaties, tot een aeonisch verbond, om voor jou tot Elohim te zijn en voor jouw zaad na jou. 8 En Ik geef aan jou, en aan jouw zaad na jou, het land van jouw tijdelijk verblijf, heel het land Kanaän, tot een aeonisch grondbezit. En Ik ben voor hen tot Elohim.” 9 En Elohim zegt tot Abraham: “En jij neemt Mijn verbond in acht, jij en jouw zaad na jou, doorheen hun generaties. 10 Dit is Mijn verbond met jou, dat jullie in acht nemen tussen Mij en tussen jullie en tussen jouw zaad na jou: jullie worden besneden, elke mannelijke. 11 En jullie worden besneden, het vlees van jullie voorhuid, en het is tot teken van het verbond tussen Mij en tussen jullie. 12 En een zoon van acht dagen wordt door jullie besneden, elke mannelijke, doorheen jullie generaties, die geboren is van jullie huis, of elke zoon van een uitheemse, de verwerving van zilver. 13 Om besneden te worden zal hij besneden worden die geboren is van jouw huis of een verwerving van jouw zilver. En het is Mijn verbond in jullie vlees, tot een aeonisch verbond. 14 En de onbesneden mannelijke, van wie niet het vlees van zijn voorhuid wordt besneden, deze ziel wordt afgesneden van zijn volksgenoten. Hij annuleert Mijn verbond.” 27

25 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication