45

Wij werden dan begraven met Hem door de doop naarbinnen in de dood, opdat, evenals Christus opgewekt is uit de doden door de heerlijkheid van de Vader, zo ook wíj in nieuwheid van leven wandelen 6:1-4 Het: allen, die gedoopt zijn naarbinnen in Christus Jezus wijst door het verbinden van Zijn titel samen met Zijn naam Jezus op de Verhoogde. Hij, Die aan het kruis met de smaad en schande van heel de mensheid beladen werd, bleek later niet alleen de Gestorvene, maar ook de Opgewekte, Opgestane en vervolgens Verhoogde te zijn. Zij zijn naarbinnen in de Christus gedoopt, zij zijn met Hem één geworden en vormen een eenheid. Ook zij zijn naar de oude mensheid, gezamenlijk met Hem gestorven, begraven, opgewekt en in de geest in de nieuwe mensheid overgezet. Die bevindt zich buiten het bereik van de zonde, in nieuwheid van leven: Wij, die gestorven zijn voor de zonde, hoe zullen wij nog in haar leven? Rom.6:2 De wassing in water was geen garantie voor een geheiligd leven. Alleen wanneer men de geestelijke betekenis kon erkennen, beleefde men haar kracht. Niet iedereen was in water gedoopt 1Kor.1:14-17. De apostel zei ook tegen niemand dat zij in water gedoopt moesten worden. Hij onderscheidt zorgvuldig ‘wij’ (hij en zijn medewerkers) en ‘jullie’ (de gelovigen in Rome). Ook werd hem niet gezegd, dat iemand de bedoeling had de waterdoop naar zich toe te halen. Wanneer nog enige winst te behalen viel met het doopritueel, dan was er geen betere gelegenheid dan die in 46

46 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication