127

2. Door Christus zal God de dood afschaffen (Jes.25:8, 1 Kor.15:26, 2 Tim.1:10, Hebr.2:8-14, Openb.21:4). 3. Wanneer de dood is afgeschaft, is er geen enkele dode meer. Dan leven allen. Conclusie 2 Timotheüs 2:11-13 moet volgens mij dus zó worden opgevat: “Aangezien wij met Christus gestorven zijn, zullen we ook met Hem leven. Als we in het geloof volharden, zullen we met Hem regeren, maar als we Hem verloochenen, zal Hij ons voor die functie afwijzen. Als wij ontrouw zijn, blijft Hij trouw. Omdat Hij voor allen is gestorven (Joh.1:29, Joh.12:32-33, 2 Kor.5:15, Heb.2:9, 1 Joh.2:2), zal Hij uiteindelijk ook allen levend maken”. Wanneer de klassieke uitleg van 2 Tim.2:11-13 juist zou zijn, zou het “betrouwbare woord” van Paulus eindigen in mineur. De apostel zou dan hebben geschreven: “Als wij ontrouw zijn, worden we niet gered want Christus houdt vast aan Zijn bedreigingen”. Met zo’n slot zou Paulus zijn eigen onderwijs op losse schroeven zetten. Want volgens zijn brieven is redding uit genade en in geen enkel opzicht uit werken (Rom.3:23-28, Rom.5:18, Efe.2:8-9, 2 Tim.1:9, Tit.3:4-8). En elk “betrouwbaar woord” dat hij via zijn brieven aan ons heeft nagelaten zegt dat God Zich over zondaren ontfermt uit barmhartigheid en onverdiende goedheid. In werkelijkheid eindigt het betrouwbare woord van 2 Timotheüs 2 met een lofzang op Christus. Ook als wij ontrouw zijn, blijft Hij trouw! [Eerdere versie gepubliceerd in september 2003] 126

128 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication