onvruchtbaar. Daarom had Abraham, op aanraden van Sara, het besluit genomen om de slavin Hagar als bijvrouw te nemen (Gen. 16:1-4). Op deze manier probeerde de aartsvader Gods belofte in vervulling te laten gaan. Hij ging werken. Zo kwam Ismaël ter wereld. De geboorte van Izaäk had een volstrekt andere voorgeschiedenis. Die was het gevolg van een Goddelijk ingrijpen. Izaäks geboorte was een wonder, want die vond plaats toen de geboorte van een kind volstrekt onmogelijk was geworden. Abraham was honderd jaar en zijn vrouw Sara was negentig toen Izaäk geboren werd. Zij waren beiden niet meer in staat om kinderen te krijgen, maar God gaf hun een kind (Genesis 21:17). Zijn woord bezit de kracht om de doden levend te maken en het niet-zijnde in het aanzijn te roepen. God verwezenlijkte Zijn belofte op Zijn tijd, door Zijn scheppend woord. Abraham en Sara waren niet meer in staat om een kind voort te brengen, maar God liet Zijn belofte in vervulling gaan. Daarom noemt Paulus Izaäk de zoon “naar de Geest”. Voor de derde keer: vlees of geest? In het vijfde hoofdstuk van zijn brief sprak Paulus voor de derde maal over de tegenstelling van vlees en geest. Bij die gelegenheid schreef hij: “Maar ik zeg: wandelt door [de] Geest, en u zult [de] begeerte van [het] vlees geenszins volbrengen” (Gal. 5:16, Telos) Deze opdracht en de lijst van ondeugden die de apostel er in de verzen 19 en 20 op laat volgen worden dikwijls moralistisch opgevat. Men luistert ernaar en men spreekt erover alsof de apostel had gezegd: “Wandelt door de Geest en voldoet niet aan het begeren van het vlees” 51
53 Online Touch Home