47

Gaat dan heen... “En Jezus kwam naar hen toe en sprak tot hen de woorden: Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde. Gaat dan heen, maakt alle volken tot discipelen, hen dopend tot de naam van de Vader en de Zoon en de heilige Geest en hen lerend te bewaren alles wat Ik u heb geboden. En zie, Ik ben met u alle dagen tot aan de voleinding van de eeuw” (Mat.28:18-20, Telos) Nadat Jezus was opgestaan uit de doden en vóórdat Hij ten hemel voer sprak Hij met zijn discipelen op een berg in Galilea 85 Er waren elf leerlingen overgebleven omdat Judas zelfmoord had gepleegd 86. Deze volgelingen uit het Jodendom kregen opdracht om van volken (= niet-Joden) leerlingen van Israëls Messias te maken. Ondanks dit specifieke kader zijn Jezus’ woorden in brede kring opgevat als de “Grote Opdracht” voor de christenheid, een bevel dat alle gelovigen (of alle “geestelijken” 87) gezamenlijk moeten uitvoeren. Die gedachte is ingegeven door de belofte van Christus, dat Hij met zijn apostelen zal zijn “alle dagen, tot aan de voleiding van de eeuw”. Met die “voleinding” wordt bedoeld: het tijdstip van de oogst, het moment waarop het Koninkrijk der hemelen openbaar wordt, en er aan verleidingen en wetteloosheid een einde komt. Na een fase van verborgen groei – zowel van het goed als van het kwaad – zal het goede uiteindelijk zegevieren. Daarop loopt het huidige tijdperk uit 88. 85 Mat.28:16. 86 Zo staat het geschreven in Mat.28:16-17, hoewel veel uitleggers aannemen dat de “vijfhonderd broeders” die in 1 Korinthe 15:6 worden genoemd, er ook bij aanwezig waren (zie Sir Robert Anderson, a.w., p.156). 87 Want in de kerken zijn priesters en predikanten de enigen die buitenstaanders mogen dopen (behalve in noodgevallen). 88 Mat.13:39-42, 13:49-50, 24:3 en 30. 55

48 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication