62

“Nu Hij dan door de rechterhand Gods verhoogd is en de belofte des heiligen Geestes van de Vader ontvangen heeft, heeft Hij dit uitgestort, wat gij en ziet en hoort” (Handelingen 2:33) Tegen zijn volksgenoten zei de apostel later: “Bekeert u en een ieder van u late zich dopen op de naam van Jezus Christus, tot vergeving van uw zonden, en gij zult de gave des heiligen Geestes ontvangen. Want voor u is de belofte en voor uw kinderen en voor allen, die verre zijn, zovelen als de Here, onze God, ertoe roepen zal” (Handelingen 2:38-39) Ook in de nieuwtestamentische brieven wordt het woord “belofte” gebruikt als aanduiding van de heilige Geest. Aan de Galaten schreef Paulus: “Zo is de zegen van Abraham tot de heidenen gekomen in Jezus Christus, opdat wij de belofte des Geestes ontvangen zouden door het geloof” (Galaten 3:14) En de Efeziërs kregen te horen: “In Hem zijt ook gij, nadat gij het woord der waarheid, het evangelie uwer behoudenis, hebt gehoord; in Hem zijt gij, toen gij gelovig werd, ook verzegeld met de heilige Geest der belofte” (Efeze 1:13) Eeuwen tevoren had God tegen het volk Israël gezegd: “En het zal gebeuren in de laatste dagen… dat Ik van mijn Geest zal uitstorten op alle vlees, en uw zonen en uw dochters zullen profeteren, uw jongemannen zullen gezichten zien en uw ouden zullen dromen dromen. Ja, op mijn slaven en op mijn slavinnen zal Ik in die dagen van mijn Geest uitstorten en zij zullen profeteren” (Joël 2:28-32, Handelingen 2:16-18) 72

63 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication