14

geweest bij de ware Kerk, van de tijden der apostelen af tot nu toe, tegen de Joden, mohammedanen, en enige valse Christenen en ketters, als Marcion, Mani, Praxeas, Sabellius, Samosatenus, Arius, en andere diergelijken, die met goed recht door de heilige vaderen zijn veroordeeld geweest. Overzulks nemen wij in dit stuk gaarne aan de drie geloofssommen, namelijk der Apostelen, van Nicéa, en van Athanasius; insgelijks hetgeen daarvan door de ouden in gelijkvormigheid met deze besloten is. Wie de lofzang van de apostel Paulus in onder meer Colossenzen 1:1520 en zijn uitspraak in 1 Corinthiërs 8:6 ter harte neemt, kan niet anders dan ontsteld zijn over de oneer die onze God, de Vader, en onze Heer, Jezus Christus, ook in deze geloofsbelijdenis wordt aangedaan. 8. Philippus à Limborch – een ander geluid Dat het om een louter menselijke en niet om een door God geïnspireerde leer gaat, blijkt uit de onschriftuurlijke termen – de ongezonde woorden - waarmee de leer van de drie-eenheid geformuleerd is. Er zijn theologen die al vroeg na de Reformatie dat laatste aspect volmondig hebben toegeven. Eén van hen is Philippus à Limborch (1633-1712), sedert 1668 hoogleraar aan het Remonstrants Seminarie. Van zijn pen komt het volgende citaat dat niets aan duidelijkheid te wensen overlaat: XIII. Primo ergo necessaria non sunt, 1. Quae in Scriptura nusquam sunt expressa, sed decretis et traditionibus nituntur mere humanis; [...] nemoque aliis verbis, quam quibus Spiritus Sanctus, qui optime mentem suam ex-primere novit, usus est, alligari debet. Tales sunt voces Trinitatis, Personae, Homoousios; [...]. 2. Quae in Scriptura clare non 14 XIII. Ten eerste zijn noodzakelijke geloofspunten niet: 1. Hetgeen nergens in de Schrift is uitgedrukt, maar op louter menselijke bepalingen en overleveringen berust; [...] Niemand mag gebonden worden aan andere woorden dan waarvan de heilige geest - die zijn gedachte het best weet uit te drukken - gebruik maakt. Zulke termen zijn: Trinitas (drie-eenheid), Persona (persoon), Homoousios (van hetzelfde wezen zijnde); [...]. 2. Hetgeen in de Schrift niet

15 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication