7

2. Tertullianus (ca. 160-ca. 230) Het was deze Romein die in ongeveer 200 na Chr. het begrip “drieeenheid” introduceerde, samengevat in de zin “una substantia, tres personae” zoals dat ook nu nog door bijna de hele Christenheid wordt beleden. Door zijn heldere en welsprekende schrijfstijl – hij was de eerste kerkvader die in het Latijn schreef – introduceerde hij de nog steeds geldende Latijnse theologische termen. Omdat het Latijn in die dagen in een belangrijk deel van het Romeinse Rijk de voertaal was, kreeg hij heel veel invloed binnen de jonge kerk. Met het overzetten van Griekse woorden in Latijnse importeerde hij tegelijkertijd, misschien onbedoeld, de invulling die het Romeinse recht eraan gaf. Een voorbeeld daarvan is de vertaling van charis in gratia. De LatijnsRomeinse term gratia heeft een andere bagage dan het Griekse charis. Gratia werd in de eerste eeuwen van het Christendom bij de Romeinen verleend op basis van koele berekening, in het bijzonder door de keizer, en heeft een voorwaardelijk karakter. Dat is dus geheel anders bij het Schriftuurlijke charis die God dôrean, “om niet” en onvoorwaardelijk, uit louter liefde, aan een mens schenkt 2 De introductie van de term gratia effende de weg voor leringen zoals over de noodzaak goede werken te verrichten om bij God in een goed blaadje te komen. Het was in de Romeinse religie een oud principe: do ut des, “ik geef opdat gij geeft”, iets aan de goden offeren in ruil voor een gunst. Dat is zelfs in christelijke kringen nog steeds herkenbaar. Daarom is het van het allergrootste belang gezonde woorden te gebruiken in de betekenis die Gods Woord eraan gegeven heeft!3 Tertullianus noemde de Vader, de Zoon en de heilige geest drie personen (tres personae) die samen één goddelijk wezen (una substantia) vormden. Voor deze leer bedacht hij het woord drieeenheid (trinitas). God is volgens Tertullianus dus met drie personages één in wezen. Om zijn zienswijze te begrijpen moet het Latijnse woord persona toegelicht worden. Dat betekent “masker”, zoals dat destijds gedragen 2 Romeinen 3:24. 3 1 Timotheüs 6:3 en 2 Timotheüs 1:13. 7

8 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication