16

De eerste schoof van de oogst bewegen ‘na de sabbat’ De priester moest voor het aangezicht van Jahweh (letterlijk vertaald): vanaf (of vanuit) (de) morgen na de sabbat de schoof (de eerste van de oogst uit vers 10) bewegen Lev.23:11. Lettend op vers 6 en 7 is deze sabbat, de 15e Nisan, een jaarsabbat. Dikwijls denkt men van vers 11: ‘Er is sprake van een sabbat, dus gaat het over een zaterdag’. Maar dan heb je het in gedachten over de weeksabbat. Het tekstverband wijst op een jaarsabbat, kon op iedere dag van de week vallen 11 . 11 De uitdrukking dag na de sabbat uit Leviticus 23:11 lijkt alleen te kunnen slaan op de jaarsabbat, 15 Nisan uit vers 6 en 7; en niet op de weeksabbat. Want, stel even dat 15 Nisan in een willekeurig jaar op een zondag valt. Die dag, de 15de, mag men geen dienstwerk doen (vs.6). 16 Nisan valt dan op maandag, 17 op dinsdag etc.; pas 21 Nisan is het weer zaterdag, de eerste weeksabbat ná 15 Nisan. Als met vers 11 dus een weeksabbat wordt bedoeld, zou in dit geval de eerste schoof pas bewogen mogen worden de dag na weeksabbat 21 Nisan, dus op 22 Nisan. Maar op de 22ste is het feest van ongezuurde (broden) al voorbij! Wanneer echter 14 Nisan en dit feest een schaduwbeeld is van, of een verwijzing naar Christus als hét grote Offer en naar het presenteren van Hem als hét Ongezuurde Brood aan God de Vader, hoe kan dit dan zo nu en dan plaatsvinden als dit feest al voorbij is? In zo’n geval, wanneer 15 Nisan in een jaar op zondag valt en het feest dan al voorbij is, is het toch lastig houdbaar, dat het feest verwijst naar Christus als Offerlam en als de Eersteling, gepresenteerd aan God? 18

17 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication