121

8. De aorist [deel 2] Voor de pauze heb ik een inleiding gehouden over de aoristus. Misschien zegt u wel: ‘Dat was wel een erg lange inleiding.’ Dat is waar. Maar ik denk dat het goed is, dat u begrijpt, dat wat ik u vanavond vertel, niet alleen theorie is, maar dat het ook praktijk is. Dat de aoristus het leven zelf is. Dat de aoristus bij uitstek geschikt is om uw geloof op te bouwen. Want de aorist is de tijdsvorm, die God gebruikt om de tijdloosheid van Zijn handelen aan te geven. We gaan dat nu in alle rust bespreken. Wat voor bewijs hebben we dan, dat de aorist vertaald moet worden met de onbepaalde tijd? Dat de aorist tijdloos is? We hebben daarvoor drie bewijzen. Als eerste de betekenis van het woord ‘aorist’. Het is het woord dat de Grieken zelf gebruikten voor deze tijdsvorm: ‘aoristos’. En wie wisten het nu beter dan de mensen die deze taal destijds spraken? Wat betekent het woord ‘aorist’ dan? Dit woord bestaat uit het element –a-, dat ‘niet’ of ‘zonder’ betekent. Dan heb je het element –or-, dat ‘zien’ betekent. In de woordvorm ‘orizō’ is dat: ‘doen zien’, of ‘bepalen’. In het Nederlands kennen wij het woord ‘horizon’, dat van dit Griekse woord ‘orizō’ is afgeleid. De horizon geeft de begrenzing aan van wat wij kunnen zien. Dus kunnen we zeggen dat ‘a-orizō’ ‘zonder horizon’ betekent. Of anders gezegd ‘zonder bepaaldheid’, ‘onbepaald’. Het woord ‘aoristus’ betekent dus ‘onbepaalde tijd’. Een tijd zonder grenzen. 127

122 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication