124

Ze blaffen nu. En over honderd jaar blaffen honden nog. Dat is nu eenmaal een eigenschap van het dier. De scheppingsorde, zullen we maar zeggen. In feite zou u raar opkijken als uw hond plotseling zou beginnen te miauwen. Want dan zou uw hond een kat zijn. Toch? Die constatering dus, ‘de hond blaft’, dat is een aorist. En als ik zeg: ‘2 keer 2 is 4’, dan is dat ook een aorist. Waarom? Gisteren was 2 keer 2 geen 5. En morgen is 2 keer 2 geen 6. Want 2 keer 2 is 4. Dat is een feit. Als ik zeg: ‘Ik roep God aan’. Dan negeer ik de tijd. Want ik bedoel, dat ik Hem al jaren aanroep. Dat ik Hem nog steeds aanroep. En dat ik van plan ben om Hem ook in de toekomst aan te roepen. Dat wil zeggen: ik roep God aan en niet mijn voorouders. Zoals sommige stammen in Afrika of Nieuw Guinea dat doen. Snapt u? Ik benoem een feit. Ik laat het begrip ‘tijd’ helemaal buiten beschouwing. Dat is een ‘aorist’. Zullen we een aantal aoristen gaan bekijken? U heeft die waarschijnlijk nog nooit gezien. Daar gaat u vanavond dan kennis mee maken. We gaan eerst naar Johannes 3:16. Een van de bekendste verzen uit de bijbel. En ook een van de minst begrepen, als ik zo vrij mag zijn … Eerst de vertaling (van het NBG): 130

125 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication