140

Want ‘ēgapēsan’ is een aorist. Misschien vindt u dit geen prettige tekst. En de conclusie nog minder. Maar het is Gods waardeoordeel over ons. God is messcherp. Hij zegt: ‘Het is een feit dat de mensen de duisternis meer liefhebben dan het licht.’ Scherp, hè, Gods Woord. En nou moet u verschrikkelijk goed oppassen. Ik waarschuw u. Dat moet ik doen. Anders gaat u later tegen mij zeggen: ‘Je had me moeten waarschuwen.’ Wat is mijn waarschuwing? Je moet altijd heel voorzichtig zijn met Gods Woord. En je moet God niet tegenspreken. Ga nou niet zeggen: ‘Het staat er wel zo, maar zo erg is het nou ook weer niet. De duisternis meer liefhebben dan het licht, als een feit. Absurd.’ Dat zou ik niet zeggen, als ik u was. Want God waakt over zijn Woord. En als u God tegenspreekt, dan laat Hij u zien, dat Hij gelijk heeft en u niet. Dat kan heel erg pijnlijk voor u zijn. Ik spreek uit ervaring. Hoe is dus de situatie? Alles wat God doet, doet Hij in de aorist. Hij heeft ons lief, Hij roept ons, Hij rechtvaardigt ons … Onbepaald. Verleden, heden en toekomst. Maar de mens? De mens doet ook sommige dingen in de onbepaalde tijd. Maar alleen de verkeerde dingen. Geen goede dingen. Goede dingen kan de mens niet. 146

141 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication