79

En toen dacht ik: ‘Nee, ik moet mijn toehoorders niet voor de gek houden, maar rechtuit zeggen waar het op staat.’ En nu ga ik u dus rechtuit zeggen waar het op staat. Uw broeder de Bereeër haalt voor u de kastanjes uit het vuur. En als u daarna dan niet uw vocabulaire aanpast aan Gods Woord, dan blijft u altijd een onmondige in Christus. Ik zal het nog een keer zeggen (misschien heeft u het niet zo goed verstaan): als u uw vocabulaire niet aanpast aan Gods Woord (ik bedoel dan de Schriften), als u bijvoorbeeld niet het woord ‘hel’ vervangt door ‘gehenna’, dan blijft u altijd een onmondige in Christus. U protesteert. U zegt: ‘Ja, hoor eens, broeder, wij zijn helemaal niet onmondig.’ O, nee? Weet u dat heel erg zeker? Ik ga u aantonen dat u een onmondige bent aan de hand van twee voorbeelden. Want u wordt namelijk als een onmondige behandeld. En omdat u als een onmondige behandeld wordt, gaat u denken als een onmondige. Dan gaat u overleggen als een onmondige. En dan bent u een onmondige. Begrijpt u? Ik laat het u zien aan de hand van het woord ‘apostolos’. Het woord ‘apostolos’ wordt in onze bijbelvertaling 79 keer vertaald met ‘apostel’, 1 keer met ‘gezant’ en 2 keer met ‘afgevaardigde’. ‘Gezant’ is een enorme miskleun, want ‘gezant’ komt van het woord ‘zenden’, wat het vertaalwoord is van het Griekse woord ‘pempō’, dat onderdeel is van een heel andere woordgroep. Het Nederlandse woord ‘apostel’ is geen vertaling, maar een klanknabootsing. Het woord ‘apostel’ zegt op zich helemaal niets. Het woord ‘apostolos’ komt van ‘apo’(= vanaf) en ‘stello’ (= stellen). 85

80 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication