9

2. Aan wie is de Hebreeën-brief geschreven? Het antwoord daarop zou niet zo problematisch hoeven te zijn. Al was het maar omdat de brief een naam heeft en dat is “de Hebreeën-brief ”. Als je de oorspronkelijke manuscripten hebt, waar de bijbeltekst op gebaseerd is (de grondtekst), dan staat daarin gewoon bovenaan: “de Hebreeën”. Waarbij ik moet aantekenen dat ‘Hebreeën’ een aanduiding is van mensen die Hebreeuws spreken. Het zijn nakomelingen van Heber, maar in de praktijk zijn dat Hebreeuws-sprekenden, Handelingen 6:1,9. Je leest bijvoorbeeld in Handelingen 6, dat daar in Jeruzalem een controverse ontstond rond de Hebreeuws-sprekenden, de Hebreeën, en de Grieks-sprekenden, de Hellenisten. En dan zijn inderdaad de Hebreeën ‘de Hebreeuws-sprekenden’. In feite zijn ‘Hebreeën’ dus vooral de inwoners van het land, die de Hebreeuwse taal spraken. Dat zijn de Hebreeën, zodat het niet alleen maar betrekking heeft op welke mensen dat zijn, maar ook zelfs waar ze wonen, namelijk in het land Israël. Dat is één ding: het is de Hebreeën-brief. Dus aan wie is de brief geschreven? Aan Hebreeën, dat wil zeggen: Hebreeuws-sprekenden en dan weet je dat het gaat over Joden. En dan gaat het meer specifiek over de Joden in het land waarvan de hoofdstad Jeruzalem is. Trouwens, het is weliswaar een ‘brief ’ zonder echte aanhef, maar als je dan even het opschrift weglaat en je begint in hoofdstuk 1 13

10 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication