21

Hij, Hij is het Die ons gemaakt heeft en niet wij - Zijn volk en Zijn kleinveekudde (Strongnr. 06629) van Zijn weide (Strongnr. 04830). Het is ontegenzeggelijk Gods werk waardoor het volk Israël tot Zijn volk gemaakt en uit alle volken afgezonderd is. Het volk heeft op aarde de hoofdrol bij de uitvoering van Zijn voornemen van de eonen (Efeziërs 3:11). Dat voornemen omvat overigens niet alleen Zijn plan met de gehele aarde, maar ook de hemelse bestemming van de uitgeroepen gemeente die het lichaam van Christus is. Over dat laatste aspect gaan de brieven van Paulus die door Christus Jezus speciaal daartoe geroepen is. De kudde is het beeld van Israël dat door Jahweh Elohim geleid wordt in de weide die Hij voor hen bestemd heeft. In de context wordt het betreffende woord tzon vaak genoemd naast het woord voor runderen. Het moet dus om een bepaalde categorie vee gaan. Dat blijkt duidelijk uit onder mee Leviticus 1:10 waar het gespecificeerd als schapen plus geiten. Bedoeld is dan ook een “kleinveekudde”. De kudde bevindt zich op Jahweh’s weide. Het betreffende Hebreeuwse woord, mar’iet, is afgeleid van de stam ra’ah. Die stam heeft onder meer in deze context heeft alles te maken met beweiden, grazen, hoeden. Daarvan afgeleid is ook het zelfstandig naamwoord voor “herder” dat in Psalm 23:1 voorkomt. Hier betreft het de plaats waar gegraasd wordt en de herder zijn taak vervult: de weide. 22

22 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication