vers 5 : Zullen Wij u dit dan niet in herinnering brengen, omdat gij een buitensporig volk zijt ? Ook in dit boek wordt er gesteld dat vrouwen geen dienaren van de mannen zijn : vers 19 : En zij maakten de engelen, die dienaren zijn van de Barmhartige, tot vrouwelijke wezens. Waren zij dan van hun schepping getuige ? Hun getuigenis zal worden opgetekend en zij zullen tot rekenschap worden geroepen, zullen worden ondervraagd. Zacharia = Zukki-Oru, oftewel het kruis van de Zukki stam in de voortijd. Zukki is in de Bilha die de stam door de wildernis leidt. In de visioenen van Zacharia wordt in het Aramees dit kruis besproken, of paal : Zacharia 1 (Aramees) 8 Deze nacht heb ik een gezicht gehad: zie, een man, gezeten aan een donkergekleurde paal, en staande tussen de bomen in de diepte, en achter hem rode (donkere), gevlekte en witte paarden. 9 Toen vroeg ik: Wat betekent dit, mijn heer? en de engel die met mij sprak, zeide tot mij: Ik zal u tonen, wat dit betekent. 10 Hierop antwoordde de man die tussen de bomen stond, en zeide: Dit zijn zij, die de Here heeft gezonden om de aarde te doorkruisen. 11 En zij antwoordden de Engel des Heren, die tussen de mirten stond, en zeiden: Wij hebben de aarde doorkruist en zie, de gehele aarde verkeert in volkomen rust. De man aan de paal wordt ook in de Psalmen genoemd, als David, en in het NT als Jezus, maar het komt vaker voor in de grondteksten van het OT, en het is symbolisch het pad om de eeuwige rust in te gaan. De wil kan zo sterven, opdat de mens tot kennis komt, en door kennis geleid wordt. In het tweede visioen gaat dit verder : 18 En ik sloeg mijn ogen op en ik zag toe, en zie, vier horens. 19 Toen vroeg ik de engel die met mij sprak: Wat betekent dit? Hij zeide daarop tot mij: Dit zijn de horens die Juda, Israël en Jeruzalem verstrooid hebben. 20 Vervolgens deed de Here mij vier timmerlui, geleerden (Aramees) zien. 21 Toen vroeg ik: Wat komen dezen doen? En hij zeide: Dat waren dus de horens die Juda zo verstrooid hebben, dat niemand zijn hoofd kon opheffen; maar zij zijn gekomen om hen te verschrikken, om neer te slaan de horens van de volken, die hun horen hebben verheven tegen het land Juda, om het te verstrooien. De timmerlui zijn een symbool voor het doorboren. Zij sloegen David aan de paal, Jezus, en vele anderen, om het volk te verstrooien. Dit is in het Aramees metaforisch voor geleerden, voor kennis. Alleen kennis doet de wil afsterven. Geleerdheid is Areta, oftewel de inwijding in het boek Ruth, rt, waarin de mens in slaap valt aan de voeten (voortijd) van de losser. Alleen in de diepte komt de mens tot geleerdheid, tot Areta. In het Hebreeuws wordt Job ook Jove genoemd, dus in die zin is Zekeryah of Zekerjove ook de herinnering aan Job, die zo diep moest gaan om tot de natuurvrouwen te komen, tot de Uryah, de leeuwinnen in het Aramees, of de Oru in de voortijd, als beelden van het kruis. In de voortijd is dit dus de herinnering aan Nob of Noph. Deze herinnering komt ook terug in Zacheria 12 : 10 – Zij zullen hem aanschouwen, die zij doorstoken hebben, en over hem een rouwklacht aanheffen als de
399 Online Touch Home