58

Ook liefde kan een overmatige hartstocht zijn, want die verheugd zich over een uitwendige factor, terwijl die vaak eerder van binnen gezocht moet worden. Er is een overmatige liefde, en die moet geblust worden door de rede. Liefde kan dus als begeerte teveel van de mens zelf afleiden, stelt Spinoza in deel 4. Liefde is blijdschap en daar kunnen we niet voorzichtig genoeg mee omgaan. Het kan namelijk de bron zijn voor een heleboel andere buitensporige, overmatige hartstochten. Hij noemt zonden zoals gierigheid en eerzucht de ergste krankzinnigheden. De kerk had de massa's nodig om te kunnen overleven, en omdat dat niet eenvoudig ging dwong de kerk de massa's. De kerk was geheel afhankelijk van vermeerdering. Daarom moest het tijdperk van de Rede komen, en omdat er zoveel nadruk was gelegd op de massa's door de kerk gooide Spinoza het balletje van de eenling weer op. De eenling was het enige mogelijke bestaan, dus hiermee verklaarde Spinoza de kerk dood. Vandaar dat Spinoza's werken verboden werden. Ook stelde Spinoza dat de eenlingen elkaar niet konden beinvloeden, want de eenling bestond geheel in zichzelf en werd door zichzelf bedacht. Dat was ook alweer een trap in de machtslustige en hedonistische ballen van de kerk. Dit gebeurde aan het einde van de 1600 eeuw. Aan het begin van de 1700 eeuw deed Leibniz hier nog eens een flinke schep bovenop door zijn monadologie. De monaden waren de atomen van de oerstof van de natuur, wat komt van het Griekse woord 'monos' voor eenling, alleen. De natuur is dus opgebouwd uit afgezonderde eenlingen die niet afhankelijk van elkaar zijn. Een monade bestaat dus geheel op zichzelf en kan niet intern veranderd of opnieuw gerangschikt worden door iets anders. Binnen een monade is er niets om opnieuw te regelen, en er is geen interne beweging die opgestart, versneld of vertraagd zou kunnen worden. De monaden zweven dus geheel los van elkaar in de natuur. Het kan niet bestuurd worden van buitenaf. Er kan niets ingaan of uitkomen. Ze kunnen alleen door interne krachten veranderen, en ze draaien ook telkens om hun bewustzijns-niveau's te veranderen. Dit is een absolute noodzaak, anders zou de monade niet kunnen bestaan. Alle monades zweven om God, de logos, heen, en zijn bepaalde spiegelingen van God, want God is de enige ware eenling. De monaden zijn min of meer imitaties en laten de verschillende golfhoogtes van perfectie zien. Geen enkele monade is dezelfde. Alle monaden zijn uniek, en zo kunnen ze ook elkaar uitleggen en aanvullen. 'Er kan maar één van iets zijn' wordt ook het monisme genoemd, weer van het woord 'monos'. Alleen zo is er de grootst mogelijke verscheidenheid en alleen zo kan het bestaan eeuwig zijn. De overmatige pathos (emotie/ gevoel) moet afbranden aan de logos, de hogere rede. De overmatige pathos is dus noodzakelijk voor brandstof. De logos is de verbrander. Overmatige pathos is als overmatig zout wat het menselijk lichaam aanvalt. Vandaar dat de logos, de hogere rede, zo belangrijk is voor de mens. Ook overmatige eros, liefde en begeerte, moet afbranden aan de logos, want ook dat is een zout wat de mens aanvalt. Zo zijn er verschillende brandstoffen nodig om de logos te laten werken, want er is ook overmatige doxa (massa geloof), en zelfs overmatige apatheia (onverschilligheid). Als de logos in een mens niet gebruikt wordt en niet gevoed wordt, dan sterft de logos, en dan nemen pathos en doxa de mens over. En dan is ook overmatige aesthesis (smetvrees) een brandstof. LOGOS - verbrander brandstof 1. overtollige pathos brandstof 2. overtollige doxa brandstof 3. overtollige eros

59 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication