374

18.Tussen de prachtige bomen staat ze, met prachtige struiken, totdat ik afbrokkel 19. En alles wat ik kan doen is grijpen, maar dan brokkelt mijn arm af, en dan alles om me heen. 20. De zee der leugens spreekt tot mij. Maar ik kan niet terugspreken. Alles gaat dus achter glas, want het lag er allemaal te dik bovenop. Dat is dus het werk van zij met de rode laarzen, wat ook een aspect van de hei is, de rode hei. Zij heeft diverse kleuren. Ook boek 9 gaat hier verder over, de pijlen. In boek 22 wordt gesteld dat de pijlen ook kunnen komen in de vorm van iets wat we lezen. hoofdstuk 50. het menselijk lichaam voorgesteld als een bijenkorf – dwalen door de vur Het beeld van de bij die honing neemt uit de bloem, en van de vogel die vruchten neemt van de boom of struik, wat is het ? Het is een metaforische beschrijving van hoe het hart, de bron, communiceert met het hoofd. Je mag het geheugen en geweten in het hart hebben en de gedachten die als bijen en vogels in het hoofd zijn kunnen er op neer dalen. De bij neemt zijn honing, en de vogel zijn vruchten. Ook is het een beeld van de ademhaling. De bij daalt neer op de bloem en neemt de honing is een beeld van hoe men ademt. De long verwerkt de adem, zoals een bloem honing heeft verwerkt, wat door de bij wordt genomen. Zo mag de mens honing putten uit zijn geheugen en geweten, als een bij. De mens is dus zowel de bloem als de bij. Het hart is de bloem, het hoofd is de bij. Of de long is de bloem, en de bij de adem, en dan adem je uit, en als je inademt, dan wordt de adem door het hele lichaam verspreid. De longen zijn dus ook de bijenkorf, of de opening ervan. In de bijenkorf wordt de honing verder verwerkt. Boek 84 van de vur is het boek 'wilde honing' waar dit proces ook beschreven wordt.

375 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication