heelmeesters. de roekelozen. 2. Draait u daarom om, en keert terug van uw onrechtvaardige wegen. 3. De onrechtvaardigen zullen geen plaats in Haar vinden. 4. Zo is de hemel hard en vast in al Haar wegen. Haar wegen leiden tot leven, opdat u niet de eeuwige dood zult sterven. 5. Zij zal de valse lach slaan. De valse lacht leidt tot de dood. U zult onherroepelijk sterven wanneer gij zult lachen met de vijand. Zij vieren grote feesten om de hemel te bespotten. Aan Haar wraak zullen zij niet ontkomen. 6. De vijand verdoet zijn tijd, en maakt plezier in de oorlog. Blinde dwazen zijn zij. 7. De hemel haat hen, en heeft hen alreeds in Haar val gelokt. 8. Een groot oordeel komt tot de aarde, vanaf Haar hoge bergen. Zij brult, en zal spoedig komen. 9. Dit geheimenis is alreeds onder u aanwezig, en zal ontwaken. 10. De hemel is wraakzuchtig, en laat Haarzelf niet omkopen. 11. Hun geld zal wegteren in hun zakken. Hun gedachtes zullen wegteren in hun hoofden. Want hun gedachtes waren vol van onheil. 12. Ja, een groot oordeel komt vanuit Haar hemelse berg, waar Zij troont in grote grimmigheid. 13. Wee u, oh aarde, want de hemel jaagt op u. 14. Een groot plan heeft de hemel opgesteld. Zij zal dit plan in oorlog voltooien. 15. Roept Haar aan, en Zij zal niet luisteren. Zij luistert naar de stillen van hart en hen die toetsen. 16. Zij haat hen die bidden en mekkeren tot haar. Ziet, zij is ver weg van hen. Zij haat de gebeden van 1026 17. Zij voert hen weg tot verre eilanden als bannelingen. 18. Zij heeft de benen van valse rechters gebroken, en brult over hen als een roofdier over zijn prooi. 19. Groot in krijgskunsten is Zij ! Ondoorgrondelijk zijn Haar paden in de oorlog. 20. De vijand probeert vat op Haar te krijgen, maar zij zullen Haar niet vinden. Hun wegen leiden allen tot de dood. 21. Zij zullen zich een korte tijd verheugen over hun onrechtvaardigheid. Maar in de eeuwigheid zijn zij nietig. 22. Haar wegen zijn ondoorgrondelijk ! In de jacht is Zij ongekend. 23. Ja, misleiden zal Zij al deze misleiders. Zij is groter in misleiding dan Haar vijand. 24. Ja, bespotten zal Zij al deze spotters. Zij is groter in spot dan Haar vijand. 25. En ziet, bannelingen zullen zij zijn, en er zal niet met hen gerekend worden. Nietig zijn zij voor Haar zijn. 26. Verbannen zullen zij zijn voor eeuwig. Haar tenten zullen zij niet vinden. Haar almacht heerst over de aarde. 27. Stilte zal over de aarde komen, en de weeklacht zal groot zijn. 28. Een duister geheimenis zal tot de aarde komen, en hun goden zullen openlijk tentoongesteld worden. 29. Een grote storm heeft Zij uitgezonden om ellende te brengen. 30. Zij omhult Haarzelf in grote duisternis, want grote duisternis is Zij. 31. Zij is bekleed met de vellen van gevallen
1027 Online Touch Home