1. En de dochter des hemels geraakte in grote toorn en vervoering, terwijl zachtheid zich in haar uitstortte. En ze noemde haar zoon bij name. Toen begon ze de hemelen te herscheppen. 2. Zij is de hemel van bloedrivieren, de Grote Vernietiger. Niemand zal met voorspoed oorlog tegen haar voeren. Ze zal in de nacht komen. Zij is de verschrikkelijke, de angstaanjagende en de schrik van de hemel. Zij heerst over het bloed en de dood. Ze is vertrouwd met de diepten van de onderwereld. 3. Vreselijk is haar toorn over degenen die van haar stelen, en verschrikkelijk is haar toorn over degenen die haar in haar rust verstoren. Hemelse terreur is haar naam. Als ze het bevel heeft, kan niemand Haar woonplaats verlaten, alleen enkele afgezanten glijden weg in de nacht. 4. Spreek geen ijdel woord uit als gij bij Haar bent, want ze zal u verslinden. Maar zij zal zorg brengen tot hen die zorg dragen. 5. De Leeuw sprak deze woorden : Nu dan gaan de gezanten uit om het Woord te zuiveren. Hij werd gevolgd door een grote groep leeuwen. De leeuw was rood en wild. 'Verschrikkelijk' was zijn naam. Toen sprak een stem : Nu is het oordeel gekomen tot het binnenste der aarde en de zee. 6. En er verscheen een grote leeuwin in het midden van de hemelen, die haar afgezanten begon uit te zenden. En toen sprak God deze woorden : De laatste dagen van de markt zijn gekomen. 16. Deze zal zeer groot worden en dan vallen. De markt heeft slaven gemaakt, maar Ik zal hen vrijzetten. 7. Ik zal de melk van Mijn Woord laten stromen om hen vrij te zetten, en ik zal hen leiden. 8. En melk en honing begon over de hoofden van de 1030 vromen en de gewilligen te stromen, en zij spraken van geestelijke dingen. 9. De aarde begon te beven en slokte de rivieren op, maar de zeeen begonnen groter te worden. Een zwarte leeuw rees op uit de aarde, en er kwam een stilte, waarna woorden van wijsheid werden gesproken, terwijl boeken zich openden. 10. En zij die het Woord hadden gehoord hadden rust. 11. Kent gij de bitterheid van het Woord ? Ik zag de tranen als donderstenen en hagelstenen op de aarde vallen, en rivieren begonnen te stromen. En een luide stem sprak : Kunt gij uw grootbezit nog omhullen als Beloch de aarde bezoekt ? 12. En ik zag de markt uit de hemel vallen, en deze begon op de aarde te schreeuwen om de vromen aan te klagen. En zij werden gebeten. En de kooplieden begonnen hun doden te geven. En zware hagelstenen kwamen op aarde, om de schepen der kooplieden te doorklieven. 13. En het Woord leidde kinderen tot het hart en huis van Marion, en hun wonden waren diep. En diep in het huis van Marion groeide een boom, waaruit geestelijke melk vloeide. Maar de doornen van de geestelijkheid waren scherp, en vele kinderen verlieten het Woord. En deze dagen werden de afval der kinderen genoemd. Maar het Woord was ontfermende over hen, omdat zij als wezen waren. En het Woord leidde hen tot een rots, waarin zij eeuwige rust vonden. En het Woord noemde die rots de rust der hermitaten. 10. De gezichten van de zee van ijs 1. En ik zag een groot beest komende uit de zee van ijs. Ben ik bang voor zijn grote hart, waar zielen
1031 Online Touch Home