242

tentendienst. 16. Zij roept u tot sociologie, de sociologische oerkennis. 17. Duistere jagers zijn in de lucht. Zij komen met een zwart boek. Dit boek bezit het slaven implantaat, waar mannen heersen, en vrouwen dienen, maar zij zijn allen slaven. Allen zijn ze gesteld onder de zwarte god met een witte huid. Een witte man. Maar eigenlijk is deze man geen man, maar een beest. Het is Zaralahm. Zwarte wachters zijn overal in de lucht. Zaralahm, de melaatse, heeft hen opgesteld als zijn slaven, om vrouwelijke slaven te maken. 18. Het is een groot gif, van een zwarte appel. Er is een beest bij de boom. Dit beest bewaakt de oerkennis. Hij heeft zijn troonboeken opgesteld, in de dieptes van Betelgeuze, een Orionse ster, om ze over de aarde uit te spuiten. Zaralahm houdt zijn vrouwen gesluierd, want deze vrouwen bewaren de gnosis. 19. Het zwarte boek om de troonmacht te vestigen, als een lange slang die de aarde langzaam maar zeker in een onontkoombare wurggreep zou brengen, heel subtiel. Het zwarte boek zou een witte huid krijgen, als een witte spin die de volkeren zou verslinden. 20. Maskers van ijzer maakten soldaten van vrouwen, vechtslaven met messen, om hun ongelovige mannen te vermoorden in de huwelijksnacht, om hen te leiden tot de god van de dood, om tot het geloof gedwongen te worden. Zwart ijzer, ijzeren maagden, met messen, marcherende in opdracht van de oppergod. Zij kloppen aan op de deuren, zonder genade. Ze ontvoeren mannen naar een plaats genaamd huwelijk, waar ze zullen moeten buigen voor de god, als door de dood heen, tot zombies voor een nieuwe morgen. 242 21. Zij ontvoeren mannen, voor een nieuwe morgen. De geesten van het zwarte boek hebben geen genade. 22. Maar de eeuwige prediking zou gepredikt worden. Wat is deze eeuwige prediking ? Ook de vijand had een eeuwige prediking. De boog werd gespannen. Dit was een zwarte boog, en een zwarte pijl zou geschoten worden. Het was de zwarte heraut voor de komst van het zwarte boek. Dit zou leiden tot de witte troon, een groot voorhangsel. 23. Het zwarte beest met een zwarte ruiter, die een weegschaal in zijn hand had. De komst van een zwart boek, de duisternis zou regeren. 24. Zaralahm wilde de aarde laten geloven dat menselijke overleveringen en tradities regeerden, terwijl Zaralahm deze slechts als een sluier gebruikte. Het was als het ware de lap van de stierenvechter, om de stier daarmee in de war te brengen. 25. De blanke kolonist dacht dat hij als blanke heerste over donkeren, maar werd bedrogen door een illusie van heerschappij en controle. 26. Het beest lacht. Ze worden als varkens vetgemest voor het beest. Zij worden afgeleid. Zoveel materiele rijkdom hebben ze vergaard, maar het heeft hen verblind. Ze staren zich helemaal blind op menselijke overleveringen en tradities, terwijl het beest hen bindt. Het zwarte boek heeft hun hart ingenomen, en ze verafgoden het witte, de witte sluier van het beest. 27. Het beest heeft al deze witte sluiers gemaakt, om machtslustige en hebzuchtige zielen erin te verstrikken. 28. De eeuwige prediking laat zien dat overmoedigen door de zwarte vrucht vielen. Deze

243 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication