278

19. Daarom wilde het oervlees dit getal vervalsen, om de aarde tot een slaaf te maken van hem. Salomo was de bewaker van de schepping. Hij was de schrijver van het boek Hooglied, over de goddelijke schepping. 20. Het oervlees wilde dit allemaal vervalsen, tot een karikatuur van de hemelse, paradijselijke schepping. 21. Dit is dus een grote ontmaskering. Het beest van het oervlees wordt bereden door een hoer. De kop zal afgehakt moeten worden, en tot de Heere gebracht worden, voor de herschepping van het menselijk lichaam. 22. Het beest van het oervlees wilde zijn eigen valse leegte gebruiken om de mens binnen te zuigen in zijn koninkrijk. 23. De mens in het paradijs was gemaakt om 'mayim' voort te brengen, de goddelijke schepping. Mayim betekent ook gewelddadig, als een soort van wassen, en het betekent ook kortstondig en subtiel. Mayim is een oorlogsschepping, als een deel van de goddelijke wapenrusting die de mens ingebouwd had in zijn lichaam. 24. Dit is een priesterlijke uitrusting, dus dan komen we weer tot de stenen in deze uitrusting die de fundamenten uitbeelden, zoals de tucht (het visnet) en de vreze des Heeren. Wij moeten dus terugkomen tot die priesterlijke uitrusting. 25. De geest 'Dorom' was door Septus opgesteld om het gestolen lichaam van de mens te bewaken. Wij moeten dus Dorom bestrijden om in te kunnen gaan tot ons originele, goddelijke lichaam. Dit is zo belangrijk dat er speciaal hiervoor een hemelse gezant kwam. 26. Door de strijd tegen Dorom zullen de bronnen van 'mayim' uitgegoten worden om de aarde te 278 oordelen, en om de mens terug te leiden tot de bronnen van mayim, van de schepping. Dat zijn dus in wezen de bronnen zelf die wij zullen bereiken wanneer wij de koppen van de beesten van het oervlees en de oerzonden hebben afgehakt en verslagen. 27. Dorom kan verschijnen om verlammend gif te spuiten, wat verschrikkelijke angsten kan opwekken. Ook kan dit beest mensen depressief maken. 28. De delen van het lichaam van de Heer worden gerepresenteerd door de gemeentes, maar dan op een verschrikkelijke manier. Daarom moet er tot de heilige bronnen van die gemeentes gegaan worden. 29. Groet hen die in de verdrukking zijn. Genade zij u en vrede van God. 30. Laat u dan zaligen in God. 31. Ziet dan toe dat gij dit niet veracht, en bidt dan ook voor alle gemeentes, want zij zijn niet verre van de verwijdering. 32. Gij zijt volwassen geworden in de Heere, en zo zijn dan de overleggingen van het oervlees voorbijgegaan. 33. Weet dan dat de wildernissen des Heeren ordelijker zijn dan de orde der wereld. 34. Leert dan alle namen kennen. 35. Gij hebt dan waarlijk de tent Gods en de tentendienst van gerei voorzien, en de heiligen goed toegerust. 36. Gij hebt uw zonen gebracht tot Spricht, en zij zijn waarlijk zonen des Heeren geworden. 37. Gij hebt uw dochters gebracht tot Zetdonia, en hen de klederen van het heil gegeven. 38. Gij zijt rein geweest op heilige bergen, en niet

279 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication