ooit. 2. Verminderen, verminderen, afremmen, vertragen, nog meer verminderen, dieper in jezelf komen, alles loslaten, totdat je bij de innerlijke natuurbronnen komt, waar dingen vanzelf op een natuurlijke manier opwellen. Het bestaat. Ik heb het zelf meegemaakt. Maar het komt niet als je je ergens halverwege laat verleiden. Het vereist dus discipline, en het is het mooiste wat er is. 3. Je moet dus in het verminderingsproces minderen totdat je door de grens van realiteiten heengaat, en dan wellen er vanzelf dingen op, en die kun je dan ook niet tegenhouden, want het zijn de leerregels van zaaien, ontkiemen en bloeien. Kan een bloem dit proces tegenhouden ? Het is niet tegen te houden. Het is een heel zuiver proces. Maar als je zelf dingen gaat grijpen en je stopt ergens halverwege met het minderen, met het dieper in jezelf gaan en met alles loslaten, dan wordt dit proces onderbroken, en ben je geen bloem meer. Dan neemt de natuur afscheid van je. Dingen kunnen alleen zuiver groeien vanuit het niets, vanuit het gaan over de streep van de realiteiten. Je vermindert en vermindert totdat de illusie breekt, en het hemelse doorbreekt. 4. De mens moet zijn status en eer inleveren, zijn aanzien, om zo gezaaid te worden op de hemelse akker, op de bloedakker. Dat is waar in diepte het boek Leviticus over gaat, en ook het Talmudische boek Zevahim, over het metaforische offeren, wat dus in eerste instantie altijd een zelf-offer is. 5. Het is de opname, de heilige gebondenheid, de ervaring die je hebt als je door de verminderingsgrens heenbreekt, waardoor je daadwerkelijk 'sterft' aan jezelf. Het is de mooiste en belangrijkste ervaring die er bestaat. 6. Je wordt hierdoor niet op een aardse manier gelukkig, van huisje, boompje, beestje, want je ogen 525 gaan open en je kan door alles heenprikken. Je ziet de aardse, lagere krachten aan het werk. Maar je wordt dus wel 'geleerd', en dat is uiteindelijk het ware, eeuwige geluk, het geluk door het geestelijke visnet, het geluk van de hemelse kennis. Het is bitter-zoet. Je sterft een bittere dood aan jezelf, opdat je wijs wordt. Het ware geluk is de wijsbegeerte, waar je alles voor opgeeft, zoals de man die alles verkocht om die ene juweel te bemachtigen, de steen der filosofen. 7. De Israelieten doen geen letterlijke offers. Ze benadrukken met klem dat het om de offers van de lippen en het hart gaat, en dat het metaforisch is. 8. Dat is dus het ware offeren : het afleggen van de zonde. 9. Ook zijn er gelofte-offers, de offers van volharding, die nodig zijn om over de dimensionale streep van vermindering te gaan. Dit zijn volkomen offers. 10. De offerdienst was oorspronkelijk een metaforische taal, maar de menselijke overleveringen en tradities begonnen dit een andere invulling te geven. 11. Talmoed betekent studie. De Talmoed wordt niet gelezen, maar bestudeerd, en de Talmoed bevat vraagstellingen en discussies tussen rabbi's, vol van tegenstrijdigheden, vol contrasten, voors en tegens, die de verschillende facetten en structuren, de verschillende lagen en seizoenen, van tenachteksten laat zien. Het is dus min of meer een orakel, waardoor de leerling de noodzaak in gaat zien om terug te keren tot de natuurbron, tot God, voor een heldere kijk. 12. Dat is de bedoeling van de chaos van de Talmoed. Het is ervoor om het denken van de leerling te verwarren, zodat de leerling geen vooroordeel kan scheppen of een overmoedige
526 Online Touch Home