555

beeld van het ego wat eerst moet sterven. 128. De kennis groeit door het geheugen als een getuige. 129. Het geheugen vaart ten hemel na de nacht van de vergetelheid. 130. Er is geen voleindiging zonder mindering. In het minderen is de voleindiging. 131. Zij beeldt ook het touw uit, zoals de zoon des mensen in de wildernis tot het touw kwam in de zin dat hij sprak dat hij zonder God niets kon doen of zeggen. 132. Ook het volk Israel kwam tot het touw in de wildernis. Dit laat de brug zien tussen hemel en aarde. 133. Paulus bidt dat de honger, het minderen, overvloedig mag worden, opdat het de hemelse natuur kennis zou voortbrengen die de menselijke natuur zou overweldigen en innemen. 134. De mens heeft eerst een worsteling met het touw te voeren. Alles moet getoetst worden. De mens moet niet vallen voor overmoedig vertrouwen en overmoedige godsdienst, want men zou maar eens een afgod dienen. 135. Gerechtigheid is in het Egyptisch de diepere betekenis, en is altijd verbonden aan het touw, opdat de mens niet overmoedig oordeelt. 136. Het volk in de wildernis werd geleid tot de Zukki stam, als een beeld van het touw, van de heilige gebondenheid. Zo overleefde het volk. Maar hun ego ging de dood in, want voordat de Israelieten tot het eeuwige touw kwamen werden ze gebeten door slangen, en velen stierven. 137. Zij die niet in de heilige gebondenheid zijn en er niet toe naderen, worden erdoor gedood, als een 555 138. De naaktheid gaat over de ontbloting van het geheim, de openbaring, maar de wildernis heeft haar eigen camouflage en bedekt de lichamen met haar modder. 139. Wij komen alleen tot het geheim en de openbaring ervan als wij aan ons ego sterven, en dan zullen wij moeten leren het geheim te bewaren en niet voor de zwijnen te werpen. Wij moeten ons camoufleren in de wildernis. Ook anderen moeten de prijs betalen. Wij moeten het geheim bewaken tegen rovers. 140. Het geheim, de baarmoeder, de wond, bouwde het geheugen op, als een weg tot het oergeheugen. Dit is waartoe we moeten komen tot de Zukki stam. We moeten niet blijven steken in het geheugen, maar dieper her-inneren. Het oergeheugen zal alles op zijn plaats doen vallen. Daarom moet de mens ook weer zoveel vergeten, vastgelopen, vals geheugen. 141. Het vastgelopen geheugen, het oppervlakkige geheugen, is een droom. Het kan zelfs een nachtmerrie zijn. Daarom moet de mens dieper. Komen tot het onderliggende geheugen. 142. Het is allemaal dieper binnenin, Ze weten niet meer waar ze zijn, Hier begint een andere droom Zij spreekt in een taal die zij niet verstaan 143. Wanneer een mens aan zijn ego sterft in de diepe nacht, dan komt hij tot de woeste zee van de dood, en dan moet hij wachten op de rode vogels, de rode ibissen, die hem over de zee van de dood zullen brengen. Dit zijn hele grote vogels.

556 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication