829

en er moest veel werk gedaan worden. 15. Daarom is mijn naam oorlog. Mijn naam is slacht. En de mens op aarde streed niet tegen het kwaad, maar ze streden tegen elkaar. 16. En de mens gaf namen aan zijn goden. En zij werden dik op hun droesem, zodat ze niet meer werkten. En zij namen steekpenningen aan om te liegen. 17. En groot bedrog heerste op de aarde. Daarom bezocht Ik de aarde in toorn. 6. Je kunt ze herkennen aan dat het altijd weer om aards geld draait, vlees, macht en aanzien. Maar Buli heeft de nederigheid lief. Buli verafschuwd de hoogmoed. Zij keren nooit weder. 7. Buli's ogen gaan over de aarde om te zoeken wie haar volgen, maar zij vind niemand. Allen zijn zij afgeweken. 8. En sommigen onder u zeggen : maar god is een man. Zij dwalen. Ik heb de man niet als god geschapen. 9. Er is tegen u gezegd dat gij het hemelse geestelijke moet ontvangen, maar Ik zeg u : gij moet de laatste ontvangen. 21. Buli heeft de nederigheid lief 1. Ik strijd in het hemelse leger tegen de zonde. 2. Vele goden hebben ze aanvaard, maar Mij hebben ze niet aanvaard. 3. Zij zijn lui en lauw geworden, onverschillig naar de waarheid. De mens is ijdel en eerzuchtig. 4. Koop daarom van mij het hemelse woord, niet met aards geld, maar met een luisterend oor. De aarde kan dit woord niet verstaan. Alleen de hemel kan het openbaren. 5. Buli is de waarheid voor wie de waarheid liefhebben. Zij die de waarheid niet liefhebben komen bij andere goden terecht, om elkaar te bedriegen. 22. Liefdesnetten 1 Zij zijn al dood en weten het niet, Hier is waar de eenzijdigheid toe leidt, Zij dragen het bewustzijn maar het is afgeleid, Dragen het geweten, maar het is vergaan, in zichzelf zijn zij verdronken. 2. Zij zijn al dood, maar hebben het nog niet gehoord, Zij zijn doof en blind, zonder gevoel en liefde, Het is koud geworden in hun hart, Zij hebben niets. 3. Zij zijn al dood, maar zij werken nog, 829

830 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication