213

oftewel een vracht tussen het ene en het andere punt. De mens mag zo opgaan tot de histometrie of geschiedometrie, om de patronen in de geschiedenis te ontdekken. Metrie op de geschiedenis toepassen als een werkterrein, als een timmerman, carpentrie. De spijkers moeten door het vlees, en dan moet het een deel worden van het bouwwerk, waarin het vlees verder ingepast kan worden en kan vergaan. Dat is wat de recyclocratie is. Alles moet verwerkt worden. De Pleiaden, de oogst van rigil kent, de vleselijke verstening, is een snel-ontlader, die alles maar snel snel van zich afwerpt om vrolijk te zijn, de dronken zot van het universum. Terwijl de machines van de recyclocratie shamanistisch door alles heen trekken. Waar wil je onderdeel van zijn ? Van de Pleiadische watervogel jagers ? Het water staat voor de lagen van de geschiedenis, en de watervogel staat voor de vergeestelijking van de geschiedenis, de verhemeling, maar de Pleiaden hebben zich versteent in modernisme en conformisme, ook comfortisme, drang naar aards gemak en aardse luxe. Dan moeten de hemelse watervogels met hun allegorieen het ontgelden, door dit Pleiadische opportunisme, de oogsters op de akkers van het vlees. Het zijn maaiers. Gij geheel anders, het is beter om te hongeren in de geschiedenis dan om te graaien in het modernistische, luxe tijdperk. Het hongeren in de geschiedenis heeft zijn eigen hoogtepunt, of dieptepunt, als een diepte-orgasme, zoals besproken in ons onderwijsboek ‘De Recyclocratie’. Dit bespreekt ook het werk van Dante, die lagen aanbracht in hemel, vagevuur en hel, en daar dus metrisch en dichterlijk mee omging : ‘Het Voorgeborchte is de eerste hellekring, de limbus, de voorhof, waar ook eens hen van het OT zich bevonden, maar deze zielen werden later opgenomen. Door het christendom, of kruizendom. Zonder hoop te leven in verlangen gaat over de verlangens van het vlees die nooit bevredigd mogen worden maar die moeten sterven. In het hoogtepunt van de honger, of dieptepunt, is de opname. Het vlees moest dus naar de limbus van honger, opdat het zou sterven, opdat de mens zo uiteindelijk tot het kruis zou komen, tot opname. Het is als het winnen van Rachel door Jakob na jarenlang zwoegen.’ (De Recyclocratie, p. 36) Dit zijn de machines van de wilde jongens, hun voertuigen, hun beesten die ze getemd en gecorrigeerd hebben, waarop ze rijden. Het zijn geschiedenisverwerkers, machines van de recyclocratie, waardoor ze de metrie toepassen op de geschiedenis. Ze meten alles door, semiotisch, om op zoek te gaan naar verborgen tekens. Zij zijn preteristen. De machines van de wilde jongens zijn de rijdende forten van de volgelingen van Johannes Hus, de Hussieten, tijdens de Hussitische oorlogen, die uiteindelijk leidden tot een wapenstilstand tussen de hussitische kerk en de katholieke kerk, tot een verbond, een compromis, waar uiteindelijk de daadwerkelijke reformatie uit

214 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication