0

1e Jaargang, nummer 9, 19 juli 2023 WATERVAL Blad voor Rodenbergs-Nederlandse Letterkunde __________________________________________________________________________ VERBORGEN GEHEIMENISSEN IN DE BETHLEHEMSE WILDERNISSEN Toen de mens zich boog over het kindeke Jezus in een stal in Betlehem vergat men de worsteling die Adonai had met het zwijn van het oervlees dieper in de wildernissen van Betlehem. Velen zagen het kindeke Jezus als een buitenkans om aan de dienstoproep van Moeder God te ontkomen, om zo vervroegd met pensioen te gaan met de drugs van geloof en genade die het kindeke met zich meebracht, als je meedruipt met de westerlijke interpretatie van dit verhaal. Natuurlijk, ook het Adonai verhaal was ontspoord op vele manieren, die ook wel Tammuz en Adonis wordt genoemd. Het was een eerdere soort van Jezus Christus, of een eerdere Mohammed. Er was veel persoonsverheerlijking en objectificatie, zoals in het latere christendom, en veel betekenissen gingen verloren. Het zou eigenlijk om de principes moeten gaan. Mythes hebben dus altijd een groot gevaar dat het tot materialisme wordt. Daarom moet er onderwijs over deze dingen zijn. Maar we hebben het hier over een bron, een bloedader, of slagader, van Bethlehem, en die bron werd door het westerse christendom dichtgegooid. De ellende was niet meer te overzien want men streed niet meer met het zwijn van het oervlees. Tijd om in de diepte te gaan. In Sumerië was Adonai Dumuzi genoemd, en Damu, of Damuzi. Damu betekende de getrouwe zoon. Hij was de stervende zoon van de godin Inanna-Ishtar, wat elk jaar uitgebeeld werd door de natuur, waardoor Damu de onderwereld inging, en vervolgens gezocht werd door Inanna-Ishtar om tot leven gewekt te worden. Dat was waar deze religie om ging : Moeder God op zoek naar haar zoon. Inanna-Ishtar was de godin van de liefde en de oorlog, dus die riep ook haar volgelingen op tot de oorlog, tot de worsteling met het zwijn van het oervlees, in de wildernis, in de dieptes van Betlehem. Kun je het stalletje van Bethlehem wat in de stad wordt verkocht loslaten om in de dieptes van Bethlehem’s wildernissen te gaan om te worstelen met het zwijn van het oervlees ? Dat was het werk van Damu, wat later werd tot Adam. Damu werd doorboord door de slagtand van het zwijn, gespietst aan een boom, en werd daarom gezocht door Inanna-Ishtar. De slagtand was het besnijdenismes, en dat is ook wat de Egyptische Adam betekent, d’m, namelijk de besnijdenis van het hoofd, van het verstand, de besnijdenis van de top, van de vleselijke overheersing dus, als een beeld van de territoriale oorlogsvoering in de hemelse gewesten. Daarom is en blijft Adam een belangrijk archetype, en wordt het rijkelijker uitgelegd in het verhaal van Damu. Ook Adam viel in de onderwereld en werd gezocht door Moeder God. ‘Adam, waar zijt gij ?’ Ook Adam werd gespietst aan de boom door de leugen van de slang, of de leugen van het zwijn, doorboord door de zwijnenslagtand. Paradeisos is Grieks voor jachtvelden. Adam, Damu, was in een worsteling met het zwijn van de oerleugens, van de oerzonden, en werd hierin eerst doorboord, en daalde zo af in de onderwereld. In de Septuagint, het Griekse Oude Testament, ging het over de hof van Edom, Edem, niet Eden, dus het wees op Ezau. Als we het over Ezau hebben, over Edom, dan hebben we het over de wilde jacht die de mens moet voeren op het oervlees. Ezau, Edom, het wijsheidsvolk, was een beeld van het paradijs, de Paradeisos. Dit grijpt allemaal heel diep. Ezau kwam tot Jakob en moest alles afleggen, zijn status, zijn titel, zijn eerstgeboorterechten, om zo tot het rode te komen, als een beeld van de dood door de slagtand van het zwijn. Toen Damu tot de onderwereld ging in de Mesopotamische religie moest hij bij elke poort iets afleggen, totdat hij helemaal naakt was en in gevangenschap en slavernij tot de eeuwige duisternis, opdat hij nooit meer zou kunnen terugkeren tot slavernij aan het oervlees. Dit gebeurde door de zwijnenslagtand. Alleen zo kon het zwijn van het oervlees overwonnen worden. We zien dit ook nog terug in het verhaal van Jezus en de zwijnen, waarin hij de zwijnen in de zee liet storten om daar te verdrinken. Dat is een symbolisch beeld. Ishtar werd tot Easter, tot pasen, wat het hele proces laat zien van de schepping vanuit de afdaling in de onderwereld. We hebben het dan over de worsteling met het zwijn, als we het over het pasen hebben, en het doorboord worden door de zwijnenslagtand ter besnijdenis van het oervlees. We hebben het dan over de diepere vóórchristelijke geheimenissen van Bethlehem. Uiteindelijk bracht dit Damu-Tammuz tussen de borsten van

Moeder God om de hemelse melk te ontvangen. We kunnen daarom zeggen dat de mesopotamische religie heel dualistisch was. Ja, het ontspoorde, wat uiteindelijk leidde tot het westerse christendom, maar er was ook een pad doorheen, wat ook door Israel heenliep, en wat de nieuwe bijbel weer terugbrengt. Moeder God die in de Bethlehemse wildernissen dwaalt, op zoek naar haar zoon. Dat gaat veel verder en veel dieper dan zomaar de stal waarin het kindeke Jezus werd geboren. Velen komen niet verder dan dat. Ze gaan niet geheel de weilanden door totdat ze het bos bereiken. Ze zijn misschien wel op het smalle pad, al dan niet zelf gemaakt, maar ze hebben het eeuwige touw niet gevonden. Daar zijn ze niet naar op zoek. Ze hebben immers de Jezusafgod. Ze hebben een stalletje gekocht in de stad, en denken dat ze er zijn. Ze willen het eeuwige touw niet, want dan zouden ze moeten worstelen met het zwijn van het oervlees en dan zou hun eigen geliefde, beminde, dierbare en kostbare vlees eraan gaan. Niemand mag aan hun heilige stalletje komen. Moeder God dwaalt alleen in de diepe Bethlehemse wildernissen en onderwerelden op zoek naar haar zoon. Bij elke poort van de onderwereld moet je iets afleggen, totdat je naakt bent, dus daarom volgen velen haar niet. Ze hebben liever imitatie. Alles in hun leven is imitatie. Ook het smalle pad is imitatie. In de Bethlehemse wildernissen en onderwerelden, ver van het klassieke stalletje van kindeke Jezus vandaan, worden alle valse lichten gedoofd. Je komt daar niet ver met allerlei fabeltjes en menselijke overleveringen en tradities. Je moet het allemaal afleggen bij de poort. ________________________________ DE HOORN VAN HET WILDE RUND Het oervlees sterft af aan het oervlees. Door het oervlees aan het oervlees afsterven. Het universum is wijsheid. Het zal altijd wegen proberen te vinden die wijsheid aan je te overhandigen, maar zal geen paarlen voor de zwijnen werpen. In de gnostiek ging het oervlees van Mithras eraan door de hoorn van het wilde rund van het oervlees. Eerst stierf hij om tot overwinning te komen. We kunnen dat vergelijken met hoe AdonaiTammuz stierf door de zwijnenslagtand. De hoorn van het wilde rund is een belangrijk item in de eeuwige prediking. We moeten worstelen met het wilde rund van het oervlees zoals Mithras. Ook het Mithraisme is ontspoord. Dat kun je in Spanje zien. Ze hebben deze mysterien gruwelijk van het oervlees. Beiden werden zij doorboord door de hoorn. Beiden kwamen zo tot inzicht, en beiden stierven zo af aan hun oervlees en raakten verlost verschrikkelijke drugs. Het gaat erom boven water te komen. In de vissersoorlogen wordt men doorboord door de vissersspeer, wat men ook moet aanvaarden, als de speer in de zijde van Yeshua. Aan het begin van mijn predikantschap had ik een ontmoeting met dit rund van het oervlees. Het verscheen aan mij, een wild rund, en er waren overal lichten in mijn kamer, paars en groen. Ik lag in bed en had een lange strijd. lopen verletterlijken. Het is objectificatie geworden in plaats van dat ze het dieper hebben lopen vergeestelijken. Deze tragedie moet de mens geestelijk uitvoeren. Het is proza. Het beeldt de lange slopende weg om af te rekenen met het oervlees, met de oerleugens en de oeronwetendheid. Het laat zien hoe de mens moet afkicken van de oerdrugs. Aanvaard de hoorn van het wilde rund in je leven. Aanvaard de worsteling met het rund van het oervlees. Aanvaard de dood door het rund. Pas als de waarheid hiervan aan het licht komt, de mens onderwezen wordt, kunnen we afrekenen met deze afschuwelijke traditie die ze hier van gemaakt hebben in Spanje. In de dieptes van de Bethlehemse wildernissen zien we deze geheimenissen, waar Ahn (David) en Ezau nog steeds jagen op het wilde rund Eerst moeten wij doorboord worden, aan onszelf sterven door deze hoorn die diep gaat. Eerst worden wij vervolgd. Eerst gaan wij door grote onderdrukking door dit beest. Dit is opdat al het oervlees in ons eraf gaat. Sterven aan het oervlees door het oervlees. Het oervlees sterft af aan het oervlees. Dat is een woest en slopend, lang gevecht met het rund van het oervlees, als met de behemoth, zoals Job ook die strijd had. Het knaagt aan je. Het probeert je gek te maken. Het is een tragedie. Er zal niks maar dan ook niks van ons ego overblijven. Deze strijd maakt korte metten met elk bedrog. Je wordt gespietst door de hoorn aan een boom, net als Yeshua, en hangt daar net als Odin, in zijn gevecht met het wilde, woeste, dolle rund. Er is geen ontkomen aan, want dat rund is in onszelf. Deze tragedie moet in onszelf uitgevoerd worden en tot een goed einde gebracht worden, tot universele wijsheid, en niet tot plaatselijke domheid. We moeten het geheimenis van Spanje overstijgen en tot zuiver gnostisch Mithraisme komen. Veel van de gnostische overleveringen zijn door de eeuwen heen verloren gegaan. Je moet niet denken dat je buiten het van deze

intellectualisme het rund van het oervlees kunt verslaan. Alleen de filosofen zullen overwinnen. Er zijn geen simpele optel en aftrek sommen van geloof en genade in de diepere wildernissen van Bethlehem. Dit beest van het oervlees kan alleen benaderd worden door de filosofie. Onderleg jezelf dus in de filosofie. De filosofie laat de procesvoering en bewijsvoering zien van het geestelijke, en de religie laat de leerregels zien van het geestelijke. Je hebt beiden nodig, en ze zullen je dieper in de natuur brengen. We zijn omringd door de universele wijsheid die zich aan ons opdringt. Er is geen ontkomen aan. Al is de leugen nog zo snel, de waarheid achterhaald hem wel. Breek los uit de stal van Bethlehem. De hoorn van het rund zal daarbij helpen. Het snijdt ons los van het oervlees, en snijdt het oervlees in vele stukken. Deze hoorn komt ons juist tegemoet. De vikingen dragen het op hun helmen, als een groot geheimenis. Mithras was zo geboren en wedergeboren uit een steen, uit de hoorn van het rund, en zo moeten wij ook wedergeboren worden. ________________________________ DWALEN DOOR DE BETHLEHEMSE WILDERNISSEN – DE DRIE VERBORGEN PILAREN VAN HET CHRISTENDOM – HET PAD VAN ISHMAEL "De prijs van onverschilligheid is geregeerd worden door slechte mannen." Plato Plato had het over onverschilligheid in publieke aangelegenheden. Ook theologie is zo’n aangelegenheid. Het is het fundament van de samenleving. Het adonaisme en mithraisme was het fundament van het christendom, doordat het steeds meer ging ontsporen tot een persoonlijkheidscultus en objectificatie. Het stierenvechten van Spanje komt ook door ontspoord mithraisme, toen de Romeinen Spanje veroverden. Er kwam teveel nadruk op het doden van het wilde rund in plaats van het gedood worden door het wilde rund, door de hoorn van het wilde rund. Daarom verletterlijkte het zich. Men streed niet tegen het oervlees, maar verborg het oervlees, en verdedigde het oervlees. Oorspronkelijk was het wilde rund een deel van Mithras wat hij moest overwinnen, als een beeld van de oerzonden. Dit was de basis van de schepping in het mithraisme. Er was niet zomaar Adam en Eva, maar Mithras en het wilde rund. Eerst moest hij door de worsteling met het wilde rund ten onder gaan. Zijn oervlees moest eraan afsterven. Daarom is de hoorn van het wilde rund ook zo belangrijk. Hierdoor kwam hij tot wedergeboorte, en uit die hoorn kwamen de geestelijke gaven. De vader, de pater, was een hoge graad in het mithraisme, wat het westerse christendom ook helemaal uit z’n verband trok, want daarop werd de patriarchie gebouwd. Alles ging om mannen. What happened to the matriarchy ? I mean … seriously. Are you serious ? We hebben onze moeder nodig. Zonder onze moeder is er geen leven. Wat hebben ze met haar gedaan ? In het mithraisme werd het al tot een mannen-alleen society. Dat kun je dus terugzien in het latere westerse christendom, wat ook allemaal om mannen gaat, en in de vrijmetselarij e.d. Are you serious ? Waar is de moeder ? Deze jongetjes zijn op een joyride en moeten teruggeroepen worden. Terug naar de baarmoeder, want in het gnostische mithraisme, in het filosofische mithraisme dus, waarin de nuances worden gelegd, daar is het ‘vaderschap’ een beeld van de verbrokenheid, juist het doorboord worden door de hoorn van het wilde rund, in de worsteling met het oervlees. Maar ze hebben er iets protserigs van gemaakt. Met de stropdas elke zondag haantje de voorste, met de borst vooruit lopen bassen op de preekstoel. Bibberende vrouwtjes in de kerkbanken, slaafse vrouwtjes. En de kinderen zijn allemaal aan Saturnus geofferd, de kinderetende afgod. Dat gaat en gaat maar door, dus iemand moet die mallemolen stopzetten. We moeten terug tot de fundamenten van het mithraisme en het in orde krijgen. Mithras werd geboren uit de hoorn, uit de steen, dat wat hem ramde, en zo moeten wij ook wedergeboren worden uit dat wat ons ramde. We moeten die hoorn in ons leven aanvaarden, dat wat recht door ons heenging, genadeloos. In het zoroastrisme, een voorchristelijke perzisch-iraanse religie, is hij een yazata, een hemels wezen, die de brug tussen deze wereld en het hiernamaals bewaakt, als een rechter. Diep in de wildernissen van Bethlehem moeten wij teruggaan tot deze brug om verder aan het oervlees af te sterven. We zien daar het mysterie van Mithras. We zien Mithras in worsteling met het wilde rund van het oervlees, en moeten deelhebben aan deze strijd, en de hoorn aanvaarden, de hoorn door het vlees. We worden in deze strijd onherroepelijk aan de boom gespietst door deze hoorn, maar dit is om ons voor te bereiden en af te zonderen, als een speciale toerusting. Hierin worden wij geoordeeld door het Mithras-principe en wordt gezien of wij wel helemaal aan het oervlees zijn gestorven om verder te kunnen over de brug. Nu, dit is zeer belangrijk, want we gaan zo een nog diepere wortel zien van het christendom, die daaronder verborgen ligt, nog dieper in de Bethlehemse wildernissen. Deze wortels komen ook weer terug in de nieuwe bijbel, de rvbijbel, die nodig zijn om er doorheen te komen. De mens is volledig vastgeraakt in het moderne westerse christendom en allerlei andere vormen ervan, want juist ook het orthodoxe, extremistische

atheisme is daar een vorm van. Deze geest is een kameleon-geest. Het werkt gewoon allemaal met elkaar samen om de mens in de matrix te houden, in eindeloze cirkeltjes, als het water scheppen in bodemloze vaten, zoals de danaiden deden, wat een oordeel was. Ze werkten in het huis van de leugen. De Chinvat brug, de ziftende brug, waarop iedere ziel geoordeeld wordt, eindigt of in het huis der leugen, het huis van Druj, of in het huis der liederen, het huis der psalmen, Garodman, het paradijs. Het is het huis van gebed en gezang. We kunnen denken aan Ismael en Abraham die dit huis in de wildernis bouwden, nadat Ismael die lange slopende tocht in ballingschap maakte. We hebben het adonaisme besproken, de worsteling met het wilde zwijn, en het mithraisme, de worsteling met het wilde rund, de worsteling met verschillende vormen van het oervlees. Mithra staat op de brug, en dan zien we een andere yazata, een ander hemels wezen in het zoroastrisme, namelijk Sraosha, de gids op deze brug. Deze brug gaat over de poort van de hel en is smal, de smalle brug. Velen zullen van deze smalle brug afvallen tot het huis der leugens, het huis van Druj, de gehele industrie van roddel en fake news waar mensen zich aan laven, ook vandaag de dag. Het zijn huizen van schrokoppen. Nieuws willen ze, en dat verkopen ze door, en ze vergeten zich te wijden aan geestelijke principes en waarden. Idolen willen ze. Helden die alles voor hen doen, terwijl zij toekijken. Het zijn sportkijkers, de beste stuurlui die aan wal staan. Het zijn toeristen die door een camera leven. Nu, luister goed. Sraosha staat voor het hanengevecht. De haan van het oervlees vloog Sraosha aan in het gnostische sraoshisme. We hebben dus het adonaisme, het mithraisme en het sraoshisme, als drie belangrijke wortels van het christendom die we moeten begrijpen, in de gnostische context. Sraosha stierf door de aanval van de haan, in het gnostische sraoshisme, en werd zelf tot een haan, dragende het hemelse woord, omringd door gebed. Gebed is het wapen van het hemelse woord. Zo is er het hanengevecht tegen het oervlees. Het Sraosha principe is de boodschapper van God, van Ahura Mazda, in het zoroastrisme. Deze hemelse haan is een beeld van het geweten, van strijdvaardige discipline in het onderhouden van de hemelse principes, de hemelse leerregels. Sraosha bestond al voordat het zoroastrisme op kwam zetten, dus we hebben het nu over een hele diepe wortel, die heel diep reikt. De haan van het oervlees is als de tong van het oervlees, het woord van het oervlees. In de nieuwe bijbel in het boek Duizen, de opvolger en vervanger van het boek Exodus, staat hierover in hoofdstuk 18 : 34. De tong van het beest van vlees manifesteert zichzelf als een valse messias om de oude wegen tot Ahn te verbergen, en te veranderen. 35. Het kwam om tijden en wet te veranderen. Het zou worden tot een haan, die ook te vinden zou zijn op de toppen van de kerken. De haan zou aanbeden worden. 36. De wereldse heersers waren geinteresseerd in vechthanen voor de markt, om het volk te amuseren, blind te houden, afgeleid, zodat de elite de controle zou kunnen bewaren. 37. Door het ontvangen van het vlees ontving het volk de tongen van het vlees. Deze tongen brachten verdeeldheid. Dit was altijd het mandaat van de wereldse heersers : 'Verdeel, en heers.' In Behemma 21, de opvolger van Genesis, staat : 45. In de territoriale jacht op de kipgeesten zijn woeste hanen, als kemphanen. Zij vechten onderling en vliegen territoriale jagers aan. 46. Kuta-hanen zijn zwarte hanen met witte, blauwe, paarse of rode kragen. 47. Deze veren hebben een verlammende werking, slaapverwekkend. Het zijn zwaar giftige veren. 48. Jelo-hanen veroorzaken spasme, blokkeren en verwarren de spieren en het zenuwstelsel. Wij moeten de aanval van de haan aanvaarden, en de dood door de haan. Het vliegt ons aan in het leven, opdat we verder kunnen. We moeten het hanengevecht in ons leven aanvaarden. De hemelse haan komt hier uit voort, als overwinnaar, door de dood heen, als de opstanding van het hemelse woord. Het is dus nauw verbonden aan het eeuwige touw wat ons voortleidt. Het verklaart ook de interesse die ik altijd heb gehad voor le coq artikelen. Ik had er schoenen en kleding van, nog steeds zo nu en dan. Het sprak tot me. Het wijst terug op deze dingen. Le coq is een haantje in een driehoek. Je kunt dat zien als de driehoek van adonaisme, mithraisme en sraoshisme, de wortels van Bethlehem, dieper in de Bethlehemse wildernissen. De wilde haan heeft ons toegetakeld, onze ogen uitgepikt. We moeten dit aanvaarden en hiermee verder gaan, het uitwerken. Als we het over de haan hebben dan hebben we het over het verbaliserende vermogen van de mens, van het interpretatie-vermogen, en dan moeten we heel voorzichtig zijn, en beseffen dat de mens een heleboel al dan niet hormonale drugs heeft genomen wat met dat vermogen speelt, en wat het corrupt heeft gemaakt, door en door corrupt. Het heeft de mens tot een zijn

drama queen gemaakt. Het woord van het oervlees is drama, want drama verkoopt, maakt jaren ziek op bed gelegen. Hij kon niet naar school, en kon niet buiten spelen. voortdurend slachtoffers. Het hemelse woord is filosofie, geen domzinnig roddelblad. Het hemelse woord is diepte, en heeft zijn eigen drama en tragedie, maar dit wordt uitgevoerd in psalm en proza. Ook is Sraosha, de stem van het geweten, de gids en beschermer van de armen. Het is het idee van hemels loon. Hij wordt ook wel Sorush genoemd, en strijd tegen de Druj, de leugen, het valse loon, het loon van het oervlees. Het Woord is het eeuwige touw, wat alleen maar komt als loon. Dit is waar het Sraosha principe aan verbonden is. De haan is dus de wachter van het huis der psalmen, en de mensheid moet klaar komen met dit geheimenis. Ga diep de tempels in, stop niet waar anderen stoppen. Ga diep tot de fundamenten en de verborgen bronnen. Blijf niet stilstaan, want overal om je heen zie je mensen in zombies veranderen, omdat ze genoegen nemen met alles wat om hen heen is, van de gevestigde orde. Die orde gaat vallen, wanneer wij komen tot de bron. ________________________________ HET POICHOID ZOUT De Orkaan maakte scheiding tussen mensen. Het was gekomen, en mensen zweefden boven de zee. Zieken werden genezen, verlamden, blinden, doven, ernstig zieken, en ze werden tot een andere planeet genomen door de orkaan. Het was de planeet Poichoid, een zeeplaneet met alleen maar eilanden. Het was een woeste planeet. Een jongen zweeft boven de zee. Hij was blij dat het gekomen was. Hij had De orkaan bracht het poichoid zout van de planeet, met rijke mineralen, en het had het voedsel bevrucht. Het opende het zenuwstelsel. Het bracht de mens bovennatuurlijke gaven. De jongen had dat altijd al, maar hij was ziek, zwaar ziek, en voelde zich hopeloos, machteloos. Hij wist dat het zou komen, en nu was het gekomen. De Orkaan maakte scheiding tussen mensen. Een heleboel werden achtergelaten. De Orkaan kwam alleen voor een select genootschap. Het poichoid zout was voor velen dodelijk. Velen konden er lichamelijk niet tegen en werden er zwaar ziek van. Er was niets wat ze konden doen tegen de Orkaan en het poichoid zout. Het was te sterk en het was overal, als een buitenaardse invasie. De Poichoid planeet riep haar kinderen terug, die zij eens uit had gezonden. De jongen was er één van. De jongen lag in het warme water vlakbij een eiland. Daar had de orkaan hem gebracht. Hij werd door een paar natuurvrouwen uit de zee getrokken als een vis. ‘Snel,’ zeiden ze, ‘want de wazen zijn op jacht.’ De wazen waren een soort vissen. De jongen keek hen aan in hun ogen. ‘Ik heb over jullie gedroomd,’ sprak hij. Ze hadden donkere ogen, net als hem. Hij was niet meer zwaar ziek, maar koortsachtig en zwak. Hij rilde. Ze namen hem mee naar een hut. Hij kon gelukkig lopen. ‘Poichoid heeft je genezen,’ zei één van de vrouwen. ‘Het poichoid zout sterkt de mens.’ De jongen knikte. ‘Ik heb van deze planeet gedroomd, voor zo lang,’ sprak de jongen. Maar het eiland begon onder te lopen. De zee bracht haar woeste golven. ‘De wazen zijn aan het jagen,’ spraken de natuurvrouwen. Ze namen hem naar een boot. Ze moesten naar een eiland wat hoger lag. Maar het werd een gevecht met de wazen, die grote, bijna doorzichtige vissen met hoge ruggen. Ze trokken de boot in de diepte. Het schip werd vermorzeld, en de jongen vroeg zich af waarom hij was gegaan. Hij bevond zich op een schip. Er was storm. Er waren hoge golven. De wazen hadden hem te grazen genomen, en daarom hallucineerde hij. Daarom had hij deze dromen, maar het waren nachtmerries. Er werd naar hem geroepen, en hij zag mensen hozen. Uiteindelijk werd hij wakker op een bed. Een vrouw in een witte jurk stond aan zijn bed. ‘Welkom op de planeet Poichoid,’ sprak ze. ‘Hoe ben ik hier gekomen ?’ vroeg de jongen. ‘Door je dromen,’ sprak de vrouw, ‘door het zout van Poichoid.’ ‘Ja, maar de wazen …’ sprak de jongen. ‘Die zijn hier niet,’ sprak de vrouw. De jongen werd weer duizelig en gleed weg. Tranen biggelden over zijn wangen, en hij zweette. Er was alsof iets de hand op zijn mond of keel had gelegd. Hij kan niet goed spreken of helder nadenken. ‘De wazen,’ stamelde hij. ‘Nicht,’ zei de vrouw, ‘die sein hier nicht. Sprach nicht.’ Hij knikte. Hij ijlde in wartaal. ‘Ze hebben me te pakken,’ zei hij.

‘Shhh,’ zei de vrouw. ‘Spreek niet.’ Hij zag de wazen in de lucht. Ze waren overal. Ze spraken door de vrouw heen. Hij begon te roepen tot het poichoid zout, maar de vrouw sloeg hem in zijn gezicht. ‘Ik zal je moeten injecteren,’ zei ze. ‘Jij gestoorde gek.’ Ze kwam toen met een injectie spuit en legde het tegen zijn oor aan. ‘Nee !’ gilde hij. De naald ging diep en het werd zwart voor zijn ogen. ‘Kom dan !’ werd er geroepen. Weer had hij het gevoel alsof hij boven alles uitsteeg. Hij was in gevecht met het gif van de spuit. Weer voelde hij zich als liggende in de warme zee bij een eiland. Weer werd hij door natuurvrouwen op het eiland getrokken, gesleept. ‘De wazen,’ zeiden de natuurvrouwen. ‘Ja,’ zei hij, en knikte. ‘Hier ben je veilig,’ zei één van de natuurvrouwen. ‘Geef hem het poichoid zout,’ zei een andere vrouw. ‘Ik kan niet meer,’ zei hij. ‘Misschien heb ik er al teveel van.’ ‘Veel te veel,’ zeiden de natuurvrouwen. ‘Waarom wil je het dan toedienen ?’ vroeg de jongen. ‘Omdat het je helpt,’ zeiden de vrouwen. ‘Veel is goed hier.’ ‘Ja, maar de wazen …’ sprak hij. ‘Ik heb geen geld voor deze dingen.’ Hij was weer aan het ijlen. Hij begon nog wel gekkere dingen te zeggen. ‘Dit zout maakt me gek,’ zei hij toen. ‘Nee, het zijn de wazen,’ zeiden de vrouwen. ‘Die laten jou ons verkeerd verstaan.’ Hij zuchtte diep. ‘Please,’ zei hij. ‘Help me.’ ‘Je hebt het poichoid zout nodig,’ zeiden de vrouwen. ‘Waar is het ?’ vroeg hij. ‘In de zee,’ zeiden ze. ‘Ja, maar daar zijn de wazen,’ zei hij. ‘Nee,’ spraken ze. ‘De wazen zijn van de planeet waar je vandaan komt. Ze doen jou ons verkeerd verstaan.’ Ze namen hem naar een hut. Ze legden hem op een bed. Hij voelde zich zwak en verward. Hij moest wat van het poichoid zout drinken. Toen voelde hij zich beter. ‘Gaat het weer overstromen ?’ vroeg hij. ‘Nee,’ zei één van de vrouwen. ‘De overstroming is op de planeet waar je vandaan komt. Je bent nu los.’ ‘Het poichoid zout ! Het poichoid zout !’ riep hij. ‘Dan is dit de oplossing ! Iedereen moet dit hebben !’ ‘Velen sterven door dit zout,’ sprak één van de vrouwen. ‘Het is alleen maar voor haar kinderen, en zij zullen er door leven.’ Einde

1 Online Touch

Index

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5
  6. 6
Home


You need flash player to view this online publication