30

Open Overheid ger en overheid. “Al dertig jaar roept de overheid: we stellen de burger centraal. Dat is een nobel streven, maar het biedt geen handelingsperspectief. Wat ik heb ontdekt is dat je niet de burger centraal moet stellen, maar de uitvoerende professional die iets voor die burger moet betekenen. En dan zie je dat die arme professional veel te veel administratieve handelingen moet verrichten, niet de juiste informatie en instrumenten heeft om die burger te helpen, met ouderwetse meuk moet werken en zes of zeven stafafdelingen in zijn nek heeft hijgen. Waardoor hij niet toekomt aan zijn professionele pathos en ethos: de burger doorlopen. Een stap verder is dat je niet alleen een inkijkmogelijkheid creëert, maar het proces meteen zo herontwerpt dat je alle administratieve rompslomp eruit sloopt. In Denemarken rolt er bij de apotheek gelijk een etiket uit de printer wanneer een huisarts een medicijn voorschrijft. Kunnen we een gegevensdeling inrichten die ervoor zorgt dat alle onnodige administratieve handelingen eruit gebonjourd worden? En dat wanneer een uitkering of toeslag volledig automatisch aan de burger kan worden toegekend omdat alle benodigde gegevens beschikbaar zijn, we dat dan ook meteen doen?” Meer organisch inrichten Wat ik heb ontdekt is dat je niet de burger centraal moet stellen, maar de uitvoerende professional die iets voor die burger moet betekenen hélpen. Dus heb ik de vraag gesteld of we niet een nieuw kwaliteitsmodel nodig hebben met als focuspunt: hebben we voldoende ons stinkende best gedaan om de professional zodanig te faciliteren dat hij ook kán excelleren?” Administratieve rompslomp eruit slopen Wat de professional in ieder geval nodig heeft voor de uitoefening van zijn vak, is een goede informatiedeling; daar gaat de derde paper over. “Informatiedeling hebben we in Nederland namelijk niet goed georganiseerd. In België hebben ze op briljante wijze een Kruispuntbank1 geïmplementeerd voor zowel de sociale zekerheid als de gezondheidszorg. Daar is een elektronisch patiëntendossier volledig transparant: de huisarts kan het inzien, het ziekenhuis, de fysiotherapeut, het revalidatiecentrum of verpleeghuis en de patiënt zelf. Ze krijgen niet allemaal toegang tot het hele dossier, maar uitsluitend tot de zaken die ze nodig hebben om hun proces goed te kunnen 30 Een andere inrichting van processen en informatiedeling vergt ook een ander soort chief information officer. “Nu heeft de overheid beleidsmakers op het gebied van IT-beheer in dienst, de CIO 1.0, maar je hebt sturing op de hele I-functie nodig. Daarvoor moet je CIO’s hebben die bijdragen aan de transformatie van de organisatie, die helpen om die responsieve overheid tot stand te brengen. Dat vergt een nieuw soort CIO en dus heb ik de gevraagd: wat kunnen we leren van CIO’s die dit in het bedrijfsleven al hebben gedaan?’ Een vijfde facet waaruit lering kan worden getrokken voor de organisatieontwikkeling van de overheid heeft Zuurmond ontleend aan ‘biomimicry’: nabootsing van het leven. “In ons bureaucratisch model hebben we veel te lang gedacht dat ‘het hoofd’ alles in ‘het lichaam’ aanstuurt. Bestuurders en topmanagers bij de overheid gaan elk weekend met uitpuilende paraafmappen naar huis, ze worden knettergek van alle stukken die ze moeten lezen en de besluiten die ze moeten nemen. Aan mensen die daarin zijn gespecialiseerd, heb ik gevraagd: kunnen wij van biologische systemen leren hoe je dat beter kunt organiseren? In onze darmen bijvoorbeeld blijkt anderhalve kilo bacteriën te zitten die voor een groot gedeelte de sturing van ons lichaam voor hun rekening nemen. Organen kunnen autonome besturingsbeslissingen nemen en allerlei informatieuitwisselingen lopen helemaal niet via het hoofd, maar via deelsystemen. Wat kunnen we daarvan leren om de overheid anders, meer organisch te organiseren?” Politieke ideologieën Een zesde paper gaat over het bestuursrecht. “Mijn analyse is dat ook het bestuursrecht en onze wetgeversjuristen ouderwets zijn. Die zitten allemaal in het oude paradigma van de bureaucratische, legalistische overheid, die lijdt aan een ver overtrokken nadruk op rechtmatigheid. In dat bestuursrecht zijn ze wel al vijf tot tien jaar bezig met een ontwikkeling

31 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication