Nederland staat voor een grote ruimtelijke opgave. Eén van de grootste uitdagingen is de overgang naar een circulaire economie. Die transitie raakt niet alleen productie- en consumptiepatronen, maar stelt ook nieuwe eisen aan onze bedrijventerreinen. In opdracht van de ministeries van EZ en IenW onderzochten Stec Groep en CE Delft wat deze transitie betekent voor de ruimte op bedrijventerreinen (exclusief de industrieclusters)1. Hun conclusie is duidelijk: overheden en bedrijven moeten nú ruimte maken voor circulaire bedrijvigheid, anders loopt deze transitie vast. Dat vraagt om visie én tempo. Het recent geactualiseerde Nationaal Programma Circulaire Economie (NPCE 2025) onderstreept die urgentie2. Circulaire economie: geen aparte sector, maar systeemverandering voor alle bedrijven De circulaire economie is geen aparte sector naast de bestaande bedrijvigheid. Het is een systeemverandering die de hele economie en dus alle bedrijven in meer of minder mate raakt. Steeds meer bedrijven passen hun bedrijfsmodel al aan: van reparatie en refurbishing tot recycling en hergebruik. Inmiddels is 6 tot 10 procent van de Nederlandse bedrijven circulair actief; op bedrijventerreinen ligt dat aandeel al rond de 15 procent, een verdrievoudiging sinds 2018. De meeste circulaire dynamiek komt van bestaande bedrijven die hun processen aanpassen, uitbreiden of intensiveren, zo blijkt uit het onderzoek van Stec Groep en CE Delft. Nieuwbouw op nieuwe kavels is goed voor ongeveer 45% van de circulaire ruimtevraag, maar het merendeel landt via herontwikkeling of intensivering op bestaande terreinen. De transitie voltrekt zich dus vooral binnen de huidige bedrijventerreinenvoorraad. Drie ketens in beeld: bouw, kunststoffen en maakindustrie Het onderzoek van Stec Groep en CE Delft zoomt in op drie ketens op bedrijventerreinen met een grote ruimtelijke en milieu-impact: bouw, kunststoffen en maakindustrie. Deze ketens zijn ook als prioriteit benoemd in het NPCE 2025. Per keten volgt uit het onderzoek het volgende ruimtelijke plaatje: • Bouw: ruimtevraag van 520 tot 905 hectare tot 2050 (+5 tot +10%). Vooral voor betonrecycling, houtbouw en circulaire bouwhubs. • Kunststoffen: ruimtevraag van 75 tot 275 hectare extra (+5 tot +20%). Met name voor sorteerinstallaties en mechanische kunststofrecycling. • Maakindustrie: 460 tot 1.205 hectare extra (+5 tot +15%). Vooral voor reparatie, refurbishment en metaalrecycling. Indicatief vertaald naar de totale bedrijventerreinenmarkt in Nederland komt dit neer op een uitbreidingsvraag van 4.000 tot 9.500 hectare netto tot 2050; een groei van 6 tot 15% ten opzichte van het huidige ruimtebeslag. De circulaire ruimtevraag staat bovendien niet op zichzelf. De transitie is sterk verweven met andere ontwikkelingen zoals digitalisering, energietransitie en veranderingen in productieketens, zo blijkt uit het onderzoek. Circulariteit is 1) https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2025/09/26/ bijlage-2-eindrapport-ruimtevraag-circulaire-economie-op-bedrijventerreinen 2) https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2025/10/13/ bijlage-1-bij-kamerbrief-nationaal-programma-circulaire-economie-2025 Industrie- en bedrijventerreinen 2025/2026 - 11
12 Online Touch Home