13

Hans Hans Withoos (1962) uit Rotterdam kreeg in 2015 een hartstilstand. Hij is goed hersteld en onlangs vader geworden. “Ik heb een aangeboren hartafwijking. Dat zit in de familie. Naast mijn passie voor fotografie heb ik altijd intensief gesport. In 2013 kreeg ik een hersen - infarct waar ik heel goed ben uitgekomen. Twee jaar later kreeg ik een hartstilstand. Ik zakte thuis op het toilet in elkaar. Ik weet nog dat ik dacht: oké, dit is het dan. Ik was in een witte tunnel en daar zat mijn moeder. Ik weet ook nog welke jurk ze droeg. Ik zei: ‘Mama, ik wil nog niet, ik wil nog even blijven, ik kan nog niet zonder mijn vrienden.’ Doodgaan is niet eng, maar wel definitief. Ik raak nog steeds ontroerd als ik dat vertel. Een vriend die bij mij logeerde heeft me gereanimeerd. Hij was druk aan het stompen op mijn lijf. Ik kwam bij in het ziekenhuis. Na drie dagen mocht ik naar huis. Ik moest zorgen voor meer rust en regelmaat. Maar dat is lastig. Als kunstenaar wil ik werken wanneer dat moet, ook ’s nachts. Om toch meer ritme te creëren heb ik een hond genomen. Ik wandel nu wel tien kilometer per dag. Aan mijn hartstilstand heb ik weinig overgehouden. Ik merk wel dat mijn kortetermijngeheugen minder goed is en mijn lontje korter is. Om daar zo min mogelijk last van te hebben mijd ik zo veel mogelijk prikkels. Uit eten doe ik liever op een rustige locatie. En als iemand langs wil komen wil ik van tevoren graag een berichtje. Als ik geconcentreerd aan het werk ben en dan opeens mijn hond aanslaat word ik helemaal gek. In de trein zit ik altijd in de stiltecoupé. Autorijden doe ik nog steeds maar ik ben wel iets minder vertrouwd in het verkeer. Ik heb een personal trainer met wie ik twee keer per week spierversterkende oefeningen doe. Doordat mijn hartritmestoornissen steeds frequenter werden ben ik in 2015 geopereerd. Het is nu een stuk minder en het leven is aangenamer geworden. Angst dat ik weer een hartstilstand krijg heb ik niet zo. Ik ben zelfs onlangs vader geworden van een zoon die fantastisch wordt opgevoed door zijn twee moeders. Ik ben dol op mijn zoontje en zie hem eens per twee weken. Ik heb de moeders natuurlijk wel verteld over mijn hartkwaal, maar de cardioloog achtte de kans minimaal dat mijn kind vergelijkbare hartproblemen zou krijgen. Ik probeer gezond te leven maar houd me daar niet altijd aan. Het leven is te leuk.” 13 WOENSDAG 4 MAART 2015 22.20 UUR

14 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication