51

Fragment 1 Gisteravond trof ik mijn vader verward en ontredderd aan. Hij zat in de kamer van mijn moeder, op haar grote bruine bureaustoel. Zijn ogen puilden bijna uit hun kassen en keken verwilderd rond. ‘Jouw moeder was koopziek’, zei hij. ‘Koopziek!’ Telkens opnieuw wees hij naar de kastdeuren met de grote spiegels. ‘Kijk zelf maar, koopziek…’ Geschrokken bleef ik in de deuropening staan: zo kende ik mijn vader niet.

52 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication