4

Hybride aangetekende zending: datum poststempel zorgt voor nieuwe rechtsonzekerheid De vraag stelt zich of bovenstaande bepaling evenzeer toepasbaar is in een steeds meer gedigitaliseerde maatschappij, waarbij men over allerlei mogelijkheden beschikt om een aangetekende zending in te dienen. Zo bestaat er bijvoorbeeld de mogelijkheid om middels de tussenkomst van een gekwalificeerde verlener van een elektronische aangetekende zending een brief digitaal op te laden, waarna de dienstverlener de aangetekende zending in gematerialiseerde vorm aanbiedt aan de postdiensten. Dit is de zogenaamde hybride aangetekende zending. In het wetboek inkomstenbelasngen is tot op heden voor dit specifieke geval niets bepaald. Het Wetboek van Economisch Recht (verder: WER) bepaalt dienaangaande dat indien een zending aangetekend wordt verstuurd via tussenkomst van een erkende dienstverlener, de datum op het bericht van elektronische aangetekende zending wordt gelijkgesteld met de datum van de deponering van het aangetekend schrijven bij de postdienstverlener voor zover de verzending niet meer door de verzender kan worden gewijzigd of geannuleerd (art. X.II.N2 bijlage II, WER). Een belasngplichge kan er dan rechtmag op vertrouwen dat de aangetekende zending uiterlijk dienstverleners zijn daar immers weelijk toe verplicht op door de Europese eIDAS-verordening, zoals overgenomen in het WER. In een specifiek geval behandeld door ons kantoor werd een aanslag in de vennootschapsbelasng fysiek verzonden op 12/03/2021. De bezwaartermijn begon aldus te lopen op 17/03/2021, te weten de derde werkdag na verzending van het aanslagbiljet. Uit de toepassing van arkel 371 WIB92 volgt dat de bezwaartermijn bijgevolg verstreek op 16/09/2021, namelijk 6 maanden later. Het bezwaarschri werd aangetekend verzonden middels elektronische deponering op het zogenaamde DigiConnect-plaorm (www.aangetekende.email) op 15/09/2021, te weten binnen de bezwaartermijn. Dit plaorm is een erkende eIDAS gekwalificeerde vertrouwensdienst voor elektronische aangetekende zendingen. De belasngplichge kon er aldus rechtmag op vertrouwen dat de aangetekende zending ten laatste op 16/09/2021 – nog steeds binnen de bezwaartermijn – voor verzending in gematerialiseerde vorm aan de postdiensten zou worden aangeboden, dit is uiterlijk de werkdag volgende op de deponering van de elektronische aangetekende zending op het elektronisch plaorm (art. X.II.N2, bijlage II WER). Dit staat ook zo uitdrukkelijk vermeld in de bijkomende algemene voorwaarden van DigiConnect met betrekking tot hybride aangetekende zendingen: “De aansprakelijkheid van Connect Soluons beperkt zich tot de garane dat het gedeponeerde bericht op de gekwalificeerde dienst Aangetekende.email™ wordt afgedrukt en wordt gedeponeerd bij de postale operator (bpost) op de werkdag die volgt op deze van de deponering op de dienst”. de dag volgend op de dag van de deponering van de gekwalificeerde elektronische zending zal worden aangeboden aan de postdiensten. De erkende De datum van de poststempel vermeldt evenwel 17/09/2021, namelijk de tweede dag na deponering van de elektronische zending en buiten de bezwaartermijn. Het bezwaarschri werd door de fiscus afgewezen als laajdig. De fiscus weigert rekening te houden met het afgeleverde verzendingsbewijs door DigiConnect. Daaruit blijkt nochtans dat het bezwaarschri jdig werd verzonden door de belasngplichge. De fiscus weigert hier toepassing te maken van de bepalingen uit het WER inzake de hybride NIEUWSBRIEF KVABB - Nr. 02.2023 - Pag. 4

5 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication