woningen worden gebruikt of ingericht. Bij elke overtreding van dit een of ander moet de kooper of opvolgende eigenaar dadelijk als boete vier duizend gulden betalen aan de verkoopster of hare rechtverkrijgenden, in gangbare Nederlandsche Munt”. P. J. Pieterzen Kalma en Van der Hem hielden het huis en de tuin tot 1917 in bezit en verkochten toen het geheel aan Pieter Jan Pieterzen, die het op zijn beurt in 1932 waarschijnlijk moest verkopen op een openbare veiling. Willem Jan Twijnstra, “strijkgeldschrijver” bleef met het huis, inmiddels een renteniershuizinge met schuur, wagenhuis, sier- en moestuin, zitten. Ook nu is er een opvallende bepaling aan het koopcontract toegevoegd, van de verkoper neemt hij over: “de electrische geleidingen en alle vaste lampen, acht groote glasraamhorren, twee gaasdeuren, het groote kippenhok met ren en ongeveer vijf en dertig ramen plat glas”. In 1946 kocht mijn grootvader Job Santema het huis, nu aan de Villalaan, maar wel een burgerhuizinge geworden. In 1947 betrokken mijn ouders Wieger Jans Postma en Jantje Santema het huis, in 1960 kochten zij het van mijn grootvader en in 1982 kwam het in ons bezit. In de loop der tijden is er het een en ander veranderd. De balustrades in de dakgoten en de zonneluiken zijn verdwenen, het vergde een enorm onderhoud en in de jaren vijftig was er bijna niets meer van over. In de loop der tijd zijn de palmetten boven het balkon langzaam verbrokkeld en naar beneden gevallen en uiteindelijk helemaal verdwenen. Het enorme kippenhok, even groot als een arbeidershuis, is met een grote storm omgewaaid en niet meer herbouwd. Wel liggen de fundamenten nog in de tuin en hebben we er een composthoop van gemaakt. Het gietijzeren toegangshek is in de jaren vijftig met een handelaar in oud ijzer meegegeven. Mijn vaders auto’s werden steeds groter en breder, het hek was min of meer vervallen en niet breed genoeg voor een Chevrolet, dus opgeruimd stond netjes. 10 Mandeguod Job Santema en Tjerkje Louwenaar maart 2015
13 Online Touch Home