21

Inleiding Drentse erfgoedlijnen De Franse filosoof Descartes zei ooit: “God schiep de aarde, maar de Nederlanders schiepen Nederland”. Heel Nederland? Nee. Eén provincie is door gletsjers gevormd en bleef lang ontoegankelijk: Drenthe. Hier ligt de prehistorie aan de oppervlakte. Het Drents Plateau werd door de gletsjers opgestuwd en vormt lange zandruggen. Het smeltwater sleet de beekdalen in het oosten en westen uit en maakte veengebieden. De ijstijden zorgden dus voor twee landschappen die samen het beeld van Drenthe bepalen: zand en veen. De gletsjers kwamen in de ijstijd uit Scandinavië, waar de mens zich innig verbonden voelt met de natuur. Een gletsjer is voor de Scandinaviërs een levend personage, met een ziel en een karakter. Hij kan boos zijn, of blij, onheilspellend of uitbundig. Het geloof in de natuur als levend wezen is met die gletsjers naar Drenthe meegekomen. Denk maar aan de (mens) offers in het veen, de heilige eiken en het geloof in Witte Wieven. En nog maar kort geleden werd het overlijden van een boer plechtig aan zijn bijenvolken verteld. Wij noemen dat nu een ritueel, maar voor een natuurvolk was dat vanzelfsprekend. In Drenthe heeft de kerk nauwelijks voet aan de grond gekregen. God woont er in het landschap. De prehistorie, oudheid aan de oppervlakte De Boermarke, middeleeuwse sporen in landschap en gemeenschap De rand van Drenthe: ondernemen in het veen Nieuwe Werelden: pioniers en verstotenen Het beschavingsoffensief: schilders en wetenschappers Het moderne Drenthe: verzoening van het nieuwe met het oude 21

22 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication