0

Claudia Hass Sloompje Slak het gebroken huis

Tweede druk © 2021 Bullseye Publishing www.bullseyepublishing.nl © 2021 Claudia Hass Ontwerp en opmaak: Rob van de Meulenhof Omslag ontwerp: Illustraties: Druk: Rob van de Meulenhof Liënne ten Kate Bullseye Print Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm, elektronisch, door geluidsopname- of weergave-apparatuur, of op enige andere wijze, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever of auteur. ISBN 978-94-91920-52-3 Alle rechten voorbehouden

Claudia Hass Sloompje Slak het gebroken huis

Hallo, ik ben Wis, de wijze uil. Ik woon in het bos samen met heel veel andere dieren. Ik heb een dikke verenvacht die mij heerlijk warm houdt. Mijn hoofd kan ik bijna helemaal ronddraaien. Daardoor zie ik alles wat er in het bos gebeurt. In het bos gebeurt van alles. De dieren beleven veel avonturen. Een van die avonturen is het avontuur van Sloompje Slak, het gebroken huis. Over dat avontuur ga ik jullie nu vertellen. Dat kan ik namelijk goed, verhalen vertellen. Zijn jullie er klaar voor? Daar gaan we…. 7

Dit is Sloompje, de vrolijkste slak van het bos. Sloompje woont in haar slakkenhuis aan de rand van het bos tussen de grassprieten. De huid van Sloompje is heel gevoelig, maar gelukkig beschermt haar mooie slakkenhuis haar tegen vallende eikels en uitstekende takken. De beste vriendin van Sloompje is Nijn, haar kleine knuffelkonijn. Nijn en Sloompje zijn het liefst de hele dag samen. Overdag kijken ze naar de bloemen, vlinders en andere mooie dingen bij het bos. ’s Avonds kruipen ze altijd lekker tegen elkaar aan en vallen dan samen in slaap. Iedere dag kruipt Sloompje door het bos op zoek naar eten. Dit doet ze lekker langzaam. Zo kan ze onderweg genieten van de dingen die ze tegenkomt. Dat kan ze namelijk goed, genieten van mooie dingen. Voordat Sloompje op zoek gaat naar eten, speelt ze altijd met haar vrienden Fien de Egel en Spinkie de Eekhoorn. Haar lievelingsspel is tikkertje. 9

Op een dag wordt Sloompje wakker. Samen met Nijn ligt ze nog even rustig in het gras om zich heen te kijken naar alle mooie dingen. Ze kijkt naar de kleurige vlinders, ruikt de heerlijk geurende bloemen en luistert naar het vrolijke getsjilp van de mussen. “Wat is het toch fijn hier, Nijn!”, zegt Sloompje. Sloompje voelt zich vrolijk. Ze heeft zin in weer een nieuwe dag. Zo meteen komen Fien en Spinkie met haar spelen. Ze hoopt dat ze weer tikkertje gaan doen, haar lievelingsspel. 11

Sloompje rekt zich uit en….wat is dat nu?....wat voelt dat raar….mijn lijf voelt zo anders…. Ze schudt de bladeren van zich af. Als ze naar haar rug kijkt, schrikt ze zich een hoedje. Ze is helemaal naakt! “Mijn huis, waar is mijn huis? Mijn huis is weg!”, roept Sloompje geschrokken. Ze kijkt om zich heen en ziet dat haar huis in twee stukken in het gras ligt. “Nee, nee, mijn prachtige huis! Het is in tweeën gebroken!”, roept ze uit. Hoe kan dat nou?, vraagt Sloompje zich af. Heb ik te hard gerend toen we tikkertje deden? Oh nee, ik weet het al. Het komt vast doordat ik me gisteren verstopt heb in het holletje in de dikke eik. Het was een goede verstopplek, maar eigenlijk te klein voor mij. Sloompje denkt na. Wat moet ik nu doen? 13

“Ik weet het!”, roept Sloompje, “Ik ga mijn huis lijmen.” Vlug gaat Sloompje aan de slag met lijm. Ze smeert de randen van de twee gebroken delen in met lijm en plakt ze aan elkaar. Net als Sloompje opgelucht naar haar gelijmde huis zit te kijken, valt het weer uit elkaar. “Touw, ik moet er ook nog touw omheen binden.” Snel gaat Sloompje aan de slag met touw en lijm. Ze smeert extra veel lijm op de randen en bindt het touw er dan stevig omheen. Als ze er dan van een afstandje naar kijkt, ziet ze dat de lijmresten en het touw erg opvallen. Mijn huis ziet er anders uit dan gisteren, denkt Sloompje. Ik wil niet dat mijn huis er anders uitziet. Even denken… Ze pakt een grote pot verf en schildert de lijmranden en touwen in dezelfde kleur als haar huis. “Zo, nu ziet niemand het verschil!” 15

Sloompje is net klaar als ze iemand hoort zingen. Het zijn Fien en Spinkie. “Heb je zin om samen te spelen?”, vraagt Fien aan Sloompje. “Nja”, zegt Sloompje afwezig. “Zullen we tikkertje doen?”, vraagt Spinkie. “Ja hoor, prima”, zegt Sloompje mat. “Wat is er met Sloompje?”,vraagt Fien. “Het lijkt alsof ze geen zin heeft om tikkertje te spelen, terwijl dat haar lievelingsspel is.” “Ze kijkt ook niet zo vrolijk”, zegt Spinkie. “Ach, misschien is ze gewoon nog een beetje moe”, zegt Fien. Ze doen tikkertje. Sloompje is zoals altijd de tikker. Vandaag is Sloompje nog langzamer dan anders. 17

Die avond ligt Sloompje samen met Nijn in het gras. Ze is moe, maar kan niet slapen. Ze denkt aan haar gebroken huis. Toen ze vandaag tikkertje deed, wiebelde haar huis flink. Ze durfde niet snel te kruipen. Stevig drukt ze Nijn tegen zich aan. “Ik ben bang, Nijn, bang dat mijn huis opnieuw uit elkaar valt, bang dat ik het kwijtraak. Wat moet ik zonder huis?”, zucht Sloompje. “Zonder huis ben ik helemaal naakt en mijn gevoelige huid is zo kwetsbaar. Dan prikken de uitstekende takken in mijn lijf en vallen de eikels hard op me neer. Dat doet pijn. Ik ben bang”, zegt Sloompje zacht. 19

De volgende dag kruipt Sloompje door het bos op zoek naar eten. Eigenlijk heeft ze helemaal geen honger, maar dit doet ze iedere dag, dus vandaag ook. Hoog in de boom zit Spinkie. Hij is een nieuwe hut aan het bouwen. Als hij omlaag kijkt, ziet hij Sloompje kruipen. Sloompje ziet er anders uit, denkt Spinkie. Haar hoofd hangt helemaal naar beneden en er zitten touwen om haar slakkenhuis. Normaal gesproken kijkt Sloompje om zich heen en geniet ze van alle mooie dingen die ze onderweg tegenkomt, maar vandaag niet. Even later komt Spinkie Fien tegen. “Ik maak me zorgen over Sloompje. Ze liep vandaag met haar hoofd bijna op de grond. Ze heeft niet eens gemerkt dat ik boven haar in de boom zat”, zegt Spinkie. Fien vertelt dat ze die ochtend goed naar Sloompje heeft gekeken. Haar mond had een andere vorm. Haar mondhoeken hingen nu naar beneden. Als Sloompje vrolijk is, staan haar mondhoeken altijd naar boven. “Misschien voelt Sloompje zich wel verdrietig”, zegt Spinkie. 21

Fien en Spinkie besluiten Sloompje op te vrolijken. Snel gaan ze Sloompje achterna. Als ze bij haar aankomen, kijkt Sloompje niet op. Ze kruipt gewoon door. Ze merkt niet eens dat Fien en Spinkie er zijn. Spinkie en Fien huppelen met Sloompje mee. Ze beginnen te zingen. Ze dansen en trekken gekke gezichten naar elkaar. Fien en Spinkie hebben veel lol samen. Het hoofd van Sloompje hangt nog altijd gebogen, het raakt bijna de grond. Spinkie en Fien trekken steeds gekkere gezichten en liggen krom van het lachen. Sloompje kijkt niet op of om, totdat… “Ga weg! Laat me met rust! Jullie zijn stom! Ik wil jullie niet zien!” Geschrokken blijven Fien en Spinkie staan. Wat was dat? Verbaasd kijken ze Sloompje na. Die kruipt met gebogen hoofd alleen verder. 23

Een paar uur later komt Sloompje terug op haar favoriete rustplek. Ze heeft genoeg blaadjes verzameld, maar honger heeft ze nog steeds niet. Ze legt de blaadjes op een hoop en gaat met een zucht liggen. Sip staart ze voor zich uit. De mooie dingen om haar heen ziet ze niet. Niet de kleurige vlinders, niet de heerlijk geurende bloemen. Ook het vrolijke getsjilp van de mussen hoort ze niet. Ze voelt zelfs niet eens hoe de zonnestralen haar snoetje heerlijk verwarmen. Ze staart alleen maar sip voor zich uit. 25

“Ik ben moe, Nijn. Zo ontzettend moe”, zucht Sloompje. “Mijn huis voelt veel zwaarder dan normaal door al die touwen, lijm en verf. Ik heb geen zin meer om tikkertje te doen, geen honger meer, geen zin om te zingen. Ik heb het koud.” Stevig drukt Sloompje Nijn tegen zich aan. Dan valt er een traan op het gras en nog één en nog één en nog een heleboel meer. Sloompje huilt. Ze huilt, totdat de tranen op zijn. Dan valt ze in een diepe slaap. 27

Terwijl Sloompje lag te huilen, schudde haar lijfje hevig heen en weer. Door het hevige schudden, liet de lijm van haar huis los. De twee delen van haar huis zakten steeds verder omlaag. De touwen konden de twee helften van het huis niet meer bij elkaar houden. Sloompje huilde zo hard, dat ze niet voelde wat er op haar rug gebeurde. Nadat Sloompje in slaap gevallen was, zakten de twee helften verder van haar rug en rolden in het gras. Sloompje merkte er niets van. Ze was diep in slaap. 29

De volgende ochtend gaan Fien en Spinkie naar Sloompje om tikkertje te doen. Als ze daar aankomen, ligt Sloompje nog te slapen. Ze zien dat ze helemaal naakt is. Even verderop in het gras liggen de twee helften van haar slakkenhuis. “Oh nee, haar huis is in tweeën gebroken. Haar prachtige huis is stuk!”, roept Fien verschrikt. Nu begrijpen ze waarom Sloompje geen zin had om te zingen en nóg langzamer was met tikkertje. Daarom hing haar hoofd omlaag en keek ze zo verdrietig. Daar waren de touwen dus voor. Dat je je verdrietig en boos voelt als je huis stuk is, dat begrijpen Fien en Spinkie. Dat zouden zij ook zijn. “Zullen we haar opvrolijken met een paar kleurige bloemen?”, stelt Fien voor. Enthousiast gaat Fien op zoek naar de mooiste bloemen die ze vinden kan. 31

Spinkie staat nog even naar Sloompje te kijken. Sloompje ligt naakt in het gras. Wat is ze kwetsbaar zonder huis. Als er nu eikels of takken van de bomen waaien, vallen die op haar gevoelige lijf. Ze zal het ook wel koud hebben. Ik vind het verdrietig voor haar dat ze haar huis, haar veilige plek kwijt is, denkt Spinkie. Spinkie weet namelijk heel goed hoe fijn het is om een eigen plekje te hebben. Een plek waar je je veilig voelt, waar je aan gewend bent. Dat heeft Spinkie in zijn hut. Daar kent hij de geluiden en geuren. Als hij in zijn hut zit, voelt hij zich veilig. Zijn hut beschermt hem tegen de wind, regen, vallende takken en roofdieren. Het is er fijn en rustig. Ook als er geen gevaar is, is hij graag in zijn hut. Hij zit er uren te dromen over nieuwe avonturen, kijkt naar zijn notenverzameling of rust er uit als hij moe is van alles wat hij heeft gezien, gehoord en geroken. Soms kruipt hij in zijn hut als hij gewoon even alleen wil zijn. Het is heel fijn om zo’n eigen plekje te hebben. 33

Spinkie is een van de beste ‘spring-eekhoorns’ van het bos. Hij is ondeugend, nieuwsgierig en houdt van spelletjes. Spinkie woont hoog in een boom. Soms in een holletje, dan weer in een nestje, maar vaak ook in een van zijn hutten. Spinkie heeft scherpe klauwen en een lange pluimstaart. Die lange staart is heel handig als hij weer eens ondersteboven aan een tak hangt om de lekkerste eikels te pakken. Als hij niet op zoek is naar noten voor zijn wintervoorraad, bouwt hij hutten. Dat doet hij namelijk het liefst. Hutten bouwen kan hij heel goed! 35

“Ik heb een idee”, roept Spinkie, “We bouwen een hut voor Sloompje!” Fien vindt het een goed idee. Spinkie gaat hoog in de bomen op zoek naar stevige takken en bladeren. Fien zoekt laag bij de grond naar zacht en warm mos om de binnenkant mee te bekleden. Spinkie springt van de ene naar de andere boom. Soms hangt hij ondersteboven aan een tak om de beste twijgjes en bladeren te pakken. Zijn lange pluimstaart is daarvoor heel handig. Na een uur hard werken, kijken ze samen naar het resultaat. De hut is prachtig! Spinkie heeft de takken dicht tegen elkaar gezet. Zo is de hut stevig en kunnen er geen eikels of kastanjes in vallen. De blaadjes houden de wind buiten. Het mos voelt zacht aan de tere huid van Sloompje en zal haar warm houden. 37

Langzaam wordt Sloompje wakker. Ze wil haar ogen nog niet open doen, want dan ziet ze weer alles wat haar zo verdrietig, boos en moe maakt. Ze kruipt dicht tegen Nijn aan en ligt zo nog even met haar ogen dicht. Ze merkt dat haar lijf anders voelt. Haar lijf voelt warmer en minder moe. Voorzichtig opent ze haar ogen. De zon schijnt en de wind waait zacht door het gras. Sloompje kijkt om zich heen. Links van haar ziet ze een vaas met heerlijk geurende bloemen. Ze kijkt ernaar en een voorzichtige glimlach verschijnt op haar gezicht. Even verderop ziet ze Spinkie en Fien tikkertje doen. Oh jee, is het al zo laat? Heb ik zo lang geslapen?, denkt Sloompje verschrikt. 39

Fien en Spinkie zien dat Sloompje wakker is en huppelen naar haar toe. “Jij hebt lang geslapen, zeg!”, zegt Fien. “Sorry, ik…ik….”, stottert Sloompje. “Je hoeft geen sorry te zeggen. We begrijpen waarom je zo moe was. We hebben gezien dat je huis in tweeën is gebroken. Wat erg voor je”, zegt Fien. “Ik zou me ook heel verdrietig voelen als mijn hut stuk was”, zegt Spinkie. Sloompje voelt het verdriet over haar gebroken huis weer borrelen in haar buik. De tranen prikken in haar ogen. Spinkie en Fien zien dat Sloompje verdrietig is en geven haar een knuffel. Sloompje huilt. De tranen rollen over haar wangen. Na een tijdje worden de tranen minder. “Dat lucht op, hè?”, zegt Fien. Sloompje knikt. Inderdaad, het was fijn om even te huilen bij haar vrienden. 41

“We hebben bloemen voor je geplukt om je op te vrolijken”, vertelt Fien. Met een glimlach kijkt Sloompje naar de mooie bloemen. “Dankjewel, dat is lief van jullie”, zegt Sloompje. “We hebben nog iets voor je. Kijk, we hebben een hut voor je gebouwd om je gevoelige lijf te beschermen”, zegt Spinkie. “De hut beschermt je tegen de koude wind en vallende eikels.” Dan pas ziet Sloompje de hut die rond haar lijf gebouwd is. De hut ziet er heel mooi uit. Hij is gemaakt van verschillende kleuren groen en bruin. “Nu heb je weer je eigen, veilige plekje”, zegt Fien. Als Sloompje weer naar haar vrienden kijkt, loopt er een traan over haar gezicht. “Oh nee, Sloompje, we wilden je niet aan het huilen maken. We wilden je juist helpen”, zegt Spinkie. “Ik huil niet omdat ik verdrietig ben”, zegt Sloompje. “Ik huil van geluk. Ik ben blij met twee zulke lieve vrienden!” 43

“Waarom heb je ons niet verteld dat je huis in tweeën was gebroken?”, vraagt Fien. “Ik schaamde me”, zegt Sloompje. “Het is mijn eigen schuld. Ik ben onvoorzichtig geweest toen we verstoppertje deden en heb mijn huis daardoor stukgemaakt.” “Je hoeft je niet schuldig te voelen. Misschien komt het wel door de wind of gewoon omdat je huisje versleten was. Zoiets kan nou eenmaal gebeuren,” zegt Spinkie. “Ik wil niet dat mijn huis stuk is, ik wil dat alles normaal blijft”, zucht Sloompje. “Ik hou ook niet van veranderingen”, zegt Fien. “Weet je wat ik dan doe? Erover praten en huilen met jullie. Dan geven jullie me een dikke knuffel en doen we vaak een leuk spel. Daarna voel ik me weer wat vrolijker.” “Je hebt gelijk. Ik had de hele tijd een zwaar gevoel in mijn hoofd en mijn buik borrelde. Dat is nu minder. Ik voel me vrolijker”, zegt Sloompje. De drie vrienden spreken af dat als een van hen zich verdrietig, boos of bang voelt, ze dat aan elkaar vertellen. Dan kunnen ze het samen proberen op te lossen. Dat doen vrienden voor elkaar. 45

Door de prachtige hut die Spinkie en Fien voor haar gebouwd hebben, is Sloompje even vergeten dat ze nog altijd in haar nakie staat. De hut zit immers niet vast op haar lijf, zoals haar slakkenhuis. “Ojee, mijn huis, ik moet een huis hebben!”, roept Sloompje. “Ik kan niet naakt door het bos kruipen op zoek naar eten. De vallende eikels en uitstekende takken doen pijn aan mijn gevoelige lijf!” Dan denkt Sloompje aan de afspraak die ze net met haar vrienden heeft gemaakt. Als een van hen zich bang voelt, proberen ze het samen op te lossen. “Kunnen jullie mij helpen?”, vraagt Sloompje aan haar vrienden. “Natuurlijk!”, zeggen Spinkie en Fien in koor. “Laten we eens naar je gebroken huis kijken. Misschien kunnen we het nog maken”, zegt Spinkie. 47

Samen lopen ze naar haar gebroken huis. Als Sloompje er van een afstandje naar kijkt, ziet het er niet meer uit als haar oude, vertrouwde huis. Het maakt haar een beetje verdrietig, maar niet meer zo erg als de afgelopen dagen. Er komen nu geen tranen. Eigenlijk wil ik mijn oude, gebroken huis niet meer met me mee dragen, dat voelt zo zwaar, denkt Sloompje. Fien staat naast Sloompje en zegt: “Het is veel te zwaar voor jou om het gebroken huis met alle lijm, verf en touwen te dragen. Je hebt er al lang genoeg mee rond gelopen.” Sloompje is het met Fien eens. Ze heeft er lang genoeg mee rond gelopen, zich lang genoeg verdrietig, boos en moe gevoeld. “Het is tijd om afscheid te nemen van je oude huis”, zegt Fien. 49

“Hoe doe je dat, afscheid nemen?”, vraagt Sloompje. “Ik wil mijn oude huis niet zomaar vergeten.” Spinkie en Fien roepen allerlei ideeën. “Maak er een mooie tekening van.” “Kijk er heel goed naar en maak er een herinnering van.” “Bewaar er een klein stukje van dat je overal mee naar toe kunt nemen.” Sloompje denkt even na. Ze doet het alle drie. Ze maakt een mooie tekening, breekt een klein stukje af en kijkt goed naar het gebroken huis, zodat ze in gedachten altijd terug kan kijken naar die herinnering. “En nu?”, vraagt Sloompje als ze klaar is. “Het is tijd voor een nieuw huis!”, zegt Spinkie. “Ik ken twee hele goede slakkenhuisbouwers.” “Een nieuw huis…”, zegt Sloompje dromerig. Het voelt alsof er vlinders in haar buik rondfladderen als ze aan een nieuw huis denkt. “Kom we gaan een nieuw huis voor je laten maken!”, zegt Spinkie enthousiast. “We gaan naar de Créators, de beste slakkenhuisbouwers van het bos!” 51

Vol goede moed gaan ze op weg naar de Créators, de slakkenhuisbouwers. Onderweg vertelt Spinkie over hen. “Cré heeft altijd goede ideeën en Ator kan heel goed timmeren. Samen maken ze de mooiste slakkenhuizen!” Sloompje is heel benieuwd wat Cré en Ator zullen bedenken. Zingend huppelen, kruipen en wandelen ze door het bos naar de werkplaats van Cré en Ator. Als ze bij de werkplaats aankomen, is het opvallend stil. Er zijn geen timmer- of zaaggeluiden te horen. Alle deuren zijn dicht en er is niemand te zien. Zou er niemand thuis zijn? 53

Cré is een dromerige bosmuis. Ze woont samen met Ator in een huis bij hun werkplaats. Cré is smal en sierlijk. Overdag ligt Cré het liefst in het gras naar de wolken te kijken. Ze probeert te bedenken wat de wolken kunnen zijn; paarden, bloemen, auto’s. Alles eigenlijk, want dat is het mooie van fantasie. In fantasie is alles mogelijk. Als ze daar dan een beetje ligt te dromen, krijgt Cré vaak nieuwe ideeën. Dat kan ze heel goed; fantaseren en nieuwe dingen bedenken. Cré gebruikt de handigheid en kracht van Ator om samen prachtige slakkenhuizen te timmeren. 55

Ator is de beste timmer-muis van het bos. Hij woont samen met Cré in een huis bij hun werkplaats. Ator is sterk, krachtig en gespierd. Overdag rommelt Ator het liefst in zijn magazijn op zoek naar mooie materialen om dingen van te bouwen. Hij heeft al veel schatkisten, trappen, daken, deuren en slakkenhuizen gemaakt. Dat kan hij heel goed; timmeren en dingen bouwen. Ator gebruikt de ideeën van Cré om samen prachtige slakkenhuizen te timmeren. 57

“Hallo? Is daar iemand? Cré? Ator? Zijn jullie er?”, roept Spinkie zo hard als hij kan. Uit het linker huis komt een smalle, sierlijke bosmuis tevoorschijn. Ze heeft een dromerige blik in haar ogen. “Dat is Cré”, zegt Spinkie opgetogen. Uit het rechterhuis komt een bosmuis tevoorschijn die bijna twee keer zo breed is. Hij heeft grote spierballen en een heldere blik. “Dat is Ator”, roept Spinkie enthousiast. Sloompje kruipt naar hen toe en vertelt dat ze een nieuw slakkenhuis nodig heeft. “Ik wil graag ronde vormen, regenboogkleuren, glitters, franjes. Het moet stevig zijn, warm en de zon moet binnen kunnen schijnen.” Cré en Ator rennen allebei enthousiast naar hun huis. Even later komen ze terug naar de werkplaats. Cré heeft een prachtige tekening gemaakt van een slakkenhuis. Mooie heldere kleuren en ronde vormen. Ator heeft een grote berg materiaal verzameld. Stevig hout, glinsterende spijkers en zachte stoffen. “Geweldig! Zo wil ik het! Dit wordt mijn nieuwe slakkenhuis”, roept Sloompje enthousiast. 59

“Welk huis bedoel je precies?”, vraagt Ator. “Dat van mij of van Cré?” Sloompje kijkt verbaasd. Ze begrijpt het niet. “Ik bedoel het huis zoals het getekend is door Cré, gemaakt met de mooie materialen die jij hebt verzameld, Ator.” “Dat kan niet”, zeggen Cré en Ator beslist. “Wij werken niet samen!” Spinkie is verbaasd. “Jullie maken toch altijd sámen nieuwe huizen?” “Met haar valt niet samen te werken. Ze ligt de hele dag maar wat te dromen in het gras!”, zegt Ator nors. “Ator wil altijd meteen aan de slag. Hij geeft mij nooit de tijd om te fantaseren en op goede ideeën te komen. Samenwerken doen we niet meer. Je moet kiezen”, zegt Cré vastbesloten. Cré en ik maken vanavond allebei een huis voor je. Kom morgen maar terug om te kiezen”, zegt Ator. Sloompje is teleurgesteld. Hoe moet ze nou kiezen? Dat wil ze helemaal niet. 61

Teleurgesteld beginnen de vrienden aan de terugweg. Bij de dikke eik nemen Fien en Spinkie afscheid van Sloompje. Het laatste stuk door het bos kruipt Sloompje alleen. Sloompje rilt. De wind voelt koud aan haar naakte lijf. Wat zien de bomen er ineens groot uit, denkt Sloompje, ze lijken veel groter dan anders. De schaduwen tussen de bomen zien er ook donkerder uit dan anders. Sloompje schrikt op van een geluid vlak boven haar. Zelfs de geluiden in het bos klinken anders. Harder en spannender. “Ik ben bang”, fluistert Sloompje terwijl ze angstig om zich heen kijkt. Ze is nog nooit bang geweest in het bos, maar nu wel. Zonder slakkenhuis, hier helemaal alleen in het donkere bos, met die hoge bomen. Zo snel als ze kan kruipt ze naar de bosrand. Daar kruipt ze veilig in haar mooie, warme hut. Sloompje haalt opgelucht adem. Hier ben ik veilig, denkt ze. Stevig drukt ze Nijn tegen zich aan. “Wat moet ik nou doen, Nijn? Cré en Ator willen dat ik morgen tussen hun twee huizen kies. Ik wil niet kiezen.” Sloompje ligt nog even zo met Nijn tegen zich aan en valt dan uitgeput van alle indrukken in een diepe slaap. 63

Die nacht droomt ze van haar nieuwe slakkenhuis. In dromen is alles mogelijk. Zo ook in de droom van Sloompje. Haar nieuwe huis heeft prachtige ronde vormen. Het is zo kleurig als de mooiste vlinder van de bloemenweide. De lievelingskleuren van Sloompje zitten er allemaal in. Als de zon erop schijnt, glinsteren alle glitters waar het mee versierd is. Het is zo stevig dat ze het niet eens merkt als er takken of eikels op vallen. Er zit een mooi raam in. Ook de binnenkant is helemaal naar haar smaak. Warme, zachte stofjes en rustige kleuren. Het ruikt er naar heerlijk geurende bloemen. 65

Met een gelukkig gevoel wordt Sloompje de volgende ochtend wakker. Dat was een heerlijke droom. Ze weet wat ze wil: het slakkenhuis uit haar droom! Als Cré en Ator van haar droom horen, willen ze vast samenwerken. Vol goede moed gaat ze opnieuw op weg naar Cré en Ator. Onderweg komt ze Fien en Spinkie tegen. Enthousiast vertelt ze hen over haar droom. “Ik ga Cré en Ator vragen om het huis uit mijn droom sámen voor me te maken.” Fien en Spinkie besluiten met haar mee te gaan. Als Cré en Ator haar dan opnieuw teleurstellen, kunnen ze haar meteen troosten. 67

Als ze bij Cré en Ator aankomen, zien ze dat het een grote puinhoop is. De hele werkplaats ligt vol rommel. Aan de linkerkant staan allemaal potten verf, proppen papier en potloden. Aan de rechterkant liggen allemaal afgezaagde planken met hier en daar spijkers. Sommige planken zijn in elkaar getimmerd, maar het lijkt nog lang niet op een slakkenhuis. In het midden van de werkplaats is een enorme berg van papierproppen, afgezaagde planken, spijkers en kwasten ontstaan. Verward staan de vrienden naar de rommel te kijken. Cré en Ator lopen de werkplaats op. “Wat is hier aan de hand?”, vraagt Sloompje. “Waar zijn de huisjes?” Cré en Ator beginnen te vertellen waarom het niet gelukt is. Door de grote berg rommel in het midden, kunnen Cré en Ator elkaar niet zien. Ze praten door elkaar. Sloompje verstaat er niets van. Ze probeert naar beide muizen te luisteren, te begrijpen wat er aan de hand is. Het lukt haar niet, omdat ze door elkaar blijven praten. Dan heeft Fien heeft er schoon genoeg van. Ze loopt naar voren en zegt fel: “Stop! Stil!” Cré en Ator schrikken op van de stekelige stem van Fien. Ze zijn allebei stil. 69

“Genoeg! Stop met dat geschreeuw. Sloompje wil wat zeggen.” Enthousiast vertelt Sloompje over haar droom. Ze vertelt hoe het huis in haar droom er uitzag. Prachtige ronde vormen, zo kleurig als de mooiste vlinder van de bloemenweide. Stevig gebouwd. Versierd met glitters. Een raam waar de zon doorheen schijnt. Het enthousiasme van Sloompje werkt aanstekelijk. Cré en Ator beginnen ook enthousiast ideeën te roepen. Omdat de berg rommel tussen hen in ligt, moeten ze hard roepen. “We maken er een schoorsteen op!” “Als we er een trap in maken, hebben we een extra kamer!” Ze zijn zo druk met elkaar in gesprek dat ze niet meer naar Sloompje luisteren. Sloompje zucht. “Het lijkt wel alsof ik onzichtbaar ben. Ze luisteren weer niet naar me, Fien. Hoe zorg ik dat ze naar me luisteren?”, vraagt Sloompje. “Ik wil niet dat ze boos op me worden of me niet meer lief vinden.” “Ik zal je helpen, Sloompje, want opkomen voor mezelf, dat kan ik heel goed”, zegt Fien. 71

Fien is een krachtige kleine egel. Ze woont in een holletje tussen de struiken. De buik van Fien is zacht en gevoelig, maar gelukkig kan ze bij gevaar haar stekels gebruiken om zichzelf te beschermen. Fien kan heel lief zijn, vooral voor vrienden en familie zorgt ze graag. Soms vinden de andere dieren dat Fien stekelig doet. Ze vertelt dan heel duidelijk wat ze wel en niet fijn vindt en wat ze graag wil. Ze komt dan voor zichzelf op, dat kan ze heel goed. 73

“Je hebt een hele bijzondere stem, Sloompje. Jouw stem is uniek. Gebruik die en dan zullen ze zeker naar je luisteren. Ik zal achter je gaan staan en je een zacht prikje met mijn stekels geven als je niet duidelijk genoeg zegt wat je wil,” zegt Fien behulpzaam. Sloompje weet dat ze maar klein is, maar ze is vastberaden om haar eigen stem te laten horen. Cré en Ator moeten naar haar luisteren. Fien leert Sloompje hoe ze duidelijk kan zeggen wat ze wil. Dan zeg je; Ik vind het niet fijn dat … Ik voel me daardoor ... Ik wil (graag)… “Je zegt wat je niet fijn vindt. Dan vertel je welk gevoel je ervan krijgt, bijvoorbeeld bang of blij of boos of verdrietig. Als laatste vertel je wat je graag wil.” 75

Sloompje gaat voor de berg rommel staan. Fien staat achter haar, met haar stekels naar Sloompje toe. Krachtig begint Sloompje te vertellen wat ze wil. Cré en Ator stoppen met praten. Ze luisteren aandachtig naar Sloompje. Telkens wanneer Sloompjes stem iets zachter wordt, prikt Fien haar zacht en knipoogt naar haar. Door de zachte prik van Fien laat Sloompje haar stem weer krachtig horen. “Ik vind het niet fijn dat jullie niet naar me luisteren.” “Ik voel me daardoor verdrietig.” “Ik wil graag dat jullie naar mij luisteren. Ik wil graag dat jullie sámen een nieuw slakkenhuis voor mij maken,” klinkt de mooie stem van Sloompje. 77

Cré en Ator luisteren aandachtig naar de ideeën en wensen van Sloompje. Ze worden er enthousiast van en gaan snel aan de slag. Cré aan de linkerkant van de berg rommel, Ator aan de rechterkant. Sloompje kruipt heen en weer van de een naar de ander om dingen door te geven. “Vraag Ator of hij ook rode spijkers heeft.” “Zeg tegen Cré dat ik alleen blauwe spijkers heb.” “Zeg Ator dat hij toch een ronde bovenkant moet maken.” Sloompje wordt er moe van om de hele tijd berichten door te geven. Ze wil niet meer heen en weer kruipen. Dan krijgt Sloompje een idee. De berg rommel moet weg! Ze vertelt Cré en Ator over haar idee. Samen schuiven de timmermuizen de berg rommel van de werkplaats af. Het is een flinke klus. Als ze klaar zijn, ziet Sloompje dat Cré en Ator met elkaar overleggen over kleuren, materialen en vormen. “Zo, nu hoef ik niet meer heen en weer te kruipen.” Sloompje is trots op zichzelf. Dat heeft ze goed opgelost. 79

“Kom we gaan,” zegt Spinkie. “Cré en Ator werken nu goed samen en moeten nog veel doen om je nieuwe slakkenhuis af te maken.” Onderweg denkt Sloompje na over wat er vandaag allemaal gebeurd is. Ze is trots op zichzelf. Ze vond het spannend om haar stem zo krachtig te laten horen, maar heeft het toch gedaan. Als ze bij haar hut aankomt, kruipt ze lekker tegen Nijn aan. Ze vertelt Nijn wat er allemaal gebeurd is bij Cré en Ator. Samen met Nijn fantaseert ze over haar nieuwe slakkenhuis. “Hoe zal het er uit zien, Nijn? Mijn oude huis kende ik goed, dat voelde vertrouwd. Daar voelde ik me fijn. Ik vind het wel spannend om een nieuw huis te krijgen.” Dan denkt Sloompje aan de hut die Spinkie en Fien voor haar gebouwd hebben. Die kende ze eerst ook niet, maar daar voelt ze zich nu heel fijn in. Ze kruipt nog wat dichter tegen het zachte mos aan en valt in slaap. 81

De volgende ochtend is Sloompje vroeg wakker. Ze is benieuwd of Cré en Ator haar nieuwe slakkenhuis af hebben. Wat is het spannend! Sloompje kan niet langer wachten en gaat op weg. Ze vraagt Spinkie en Fien of ze mee gaan. Ze wil dat haar vrienden erbij zijn als ze bij Cré en Ator is. Misschien hebben ze haar slakkenhuis toch niet samen gebouwd of hebben ze weer ruzie gekregen. Dan vindt Sloompje het fijn als haar vrienden bij haar zijn. Fien en Spinkie gaan graag mee. Dat doen vrienden voor elkaar. Stiekem zijn zij ook benieuwd of het nieuwe slakkenhuis af is. 83

Al van veraf zien ze het nieuwe huis schitteren in de zon. De mond van Sloompje valt open. “Wauw, is dat mijn huis?!” Zo snel ze kan, kruipt Sloompje naar de werkplaats. Hoe dichterbij ze komt, hoe meer ze onder de indruk is. Het huis is schitterend. Prachtige heldere kleuren en mooie ronde vormen. Snel gaat Sloompje naar binnen. Cré en Ator hebben er een fantastische plek van gemaakt. Lichte, zachte kleuren en overal liggen warme dekentjes. Het ruikt er heerlijk, naar verse bloemen. Sloompje krijgt er een vrolijk gevoel van. Als Sloompje uit haar nieuwe huis komt, staan Cré en Ator buiten te wachten. “Het is jullie gelukt!”, roept Sloompje blij. “Mijn nieuwe huis is prachtig!” “We hebben de hele nacht samen doorgewerkt”, zeggen Cré en Ator trots in koor. “Dat doen we vanaf nu altijd, samenwerken. Dan kunnen we de mooiste huizen bouwen, gaat het veel sneller en hebben we ook nog eens plezier.” 85

Samen zetten Cré en Ator het nieuwe slakkenhuis op de rug van Sloompje. Op sommige plekken drukt het nog pijnlijk op haar gevoelige huid. Cré en Ator schaven de randen nog wat bij. Dan past Sloompje het huis opnieuw. Zo passen en schaven ze samen, totdat het nieuwe huis goed zit. Het voelt nog onwennig, maar Sloompje is er heel blij mee. Ze bedankt Cré en Ator met een dikke knuffel. Met het nieuwe slakkenhuis op haar rug gaat ze op weg naar haar favoriete rustplek. Daar aangekomen richten de vrienden samen het nieuwe huis in. Het wordt heel gezellig in het nieuwe huis van Sloompje. Nijn, haar lievelingsknuffel, legt ze alvast onder de warme dekens in haar bed. De tekening van haar oude huis en de foto’s van haar vrienden krijgen een speciale plek aan de muur. Als ze dan samen met Nijn in haar nieuwe bed ligt, kan ze de tekening en foto’s goed zien. Het stukje van haar oude huis dat ze bewaard heeft, zet ze in een glazen doosje op haar kastje. 87

Als het nieuwe huis van Sloompje helemaal is ingericht, is het eindelijk tijd voor…Tikkertje! Vrolijk hupt Spinkie door het gras. Fien rolt giebelend tussen de bloemen door. Zoals altijd is Sloompje de tikker. Zo snel als ze kan, kruipt ze achter haar vrienden aan om ze te tikken. Stiekem denkt Sloompje dat ze met haar nieuwe huis een stuk sneller is. De hele middag spelen de vrienden in het gras. Het zonnetje schijnt heerlijk. Iedereen is vrolijk. Ze lachen, huppelen en maken lol totdat de zon ondergaat. 89

De volgende dag wordt Sloompje wakker. Ze voelt zich vrolijk. Samen met Nijn ligt ze rustig in het gras om zich heen te kijken naar alle mooie dingen. Ze kijkt naar de kleurige vlinders, ruikt de heerlijk geurende bloemen en luistert naar het vrolijke getsjilp van de mussen. Ze denkt terug aan het avontuur dat ze beleefd heeft. Het avontuur over haar gebroken huis. “Ik ben blij met mijn nieuwe huis, Nijn. Ik ben blij met mijn lieve vrienden.” Met een glimlach op haar gezicht, de zon op haar snoet en Nijn tegen zich aan ligt ze nog een tijdje in het gras te genieten. 91

Hallo, daar ben ik weer, Wis, de wijze uil. Dit was het avontuur van Sloompje Slak, het gebroken huis. Sloompje is een dappere slak, vind je niet? Ze heeft zich bang, boos en verdrietig gevoeld. Ze heeft geleerd dat ze haar vrienden om hulp kan vragen. Haar stem kan ze nu krachtig laten horen. Ze heeft een nieuw huis. Daar is ze blij mee, ook al is het nog wennen. Zo is het vaak met avonturen. In het begin is het spannend. Soms voel je je bang. Het kan je boos en verdrietig maken. Nieuwe dingen leren kan moeilijk zijn. Probeer het gewoon. Vraag om hulp. Ga naar papa, mama of iemand anders die je lief vindt als je je verdrietig, bang of boos voelt. Dan zul je merken dat je je steeds een beetje beter gaat voelen, want aan ieder avontuur komt een eind. 93

1 Online Touch

Index

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5
  6. 6
  7. 7
  8. 8
  9. 9
  10. 10
  11. 11
  12. 12
  13. 13
  14. 14
  15. 15
  16. 16
  17. 17
  18. 18
  19. 19
  20. 20
  21. 21
  22. 22
  23. 23
  24. 24
  25. 25
  26. 26
  27. 27
  28. 28
  29. 29
  30. 30
  31. 31
  32. 32
  33. 33
  34. 34
  35. 35
  36. 36
  37. 37
  38. 38
  39. 39
  40. 40
  41. 41
  42. 42
  43. 43
  44. 44
  45. 45
  46. 46
  47. 47
  48. 48
  49. 49
  50. 50
  51. 51
  52. 52
  53. 53
  54. 54
  55. 55
  56. 56
  57. 57
  58. 58
  59. 59
  60. 60
  61. 61
  62. 62
  63. 63
  64. 64
  65. 65
  66. 66
  67. 67
  68. 68
  69. 69
  70. 70
  71. 71
  72. 72
  73. 73
  74. 74
  75. 75
  76. 76
  77. 77
  78. 78
  79. 79
  80. 80
  81. 81
  82. 82
  83. 83
  84. 84
  85. 85
  86. 86
  87. 87
  88. 88
  89. 89
  90. 90
  91. 91
  92. 92
Home


You need flash player to view this online publication