90

330 Leerlijnen 1 2 3 Gemene deler 4 5 6 7 Spanningsveld 8 9 10 11 12 13 14 Bewegingsprobleem Bewegingsuitdaging Een voorbeeld van een bewegingsuitdaging met tegengestelde belangen: Tikspelen → Afgooispelen → Lukt het mij om jou af te gooien, terwijl jij probeert dit te voorkomen? Ook hier: welk spel je ook speelt binnen dit bewegingsthema, dit zal het spanningsveld zijn. In de literatuur (Mooij, 2011) wordt ook wel gesproken van een bewegingsprobleem. Kinderen ervaren ‘dit probleem’ als een uitdaging, als iets spannends, vandaar bewegingsuitdaging. Ze gaan de uitdaging aan en op zoek naar een oplossing voor ‘het probleem’. De kast is wel heel hoog, hoe kom ik hier nou weer van af? Dat is de uitdaging. Er is sprake van een bewegingsuitdaging wanneer: • een activiteit langdurig boeiend kan worden gehouden; er moet spanning blijven in het wel en niet lukken van een activiteit • het aangeeft in welke richting de leerkracht de kinderen wil beïnvloeden Wat zijn bewegingsuitdagingen? De essentie van ieder bewegingsthema wordt omschreven in de bewegingsuitdaging. Elk bewegingsthema heeft zijn eigen bewegingsuitdaging. De uitdaging omschrijft het spanningsveld tussen net wel of net niet lukken. Soms is dit gericht op het individu en soms geeft het tegengestelde belangen aan, zoals bij bijvoorbeeld tikspelen waar meerdere rollen tegelijk actief zijn. Een voorbeeld van een individuele bewegingsuitdaging: Balanceren → Glijden → Lukt het mij om vaart te maken op een glijvlak en in balans vaart te houden? Het maakt niet uit voor welke leeftijdsgroep jij een activiteit bedenkt met een glijbaan. Dit zal de essentie blijven van de uitdaging. Of je nou zittend of staand van de glijbaan af gaat. Of je nou direct landt op een matje of dat je afzweeft voor je landt. Bijvoorbeeld balanceren heeft vier bewegingsthema’s: balanceren, rijden, glijden en acrobatiek. Bij alle vier draait het om wel of niet in balans blijven ten opzichte van uit balans gaan. Toch zijn ze allemaal net even anders, vandaar de verdere onderverdeling in bewegingsthema’s. De onderlinge verschillen komen tot uiting in de beschrijving van de bewegingsuitdaging per bewegingsthema. in complexere doelspelen. Het pure mikken vanuit stilstand op een voorwerp wordt meer in dynamische spelvormen aangeboden. De volgende 12 leerlijnen worden onderscheiden: 1 Balanceren 2 Klimmen/klauteren 7 Jongleren 8 Hardlopen 3 Zwaaien 9 Tikspelen 4 Springen 10 Doelspelen 5 Over de kop 11 Stoeispelen 6 Mikken 12 Bewegen op muziek Wat zijn bewegingsthema’s? In iedere leerlijn worden een tot maximaal vijf bewegingsthema’s onderscheiden. Bewegingsthema’s zijn als het ware subcategorieën binnen de leerlijnen. Hoewel de bewegingsthema’s samen een gemene deler hebben, wordt per bewegingsthema de essentie duidelijk door een eigen accent.

91 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication