49

49 “Van een arts vinden we het heel normaal dat hij zich regelmatig laat bijscholen. Waarom zou dat voor sportkader anders zijn?” Tennisleraren en -coaches kunnen uit steeds meer cursussen kiezen om hun punten te halen. Deze cursussen en workshops worden aangeboden door de KNLTB, maar ook door externe aanbieders. Om op de bijscholingskalender van de tennisbond te komen, moeten cursussen voldoen aan een aantal eisen. “De cursus moet van goede kwaliteit zijn en vooral relevant zijn voor een tennisleraar. Daarnaast letten we op de kosten. We willen onze tennisleraren beschermen tegen te hoge kosten”, zegt Pavel. ACCREDITATIECOMMISSIE Een paar maanden geleden heeft de KNLTB een accreditatiecommissie in het leven geroepen. Deze commissie beoordeelt cursussen van de KNLTB en externe aanbieders. Als de kwaliteit en relevantie als voldoende worden beschouwd, wordt een aantal punten toegekend en komt de cursus op de bijscholingskalender van de KNLTB. Naast Pavel zitten twee externe experts in de accreditatiecommissie. Dat zijn Brenda van Keeken, bewegingswetenschapper aan Vrije Universiteit Amsterdam, en Tim Lubout van NLcoach, de belangenbehartiger van Nederlandse sportcoaches en -trainers. Lubout kent door zijn werk bij NLcoach veel docenten en aanbieders van cursussen. Hij ziet het als de taak van de accreditatiecommissie om te voorkomen dat tennisleraren door de bomen het bos niet meer zien. “Door de verplichte bijscholingen wordt een markt gecreëerd, waarop commerciële partijen zullen inspringen. Een tennisleraar moet ervan kunnen uitgaan dat de cursussen die op de bijscholingskalender staan een goede kwaliteit hebben en relevant zijn.” Van Keeken bekijkt de cursussen door haar achtergrond als bewegingswetenschapper deels met andere ogen. Ze let onder andere op hoe de cursussen theoretisch en praktisch in elkaar zitten. In de toekomst wil zij actief op zoek gaan HONZIK PAVEL naar collega-bewegingswetenschappers met een interessant verhaal voor tennisleraren die een workshop kunnen aanbieden. “De link met de praktijk moet er uiteraard altijd zijn.” Beiden vinden het een goede zaak dat de KNLTB steeds meer nadruk legt op het bijscholen van het technisch kader. Lubout: “Als NLcoach willen we dat alle coaches in alle sporten zich drie of vier keer per jaar laten bijscholen op voor hen relevante thema’s. Zo willen we ook de intrinsieke motivatie van coaches triggeren. Het is daarnaast gewoon hartstikke leuk om jezelf te blijven ontwikkelen.” t UITGELICHT: CURSUS TENNISKIDS Bij de cursus Tenniskids krijgt de tennisleraar inzicht in de wereld van kinderen. De cursus bestaat uit twee of drie dagdelen en wordt meerdere keren per jaar gegeven op verschillende plekken. Leraren die Tenniskids 1 hebben gevolgd, kunnen zich verder specialiseren met de vervolgworkshops 2 en 3. Nikita Kiep volgde onlangs Tenniskids 1. “Ik vond de cursus heel leerzaam. We waren met een kleine groep, waardoor er veel aandacht voor je was”, vertelt ze. Kiep heeft een B-licentie en werkt bij Balance Tennis Academy. Ze is hoofdtrainer bij LTV Vianen. “Ik geef veel les aan kinderen, maar ik ben niet zo creatief in het verzinnen van leuke oefeningen. Tijdens Tenniskids heb ik veel nieuwe ideeën opgedaan. Ook differentiëren kwam aan bod. Lesgeven op verschillende niveaus, zodat de oefeningen leuk zijn voor iedereen in de groep.” Kiep wil zich verder specialiseren in tennislessen voor kinderen. “De volgende keer wil ik Tenniskids 2 en wellicht 3 doen. Het is goed om je te blijven ontwikkelen.” UITGELICHT: CURSUS BREDER LEREN BIJSCHOLINGSKALENDER Op www.centrecourt.nl vind je een bijscholingskalender met allerlei cursussen. Inmiddels worden zo’n 25 cursussen aangeboden. De kalender wordt regelmatig aangevuld en van elke cursus is een beschrijving beschikbaar. Hoe leer je als coach? En hoe breng je die informatie over op je leerlingen? Dat zijn twee vragen die centraal staan bij Breder Leren. De cursus bestaat uit twee dagdelen. In de zes weken daartussen gaan de deelnemers, minimaal zes en maximaal twaalf, zelf aan de slag. In de startbijeenkomst stelt de deelnemer zelf vast op welk terrein de kennis kan worden bijgespijkerd: techniek, tactiek, management of wellicht psychologie. Daarna gaat hij die kennis zelf ‘halen’: via internet bijvoorbeeld, of bij andere trainers. Door middel van een logboek houdt de leraar de opgedane kennis bij en leert hij op welke manier hij leert. De voortgang wordt individueel besproken met de docent. Ymco van Gorkom volgde de cursus in mei. Hij begon er sceptisch aan, maar nu is hij enthousiast. “Ik zit 33 jaar in het vak. Dat je verplicht punten moet halen voor je licentie, vond ik eigenlijk een beetje onzin.” Bij toeval kwam Van Gorkom, leraar met een C-licentie en hoofdtrainer bij TV Merlenhove in Heemstede, bij de juiste cursus voor hem terecht. “In eerste instantie koos ik op basis van het aantal punten en de locatie. En ook een beetje op de omschrijving. Breder Leren leek me wel interessant.” De cursus bleek een schot in de roos. “Zeker omdat ik hem volgde tijdens de competitie. Ik kon wat ik leerde meteen toepassen bij spelers op de baan.” Van Gorkom koos voor verschillende benaderingen, zowel de tactische als de mentale, en kon meteen zien wat werkte bij zijn spelers en wat niet. “De cursus is vooral geschikt voor leraren met een B- of C-licentie die veel werken met spelers van redelijk hoog niveau. Ik heb spelers echt leren prikkelen. En mezelf in de breedte ontwikkeld. De cursus heeft me gemotiveerd, juist omdat ik in het begin kritisch was.”

50 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication