22

DE SOUFFLEURS WELKE POSITIEVE OF NEGATIEVE KRITIEK ZUL JE NOOIT VERGETEN? Toen mijn stuk ‘Vrouwen met Ballen’ in première ging, lachte niemand luidop. Ik voelde me gefaald in mijn opzet telkens als een verwachte lach niet kwam. Wat had ik fout gedaan? De spelers probeerden me gerust te stellen: “Het is vrijdag, het publiek is moe van een lange dag werken.” Achteraf vertelden de mensen me dat ze zich hadden geamuseerd, maar toch drong dat niet tot me door. Ik heb die nacht slecht geslapen. Maar alle volgende opvoeringen lachte het publiek wel. Ik kon weer gerust slapen. PETER DE PAUW In ‘Festen’ speelde ik rol van de vader die zijn kleinkinderen had misbruikt. Een prachtrol in een prachtstuk, dat wel. Toen ik na afloop de zaal betrad, stoof een vrouw schuimbekkend op mij af. Ze riep me toe: “Smeerlap!” Ik moest even bekomen van die uitval, maar dacht ook: “Je hebt dat blijkbaar goed gespeeld, Alex!” ALEX DESIRON Ik speelde Johan in ‘Scènes uit een huwelijk’. De regie was bijzonder, omdat het stuk in drie delen werd gesneden. Elk van die delen werd simultaan gebracht op een andere locatie in het gebouw. Het publiek kreeg ze dus niet in chronologische volgorde te zien. Om van scène te wisselen, begeleidden de acteurs het publiek naar de volgende plek. In de scène die ik speelde bekent Johan aan zijn vrouw dat hij een affaire heeſt. Daarop werd een vrouw zo kwaad dat ze me tijdens zo’n locatiewissel toebeet dat ik een echte smeerlap was. Ze verdween en is niet blijven kijken naar de rest van het stuk. Een heel intense ervaring. RONNY VANDERSTRAETEN Een negatieve kritiek die me zal bijblijven, kwam van mijn dochter. Ze wordt altijd kwaad als ik op de scène iemand moet verleiden. Toen ze klein was, zei ze dat ik alleen haar papa mocht kussen. Mijn dochter is nu een volwassen vrouw en ze heeſt het er nog altijd moeilijk mee. Zo beeldde ik in mijn monoloog ‘Ge moet er nie mee lachen’ een liefdesscène uit waarin ik klaarkom. "Verwittig me als je nog eens zoiets doet", zei mijn dochter na afloop, "dan kom ik niet kijken." Ik stond er onthutst bij... GWEN DEPREZ Tijdens de pauze van een voorstelling moest ik eens naar het toilet. Daar hoorde ik twee mannen, die ik herkende als twee ervaren acteurs uit de streek, tijdens hun toiletbezoek de voorstelling bespreken. Ze vonden er niks aan: de muziek paste niet, het duurde te lang, het decor was saai enzovoort. De moed zakte me in de schoenen. Tot één van hen zei: "Maar zij is wel goed bezig, die Eva." Die Eva, dat was ik... INGE DRIJKONINGEN Na een voorstelling van ‘De Caraïbische zee’ waarin ik de rol van Mie speelde, kwam een wereldvreemde man op me af. Zegt hij zomaar in mijn gezicht: "Jij kunt echt geen toneel spelen hè!" Ik stond aan de grond genageld. Ik wist niet wat ik moest antwoorden en hij merkte dat. Toen voegde hij er maar snel aan toe: “Zo'n rol neerzetten, dat kan niet. Je moet gewoon zo zìjn.” HILDE SOENS 22 'FESTEN' - Plankton © Katleen Clé

23 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication