ESSAY COMMUNICATIE OMGEVINGSWET: NEUZEN ÉÉN KANT OP 18 APPEN OVER ‘DE ZAAK’ IS NOOIT PRIVÉ 24 SPECIAL ARBEIDSMARKT DEALEN MET CORONA 33 6 november 2020 | week 45 | jaargang 41 21 2020 BINNENLANDS BESTUUR NIEUWE COLLEGA’S WORDEN VOORAL OP AFSTAND INGEWERKT ‘ WELKOM BIJ ONZE ORGANISATIE’ Het Publieke Domein VAN EN VOOR DE PUBLIEKE SECTOR Als het om arbeidsmobiliteit gaat hetpubliekedomein.nl | info@hetpubliekedomein.nl | 030 - 208 1153 Opleiding Planeconomie ONAFHANKELIJK MAGAZINE VOOR BETROKKEN AMBTENAREN EN BESTUURDERS
ltonoord.nl Vitaal platteland voor ons allemaal Steeds meer boeren en tuinders breiden hun bedrijf uit met een nevenacti viteit. Ze hebben een boerderijwinkel of bieden kinderopvang, een zorgfuncti e of recreati emogelijkheden aan. Daarmee voorzien ze in een groeiende behoeft e vanuit de maatschappij. En zorgen ze voor een vitaal platt eland. Als belangenbeharti ger helpt LTO Noord haar leden om deze multi functi onele bedrijfsvoering te realiseren. In het buitengebied zijn dit minder gangbare acti viteiten, daarom dringen we bij gemeentes en provincies aan op voldoende ruimte in het bestemmingsplan. We bepleiten een stevige plek voor de multi functi onele landbouw in nieuwe omgevingsvisies, zoals in Noord Holland. We koppelen boeren en tuinders aan organisati es die ze verder kunnen helpen met specifi eke kennis voor hun nevenacti viteit. En we ontwikkelen een digitaal platf orm om het aanbod van deze extra acti viteiten samen te brengen. Dat doen we allemaal voor jou, voor al onze leden, voor de volgende generati e en voor de samenleving. Multi functi onele bedrijven zijn namelijk waardevol voor ons allemaal. Achter de boer en tuinder. Voor ons allemaal.
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 REDACTIONEEL Het imago van Binnenlands Bestuur is een uitgave van de Sijthoff Media Groep en verschijnt tweewekelijks op vrijdag. REDACTIEADRES Postbus 75462, 1070 AL Amsterdam tel: 020 - 5733669 e-mail: info@binnenlandsbestuur.nl www.binnenlandsbestuur.nl HOOFDREDACTIE Eric de Kluis REDACTIE Hans Bekkers (chef redactie), Wouter Boonstra, Martin Hendriksma, Adriaan de Jonge, Yolanda de Koster, Alexander Leeuw, Michiel Maas, José Salhi. COLUMNISTEN Geerten Boogaard, Jan Verhagen ILLUSTRATOR Berend Vonk Coverbeeld: Shutterstock VASTE MEDEWERKERS Ton Bestebreur, Brian van der Bol, Martijn Delaere, René Didde, Wilma van Hoeflaken, Yvonne Jansen, Michel Knapen, Harry Perrée, Marjolein van Trigt, Simon Trommel, Michiel S. de Vries. BASIS-ONTWERP: Studio Room VORMGEVING VRHL Content en Creatie, Alphen aan den Rijn DRUK Senefelder Misset, Doetinchem ADVERTENTIEAFDELING Jan-Willem Hulst, tel. 06-22663674 Marcel van der Meer, tel. 06-23168872 Sandra de Vries, tel. 020-573 3656 E-MAIL ALGEMEEN sales@binnenlandsbestuur.nl DIRECTIE Willem Sijthoff MARKETING Lindsay Duijm ABONNEMENT Voor een (gratis) abonnement zie de website: www.binnenlandsbestuur.nl en ga naar abonnementen. Heeft u nog vragen, mail dan naar klantenservice@binnenlandsbestuur.nl of bel 020 – 573 3600. Betaalde abonnementen voor bedrijven en professionals buiten de doelgroep: jaarabonnement 1e jaar € 87,- (normaal € 229,-). Abonnementen voor raadsleden en leden van Provinciale Staten zijn gratis. Los nummer € 9,75. De prijzen zijn exclusief btw. Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaarden de auteur(s), redacteur(en) en uitgever(s) geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten en onvolkomenheden, noch voor gevolgen hiervan. ISSN 0167-1146 OPLAGE 43.000 © Het is niet toegestaan om zonder voorafgaande toestemming van de uitgever artikelen, onderzoeken of gedeelten daarvan over te nemen. Binnenlands Bestuur is een onafhankelijk magazine voor de hoger opgeleide decentrale ambtenaar en lokale bestuurder. INHOUD 03 gemeenten kan radicaal veranderen GEMEENTE ALS PROBLEEMOPLOSSER DE AMBITIE EN DE MAAT Een schrijnende affaire die zich jaren voortsleept, ouders die onterecht de misère in worden geduwd en een meedogenloze Belastingdienst. Vrijwel iedereen is het erover eens dat het toeslagenstelsel niet werkt. Ooit werd de Belastingdienst juist gezien als de ideale partij om het uitdelen van toeslagen op zich te nemen – de geraffineerde organisatie die het Nederlandse bedrijf draaiende hield door gemiddeld een miljard euro per dag te innen. Maar uitdelen bleek een heel andere taak dan innen. Een Bulgarenfraude, ict-debacle en mislukte vertrekregeling later en zowel de Belastingdienst als het toeslagenstelsel bevindt zich in een crisis. De rijksoverheid is inmiddels bezig met het zoeken naar alternatieven voor het toeslagenstelsel en waarschijnlijk krijgen gemeenten een grotere rol. De ‘decentralisatie van toeslagen naar gemeenten’ (zo genoemd in het IBO Toeslagen van begin dit jaar) is een van de heftigere opties en zou een ‘zeer ingrijpende decentralisatie’ zijn. Bij het woord ‘decentralisatie’ zal bij velen een rilling over de rug lopen en terecht, want het zou tragisch zijn om gemeenten met zo’n enorme klus op te zadelen terwijl ze nog te kampen hebben met de vorige decentralisaties. Het imago van de ideale partij om de toeslagen op zich te nemen, de gemeenten die dicht bij hun bewoners staan, zou net zo radicaal kunnen veranderen als bij de Belastingdienst. De kwestie lijkt nog niet actueel omdat er waarschijnlijk minstens twee kabinetsperiodes overheen gaan voor er een nieuw stelsel is. Maar precies omdat gemeenten dagelijks te maken hebben met de gevolgen, is het belangrijk dat zij inspraak hebben. De mensen die hulpbehoevenden bijstaan, niet de hoge ambtenaren, weten wat een burger aankan. Gemeenten moeten niet te veel willen, hoe graag zij om welke redenen dan ook de verantwoordelijkheid op zich willen nemen. Zij moeten ook niet te weinig willen, hoe moeilijk het misschien ook is om in tijden van wereldwijde crises, sociale malaise, problematische begrotingen en voortdenderende technologie op zoiets abstracts en toekomstigs te blijven letten. Zodra een richting is gekozen kan het moeilijk zijn die te corrigeren. ADVERTENTIE ALEXANDER LEEUW REDACTEUR BINNENLANDS BESTUUR
Nieuw! Opleiding Coördinator Toezicht en Handhaving Voor toekomstige senior boa’s coördinatoren wijkboa’s De enige praktijkopleiding ingeschaald op niveau 4 NLQF Er wordt in toenemende mate veel van jou als handhaver verwacht. Rol en taakinhoud groeien mee met de steeds sneller veranderende samenleving en worden groter en complexer. De relatie met de politie wordt gelijkwaardiger en er zal steeds meer samen opgetrokken (moeten) worden. Dit vraagt kennis en vaardigheden op een ander opleidingsniveau. De Segment BoAcademie biedt als enige in Nederland de opleiding Coördinator Toezicht en Handhaving aan. Deze anderhalf jaar durende niveau-4-opleiding is een ideaal vervolg op de opleiding htv - niveau 3. Je leert onder andere problemen te analyseren, actieplannen te maken en om te gaan met complexe problemen als adresfraude, mensenhandel en ondermijning. Meer informatie en inschrijven op www.boacademie.nl De NLQF/EQF-inschaling is nationaal en internationaal vergelijkbaar met andere op niveau 4 ingeschaalde opleidingen en is in Nederland zelfs de enige opleiding voor boa’s op dit niveau. www.segment.nl • 033 - 434 50 80 Versterk je analytische en coachende vaardigheden
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 INHOUD 05 39 COVERSTORY INWERKEN Nu thuiswerken voorlopig de norm blijft, moeten HR-afdelingen zich extra inspannen om nieuwkomers te betrekken bij hun nieuwe taken en de organisatie. Veel gaat noodgedwongen digitaal, tot aan samen koffiedrinken toe. 12 INTERVIEW PIETER TOPS Pas als we onze morele laksheid opzij zetten en drugscriminelen zich niet meer onkwetsbaar wanen, kunnen we volgens Pieter Tops de lokroep van het corrumperende drugsgeld de baas. 16 MET ALLEEN INSTINKMAILS IS HET GEVAAR NIET GEWEKEN 21 TRANSFORMATIE WONEN TUSSEN MEUBELZAKEN Gemeenten zoeken plekken om woningen te bouwen. Woonboulevards kampen met leegstand. Kan het ene probleem de oplossing zijn van het andere? De phishing test is een beproefd middel om medewerkers bewuster te maken van informatiebeveiliging. Maar om het aantal veiligheidsincidenten terug te dringen, is meer nodig dan een instinkmail alleen. Minstens zo belangrijk: systemen up-to-date houden. ZIN EN ONZIN VAN PHISHING TESTS NIEUWS Covid-19 zet aanbesteding OV onder druk Vacatureherstel bij gemeenten na coronadip ROB: ‘Goed openbaar bestuur is niet gratis’ ESSAY Omgevingswet: alle neuzen in dezelfde stand ABONNEMENT Voor een (gratis) abonnement zie de website: www.binnenlandsbestuur.nl. Klik vervolgens op Abonnementen en kies de vorm die bij u past. ACHTERGROND Appen met beleid Lanxmeer is al een kwart eeuw eco SPECIAL ARBEIDSMARKT Gouden kans verjonging personeel Gezocht: paarse medewerkers op financiën Volledig betaald geboorteverlof 18 28 28 34 44 48 6 7 9 VERDER COLOFON / REDACTIONEEL 3 BEREND VONK GEERTEN BOOGAARD NIEUWS IN BEELD IN DE CLINCH JAN VERHAGEN OPINIE PERSONALIA 7 8 10 27 44 55 58
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 06 NIEUWS RUIMTE DOOR: MICHIEL MAAS Regionale vervoerders kampen sinds de coronacrisis met dalende aantallen passagiers. Daarom schrijven ze nauwelijks in op nieuwe concessies voor het openbaar vervoer. ‘Als vervoerders geen zicht op rendement hebben, vallen ze om.’ VERVOERDERS VREZEN TE LAAG RENDEMENT COVID-19 ZET AANBESTEDING OV ONDER DRUK Het was voor de provincie Gelderland eind augustus een flinke teleurstelling: voor de nieuwe concessie voor de Valleilijn, waar op dit moment vervoerder Connexxion nog treinen laat rijden, kwam geen enkele inschrijving. De provincie had tijdens de aanbesteding nog wel een overbruggingsmaatregel voorgesteld: zolang de coronamaatregelen van kracht zijn, wil de provincie 80 procent van de vervoersopbrengsten garanderen. Het bleek niet voldoende om vervoerders over de streep te trekken. Problemen met de aanbesteding van regionale vervoersconcessies spelen in meer provincies. Friesland legde de aanbesteding van het busvervoer in de provincie en de Waddeneilanden in oktober stil. De provincie verwacht dat de aanbesteding op dit moment geen goede inschrijvingen zal krijgen. Ook in een aantal andere regio’s, waaronder Zaanstreek/Waterland, Zuid-Holland Noord en West-Brabant, moet de vervoersconcessie de komende tijd worden aanbesteed of is het proces al begonnen. De kans dat vervoerders zich nu inschrijven is niet groot, denkt Didier van de Velde, directeur van adviesbureau inno-V, dat overheden helpt bij dergelijke aanbestedingen. ‘Er zit nu niemand in de bus en er is geen peil op te trekken wanneer die vervoercijfers weer omhoog gaan. Maar de kosten van de vervoerder gaan wel door. In een traditionele aanbesteding moet een vervoerder kunnen berekenen ‘ Niemand weet wanneer de vervoercijfers omhoog gaan’ hoeveel ze gaan verdienen per reiziger, en waar de risico’s liggen. Omdat er nu zo veel onzekerheden zijn, valt daar niets over te zeggen.’ Het grote knelpunt zit in de opbrengstverantwoordelijkheid van de vervoerder. De concessiehouder moet zijn inkomsten halen uit provinciale exploitatiebijdragen en uit kaartverkoop. ‘Als provincies de komende tijd nog concessies willen afsluiten, of zelfs tijdelijke overbruggingsconcessies willen aangaan, dan moeten ze een oplossing vinden voor het dragen van die opbrengstverantwoordelijkheid.’ OMVALLEN De decentrale ov-autoriteiten, verenigd in DOVA, kijken op dit moment naar overbruggingsconcessies. Daarnaast proberen provincies, vervoersregio’s en rijk om de concessie voor vervoerders aantrekkelijker te maken. Zelfs als de lockdown en coronamaatregelen worden versoepeld of niet langer nodig zijn, kan het nog lang duren voordat de vervoerscijfers weer op het oude niveau zijn. Als er geen zicht op rendement is, wordt het voor vervoerders steeds moeilijker, ziet beleidscoördinator Marten Westeneng van DOVA. ‘Dan vallen ze om. Dat zou funest zijn voor ons openbaar vervoer.’ De overheden springen nu al flink bij om verloren inkomsten van de vervoerders te compenseren, zegt Westeneng. ‘In 2020 is dat zo’n 1,5 miljard directe steun voor alle concessies. Voor de eerste helft van 2021 is al 740 miljoen vrijgemaakt. Daar komt nog eens bij dat provincies niet korten op de exploitatiebijdragen, terwijl ze dat wel mogen doen als het aantal dienstregelingsuren niet wordt gehaald.’ Toch is de pijn voor de vervoerders daarmee niet weg. ‘De vervoersbedrijven hebben in het afgelopen half jaar tientallen miljoenen verlies geleden.’ Door het uitstellen van OV-concessies komen ook de milieu- en energiebesparingsafspraken in gevaar. In veel nieuwe concessies worden afspraken gemaakt over de energiezuinigheid van bussen en elektrisch rijden. Maar veel overbruggingsconcessies zullen worden afgesloten met de bestaande vervoerder, die waarschijnlijk met de huidige bussen op het traject zal blijven rijden. Rijk en provincies werken nu aan een diepteplan, waarin wordt onderzocht hoe het OV er in de toekomst uit kan zien en op welke manier oude bussen toch sneller kunnen worden uitgefaseerd.
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 DOOR: HANS BEKKERS ARBEIDSMARKT NIEUWS 07 In het derde kwartaal van 2020 zijn door gemeenten 3.652 vacatures gepubliceerd. Dat is 14 procent hoger dan in het tweede kwartaal van dit jaar, maar het aantal vacatures blijft wel achter bij het niveau van voor de coronacrisis. VOORAL HBO'ERS GEZOCHT VACATUREHERSTEL BIJ GEMEENTEN NA CORONADIP Er is blijkens de Vacaturemonitor van het A&O fonds Gemeenten sprake van enig herstel, maar de arbeidsmarktvraag blijft desondanks sterk achter bij het niveau van begin 2020. Ten opzichte van het eerste kwartaal van 2020 ligt het aantal geplaatste vacatures nog altijd 20 procent lager. Wat opvalt is de groei in vacatureaantallen voor de beroepsgroep ‘gezondheidszorg’. Van het eerste op tweede CARTOON BEREND VONK kwartaal van 2020 was nog een krimp te zien van 30 procent. Maar nu is dat de sterkste stijger met 67 procent meer vacatures. De beroepsgroep ‘administratief’ laat een vergelijkbaar herstel zien: na een eerdere kwartaal-op-kwartaal krimp van 47 procent is daar nu een groei van 28 procent te zien. Wat verder in het oog springt, is de groei in de vraag naar communicatiedeskundigen: een stijging met 51 procent. Waar het tweede kwartaal van 2020 eenkwartaal-op-kwartaal krimp voor alle opleidingsniveaus liet zien, groeit de arbeidsmarktvraag nu weer voor alle niveaus. Grofweg is er een tweedeling te maken tussen vacatures tot en met mbo/hboniveau en vacatures daarboven. Vooral de vraag naar (post-)academisch geschoolden is jaar-op-jaar sterk gestegen, met 124 procent. In absolute zin groeit het aantal vacatures op hbo-niveau het sterkst. Dat is blijven doorgroeien, ondanks de crisis. Het aantal vacatures is inmiddels 2,5 keer zo groot als dat op mbo-niveau; een jaar geleden was het aantal mbo-vacatures nog tweemaal zo groot als het aantal hbo-vacatures. Dat is echter in het tweede kwartaal van dit jaar meer dan gehalveerd. Een verklaring is dat gemeenten nu hun kans grijpen om schaarse hoger opgeleiden aan te trekken die elders geen werk hebben en ook voor functies waarvoor ze voorheen alleen mbo’ers konden aantrekken nu kansen zien om toch een hbo’er te werven. Lees verder op pag. 34
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 08 COLUMN GEERTEN BOOGAARD DE VLOER BEWEEGT IN THORBECKE’S HUIS Wie in het staatsrecht iets wil veranderen, zo legde mij ooit iemand uit, moet kiezen tussen vorm of inhoud. Óf je verandert de inhoud van iets wat er aan de buitenkant hetzelfde uit blijft zien, óf je verandert de gedaante van iets wat inhoudelijk hetzelfde blijft. Wie vorm en inhoud tegelijk wil aanpakken, loopt in Nederland vast. De tegenstanders gaan dan een verbond aan met de mensen die het niet begrijpen, en samen houden ze alles tegen. Menig ronkend voorstel is gesneuveld door veronachtzaming van deze wet van behoud van vorm of inhoud. Bijvoorbeeld de plannen om een gekozen burgemeester in te voeren. Tot iemand op het lumineuze idee kwam om vorm en inhoud uit elkaar te trekken. Afgelopen kabinetsperiode is met de deconstitutionalisering van de kroonbenoeming de vorm aangepast van iets wat inhoudelijk gelijk bleef. En straks zal de inhoud aan de beurt zijn. Evenzo zullen wij het bindend referendum niet krijgen door een wijziging van de Grondwet, maar door gewenning aan de praktijk van raadgevende referenda. Deze wet verklaart ook de laatste grote verbouwing in het Huis van Thorbecke: de dualisering van 2002. Nadat het idee al decennia had gesudderd in rapporten en commissies, werden er in de kabinetsformatie van 1998 zaken gedaan. Het hoofdschap van de gemeenteraad werd naar zijn vorm intact gelaten, maar de inhoud zou dualistisch worden. Samen met een duidelijk politiek commitment in het coalitieakkoord van Paars II en met minister Peper op het pluche van Binnenlandse Zaken werd het idee zo in vier jaar tijd gerealiseerd. Een vergelijkbaar succes ligt in de periode 20212015 voor het grijpen als we vol inzetten op de zogenaamde federatiegemeente. Ook dat idee suddert al een tijdje in rapporten en commissies. En bovenal leent het zich om te worden toegepast binnen de bestaande grondwettelijke inrichting van het Huis van Thorbecke. Het idee gaat namelijk niet over de vorm van de schaaldiscussies, maar wel de inhoud daarvan. In zijn essay Regie in de regio laat Marcel Boogers haarscherp zien waarom de schaaldiscussie in Nederland zo muurvast zit. Grootschalig herindelen doen we niet, omdat wij lokale democratie met kleinschaligheid associëren. Echt democratisch legitimeren van gemeentelijke samenwerkingsverbanden doen we evenmin, omdat ‘een vierde bestuurslaag’ taboe is. En de provincie serieus bij regiovorming betrekken gebeurt ook al niet, omdat provincies traditioneel worden gewantrouwd. Dus gaan wij uit arren moede en zonder veel hoop zitten knutselen aan de Wet ‘ Wie vorm en inhoud tegelijk wil aanpakken, loopt in Nederland vast’ GEERTEN BOOGAARD IS HOOGLERAAR DECENTRALE OVERHEDEN (THORBECKE LEERSTOEL) AAN DE UNIVERSITEIT LEIDEN op de gemeenschappelijke regeling. De federatiegemeente zou veel van deze discussies kunnen vlottrekken. In plaats van twee verdiepingen in één huis, wordt de laagste schaal van het decentraal bestuur een bewegende vloer. Federatiegemeenten zijn immers alles tussen een vitale kernendemocratie en een regionale samenwerking die nog het beste kan worden omschreven als binnenprovinciale decentralisatie. En dat allemaal door niet de grondwettelijke huishoudingen centraal te stellen, maar uit te gaan van lokale autonomie: de schaal waarop een samenleving zich wil manifesteren. Federatiegemeenten komen immers van onderop. Ze zijn bedacht omdat er om werd gevraagd. Inmiddels is de federatiegemeente opgenomen in het BZK-beleid. Gemeenten die willen experimenteren kunnen zich melden, en dan zal worden bezien wat er mogelijk is. Maar ik denk dat het idee pas echt vaart krijgt met een duidelijk commitment in het regeerakkoord dat een federatiegemeente in een voorkomend geval feitelijk uit deelgemeenten mag bestaan of een vierde bestuurslaag kan vormen, zolang dat allemaal maar binnen de grondwettelijke vormen past. Als een staatscommissie vervolgens de modellen verder uitwerkt en wetgevingsvoorstellen doet, kan alles door Rutte IV in het Staatsblad worden getild. Zodat we vanaf 2025 inhoudelijk gaan werken met een flexibele schaal. Voor de lokale democratie is dat een nieuw impuls.
N BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 DOOR: YOLANDA DE KOSTER BESTUUR NIEUWS 09 Gemeenteraden en Provinciale Staten moeten beter worden ondersteund. Daar moeten normen voor komen en een berekening wat naleving ervan kost. Binnenlandse Zaken moet erop toezien dat daarvoor voldoende budget komt én wordt gebruikt. ADVIES ROB OVER ONDERSTEUNING RADEN EN STATEN ‘ GOED OPENBAAR BESTUUR IS NIET GRATIS’ ‘Ondersteuning mag wat kosten en zou niet afhankelijk moeten zijn van wat een gemeente of provincie daar zelf voor over heeft. De richting die de minister aangeeft, mag niet vrijblijvend zijn: er moeten prikkels komen om naleving te bevorderen.’ Dat stelt de Raad voor het Openbaar Bestuur (ROB) in zijn donderdag verschenen advies ‘Goede ondersteuning, sterke democratie’. De vrijblijvendheid van goede ondersteuning aan raden en Staten moet eraf, stelt de ROB. Gemeenteraden en Provinciale Staten gaan over steeds meer onderwerpen, die een grote impact hebben op het leven van veel Nederlanders. Onder druk van bezuinigingen ligt het voor de hand dan ook in eigen vlees te snijden, maar ‘op de kwaliteit van de decentrale democratie moet niet worden bezuinigd.’ De minister van Binnenlandse Zaken heeft hierin een belangrijke rol te spelen, maar moet niet de ‘financiële troefkaart’ trekken door hiervoor geld uit het gemeentefonds te labelen. BESTEDINGSVRIJHEID ‘Oormerken van geld uit het gemeentefonds en het provinciefonds voor ondersteuning van decentrale volksvertegenwoordigingen is in strijd met de bestedingsvrijheid van de fondsen.’ Wel kan worden aangegeven hoeveel geld uit het gemeente- of provinciefonds beschikbaar is voor raden en Staten. Dat moet dan gelden als impliciete bestedingsnorm. Bij de ondersteuning gaat het om ambtelijke ondersteuning, fractieondersteuning, de positie van de griffier, de (ook financiële) normering van een ondergrens voor decentrale rekenkamers en opleidingsbudgetten. De minister van BZK moet onderzoek doen welk budget nodig is voor al die ondersteuningsvormen, adviseert de ROB. Als uit het onderzoek blijkt dat de eigen middelen van gemeenten en provincies niet toereikend zijn, moet de minister zorgen voor extra budget. KARIG ‘In de gemeentelijke praktijk is het karig gesteld met fractieondersteuning’, stelt de ROB. In kleine gemeenten is er tussen de 600 en 1.250 euro per fractie te besteden; in grotere gemeenten is jaarlijks maximaal 10.000 euro beschikbaar. ‘Voor bedragen van een paar duizend euro is het normaal gesproken niet mogelijk om kwalitatief hoogwaardige inhoudelijke (onderzoeks)ondersteuning in te huren’, concludeert de ROB. De minister van BZK moet de financiële omvang van fractieondersteuning bepalen. Er zijn zorgen over de rol van de griffier. ‘De gemiddelde omvang van de griffie bij gemeenten is 2,85 fte, de gemiddelde omvang van de ambtelijke organisatie bij gemeenten is ongeveer 350 fte. Een rekensom leert dat minder dan 1 procent van het gemeentelijk apparaat rechtstreeks werkt voor het hoogste bestuursorgaan.’ Daarnaast is de positie van de griffier te afhankelijk van raad en Staten en daardoor kwetsbaar. ‘De verankering van de belangrijke positie van de griffier laat te wensen over.’ De minister moet met de koepels en beroepsverenigingen richting geven aan de (mogelijk wettelijke) veranDe minister moet eventueel zorgen voor extra budget kering en versterking van de onafhankelijke positie van de griffier. Ook moet er een minimale formatienorm komen. Bij de rekenkamers is het (karige) budget het grootste knelpunt, stelt de ROB. ‘Er bestaat een informele norm van één euro per inwoner die dateert uit 2004 en nooit is bijgesteld. Inmiddels is het vaak veel minder.’ Het ministerie moet een ondergrens bepalen aan welke normen de decentrale rekenkamers moeten voldoen. Het gaat daarbij om voldoende budget, maar ook om professionaliteit en deskundigheid. De ambtelijke ondersteuning moet beter. ‘Het is belangrijk dat de ambtelijke organisatie niet alleen het college maar ook de gemeenteraad of Provinciale Staten als afnemer zien.’ HULPTROEPEN De minister moet dus op diverse terreinen voorwaarden scheppen voor een betere ondersteuning, maar raden en Staten hebben hierin ook een verantwoordelijkheid, benadrukt de ROB. Zij moeten werk maken van de ondersteuning en die beter benutten. ‘Het instrumentarium is er, de hulptroepen staan paraat. Maar ze worden niet of niet goed gebruikt en griffie en rekenkamer krijgen niet altijd de ruimte om zich door te ontwikkelen.’ De mensen bij de gemeenten en provincies moeten het doen.
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 10 NIEUWS IN BEELD VEILIGHEID DOOR: HANS BEKKERS TOEZICHT EN HANDHAVING KOPPELING BELEID EN PRAKTIJK eleid en praktijk lopen vaak uiteen. Op het gebied van penbare orde en veiligheid is nou eenmaal niet alles te oorzien. Maar beschikbare data en informatie uit het eld worden ook te weinig benut om vooruit te kijken. oa’s reageren vooral op incidenten. Daardoor is er minder jd en aandacht voor prioriteiten uit het beleid of lange termijninvesteringen. Bijvoorbeeld in e aanpak van ondermijning. ndersom geldt het ook: beleid ordt vaak ervaren als ‘hoog over’, einig realistisch en niet urgent. Het ontbreken van een goede aansluiting tussen beleid en praktijk maakt effectieve sturing door de gemeenteraad en de portefeuillehouder moeilijk. te d A w w
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 NIEUWS IN BEELD 11 In achttien gemeenten onderzocht Necker van Naem toezicht en handhaving op openbare orde en veiligheid. Een complex domein met onderwerpen van overlast tot ondermijning. Steeds meer taken komen daarnaast bij de gemeente en gemeentelijke handhavers te liggen, ook zonder een pandemie. Kijkend naar beleid, uitvoering en, ja toch, de impact van corona: wat valt op? VERSCHIL BOA-INZET 13 FTE Er bestaat geen gouden regel voor het bepalen van boa-capaciteit, zoals die er bijvoorbeeld wel is voor wijkagenten (1 op 5.000 inwoners). De beschikbare boa-capaciteit in verhouding tot het aantal inwoners loopt tussen gemeenten dan ook sterk uiteen. Gemene deler bij meer dan twee-derde van de onderzochte gemeenten is dat er een capaciteitstekort is of wordt ervaren. Gevolg daarvan is dat beleid onvoldoende wordt uitgevoerd. Er zijn twee manieren om het capaciteitsprobleem op te lossen: ofwel door meer capaciteit aan te trekken, of door te snoeien in het aantal prioriteiten. Het lijkt een open deur, maar staat zelden op de agenda. Hiernaast zijn vijf van de achttien onderzochte gemeenten weergegeven. Per gemeente staat het inwonersaantal en het FTE aan boa-capaciteit vermeld. Deze greep uit de gemeenten laat zien dat de beschikbare boa-capaciteit in verhouding tot aantal inwoners sterk uiteenloopt 3 FTE 7 FTE 3 FTE 6 FTE 36.055 inwoners 36.197 inwoners 51.564 inwoners 56.297 inwoners 58.005 inwoners HANDHAVING IN CORONATIJDEN Tijdens de coronacrisis wordt het veld van toezicht en handhaving geconfronteerd met een toename van geweld tegen boa’s, beperkte capaciteit om de noodverordening te handhaven en hogere werkdruk. De andere kant van deze wrange medaille is dat veel boa-teams een professionaliseringslag doormaken. Portefeuillehouders, beleidsmedewerkers en gemeenteraden willen goed op de hoogte zijn van de interventies die boa’s plegen, van eventuele probleemgebieden of over de naleving van de maatregelen. Dat leidt in deze gemeenten tot meer structurele terugkoppeling en strakkere coördinatie, bijvoorbeeld door te werken met dagrapportages. Ook zoeken boa’s en wijkagenten door de crisis meer samenwerking op. Er wordt meer informatie gedeeld en samen opgetrokken. De corona crisis is daarmee een kans gebleken om een aantal vraagstukken versneld op te lossen.
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 12 INTERVIEW PIETER TOPS DOOR: MARTIJN DELAERE FOTO: KEES BEEKMANS Drugscriminaliteit heeft Nederland kunnen ondermijnen omdat we drugs zo gewoon vinden als borrelnootjes. Pas als we die morele laksheid opzij zetten, worden we de lokroep van het drugsgeld de baas. Aldus bestuurskundige Pieter Tops. LEGALISERING DRUGS NAÏEF ANTWOORD OP ONDERMIJNING ‘HOU OP, JE BENT GEEN SHERIFF’ Drugscriminelen die in deze coronatijd wat anders aan hun hoofd hebben dan het verzinnen van een sinterklaaslijstje, hebben geluk. Voor 21,99 euro (vijf xtcpillen) belandt Nederland Drugsland van Pieter Tops en Jan Tromp in hun schoen. Het vlot geschreven boek over de verleiding van het drugsgeld en het geschutter van de overheidsbureaucratie moet een feest van herkenning zijn voor drugscriminelen. Kijk eens hoe slim we zijn? ‘We moeten inderdaad erkennen dat er een grote collectieve intelligentie in de wereld van de criminele drugshandelaren- en producenten zit’, zegt Pieter Tops (64). ‘Als bestuurskundige ken ik geen creatiever en ondernemender netwerk. Het is een improvisatiemaatschappij in optima forma.’ Nederland Drugsland is niet het eerste drugsboek van bijzonder hoogleraar Tops en journalist Tromp. Drie jaar geleden publiceerde het tweetal het opzienbarende De achterkant van Nederland over het enorme, maar in het ‘suf gereguleerde en brave Nederland’ amper gekende probleem van een criminele schaduwwereld. Vorig jaar schreven ze het rapport De achterkant van Amsterdam. Een gouden combinatie, die twee. Pieter Tops: ‘Ik heb een áárdige pen, maar Jan heeft een uitstékende pen. Een journalist heeft ook een ander oog dan een wetenschapper. Hij kijkt anders en stelt andere vragen. Voor een vorig boek spraken we met één van de grotere drugscriminelen in deze contreien. De vragen die het ijs braken waren: “Is je moeder trots op je?” En: “Vind je dat je een goede vader bent?” Je zag dat die vragen hem raakten waardoor een informatiever gesprek ontstond.’ Hoe ontworstelen we ons aan de ondermijnende greep van de drugscriminelen? Daarover gaat Nederland Drugsland, maar niet nadat Tops en Tromp op één van de eerste pagina’s hebben geconstateerd dat het proces van ondermijning zo ver is voortgeschreden ‘dat in dit boek de vraag aan de orde komt of het probleem nog wel oplosbaar is.’ Om daar omineus aan toe voegen: ‘Wij zijn daar niet zeker van.’ Niet zeker, omdat de autoriteiten ‘het weliswaar niet keer op keer, maar wel systematisch afleggen tegen de drugsnetwerken.’ We hebben altijd gedacht dat dit niets te maken had met ambtelijke corruptie. Nederland mag volgens voorzitter Noordanus van het Strategisch Beraad Ondermijning in de absolute top van de drugscriminaliteit zitten, ons landje scoort goed qua integriteit. ‘Dat heb ik ook lang gedacht, maar pas op’, zegt Pieter Tops. ‘Uit het Encrochatonderzoek naar versleuteld berichtenverkeer tussen criminelen blijkt dat er meer ambtelijke corruptie in Nederland is dan we aannamen, bij de politie maar ook bij andere organisaties. Het heeft mij ook altijd verbaasd: zo onvoorstelbaar veel drugsgeld en zo weinig corruptie.’ STROMPELEND Opsporing en vervolging in Nederland zijn volgens Pieter Tops ‘strompelende vehikels’, omdat de samenwerking tussen overheidsorganisaties bijvoorbeeld stroef verloopt. De bijzonder hoogleraar ondermijningsstudies in Leiden: ‘In de aanpak van georganiseerde criminaliteit worden de mantra van één overheid en een integrale aanpak beleden. Die twee leggen vaak een loden deken over samenwerking. Het is nodig, maar het leidt tot heel ingewikkelde gesprekken en topzware vergaderingen waarin je probeert er met elkaar uit te komen. De organisatie van integrale afstemming waar het écht nodig is, namelijk in de ‘Integraal werken is eerder hinderlijk dan behulpzaam’ uitvoering van activiteiten, lijdt eronder. Daarom zeggen we in Nederland Drugsland ook dat de voortdurend aangehaalde slogan van integraal werken eerder hinderlijk dan behulpzaam is.’ Ben je als bestuurder gaan geloven dat integraliteit de effectiefste vorm van bestrijding van de georganiseerde misdaad is, krijg je dat. Pieter Tops, lector politie en openbaar bestuur aan de Politieacademie: ‘Ik twijfel niet aan de goede bedoelingen, maar je ziet dat in de toppen van overheidsorganisaties overleg over afspraken en samenwerking moeizaam verloopt. Het haalt uit de samenwerking wat hard nodig is: lenigheid, snelheid en slagvaardigheid, alles waar de drugsproductie- en handel in uitblinkt. Dat zie je bij de politie, maar ook bij het Openbaar Ministerie met zijn eigen positie en bevoegdheden en in de samenwerking met de Belastingdienst. En vergeet de departementen niet. Die moeten ten behoeve van een hoger doel samenwerken en dat leidt vooral tot ingewikkelde vormen van niet-samenwerking. Als bestuurskundige zie ik de mechanismen uit het wijkgericht werken in de jaren ’90 terug in de aanpak van de georganiseerde misdaad. Moeizame samenwerking aan de top en ondernemingszin en creativiteit onder uitvoerders, die eerder gefrustreerd dan bevorderd worden.’ Niet overheidsdiensten, maar gemotiveerde
r INTERVIEW 13 CV PIETER TOPS (Reusel, 1956) studeerde bestuurskunde in Nijmegen. Hij promoveerde in 1990 in Leiden. Tops was van 1994 tot 2018 hoogleraar bestuurskunde in Tilburg. Van 2006 tot 2013 was hij lid van het college van bestuur van de Politieacademie, waar hij sinds 2015 lector politie en openbaar bestuur is. Tops bekleedt sinds 1 juli 2020 de bijzondere leerstoel Ondermijningsstudies aan de Universiteit Leiden. Hij is sinds juni van dit jaar ook directeur van de Stichting Maatschappij en Veiligheid. BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020
FUTUR 2021 GEMEENTE UTRECHT GEMEENTEN ACHTKARSPELEN EN TYTSJERKSTERADIEL GEMEENTE AMSTERDAM FUTUR.NL Verkiezingsevenement met bekendmaking van de via livestream
INTERVIEW 15 mensen organiseren in de uitvoerende praktijk soepele samenhang. ‘Zij zijn de lichtpunten in ons boek. Ik was in de jaren ’90 bezig met de theorie van de vitale coalities. Hoe krijg je in de brij van afspraken en protocollen scherpte en vitaliteit? Je moet een goed verhaal hebben, je hebt onorthodoxe aanjagers nodig. Bestuurders moeten deze kartrekkers op cruciale momenten rugdekking geven. Als aan die voorwaarden is voldaan, kunnen er interessante dingen in de uitvoering gebeuren, óók in de strijd tegen drugscriminaliteit.’ LICHTPUNT Tops en Tromp praatten voor Nederland Drugsland in Rotterdam met Marco Pastors van het ‘lichtpunt’ Nationaal Programma Rotterdam Zuid en in Den Bosch met twee onorthodoxe politieagenten. ‘De mantra in Rotterdam is regie met gezag, maar het programma richt zich naast de bestrijding van de criminaliteit óók op sociale investeringen.’ De twee Bossche agenten zijn een lichtpunt omdat ze zich hebben losgemaakt uit de benauwende protocollen en procedures. ‘De integrale aanpak was in een mal gegoten.’ De agenten richten zich niet op de criminelen maar op hun handel, zegt Tops. ‘Natuurlijk lossen ze daarmee de drugscriminaliteit niet op, maar op hun niveau heeft hun werk wél degelijk effect. Kijk, de kamp familie R. in Oss moet je met een groot rechercheonderzoek aanpakken, maar daaronder zit zoveel drugshandel in woonwijken en op bedrijventerreinen. Daar past een andere aanpak.’ Daarover sprak Tops onlangs met de teamchef van de politie in een middelgrote stad. ‘Ze hadden het drugsnetwerk in een gebied van de stad in kaart gebracht. Dat drugsnetwerk bestaat uit 75 personen. Vier daarvan zijn uitgeharde criminelen en voor hen is volgens de teamchef vervolging en opsluiting de enige oplossing. Maar die andere 71? Zij staan model voor de grote opgave van de komende jaren. Een gevangenisstraf gaat hun problemen niet oplossen. “Wat moet ik daarmee?”, vraagt die politiechef zich af. Hoe wordt de normale samenleving voor hen weer aantrekkelijk? Aan deze vraagstukken komt hij niet toe, en het OM ook niet. Dat is in de eerste plaats iets voor het lokaal bestuur.’ Vanuit het lokaal bestuur is in de strijd tegen de ondermijnende drugscriminaliteit wel zo’n beetje gedaan wat gedaan kon worden, vindt Pieter Tops. ‘Bestuurders zijn niet naïef meer over de doorwerking van drugscriminaliteit in hun gemeenten. Ze hebben hun maatregelen getroffen. Ze zijn in hun eigen organisaties minder argeloos geworden. Hebben we er twintig jaar over gedaan om mensen bij gemeenten klantvriendelijk te maken, nu weten we dat die vriendelijkheid grenzen heeft. Om te voorkomen dat de criminaliteit zich verspreidt in de samenleving, sluiten burgemeesters bijvoorbeeld op basis van artikel 13b van de Opiumwet iedere dag drugspanden.’ PRINCIPIEEL ONJUIST Burgemeester Beenakker van Tiel vond het vorig jaar in Binnenlands Bestuur ‘principieel onjuist’ dat hij in de strijd tegen ondermijning de ‘enige en veelal zwaarste straf’ (sluiting van een pand) uitdeelt. ‘De burgemeester neemt nu eigenstandig beslissingen die hij in het kader van de deling van de staatsmachten niet behoort te nemen’, aldus Beenakker. Tops: ‘Er is tientallen keren geprobeerd om artikel 13b aan te klagen omdat het een straf zou zijn. Keer op keer hebben de rechter en de Raad van State gezegd: dit is geen straf, het is herstel. Burgemeesters moeten goed motiveren waarom ze een pand sluiten en rekening houden met de specifieke omstandigheden. Doen ze dat niet, dan staat de rechter klaar om hen terug te fluiten. Maar dat gebeurt betrekkelijk zelden. Burgemeesters houden zich in het algemeen keurig aan de wet. Als je dat bij elkaar optelt, dan is 13b een nuttige voorziening om te voorkomen dat drugscriminaliteit om zich heen grijpt.’ De Tielse burgemeester zei ook dat de burgervader het niet mag afleggen tegen de straffende burgemeester. ‘Ik wil namelijk geen sheriff zijn.’ ‘Waar slaat dat nou op?’, reageert Tops. ‘Je bent toch juíst burgervader als je de bevolking beschermt tegen drugscriminaliteit? Burgervader zijn is toch meer dan alleen linten doorknippen? Maar hou op, je bént geen sheriff, je bént geen crimefighter. De burgemeester is er niet om de boeven te vangen. Dat doen politie en justitie. Je bent er wél voor om de maatschappelijke gevolgen van de drugscriminaliteit tegen te gaan. Dat doe je bijvoorbeeld met 13b en de Wet Bibob. En dat doe je door de sociale armoede te bestrijden in de buurten waar drugscriminaliteit voor mensen aantrekkelijk wordt.’ ‘Je bent barmhartig en je stelt g renzen’ Die kant gaat de lokale strijd tegen ondermijning ook op, vermoedt Tops. ‘Je ziet dat de sluiting van drugspanden vaker wordt gecombineerd met een zoektocht om mensen die slachtoffer zijn te ondersteunen. Dan draait het niet alleen om de burgemeester, maar ook om de wethouder voor zorg of voor huisvesting. Een logische volgende stap is dat de toepassing van artikel 13b een zaak van het college wordt. ’ ‘Streng liefhebben’ wordt daarmee de focus van het wijkgericht optreden dat Den Haag en gemeenten volgens Tops uit de mottenballen halen. ‘Je combineert een algemeen pers pectief – zoals het Nationaal Programma Rotterdam Zuid doet met werk, huis en school – met op de persoon toegesneden programma’s. Je bent barmhartig en stelt grenzen. De bestrijding van drugscriminaliteit is dan ook een vorm van sociaal beleid, want je moet de alternatieve aantrekkingskracht van de drugswereld wegnemen.’ STEVIGE AANPAK En dat doe je niet, wil de medeauteur van Nederlands Drugsland gezegd hebben, door drugs zomaar te legaliseren. Tops: ‘De criminele schaduwwereld zal door de export van drugs blijven floreren en drugscriminelen zijn handig genoeg om op de binnenlandse markt onder de prijs van de staatswinkels te duiken. Maar het verbod dat we tot nu toe kennen, heeft ook niet gewerkt. Het zou mijn voorkeur hebben om drugs gecontroleerd te reguleren. Maar dat gereguleerde systeem moet wel worden beschermd tegen de illegale drugswereld. Daarvoor is een stevige aanpak van de drugscriminaliteit nodig, ook door vergroting van repressie en verhoging van straffen. Maar eigenlijk is het allerbelangrijkste dat onze morele onverschilligheid over drugs plaatsmaakt voor eerlijkheid, doelgerichtheid en betrokkenheid. ’ Nederland Drugsland; de lokroep van het geld, de macht van criminelen, de noodzaak die te breken (en hoe dat dan te doen), is verschenen bij uitgeverij Balans. Prijs: 21,99 euro. BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020
16 ACHTERGROND DIGITAAL DOOR: MARJOLEIN VAN TRIGT FOTO: JOHN HOLCROFT / ANP-HH De phishing test is een beproefd middel om medewerkers bewuster te maken van informatiebeveiliging. Maar om het aantal veiligheidsincidenten terug te dringen, is meer nodig dan een instinkmail alleen. WHATSAPP HEEFT NOG GEEN PLEK IN DE GEMEENTELIJKE PHISHING TEST VISSEN NAAR INLOGGEGEVENS LOONT NOG ALTIJD In de zomer van 2019 ontvangt een medewerker van de gemeente Schagen een mailtje met daarin een ‘overmakingsadvies’ en een button waarmee een rapport zu zijn te openen. De ambtenaar klikt op de link en stuurt daarmee onbedoeld de mail naar zijn volledige adressenbestand. Ook inwoners van de gemeenten ontvangen de mail. Ongetwijfeld denkt de ambtenaar in kwestie voortaan wel twee keer na voordat deze zomaar op een link klikt, maar ook zijn collega’s zouden inmiddels alerter moeten zijn. Net als in veel andere gemeenten krijgen de ambtenaren in Schagen regelmatig – zo’n twee keer per jaar – vanuit de eigen organisatie een phishing test voor de kiezen. Doordat de zogenaamd malafide mails steeds lastiger te herkennen zijn, neemt het aantal kliks op ‘gevaarlijke links’ maar langzaam af, laat een woordvoerder van gemeente Schagen weten. ‘Het levert sowieso discussie op, wat de bewustwording ten goede komt. Medewerkers die alsnog de link aanklikken, krijgen bericht met uitleg hoe zij in het vervolg een malafide bericht kunnen herkennen.’ Phishing tests zijn een standaardmethode BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 ACHTERGROND 17 ‘ Als je genoeg van iemand weet, kun je iedereen op een malafide link laten klikken’ spam en niet te vertrouwen mails flink toe na een phishing test, en dat geldt niet alleen voor Dronten. BEETJE FLAUW De meeste benaderde gemeenten zien geen nadelen aan phishing tests. Alleen Schiedam reageert terughoudend: geworden om het bewustzijn van ambtenaren over informatiebeveiliging te bevorderen. Verzend een e-mail met daarin een link en houd bij hoeveel medewerkers nietsvermoedend op de link klikken. Stuur degenen die erin trappen een gericht bericht met feedback. Herhaal de test om te zien of het percentage medewerkers dat erin trapt, afneemt. SPAM Bijna alle benaderde gemeenten antwoorden bevestigend op de vraag of ze phishing tests toepassen. Over het algemeen neemt de Chief Information Security Officer (CISO) hiervoor het initiatief, in samenwerking met de ict-afdeling. Opvallend is dat ze alleen gebruik maken van de beproefde e-mailmethode; WhatsApp en andere tekstberichtendiensten hebben nog geen plek in de gemeentelijke phishing test. Zonder uitzondering stellen de benaderde gemeenten dat een phishing test de bewustwording bevordert. Zo zag Dronten, in 2018 nog bijna slachtoffer van een aanval met gijzelsoftware, het aantal medewerkers dat erin tuint flink afnemen. Bij een eerste phishing test klikte meer dan 20 procent op een nep phishing mail. Meer dan de helft daarvan liet ook hun gegeven achter. Bij de tweede test was nog maar 8 procent van de medewerkers niet alert genoeg om het bericht als phishing mail te herkennen. Bovendien neemt het aantal meldingen uit de organisatie over ‘Het is normaal gesproken al ‘topsport’ om (digitale) risico’s te herkennen en voorkomen. Met de coronacrisis, gebeurt nog meer dan normaal digitaal. Een phishing test kan dan weleens tot negatieve reacties leiden, of tot een deuk in het vertrouwen in de mens en in technologie.’ Remco Groet van de Informatiebeveiligingsdienst (IBD) onderschrijft deze kanttekening. De IBD ondersteunt gemeenten op het gebied van informatiebeveiliging en privacy en is voor gemeenten het schakelpunt met het Nationaal Cyber Security Centrum (NCSC). De phishing test is een simpele en effectieve manier om medewerkers bewust te maken, vindt ook Groet. Toch is hij geen groot voorstander van de methode. ‘Het is een beetje flauw om mensen voor het lapje te houden,’ zegt hij. ‘Als je maar genoeg van iemand weet, kun je iedereen op een malafide link laten klikken. Stuur rond de kerstperiode een mail naar de hele afdeling met daarin ‘klik hier om je kerstcadeau uit te kiezen’ en je hebt gegarandeerd prijs.’ Hoe meer er over iemand bekend is, hoe makkelijker het is om diegene in phishing te laten trappen. Daar wordt wel degelijk misbruik van gemaakt, bijvoorbeeld met behulp van openbare data. Zo ontving een medewerker van de salarisadministratie vlak voor de salarisdatum een e-mail van een ‘collega’, met daarin het verzoek om het rekeningnummer aan te passen. De salarismedewerker maakte ruim 2.800 euro over naar het nieuwe rekeningnummer. Pas toen de echte collega een aantal weken later meldde dat hij nog geen salaris had ontvangen, werd duidelijk dat de mail van iemand anders afkomstig was. De oplichter keek simpelweg op LinkedIn wie er bij deze gemeente verantwoordelijk is voor de salarisadministratie en zocht daarna de naam op van een willekeurige collega. De salarismedewerker voelde geen nattigheid en vroeg de oplichter netjes om het complete IBAN-nummer. Toch vormen zulke uitgekookte, persoonlijke phishing mails een uitzondering. Hackers die doelgericht proberen binnen te dringen in de gemeentelijke ict-infrastructuur halen het nieuws, maar gemeenten komen vaker in de problemen door ongerichte malafide mails. Oplichters sturen duizenden mensen tegelijk een bericht, in de hoop dat er genoeg mensen ‘happen’. Is één van de ontvangers toevallig een ambtenaar die het bericht aanklikt, dan krijgt de gemeente mogelijk zomaar een aanval van gijzelsoftware voor de kiezen. Uit het onlangs verschenen Dreigingsbeeld Informatiebeveiliging Nederlandse Gemeenten 2021/2022 van de IBD blijkt dat gemeenten met name te kampen hebben met zulke geautomatiseerde bulkaanvallen. KEEPERSTRAINING Bewustwording op het gebied van informatiebeveiliging is essentieel, maar slechts een deel van het verhaal. De CISO van Smallingerland merkt op dat phishing tests niet op zichzelf moeten staan, maar passen in een pakket aan maatregelen om phishing tegen te gaan. Remco Groet van de IBD vergelijkt de phishing test met een keeperstraining. ‘Je kunt de keeper zoveel op strafschoppen laten oefenen als je wil, maar als je de rest van het spel niet traint, win je nog steeds de wedstrijd niet.’ In de strijd tegen hackers en andere kwaadwillenden is het minstens zo belangrijk om de systemen up-to-date te houden en te zorgen dat gestolen inloggegevens niet te misbruiken zijn, benadrukt hij. Het toepassen van meerfactor-authenticatie, waarbij een medewerker zich naast met gebruikersnaam en wachtwoord ook met een extra code of een hardwaresleutel moet identificeren, is daarvoor heel effectief. Het is wat meer gedoe dan een phishing test, maar het levert ook structureel meer op. Zo laat de gemeente Den Bosch weten niet in te zetten op phishing tests, maar op een verplichte e-learning informatieveiligheid en veel aandacht voor phishing in workshops en berichten op intranet, in combinatie met technische maatregelen om de kans en impact van het klikken op phishing mails te minimaliseren. Volgens een woordvoerder zijn er bij de gemeente Den Bosch de afgelopen jaren geen incidenten geweest op het gebied van phishing.
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 18 ESSAY RUIMTE BEELD: SHUTTERSTOCK FOTO: CORBIS / H.H. ESSAY ALLE NEUZEN IN ZELFDE STAND Verwachtingsmanagement is cruciaal bij de invoering van de Omgevingswet. Dat blijkt uit een pilot in de Friese gemeenten Waadhoeke en Harlingen. Dana Kromhout en Joachim Bekkering, masterstudenten juridische bestuurskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen, brengen de knelpunten van de nieuwe wet in beeld. Afgelopen voorjaar is voor de derde keer besloten de invoering van de Omgevingswet uit te stellen. Dit geeft gemeenten een jaar extra de tijd om zich voor te bereiden op de grote veranderingen die de wet met zich meebrengt. Het is alleen de vraag of dit extra jaar voldoende is, want heeft de voorbereiding op de Omgevingswet wel voldoende prioriteit? Dit lijkt in ieder geval in Noordwest-Fryslân wel het geval. In de gemeenten Waadhoeke en Harlingen heeft van maart 2018 tot december 2019 een pilot gedraaid waarbij er werd gewerkt alsof de Omgevingswet al in werking was getreden. Deze bijzondere situatie is halverwege 2019 in een early warning onderzoek onderzocht door een team van de Rijksuniversiteit Groningen in samenwerking met de Academie van Franeker. Dit leverde bevindingen op die ook voor andere gemeenten van belang kunnen zijn bij de implementatie van de Omgevingswet. De pilot is het resultaat van de wens van de Commerciële Club Noordwest-Fryslân – de ondernemersvereniging voor dit gebied – om meer ruimte te geven aan ondernemerschap en daarmee de ontwikkeling van het gebied te stimuleren. De toekomstige Omgevingswet werd door het lokale bestuur gezien als een goed uitgangspunt om deze wens te verwezenlijken. De pilot houdt in essentie in dat in de gemeenten Waadhoeke en Harlingen voor een beperkt aantal projecten – die worden beschouwd als moeilijk te realiseren door middel van reguliere procedures – een situatie is gecreëerd alsof de Omgevingswet reeds van toepassing is. Zo is er gewerkt vanuit het uitgangspunt van de Omgevingswet, de ‘ja-mits’ in plaats van de ‘nee-tenzij’ benadering. Daarnaast werd een actievere vorm van burgerparticipatie geïntroduceerd en werkten de betrokken lokale overheden – de twee gemeenten, de provincie en het waterschap – integraal samen. Dat moest zich vertalen in minder regels, meer lokaal maatwerk en meer vertrouwen tussen overheid en burger. KLEIN EN CONCREET De procedure van de pilot start met het indienen van een project bij de commerciële club, die beslist of het project binnen de pilot past. Daartoe kijkt men of het project een klein, concreet en lokaal plan is en of het geen voorwerp is van een gerechtelijke procedure. Voorbeelden van projecten zijn de realisering van een aantal energieneutrale tiny houses, nieuwe en efficiëntere dorpswindmolens en kleinere woningen voor ouderen. Vervolgens wordt het project naar het zogenaamde transdisciplinair team gestuurd, dat bestaat uit ondernemers van de commerciële club en ambtenaren van de gemeenten, de provincie en het Wetterskip. Op die manier worden de verschillende overheden vroegtijdig bij de projecten betrokken. Het transdisciplinair team ondersteunt de initiatiefnemers en werkt samen met hen aan een aanvaardbaar en haalbaar project. Zo moet het ingediende project bijdragen aan gemeentelijke doelen als klimaatadaptie, circulariteit en veiligheid. Tevens brengt dit team in kaart of het project wordt bemoeilijkt of gehinderd door regelgeving of beleid op lokaal, provinciaal, nationaal en Europees niveau. Ook wordt gekeken hoe de burgerparticipatie voor het project kan worden georganiseerd. Er moet immers voldoende draagvlak zijn in de omgeving van het project. Het vormgeven van de burgerparticipatie wordt in de geest van de Omgevingswet belegd bij de initiatiefnemer van het project. Na de goedkeuring door het transdisciplinair team wordt het project naar de adviescommissie gestuurd. Die bestaat uit bestuurders van verschillende overheden en een lid van de commerciële club. Zij beoordelen of het project voldoende waardevol is. Indien nodig brengt de adviescommissie in kaart of er mogelijkheden bestaan om van regelgeving of beleidsregels af te wijken. Zo nodig kan het proces van de Crisis- en herstelwet worden doorlopen als het gaat om
ESSAY 19 aanpassingen van nationale wetgeving of beleid. Na het afronden van het pilotproces moeten de gebruikelijke Awb-procedures – in het kader van onder meer vergunningverlening en rechtsbescherming – nog worden doorlopen. KNELPUNTEN Het onderzoek naar de pilot heeft plaatsgevonden door middel van literatuuronderzoek, enquêtes, interviews en observaties. We constateerden drie centrale knelpunten. Allereerst is er een discrepantie tussen de verwachtingen van de betrokken overheden enerzijds en de verwachtingen van de commerciële club en de initiatiefnemers van de projecten anderzijds. De commerciële club is in de pilot gestapt met het idee dat er op die manier een regelvrije zone zou kunnen ontstaan. Daarnaast verwachtten ze dat er meer ruimte zou worden gecreëerd in de geldende regelgeving, om waardevolle projecten makkelijker en sneller te realiseren. De betrokken overheden zagen de pilot echter als een goede manier om te oefenen met de Omgevingswet. Voor hen was de pilot een platform om integraal samen te werken. Ook wilden de overheden de burger meer ruimte geven om projecten te realiseren, maar het was niet hun bedoeling om een regelvrije zone in het leven te roepen – dit is in praktijk (en juridisch) immers ook niet mogelijk. Deze andere insteek had tot gevolg dat de betrokken partijen niet op één lijn zaten. Na enige tijd ontstond daardoor ook een ander beeld over het succes van de pilot. De initiatief nemers waren door de commerciële club aangemoedigd om gebruik te maken van de pilot. Aangezien de commerciële club verantwoordelijk was voor de intake werden in het beginstadium van het pilotproces abusievelijk verkeerde verwachtingen gewekt bij de initiatiefnemers van projecten. ‘ Betrokken partijen zaten niet op één lijn’ BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 20 ESSAY RUIMTE DANA KROMHOUT MASTERSTUDENT JURIDISCHE BESTUURSKUNDE AAN DE RIJKSUNIVERSITEIT GRONINGEN JOACHIM BEKKERING MASTERSTUDENT JURIDISCHE BESTUURSKUNDE AAN DE RIJKSUNIVERSITEIT GRONINGEN Het verkeerde beeld van de pilot bestond vooral over het tijdsbestek van de procedures en het aantal regels waaraan projecten zouden moeten voldoen. Dit vertekende beeld zorgde voor ontevredenheid bij de initiatiefnemers. Ook het feit dat na de pilotprocedure de reguliere procedure nog moest worden doorlopen, was voorafgaand aan de deelname aan de pilot niet helder. Het tweede knelpunt betreft de communicatie binnen de pilot zelf. Het communicatieproces tussen de verschillende partijen verliep regelmatig stroef. Zo was het voor het transdisciplinair team en de adviescommissie niet duidelijk hoe de intake van projecten door de commerciële club precies verliep en waar het oordeel om een project wel of niet door te laten op was gebaseerd. Ook binnen het transdisciplinair team zelf verliep de communicatie niet optimaal. Per project werden er twee tot drie personen aangewezen die ermee aan de slag zouden gaan. Het gevolg daarvan was dat alleen die personen op de hoogte waren van de status van het project. Een adequate terugkoppeling ontbrak vaak. Tussen het team en de adviescommissie verliep de communicatie ook niet altijd goed. De commissie was er bijvoorbeeld niet van op de hoogte welke projecten er werden behandeld door het transdisciplinair team. Ten slotte voelde de gemeenteraad zich niet voldoende geïnformeerd. Dit alles geeft blijk van het ontbreken van duidelijke procesafspraken, voorafgaand aan de start van de pilot. CULTUURVERANDERING Het derde knelpunt heeft betrekking op de cultuurverandering die het werken volgens de Omgevingswet met zich meebrengt. Zoals hierboven al werd aangestipt, verandert de Omgevingswet de ‘nee-tenzij’ in een ‘ja-mits’ benadering. Uit het onderzoek blijkt dat er bij de pilot nog regelmatig volgens de oude werk- en denkwijzen werd gewerkt. Binnen de overheidsorganisatie hadden enkel de ambtenaren die bij de pilot betrokken waren de nieuwe benadering helder voor ogen. Dat was vaak anders voor gemeentelijke medewerkers die een grotere afstand tot de pilot hadden. Deze drie knelpunten zijn valkuilen waar bij de implementatie van de Omgevingswet rekening mee gehouden moet worden. Uit de knelpunten vloeit een aantal aanbevelingen voort. Het is ten eerste van belang dat inwoners de juiste verwachtingen hebben, van de overheid en van het proces zelf. Met name is het van belang dat inwoners goed op de hoogte zijn van de regels waar zij aan moeten voldoen, de vergunningen die zij moeten aanvragen en de procedures die ze moeten doorlopen. Bij de pilot was één van de problemen dat inwoners niet goed wisten dat ze nog een normale Awb-procedure moesten volgen na afloop van het pilotproces. Met de invoering van de Omgevingswet wordt meer initiatief gevergd van inwoners. Zo dienen zij zelf op zoek te gaan naar draagvlak binnen de gemeenschap. De wet vraagt namelijk samenspel tussen inwoners, bedrijven en andere belanghebbenden. De gedachte van de wetgever is dat daardoor meer wederzijds begrip bij burgers, bedrijven en overheden wordt gecreëerd. Uit de pilot blijkt dat dit zorgt voor een verhoging van de werklast voor inwoners. De gemeente moet de initiatiefnemer van een project hierover goed informeren en daarbij begeleiding bieden. De kans op onderschatting van de daadwerkelijke werklast voor inwoners is groot. Daarnaast moet de inwoner die op zoek is naar draagvlak voor een project zelf de kritische vragen en opmerkingen van buurtgenoten van een antwoord voorzien. Ook deze emotionele last moet niet worden onderschat. ONVOLDOENDE BETROKKEN Behalve communicatie over de geldende regels en de procedures in de richting van de inwoners, is ook communicatie binnen het gemeentehuis van belang. De gemeenteraad moet regelmatig worden ingelicht over lopende projecten. Tijdens de pilot bleek dat de gemeenteraden zich onvoldoende betrokken voelden. Dit had tot gevolg dat raadsleden en fracties buiten de pilot om met burgers contact zochten om op een andere manier de projecten te realiseren. Dit kwam het pilotproces niet ten goede. Daarnaast speelde de organisatie van de pilot in Noordwest-Fryslân een belangrijke rol. De les daarvan is dat ook de ‘ Gemeenteraad voelde zich niet voldoende geïnformeerd’ communicatie tussen de verschillende betrokkenen bij de realisatie van een project van groot belang is. Het is aan te raden om hier van te voren goede procesafspraken over te maken. De toetsende rol van de gemeente verandert in een meer faciliterende rol. Het ‘jamits’ principe in plaats van het ‘nee-tenzij’ principe vergt een andere manier van werken binnen de gemeentelijke organisatie. De Omgevingswet bestaat voor een belangrijk deel uit een cultuurverandering die veel vraagt van een overheidsorganisatie. In de praktijk van de pilot verliep de cultuurverandering stroef. Alleen de ambtenaren die bij de pilot betrokken waren werkten al op de nieuwe manier. De rest van de organisatie werkte nog volgens het oude ‘nee-tenzij’ principe. Een gestructureerde manier van communiceren bleek essentieel te zijn, ook binnen de organisatie. Daarom is het belangrijk dat al in een vroeg stadium de gehele organisatie vertrouwd is met de nieuwe werkwijze die voor de Omgevingswet nodig is. Een goede samenwerking tussen de verschillende overheden is ook belangrijk voor een soepele implementatie van de Omgevingswet. Integraliteit is van belang bij het opstellen van het omgevingsplan en het behandelen van aanvragen, maar ook voor het opstellen van een projectbesluit en een omgevingsvisie. Dat draagt bij aan de, door de Omgevingswet beoogde, snellere en betere besluitvorming. Daarom is het verstandig als de verschillende betrokken overheden nu al periodiek met elkaar aan tafel gaan om de integrale manier van werken met elkaar vorm te geven. Dit essay is geschreven met medewerking van Annalies Outhuijse, secretaris van het bestuur van de Academie van Franeker en advocaat bij Stibbe, en Heinrich Winter, hoogleraar bestuurskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen.
m BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 DOOR: MICHIEL MAAS FOTO’S: SAKE RIJPKEMA RUIMTE ACHTERGROND 21 Gemeenten zoeken plekken om woningen te bouwen. Woonboulevards kampen met leegstand. Kan het ene probleem de oplossing zijn van het andere? Maar gemeenten zijn nog nauwelijks bezig met het herontwikkelen van de kwakkelende periferie. ‘Het is een blinde vlek.’ TRANSFORMEER SLECHT LOPENDE WOONBOULEVARDS VOLOP RUIMTE VOOR HUIZEN IN DE BUITENSTAD BEVERWIJK Leegstand op de woonboulevard De woonboulevard is ooit geboren in Beverwijk. De Parallelweg en de straten eromheen, strategisch gelegen tussen de snelwegen A22 en A9, waren goed bereikbaar voor het winkelend publiek uit Haarlem, Alkmaar en Amsterdam. Rond de havens van het Noordzeekanaal was plek zat. Ook de beroemde Zwarte Markt lag ernaast. Maar de woonboulevard van Beverwijk heeft het inmiddels al jaren moeilijk. Het bezoek neemt af. Het winkelen verplaatst zich naar online. Woonwinkels verdwijnen. Er komt niets voor in de plaats. Het gebied baart omwonenden, ondernemers en gemeentebestuur zorgen: het is allang geen visitekaartje voor de gemeente meer. ‘Het is de wet van de remmende voor
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 22 ACHTERGROND RUIMTE sprong,’ zegt wethouder Serge Ferraro (economie en ruimtelijke ordening, VVD). ‘Wat je de laatste tijd ook op andere woonboulevards ziet, dat speelt in Beverwijk al langer. We hebben zo’n zeven jaar geleden al aan ondernemers gevraagd: wat heeft u van ons nodig om hier te ondernemen? Maar we zagen dat die aanpak niet werkte.’ Uiteindelijk zag Beverwijk in dat er meer sturing vanuit de gemeente nodig was. Ferraro presenteerde vorig jaar daarom een veel ambitieuzer plan: een transformatie van de oude woonboulevard in een stedelijke woon-werkomgeving met ruimte voor detailhandel, opleidingen en veel woningen. Geen eenvoudig project, weet de wethouder. ‘Hier heb je alle partijen voor nodig. We moeten er ook binnen de regio en provincie afspraken over maken. We gaan de skyline van Beverwijk veranderen, dus moeten we het in één keer goed doen.’ BUITENSTAD In de jaren tachtig en negentig wilde vrijwel iedere gemeente het: een plek buiten het centrum waar meubelwinkels, tuincentra, keukengiganten, bouwmarkten en autodealers vaak grotere producten verkopen die klanten met de auto kunnen ophalen. ‘Perifere detailhandelsgebieden’, ook wel ‘buitenstad’ genoemd. Ze halen het autoverkeer uit het centrum, en geven grote winkelpanden alle ruimte. De vestiging van één zaak leidde snel tot de vestiging van de concurrent. En als één gemeente een terrein inrichtte voor de perifere detailhandel, bleef de buurgemeente niet achter. Inmiddels ligt Nederland bezaaid met woonboulevards. Vaak vissen ze in dezelfde poel van potentiële klanten – en die blijven steeds vaker weg. Het gevolg is leegstand in de buitenstad. De auto- en woonboulevards worden een steeds minder aantrekkelijk gebied voor publiek, winkels en hun personeel. De ontwikkelingen ontgaan gemeenten en provincies niet. Zuid-Holland deed twee jaar geleden onderzoek naar de 32 woonboulevards in de provincie. Sommige bleken als winkellocatie eigenlijk geen toekomst meer te hebben. Maar wie weet kunnen ze een ander probleem oplossen: dat van de woningnood. Het lijkt een eenvoudige rekensom: in de dichtbevolkte delen van ons land stikt het van de woon- en autoboulevards die al jaren marginaler worden. Aan de andere kant is de druk op de woningmarkt hoog. Overheden willen het liefst nieuwe woningen ontwikkelen binnen de bebouwde omgeving. Waarom worden dit soort gebieden niet massaal getransformeerd naar nieuwe woongebieden? ‘Een goeie vraag’, zegt Cees-Jan Pen, lector ‘ Retailers kijken naar elkaar en zijn afwachtend’ de Ondernemende Regio aan Fontys hogescholen. ‘Het is een voor de hand liggende oplossing. Toch ken ik nauwelijks voorbeelden van perifere detailhandelsgebieden die succesvol zijn getransformeerd. Het is een blinde vlek in de gebiedsontwikkeling. Het blijft me verbazen dat gemeenten zich drukker lijken te maken over verschraling van hun woonboulevard dan van de neergang van de binnenstad. Zeker in coronatijd betekent kiezen voor een compacte en vitale binnenstad dat je woonboulevards dus niet moet redden met nog meer branchevervaging. Nee, je moet transformatie agenderen.’ RACE TO THE BOTTOM Volgens Pen vergt een transformatie van een winkels naar wonen een andere manier van denken van overheden, met name van gemeenten. ‘Die hebben lang in de groeistand gestaan en zich rijk gerekend met het oprekken van verzorgingsgebieden, omdat er alleen maar meer woonwinkels en bouwmarkten bijkwamen. En ook al is het duidelijk welke kant de markt opgaat, het is moeilijk om die koers aan te passen. Bovendien: zeg als wethouder maar eens dat je een plan hebt om je eigen woonboulevard weg te halen, terwijl die in de buurgemeente blijft. Dit is een regionale kwestie waar provinciale sturing bij nodig is. Helaas zie ik alleen in Zuid-Limburg het noodzakelijke regionale denken. Elders is het vooral een race to the bottom tussen bouwmarkten en woonboulevards.’ De retailbranche zelf wil dat overheden leiding nemen in de aanpak van de buitenstad (zie kader]. Dat woonboulevards moeten verdwijnen is een logisch gevolg, ziet Marcel Evers van Inretail. Zijn brancheorganisatie maakte onlangs een handreiking over de transformatie van de buitenstad, speciaal voor gemeenten. ‘Er zijn op dit moment landelijk zo’n 140 woonboulevards, naar schatting zo’n veertig te veel. Wij pleiten ervoor dat die gebieden zoveel mogelijk worden getransformeerd naar woongebieden. Dat is geen eenvoudige opgave en niet altijd leuk voor ondernemers, maar vaak willen retailers liever een overheid die helder is over haar plannen. Zelfs als dat betekent dat ze weg moeten.’ Evers ziet nu gemeenten telkens proberen om nieuwe bedrijven in leegstaande panden te krijgen. Bijvoorbeeld door de huur te verlagen of andere afspraken te maken. Soms zorgt het voor een korte opleving, maar meestal los je daarmee het probleem niet op. Ook niet voor de ondernemers. ‘Retailers kijken naar elkaar en zijn afwachtend: je gaat niet weg als de ander ook niet gaat. Je hebt toch het liefst dat je concurrent vertrekt, en dat jij zijn klanten overneemt. Maar als het totale aantal klanten daalt, levert dat op langere termijn wei
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 ACHTERGROND 23 nig op. De oplossing moet een complete transformatie zijn. Niet één deel weg, en een deel blijven.’ Evers ziet dat het onderwerp inmiddels vaker bij gemeenten op de agenda komt. ‘Maar de buitenstad krijgt niet dezelfde aandacht als de binnenstad. Als er in de buitenstad 20 procent leegstand is, dan wordt een wethouder daar nauwelijks op aangesproken. Gaat het om een centrumgebied, dan heb je een groot probleem.’ IKEA Ruimtelijk adviesbureau Stec Groep doet onderzoek naar transformatie van winkelgebieden. Het accent lag lang op het aanpakken van de leegstand in binnensteden en niet op die van de woonboulevard, zeggen adviseur Martijn Exterkate en Stec Groep-directeur Wim Eringfeld. Exter kate: ‘Bijna iedere gemeente heeft wel een ‘perifeer cluster’. Tussen de tien en twintig jaar geleden zijn er nog veel locaties bijgekomen. Twee derde ervan doet het overigens prima. Op plaatsen waar een Ikea zit, loopt het bijvoorbeeld altijd goed. We hebben de afgelopen jaren ook een grote toename gezien in de Hornbach- en Bauhausvestigingen, die een regionale aantrekkingskracht hebben. Consumenten kiezen óf voor de plek waar alles zit óf de bouwmarkt om de hoek voor een snelle aankoop. Alles daartussen staat onder druk.’ Slecht draaiende buitensteden lijken potentie te hebben als woongebied. Maar dat geldt zeker niet voor alle, zegt Eringfeld: ‘Veel woonboulevards vind je in gebieden waar de druk op de woningmarkt niet hoog is. Daarnaast liggen ze vaak ver van voorzieningen, openbaar vervoer en stadscentrum. Maar de woonbehoefte is juist groot onder groepen die van die voorzieningen afhankelijk zijn, zoals senioren. Je kunt geen blauwdruk maken voor de transformatie van een woonboulevard. Je moet iedere locatie op zijn eigen merites beoordelen.’ Volgens Exterkate en Eringfeld zijn transformaties in dit soort gebieden duurder en lastiger voor een gemeente. Die krijgt te maken met sloopkosten, sanering en bouwrisico’s. Maar ook met vastgoedeigenaren die hun bezit niet zomaar willen afschrijven en retailers die hun concurrentiepositie in gevaar zien komen. Eringfeld: ‘Gemeenten vinden het moeilijk. Omdat dit vaak langdurige projecten zijn en het gemeentebestuur nogal eens wisselt, is de aanpak weinig structureel.’ Daarbij helpt de coronacrisis niet. Exterkate: ‘Mensen mijden nu binnenstedelijke gebieden, maar dat geldt niet voor de periferie. Sinds corona is de toeloop naar de bouwmarkten en tuincentra flink toegenomen. Ook woonwinkels hebben gemerkt dat mensen hun vakantiegeld anders gingen besteden. Het idee dat de bouwmarkt het ineens goed doet, kan ertoe leiden dat het gemeentebestuur denkt dat er niets hoeft te gebeuren. Maar het onderliggende probleem blijft bestaan.’ DUIDELIJKE VISIE Voor een succesvolle aanpak speelt de gemeente de hoofdrol, denkt Eringfeld. ‘Die moet met een duidelijke visie het beleid afstemmen op de transformatie van een locatie. Veel ondernemers zien de problemen, maar zijn vaak afwachtend. De gemeente moet ze een wortel voorhouden, nauw contact houden. Het is daarbij belangrijk dat er een goede afstemming plaatsvindt met provincies en omliggende gemeenten. Zo maak je het voor marktpartijen ook makkelijker om erin mee te gaan.’ Volgend jaar wil de Beverwijkse wethouder Ferraro de toekomst van de Parallelweg in kaart hebben. Dat het een project van de lange adem wordt is duidelijk. ‘We zijn nu bezig de fundering te leggen voor een nieuw deel van Beverwijk.’ Nauw contact met de bedrijven op de woonboulevard is belangrijk. ‘Als gemeente moeten we aangeven welke kant we op willen. Maar het is ook van groot belang om begrip te kweken voor elkaar en om te weten hoe de ondernemers de toekomst zien. Het is als bestuurder altijd een vergissing om te denken dat je slimmer bent.’ TRANSFORMATIE KAN 10.000 WONINGEN OPLEVEREN Brancheorganisatie INRetail ziet in haar notitie ‘Tijd voor een vitale buitenstad’ ook dat het niet goed gaat met de buitenstad. Er zijn te veel vierkante meters waarop te veel dezelfde winkels met hetzelfde aanbod staan. De kansrijke gebieden moeten behouden blijven, de kansarme moeten worden getransformeerd. Die keuze ligt bij (samenwerkende) gemeenten en de provincie. Gemeenten kunnen actief transformatiebeleid voeren. Bijvoorbeeld door de bestemming te wijzigen van panden die worden verlaten, door geen nieuwe ontwikkelingen meer toe te staan in transformatiegebieden en het stimuleren van clustering in gebieden waar dat nog wél mag. Om transformatie te versnellen, moeten gemeenten en marktpartijen aansluiting zoeken bij landelijke opgaven als de woningbouwversnelling en de energietransitie. Of door op de leegstaande woonboulevards ruimte te bieden aan ontwikkelingen waar anders groene weilanden voor moeten worden opgeofferd, zoals XXL-logistiek en mobiliteithubs. Uiteindelijk kan een succesvolle transformatie van overtollige meters in de detailhandel ten minste tienduizend woningen opleveren, verwacht INRetail. Dat getal kan worden verdubbeld bij meer verdichting en als wonen wordt gemengd met bedrijvigheid en winkels. ADVERTENTIE Modernisering arbeidsvoorwaarden Veel gemeenten hebben de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (Wnra) gebruikt om de arbeidsvoorwaardelijke regelingen technisch te herzien en te bundelen. Een mooie vervolgstap is het moderniseren van de arbeidsvoorwaarden, waarbij u al deze regelingen gebruiksvriendelijk aanbiedt op een manier die past bij deze tijd én bij uw medewerkers. BMC helpt u hier graag bij. Bijvoorbeeld door: • een gebruikersonderzoek en -analyse te doen van uw personeelshandboek of lokale regelingen; Meer weten? Kijk dan op www.bmc.nl/arbeidsvoorwaarden • uw personeelshandboek of lokale regelingen te herschrijven en in een modern, interactief jasje te steken.
24 ACHTERGROND COMMUNICATIE DOOR: MARJOLEIN VAN TRIGT Sommige ambtenaren en bestuurders tikken tientallen Whatsappjes of sms-jes per dag. Omdat het zo snel gaat, lijken het niemendalletjes. Maar niets is minder waar. Berichten die over ‘de zaak’ gaan zijn niet privé. Ze moeten zelfs worden gearchiveerd. GOEDE AFSPRAKEN OVER BERICHTENVERKEER NOODZAAK APPEN MET BELEID Een oud-minister oefende in zijn rol als directeur van een bouwbedrijf druk uit op topambtenaren van Rijkswaterstaat, om potentieel vervuilend granuliet te mogen storten in een natuurplas in Alphen, Gelderland. Voor de onthulling van televisieprogramma Zembla kwam de app-geschiedenis tussen de toenmalige VVD-bewindsman Halbe Zijlstra en de directeur-generaal van Rijkswaterstaat als geroepen. De redacteuren van Zembla bestudeerden duizenden WhatsApp-berichten, mails en interne stukken, die werden vrijgegeven na een beroep op de Wet openbaarheid bestuur (WOB). In maart 2019 besloot de Raad van State dat de WOB van toepassing is op tekstberichten over een bestuurlijke aangelegenheid, óók als ze zijn verstuurd op een privételefoon. Deze uitspraak kan verregaande gevolgen hebben voor (ex)bestuurders. Het voorbeeld van het granuliet laat zien dat de uitspraak op rijksniveau zijn uitwerking lijkt te hebben. Wat doen gemeenten met deze wetenschap? Ze zijn er wel, gemeenten die hun zaakjes al helemaal op orde hebben. De gemeente Nijmegen archiveert alle Whatsappjes over bestuurlijke besluitvorming, net als e-mails, laat een woordvoerder weten. Bij een WOB-verzoek kun
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 ACHTERGROND 25 ‘ Je kunt als gemeenten natuurlijk besluiten om helemaal niet te appen’ bepalen wat er wel of niet relevant is? Onlangs publiceerde de Vereniging van nen ze zo uit het archief worden gehaald. In juni verbaasde burgemeester Hubert Bruls van Nijmegen zich nog over de openbaarmaking van het appgesprek tussen burgemeester Halsema van Amsterdam en minister van Justitie Ferdinand Grapperhaus over de Black Lives Matter-demonstratie op de Dam. Hij was niet de enige. Menig bestuurder en medewerker van de gemeente ervaart berichtenservices als WhatsApp en sms als informele media. Maar dat is het dus vaak niet. VERANTWOORDELIJKHEID ‘Het is verstandig om de vlucht naar voren te nemen en goede afspraken te maken over het gebruik van tekstberichten,’ zegt Cornelis van der Sluis, advocaat bestuursrecht en omgevingsrecht bij Ten Holter Noordam advocaten in Rotterdam. ‘Anders leidt ieder WOB-verzoek waarin de appjes van de wethouder worden meegenomen tot dezelfde discussie.’ Die discussie verloopt in grote lijnen als volgt: de wethouder wil weten waarom journalisten of raadsleden zo nodig toegang tot zijn of haar WhatsApp-berichten moeten krijgen. Het afgeven van het toestel gaat niet zonder slag of stoot. En de gemeente staat voor een dilemma: wie moet de gesprekken doorlezen om te Nederlandse Gemeenten (VNG) een ‘Handreiking Archivering Tekstberichten, zoals sms- en WhatsApp- berichten’, waarmee ze het belang van archivering van tekstberichten onderstreept en handvaten geeft voor de uitvoering ervan. Landelijke richtlijnen over het gebruik van tekstberichten waren er al langer. In het kader van het rijksprogramma voor Duurzaam Digitale informatiehuishouding publiceerde de rijksoverheid in april 2020 een animatie en een tweetal infographics met de titel ‘App met beleid; niet over beleid’. In juli volgde een handreiking voor het bewaren van chatberichten. De kern van het rijksbeleid: gebruik bij voorkeur geen berichtenapps voor werkgerelateerde zaken, maar doe je het toch, zorg er dan voor dat je alle berichten opslaat die belangrijk zijn voor de reconstructie van bestuurlijke besluitvorming in het Document Management Systeem (DMS) van de gemeente. De verantwoordelijkheid ligt daarmee in eerste instantie bij een bestuurder of medewerker zelf. De VNG Handreiking neemt geen positie in, maar geeft de opties aan en stimuleert bestuurders en ambtenaren bewust bekwaam te handelen, zegt André Plat van VNG Realisatie, het onderdeel van de VNG dat werkt aan oplossingen om de gemeentelijke uitvoering te verbeteren. ‘Goede omgang met en beheer van tekstberichten vergt gezamenlijke ondersteuning door Documentaire Informatievoorziening en ict.’ SCHIFTEN Het onderwerp leeft nog niet voldoende, ziet ook Plat. ‘In feite ís er al beleid, want in de Archiefwet staat dat informatie die bij het bestuursorgaan berust, goed dient te worden beheerd. En een pittige afspraak met stakeholders via Whatsapp komt uiteindelijk wel in een notitie terecht. Daarmee is het gedocumenteerd, maar de Raad van State stelt: zowel een notitie als een appje vallen onder de WOB als daarin informatie over een bestuurlijke aangelegenheid staat. Een bestuursorgaan kan ervoor kiezen om van informatie die zowel in een appje als in een notitie is neergelegd, alleen de notitie openbaar te maken. Of anders gezegd: je mag schiften, wat wij opvatten als selecteren. Het staat echter niet vast dat de rechter deze keuze zal accepteren.’ Sommige gemeenten zijn door schade en schande wijs geworden. Zo wordt in Ede gewerkt aan een ‘Gedragscode Integriteit Ede’, waarin een interne werkinstructie komt te staan over WhatsApp en sms op zakelijke en privé-toestellen. In mei moest een wethouder in Ede opstappen omdat ze bij gemeenteambtenaren een andere baan voor haar partner probeerde te regelen. Dat werd onthuld door Omroep Gelderland, dat met een WOB-verzoek inzicht kreeg in de WhatsApp-gesprekken die aan het ontslag voorafgingen. In andere gemeenten staat het onderwerp nog niet op de radar. ‘We hebben hier geen afspraken voor, behalve dat het bestuur alleen in formele overleggen besluiten neemt. Whatsapp is daar niet voor,’ laat de woordvoerder van Breda weten. Advocaat Van der Sluis: ‘Je kunt als gemeenten natuurlijk besluiten om helemaal niet te appen. Dat is verstandig, maar het leidt tot pijnlijke momenten als een externe partij zegt tóch appcontact te hebben gehad met de wethouder.’ WISSEN De rechtspraak biedt nog geen helder antwoord op vragen die de uitspraak van de Raad van State oproept. Hoe toont een gemeente aan dat er genoeg is gedaan om tekstberichten boven water te krijgen? De gemeente Den Haag geeft bijvoorbeeld aan dat wanneer in het kader van de WOB om appjes of sms’jes wordt gevraagd, deze worden opgevraagd bij de betreffende bestuurder, in feite hetzelfde als wanneer om andere documenten wordt gevraagd. Maar heeft een bestuursorgaan zijn plicht al gedaan als het aan de ambtenaren vraagt of ze misschien nog relevante appjes hebben? Wat dan als de betreffende ambtenaar de tekstberichten in kwestie – stom, even niet bij stilgestaan – van zijn telefoon heeft gewist? Het mag niet, maar je doet er weinig meer aan. ‘Een aandachtspunt is dat de medewerking van gebruikers voor de archivering van tekstberichten nodig is,’ schrijft de VNG dan ook. Wellicht zou het bestuursorgaan een stap verder dienen te gaan en de verstuurde
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 26 ACHTERGROND COMMUNICATIE HOE ZIT HET MET DE GROEPSAPP? Het archiveren van een groepsapp levert extra uitdagingen op, schrijft de Vereniging van Nederlandse Gemeenten in de ‘Handreiking Archivering Tekstberichten, zoals sms- en WhatsApp- berichten’. Het is niet genoeg om de chat van één bestuurder te archiveren, want dat geeft mogelijk geen compleet beeld van het gesprek. Iemand die later toegang krijgt tot een groepsgesprek krijgt de voorgaande conversatie immers niet te zien krijgt. En wanneer een bestuurder de groep verlaat, mist diegene het vervolg van de conversatie. Een gemeente die het goed wil doen, moet dus kiezen voor dubbele opslag: zowel opslag vanuit elke individuele bestuurder als opslag van de groepsapp als geheel. tekstberichten moeten opvragen bij de ontvanger, of bij WhatsApp zelf. De rechtspraak is op dit punt nog in ontwikkeling. In juni van dit jaar wist de gemeente Weert via een recoverysysteem een aantal e-mails veilig te stellen die de burgemeester bewust had verwijderd. Op het argument dat zijn privacy werd geraakt, stelde de rechter in een kort geding dat de burgemeester als eigenaar van de e-mails een rol had in het WOB-proces en verplicht was om de documenten veilig te stellen. Mag diezelfde gemeente dan ook toegang eisen tot de privételefoon van de burgemeester om de WhatsAppgeschiedenis door te lopen op zoek naar relevante berichten? Van der Sluis ziet daar wel mogelijkheden voor. Zestig gemeenten maken momenteel gebruik van het recoverysysteem dat emails op de netwerkserver opslaat, zodat geen bestuurder wegkomt met het verwijderen van de eigen mailgeschiedenis. Het systeem zou ook een rol kunnen spelen voor tekstberichten. AUTOMATISCH OPSLAAN Dit najaar doet VNG Realisatie een proef met het gebruik van software die eens per maand alle tekstberichten van een telefoon of tablet van sleutelfunctionarissen uitleest. Algoritmes moeten op den duur keuzes gaan maken over welke berichten relevante zijn om te bewaren. Een andere optie is om álle berichten van sleutelfunctionarissen tien jaar te bewaren ADVERTENTIE en er in geval van een WOB-verzoek een zoekopdracht in te doen. Ook in dat geval moet de software nu al worden ingericht. ‘Op dit moment hebben we geen zoekfunctie beschikbaar om alle data te doorlopen, of een programma dat in staat is tekstberichten te zoeken en vinden die op allerlei databases en devices zijn opgeslagen,’ zegt Plat. ‘Maar daar moeten we wel in gaan investeren en mee experimenteren.’ Vanuit gemeenten wordt er met belangstelling gereageerd op de pilot en wordt deelname aan de proeftuin overwogen. Niemand wil onvoorbereid te maken krijgen met een WOB-verzoek van Zembla.
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 MICHEL KNAPEN JURIDISCH 27 IN DE CLINCH Een Groningse gemeenteambtenaar loopt tegen zijn pensioen en maakt – middels een vaststellingsovereenkomst – afspraken met zijn werkgever over zijn laatste dienstjaren. Die overeenkomst ondertekent hij echter niet. Is deze toch rechtsgeldig? ONTSLAG OOK GELDIG ZONDER HANDTEKENING Ruim veertig jaar was hij in dienst bij de gemeente Groningen. Maar de eindspurt zal ongetwijfeld een zure nasmaak hebben opgeleverd voor Wilbert Haldering* (1955). In 2017 neemt hij een advocaat in de arm die voor hem moet bemiddelen over het beëindigen van zijn aanstelling. In de conceptvaststellingsovereenkomst van de gemeente, gestuurd naar de advocaat, staat dat aan Haldering – op eigen verzoek – eervol ontslag zal worden verleend. Dat gaat op 1 januari 2019 in. Als hij deze overeenkomst ondertekent heeft hij zijn ontslagverzoek ingediend. Tot die tijd hoeft hij niet meer te werken, wel wordt hij volledig doorbetaald. De gemeente zal de advocaatkosten vergoeden, tot een bedrag van 5.000 euro. In januari 2018 laat de advocaat de gemeente weten dat Haldering zich kan verenigen met de concept-vaststellingsovereenkomst. Wel wil de ambtenaar graag de origineel door de gemeente ondertekende exemplaren van de vaststellingsovereenkomst ontvangen, in tweevoud: één daarvan zal hij dan weer naar de gemeente terugsturen. Maar dat doet hij niet. Haldering laat in drie e-mails weten: eerst de advocaatkosten vergoeden, daarna zal ik tekenen. Het besluit dat hem op eigen verzoek eervol ontslag is verleend, vindt hij zonder zijn handtekening niet rechtsgeldig. Dat vecht hij dan ook aan. Bij de rechtbank Noord-Nederland voert Haldering aan dat hij geen verzoek om ontslag heeft ingediend, en dat hij al in mei 2018 had laten weten de vaststellingsover‘ Ondertekening is dan nog slechts een formaliteit’ eenkomst niet te tekenen. Daarbij speelt een rol dat de gemeente de vele verlofuren waar hij nog recht op heeft nog niet heeft uitbetaald. Groningen moet zijn dienstverband dan ook voortzetten en als dat niet kan, moet de gemeente zijn verlofuren en 2.800 overuren – na aftrek van een jaar verlof – alsnog uitbetalen. Hij vindt dat de gemeente ‘willens en wetens’ probeert hem in een financieel moeilijke positie te brengen. De rechtbank staat voor de vraag of de vaststellingsovereenkomst, die wel door de gemeentesecretaris maar niet door Haldering is ondertekend, rechtsgeldig is. Is daarmee het ontslagbesluit wel in rechte houdbaar? ADVERTENTIE Een overeenkomst komt tot stand door ondertekening daarvan. Maar van die hoofdregel kan worden afgeweken als uit andere gedragingen of uitingen kan worden afgeleid dat overeenstemming bestaat over de inhoud van de overeenkomst. Daarvan is hier volgens de rechtbank sprake. Vaststaat wat de wederzijdse bedoeling vanbeide partijen is: het einde van Halderings dienstverband. In de vaststellingsovereenkomst staan afspraken over de beëindiging van het ambtelijk dienstverband. De advocaat was gerechtigd namens Haldering mee te delen dat Haldering hiermee akkoord ging, zodat er overeenstemming tussen partijen werd bereikt. De ondertekening van deze overeenkomst is dan nog slechts een formaliteit. Dat Haldering daarmee wilde wachten totdat de advocaatkosten zouden zijn vergoed is niet relevant: dát de gemeente die zou betalen stond al in de vaststellingsovereenkomst. Maar ook na die betaling tekende Haldering niet. Nergens blijkt dat Haldering het inhoudelijk oneens was met de vaststellingsovereenkomst. Via zijn advocaat bleek juist wel zijn consent en dat was ook het resultaat van de hoorzitting. Daarom is de overeenkomst ook zonder zijn handtekening rechtsgeldig, aldus de rechtbank in zijn uitspraak van 14 oktober 2020. Het eervol ontslag was dan ook terecht. * De naam is gefingeerd. ECLI:NL:RBNNE:2020:3505
28 ACHTERGROND RUIMTE DOOR: KATJA KEUCHENIUS FOTO: BRANKO DE LANG / ANP-HH Duurzaam Lanxmeer werd 25 jaar geleden ontwikkeld door de gemeente Culemborg, samen met een stichting. Nog altijd inspireert deze eerste ecologische wijk. Vanuit de hele wereld komen geïnteresseerden kijken. Wat kunnen andere gemeenten van Lanxmeer leren? PIONIERENDE DUURZAME WIJK LANXMEER IS AL EEN KWART EEUW ECO
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 ACHTERGROND 29 verschillende deskundigen uit haar netwerk, waaronder landschapsarchitecten en energie-experts. De hiervoor speciaal opgerichte stichting E.V.A. (Ecologisch Centrum voor Educatie, Voorlichting en Advies) publiceerde en verspreidde de plannen met succes. Nog voor er een locatie was gevonden, hadden zich al tachtig bewoners gemeld. In 1995 klopte de gemeente Culemborg aan. Kon zo’n wijk niet bij hen in de stad worden gebouwd? ‘Een unieke kans’, zegt Kaptein. Ze is nog altijd enthousiast over de bereidheid van de gemeente om samen te werken met de stichting, zónder projectontwikkelaar. ‘Het is een zegen geweest dat de gemeente het lef had om dat zelf te doen.’ Tegenover station Culemborg ligt de wijk Lanxmeer. Je loopt naar binnen via een wilgenlaantje vol fluitende vogels, langs een ietwat verwilderde rietvlakte. Dit is een helofytenfilter, vertelt een bordje. Via de wortels van het riet wordt het afvalwater uit de wijk aan de natuur teruggeven, zonder tussenkomst van het riool. De laan leidt naar verschillende huizenblokken rondom hofjes met houtsnipperpaadjes, fruitbomen, picknicktafels en soms een houtoven of een oude waterpomp. Middenin woont Marleen Kaptein, initiatiefnemer van de wijk. Ze is inmiddels 77 jaar oud en vertelt nog graag over de samenwerking met de gemeente. ‘Grandioos’, zegt ze vanachter haar keukentafel. De glazen deuren naar haar achtertuin kijken uit op een oude appelboomgaard boven op een waterwingebied van Vitens. Toen het voormalig waterbedrijf Gelderland hier dieper moest gaan pompen, kwamen er 25 jaar geleden dertig hectare van een beschermd gebied vrij, waar onder voorwaarden op kon worden gebouwd. Die voorwaarden bleken goed te matchen met de plannen die Kaptein destijds had voor een ecologische wijk. Die zou met een eigen waterhuishouding en energiesysteem weinig schade aanrichten. De huizen van houtskeletbouw op schuimbeton werden niet zwaarder dan de kleilaag die ervoor werd afgegraven. Kaptein had haar projectvoorstel voor een integraal ontworpen wijk vanuit haar woonplaats Amsterdam uitgewerkt met PIJLEN Achteraf bezien stonden destijds ook wel alle pijlen in de goede richting. Er kwam een bouwlocatie vrij en het concept van EVA paste precies binnen de doelstellingen van Culemborg. Ook op veel overheidsagenda’s verschenen al duurzaamheidsambities, maar vaak niet op de manier die Kaptein logisch leek. ‘Er werd bijvoorbeeld gezegd dat er weinig budget voor was, omdat de consument er niet voor zou willen betalen’, zegt ze. ‘Bij grote Vinex-wijken ging de regie al snel naar ontwikkelaars en betreurde de overheid vervolgens dat het milieubeleid de burger nog niet had bereikt.’ Het bracht Kaptein op het idee van een landelijk voorbeeldproject voor duurzame stedelijke ontwikkeling. Daarmee wilde ze burgers en professionals laten zien dat de kwaliteit van de leefomgeving vanzelf omhoog gaat als je met duurzame systemen bouwt. Na een opleiding tot binnenhuisarchitect werkte ze voor de onderzoeksgroep Open Bouwen OntwikkelingsModel (OBOM) aan de TU Delft en als bestuurslid voor Mens en Architectuur en de Vereniging voor Integrale Biologische Architectuur (VIBA). Om de verschillende ideeën goed toe te passen, was het belangrijk om niet één ecologisch gebouw neer te zetten, maar een hele wijk met een integraal stedenbouwkundig plan. ‘Minimaal 250 woningen’, zegt Kaptein. ‘De grootste milieuwinst zit in de infrastructuur.’ Ook essentieel was de positief ingestoken ‘De grootste milieuwinst zit in de infrastructuur’ samenwerking van verschillende partijen tijdens de ontwikkeling van de wijk. Kaptein was dat al gewend uit de theaterwereld, waarvoor ze de eerste twintig jaar van haar carrière toneelhoeden maakte. ‘Daar werkt iedereen – acteurs, dansers en decorontwerpers – aan één gezamenlijk ideaal.’ Het staat volgens Kaptein haaks op de competitie die gebruikelijk is in de bouwwereld, tussen en zelfs bínnen kantoren. LEUKE VORMPJES Qua integrale aanpak was de wijk Lanxmeer destijds inderdaad koploper, zegt Anne-Louise Vader. Ze is als projectleider bij de gemeente Culemborg nu zo’n vijf jaar betrokken bij de wijk. Daarvoor zag ze als landschapsarchitect dat bouwprojecten vaak begonnen met het storten van een flinke laag zand om nooit meer naar de ondergrond te hoeven kijken. Vader: ‘Daar werden dan wijken in leuke vormpjes op gebouwd, zoals een vierkant of een cirkel. Dat zie je in heel Nederland terug op de luchtfoto’s.’ Bij Lanxmeer werd juist wel gekeken naar de ondergrond en kwam bijvoorbeeld een oude rivierarm van de Lek weer terug. Inmiddels is dat niet meer zo uitzonderlijk en is een integrale aanpak wijd verbreid, denkt Vader. Wat ze nu vooral bijzonder vindt aan het huidige Lanxmeer is de mate van invloed van bewoners. ‘Sceptici denken soms dat die betrokkenheid hooguit twee jaar duurt, maar dat gaat hier nog altijd door.’ De Culemborgse wijk heeft bijvoorbeeld een eigen energiecoöperatie, bewoners zijn samen verantwoordelijk voor het groenbeheer en ze beslissen met de commissie Toetsing Plantontwikkeling mee over nieuwe bouwplannen. Die nauwe betrokkenheid kost de gemeente wel veel tijd. Er is veel overleg en vernieuwende bouwplannen passen niet zomaar in bestaande procedures. Als voorbeeld noemt ze een paar tiny houses op een nog onbebouwde kavel in de wijk, met bijbehorende vergunningchecks op geluid en brandveiligheid. ‘Het is een stuk makkelijker om gewoon tien rijtjeswoningen neer te zetten.’ Vader hoort vaak over plannen voor een duurzame wijk, waarbij Lanxmeer als voorbeeld dient. ‘Dat beperkt zich dan tot een wadi en een windmolen. Als ik vraag naar de toekomstige bewoners, zijn die nog niet in beeld’, zegt Vader. ‘Maar zonder hun input werkt het niet.’ Ze raadt gemeenten aan om al bij de eerste plannen een oproep te plaatsen in de lokale krant. Wie zou hier willen wonen en al willen deelnemen aan een projectgroep? Bij de gemeente Culemborg is het gelukkig allang bekend dat samenwerken met ver
Aardgasvrije wijken Binnenlands Bestuur organiseert op 30 november en 1 en 2 december een driedaagse webinar over aardgasvrije wijken. Het programma bestaat uit interviews met gezag hebbende experts, gekoppeld aan workshops van drie kwartier waarbij de besproken onderwerpen concreet naar de gemeentelijke werkvloer worden vertaald. Een greep uit het programma: 30 november Maarten van Poelgeest, tafelvoorzitter gebouwde omgeving Circa twintig gemeenten krijgen deze maand te horen dat ze zijn geselecteerd voor de tweede tranche aardgas vrije wijken. Wat zijn de belang rijkste leerervaringen van de 27 gemeenten in de eerste tranche? En wat kunnen gemeenten die niet in het programma participeren van de aanpak leren? Maarten van Poelgeest zal worden gevraagd om zo concreet mogelijke adviezen. 1 december Marja Exterkate, projectleider VIVET (Verbetering Informatie Voorziening Energie Transitie) Juiste data helpen gemeenten vooruit bij de energietransitie. In VIVET werken het CBS, het Kadaster, het Plan bureau voor de Leefomgeving, RVO.nl en Rijks waterstaat nauw samen. Marja Exterkate zal worden geïnterviewd over welke nieuwe gegevens beschik baar komen en hoe die de overgang naar aardgasvrij kunnen versnellen. 2 december Anke van Hal, hoogleraar sustainable building aan Nyenrode Business Universiteit De energietransitie lijkt de burger vooral rompslomp en een – vooralsnog – nauwelijks lagere energierekening op te leveren. Hoe krijg je bewoners toch van het gas af? Anke van Hal zal uiteenzetten hoe je bewoners, ook die van kwetsbare wijken, enthousiast kunt krijgen door de energietransitie als vliegwiel te gebruiken voor de leefb aarheidsopgave. Kijk voor meer informatie over programma, workshops en aanmelden op: driedagenaardgasvrij.nl in samenwerking met: webinar
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 ACHTERGROND 31 schillende bewonersgroepen tijd kost, maar ook veel oplevert. Lanxmeer ontwikkelt nu bijvoorbeeld zelf plannen om van het gas af te gaan. Vorig jaar zorgde de wijk met eigen financiële middelen voor een zonnedak boven een bestaande parkeerplaats. AUTO Zoveel betrokkenheid lukt niet overal. Vader: ‘Sommige mensen willen gewoon een auto voor de deur en een gemeente die alles regelt.’ Dat Lanxmeer nog altijd zo betrokken en proactief is, komt door de sociale duurzaamheid in de wijk, denkt ze. ‘Bewoners hebben er natuurlijk ook wel eens ruzie, maar de sociale samenhang is groot.’ Ook Kaptein is nog altijd onder de indruk van de binding tussen haar buren, inmiddels zijn dat er zo’n 1.000 tot 1.200. Dat komt niet omdat er alleen maar ‘intellectuele yuppen’ op afkomen, zegt ze. ‘De gemeente Culemborg eiste vanaf het begin dat de wijk voor 30 procent uit sociale huur zou bestaan en dat de huizenprijzen vergelijkbaar moesten zijn met andere woningen in de stad.’ Kaptein wijst op het sociale bouwontwerp van de wijk. Volgens permacultuurprincipes lopen privé en gezamenlijke tuinen haast ongemerkt in elkaar over. Tussen de huizen staan geen schuttingen, hooguit wat struiken. Dat was een belangrijke trekker voor Baukelien Franken, die sinds 2005 in de wijk woont. Ze verhuisde destijds vooral voor haar zoon. De Jenaplanschool in de buurt leek Baukelien geweldig en dankzij die open tuinen zouden de buurkinderen misschien een soort broertjes en zusjes worden. Haar aandacht voor duurzaam leven, zoals afval scheiden, groeide pas na haar verhuizing. ‘Ik vond het fantastisch dat bewoners ervoor tekenen dat ze geen Gamma-schutting neerzetten of chloor door de wc spoelen. Dat zijn de enige regels waar je je hier echt aan moet houden.’ Ze leerde haar buren al snel kennen tijdens de bijna maandelijkse hofwerkdagen, waarin iedereen samen werkt aan de tuinen op de hofjes. ‘Geen verplichting, gewoon vrijheid blijheid’, zegt Franken. ‘En we grijpen elk excuus aan om weer een hoffeestje te organiseren. Met thema’s van Japans tot campingsmoking.’ Franken is inmiddels verantwoordelijk voor de communicatie op de website van de bewonersvereniging EVA-Lanxmeer. Haar zoon, nu 20 jaar oud, is net terug van vakantie met drie inderdaad bijna broertjes geworden buren. Haar man, die sinds 2015 bij haar in Lanxmeer woont, was een van de initiatiefnemers van het zonnedak waarmee stroom voor de wijk én zeven auto-oplaadpunten wordt opgewekt. De opladers bereiken meerdere parkeerplekken en bewoners kunnen de kabel loskoppelen als een eerdere auto al is volgeladen. In Lanxmeer zijn dat bijvoorbeeld vijf elektrische deelauto’s van Coöperatieauto, met inmiddels 28 aangesloten coöperanten. Trots laat Franken de app zien waarop je de auto’s op een kaartje kunt traceren en reserveren. Een vaste standplaats in het centrum wordt hopelijk binnenkort ook gebruikt door Culemborgse ambtenaren. VOORUITSTREVEND Franken lobbyde zelf voor de auto’s bij de gemeente. ‘Die auto’s van ambtenaren staan ’s avonds en in het weekend stil. Het zou ontzettend efficiënt zijn als ADVERTENTIE Aanbod Online masterclass Scenario denken Online 2-daagse Leergang Democratische Rechtsorde Masterclass Omgevingsplan in een dag Datum 12 november, 10 december en diverse data in 2021 Leergang Gemeentelijke Regie Gezondheid start 16 november 7 & 17 december 14 december Bekijk ons gehele aanbod op vngconnect.nl 5-daagse Leergang Duurzame Inzetbaarheid start 11 januari Twaalfdaagse leergang Urban Communication start januari Online masterclass Succesvol adviseren in een politiek-bestuurlijke context Masterclass Bestuursadviseur in een sterk veranderende omgeving 2020 coöperanten daar ook gebruik van maken en we de kosten delen.’ Ze opperde het idee als inspraak bij een raadsvergadering en kreeg meteen enthousiaste reacties, ook van de burgemeester. ‘Hij zei dat hij het zou oppakken.’ Inmiddels gooit corona roet in het eten en zijn eerdere plannen voor drie auto’s wegens weinig reizende ambtenaren teruggeschroefd naar één auto. Als het college ermee instemt, start het project in januari. Omdat volgens Frankens deelautofilosofie één auto eigenlijk géén auto is – je grijpt dan immers snel mis – wil ze de deelwagens van de buurtcoöperatie ook beschikbaar stellen voor ambtenaren. Zo blijft de relatie tussen buurt en gemeente vooruitstrevend. Ook nu Kaptein vijf jaar geleden eindelijk haar werk voor de wijk heeft neergelegd. Ze kijkt tevreden terug. Het enige wat niet gelukt is, is het bouwen van een groot EVA-kenniscentrum, om het dit duurzame stedenbouwkundige voorbeeld breed uit te dragen. De daarvoor steeds uitgebreidere plannen met congreszalen, workshopruimtes, een restaurant, hotelkamers en een parkeergarage pasten uiteindelijk niet meer op het financieringsbordje van de gemeente. Maar ook zonder dat centrum krijgt de wijk genoeg aandacht. Kaptein gaf zelf al zo’n negenhonderd rondleidingen, ook aan een stedenbouwkundige uit Japan die na de tsunami honderdduizend dakloos geraakte mensen wilde huisvesten. ‘Dat had ik nooit gedacht’, glimt ze. ‘De wijk is boven verwachting geslaagd.’ ‘ Bewoners tekenen ervoor dat ze geen Gamma-schutting neerzetten’ gepland voor voorjaar 2021 gepland voor voorjaar 2021
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 TEKENING: NICO VISSCHER ARBEIDSMARKT SPECIAL 33 WERVEN KANSEN OM PERSONEELSBESTAND TE VERGROENEN 34 INWERKEN PREBOARDING EN ONBOARDEN 39 SPECIAL ARBEIDSMARKT ANDERS WERKEN CORONA VERSNELT BEHOEFTE AAN DIGITALE COMPETENTIES 44 CRISIS VRAAGT OM AANPASSINGEN WERVEN EN WERKEN IN CORONATIJDEN Even leek het weer richting normaal te gaan, maar de tweede coronagolf maakt aan die illusie een einde. Dus blijft het behelpen met het werven en inwerken van nieuwe collega’s. Veel moet en gaat digitaal, tot aan ‘samen’ koffiedrinken toe. Maar geworven wordt er nog steeds. Wel worden andere vaardigheden verwacht: het virus zorgt voor een snellere omschakeling van fysiek naar digitaal op de werkvloer.
34 SPECIAL ARBEIDSMARKT DOOR: ADRIAAN DE JONGE In de coronacrisis is werken voor de overheid inhoudelijk en economisch gezien aantrekkelijker geworden, vooral voor jonge mensen. Hoe kunnen overheidsorganisaties van deze crisis een kans maken? OVERHEID KAN ZICH ‘DE CRISIS UIT INVESTEREN’ GOUDEN KANS VERJONGING PERSONEEL Toegegeven, het ‘crisis als kans’-frame is inmiddels, zo’n acht maanden na de eerste Nederlandse corona-uitbraak, flink uitgekauwd. Klimaatverandering, overwerktheid, ongelijkheid, marktwerking, globalisering en individualisme – volgens idealisten biedt de coronacrisis een mogelijkheid om al die grote thema’s aan te pakken. Maar ook een veel minder abstract probleem past in dat rijtje: het personeelstekort bij de overheid. De vergrijzing – of, zoals sommigen het liever noemen: verzilvering – van het personeelsbestand van overheidsorganisaties, die al jaren in beeld is, vraagt om instroom van jong talent. De gemiddelde leeftijd van gemeenteambtenaren is 48 jaar en het aandeel zestigplussers in de gemeentelijke organisatie verdubbelde in de afgelopen tien jaar (van 8 procent naar 17 procent). En dat terwijl het aandeel 35-minners ongeveer gelijk bleef. In de krappe arbeidsmarkt van de afgelopen jaren was het aantrekken van nieuwe werknemers niet makkelijker: 80 procent van de AANTAL NIEUW GEPLAATSTE VACATURES PER MAAND VOOR 2020 1.691 1.540 organisaties in het openbaar bestuur ondervond begin dit jaar problemen bij werving en selectie, zo blijkt uit onderzoek van bureau Berenschot. Inmiddels ziet de arbeidsmarkt er heel anders uit. In het eerste kwartaal van 2020 hadden ruim negen miljoen Nederlanders betaald werk – het hoogste getal van de afgelopen tien jaar – maar door de coronacrisis zakte dat cijfers terug onder die negen miljoen. Uit gegevens over aanvragen voor de bijstand blijkt dat werkloosheid vooral groeit bij de groep tot 35 jaar oud. Ondertussen blijft het openbaar bestuur een ‘groeisector’. Zouden er tussen de groep jonge werklozen uit krimpsectoren potentiële nieuwe ambtenaren zitten? 1.309 1.173 1.039 1.000 2020 januari 2020 februri 2020 maart 2020 april 2020 mei 2020 juni 2020 juli 2020 aug 2020 sept 1.053 1.321 1.278 FLEXIBELE MIX De ruimere arbeidsmarkt biedt dus kansen voor gemeenten om personeel aan te trekken, zo concludeerde ook de meest recente Vacaturemonitor van A&O fonds Gemeenten. Maar ook andere facetten van de pandemie maken de overheid aantrekkelijker als werkgever. Neem alleen al het feit dat ambtenaren in coronacrisis een ‘vitaal beroep’ bleken te beoefenen. Lune Zijnen, bestuurslid bij FUTUR, het netwerk voor jonge ambtenaren, werd in februari crisiscoördinator bij de gemeente Amsterdam en ondervond al snel hoe het was om de crisisdraaiboeken daadwerkelijk in de praktijk te brengen. ‘De inhoud van het werk is interessanter geworden nu we direct bijdragen aan het bestrijden van een crisis. BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020
SPECIAL 35 ‘ Veel jongeren zitten gewoon in waardeloze contracten’ Veel jonge ambtenaren hebben op de een of andere manier met de crisis te maken in hun werkzaamheden. Daardoor is de waardering voor het werk onder jonge ambtenaren ook groter geworden.’ Het maken van ‘impact’ staat dan ook hoog op het verlanglijstje van jonge ambtenaren, blijkt uit onderzoek van A&O fonds Gemeenten in samenwerking met FUTUR. Andersom is het gebrek daaraan een belangrijke vertrekreden. Autonomie over werk en flexibiliteit in werktijden en werklocatie is de andere grote aantrekfactor voor jonge ambtenaren. Ook in die zin heeft de coronacrisis veel veranderd, zegt Zijnen. ‘Door het thuiswerken lijkt er meer vertrouwen in de eigen werknemers te zijn ontstaan, omdat we hebben gezien dat het allemaal blijft draaien, ook onder deze omstandigheden. Het feit dat je nu deels thuis kan werken en deels op kantoor, geeft een stukje autonomie.’ Ze maakt wel de kanttekening dat 100 procent thuiswerken nadelen heeft. Maar een toekomst met een flexibele mix tussen thuis en kantoor, biedt perspectief voor jonge ambtenaren. NULLIJN Ten slotte heeft de crisis ook gezorgd voor een herwaardering van het vaste contract. Zijnen: ‘Ik denk dat jonge ambtenaren ontzettend blij zijn met de vastigheid van een baan bij de gemeente. Dat is echt een zegen in deze tijd. Het hebben van een vaste baan wordt altijd op prijs gesteld, maar dat besef is door de crisis wel vergroot.’ Kortom: als het gaat om werktijden en locaties wordt flexibiliteit op prijs gesteld, maar als het gaat om de contractvorm hebben jonge ambtenaren liever zekerheid. Hoewel de overheid in verhouding tot veel publieke sectoren relatief veel baanzekerheid biedt, is er nog altijd ruimte voor verbetering, wat Zijnen betreft. ‘Je ziet dat veel jonge ambtenaren afdruipen omdat er maar geen duidelijkheid komt over hun functie. Bijvoorbeeld bij de overstap van een traineeship of uitzendcontract naar een vaste baan. Dat zorgt ervoor dat je een hele groep nieuwe mensen verliest.’ Een gemiste kans, volgens Zijnen, zeker wanneer een gemeente tijdens een traineeship of stage veel heeft geïnvesteerd in een jonge werknemer. Ook Marieke Manschot, vakbondsbestuurder bij de sector Gemeenten van FNV Overheid, ziet op dat gebied kansen voor gemeenten. ‘Juist vanwege de vergrijzing is het zaak om mensen binnen te houden en AANTAL NIEUW GEPLAATSTE VACATURES VOOR TWEEDE EN DERDE KWARTAAL VAN 2020, NAAR BEROEPSGROEP ruimtelijke ordening/milieu algemene functies financieel/econimisch automatisering/ICT bouwkunde/civiele techniek welzijn/jeugdzorg bestuurlijk burger-/publiekszaken sociale zaken/werkgelegenheid juridisch trainee/bbl-stage verkeer/vervoer/nautisch voorlichting/communicatie personeel/organisatie buitendienst/groenvoorziening dienstverlening/facilitair administratief verkoop/inkoop openbare orde/veiligheid eenmaal voorkomende functies binnendienst/algemene dienst gezondheidszorg onderwijs/wetenschap/cultuur griffie sport/recreatie Bron: Vacaturemonitor derde kwartaal 2020, A&O fonds Gemeenten 0 50 100 150 200 250 300 2020-Q2 2020-Q3 BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020
INGEZONDEN MEDEDELING
SPECIAL 37 een aantrekkelijke werkgever te blijven. Overheden weten precies hoe hun personeelsbestand eruit ziet over twintig, dertig jaar. En veel jongeren zitten gewoon in waardeloze contracten. Dus als je vaste contracten kunt aanbieden, word je ook een aantrekkelijke werkgever.’ In die zin moeten gemeenten zich op personeelsgebied ‘de crisis uit investeren’, vindt Manschot. ‘We zijn er klaar mee dat een crisis gelijk wordt verhaald op de ambtenaar. Hoeveel nullijnen hebben ambtenaren niet moeten verstouwen? In een crisis wordt als eerste bezuinigd op de publieke sector. Ik hoop dat we ook in de komende periode niet in die reflex terugvallen.’ Investeren in vaste dienstverbanden zou de kwaliteit van personeel ten goede komen, zegt Manschot. ‘Er is onderzoek zat dat laat zien: als organisaties veel flex hebben, wordt er veel minder geïnvesteerd in mensen en innovatie. Mensen in vaste dienst zijn loyaler aan de organisatie. Er zijn hele innovatieve bedrijven die alleen maar met vaste werknemers werken. De flexibiliteit van je werk zit in de inhoud, niet in je contract. Dat is altijd zo’n misvatting geweest in Nederland.’ EXTERNE INHUUR Of gemeenten de afgelopen maanden meer of minder flexibel zijn gaan inhuren, is onduidelijk. Het percentage van de loonsom dat gemeenten besteden aan externe inhuur steeg tussen 2014 en 2018 tot 20 procent en vlakte in 2019 af tot 18 procent. De cijfers voor 2020 laten nog op zich wachten. Wat we al wel weten, is dat gemeenten in het tweede kwartaal van 2020 minder vacatures plaatsten dan in de zes voorgaande kwartalen. Maar de vraag naar nieuw personeel bleef. Een rondvraag bij een aantal gemeenten en provincies geeft een gemengd beeld. De provincie Gelderland en de gemeenten Utrecht en Den Haag laten weten dat de ‘ Je ziet dat veel jonge ambtenaren afdruipen omdat er maar geen duidelijkheid komt over hun functie’ coronacrisis geen impact heeft gehad op het beleid wat betreft flexibele inhuur. De gemeente Rotterdam, daarentegen, meldt dat de crisis wel degelijk voor veranderingen heeft gezorgd. De vraag naar extra capaciteit om nieuwe taken zoals bron- en contactonderzoek en de steunregeling Tozo uit te voeren, leidde tot uitbreiding van het flexibele deel van de organisatie. De nieuwe medewerkers die nodig zijn vanwege het vergrote bijstandsvolume, wordt met ‘een gezonde mix van vast en flexibel’ ingevuld. Los van de coronacrisis probeert de gemeente sinds 2019, vanuit ambitie op het gebied van goed werkgeverschap, meer mensen in vaste dienst aan te nemen. Ook de gemeente Amsterdam wil het percentage externe medewerkers verminderen. Afspraken met de vakbond daarover blijven staan, ondanks de crisis, laat een woordvoerder weten: ‘Het is een grote uitdaging om dat te realiseren, zeker nu we op de eigen organisatie moeten bezuinigen. Het college blijft ook tijdens deze crisis tegen onnodige flexibilisering van de arbeidsmarkt en staat voor het standpunt dat vast werk met een vast contract moet worden beloond.’ TEGENBEWEGING Als het gaat om het creëren van leerwerkplekken en traineeships, zijn er twee tegengestelde trends. Dat ziet althans Jeroen Maas, directeur van GOA Publiek in Groningen, die traineeships en leerwerkplekken verzorgt bij zo’n veertig verschillende ADVERTENTIE publieke en semi-publieke organisaties in Noord-Nederland. ‘Aan de ene kant heb je de bestuurlijke kant die zegt: we moeten onze voorbeeldrol blijven vervullen. Kansen blijven bieden aan jongeren. Vanuit maatschappelijk oogpunt zie ik meer inspanningen komen om mensen een kans te bieden in de publieke sector. Want al die jongeren aan de kant, dat moeten we niet hebben.’ De traineeships in de regio gaan dan ook ondanks corona gewoon door. ‘Aan de andere kant zie ik ook een tegenbeweging, vanuit het management en de werkvloer zelf. Die vinden het lastig om nieuwe mensen in te werken vanuit huis.’ Ook FUTUR-bestuurslid Lune Zijnen ziet dat probleem: ‘Als je vrij nieuw bent in een baan, is het wel fijn dat je een collega die naast je zit gewoon aan kan schieten. Dat stukje begeleiding en verbinding mis je nu.’ Al vóór corona lieten jonge ambtenaren weten dat ze behoefte hebben aan een laagdrempelig aanspreekpunt, ‘iemand die je altijd mag storen’, aldus Zijnen. Het thuiswerken maakt die wens nu nog moeilijker te vervullen. Toch blijft Jeroen Maas optimistisch gestemd. ‘Ondanks dat het inwerken lastiger is, heb ik niet het idee dat het aantal trainees minder wordt. Ik denk dat die twee krachten elkaar zo’n beetje opheffen. Bovendien blijft het een feit dat de verzilvering binnen de publieke sector nog steeds knetterhard doorgaat. De noodzaak tot instroom van jonge mensen blijft net zo relevant als-ie was.’ BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020
JURISTENOP AFSTAND, AL DICHTBIJTIJD Wij hebben een flexibele schil voor juridische werkzaamheden binnen verschillende rechtsgebieden. Ontdek de mogelijkheden op EIFFEL.NL/LEGALOFFICE
E DOOR: YVONNE JANSEN BEELD: SHUTTERSTOCK ARBEIDSMARKT SPECIAL 39 Aandacht, aandacht, aandacht. Nu thuiswerken voorlopig de norm blijft, moeten HR-afdelingen zich extra inspannen om nieuwkomers te betrekken bij hun nieuwe taken en de organisatie. ‘Maar leuk is anders.’ PREBOARDING EN ONBOARDING VOOR NIEUWKOMERS WARM WELKOM ONDANKS CORONA SOCIALISEREN Martijn van Driel, corporate recruiter bij de gemeente Stichtse Vecht, ziet onboarding als een periode van socialiseren, waarin de nieuwkomer de bedrijfscultuur en de waarden en normen van de organisatie leert kennen, terwijl tegelijk ook de sociale kant – het leren kennen van collega’s – min of meer Nog geen dag op kantoor geweest en teamgenoten alleen gezien hebben als pixelige plaatjes op het scherm of in het smoelenboek. Verplicht thuiswerken compliceert de toch al enerverende inwerkperiode voor nieuwkomers in de organisatie. Hoe zorg je er als werkgever voor dat een nieuwe collega een warm welkom krijgt, betrokken raakt bij de organisatie en zo snel mogelijk aan het werk kan? Medewerkers die meteen goed landen zijn sneller productief en voelen zich eerder betrokken. En ze vertrekken minder snel. Niet onbelangrijk, want de financiële consequenties van vroegtijdig vertrek zijn groot. Vaak geciteerd Amerikaans onderzoek (Sarah Jane Glynn en Heather Boushey, Washington Center for Equitable Growth en Harvard University) zegt dat het vervangen van een medewerker gemiddeld 20 procent van diens jaarsalaris kost. Dan is er nog de war on talent, waarin de overheid het toch al vaak aflegt tegen het – vaak beter betalende – bedrijfsleven. Wat in met Engels doorspekt HR-jargon onboarding heet, heeft in tijden van verplicht thuiswerken hoge prioriteit gekregen. Het proces bestaat uit alle activiteiten die ertoe bijdragen dat nieuwe medewerkers zich thuis voelen in hun functie en de organisatie en omvat daarmee meer dan de inwerkperiode. Daarnaast geeft het nieuwelingen de gelegenheid een eigen netwerk op te bouwen, waar ze nog vaak op zullen terugvallen. ‘ Het heeft grote toegevoegde waarde werving en selectie bij één professional neer te leggen’ BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 40 SPECIAL ARBEIDSMARKT gestructureerd verloopt. Tegelijk gaat het om het managen van verwachtingen. Dat proces hoort al te beginnen vóór de eerste werkdag, tijdens de fase van werving en selectie, vindt Van Driel: preboarding. ‘Vanaf het allereerste contact vormt de nieuwe medewerker zich een beeld van de organisatie. Wij proberen al tijdens de selectieprocedure duidelijk te maken wat iemand kan verwachten op het moment dat hij of zij bij ons komt werken en waar onze organisatie voor staat.’ Praktisch betekent preboarding bij Stichtse Vecht onder meer dat de kandidaat één aanspreekpunt krijgt tijdens de procedure; momenteel Van Driel zelf. ‘Met het oog op de inhoud van het werk beantwoordt de vacaturehouder eventuele vragen. Voorheen nam nog wel halverwege een HR-adviseur van het desbetreffende team het over, of wisselde gaandeweg de begeleiding vanuit het team. Dat zorgde voor ruis. Juist nu merken we dat het grote toegevoegde waarde heeft om werving en selectie bij één professional neer te leggen.’ GEZAMENLIJK GEVOEL Erica Salimans, senior HRM-adviseur Arbeidsmarktstrategie bij de gemeente Haarlem, benadrukt tegenover haar collega’s dat nieuwkomers tijdens hun eerste weken ook onder normale omstandigheden al genoeg onzekerheden tegenkomen. Hoe laat begint de werkdag? Moet ik alles zelf uitvinden, of krijg ik begeleiding? Wat zijn de verwachtingen ten opzichte van de uitvoering van mijn taken? Waar anders makkelijk een collega aan de jas wordt getrokken, is op afstand de drempel om dat te doen veel hoger. Haarlem en Zandvoort tellen jaarlijks gemiddeld tweehonderd vacatures, op alle niveaus. Salimans en haar collega’s hielden het hele proces van toetreden en inwerken tegen het licht. Dat was al voordat het eerste coronageval in Nederland was geteld. ‘Als organisatie moet je in deze tijd extra je best doen om je visitekaartje af te geven’, zegt ze. Ze wijst op onderzoek van A&O fonds Gemeenten/ Motivation onder jonge ambtenaren, waar uit kwam dat van hen één op de negen binnen een jaar na aantreden vertrekt. Het onderzoek laat verder zien dat jonge ambtenaren die goed weten wat hen te doen staat, tevredener zijn over hun werk bij de gemeente en vaker de intentie hebben om te blijven. ‘ Tegen de zittende collega’s zeggen we dat zij zich extra moeten inspannen om er te zijn voor nieuwkomers’ Begeleiding vanaf het eerste moment is daarom een must. In het pre-coronatijdperk was een introductiedag in Haarlem de start van de inwerkperiode. Salimans: ‘Nieuwkomers ontmoetten dan iedereen die dezelfde maand begon. Het gezelschap van de introductie is dan meteen de peer group. Maakt niet uit of het jonge collega’s of al wat oudere medewerkers zijn. Op dat moment ontstaat een gezamenlijk gevoel, een gedeelde ervaring.’ Recent heeft Haarlem op het intranet een programma gelanceerd waarin alles wat op de introductiedag werd gedaan, zo veel mogelijk wordt benaderd. ‘Alle informatie die mensen normaal gesproken tijdens zo’n fysieke introductie te horen krijgen, wordt daarin digitaal aangeboden’, zegt Salimans. VIRTUELE INTRODUCTIE Hoewel digitaal contact nooit echte ontmoetingen kan vervangen, zitten er voordelen aan zo’n virtuele introductie, vindt zij. ‘Al was het maar omdat nieuwe ADVERTENTIE medewerkers zelf hun moment kunnen kiezen. De hele organisatie voor zo’n fysieke introductiedag rond krijgen, was een hele kluif. Een ander voordeel van een online introductieprogramma is, dat de informatie ook beschikbaar is voor uitzendkrachten en andere ingehuurde medewerkers.’ Als de laptop, toegangspas en inlogcodes zijn verstrekt en de medewerker een aardigheidje heeft ontvangen ter verwelkoming, kan het echte socialiseren beginnen. Op afstand is dat een stuk vermoeiender, weet Van Driel. ‘Leuk is anders’, zegt hij onverbloemd. ‘Dat krijgen we terug van medewerkers die sinds april bij ons zijn komen werken. Het kost hen aanzienlijk meer inspanning zich een beeld te vormen van wie waar zit, hoe de lijntjes lopen en wie je waarvoor moet hebben. Wat wij hen op het hart drukken is dat het niet erg is om te mailen, bellen, te zoomen of om een team gesprek in te plannen. Voor elke denkbare vraag. Blijf daar niet mee rondlopen omdat je denkt dat je ons lastigvalt. Tegen de zittende collega’s zeggen we dat zij zich extra moeten inspannen om er te zijn voor de nieuwkomers.’ De teammanagers in Stichtse Vecht en Haarlem kregen het dringende advies meer de vinger aan de pols te houden in de eerste weken en maanden. Van Driel heeft het over ‘de eerste honderd dagen’. ‘Niet denken: ik hoor niks, dus het zal wel goed gaan’, zegt hij. ‘Maar juist: blijft het een tijdje stil, ik bel even. Minimaal eens of om de week. Al is het maar voor een gesprekje van vijf minuten. En niet
SPECIAL 41 alleen met jonge mensen, maar ook ervaren krachten die al jaren zelfstandig werken.’ Salimans: ‘Meer dan ooit moeten nieuwe mensen hun ei kwijt kunnen.’ Beide gemeenten hebben om die reden een buddy-systeem ingesteld. In Haarlem is dat vaak een senior collega uit het team. ‘Vanuit HRM hebben we afdelingsmanagers erop gewezen dat de buddy niet telkens dezelfde persoon is’, aldus Salimans. ‘Het is niet leuk als je het hele jaar door nieuwe mensen moet inwerken.’ In Stichtse Vecht betreft het een buddy van buiten het eigen team. ‘Een persoon om buiten de waan van de dag mee te kunnen sparren. Voor een nieuwkomer is het niet altijd vanzelfsprekend direct alles te bespreken met directe leidinggevenden of collega’s.’ LUNCHWANDELING Salimans verwacht dat het digitale introductieprogramma in de nieuwe vorm een blijvertje is. Nieuwe medewerkers zien de voordelen, volgens haar. Een belangrijk symbolisch moment is dat waarin de eed en belofte worden afgelegd, zo snel mogelijk na indiensttreding. De ceremoniële bijeenkomst werd voorheen gecombineerd met de introductiebijeenkomst. Nu groepsbijeenkomsten onmogelijk zijn, kiest Haarlem niet voor uitstellen, maar voor een online beëdiging. ‘Toen we inzagen dat de contacten voorlopig nog wel een poosje online verlopen en groepsbijeenkomsten niet kunnen, hebben we snel een script geschreven. Sommigen vinden dat over het algemeen nog leuker dan de ‘gewone’ beëdiging, voorheen met z’n allen in een zaaltje’, bleek tot Salimans verrassing. ‘De groep is dan veel groter, en er was minder contact met de directeur. Twee van onze directeuren zijn bevoegd de eed of belofte af te nemen in een MS Teams-bijeenkomst. Telkens worden vier nieuwe mensen uitgenodigd. Deze sessie is niet alleen maar formeel. Er is ook ruimte voor een praatje en voor uitwisseling over hoe het gaat met de medewerkers. Mooi om te zien hoe ieder van de directeuren dat weer op geheel eigen wijze inkleurt.’ Het intranet is in meer opzichten een uitkomst. Voor een digitaal voorstelrondje bijvoorbeeld, zegt Van Driel. ‘We vragen elke nieuwe medewerker een stukje over zichzelf te schrijven. De persoon in kwestie mag zelf ADVERTENTIE bepalen wat hij deelt en welke foto erbij komt. Dat levert doorgaans veel interactie op, met likes en van meerdere kanten aanbod om te helpen bij vragen.’ Het ‘clubgevoel’ komt vanzelf, denkt hij. Teams dragen er zelf veel aan bij om dat te bevorderen. ‘Mensen spreken af in het bos of in een park voor een wandeling, om te fietsen, of te picknicken. Jonge mensen uit het sociaal domein maakten een filmpje om hun nieuwe collega’s te betrekken.’ Ook in Haarlem zorgen afdelingen en teams er voor dat nieuwkomers informeel warmlopen, vult Salimans aan. ‘We zien lunchwandelingen, videosessies en pubquizzen. Iedere afdeling doet het op z’n eigen manier want, en dit is echt belangrijk, het moet wel passen bij de cultuur.’ Elke woensdagochtend kunnen de ambtenaren van Stichtse Vecht koffie drinken met de directie. Zelf gezet en geschonken uiteraard, zegt Van Driel. ‘Op intranet staat een QR-code waarmee je direct kan aanhaken bij dat koffiemomentje. Je ontmoet zo ook mensen van buiten je team. Echt gezellig, die sessies. Ze helpen om op een laag drempelige manier contact met elkaar te houden.’ BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020
Veerkracht en wendbaarheid. Word de beste versie van jezelf! Een loopbaanstap kan een langgekoesterde wens zijn of ingegeven door externe omstandigheden. In beide situaties zijn veerkracht en wendbaarheid noodzakelijk om daadwerkelijk stappen te kunnen zetten en de regie te pakken. Op donderdag 26 november organiseert POSG in samenwerking met Richard de Hoop een interactief en energiek webinar over veerkracht en wendbaarheid. Veerkracht “Veerkracht heb je nodig om om te gaan met veranderingen en stress”, vertelt Kim Cortenbach, Senior Adviseur Mobiliteit bij POSG. “Als je na jaren je loopbaan een andere wending geeft, omdat je zelf de keuze maakt om een andere weg in te slaan of je baan verliest, dan is het logisch dat je je jezelf wil herpakken. Je zult moeten omgaan met de situatie en zekerheden los durven laten. Dat kost tijd en heeft veel aandacht nodig.” Professionele en persoonlijke begeleiding is dan prettig. “Wij brengen mensen verder”, vertelt Kim. “Dat doen we door goed te luisteren, te reflecteren, te coachen en je een spiegel voor te houden. Wij reiken je handvatten aan en dagen je uit, maar jij bent het die de veerkracht ontwikkeld en daadkracht vindt om concrete stappen te zetten.” ‘Door je open te stellen, kun je de beste versie van jezelf worden’ POSG organiseert regelmatig webinars over arbeidsmobiliteit, duurzame inzetbaarheid en loopbaanontwikkeling. Meld je aan voor de POSG nieuwsbrief om op de hoogte te blijven via www.posg.nl/nieuwsbrief ‘Veerkracht is de airbag bij tegenslag en de turbo voor jouw persoonlijke ontwikkeling.’ Persoonlijke ontwikkeling Het aanspreken van je lerend vermogen is daarbij nodig. Kim: “We moedigen je aan eerst bezig te zijn met je persoonlijke ontwikkeling, aanpassingsvermogen en weerbaarheid, waarmee je daadwerkelijk je doel bereikt: de nieuwe baan. Door je open te stellen, leer je wat jouw talenten zijn en wat jouw kracht is. Stap voor stap laat je zekerheden los Het Mobiliteitsdienstverband van POSG biedt je de zekerheid van een dienstverband met ruimte om te ontdekken welke richting het meest kansrijk en interessant voor jou is. Je behoudt arbeidsvoorwaarden die identiek of gelijkwaardig zijn aan die van je voormalige werkgever, inclusief ABP-pensioenopbouw. Interactief webinar van POSG in samenwerking met Richard de Hoop
en kom je steviger in je schoenen te staan. Je wordt veerkrachtiger en wendbaarder waarmee je jouw werkneembaarheid vergroot.” Werkneembaarheid Wie werkneembaar is, heeft de regie over zijn eigen loopbaan. “Als je werkneembaar bent, weet je welke competenties, vaardigheden en talenten je hebt”, legt Kim uit. “Je durft te focussen op wat voor jou professioneel én persoonlijk belangrijk is. Je beweegt je vrij op de arbeidsmarkt. Daardoor ben je beter aanspeelbaar en interessant voor meer organisaties. Hierdoor realiseer je een betekenisvolle en duurzame loopbaanstap te realiseren.” Eigen ervaring Veerkracht en wendbaarheid heb je dus nodig om een nieuwe werkelijkheid te accepteren en kansen te kunnen benutten. Richard de Hoop spreekt op bijeenkomsten en evenementen al jarenlang over deze thema’s. Uit eigen ervaring weet hij wat veerkracht is. Vijf jaar geleden overleed zijn 20-jarige dochter tijdens een ernstig auto-ongeluk. Zijn vrouw, die ook in de auto zat, overleeft het, maar raakt ernstig gewond. “Wat er ook gebeurt, je kunt het aan.”, weet Richard. “Je moet alleen wel echt zelf stappen zetten.” Beste versie van jezelf De werkelijkheid kun je niet veranderen, wél de manier waarop je ermee omgaat. “Je hebt twee keuzes: of je verlamt en verstart of je kiest ervoor om in beweging te komen”, zegt Richard. “Door je open en kwetsbaar op te stellen, goed voor jezelf te zorgen en in oplossingen te denken, word je veerkrachtig en kun je de beste versie van jezelf worden. Je wordt betekenisvoller voor jezelf en je omgeving. Een heftige gebeurtenis wordt zo een litteken met mooie hechtingen.” Webinar Tijdens het interactieve webinar op donderdag 26 november vertelt Richard op energieke en enthousiaste wijze hoe jij jouw veerkracht kunt ontwikkelen en wendbaarder kunt worden. Dat doet hij door onder andere door zijn eigen ervaringen te delen. Tijdens de webinar is er veel ruimte voor vragen vanuit de deelnemers en kun je met praktische oefeningen direct aan de slag. Deelnemen? Dan kan! Meld je kosteloos aan via www.posg.nl/veerkracht Mobiliteitsadvies | Loopbaancoaching | Interim | Werving & Selectie posg.nl
44 SPECIAL ARBEIDSMARKT DOOR: HANS BEKKERS BEELD: SHUTTERSTOCK Voor duizenden financiële medewerkers bij gemeenten gaat er de komende vijf jaar veel veranderen. Administratieve, boekhoudkundige banen verdwijnen door verdergaande automatisering. De nadruk verschuift naar bedrijfseconomische analyses, bedoeld voor college en ambtelijke top. DIGITALISERING VRAAGT ANDERE VAARDIGHEDEN GEZOCHT: PAARSE MEDEWERKERS OP FINANCIËN De invulling van de financiële functie bij gemeenten wordt de komende jaren veel meer strategisch van karakter. Dat heeft gevolgen voor een groot deel van de circa tienduizend gemeenteambtenaren die op dat terrein werkzaam zijn, zo blijkt uit een verkenning die in opdracht van het A&O fonds Gemeenten is uitgevoerd onder 44 gemeenten. Eén van de belangrijkste triggers voor die verandering waarmee financials te maken gaan krijgen: de tekorten in het sociaal domein. De afgelopen jaren zijn steeds meer verantwoordelijkheden verlegd van de centrale naar de lokale overheid. Die nieuwe verantwoordelijkheden leiden voor gemeenten tot financiële en inhoudelijke uitdagingen, zo staat het enigszins eufemistisch in het rapport. Wat wordt bedoeld, is dat de decentralisaties van met name de taken in het sociaal domein gemeenten opzadelen met gigantische tekorten. Mede daardoor is de rol van de financiële functie cruciaal geworden. De tekorten versterken de noodzaak van het samenvoegen van financiële en niet-financiële informatie in TIENDUIZEND FINANCIALS Momenteel werken er circa tienduizind personen in een financiële functie bij gemeenten. Als ook financiële medewerkers die buiten de financiële functie werken – bijvoorbeeld in het sociaal domein – worden meegerekend, gaat het om nog veel meer medewerkers. Op Operationele Financiën zitten de meesten. Daarbij gaat het om onder andere medewerkers financiële administratie, medewerkers debiteuren/crediteuren, administratief medewerkers en medewerkers grootboek. Zij houden zich bezig met het beheren van de administratie, het verwerken van verrekeningen en maand-, kwartaal- of jaarafsluitingen. Hier zit ongeveer 45 procent van het totaal aan financials. Op Financial Control is 30 procent van het totaal werkzaam. Daar ressorteren de controllers, de medewerkers bedrijfsvoering en AO/IC, financieel adviseurs en consulenten en medewerkers planning en control. Zij ondersteunen de organisatie bij het besturen en beheersen van de organisatie. Binnen dit vakgebied vallen activiteiten die te maken hebben met de planning- en controlcyclus, het opstellen van sturingsinformatie, kwaliteits- en risicomanagement en het uitvoeren van interne controles en beheersing. Op Business Control (25 procent) tenslotte zitten financieel strategisch adviseurs, controllers, business controllers en concern controllers. Zij ondersteunen de organisatie met input en advies gericht op het nemen van (strategische) besluiten en het optimaliseren van de bedrijfsvoering. Hierbij gaat het onder andere om het uitvoeren van analyses, plannen, begroten, prognosticeren, het opstellen van business cases én hierover het gesprek voeren met de organisatie. Business Control kijkt breder dan alleen vanuit financieel perspectief. combinatie met geavanceerde analyses om zo tijdig mogelijk tot juiste inzichten te komen en te kunnen ingrijpen. Behalve de impact van de tekorten in het sociaal domein, vergroot ook de coronacrisis nog eens de noodzaak om de financiële functie anders in te richten. De komende vijf jaar verleggen volgens de verkenning van het A&O fonds gemeenten om die reden het accent van het effectief uitvoeren van de administratie naar meer bedrijfseconomische analyses bedoeld voor college, directie en management. Daarmee komt het zwaartepunt van de financiële functie te liggen bij het ondersteunen van en adviseren over strategische besluitvorming. HANDMATIGE INVOER EXIT Werkzaamheden zoals het verwerken van transacties, het opstellen van rapportages en het uitvoeren van controles zullen (deels) worden overgenomen door technologie en gaan volgens de onderzoekers in ieder geval aanzienlijk minder tijd kosten. Zo veel repeterend en routinematig werk door automatisering al niet verdwijnt, zal het naar verwachting worden uitgevoerd door minder, maar hoger geschoolde medewerkers. Boekhoudkundige vaardigheden zullen minder van belang zijn. Waar medewerkers eerst een proces grotendeels zelf uitvoerden, zullen ze nu meer de regie moeten voeren op een automatisch proces. Dat proces vraagt niet meer om handmatige invoer: factuurherkenning bijvoorbeeld kan het aantal menselijke handelingen terugbrengen in het proces van bestellen tot en met betalen. Dat levert BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020
E SPECIAL 45 ‘ De grootste opgave ligt echter bij het ontwikkelen en meenemen van medewerkers in de verandering’ minder uitval op en alleen de uitzonderingen dienen te worden bekeken. ‘De ruimte die dit creëert, kan worden benut ten behoeve van werkzaamheden die meer waarde toevoegen aan de organisatie’, aldus de verkenning. Daar hoort wel een waarschuwing bij: er moet rekening worden gehouden met weerstand vanuit de organisatie. Die ontstaat omdat medewerkers taken zien verdwijnen en werkwijzen grondig moeten aanpassen. Afhankelijk van de keuzes die gemeenten maken, kunnen zelfs volledige functies verdwijnen. ‘Dat maakt medewerkers onzeker over hun toekomst. Dit doet zich vooralsnog met name voor bij Operationele Financiën [zie kader links].’ De inschatting van veel gemeenten is dat niet iedere medewerker zal kunnen of willen meebewegen. Ze vrezen dat ‘andere werkwijzen en baanonzekerheid kunnen leiden tot weerstanden.’ Ook technologiepartners als Centric, Oracle en SAS voorzien op dat vlak problemen. Doorgaans signaleren ze al dat lokale overheden ‘niet vooroplopen in het adopteren van nieuwe technologieën die zij introduceren.’ Enthousiasme kweken voor de veranderingen zou in hun ogen helpen, bijvoorbeeld door medewerkers voor te houden dat het werk uitdagender en daarmee ook interessanter wordt. Sommige gemeenten doen dat al. Zo probeert Zwolle enthousiasme en betrokkenheid te creëren door medewerkers zelf een robot te laten ontwikkelen. SNELLER REAGEREN Volgens de technologiepartners is de impact van nieuwe technologieën het grootst op de gevraagde vaardigheden van medewerkers. Investeringen zijn dan ook nodig in zowel analytische vaardigheden (om uitzonderingen te kunnen analyseren en hier actie op te kunnen ondernemen) als technische vaardigheden: om meer geavanceerde boekhoudpakketten en systemen te kunnen gebruiken, feedback te kunnen geven aan de ontwikkelaars en de kwaliteit van de data te kunnen garanderen. Dat geldt overigens niet alleen voor de operationele functies. In alle onderdelen van de financiële functie worden nieuwe vaardigheden verwacht van medewerkers. Waar Financial Control zich nu met name richt op verantwoording zal de rol steeds meer adviserend worden op basis van gerichte controles en analyses. Voor wat betreft de financiële controles geldt dat er een continu aanbod van sturingsinformatie beschikbaar is. Financial Control zal de organisatie doorlopend moeten gaan voorzien van actuele verantwoordings- en sturingsinformatie. Belangrijk wordt: sneller reageren op actuele risico’s of behoeften uit de organisatie. Business Control maakt de komende drie tot BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020
SPECIAL 47 PIONIERGEMEENTEN Een aantal pionierende gemeenten maakt blijkens de verkenning van het A&O fonds Gemeenten inmiddels een ontwikkeling door naar datagedreven organisaties. Rotterdam heeft daarvoor bijvoorbeeld een omvangrijk en gemeentebreed programma ingericht. Utrecht vergroot volgens het principe van datagedreven werken de effectiviteit en efficiëntie van audits en controles en beperkt de controlelast in de organisatie tot een minimum. vijf jaar de ontwikkeling door naar business partner en gaat in toenemende mate de rol van ‘strateeg’ vervullen: een leidende rol bij het maken van strategische en financiële keuzes ten aanzien van beleidsontwikkeling. Veel nadruk zal komen liggen op het visueel maken van de opties. Dat vraagt sterke(re) analytische, zakelijke en communicatieve vaardigheden. BLAUW EN ROOD Volgens het A&O fonds Gemeenten zijn daarvoor ‘paarse’ mensen nodig: zij die een balans weten te creëren tussen zakelijke en communicatieve vaardigheden (blauw) en technische en analytische skills (rood). Die competenties hoeven overigens niet in één persoon te zitten. Zo’n balans kan zowel worden gecreëerd vanuit het perspectief van individuen als van teams. Het voordeel van paars? ‘Medewerkers en teams met COLUMN JAN VERHAGEN TEMPO MAKEN In goede tijden een beetje op de winkel passen is niet zo moeilijk. Maar in deze maanden kun je tonen wat je écht waard bent. Of val je genadeloos door de mand, dat kan natuurlijk ook. Dat geldt voor mensen net zo hard als voor systemen en afspraken. In goede tijden functioneert het overleg tussen rijk en gemeenten wel goed. Er zijn wat wetten en regels, er zijn wat wensen en ontwikkelingen, wat geschillen. Meestal komen de overheden er samen uit. Maar in deze maanden? Het begon helemaal fout. Eenzijdig besloot het rijk dat de inkomsten van de gemeenten niet meer trap-op mee zouden gaan met de corona-uitgaven van het rijk. Dat deed het rijk ook al bij de kosten van de bankencrisis. In de volgende kabinetsperiode moet er een objectief criterium zijn om het ‘knopje’ van trap-op-en-af aan of uit te zetten. Nu functioneert het systeem eenzijdig. Snel daarna beloofde het rijk dat het de gemeenten volledig zou compenseren voor extra kosten. Tempo maken, altijd goed. En toen begon het geneuzel om elke stuiver en het getouwtrek over het nakomen van die afspraak. Toen kwamen er werkgroepen. Toen kwam er onderzoek en monitoring. Toen kwam er veel, veel, veel overleg. Beetje bij beetje gaf het rijk wat het beloofd had. Maar dat duurde maanden. En in die tijd waren de gemeenten beperkt in hun mogelijkheden vanwege de financiële onzekerheid. Het getreuzel van het rijk is ten koste gegaan van de steun die de gemeenten konden leveren. Twee weken terug bleek de besluiteloosheid nog het duidelijkste. Het rijk kondigde aan dat de gemeenten onder voorbehoud 150 ‘ KLM kreeg zijn steun in één keer’ miljoen euro extra zouden krijgen. Geld onder voorbehoud – wat kun je daarmee als gemeente doen? Helemaal niets. Hup hup hup, schiet eens op, besluit eens écht! Het rijk overziet dat het meer tempo moet maken met zijn besluiten voor de gemeenten. KLM krijgt in één keer 3 miljard euro steun, omdat ze essentieel zouden zijn voor de economie. En de gemeenten, essentieel voor de leefomgeving? Die krijgen pas na vele overleggen, na vele maanden, in veel fases ongeveer de helft van dat bedrag. Het rijk ziet de gemeenten blijkbaar vooral als kostenpost. En steeds meer gemeenten, zoals onder andere Zwolle en Ridderkerk, starten initiatieven met de inzet van Robotic Process Automation (RPA). Dat moet leiden tot een grotere mate van efficiency. Dat creëert dan ruimte voor de financiële functie om zich te ontwikkelen tot business partner van de gemeentelijke organisatie. Bij deze veel meer strategische invulling van de functie kan geavanceerde technologie zoals en kunstmatige intelligentie een ondersteunende rol spelen, bijvoorbeeld bij het opstellen van prognoses en toekomstscenario’s. De mogelijkheid om met nieuwe datavisualisatie- en analysetechnologie waardevolle sturingsinformatie te creëren, trends in beeld te brengen en betere voorspellingen te doen, versterken die ontwikkeling. een goede balans tussen blauwe en rode vaardigheden zijn in staat om vragen uit de organisatie scherp te krijgen. Ze vinden de passende data erbij en modelleren deze om te komen tot antwoorden, oplossingen of scenario’s. Ook het op overtuigende wijze presenteren van de gevonden inzichten maakt hier onderdeel van uit.’ Bij het ontwikkelen van nieuwe vaardigheden blijft financiële vakkennis overigens de basis voor het goed kunnen uitvoeren van de financiële functie. Die wordt niet vervangen door bijvoorbeeld digitale vaardigheden of noncognitieve soft skills, zoals communicatieve en zakelijke vaardigheden. Volgens het A&O fonds mag de grootste uitdaging dan wel liggen bij het ‘ontwikkelen en meenemen’ van medewerkers in de verandering, daarmee zijn gemeenten er echter niet. Er wacht namelijk een uitdaging van een geheel andere orde. Die is van technische aard: de bestaande boekhoudpakketten blijken soms grote moeite te hebben om te ‘praten’ met nieuwe technologie. BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020
48 SPECIAL ARBEIDSMARKT DOOR: ELISABETH VAN DEN HOOGEN FOTO: SABINE JOOSTEN / ANP-HH Over de thuiswerkvergoeding voor rijksambtenaren was veel te doen. Voor een andere bijzondere levensperiode staat in de nieuwe cao ook een extraatje: het geboorteverlof. Naast de wettelijke vijf dagen kan de rijksambtenaar vijf weken doorbetaald geboorteverlof opnemen. Komt het daar ook van bij gemeenten? VAKBONDEN WILLEN PARTNERREGELING OOK IN CAO GEMEENTEN VOLLEDIG BETAALD GEBOORTEVERLOF ‘Dit hebben we echt hard nodig. Mensen lachen je gewoon uit in het buitenland. Hoe kan dat, Nederland is toch zo’n egalitair land? We zitten met onze verlofregelingen onderaan de lijstjes in de Europese Unie.’ Universitair docent Stéfanie André doet aan de Radboud Universiteit Nijmegen onderzoek naar het gebruik en de effecten van het vaderschapsverlof. En ze pleit al langer voor een ruimere verlofregeling. Sinds 1 juli van dit jaar is de wettelijke regeling voor geboorteverlof uitgebreid. Naast de wettelijke vijf dagen hebben partners bij de geboorte van een kind voortaan de mogelijkheid om vijf weken geboorteverlof op te nemen tegen 70 procent van het zogeheten ‘gemaximeerde dagloon’. André: ‘Deze wettelijke uitbreiding vind ik zeker een vooruitgang, maar door de vergoeding van 70 procent blijft er ongelijkheid. Mensen met een hoger inkomen kunnen 30 procent gemakkelijker missen.’ De ongelijkheid is voor rijksambtenaren nu weggepoetst. In de nieuwe cao rijk – geldend van 1 juli dit jaar tot 1 januari 2021 – is de 70 procent verhoogd naar 100 procent. Het rijk betaalt zelf de laatste 30 procent. ‘We willen met deze volledige doorbetaling het geboorteverlof inderdaad interessanter maken voor medewerkers in de lagere schalen,’ beaamt Gerard de Koe van het ministerie van Binnenlandse Zaken. Hij voerde namens het rijk de onderhandelingen over de cao. ‘Zeker voor mannen in lagere schalen is het minder gebruikelijk om parttime te gaan werken of zorgtaken op zich te nemen. En we weten dat juist het zorgen voor je kind in de beginfase, doorwerkt op de langere termijn.’ Volgens André blijkt uit alle onderzoeken naar vaderschapsverlof inderdaad dat vaders die in het begin langer bij hun kind zijn een betere band opbouwen en ook meer betrokken blijven. ‘Het is belangrijk om bij de start veel thuis te zijn, niet alleen voor een goede band met je kind, maar ook om je vrouw te kunnen ondersteunen. Zo kan ze ook beter herstellen. Ik vind het best vreemd dat een moeder er na tien dagen kraamhulp alleen voor staat. En ik denk dat het voor een moeder gemakkelijker is om weer aan het werk te gaan, als ze weet dat haar kind in goede handen is bij haar partner.’ Dit speelde ook een rol bij cao-partner CNV Overheid. ‘De arbeidsparticipatie van vrouwen is weliswaar toegenomen in de afgelopen decennia, maar ze maken nog steeds minder uren en zijn daarmee afhankelijker,’ zegt Patrick Fey, vice-voorzitter van het CNV en voorzitter van CNV Overheid. Een goede geboorteverlofregeling draagt volgens hem bij aan grotere zelfstandigheid. Fey hoopt dan ook dat de nieuwe cao-bepaling volop wordt benut. ‘En als de ervaring naar meer smaakt, hoop ik dat ouders met elkaar gaan bespreken of er na het geboorteverlof nog meer kan.’ GELIJKHEID Fey is blij dat voor rijksambtenaren de financiële drempel weg is voor een langer geboorteverlof dan vijf dagen. ‘We willen bevorderen dat ouders de tijd nemen om voor hun kindje te zorgen. Ik denk zelf dat het voor mannen leuk is om daar meer tijd voor te hebben. En het bevordert de gelijkheid in rol en hun taakverdeling.’ Geheel betaald geboorteverlof van in totaal zes weken. Het mag een goede zaak zijn, je moet het nog wel even ‘binnenslepen’. Maar de vakbonden hebben het niet te vuur en te zwaard hoeven bevechten. ‘Het rijk was erg welwillend,’ zegt Fey. De Koe verklaart die houding aan de onderhandelingstafel: ‘Het rijk vindt dat het als werkgever een maatschappeljike verantwoordelijkheid heeft. Het ziekteverzuim onder vrouwen is nog steeds hoog, de burn-outcijfers zijn ook hoog. En dat heeft deels te maken met de balans tussen werk en privé. Met deze verlofregeling willen we stimuleren dat de partner al in een vroeg stadium betrokken wordt bij de opvoeding van de kinderen.’ Niet dat dat een nieuw inzicht is bij het rijk. De balans tussen werk en privé is al langer een thema in het arbeidsvoorwaardenpakket. De Koe: ‘We zijn bijvoorbeeld een van de weinige werkgevers met een betaald ouderschapsverlof, we betalen 60 procent door gedurende dertien weken. Ook is parttime werken bij ons geen issue meer. En het is mogelijk om voor een sabbatical te sparen.’ De Koe wil er maar mee zeggen: het rijk wil een aantrekkelijke werkgever zijn voor jongere medewerkers. Alles wat daaraan kan bijdragen wordt welwillend bekeken. En vooral het tekort aan ict-ers bij de ministeries maakt het urgent om een aantrekkelijk pakket te bieden. ‘Het tekort aan ict-ers wordt in alle sectoren gevoeld en we moeten ons als werkgever zien te onderscheiden. Van ict-ers weten we dat ze de balans tussen werk en privé belangrijk vinden. En al kunnen we het salaris van de meeste commerciële werkgevers niet betalen, op de arbeidsvoorwaarden scoren we wel goed.’ Fey herkent zich in het verhaal van De Koe. ‘Dit helpt zeker om het werken bij het rijk aanBINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020
SPECIAL 49 Rijk: ‘We moeten ons als werkgever zien te onderscheiden’ trekkelijker te maken. Trouwens, ook voor het CNV is het nodig om afspraken te maken die jongere leden aanspreken. Het is goed om niet alleen maar bezig te zijn met afspraken over hoe je met plezier je pensioen haalt.’ NEERKIJKEN Wel wil Fey dat goed wordt onderzocht of en hoe vaak het volledig doorbetaald geboorteverlof wordt opgenomen en wat het effect is. Het effect op de rijksbegroting is alvast gering, volgens berekeningen van De Koe. ‘Vorig jaar hebben iets minder dan 1.200 werknemers bij het rijk verlof opgenomen omdat hun partner was bevallen. Dat is minder dan 1 procent van de werknemers en die orde van grootte verwachten wij ook bij het gebruik van dit doorbetaalde aanvullend verlof. We hebben onze calculatie daarop gebaseerd en gekeken wat dat zou kosten. Dat bleek te overzien. En in de uitvoering is deze regeling ook nog eens eenvoudiger.’ Onderzoekster André verwacht een enthousiast gebruik. In 2018 en 2019 werkte ze aan het FLAME-onderzoek: Bij zeven gemeenten werk gekeken naar het gebruik en effect van vaderschapsverlof. ‘En bij alle gemeenten gold dat vaders meer dagen thuis bleven dan er vergoed werden. Ze nemen dus vakantiedagen op. Nu de ministeries doorbetaald verlof hebben, verwacht ik dat de meeste vaders daar zes weken thuis zullen blijven.’ Zo blijven er meer vakantiedagen over en ook dat is een goede zaak. ‘Die dagen heb je nodig om te herstellen en op te laden. Als er zoiets ingrijpends gebeurt als het krijgen van een kind, heb je extra tijd nodig om weer jezelf te worden en weer dezelfde productiviteit te halen.’ Is er dan geen enkel minpunt te bedenken? Eentje dan misschien. André: ’Als door leidinggevenden wordt neergekeken op medewerkers die gebruik maken van de regeling. Dat je als watje wordt gezien en dat het slecht is voor je carrière.’ Maar ze verwacht niet dat dat bij de ministeries gaat gebeuren. Fey noemt liever nog een pluspunt: de precedentwerking van een cao rijk. ‘We gaan het voortaan standaard eisen bij alle overheden, te beginnen in november, als de onderhandelingen over de cao gemeenten starten.’ Op het punt van het geboorteverlof moet dat een makkie worden voor de vakbonden: ‘Het staat al in de cao rijk, dus waarom niet ook bij gemeenten?’ BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020
50 SPECIAL ARBEIDSMARKT DOOR: MICHEL KNAPEN BEELD: SHUTTERSTOCK Na de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren bijna een jaar van kracht is, kan een eerste balans worden opgemaakt. Is de kantonrechter milder geworden voor ambtenaren die zich verkeerd gedragen? Twee advocaten in het arbeidsrecht analyseren de eerste uitspraken. NA BIJNA EEN JAAR NORMALISERING KANTONRECHTER NIET SOEPELER VOOR AMBTENAREN Ontslag op staande voet – dat kenden ambtenaren niet vóór 2020, maar sinds de invoering van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (op 1 januari van dit jaar) is het een stevige sanctie waarmee zij serieus rekening moeten houden. Want het wordt zonder pardon toegepast, zo blijkt uit de eerste ambtenarenzaken die door kantonrechters zijn behandeld. Dat is een tegenvaller voor ambtenaren, en een meevaller voor overheidswerkgevers die snel af willen van een werknemer. De verwachting was dat kantonrechters ambtenaren min of meer gelijk zouden behandelen met niet-ambtenaren. Een ambtenaar die in zijn vrije tijd een strafbaar feit beging, had het bij de bestuursrechter zwaar – die liet het ontslagbesluit van de werkgever bijna altijd in stand. Een bedrijfsadministrateur die hetzelfde vergrijp had gedaan, kon bij de kantonrechter op clementie rekenen. Een ambtenaar die lid is van een motorbende? Die ontmoet een kritische bestuursrechter. Een timmerman die lid is van dezelfde motorclub? De kantonrechter ontbindt niet snel zijn arbeidsovereenkomst. Dus werd er geredeneerd: de kantonrechter is vanaf 2020 net zo ‘soepel’ voor ambtenaren als voor niet ambtenaren. Niet dus. Dat merkte een Groningse hoogleraar als eerste. In maart werd zijn arbeidsovereenkomst door de kantonrechter ontbonden wegens (ernstig) verwijtbaar handelen, omdat hij – kort gezegd – fors had gerommeld met subsidies. ‘ Voor ambtenaren blijft een hogere mate van integriteit gelden’ Overigens ging de kantonrechter bij deze eerste ‘Wnra-zaak’ de fout in, omdat volgens de Ambtenarenwet 2017 deze hoogleraar helemaal geen ambtenaar meer was. Dat maakte zijn gedrag niet minder laakbaar en de gevolgen even pittig. ONWENNIG We zijn nu enkele maanden verder, het aantal gepubliceerde uitspraken van kantonrechters is vooralsnog op vier handen te tellen. ‘Het gaat mondjesmaat’, zegt Bob de Bruijn, advocaat arbeids- en ambtenarenrecht bij Ten Holter Noordam Advocaten. ‘Maar afgelopen zomer is het aantal langzaam toegenomen.’ Volgens Dieuwertje Stolwijk, advocaat arbeids- en ambtenarenrecht bij Pels Rijcken, komt dat ook omdat overheidswerkgevers nog moeten wennen aan de nieuwe procedures. Zo is een ontslag op staande voet echt wat anders dan het verlenen van een strafontslag. ‘Een belangrijk verschil is dat een ontslag op staande voet onverwijld moet worden gegeven. Dat betekent dat overheidswerkgevers minder tijd hebben om een beslissing te nemen over zo’n ontslag. Ik kan me goed voorstellen dat overheidswerkgevers daarin nu nog wat terughoudend zijn.’ Maar waar nodig wordt wel degelijk doorgepakt. In Nijmegen werd een trouwambtenaar op staande voet ontslagen nadat zij in de media kritiek had geuit op het coronabeleid van de gemeente. De gemeente sprak van ‘zeer ernstig plichtsverzuim’. In Den Haag overkwam een gemeentelijke controller hetzelfde. Hij was betrokken bij het opstellen van valse facturen en berokkende daarmee de gemeente grote financiële schade. De kantonrechter in Rotterdam maakte korte metten met een ambtenaar van de gemeente Hardinxveld-Giessendam, die een hennepkwekerij in zijn schuur had. Ontbinding van de arbeidsovereenkomst door de kantonrechter wegens (ernstig) verwijtbaar handelen. Een medewerker van Rijkswaterstaat die ook hennepkwekerijen exploiteerde, werd eveneens op staande voet ontslagen, wat door de kantonrechter in stand werd gelaten. Ze stonden snel op straat, zonder er jarenlang over te procederen zoals vóór 2020 nog gangbaar was. Meer geluk had een medewerkster van het Kadaster. Tijdens een periode van arbeidsongeschiktheid maakte ze toch gebruik van de leaseauto en van haar zakelijke treinkaart. Het door haar werkgever aangevraagde ontbindingsverzoek werd door de kantonrechter afgewezen: ze moest alleen de ‘illegale’ treinreizen terugbetalen, een bedrag van 2.900 euro. Ook een medewerker van een penitentiaire inrichting die had gesjoemeld BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020
n SPECIAL 51 tenaar’ maar ook als een ‘goed werknemer’. De begrippen overlappen grotendeels, maar het goed ambtenaarschap vraagt net wat meer. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de extra eisen die volgen uit de Ambtenarenwet. Een ambtenaar dient zich ook in privétijd als goed ambtenaar te gedragen. ‘Een timmerman wordt mogelijk niet ontslagen als hij een hennepkwekerij thuis heeft. Hij kan dan nog best een goed werknemer zijn.’ HUISELIJK GEWELD met reisdeclaraties, mocht van de rechtbank Limburg niet worden ontslagen. ONKREUKBAAR De kernvraag is steeds, zegt De Bruijn, hoe gaat de kantonrechter – een civiele rechter – om met uitspraken van de bestuursrechter die eerder zijn gedaan in vergelijkbare gevallen. ‘Wat we nu zien, is dat de kantonrechters verwijzen naar de jurisprudentie van de Centrale Raad van Beroep, de hoogste ambtenarenrechter voordat de normalisering een feit was. Dat is een teken dat de kantonrechter rekening houdt met invulling van een norm als goed ambtenaarschap zoals de Raad dat in het verleden deed en nog steeds doet.’ Dat leidt ertoe, zeggen beide advocaten, dat ook de kantonrechter van ambtenaren een hoge mate van integriteit verwacht. Hij moet onkreukbaar zijn en het ambt geen schade toebrengen. De hogere integriteitsnormen volgen uit de Ambtenarenwet, de ambtseed of ambtsbelofte die de ambtenaar aflegt, uit het integriteitsbeleid dat wordt gehanteerd of uit interne gedragscodes. ‘Kijk maar naar de ambtenaar uit Hardinxveld’, zegt De Bruijn. ‘Door hennep te kweken schond hij het aanzien van het ambt, aldus de kantonrechter. Dat was verwijtbaar handelen, en dus reden om de arbeidsovereenkomst direct te ontbinden.’ Hier zie je ook goed het verschil met een stratenmaker of een bedrijfsadministrateur, zegt Stolwijk. ‘Voor iedere burger is het verboden om hennep te kweken, maar als een ambtenaar dat doet wordt hem dat extra zwaar aangerekend. Dat geldt ook voor andere niet-integere of strafbare privégedragingen. Bij civiele werknemers wordt in het algemeen minder streng gekeken naar gedrag in de privétijd. Grote kans dat de hennep kwekende stratenmaker door zijn werkgever niet was ontslagen.’ Stolwijk wijst erop dat ambtenaren zich niet alleen moeten gedragen als een ‘goed ambDe tendens die Stolwijk en De Bruijn tot nu toe zien, is dat de civiele rechter meegaat met de invulling van de norm van goed ambtenaarschap die door de bestuursrechter is ontwikkeld. De Bruijn: ‘Voor ambtenaren blijft een hogere mate van integriteit gelden. Dat is te begrijpen. Voor andere beroepen gelden ook hogere standaarden, zoals medici en advocaten. Als ik iets doe wat de advocatuur schaadt, dan kan mij dat ook zwaar worden aangerekend. Er vindt dus onderscheid plaats tussen medewerkers van overheidsinstanties, met een publieke taak, en mensen uit commerciële bedrijven.’ De normalisering heeft hierop geen invloed gehad. Wie dacht dat ambtenaren sinds de Wet normalisering door de rechter ‘gelijk’ worden behandeld als medewerkers uit de private sector, komt dan ook bedrogen uit. De Bruijn: ‘Neem de politieman, die is niet genormaliseerd, maar voor hem geldt een hogere mate van integriteit, en wel 24/7. Huiselijk geweld zal hem zeer zwaar worden aangerekend.’ Dat dit ook geldt voor ambtenaren komt niet zozeer door de Wet normalisering – die maakte van hen een ‘gewone werknemer’ – maar door de gedragscode die geldt op grond van de Ambtenarenwet. Toch ziet Stolwijk een verschil. Hoewel de kantonrechter dus net zo streng lijkt als de bestuursrechter, blijkt niet altijd even duidelijk uit de uitspraak welke normen zijn overtreden. ‘De Centrale Raad was daarin duidelijker: er werd nadrukkelijk naar de overtreden norm(en) uit de Ambtenarenwet of het integriteitsbeleid verwezen. De kantonrechter beperkt zich meer in algemene zin tot de conclusie dat er voor ambtenaren hoge integriteitseisen gelden, er is niet aan voldaan, terecht ontslag op staande voet.’ Toch is Stolwijk tevreden met wat ze nu ziet. ‘Vóórdat de Wet normalisering in werking trad, hoopten we dat de kantonrechter goed zou kijken naar wat de hoogste ambtenarenrechter al die jaren had gedaan. In de uitspraken die tot nu toe zijn verschijnen, lijkt de kantonrechter dat ook (impliciet) te doen. Wij raden overheidswerkgevers dan ook aan om ook naar die rechtspraak van de Centrale Raad te blijven verwijzen.’ BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020
Traineeprogramma Certus Groep Certus Groep organiseert traineeprogramma’s die op uw organisatie worden afgestemd. Wij helpen gemeenten in het creëren van een evenwichtige leeftijdsopbouw in het personeelsbestand en het gericht opleiden en binden van talent. Ontdek onze vijf programma’s: • Traineeprogramma Verkeer • Traineeprogramma Ruimtelijke Ontwikkeling • Traineeprogramma Jeugd • Traineeprogramma Wmo • Traineeprogramma Informatiemanagement Binnen onze traineeprogramma’s worden talenten opgeleid tot vakspecialisten die integraal samenwerken en klaarstaan voor de uitdagingen van de toekomst. Wij helpen u in het werven, opleiden en begeleiden van overheidstalenten die direct van toegevoegde waarde zijn voor uw organisatie. Onze opleidingen: • Integraal werken komen tot gezamenlijke, maatschappelijke winst • De netwerkende ambtenaar van buiten naar binnen werken • Persoonlijk leiderschap over de grenzen van de organisatie kijken • Politiek-bestuurlijke sensitiviteit omgevingsbewust en schakelen op meerdere niveaus Meer informatie? Onze adviseurs helpen u graag 088-0115000 advies@certusgroep.nl www.certusgroep.nl
SPECIAL 53 Een groot voordeel van procederen bij de kantonrechter is de snelheid waarmee uitspraken worden gedaan. Tussen de ‘foute’ gedraging van de ambtenaar (plichtsverzuim), via een ontslagbesluit van het bestuursorgaan tot een uitspraak van de Centrale Raad kon makkelijk vier, vijf jaar zitten. Nu kan dat in enkele maanden zijn gepiept. ‘Prettig voor beide partijen’, zegt Stolwijk. ‘Waarbij het voor hen nog steeds mogelijk is om in hoger beroep te gaan, en zelfs in cassatie bij de Hoge Raad. Ook dat hoger beroep gaat vaak sneller dan een gang naar de Centrale Raad van Beroep.’ DIRECT DUIDELIJKHEID Hoger beroep in arbeidszaken bestaat pas sinds 2015, dat is met de Wet werk en zekerheid geïntroduceerd. Daarvoor was de kantonrechter de enige rechter die zich uitliet over ontslagzaken. Ook het spoedeisende karakter van een zaak kan de boel versnellen. ‘In het ambtenarenrecht is het lastiger een voorlopige voorziening te krijgen tegen een bepaald besluit’, zegt De Bruijn. ‘De verwach‘ Goed ambtenaarschap vraagt net wat meer’ ting is dat de kortgedingrechter eerder tot een inhoudelijke behandeling komt, omdat hij de spoed eisendheid eerder aanwezig acht dan de bestuursrechter. In het bestuursrecht moet het echt een bijna onomkeerbare situatie betreffen voordat het spoedeisend is, in het civiele recht is die drempel minder hoog.’ De Bruijn noemt het civiele ontslagrecht ‘korte halen, snel thuis’. ‘In principe doet de kantonrechter binnen acht weken uitspraak over een ontbindingsverzoek van de werkgever. Die snelheid is ook de bedoeling én het is gewenst, zodat je bij verstoorde arbeidsrelaties direct duidelijkheid hebt.’ In een van de recente uitspraken ziet Stolwijk wél nog een opening voor hoger beroep. Een gevangenbewaarder van een penitentiaire inrichting – een ambtenaar dus – had onder grote psychische druk van zijn leidinggevende voor duizenden euro’s aan valse reisdeclaraties ingediend. De kantonrechter van de ADVERTENTIE rechtbank Limburg oordeelde in zijn vonnis van 30 juli dat dit gedrag hem niet is toe te rekenen, dus niet verwijtbaar en dus niet ontslagwaardig is. Toerekenbare verwijtbaarheid is de maatstaf van de kantonrechter. De Centrale Raad van Beroep had mogelijk anders geoordeeld, vermoedt Stolwijk. ‘Deze hanteerde namelijk een strenge maatstaf bij de vraag of bepaald gedrag aan een ambtenaar kan worden toegerekend. Pas als de ambtenaar de ontoelaatbaarheid van zijn gedrag niet kan inzien of niet in staat was overeenkomstig dat inzicht te handelen, dan kan de gedraging hem niet worden toegerekend. Ik sluit niet uit dat de ambtenaar de ontoelaatbaarheid van zijn gedrag wel had kunnen inzien en dat daarmee dus niet aan die strenge maatstaf is voldaan.’ Dat zou dan mogelijk de eerste hoger beroepszaak in het civiele arbeidsrecht voor ambtenaren kunnen zijn. Maak het verschil in Nissewaard Werken in Nissewaard betekent samenwerken aan het beste van twee werelden: het stadse en het landelijke. Bij de gemeente Nissewaard werken ongeveer 800 mensen voor ruim 85.000 inwoners van Spijkenisse, Abbenbroek, Geervliet, Heenvliet, Hekelingen, Simonshaven en Zuidland. Ons belangrijkste doel? Zorgen dat Nissewaard een fijne plek is om te wonen, werken en leven! In onze moderne organisatie met open cultuur krijg je de ruimte zelf een bijdrage te leveren om zo het verschil te maken voor een mooier Nissewaard. Maak jij graag het verschil in Nissewaard? Heb je een hart voor de samenleving? Wil jij ook elke dag met een glimlach naar je werk? Kijk dan op www.nissewaard.nl/vacatures, want we hebben altijd interessante vacatures open staan. nissewaard.nl/vacatures BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020
Data & Analytics helpen gemeenten grip te krijgen op complexe uitdagingen Gemeenten staan voor uitdagingen die niet meer op de traditionele manier kunnen worden aangepakt. De complexiteit van control, verantwoordelijkheid, transparantie, snelheid van handelen en de maatschappelijke en politieke impact vraagt een andere inzet van de kennis en competenties binnen gemeenten. Voor een goede sturing draait het om integraal beleid, gebaseerd op data en feiten in plaats van inschattingen. De verwachting is dat de complexiteit alleen maar toeneemt. Lees in het e-book hoe u grip kunt krijgen op complexe uitdagingen. Meer informatie Neem contact op met een van onze experts via sasinfo@sas.com SAS and all other SAS Institute Inc. product or service names are registered trademarks or trademarks of SAS Institute Inc. in the USA and other countries. Download het white paper voor informatie over HR Analytics. ® indicates USA registration. Other brand and product names are trademarks of their respective companies. © 2017 SAS Institute Inc. All rights reserved. 00000US.0017
OPINIE 55 'MAAK JEUGDZORG POLITIEK' GEMEENTEN SPELEN TE VEEL HET SLACHTOFFER Goede jeugdzorg voor kwetsbare kinderen zonder tekorten op de gemeentelijke begroting? Kan niet, zeggen gemeenten. Kan wel, stellen CDAKamerlid René Peters en strategisch adviseur Bianca den Outer. De tekorten zijn mede het gevolg van het uitblijven van politieke keuzes. BIANCA DEN OUTER RENÉ PETERS Gezien de enorme kostenoverschrijdingen is het eigenlijk vreemd. Maar in gemeenteraden is de jeugdzorg lang niet altijd een onderwerp van serieus politiek debat. ‘Het rijk heeft de jeugdzorg over de schutting gegooid’, klinkt het vaak. Of: ‘We krijgen gewoon te weinig geld vanuit Den Haag.’ Gemeenteraden blinken uit in grote eensgezindheid: gemeenten zijn slachtoffer van een falende wetgeving, krijgen te weinig geld en zijn met handen en voeten aan verstikkende regelgeving gebonden. Ze kunnen niet anders dan jaar in jaar uit nog dieper in de gemeentelijke reserves tasten, gemeentelijke belastingen verhogen of voorzieningen sluiten om de zorg voor kwetsbare jongeren in de lucht te houden. Maar is dat het hele verhaal? Dat gemeenten verantwoordelijk zouden worden voor de jeugdzorg, was niet voor niets. Er viel iets te verbeteren en gemeenten stonden grotendeels achter de decentralisatie van de jeugdzorg. We wilden meer inzetten op preventie en de eigen verantwoordelijkheid en mogelijkheden van mensen en hun netwerk. We wilden het opvoedkundig klimaat versterken in gezinnen, wijken en scholen. We wilden de juiste hulp op maat bieden. Niet onnodig zwaar en niet te licht en op de juiste plek, met aandacht voor (kosten)effectiviteit. We wilden integrale hulp bieden, werken met een gezin, een plan en een regisseur. En tenslotte moest er meer ruimte komen voor professionals en minder regeldruk. Wat ons betreft staan deze uitgangspunten nog steeds als een huis. Daarom is het UW OPINIE IN BINNENLANDS BESTUUR? De rubriek opinie staat open voor leesbare, opiniërende bijdragen die betrekking hebben op actuele zaken in het openbaar bestuur. De maximale lengte voor inzendingen is 500 woorden. Inzendingen graag naar info@binnenlandsbestuur.nl o.v.v. ‘rubriek opinie’. Via dit e-mailadres kunt u ook reageren. ‘ Het is doodzonde dat er rondom jeugdzorg zo vaak slechts over geld wordt gesproken’ doodzonde dat er rondom jeugdzorg zo vaak slechts over geld wordt gesproken. Dat gaat ten koste van kinderen die jeugdzorg nodig hebben. Hoe goed en interessant zou het zijn wanneer gemeenteraden gaan spreken over de vraag hoe de leefwereld van jonge mensen er over vijf tot tien jaar uit zou moeten zien? Kunnen we een gezamenlijke visie ontwikkelen op het gebied van wonen, welzijn, zorg, werk, inkomen en onderwijs? Welke partners hebben we nodig om die visie werkelijkheid te laten worden? Hoe contracteren we die? Hoe verdelen we de risico’s? En hoe houden we in de gaten dat men zich aan afspraken houdt? Wat betekent dat voor de rol van de gemeenteraad? Hoe organiseren we dat we structureel en gestructureerd leren van onze fouten? Een slachtofferrol maakt mensen afhankelijk. De kostenoverschrijdingen zijn ook het rechtstreekse gevolg van politieke keuzes die steeds maar niet zijn gemaakt. Dat mag natuurlijk. Maar ook niet kiezen is een keuze. Laten we jeugdzorg dus weer politiek maken. Weg met die slachtofferrol! Goede jeugdzorg voor kwetsbare kinderen, zonder financiële tekorten op de gemeentelijke begroting: het kan. Er valt wat te kiezen. Bianca den Outer is strategisch adviseur in het sociaal domein. René Peters is Tweede Kamerlid voor het CDA en woordvoerder jeugdzorg BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020
ONTDEK HOE QCA KAN HELPEN IN JE BELEIDSEVALUATIE THUISWERKEN IS DE TREND VAN 2020 EEN ANDERE KIJK GAAT DE ENERGIETRANSITIE HELPEN Lees meer: www.binnenlandsbestuur.nl/ ErasmusAcademie Lees meer: www.binnenlandsbestuur.nl/ PinkRoccade Lees meer: www.binnenlandsbestuur.nl/ OverMorgen vindsubsidies Publieke sector
MEER WW, MINDER AANVRAGEN SCHULDHULPVERLENING NA LOCKDOWN INTERVIEW MET INGRID DUDINK, DIRECTEUR STIPTER Lees meer: www.binnenlandsbestuur.nl/ IenOResearch STEDEN ONDERSCHATTE FACTOR IN HERSTEL VAN BIODIVERSITEIT Lees meer: www.binnenlandsbestuur.nl/Sweco Lees meer: www.binnenlandsbestuur.nl/Stipter
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 foto: Evert van der Worp 58 PERSONALIA CARRIÈRE DOOR: JOSÉ SALHI Naar het ambt van burgemeester van Landsmeer hebben 24 personen gesolliciteerd, onder wie 11 vrouwen. Van deze kandidaten hebben 14 personen een functie in het (lokaal) openbaar bestuur, 10 personen hebben of hadden een functie daarbuiten. ANKE VAN EXTEL De gemeenteraad van Asten heeft Anke van Extel-van Katwijk (CDA, 42) voorgedragen als nieuwe burgemeester. Van Extel is nu nog wethouder in Gemert-Bakel. Eerder was ze raadslid en fractievoorzitter in Gemert-Bakel. Ook was ze lid van provinciale staten van Noord-Brabant. In Asten zal zij Hubert Vos (CDA) opvolgen, die in januari 2021 met pensioen gaat. ANDRÉ BAARS André Baars is opgestapt als burgemeester van Ermelo. Aanleiding was de politiek-bestuurlijke situatie van de gemeente. Baars (CDA) constateerde dat hij geen draagvlak meer had waarmee de basis om verder te gaan, wegviel. Hij was bijna negen jaar burgemeester van Ermelo, sinds 16 december 2011. GERHARD VAN DEN TOP Gerhard van den Top is herbenoemd tot dijkgraaf van Waterschap Amstel, Gooi en Vecht. Hij begint aan zijn tweede termijn als dijkgraaf. Hiervoor was hij onder andere werkzaam bij de Universiteit Leiden, als directeur bij Vitens Evides International en als directeur Natuurbescherming bij het Wereld Natuurfonds. Ook werkte Van den Top een periode als adviseur bij Shell. MARIJN ORNSTEIN Het Algemeen Bestuur van Waterschap Vallei en Veluwe heeft besloten om Marijn Ornstein aan te bevelen als nieuwe dijkgraaf. Ornstein (49) is werkzaam bij Royal Schiphol Group. Daarnaast is ze voorzitter van het bestuur van VVD Amsterdam en vice-voorzitter van de Raad van Toezicht van Pantar, de sociale werkvoorziening in Amsterdam. Ornstein volgt Tanja Klip-Martin op. GERBEN VAN DUIN In Nieuwkoop is Gerben van Duin benoemd tot wethouder. Hij volgt hiermee wethouder Bernadette Wolters op die vanwege gezondheidsredenen haar functie moest neerleggen. Van Duin werd in 1994 raadslid in Noordwijk. Na een periode als raadslid en fractievoorzitter maakt hij in 2002 de stap naar wethouder. Door de fusie met Noordwijkerhout kwam er na 18 jaar een einde aan het wethouderschap in Noordwijk. LEX HOEFSLOOT Wethouder Lex Hoefsloot heeft in overleg met de GroenLinks-fractie zijn functie neergelegd. De fractie en de wethouder lieten weten dat ‘zijn stijl en werkwijze niet goed genoeg aansluiten op die van de fractie en op die van de Edese raad.’ Eerder vertrok wethouder Willemien Vreugdenhil (CDA). Wethouder Hester Veltman (VVD) heeft haar werkzaamheden tijdelijk neergelegd in verband met haar gezondheid. KOMEN & GAAN JASPER DE WIT Jasper de Wit wordt met ingang van 1 januari de nieuwe gemeentesecretaris van Wageningen. De Wit is nu nog partner en directeur bij BMC Advies. Hij volgt Ron van der Gijp op, die met pensioen gaat. Van der Gijp was sinds 2017 gemeentesecretaris van Wageningen. WILMA ATSMA Wilma Atsma, gemeentesecretaris van Bloemendaal, neemt na ruim vijf jaar afscheid van de gemeente. Eerder was Atsma gemeentesecretaris in Wassenaar en Voorschoten. Ze vervolgt haar carrière bij adviesbureau Zeelenberg.
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 PERSONALIA 59 RUTH CLABBERS Met ingang van 1 november 2020 is Ruth Clabbers benoemd tot directeur-generaal Luchtvaart en Maritieme Zaken bij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) directeurgeneraal Mobiliteit. REINY WEERNEKERS In Westerveld is Reiny Weernekers de nieuwe griffier. Zij volgde Roelof van der Veen op die eerder dit jaar met pensioen ging. Weernekers was plaatsvervangend raadsgriffier in Deventer. ARJEN GERRITSEN Arjen Gerritsen, burgemeester van Almelo, is gekozen tot nieuwe eerste vicevoorzitter van het Stedennetwerk G40. Gerritsen volgt hiermee Ina Adema op, die onlangs aantrad als commissaris van de koning van Noord-Brabant. MARCEL DE JONG Met ingang van 1 januari 2021 wordt Marcel de Jong gemeentesecretaris van Achtkarspelen. De Jong werkt nu nog als senior projectcoördinator in Smallingerland. Hij volgt in Achtkarspelen Erik van der Laan op, die in maart vertrok. Sindsdien bekleedt Jaap Wijma de functie tijdelijk. MEERSSEN In Meerssen zijn twee nieuwe wethouders voorgedragen: Gerard IJff (PvdA, 64) en Rein Dupont (CDA, 62). Zij zijn beiden nog lid van het algemeen bestuur van het Waterschap Limburg. Dat lidmaatschap leggen beiden neer. IJff was van 2002 tot 2018 wethouder in Roermond. Dupont was raadslid in Venray en lid van het dagelijks bestuur eerst van het Waterschap Peel en Maasvallei en later van het fusiewaterschap Waterschap Limburg. ERIK VAN STEDEN Erik van Steden stopt per 31 december 2020 als gemeentesecretaris van Barneveld. Hij heeft die functie dan precies drie jaar vervuld. Van Steden wil minder gaan werken. Voor hij in Barneveld gemeentesecretaris werd, was hij griffier in Barneveld en gemeentesecretaris van Laren. BURGEMEESTERS VACATURE FRANK SIMONS In Simpelveld is Frank Simons benoemd tot griffier. Simons was tot zijn benoeming wethouder in Heerlen. In die functie begon hij in 2014. Daarvoor was hij raadslid in diezelfde gemeente en werkte hij bij de gemeente Eijsden-Margraten. Simons volgt in Simpelveld Maud Dupont op, die in diezelfde gemeente aan de slag gaat als manager Leefomgeving. WIM PEIJS In Hoeksche Waard is Wim Peijs raadsadviseur en plaatsvervangend griffier geworden. Hiervoor was hij sinds maart 2019 griffier in Reimerswaal. Daarvoor werkte hij in diverse functies bij de gemeenten Papendrecht, Alphen-Chaam, Steenbergen en Capelle aan den IJssel. CYNTHIA CREVELD Cynthia Creveld begint op 1 december als gemeentesecretaris in Baarn. Creveld was de afgelopen vijf jaar loco-gemeentesecretaris in Velsen. Die functie bekleedde ze daarvoor in Vianen. Ze volgt in Baarn Abdou Najib op, die met pensioen gaat. Hij werkte de afgelopen twaalf jaar als gemeentesecretaris en algemeen directeur. ERIK LUCHTENBURG Erik Luchtenburg stopt op 31 december 2020 als gemeentesecretaris van IJsselstein. Hij wordt per 1 januari 2021 directeur crisisbeheersing bij de Veiligheidsregio Utrecht. Luchtenburg begon op 1 september 2017 als secretaris van IJsselstein en algemeen directeur van de gemeenschappelijke regeling UW Samenwerking. Daarvoor was hij onder meer gemeentesecretaris van Leusden en directeur in Nieuwegein. HARLINGEN Het burgemeesterschap van Harlingen is vacant per 28 mei 2021. De gemeente heeft circa 15.800 inwoners. De bezoldiging bedraagt € 7.874,98 bruto per maand. U kunt solliciteren tot 17 november 2020. Zie voor alle informatie de Staatscourant van 26 oktober op www.officielebekendmakingen.nl/ Staatscourant. ALKMAAR Het burgemeesterschap van Alkmaar is vacant sinds 1 oktober 2020. De gemeente heeft circa 109.500 inwoners. De bezoldiging bedraagt € 10.668,75 bruto per maand. U kunt solliciteren tot 24 november 2020. Zie voor alle informatie de Staatscourant van 2 november op www.officielebekendmakingen.nl/ Staatscourant. TERNEUZEN Het burgemeesterschap van Terneuzen is vacant per 1 mei 2021. De gemeente heeft circa 54.500 inwoners. De bezoldiging bedraagt € 9.280,73 bruto per maand. U kunt solliciteren tot 23 november 2020. Zie voor alle informatie de Staatscourant van 2 november op www.officielebekendmakingen.nl/ Staatscourant.
BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020 60 PERSONALIA CARRIÈRE NANNE KRAMER Nanne Kramer, algemeen directeur van het samenwerkingsverband van De Wolden en Hoogeveen en vanuit die functie ook gemeentesecretaris in beide gemeenten, vertrekt per 1 november. Hij was sinds 2016 in functie bij beide Drentse gemeenten, maar gaat werken bij adviesbureau Zeelenberg. CINDY HEUSINGVELD Cindy Heusingveld wordt met ingang van 25 november de nieuwe griffier van Baarn. Zij volgt Nelleke Both op, die dan na ruim zeven jaar met pensioen gaat. Heusingveld is nu interim-raadsadviseur in Gouda. Eerder was zij onder meer raadsgriffier in Noordwijkerhout en Landsmeer. OVERLEDEN: Oud-wethouder van Kessel, Jo Dings, is overleden. Dings was 24 jaar wethouder. Daarvoor zat hij in de gemeenteraad van Kessel en was hij staffunctionaris bij het Landbouwbelang. Jo Dings is 94 jaar geworden. Oud-wethouder Johanna Eernst-Riemsdijk van Losser is op 85-jarige leeftijd overleden. Eernst-Riemsdijk, roepnaam Hans, was van 1992 tot en met 1994 voor het CDA wethouder en daarmee de eerste vrouw in het college van B en W in die gemeente. BARBARA JOZIASSE Met ingang van 1 januari 2021 wordt Barbara Joziasse benoemd tot collegelid van de Algemene Rekenkamer. Ze volgt Francine Giskes op. Joziasse is nu nog Nederlands ambassadeur in Amman, Jordanië. Eerder was zij onder meer ambassadeur in Oman en Zimbabwe. ANS HOENDERDOS Ans HoenderdosMetselaar is met ingang van 1 november 2020 herbenoemd als bestuurder/directeur van de Randstedelijke Rekenkamer. De Randstedelijke Rekenkamer onderzoekt het gevoerde bestuur van de provincies Flevoland, Noord-Holland, Utrecht en Zuid-Holland. LENNEKE VAN DER MEER Lenneke van der Meer is de nieuwe griffier in Bergen op Zoom. Ze was hiervoor griffier in Steenbergen. Daarvoor was ze onder meer actief als raadslid en wethouder in Rozenburg en lid van provinciale staten van Zuid-Holland. Van der Meer volgde Kees Terstappen op, die sinds 2012 griffier was. ADVERTENTIE CORRECTIES & AANVULLINGEN In het artikel Lelystad verschiet van kleur (BB20) wordt waarnemend burgemeester Henry Meijdam abusievelijk Henk Meijdam genoemd. Doe nu de Pre-APPA Quick scan op onze website of neem contact met ons op. www.transitiumgroep.nl | info@transitiumgroep.nl | 033 3030 630 OPROEP: Tekst en foto’s (high res) voor de rubriek personalia graag sturen naar info@binnenlandsbestuur.nl. Gegevens voor deze rubriek kunnen ook worden gestuurd via www.binnenlandsbestuur.nl/personalia ADVERTENTIE Afdelingshoofd Stadsontwikkeling 36 uur | schaal 15 Beleidsmedewerker Wonen 36 uur | Schaal 10 • Integraal verantwoordelijk voor de afdeling Stadsontwikkeling. • Regisseur en strategisch sparringpartner binnen het MT-Stadsontwikkeling. • Inspireert, verbindt en fungeert als boegbeeld van de afdeling. • Geeft richting aan werkprocessen conform de bepaalde organisatiekoers. Joran Lups | 06-24863096 | joranlups@certusgroep.nl • Verantwoordelijk voor thema’s uit de Woonagenda. • Adviseert over de huisvesting van doelgroepen. • Eerste aanspreekpunt voor verenigingen of maatschappelijk partners. • Stelt een Integraal Huisvestingsplan Onderwijs op Larissa Plantinga | 06-24863093 | larissaplantinga@certusgroep.nl www.certusgroep.nl
INDEX 61 VACATURES In de vacature- index treft u een selectie aan van de vacatures die deze week zijn opgenomen in het magazine of op de website van Binnenlands Bestuur. Bestman / Gemeente Uithoorn BMC BMC CAK Cedris Certus Groep / Gemeente Capelle aan den IJssel Certus Groep / Gemeente Papendrecht Divosa / Ministerie van J&V Divosa / Ministerie van J&V Gemeente Alkmaar Gemeente Ede Gemeente Gorinchem Gemeente Heerenveen Gemeente Hellevoetsluis Gemeente Hengelo Gemeente Hengelo Gemeente Huizen Gemeente Neder-Betuwe Gemeente Purmerend Gemeente Terneuzen Gemeente West Betuwe Gemeente Westland Gemeente Zwijndrecht JS Consultancy / COA JS Consultancy / Gemeente Uithoorn JS Consultancy / Gemeente Uithoorn JS Consultancy / Gemeente Uithoorn JS Consultancy / Gemeente Westerkwartier Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied Publiek Netwerk / Gemeente Culemborg Publiek Netwerk / Gemeente Edam Volendam Publiek Netwerk / Gemeente Haarlem Publiek Netwerk / Gemeente Haarlem Publiek Netwerk / Gemeente Opmeer Publiek Netwerk / HLT samen gemeentesecretaris / algemeen directeur uniek opleidingstraject voor ervaren jeugdprofessionals casemanager jeugd senior operational controller projectmedewerker inclusieve arbeidsmarkt afdelingshoofd stadsontwikkeling beleidsmedewerker wonen programmamanager rechtshulp en sociaal domein projectcoördinator rechtshulp en sociaal domein burgemeester lid commissie voor de bezwaarschriften kwartiermaker intergraal sociaal domein beleidsadviseur stedenbouw beleidsadviseur sociaal domein senior beleidsadviseur sociaal domein beleidsadviseur sociaal domein senior adviseur bedrijfsvoering sociaal domein adjunct afdelingsmanager bedrijfsvoering adviseur omgevingsrecht burgemeester senior communicatie adviseur i-adviseur senior beleidsadviseur realisatie regiomanager middan-noord regisseur or projectleider gebiedsontwikkeling jurist ro en omgevingsrecht functioneel beheerder senior adviseur informatievoorziening senior adviseur informatiebeveiliging senior adviseur informatiebeleid senior privacy-officer concerncontroller beleidsadviseur openbare orde en veiligheid afdelingshoofd openbare werken (senior) beleidsadviseur parkeren (senior) beleidsadviseur groen en ecologie strategisch adviseur adviseur financiën / coördinator planning en control Publiek Netwerk / Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid senior adviseur toezicht Rechtbank Zeeland-West-Brabant OOK UW VACATURE IN BINNENLANDS BESTUUR? BEL 020-5733656 ADVERTENTIES senior juridisch medewerker bestuursrecht lo Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl pagina 60 pagina 60 pagina 62 pagina 62 Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl pagina 64 pagina 64 pagina 64 pagina 64 pagina 64 Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl pagina 63 pagina 63 pagina 63 pagina 63 pagina 63 pagina 63 pagina 63 Binnenlandsbestuur.nl BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 45 | 2020
DE RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT IS OP ZOEK NAAR EEN SENIOR JURIDISCH MEDEWERKER BESTUURSRECHT LO Voor deze vacature zijn we op zoek naar een specialist op het gebied van heffingen lokale overheden. Als senior juridisch medewerker verleen je juridische ondersteuning bij de afdoening van heffingszaken lokale overheden (m.n. WOZ, parkeerbelasting ). Je beoordeelt de zaken op formele en juridische vereisten, analyseert het juridische vraagstuk ter voorbereiding op de zitting en informeert de rechter(s) over de zaak. Daarnaast treed je op als griffier ter zitting, ben je gesprekspartner in raadkamer en schrijf je conceptuitspraken. Wat we van je vragen Je kunt juridische vraagstukken goed analyseren en je beschikt over een goede schrijfvaardigheid. Je werkt zorgvuldig en je communiceert helder in correct Nederlands. Je kunt goed samenwerken, bent stressbestendig en je kunt, ook onder tijdsdruk, goed plannen en organiseren. Om deze functie op goed niveau te kunnen uitoefenen, heb je ook nog: • Een afgeronde universitaire studie Nederlands Recht of de HBO-opleiding Heffingsambtenaar Lokale Overheid. • (Ruime) relevante werkervaring met heffingen van lokale overheden. Wat we je bieden Een functie voor 32-36 uur, vol mogelijkheden om je kennis verder uit te breiden binnen een leergierig team. Onze arbeidsvoorwaarden zijn uitstekend geregeld volgens onze cao per 1-1-2020, waaronder een salaris in schaal 9/10 (maximaal € 4.400,17 op basis van 36 uur). De rechtbank kent naast het salaris en vakantiedagen het Individueel keuzebudget (IKB). Met het IKB kun je keuzes maken die passen bij je eigen wensen, afgestemd op je persoonlijke levensfase en doelen. Interesse? Kijk voor meer informatie op werkenbijderechtspraak.nl. Je kunt solliciteren tot 22 november a.s. Voor meer informatie kun je contact opnemen met René Filius, plv. teamvoorzitter Bestuursrecht op telefoonnummer 06-53776906.
Senior Adviseur Toezicht Ontwikkelgericht • communicatief • Stevig en deskundig (Senior) Beleidsadviseur Parkeren Oplossingsgericht • Verbinder • Klantgericht (Senior) Beleidsadviseur Groen en Ecologie Strategisch denker • Overtuigingskracht • Netwerker Afdelingshoofd Openbare Werken Verbinder • No-nonsense • Lef • Ontwikkelgericht Beleidsadviseur Openbare Orde en Veiligheid Flexibel • Proactief • Communicatief Strategisch Adviseur Concernstrateeg • Opgavegericht • Regionale samenwerking Adviseur Financiën / Coördinator Planning en Control Stevige gesprekspartner • Omgevingssensitief • Vakkundig Kijk voor meer informatie op www.publieknetwerk.nl
Ik werk voor Nederland... ...en voor mezelf Wil jij Nederland én jezelf beter maken? JS Consultancy is de carrièrepartner van professionals voor de publieke zaak. Via ons landelijk netwerk bemiddelen wij op het niveau van directie, management en professionals. Aan de slag op het gebied van BedrijfsRegiomanager Midden-Noord 36 uur | max. € 103.154,- bruto per jaar (incl. IKB) Mooie en uitdagende rol voor een ervaren manager met een politiek/bestuurlijk netwerk die het verschil wil maken. Is eindverantwoordelijk voor de opvang van asielzoekers in de provincies Overijssel, Flevoland en Noord-Holland en voor de ketenbrede afstemming en samenwerking. Stuurt de locatie-managers aan, coacht, faciliteert, inspireert en verbind maar is ook duidelijk en zakelijk. Brengt stevigheid en senioriteit mee. Interesse? Bel Elsbeth Braam 06 - 333 219 86 Functioneel Beheerder 24 - 36 uur | schaal 9 max. € 53.749,- bruto per jaar Functioneel beheerder die verantwoordelijk is voor het optimaal functioneren van de applicaties in het fysieke domein domein (o.a. GBI, Nedgraphics, SquitXO,20/20,2020,WRO/Rx. Zone/Rx.), waarbij de nadruk ligt op het GEO aspect. Bepaalt de informatiebehoefte en kan deze vertalen naar de gewenste functionaliteit. Voert regie op incidenten, verzorgt de ondersteuning van collega’s en verzorgt het autorisatiebeheer. Is analytisch, praktisch en samenwerkings- en servicegericht. Interesse? Bel Elsbeth Braam 06 - 333 219 86 Reageer op bovenstaande functies via www.jsconsultancy.nl/vacatures Interim Werving & Selectie voering, Ruimte & Infra of Sociaal Maatschappelijk domein? Onze dienstverlening richt zich op het waarmaken van maatschappelijk resultaat. In samenregie met opdrachtgevers. En samen met jou. Regisseur OR 36 uur | schaal 11 max. € 72.604,- bruto per jaar (incl. IKB) Verbindend regisseur met passie voor openbare ruimte. Intermediair die vlot schakelt tussen partijen. Stevige gesprekspartner en bruggenbouwer met zakelijke instelling én oog voor de relatie. Inspirerend verder vormgeven aan opdrachtgeverschap. Projectleider Gebiedsontwikkeling (2 fte) 36 uur | schaal 11 max. € 72.604,- bruto per jaar (incl. IKB) Energieke en verbindende projectleider met passie voor wonen en werken. Stevig en empathisch gesprekspartner op alle niveaus. Flexibel waar het kan en doortastend als het moet. Scherp op de voortgang en het resultaat. Jurist RO en Omgevingsrecht 36 uur | schaal 11 max. € 72.604,- bruto per jaar (incl. IKB) Praktisch ingestelde jurist die integraal meedenkt en beschikt over inhoudelijke juridische kennis. Zelfstandige aanpakker met stevige persoonlijkheid. Vertegenwoordiger bij bezwaar en beroep. Afstemming met interne en externe stakeholders. Interesse in een van bovenstaande functies van Uithoorn? Bel Ellen Koster 06 - 101 625 64
1 Online Touch