‘Ik zou er een boek over kunnen schrijven’ Schrijven over het leven is één ding, maar van een levensverhaal een boek maken? Opeens ontkom je er dan niet meer aan om óók na te denken over praktische zaken als plaatjes, papiersoort en de privacy van personen. Raakt jouw verhaal letterlijk aan je eigen leven? Dan raak je misschien zelfs even van slag of de kluts kwijt. En toch dromen veel mensen ervan. Ze voelen een intens verlangen of een innerlijke noodzaak: ‘Dit levensverhaal hoort in een boek thuis’. Herkenbaar? Gelukkig ben je niet de enige met zo’n prachtige droom. In dit boek, Jouw levensverhaal hoort in een mooi boek thuis, mag jij je laten inspireren door de ervaringen van anderen. Je leest hoe mensen op het idee voor hun boek kwamen, waar ze tegenaan liepen toen ze het boek gingen maken en – wat hun boek hen daarna heeft gebracht. Daarnaast vind je handige tips: zodat je vol vertrouwen iedere fase tijdens het maken van jouw eigen boek tegemoet kunt gaan. Jij weet nu wat je kunt verwachten. Tenminste… Als je alle verhalen leest, ontdek je dat slechts één ding 100% zeker is: ergens zal het toch net iets anders lopen dan jij vooraf had ingeschat. Maar ook op dat soort verrassingen ben jij nu goed voorbereid! ‘Jouw levensverhaal hoort in een mooi boek thuis’: niets hoeft je nog te weer houden om jouw levensverhaal het onderdak te bieden dat het verdient. Jouw boek. Aanrader! Deze speelse en sprankelende handleiding voor levensverhalen roept een fi jn ‘feelgood’-gevoel op, maar staat ook eerlijk bij emotionele dilemma’s stil. Aansprekende praktijkvoorbeelden laten zien wat er technisch allemaal mogelijk is. Esther Kraaijenbrink, Bestel mijn boek
WAT VIND JE IN DIT BOEK? Inleiding 9 HOOFDSTUK 1: PLANNING 13 Daantje: Je eigen route uitstippelen 14 Gedicht: Dat eerste beginnetje 16 Tips: Zorg voor creativi-tijd 18 Het verhaal van Daniëla Postma: Leven en Overvloed 20 Idee-in-beeld: Het Goedboekplan-spel 34 Ervaringen van auteurs: Alles en iedereen 37 En nu jij: Een tijdlijn maken 40 HOOFDSTUK 2: INTERVIEWEN 41 Daantje: In gesprek gaan met anderen 42 Gedicht: Tot spreken luisteren 44 Tips: Wie gaat dit straks lezen? 46 Het verhaal van Linde ten Broek: Open om te ontvangen 48 Idee-in-beeld: Welke soorten vragen stel je? 62 Ervaringen van auteurs: Verrassend leuk 65 En nu jij: Antwoorden verzamelen 68 HOOFDSTUK 3: RESEARCH 69 Daantje: Uit betrouwbare bron vernomen? 70 Gedicht: Op onderzoek uit 72 Tips: Hoe zit dat nu eigenlijk? 74 Het verhaal van Brenda van Dijk: Kale feiten of eigen waarheid? 76 Idee-in-beeld: Op ontdekkingsreis 90 Ervaringen van auteurs: Grote schoonmaak 93 En nu jij: Een duikje in de geschiedenis 96 6
HOOFDSTUK 4: SCHRIJVEN 97 Daantje: Eenzaam op zolder 98 Gedicht: Schrijvend bevrijden 100 Tips: Stukje bij beetje 102 Het verhaal van José Franssen: Hou me maar vast 104 Idee-in-beeld: Associeer je verhaal tot leven 118 Ervaringen van auteurs: Katjes knuffelen 121 En nu jij: Net even anders 124 HOOFDSTUK 5: REDACTIE 125 Daantje: Poetsen en boenen 126 Gedicht: Een ander perspectief 128 Tips: Boekhouden met letters 130 Het verhaal van Agnes van Overveld: Met de wind in je rug 132 Idee-in-beeld: Stopwoordjes tot halt roepen 146 Ervaringen van auteurs: Dat komt wel goed 149 En nu jij: Je flaptekst als test 152 HOOFDSTUK 6: BEELDMATERIAAL 153 Daantje: Een plaatje maken van jouw boek 154 Gedicht: Sprekende beelden 156 Tips: Resolutie en kleurcodes 158 Het verhaal van Simone Berger: Het leeft in ons voort 160 Idee-in-beeld: Verdiep je in de compositie 174 Ervaringen van auteurs: Het ongelijk 177 En nu jij: Foto’s scannen 180 HOOFDSTUK 7: VORMGEVING 181 Daantje: Leesbaarheid maakt het pas echt leuk! 182 Gedicht: Verleidelijk in vorm 184 Tips: Wees consequent 186 Het verhaal van Karin Rienstra: De kracht van liefde 188
Idee-in-beeld: De lol van letters ontdekken 202 Ervaringen van auteurs: Kill your darlings 205 En nu jij: Maak een letterproef 208 HOOFDSTUK 8: DRUKWERK 209 Daantje: Uitgeven, drukken of printservice? 210 Gedicht: In veelvoud vastgelegd 212 Tips: Met oog voor detail 214 Het verhaal van Marelle Boersma: Van binnenuit ervaren 216 Idee-in-beeld: Doe eens lekker gek! 230 Ervaringen van auteurs: Toch maar niet 233 En nu jij: Gegevens invullen 236 HOOFDSTUK 9: BOEKFEESTJE 237 Daantje: Iedereen mag het weten (of niet?) 238 Gedicht: Hier ben ik dan! 240 Tips: Tijd voor een toespraak 242 Het verhaal van Saskia Maarse: Zichtbaar kleurrijk 244 Idee-in-beeld: Even afstrepen 258 Ervaringen van auteurs: Als het licht 261 En nu jij: Jouw persbericht 264 Nawoord 265 Dankwoord 272 BIJLAGEN 1. Bronnen voor research 276 2. Kwetsbare mensen interviewen 278 3. Je boek promoten 280 Leeslijst voor extra inspiratie 282 Bronvermelding illustraties 288
z uit de INLEIDING 9 HŒ ‘WERKT’ DIT BOEK? Negen hoofdstukken voeren je langs de verschillende fases die in vrijwel ieder boekproces voorkomen. Zo krijg je een beeld van wat je te wachten staat en wat je allemaal mag bedenken en beslissen. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. Planning Interviewen Research Schrijven Redactie Beeldmateriaal Vormgeving Drukwerk 9. Boekfeestje Ik heb zoveel mogelijk een (chronologische) volgorde aan gehouden. In werkelijkheid loopt het meestal een beetje door elkaar heen. Al tijdens het maken van een plan en planning is het bijvoorbeeld handig om erover na te denken voor wie jij je boek precies wilt maken. Want dat is bepalend voor je schrijfstijl en voor de keuze over welke levensperiodes je wel of juist niet wilt schrijven. Al is dit proces in het Echte Leven vaak wat chaotisch, hier wil ik je graag overzicht bieden. Negen hoofdstukken dus. Misschien heb je ze niet allemaal nodig, maar zelfs dan is het leuk om te lezen hoe anderen het hebben aangepakt en hoeveel verschillende soorten boeken met levensverhalen er zijn. Wie weet, brengt je dat zelfs op een origineel idee waaraan je nu nog niet eens hebt gedacht! 6
HOOFDSTUK 2 INTERVIEWEN
Hoe doet Daantje dat? 2. IN GESPREK GAAN MET ANDEREN Spannend vond ik het destijds, die allereerste keren dat ik interviews mocht verzorgen voor een landelijke non-profit organisatie. Ik reisde het hele land door en kwam in werelden die ik voorheen nog niet kende. Deze interviews zouden door duizenden mensen worden gelezen en alle geïnterviewden waren me vooraf even onbekend. En dan was er nog die strikte eis: ieder interview mocht niet meer dan 1250 woorden lang zijn. Zoveel tekst paste er op de bladzijden die hiervoor in het tijdschrift waren gereserveerd. Om die reden besloot ik mezelf volledig ‘uit het verhaal’ te schrijven: geen vragen, geen sfeerbeschrijving of andere observaties. Alleen het Echte Verhaal over het Echte Onderwerp. En zo werk ik eigenlijk nog steeds. Vooraf maak ik altijd een lijstje met vragen: wat willen mijn lezers weten? Meestal improviseer ik vervolgens ter plekke er lustig op los. Juist vanuit spontane vragen ontstaan soms de mooiste gesprekken. Ken ik iemand niet, dan stel ik eerst een paar simpele vragen om mensen op hun gemak te stellen en ga daarna pas de diepte in. Er komt echter altijd een moment dat ik nog even mijn lijstje erbij pak en controleer of ik inderdaad alle vragen heb gesteld. Datzelfde lijstje heeft regelmatig nog een tweede functie. Sommige mensen vinden het namelijk prettig om mijn vragen vooraf al te ontvangen, zodat ze zich goed op hun interview kunnen voorbereiden.
Steeds komt het aan op goed dóórvragen. Want: ben je eenmaal in gesprek, dan kan het een valkuil zijn dat je denkt dat je wel weet wat de ander bedoelt. Mensen geven echter soms een heel andere betekenis aan bepaalde begrip pen dan jij zou verwachten - en dat ontdek je alleen maar als je hen bewust ernaar vraagt: ‘Wat betekent dat voor jou?’ Ongeacht hoe mooi je het vervolgens allemaal kunt opschrijven of hoe nauwkeurig je de opnames hebt uitgewerkt... het laatste woord blijft aan de persoon die je interviewt. Ik geef mensen altijd gelegen heid om teksten te wijzigen, voordat iets gepubliceerd wordt. Zo wil ik zelf eveneens het liefst worden geïnterviewd. Mij overkomt het regelmatig dat ik achteraf nog een goede ingeving krijg, een mooier woord weet of een beter voorbeeld. In de vertrouwelijkheid die tijdens een gesprek ontstaat, zeg je bovendien soms toch andere dingen dan je zou vertellen als je zelf je verhaal zou opschrijven. Soms zien mensen ook pas als iets op papier staat dat het in werkelijkheid net iets genuanceerder ligt: ‘Nou ja, dat is natuurlijk niet altijd precies zo, het gaat ook weleens heel anders.’ Zo’n laatste inspraakronde voorkomt dat woorden een eigen leven gaan leiden en misschien zelfs mensen onbe doeld kunnen beschadigen. Daar heeft iedereen plezier van.
Tot spreken luisteren
Dit gesprek van mij met jou waarbij jij praat en ik ook luister naar de dingen die je niet zegt, nog niet zegt Mijn vragen lijken soms wel vragen naar de bekende weg, maar ieder woord dat jij spreekt, kan een andere betekenis hebben dan ik denk te verstaan En dus vraag ik verder, graaf ik me verder, steeds dieper jouw verhaal in Tot we komen bij de kern Als ik tenminste mag binnenkomen van jou Zul je jouw deuren open zetten, al is het maar op een kiertje? Al is het maar alleen vandaag, speciaal voor mij? En ja, wat je nu zegt hoeft niet geschreven te worden, mag ook herschreven worden Eenmaal uitgesproken zijn alle zinnen vrij om van betekenis te veranderen zodat jouw verhaal echt helemaal bij jou past.
Het levensverhaal van anderen opschrijven: hoe pak je dat aan? • Maak vooraf duidelijke afspraken: welke onderwerpen gaan jullie bespreken en welke onderwerpen hoeven niet in het boek genoemd te worden? (Denk aan: relaties, woningen, opleiding, werk en hobby’s.) • Neem je gesprekken op: dat helpt je om een levendiger beeld van mensen te schetsen, omdat je hun taalgebruik daardoor later op papier kunt laten weerklinken. • Reken per gesprek ongeveer anderhalf uur en daarna nog 4 tot 5 uur voor het uitwerk • Gebruik voor het bepalen van thema’s en/ periodes een tijdlijn. • Zet alle personalia duidelijk op een rijtje zoals geboortedatum, geboorteplaats, burgerlijke staat, beroep, woonplaats(en), hobby’s en de namen van ouders, broers en/of zussen in het gezin van herkomst. • Gebruik ook ander materiaal zodat er stra niet alleen veel te lezen is, maar ook fij j gebladerd kan worden door het boek. Denk aan foto’s, ansichtkaarten, tekeningen, lieve - lingsboeken, huishoudboekjes, foto’s van hand gemaakte spulletjes of andere bijzondere voorwerpen, oude advertenties, favoriete (kinder)spelletjes, bonnenboekjes enz. 12
2 wie gaat dit straks lezen? Houd gœ d in gedachten voor wie je dit verhaal opschrijft In eerste instantie ben je misschien vooral met interviewen begonnen, omdat je het fijn vindt om met jouw vader of moeder (of een ander familielid of dierbare persoon) in gesprek te zijn. Maar misschien heb je stiekem al in je achterhoofd dat het best leuk zou zijn als eventuele kleinkinderen (later) lezen wie hun opa en oma, tante of oom waren. Vraag daarom tijdens de gesprekken altijd verder, óók als jij het eigenlijk wel weet (bij voorbeeld omdat jij als kind met je vader of moeder erbij was op vakantie). Stel je steeds voor wat je zou vragen als je dit verhaal voor de eerste keer zou horen en/of niet van dichtbij zelf had mee gemaakt. Leg dat uit aan degene die je interviewt: ik wil dit verhaal graag in jouw eigen woorden kunnen navertellen. Of: ik wil graag van je horen hoe jij dat hebt ervaren en daarop achteraf terugkijkt. Zoek eventueel later op internet nog wat meer informatie over bepaalde onder werpen, zodat je met een paar korte zinnen kunt aangeven wat belangrijke kenmerken waren van een bepaalde periode in de geschiedenis. Je zult zien dat de dingen die worden besproken daardoor voor jou ook veel meer gaan leven! Wil je met jouw boek méér mensen bereiken dan alleen familie, vrienden en kennissen? Dan is het belangrijk om meteen al duidelijk voor jezelf vast te stellen wie je doelgroep zal zijn en waarom je wilt dat mensen jouw boek gaan lezen. 13
DE KRACHT VAN LIEFDE Het was gemakkelijker gezegd dan gedaan, ontdekte ze: het verhaal van haar moeder opschrijven. Gelukkig weerhield dat Karin Rienstra er niet van om het avontuur toch aan te gaan. Het was namelijk ook veel boeiender dan ze vooraf had kunnen bedenken! En je hoeft niet alles alleen te doen: voor begeleiding bij het schrijven, de redactie en de vormgeving van haar boek schakelde Karin professionele hulp in. Karin interviewde niet alleen haar moeder, maar hield daarnaast gesprekken met andere familieleden en vrienden. Zo ontstond een prachtig en krachtig portret van een moedige moeder vol levenslust. Karin: Een vriendin van me overwoog serieus om als beroep levensverhalen van anderen op te schrijven. Dat triggerde me. Ik dacht meteen aan mijn moeder: ‘Dat is leuk!’ en ging me inlezen op internet. Hoe doe je dat eigenlijk? Al googelend kon ik wel wat informatie vinden over het schrijven van levensverhalen, maar niet zo uitgebreid. Toch dacht ik dat ik het daarmee wel zou redden. Mijn oorspronkelijke plan was het levensverhaal van mijn moeder uit te werken, op basis van een aantal thema’s: school, opgroeien, getrouwd zijn en ouder worden. Het schrijfwerk wilde ik verdelen onder de kleinzoons. Iedereen zou een thema kunnen uitzoeken dat hem of haar aansprak en oma daarover interviewen. 15 Het verhaal van Karin Rienstra
HOOFDSTUK 7 - VORMGEVING Mijn familie was enigszins verbaasd, toen ik hen over mijn plan vertelde: ‘Wat heb je nu weer bedacht?’, maar bereid om me te helpen. Ik maakte dus een opzetje, waarvan je je niet al teveel moet voorstellen: een lijstje met namen en met onderwerpen achter die namen. En ik begon vast met interviewen. Ook maakte ik een besloten Facebook-groepje, waar we alles met elkaar zouden kunnen delen. Hoe enthousiast ik echter ook was, ik was meteen al over mijn eigen tekst niet zo tevreden. Het bleef steken in een soort chronologische opsomming. En één kleinzoon ging inderdaad een gesprek met oma voeren, toen ik iedereen bleef aansporen - maar hij kwam weinig verder dan beschrijven hoe leuk zijn eigen vakanties met oma waren geweest. Ik besefte al snel dat dit het niet ging worden. MOOIE WINTERS Mijn goede voornemens zakten weg en ik richtte mijn aandacht weer op andere dingen. Zo ging de zomer voorbij. Het liep inmiddels al tegen het eind van het jaar. En opeens dacht ik: ‘Maar ik wil dit wel doen!’ Mijn moeder heeft een boeiend leven achter de rug, want ze is een nogal ondernemend typetje. Ze heeft de Tweede Wereldoorlog meegemaakt en haar vader heeft in het verzet gezeten. En ze heeft zoveel verliezen meegemaakt: haar vader, haar moeder, haar zus op jonge leeftijd, haar zwager, mijn vader en daarna nog mijn broer. Ze heeft nogal wat voor haar kiezen gekregen. Sinds mijn broer in 2010 is overleden, is het een doel in mijn leven geworden om het zo leuk mogelijk voor mijn moeder te maken. Dat doet ze zelf trouwens al fantastisch - iets leuks van haar leven maken - maar het lijkt me gewoon afschuwelijk om je kind te moeten missen als moeder. En ik had gemerkt hoe lastig de winters kunnen zijn als je oud bent. Je kunt dan niet zo vaak naar buiten. Bovendien is mijn broer in de winter overleden, evenals mijn vader en mijn zwager. Door samen aan dit boek te werken, wilde ik deze eerstvolgende winter voor haar wat prettiger maken en haar alle aandacht geven, want dat 16
DE KRACHT VAN LIEFDE - KARIN RIENSTRA gunde ik haar. Daarnaast wilde ik haar levensverhaal graag aan haar kleinkinderen overdragen. Ik kon alles wat mijn moeder heeft meegemaakt, alleen al in de oorlog, niet onthouden; en dat was wel de moeite van het doorgeven waard. Al was het resultaat van het eerste interview niet geworden wat ik hoopte, mijn moeder had ons gesprek over haar leven heel leuk gevonden. Eerst vond ze het nog een beetje vreemd - ‘Een boek over mijn leven?’ - maar mijn belangstelling had ze op prijs gesteld. Ze besloot me het voordeel van de twijfel te gunnen: ‘Als Karin dit wil, doe ik wel mee.’ Het sprak haar aan om haar verhaal aan een jongere generatie over te dragen. (...) [Het vervolg van Karins verhaal lees je in het boek] rechts: foto vóór retoucheren onder: detail van foto na retoucheren 17
2. Welke soorten vragen stel je? Stel mensen eerst op hun gemak, met relatief simpele vragen en duik niet meteen het diepe in. Stel ook niet teveel vragen, waarop mensen alleen met ja of nee kunnen antwoorden Luister met al je aandacht en zet je eigen oordelen opzij. Vat de antwoorden samen, als je twijfelt: “Als ik het goed begrijp, bedoel je dat...” Verhelderingsvragen • Hoe moet ik me dat voorstellen? • Is dat iemand die je goed kent? • Doe je dat vaker? Verdiepingsvragen • Welk gevoel krijg je daarbij? • Helpt dat jou? • Wat vind je daaraan zo leuk? Refl ectievragen • Wat heb je daarvan geleerd? • Wat betekent dat voor jou? • Wat wil je aan anderen doorgeven? Zintuiglijke vragen Wat zie / hoor / ruik / voel / proef je? 18 HANDIGE VRAAGWOORDEN Wie? Wat? Waar? Wanneer? aarom? Welke? Hoe?
EVEN GEEN INSPIRA G EV EN INSPIRA kaaensets voor een goed gesprek m met m vragen en goe d g
Vrienden, dit is geen boek; wie dit aanraakt, W A L T W HI T M A N raakt aan een mens
De ervaringen met & van (toekomstige) auteurs Alles en iedereen ‘Alles hangt met alles samen. Daarover wil ik dus schrijven. Over alles. En mijn boek is voor iedereen bedoeld. Alleen als ik iedereen kan be reiken, kunnen we samen de wereld veranderen. Ik wil doen wat nodig is: zodat er meer liefde tussen mensen komt. Zelfs schrijven, al heb ik daar nog zo’n hekel aan.’ Een boeiend adviesgesprek is het. En mijn rol is duidelijk: ik mag de advocaat van de duivel zijn. Of de strenge schooljuf. Of hoe je het ook maar wilt noemen, als je met kritische vragen de feestjes van anderen verstoort. En waarom ik die rol vervul - al vind ik het niet leuk om feestjes te verstoren die uit zo’n zuiver verlangen ontstaan - is snel genoeg duidelijk. Er kunnen alleen maar boeken gebo ren worden, als er een beetje minder alles en een beetje minder iedereen is. Anders bereik je uiteindelijk niemand, on danks je goede intenties. En toch... Wat ga ik deze toe komstige auteur sympathiek vin den. Je zult maar zo’n ver lan gen hebben. En intussen als ambulancebroeder dage lijks worden gecon fron teerd met de rouw randjes van het bestaan. Zo als ongezonde porties agressie - tot doodsbedreigingen aan toe - terwijl jij gewoon je werk probeert te doen. Jouw werk: mensenlevens redden. Letterlijk. (...) Het vervolg lees je in het boek 21
EN NU JIJ... 2. ANTWOORDEN VERZAMELEN Ken jij het verhaal achter alle foto’s in het familiealbum? Nee? Dan is dit een mooie gelegenheid om je journalistieke vaardigheden te oefenen. Kies één foto, liefst met meer dere mensen erop afgebeeld die iets aan het doen zijn. Probeer zoveel mogeijk vragen te bedenken over deze foto en bepaal voor jezelf aan wie je straks die vragen wilt stellen: Feitelijke vragen waarvoor je de handige vraag woor den op blz. 30 kunt gebruiken: Wie zie je op de foto? Wat gebeurt er? Wanneer? Waar? enz. Inhoudelijke vragen zoals verhelderingsvragen, refl ectievragen en verdiepingsvragen (zie opnieuw blz. 30). Hiervoor zijn de vraagwoorden ‘Waarom’ en ‘Hoe’ heel geschikt: Waarom doe je dit? Hoe doe je dat? Probeer nu eerst eens of je zelf antwoorden op je vragen kunt bedenken. Kun je met die antwoorden een duidelijk verhaal schrijven of mis je toch nog iets? Probeer het maar eens. Vul daarna eventueel je lijstje nog aan. Stel bijvoorbeeld dat jij op die foto zou staan: wat zie jij dan op dat moment vanaf de plek waar je staat, wat zou je om je heen horen, ruik je iets, kun je iets proeven of aanraken, en zo ja, hoe smaakt of voelt dat dan? Ga nu op zoek naar degene aan wie je jouw vragen wilt stellen en begin een gesprek. Verwerk dat weer in een verhaaltje en leg de twee verhaaltjes eens naast elkaar. Klopte de werkelijkheid een beetje met wat jij je zelf had voorgesteld bij deze foto? TIP: Veel mensen vinden het gemakkelijker om herin neringen op te halen, als ze foto’s zien van vroeger.
uit het NAWOORD: THE MAKING OF ... (...) Steeds meer wordt bovendien voor mij ‘Dit levensverhaal hoort in een boek thuis’ als een liefdesverklaring aan het leven zelf. ‘Het komt mooier dan ik had kunnen bedenken,’ is het motto van één auteur van mij. Hier sta ik dan en al bijna aan het einde van het proces schrijf ik mijn slotwoord. En ik kan het alleen maar beamen. Het komt mooier dan ik had kunnen bedenken. Ik hoop dat ik iets van dat wonder - van die schoonheid in de vele waardevolle ontmoetingen die hebben geleid tot dit boek - in tekst en beeld heb kunnen overbrengen. En stiekem hoop ik zelfs dat die schoonheid een uitermate besmettelijk spulletje mag zijn: zodat ook jij (als je dat niet al deed) steeds meer goeds mag ontlenen aan de ontmoetingen die jij hebt met mensen en steeds meer vreugde mag beleven aan de levenservaringen die jullie met elkaar delen. Ook als die verhalen niet in een boek belanden! Gewoon, omdat het ontzettend fijn is om je verbonden te kunnen voe len met anderen en te ervaren dat je elkaar kunt troosten, bemoedigen en inspireren. Wie deelt, vermenigvuldigt geluk. En dan zie ik het Zomaar ineens zie ik hoe bijzonder je bent En in wat je zegt en denkt en doet en nu dus hebt gedeeld met mij VERMENIGVULDIGD GELUK
REACTIES VAN PROEFLEZERS Eigenlijk is dit geen boek, maar een beleving. Dit boek raakt je. Haast spelenderwijs ontdek je de vele tips waarmee je van jouw levensverhaal een mooi boek kunt maken. (Jolanda Pikkaart, De Kleurrijke Schrijfcoach) Ik vind het bijzonder knap en boeiend hoe Daniëla Postma negen fases in het boekproces vanuit verschil lende invals hoeken weet neer te zetten. Het heeft me inspiratie gegeven en beves tigt me in mijn gevoel dat ik volop fun mag hebben in het design van ons eigen boek.’ (Jaldhara Groeneveld) ‘Zelfs als je alleen maar door het boek heen bladert, blijft het boeien. De manier waarop Daniëla Postma schrijft, maakt het eenvoudig om te lezen, ook als je weinig van het boekenvak afweet.’ (Charles Huygh) Goed dat er nu een boek is dat de ervaringen belicht van mensen die hun levensverhaal in een boek uitbrachten. Fantastische opmaak, inspirerend, prik kelende titels, waardevolle inhoud. (Brenda van Dijk, Duidelijk Verhaal) ‘Jouw levensverhaal hoort in een mooi boek thuis’ Daniëla Postma omvang: 288 p tma 8 p verschijnt in erschijnt in 20 n 2018
1 Online Touch