0

jaargang 29 | 2020 | www.processcontrol.nl Absorberen en koelen in één apparaat Chemelot: klimaatneutraal in 2050 Nieuwe drukopnemer: in bedrijf nemen met je smartphone

Al uw druk- en niveaumetingen on-demand in de KELLER KOLIBRI Cloud www.kolibricloud.com www.keller-holland.nl/iot-internet-of-things

Inhoud Absorberen en koelen in één apparaat verenigd 6 De chemische industrie staat door het Klimaatakkoord voor de opgave om in 2030 49 procent minder CO2 uit te stoten dan in 1990. Een aangepaste warmtewisselaar van de Finse apparatenbouwer Vahterus kan hierbij wel eens een grote rol gaan spelen. Toch is er nog terughoudendheid uit de branche om het apparaat toe te passen. “Chemiebedrijven zijn vooral geïnteresseerd in snelle verbeteringen in het productieproces met technologie die op de plank ligt”, stelt Yvonne van Delft, Innovatiemanager bij TNO. Chemelot klimaatneutraal in 2050 12 Bij Ruma Rubber, fabrikant van onder andere rubber walsen, werd onlangs de datalogging met een analoge schrijver vervangen door een moderne digitale datalogging met behulp van het JUMO PCC/PCA 3000 systeem. De data is nu veel makkelijker te benaderen en het proces is eenvoudiger (en op afstand) te monitoren. Bovendien heeft JUMO de nieuwe datalogging als een schil om de bestaande procesautomatisering gebouwd én kan het bestaande ERP-systeem gebruikt blijven worden. Intuïtieve tracking en tracing bij rubberapplicatie 36 Chemelot is goed voor 3% van de totale Nederlandse CO2 -uitstoot. In 2050 moet dit industriele cluster in Limburg, net als alle andere bedrijven en clusters, klimaatneutraal opereren. In een onlangs gehouden webinar leggen diverse experts en directeuren uit hoe ze dat precies zullen gaan doen. Energie besparen en eff ectiever onderhoud plegen bij compressoren Compressoren worden veelal gebruikt met de intentie om te allen tijde voldoende druk beschikbaar te hebben. Vaak kan er behoorlijk op het energieverbruik worden bespaard, maar de meeste bedrijven hebben onvoldoende inzicht in de relevante data. Met Aerzen’s AERProgress worden big data en AI gecombineerd om tot beter inzicht in het verbruik en het onderhoud te komen. Interessant detail: oudere machines kunnen met een retrofi t ook gebruik maken van de nieuwe applicatie. 30 En verder: Column Erik Stokman Column Marc Vermee Column Henk Krols Column Peter Withagen Endress+Hauser 60 jaar 10 Nieuws 18 Drukopnemer eenvoudig in bedrijf nemen 24 29 34 40 44 Nieuws 48 Column Martin van den Hout 54 Maintenance & Worksafe 2020 56 Bedrijvenwijzer en agenda 62 3

Wij begrijpen de uitdaging van het vinden van         BALANCEREN   U bereikt de juiste waterkwaliteit      Proline Promag W 0 x DN full bore - ‘s werelds eerste elektromagnetische     •          •                       (full bore) en dus geen drukverlies •                Meer informatie: www.nl.endress.com/5W4C

Colofon Redactioneel Lichtpuntjes vakblad over procesbesturing en -optimalisatie Process Control verschijnt 7x per jaar (zowel print als digitaal) Hoofd- en eindredactie Drs. Joeri van der Kloet joeri.vanderkloet@processcontrol.nl www.processcontrol.nl Medewerkers aan dit nummer Adriaan van Hooijdonk Henk Krols Martin van den Hout Peter Withagen Marc Vermee Erik Stokman Uitgever AcquiMedia Amstelwijckweg 15, 3316 BB Dordrecht Henk van der Brugge 0184-481041 henk@acquimedia.nl Bladmanagement en advertentieverkoop AcquiMedia Henno Ploeg, MSc 0184-481045 henno.ploeg@processcontrol.nl Vormgeving Jessica Dales, Dock35 Media B.V. Druk Damen Drukkers B.V. Abonnement € 79,- excl. BTW (ontvangst print en digitaal) Buitenland € 109,- excl. BTW Jaargang van 7 achtereenvolgende uitgaven Disclaimer AcquiMedia heeft deze uitgave op de meest zorgvuldige wijze samengesteld. AcquiMedia, (hoofd)redactie en auteurs kunnen echter op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledigheid van de gegevens. Uitgever, (hoofd)redactie en auteurs aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard dan ook, die het gevolg is van handelingen en/of beslissingen die gebaseerd zijn op informatie in deze uitgave. Copyright Het is niet toegestaan om zonder uitdrukkelijke toestemming van de uitgever foto’s of (gedeelten van) teksten uit deze uitgave over te nemen. Ook met toestemming van bronvermelding is verplicht. Nieuwe drukopnemer: in bedrijf nemen met je smartphone De titel Process Control is eigendom van Adept BV en wordt in licentie uitgegeven door AcquiMedia. ISSN 1387 - 5825 Het is niet zo moeilijk om een complete pagina te vullen met de nadelen die de coronacrisis heeft veroorzaakt. Maar er zijn ook echt positieve punten. Zo is gebleken dat de Nederlandse industrie onder vrij extreme omstandigheden toch kan functioneren. Niemand heeft honger hoeven lijden en niemand heeft een uur in de rij moeten staan voor een doosje paracetamol. Alle kritische infrastructuur is blijven functioneren en het kraanwater bleef ook gewoon stromen, zelfs met een (opnieuw) droge zomer. Sommige eff ecten zijn van blijvende aard: vonden we online vergaderen een half jaar geleden nog verschrikkelijk, nu vinden veel mensen de online meeting eff ectiever dan de ouderwetse ‘face to face’ meeting. En ook het thuiswerken blijkt prima te werken. Die twee gecombineerde factoren zorgen voor een vermindering van het aantal auto’s op de weg en dat leidt tot een signifi cante reductie van het aantal fi les. Dat laatste kan dan trouwens ook weer reden zijn voor mensen, die voorheen fi lemijdend reisden, om toch weer de auto in de spits te nemen. Ook het aantal vliegkilometers is sterk afgenomen. Goed nieuws voor het milieu, minder goed nieuws voor bedrijven die onderdelen leveren voor vliegtuigbouwers. Fabrikanten die machines of applicaties bouwen en daarvoor onderdelen uit Azië betrekken, zijn nu aan het onderzoeken of het wellicht verstandiger is om die onderdelen uit Oost-Europa in te kopen. Het kan best zijn dat er in dat deel van Europa een nieuwe industrie ontstaat, met kortere lijnen die tegen een stootje kunnen. Ook zijn er bedrijven die meer de ‘plug & play’ kant op gaan. Complete applicaties worden dan in huis gebouwd en getest, zodat ze ter plekke bij de klant veel sneller en met minder mensen in gebruik genomen kunnen worden. Ook positief is dat er dit jaar alweer beurzen kunnen plaatsvinden. Weliswaar met allerlei aanpassingen, maar toch had bijna niemand gedacht dat het dit jaar nog zou gaan gebeuren. De Nevi staat eindelijk weer boven de vijftig en meteen ook vrij royaal met 52,3. Het zal zeker nog wel even duren voordat de industrie weer op niveau draait, maar uiteindelijk komen we er wel weer. Tenslotte wil ik u oprecht bedanken voor het feit dat u bent blijven lezen en adverteren in Process Control. Ook dat zorgt voor behoud van werk en banen. Joeri van der Kloet Hoofdredacteur redactie@processcontrol.nl jaargang 29 | 2020 | www.processcontrol.nl Bij de cover Absorberen en koelen in één apparaat Chemelot: klimaatneutraal in 2050 De industrie bij nacht, maar ondanks dat het donker is, zijn er lichtpuntjes. Hoewel de industrie nog niet hersteld is van de klap, had de schade groter kunnen zijn. Bovendien ontstaan er ook nieuwe kansen. Dit is de tijd om te innoveren. In dit nummer presenteren diverse bedrijven hun producten en diensten die bijdragen aan die innovatie. 5

Chemie Absorberen en koelen in één apparaat verenigd Kostenbesparing en minder De chemische industrie staat door het Klimaatakkoord voor de opgave om in 2030 49 procent minder CO2 uit te stoten dan in 1990. Een aangepaste warmtewisselaar van de Finse apparatenbouwer Vahterus kan hierbij wel eens een grote rol gaan spelen. Toch is er nog terughoudendheid uit de branche om het apparaat toe te passen. “Chemiebedrijven zijn vooral geïnteresseerd in snelle verbeteringen in het productieproces met technologie die op de plank ligt”, stelt Yvonne van Delft, Innovatiemanager bij TNO. Adriaan van Hooijdonk D estillatie en absorptie zijn de twee meest toegepaste scheidingstechnologieën in de chemische industrie. Samen zijn ze goed voor meer dan 50 procent van het energieverbruik in de sector. Daarom werkt TNO in het project E-Champ met verschillende partijen aan de ontwikkeling en opschaling van technieken om de scheidings- en absorptietechnologieën efficiënter en energiezuiniger te maken (zie kader). Het belangrijkste resultaat tot nu toe is de aanpassing van een plate-&-shell warmtewisselaar van de Finse apparatenbouwer Vahterus. Het apparaat was al op de markt, maar is nu zo aangepast dat het gebruikt kan worden voor destillatie door te zorgen voor zowel een goede warmte- als een goede stofoverdracht. Dat is bijzonder want normaal brengen chemiebedrijven de warmte aan de onderkant van de destillatiekolom in die er vervolgens aan de bovenkant bij lagere temperatuur weer uitgaat. Hierbij gaat onnodig veel energie verloren en neemt de CO2 -uitstoot toe. In de aangepaste warmtewisselaar vinden stof- en warmteoverdracht gelijktijdig plaats, waardoor een destillatiekolom compacter kan worden uitgevoerd en minder warmte verliest, de zogenaamde warmtegeïntegreerde destillatie kolom. Terughoudendheid voor toepassing De innovatieve warmtewisselaar is ook geschikt voor absorptieprocessen, bijvoorbeeld om CO2 uit gas te halen wat vrijkomt bij verbranding. En dat komt goed uit, want het afvangen en opslaan van CO2 Over vijf tot tien jaar is het apparaat naar verwachting op industriële schaal beschikbaar… 6 | nummer 5 | 2020 staat “Opstelling van de proefinstallatie bij Suster”

milieubelasting momenteel volop in de belangstelling. Zo toont een studie van Royal HaskoningDHV en PDC uit juli 2020 aan dat de Nederlandse industrie met de toepassing van onder meer warmte-integratie technieken, de komende vijf jaar tenminste drie Mton CO2 -uitstoot kan besparen. Toch is er vooralsnog terughoudendheid in de chemische industrie om te investeren in de verdere ontwikkeling van de innovatieve warmtewisselaar. “De toepassing van de innovatieve warmtewisselaar die het consortium heeft ontwikkeld voor gekoelde absorptie is nieuw”, zegt Van Delft “Over vijf tot tien jaar is het apparaat naar verwachting op industriële schaal beschikbaar. We zitten nu op TRL-niveau vijf en het was de bedoeling om binnen het project naar TRL-niveau zes te gaan.” De Technology Readiness Levels (TRL) geven de mate van ontwikkeling van een technologie aan, waarbij TRL 1 staat voor technologie aan het begin van de ontwikkeling en TRL 9 voor technologie die technisch en commercieel gereed is. Besparing niet voldoende Dow Benelux nam om meerdere redenen deel aan het E-Champ project. Zo produceert Dow Benelux niet alleen amine oplosmiddelen, maar heeft het ook processen waarbij het CO2 moet afvangen. Daarnaast was het bedrijf geïnteresseerd in de rol die de innovatieve warmtewisselaar kan spelen om de destillatieprocessen efficiënter en energiezuiniger te laten verlopen. “Hiervoor namen wij Dow’s kraakprocessen voor het produceren van onder andere ethyleen onder de loep”, zegt Van Delft. “Na het kraakproces vinden in destillatiekolommen scheidingsprocessen plaats die veel energie vragen.” Eerder onderzoek toonde aan dat Dow Benelux voor dit specifieke deel van het proces ruim 50 procent energie kan besparen. Maar over de hele plant gezien bleek de besparing niet voldoende om met het E-Champ project verder te gaan. De geïntegreerde koeling levert een bedrijf een forse kostenbesparing op... “Chemiebedrijven zijn vooral geïnteresseerd in snelle verbeteringen in het productieproces met technologie die op de plank ligt”, stelt Yvonne van Delft, Innovatiemanager bij TNO. Dilemma chemiebedrijven Chemiebedrijven staan volgens haar voor een dilemma. Gaan we onze huidige productieprocessen optimaliseren met technologie die nu beschikbaar is? Of wachten we op nieuwe doorbraken, zoals de beoogde elektrificatie van de branche en de grootschalige toepassing van waterstof? “Uit gesprekken met de bedrijven maak ik op dat ze vooral interesse hebben in snelle verbeteringen in het productieproces met technologie die ‘op de plank ligt’. De innovatieve warmtewisselaar is naar verwachting pas over vijf tot tien jaar op het juiste TRL-niveau voor industriële toepassing. Dat is, zeker voor de grote chemiebedrijven, ver weg. De investeringen nemen ze immers om de vijf, tot zes jaar wanneer ze groot onderhoud plegen. Zeker in deze economisch onzekere tijden denken ze wel twee keer na over grote ingrepen in het productieproces.” De beoogde inzet van grootschalige elektrificatie en waterstof door chemiebedrijven om in 2050 tot CO2 -neutraliteit te komen kan volgens Van Delft een belangrijke driver voor de toepassing van de warmtewisselaar voor warmte geïntegreerde destillatie worden. Zo maakten Dow en Shell in juni 2020 bekend de handen ineen te slaan om de elektrificatie van ethyleenstoomkrakers te versnellen. De huidige krakers maken gebruik van fossiele brandstoffen bij de verwarming van de fornuizen en stoten daarmee CO2 uit. Elektrificatie van de krakers kan een aanzienlijke bijdrage leveren aan de beoogde CO2 - reductie van de chemische industrie. “Deze ontwikkeling biedt de mogelijkheid om ook de scheidingsprocessen na de kraker onder de loep te nemen”, verwacht Van Delft. “Daar zijn we momenteel mee bezig.” 7

Kansen door Klimaatakkoord Hoewel Nederland met de ontwikkeling van de innovatieve warmtewisselaar, die zowel voor absorptie- als destillatieprocessen inzetbaar is, internationaal tot de voorhoede behoort, laat de grootschalige industriële toepassing naar verwachting nog wel even op zich wachten. Tegelijkertijd bieden de afspraken uit het Klimaatakkoord kansen om het apparaat eerder toe te passen. De chemische industrie staat immers voor de opgave om in 2030 49 procent minder CO2 uit te stoten dan in 1990. Daarom roept Van Delft de chemiebedrijven op om serieus naar de voordelen van de inzet van de warmtewisselaar te kijken. “Ik roep hierbij de chemische industrie op om deze technologie in hun investeringsplannen mee te nemen. Eerder berekenden we dat de toepassing van dergelijke gestructureerde systemen voor destillatie en absorptie in 2030 kan leiden tot een CO2 -emissiereductie van 160 kt/jaar en 2,3 PJ/jaar aan energiebesparing.” “Over vijf tot tien jaar is het apparaat naar verwachting op industriële schaal beschikbaar” Welke partijen werken samen in het project E-Champ? Het resultaat van de proeven is niet alleen van belang voor chemiebedrijven, stelt Heesink. Ook de farmaceutische of voedingsmiddelenindustrie kan er haar voordeel mee doen. Het project E-Champ is in 2013 bij ECN gestart en is een samenwerking tussen industriële eindgebruikers (Huntsman, Dow), technologieleveranciers (TechnipFMC, Wijbenga) en een apparatenbouwer (Vahterus uit Finland). Later is het project bij TNO ondergebracht. De afgelopen jaren zijn twee concepten onderzocht en getest: een concept op basis van gestructureerde pakkingen en één gebaseerd op een plate-& -shell warmtewisselaar. De resultaten uit de testen zijn gebruikt voor het modelleren en opstellen van ontwerpregels (TechnipFMC). Uiteindelijk kozen de partijen voor de verdere ontwikkeling van de plate- &-shell warmtewisselaar. Het apparaat is immers al in productie en er waren slechts aanpassingen nodig om het toe te passen. Voor de verificatie van de technische haalbaarheid zijn testen in de pilot installatie bij Suster BV uitgevoerd. Heesink: ”Zo hebben we laten zien dat het mogelijk is om de absorptiewarmte direct na vrijkomen af te vangen en de CO2 absorptiecapaciteit van de unit te vergroten.” - 8 | nummer 5 | 2020

fotografie: Miquel van Studio Encode, Arnhem SUSTER test CO2-absorptietechnologiën op pilotschaal “Na succesvolle proeven in het lab bij TNO werden wij in 2019 ingeschakeld om de technologie op grotere schaal onder reële condities te testen. In januari 2020 voerden we de laatste proeven uit”, vertelt directeur Bert Heesink van SUSTER in Enschede. “We voegden eerst CO2 aan een luchtstroom toe. Vervolgens brachten we het gas in de warmtewisselaar annex reactor in contact met een waterige monoethanolamine (MEA) oplossing, een veelgebruikt oplosmiddel voor CO2 in kostenbesparing en minder milieubelasting.” Tijdens de testen bleek de rigiditeit van de plate-&- shell warmtewisselaar nog wel een aandachtspunt. Aan de ene kant van het apparaat bevindt zich het koelmiddel, en aan de andere kant de MEA-oplossing met CO2 . De druk moet hetzelfde zijn om te voorkomen dat de platen gaan bewegen en ervoor te zorgen de beschikbare ruimte in de reactor/warmtewisselaar te klein wordt. “Hier hebben we veel werk aan gehad. Uiteindelijk hebben we toch een aantal proeven kunnen uitvoeren. Hierin toonden we duidelijk aan dat we door intrinsiek te koelen de modelreactie konden sturen.” De installatie waarin de plate-&-shell warmtewisselaar is getest kan 400 liter per uur oplosmiddel en 65 m3 per uur CO2 houdend gas verwerken. Het geteste apparaat is ongeveer twee meter hoog, tachtig centimeter breed en twintig centimeter diep. Het gaat om een modulair systeem dat bedrijven kunnen opschalen door meer platen tussen de wanden te klemmen waarbij de diepte van het apparaat toeneemt. Het resultaat van de proeven is niet alleen van belang voor chemiebedrijven, stelt Heesink. Ook de farmaceutische of voedingsmiddelenindustrie kan er haar voordeel mee doen. “Bedrijven uit deze sectoren die bijvoorbeeld met enzymen werken, willen de temperatuur in hun productieproces goed kunnen beheersen. Het betekent dat ze vrijkomende reactiewarmte meteen willen afvoeren om de kwaliteit van hun producten positief te beïnvloeden.” Het voordeel van het nieuwe en compacte apparaat is dat het twee functies combineert: koelen (of verwarmen) en een chemische reactie. Hoe verklaart Heesink de terughoudendheid van bedrijven, zoals Huntsman en Dow, om de veelbelovende technologie ook daadwerkelijk toe te passen? De hoge kosten voor de bouw van een apparaat op industriële schaal spelen volgens hem zeker een rol. Daarnaast kiezen bedrijven eerder voor bewezen technieken in plaats van een nieuwe techniek te proberen. “Het hogere management vindt het afbreukrisico vaak te hoog. Met conventionele technologie kunnen ze immers ook CO2 absorberen. Het kost dan weliswaar meer staal, maar de bedrijven weten dan ook zeker dat het werkt.” -absorptie. Zo hebben we laten zien dat het mogelijk is om de absorptiewarmte direct na vrijkomen af te vangen en de CO2 -absorptiecapaciteit van de unit te vergroten. En dat resulteert Bert Heesink van Suster Elektrificatie van de krakers kan een aanzienlijke bijdrage leveren aan de beoogde CO2 van de chemische industrie... -reductie Heesink: “De druk moet hetzelfde zijn om te voorkomen dat de platen gaan bewegen en ervoor te zorgen de beschikbare ruimte in de reactor/warmtewisselaar te klein wordt.” 9

Column Anno 2020 is echter 4-20 mA HART nog steeds verreweg het meest gebruikte communicatiesignaal... Zorgt 5G voor een revolutie in de procesindustrie? S taatssecretaris Mona Keijzer (Economische Zaken) maakte op 21 juli bekend dat voor een bedrag van 1,23 miljard euro KPN, T-Mobile en VodafoneZiggo toegang krijgen tot het 5Gnetwerk in Nederland. De investering is hoger dan gedacht, de belangen zijn groot, evenals de invloed op de maatschappij. De vraag is of 5G zal zorgen voor een revolutie in de procesindustrie. Erik Stokman Sales Director KROHNE Nederland B.V. 10 | nummer 5 | 2020 Ruim 25 jaar geleden deden de eerste PROFIBUS en FOUNDATION Fieldbus systemen hun intrede in de Nederlandse procesindustrie. De voordelen van de veldbussystemen waren: snelle data overdracht, extra informatie waaronder diagnostische gegevens, minder bekabeling en kostenbesparing bij engineering. In die periode werd voorspeld dat analoge technologie (4-20mA signaal) en HART-communicatie binnen afzienbare tijd vervangen zouden zijn. Anno 2020 is echter 4-20 mA HART nog steeds verreweg het meest gebruikte communicatiesignaal dat wordt toegepast in de procesindustrie. Waarbij HART (inmiddels de 7e generatie) het protocol is, waarmee gecommuniceerd kan worden met slimme veldinstrumentatie in de procestechniek. Hieruit kun je opmaken dat de procesindustrie nogal behoudend is. De mobiele bereikbaarheid laat een andere trend zien. Zelf startte ik 25 jaar geleden als sales engineer bij KROHNE, voorzien van een pieper waarmee ik onderweg bereikbaar was. Deze pieper werd al snel ingeruild voor een greenhopper waarmee je naar een greenpoint moest om te bellen. Mijn eerste mobiele telefoon liet niet lang op zich wachten, en werkte via een mobiel 2Gnetwerk. Rond 2003 werd via een 3G-netwerk internet op de telefoon beschikbaar, en het in 2010 geïntroduceerde 4Gnetwerk maakt al snelheden tot 100Mbit/s mogelijk. Bij alle veranderingen werd mijn bereikbaarheid beter en is het normaal dat de hardware elke 3 tot 4 jaar wordt vervangen. De introductie van het 5G-netwerk zal resulteren in verbeterde bereikbaarheid en dataverkeer, en wordt waarschijnlijk snel de nieuwe standaard. De vraag is daarom niet of 5G voor een revolutie in de procesindustrie kan zorgen, maar hoe en wanneer dit door de industrie geaccepteerd wordt. De doelstelling is dat 5G een snelheid van 10 gigabit per seconde kan halen, echter in praktijk zal het netwerk 20 tot 100x zo snel zijn als het 4G-netwerk. Deze hoge snelheid geeft fabrieken de ondersteuning die ze nodig hebben om gebruik te maken van bijvoorbeeld Internet of Things (IoT) en artificial intelligence (kunstmatige intelligentie). Denk daarbij aan snellere verbindingen via sensoren, realtime probleemoplossing en proactief onderhoud, waardoor ongeplande downtime wordt verminderd. De noodzakelijke Coronamaatregelen versnellen mogelijk de integratie van 5G in de procesindustrie; door reisbeperkingen is onderhoud ter plaatse soms moeilijk uitvoerbaar. Digitale communicatie via de Cloud, waarbij de data over proces en sensor volledig en actueel via 5G aanwezig is, biedt grote mogelijkheden. 5G kan zeker voor een revolutie in de procesindustrie zorgen.

Helderheid in troebelheid Compacte inline troebelheidssensoren KTS/KTM De KTS en KTM van Klay Instruments zijn troebelheidssensoren voor vloeistoff en gebaseerd op het absorptie meetprincipe met een 180° sensor volgens het NIR principe, golfl engte 880 nm (ISO7027). Deze sanitaire geheel RVS troebelheid sensoren zijn uitermate geschikt voor troebelheidsmeting in de voedingsmiddelen- en (afval)water industrie. De sensoren zijn eenvoudig instelbaar met druktoetsen en display of via PC met software. Bereiken tot 13000 FTU/3250 EBC. Uitgang 4-20mA en PNP. Met deze sensoren kan een CIP cyclus worden verkort en wordt er minder CIP vloeistof verbruikt. In andere processen kan door een troebelheidsmeting het productverlies worden verkleind. Toepassingen • Fasescheiding CIP • CIP retourwater • Melk detectie • Filterbewaking (bier) • Waterkwaliteit Type KTS Standaard sensor voor metingen van 0 - 100 %. Leverbaar in 3 verschillende Optische Meet Lengtes (OML) elk met een eigen meetgebied. Type KTM Nauwkeurige transmitter met een zeer groot meetgebied voor het continu meten en monitoren van de troebelheid. De KTM heeft een optische meet lengte van 5 mm en een groot instelbaar meetbereik van 13000 FTU / 3250 EBC Verlengde uitvoering met wisselarmatuur De KTS en KTM zijn beiden leverbaar in een verlengde uitvoering (KTS-EL / KTM-EL). Indien gemonteerd in het optionele wisselarmatuur SAW-830 kan de sensor automatisch worden gereinigd. Het SAW armatuur is leverbaar als handmatige- en als luchtbediende armatuur, inclusief een spoelinrichting.Deze oplossing is zeer geschikt voor processen waar weinig of geen reiniging in het proces plaatsvind. Meer informatie: www.klay.nl

Chemie Van zes naar nul megaton CO2 Chemelot klimaatneutraal in D Chemelot is goed voor 3% van de totale Nederlandse CO2 -uitstoot. In 2050 moet dit industriële cluster in Limburg, net als alle andere bedrijven en clusters, klimaatneutraal opereren. In een onlangs gehouden webinar leggen diverse experts en directeuren uit hoe ze dat precies zullen gaan doen. Redactie Process Control oor de coronacrisis zijn webinars ineens zeer populair geworden. En eerlijk is eerlijk, het scheelt een hele hoop reistijd, benzine en ergernis. Hoewel een webinar geen vervanging is voor het netwerkgedeelte dat meestal verbonden is aan seminars, is het voor mensen die niet zo zitten te wachten op die gesprekken op de beursvloer, een uitkomst. Voorwaarde voor een goed webinar is dat het inhoudelijk sterk is, maar ook dat de techniek klopt. En dat hebben ze bij Chemelot goed voor elkaar. Schapen Chemelot Directeur Loek Radix trapt af, maar voordat hij uitlegt hoe Chemelot in 2050 klimaatneutraal zal zijn, benadrukt hij graag nog even het belang van de basischemie in Nederland. Volgens Radix is een van de sterkste punten van de basischemie dat er dankzij moderne technieken enorme productiviteitsstijgingen kunnen worden geboekt. “Op het terrein van Chemelot staat een middelgrote fabriek van Encore die grondstoffen voor acrylvezels, een uitstekende wolvervanger, fabriceert. Deze fabriek alleen al kan de wol van 50 miljoen schapen vervangen.” Volgens Radix is het ontstaan van de industrie en met name de basischemie, verantwoordelijk voor de enorme toename in welvaart en welzijn van de afgelopen twee eeuwen. “De service-economie kon alleen ontstaan doordat industriële processen ons vrijmaakte van het verbouwen van voedsel.” Van zes naar nul Maar de industrie en in dit geval de basischemie kent ook nadelen. Bij de productie van grondstoffen en producten komt er namelijk onder andere CO2 vrij. Frank Schaap, director business development bij Chemelot: “De echte chemische processen zullen binnen de hekken van Chemelot moeten plaatsvinden .” De industrie is verantwoordelijk van zo’n 25% van de CO2 -uitstoot in Nederland. Chemelot heeft een jaarlijkse uitstoot van 6 megaton en dat is 3% van de Nederlandse uitstoot. In 2050 moet die 6 megaton zijn teruggebracht naar 0. “De essentie van onze strategie is ook niet bijzonder complex”, licht Radix toe. “We willen doorgaan met het produceren van de stoffen die we nu maken, maar zonder de negatieve bij-effecten.” Aardgas en nafta Chemelot heeft eigenlijk maar twee echte problemen: er worden fossiele brandstoffen en fossiele grondstoffen ingezet. “Je zou je bijna afvragen waarom we dertig jaar nodig hebben om dat op te lossen,” lacht Rene Slaghek, technoloog en manager Chemelot Sustainability Team: “Ook de vermindering van de lachgasemissie zal een behoorlijk effect hebben…” 12 | nummer 5 | 2020 We willen doorgaan met het produceren van de stoffen die we nu maken, maar zonder de negatieve bij-effecten…

2050 Loek Radix, executive director Chemelot: “Je zou je bijna afvragen waarom we dertig jaar nodig hebben om dat op te lossen…” Radix, “maar het is toch wat complexer dan je denkt.” Aardgas en Nafta, de belangrijkste fossiele brand- en grondstoffen die nu worden ingezet, moeten dus verdwijnen. De processen op Chemelot dienen daartoe te worden geëlektrificeerd. Maar ook het watergebruik en de uitstoot van stikstof zullen worden aangepakt. Geïntegreerd Chemelot is volgens Radix uitstekend geschikt om te vergroenen: de site is economisch gezond, heeft een goede logistiek, kan snel opschalen, heeft een historie van innovatie, maar is ook vooral sterk geïntegreerd. “Als je er in slaagt om aan de voorkant de grondstoffen te vergroenen, werkt dat door de hele site heen. Alle vervolgfabrieken verwerken daarna namelijk ook die vergroende producten. Hetzelfde geldt voor energie-efficiency. Energiestromen kunnen onderling uitgewisseld worden en zorgen daarmee voor optimale benutting.” Ketens Om tot een succesvolle transitie te komen, is het volgens Radix niet nodig dat de complete site plat gaat. “Echte innovatie kenmerkt zich juist door het kunnen aanpassen van bestaande machines en fabrieken aan de nieuwe eisen. Op die manier koester je ook de huidige fabrieken op het terrein.” Hernieuwbare grondstoffen zullen binnenkort een groot onderdeel van de Chemelot feedstock worden. Diverse ‘satelliet-sites’ zullen de rol van verzamel-en-verwerk-punt vervullen. Het werken met die hernieuwbare grondstoffen kan vervolgens weer nieuwe kansen opleveren, waarmee de circulariteit verbreed wordt. Productieketens zullen moeten worden verlengd. “Waar we nu nog aardgas en nafta middels pijpleidingen krijgen aangeleverd, gaan we die straks zelf produceren. Die ketens zullen we ook zelf weer sluiten door reststromen te hergebruiken.” Circular hub Concreet wordt er nu al gewerkt aan de acquisitie van hernieuwbare grondstoffen. Daarna komt de logistieke planning in beeld, die volgens Radix behoorlijk complex zal worden. “Je kunt je voorstellen dat als je plants volledig op gebruikt plastic en biomassa wilt laten opereren, je enorme hoeveelheden nodig hebt.” In de tussentijd wordt er veel onderzoek gedaan én wordt de ‘circular hub’, een samenwerking tussen Chemelot, overheden en andere partijen op poten gezet (zie ook ‘Chemelot circular Hub op de nieuwspagina’s). Draagvlak Om tot een succesvolle transitie te komen heeft Chemelot een gelijk speelveld nodig: als in Nederland andere tarieven en belastingen gelden dan voor vergelijkbare sites in andere landen, staat Chemelot al 1-0 achter. Daarnaast is een goede regie op de infrastructuur (nieuwe pijpleidingen, aanlevering van groene stroom, etc) nodig. Ook onderzoek en ontwikkeling zal blijvend moeten worden gestimuleerd, net als de beschikbaarheid van goed opgeleid technisch personeel. Tenslotte is er ook maatschappelijk en politiek draagvlak nodig. Van afval naar waterstof Frank Schaap, director business development bij Chemelot, houdt zich onder andere bezig met de vergroening van de grondstoffen voor het industriecluster. “We zijn concreet in gesprek met een bedrijf dat van afval waterstof kan maken. En we krijgen hier binnenkort PlasticEnergy, een bedrijf dat olie maakt van plastic wat bij Sabic vervolgens in de naftakraker kan worden gestopt.” Zeventig bedrijven Interesse in Chemelot is er meer dan genoeg. In twee jaar tijd meldden zich zeventig bedrijven die oplossingen hadden die Gert-Jan de Geus, OCI Nitrogen : “Bij OCI werken we op dit moment aan een mestvergistingsfabriek, wat nog een behoorlijk lastig project is.” 13 Frank Kuijpers, Sabic: “De echte grote bijdragen zitten hem echter in chemische recycling en het vergroenen van nafta.” Je kunt je voorstellen dat als je plants volledig op gebruikt plastic en biomassa wilt laten opereren, je enorme hoeveelheden nodig hebt... binnen de nieuwe strategie passen. “We hebben onvoldoende fysieke ruimte om al die bedrijven hier aan de slag te laten gaan, dus we kiezen de beste oplossingen er uit”, vertelt Schaap. “De echte chemische processen zullen binnen de hekken van Chemelot moeten plaatsvinden. Het voorbewerken van biomassa zullen we op een van de satelliet-sites gaan onderbrengen.”

We kunnen CO2 afvangen uit de ammoniakfabrieken en die vervolgens onder de zeebodem opslaan. Ook de vermindering van de lachgasemissie zal een behoorlijk effect hebben… Lachgas Rene Slaghek is manager van het ‘Chemelot Sustainability Team’, getiteld ‘Brightside’. De grootste CO2 -reductie zal volgens hem de komende decennia zitten in CCS/CCU en de reductie van lachgasuitstoot. “We kunnen CO2 afvangen uit de ammoniakfabrieken en die vervolgens onder de zeebodem opslaan. Ook de vermindering van de lachgasemissie zal een behoorlijk effect hebben. Daarnaast werken we aan diverse energiebesparingsprojecten.” Over de uitstoot van lachgas was vorig jaar heel wat te doen. Het op Chemelot gevestigde Anquore bleek namelijk meer lachgas uit te stoten dan altijd werd gedacht. Over de uitstoot van lachgas wordt, ondanks dat het 265 keer ‘klimaatreactiever’ is dan CO2 er, in tegenstelling tot CO2 marked. Op Chemelot wordt inmiddels serieus gekeken naar mogelijkheden om die uitstoot te beperken. Liever in het bos Een van de manieren om grondstoffen te vergroenen is de fossiele grondstoffen te vervangen door biomassa. Maar over dat laatste wordt er steeds vaker gediscussieerd: als je bomen uit Zuid-Amerika naar Nederland haalt, om ze vervolgens in een oven te gooien, is het netto rendement voor de planeet tamelijk discutabel. Slaghek ziet die bomen dan ook liever in het bos staan waar ze thuishoren. “Wij kijken liever naar lokalere biomassa, bijvoorbeeld uit de landbouw en de bosbouw.” Bovendien wordt de biomassa niet zomaar ‘in een oven gegooid’. Slaghek: “Met biomassa kunnen we nafta vervangen in processen waarin polypropyleen en polyethyleen worden gemaakt. Maar je kunt biomassa ook vergassen en het omzetten in waterstof. Dat vormt vervolgens weer de basis van ammoniak en andere producten.” Heilige graal Over waterstof wordt veel gesproken en dan vooral over de groene variant. Volgens Radix is waterstof echter niet de heilige graal als het om verduurzaming gaat. “Kijk, 14 | nummer 5 | 2020 waterstof an sich is natuurlijk zeer praktisch: voor ons is het zowel een grondstof als een energiedrager. Nu produceren we nog waterstof uit aardgas en daarbij komt zeer veel CO2 vrij. Die CO2 gaan we echter , nauwelijks gesproken. Ook wordt , niet op gebenchopslaan onder de zee. Waar je rekening mee moet houden is dat groene waterstof weliswaar zeer groen is, maar nog lang niet betaalbaar. En dat laatste is toch wel echt essentieel. Op Chemelot zetten we daarom vooralsnog in op elektrificatie. We gebruiken daarmee dezelfde groene stroom die wordt opgewekt op de Noordzee, maar nemen rechtstreeks de elektriciteit af, zonder het eerst om te zetten in waterstof. Om die reden benadruk ik ook de rol van de overheid in de infrastructuur: het net moet wel geschikt zijn om al die stroom naar ons toe te krijgen.” Slaghek is positief over de te verwachten CO2 -reductie: “We moeten in 2030 onze CO2-uitstoot hebben gehalveerd en ik denk dat we dat gaan redden.” Besparing Marc Houtermans is directeur van recyclingbedrijf QCP, dat sinds 2014 als startup op Chemelot is gevestigd. “Voor ons was en is Chemelot interessant vanwege die onderlinge samenwerking. Wij kunnen als startende onderneming bijvoorbeeld geen peperduur laboratorium neerzetten, net als andere bedrijven. Door ons hier te vestigen kunnen we gebruik maken van het uitstekende lab op de Brightlands Campus.“ QCP is een fraai voorbeeld als het gaat om de vergroening van grondstoffen. Het bedrijf haalt z’n feedstock uit (consumenten) plastic dat vanuit heel Nederland en delen van Duitsland wordt aangeleverd. Met die gerecyclede feedstock wordt de CO2uitstoot met zo’n zestig tot zeventig procent bespaard, vergeleken met een productieproces waarbij geen gebruikte feedstock wordt ingezet. Een aanzienlijke besparing dus. Mechanische recycling, het procédé dat QCP toepast, is zo efficiënt omdat het de reeds bestaande eigenschappen van de feedstock benut in het nieuw te maken product. Chemelot is in 2050 klimaat neutraal en daar wordt op verschillende manieren aan gewerkt. Virgin polymeer Bij Sabic, eveneens gevestigd op Chemelot, is Frank Kuijpers verantwoordelijk voor sustainability. Van al het gebruikte plastic in Nederland, haalt nog geen tien procent de recyclingbedrijven, weet hij. “Een groot deel van die negentig procent belandt in de oven, in landfills, of in het ergste geval op straat.” Kuijpers onderschrijft het belang van mechanische recycling, maar weet ook wat de keerzijde van het proces is: “Voor toepassingen in de food en in de medische sector kom je met mechanische recycling niet altijd voldoende dichtbij het zogenaamde ‘virgin polymeer’ en moet je anders gaan werken. Dan komt chemische recycling om de hoek kijken. Dat is wat wij onder andere bij Sabic doen.” Daarom zetten wij nu nog vooral in op CCS. Dat is overigens een tijdelijke oplossing, waarmee we vooral tijd kopen om tot een permanente oplossing te komen…

Tijd kopen Waar zijn de verschillende bedrijven op dit moment concreet mee bezig? De Geus: “Bij OCI werken we op dit moment aan een mestvergistingsfabriek, wat nog een behoorlijk lastig project is. Daarnaast werken we aan een oplossing waarbij we middels vergassing waterstof kunnen produceren. Feit is dat de kans dat er in 2030 voldoende groene waterstof is om onze fabrieken te kunnen laten draaien, bijna nul is. Daarom zetten wij nu nog vooral in op CCS. Dat is overigens een tijdelijke oplossing, waarmee we vooral tijd kopen om tot een permanente oplossing te komen.” Als wij rode cijfers schrijven bij Sabic, vertrekken we... Impact Een andere grote partij, eveneens gevestigd op het Chemelot terrein is OCI Nitrogen, een bekende leverancier van kunstmest. GertJan de Geus werkt voor OCI Nitrogen. “Een van de relevante zaken in de verduurzaming van Chemelot is dat ik inmiddels uit ervaring weet dat klanten niet bereid zijn meer te betalen voor een groener product. Maar dat betekent niet dat wij niet verduurzamen, integendeel. Als we een paar generaties verder zijn, zal niemand bereid zijn een product te kopen dat een negatieve impact heeft op het milieu. Wij moeten en willen dus nu al de noodzakelijke stappen zetten die tot die verduurzaming leidt.” CO2 -heffing Alle verduurzamingsplannen ten spijt, geen van de heren is bijzonder enthousiast over de geplande CO2 -heffing. Die heffing gaat geld kosten, terwijl concurrenten in andere landen daar geen last van hebben. Kuijpers is vrij duidelijk: “Het is heel simpel eigenlijk: als wij rode cijfers schrijven bij Sabic, vertrekken we.” Ook De Geus is geen voorstander van de CO2 Nederland een aantrekkelijk vestigingsklimaat houdt, maar met de CO2 -heffing.” Nafta vergroenen Kuijpers benadrukt dat de normale energieoptimalisatie bij Sabic, goed voor enkele procenten per jaar, gewoon doorgaat. “Daarnaast zou de elektrificatie van enkele stuks equipment voor zo’n 20 tot 30 procent CO2 -reductie moeten zorgen in 2030. De echte grote bijdragen zitten hem echter in chemische recycling en het vergroenen van nafta. Als we willen, kunnen wij voor 2030 in totaal de helft van onze CO2-uitstoot reduceren, maar dan moeten we wel op een andere manier naar de scope discussie (zie kader) gaan kijken.” Bij QCP hoopt Houtermans vooral op schaalvergroting. Niet alleen door de productie op Chemelot verder op te schalen, maar ook door diverse nieuwe Europese vestigingen van QCP te realiseren. “Recycling moet je zoveel mogelijk lokaal proberen te regelen. Daarmee voorkom je niet alleen transport, maar zorg je ook voor lokale werkgelegenheid.” Meer info: https://www.chemelot.nl/nieuws/ chemelot-klimaatneutraal-in-2050 In het bovenstaande artikel is ook de link naar het webinar te vinden. Webinars schieten als paddestoelen uit de grond: zolang de inhoud en techniek goed zijn geregeld, levert dat heel wat (terug te vinden) kennis op. De CO2 -scope Volgens Frank Kuijpers van Sabic worden industriële bedrijven ten onrechte alleen op hun directe CO2 of scope 3 reductie zorgen. Hoe zat het ook alweer met de verschillende scopes? Scope 1 uitstoot is de uitstoot ‘uit de eigen schoorsteen’. Dat zijn niet alleen de fysieke schoorstenen van het bedrijf zelf, maar ook de CO2 -uitstoot die samenhangt met het gebouw, de logistieke kant, het kantoor en andere productiegerelateerde zaken. Scope 2 uitstoot betreft de uitstoot die samenhangt met de inkoop van elektriciteit en warmte. Met andere woorden: de ingekochte energie. -heffing. “Je wilt dat -heffing bereik je het tegenovergestelde. De Europese Green Deal is wat dat betreft veel beter dan de CO2 Scope 3 uitstoot heeft betrekking op de uitstoot die wordt veroorzaakt door allerlei zaken waar het bedrijf zelf geen invloed op heeft. Het gaat daarbij over vrijgekomen CO2 door winning van grondstoffen, de logistieke aspecten buitenom het bedrijf zelf, zakelijk vliegverkeer, enzovoorts. -uitstoot afgerekend, terwijl er ook bedrijven zijn die voor een scope 2, 15

Schroeftransporteurs met onze                                               +31 (0)416 37 52 25      info@van-beek.nl 

productnieuws Van Beek verkort levertijd van schroeftransporteurs voor ATEX categorie 1 Van Beek uit Drunen verkort de levertijd van schroeftransporteurs voor een ATEX categorie 1. Ze hebben namelijk een ATEX typegoedkeur van notified body TÜV-Rheinland gekregen voor een groot deel van de machines die ze voor ATEX categorie 1 verkopen, ontwerpen en produceren. Machines die worden ingezet in explosiegevoelige omgevingen moeten een ATEXkeurmerk hebben. Voorheen moest iedere individuele schroeftransporteur door een keurmeester van TÜV gecontroleerd worden voordat deze een ATEX-keurmerk kreeg. Typegoedkeur “Dat is een tijdrovend proces”, zegt Eric de Jong, Manager Operations bij Van Beek. Om de doorlooptijd korter te maken zijn we daarom het traject van een typegoedkeur in gegaan. “Daarmee regel je dat er geen keurmeester meer langs hoeft te komen voor de machines die je volgens de specificaties van de typegoedkeur bouwt.” History based ervaring Deze typegoedkeur wordt niet zomaar verstrekt, vertelt De Jong. “TÜV komt hier al jaren. De keurmeesters hebben honderden van onze machines voor de diverse ATEX-categorieën beoordeeld en daarmee hebben we wat ze noemen history based ervaring: we hebben al die tijd bewezen dat we aan de eisen voldoen. De keurmeesters hebben gezien dat onze documentatie op orde is en ze kennen het vakmanschap van onze productiemedewerkers.” Kwaliteitsnormering Een tweede punt dat we moesten aantonen is dat de machines altijd op dezelfde manier worden gemaakt en daarmee aan bepaalde kwaliteitseisen voldoen. “Dat is in het kort wat je beschrijft in de kwaliteitsnorm ISO 9001:2015, waar Van Beek reeds enkele jaren aan voldoet.” 17 Testmachine voor TÜV Begin vorig jaar hebben we een testmachine gemaakt waar TÜV zich op mocht uitleven, zegt De Jong. “Deze testmachine was uitgerust met alle mogelijke uitbreidingen die we binnen de typegoedkeur wilden laten vallen.” Tot het uiterste getest We hebben de transporteur bijvoorbeeld voorzien van verschillende aandrijvingen en diverse typen asafdichtingen. “Een keurmeester van de TÜV is hier twee dagen bezig geweest om de machine tot het uiterste te testen om te zien hoe deze zich houdt.” Geldig voor driekwart van de machines De keurmeester heeft een rapport opgesteld en in combinatie met een specifieke beoordeling van het managementsysteem hebben we de typegoedkeur gekregen volgens ISO 80079-34:2018, volgens de ATEX-richtlijn én het IECEx-systeem. Door de typegoedkeur hoeft voor ruim driekwart van de ATEX categorie 1-machines die we maken geen keurmeester meer te komen, rekent De Jong voor. “Dat maakt het proces een stuk minder tijdrovend.” Investering betaalt zich terug Het verkrijgen van de typegoedkeur is een flinke investering geweest, maar die betaalt zich terug in een kortere doorlooptijd voor de klant. Net als voor de ISO9001:2015 kwaliteitsnormering worden we voor het behouden van de ATEXtypekeur periodiek door de TÜV geauditeerd. “Het geeft ons een voorsprong op leveranciers die deze typegoedkeur niet hebben”, aldus De Jong. “Het laat zien dat we ook hier weer vooroplopen en voldoen aan hoge kwaliteitseisen.”

Nieuws ABB introduceert nieuwe reeks energiebeheerapparaten Een schaalbare oplossing voor het optimaliseren en beheren van energieverbruik. Met als resultaat een CO2-reductie tot wel 15% en een besparing op energiekosten tot wel 20%. Dat is wat de nieuwste serie energiebeheerapparaten van ABB te bieden heeft: het System pro M compact® InSite-Energiemanagementsysteem. Het systeem is ideaal voor beheerders van industriële en commerciele gebouwen zoals fabrieken, scholen, kantoren, retail e.d. die behoefte hebben aan besparing op energieverbruik en technisch beheer over de elektrische installatie. Met de schaalbare InSite-reeks kan elk systeem eenvoudig worden geüpgraded. De System pro M compact® InSite-reeks kan als standalone oplossing worden geïnstalleerd. Maar ook integratie in een IT-infrastructuur is mogelijk, zoals de in de cloud gebaseerde ABB Ability® EDCS-platformen. Doel is om gebruikers te helpen om aan de hoogste normen voor energierendement te voldoen en ze tot 20 procent op hun energierekening te laten besparen. ABB schat dat daarnaast de waarde van technische installaties met zo’n 5 procent wordt verhoogd, door eindgebruikers in staat te stellen de hoogste certificering voor energierendement te bereiken. ABB’s System Pro M compact® Insite systeem is ontworpen om laagspannings verdeelsystemen en schakelkasten met minimale inspanning slimmer te maken. Elk systeem kan makkelijk worden gemoderniseerd, met een minimale gereduceerde installatie- en configuratietijd. Dit zorgt voor een minimum aan kostbare operationele uitvaltijd. Zodra de apparaten zijn geïnstalleerd, hebben eindgebruikers totale transparantie over de prestatie van het elektrische systeem. Dit dankzij de constante diagnose van het systeem en de beschikbaarheid van real-time meldingen. Daarnaast is het mogelijk om in de gebruikersinterface acties te programmeren die automatisch op processen reageren. De System Pro M compact® Insite levert de hoogste gegevensbeveiligingsnormen (via gecodeerde SNMP v3 en SSL-certificaat) en biedt voortdurende modernisering dankzij regelmatige firmware-updates. Een centraal onderdeel van het systeem is de SCU100-controller. Deze is specifiek ontworpen om gebruikers in staat te stellen energiegebruik beter te beheren. De controller kan meetgegevens van maximaal 16 energie- en vermogensmeters en 96 stroomsensoren verzamelen. Om bewaking en beheer van het volledige energieverdeelsysteem mogelijk te maken, wordt de reeks gecompleteerd met een flexibele selectie aan in- en outputmodules. Deze modules kunnen eenvoudig worden aangesloten op ABB’s System pro M compact®-accessoires (bestaande uit installatie automaten en aardlekbeveiligingen) en ook op andere niet ABBDIN-rail-producten met aangebouwd hulp- of storingscontact. Ze kunnen daarnaast worden aangesloten op pulsmeters (bijvoorbeeld voor het uitlezen en monitoren van gas- of watermeters) om verbruiksgegevens voor nutsvoorzieningen te verzamelen. Zodra deze gegevens zijn verzameld in de intuïtieve webgebruikersinterface, kunnen deze voor een verscheidenheid aan behoeften worden gebruikt. Van het reduceren van energieverbruik tot het identificeren van mogelijke risico’s voor de operationele continuïteit en het implementeren van geautomatiseerde acties om problemen op te lossen. 18 | nummer 5 | 2020

Innovatie harder nodig dan ooit De crisis heeft de maak- en technologische industrie in volle omvang bereikt. Uit de derde enquête die FME onder haar leden heeft gehouden naar de gevolgen van de corona pandemie, blijkt dat maar liefst bijna 80% van de bedrijven in de technologische sector ook volgend jaar nog te maken krijgt met omzetdaling of stilstaande groei. De grootste oorzaak is aanhoudende vraaguitval. Een derde van de respondenten komt, ondanks de steunmaatregelen van de overheid, alsnog in de liquiditeitsproblemen in 2021. Terwijl 60 procent van de bedrijven al HR maatregelen -zoals het afbouwen van de fl exibele schil, het niet verlengen van tijdelijke contracten en reorganisatie- heeft genomen of dat op korte termijn gaat doen. Innovatie Er is maar één weg uit de crisis: innovatie. Maar meer dan driekwart van de respondenten kan de investeringen in innovatie de komende tijd niet verhogen. “Dat is zeer schadelijk, ik roep het kabinet op om op Prinsjesdag met de beloofde extra investeringen in innovatie te komen”, zegt FME-voorzitter Ineke Dezentjé. Het optuigen van een Deeltijd WW is nog steeds een grote wens van ondernemers in de sector. Ruim 40 procent zegt deze de komende tijd nodig te hebben. EPMS: Voor meer grip op onderhoud met als doel om het geheel naar Met het EPMS (lees: Elsto Predictive Maintenance System) van Elsto Services kan in een handomdraai meer grip worden verkregen op de ‘Total Cost of Ownership’. Gestart wordt in alle gevallen met het uitvoeren van een risico-inventarisatie of een Overall Equipment Eff ectivenesanalyse (OEE) om de nulstatus van de roterende aandrijvingen in een machinepark in kaart te brengen en een overzicht te maken van de meest bedrijfskritische productiefaciliteiten. Op basis van deze informatie wordt vervolgens een advies op maat uitgebracht over de meest eff ectieve wijze van onderhoud. Het uitgebrachte onderhoudsadvies kan per bedrijfsonderdeel verschillen en sluit nauw aan bij de visie van de betreff ende organisatie, dit een hoger plan te tillen. Een online monitoringsysteem maakt deel uit van het zogeheten EPMS-platform van Elsto Services. Bij dit systeem wordt gewerkt met een ‘stoplichtsysteem’, dat volautomatisch een geel signaal genereert als ergens schade ontstaat en een rood signaal indien direct tot actie moet worden overgegaan. Met andere woorden: met behulp van EPMS kan richting en sturing worden gegeven aan betrouwbaarheidsgestuurd onderhoud. Op weg dus naar industrie 4.0. Vermeldenswaardig is dat EPMS op alle niveaus van de onderhoudspyramide inzetbaar is; van reactief onderhoud tot toestandsgestuurd onderhoud. Zo heeft Elsto Services EPMS bijvoorbeeld ingezet bij een Nederlandse zoetwarenfabrikant die momenteel de overgang maakt van preventief naar predictief (toestandsgestuurd) onderhoud en bij een steenfabriek waar gewerkt wordt aan de transitie van reactief onderhoud naar preventief onderhoud. Essentieel voor een succesvolle implementatie van EPMS is dat de medewerkers in een organisatie er klaar voor zijn en dat er voldoende roterende apparatuur in de organisatie aanwezig is om een stap hoger op de ladder van de onderhoudspyramide te kunnen zetten. Met behulp van bovengenoemd systeem kunnen tijdsintervallen tussen de onderhoudsbeurten worden verlengd en kan al snel, afhankelijk van het type bedrijf, zo’n 15 tot 35% op het jaarlijkse onderhoudsbudget worden bespaard. Gewerkt wordt in nagenoeg alle gevallen met een SLA (service level agreement), zodat voor beide partijen duidelijk is wat je van elkaar mag verwachten. 19

Nieuws De WAGO voeding Pro 2 – De nieuwe krachtbron in de schakelkast De crisis heeft de maak- en technologische industrie in volle omvang bereikt. Uit de derde enquête die FME onder haar leden heeft gehouden naar de gevolgen van de corona pandemie, blijkt dat maar liefst bijna 80% van de bedrijven in de technologische sector ook volgend jaar nog te maken krijgt met omzetdaling of stilstaande groei. De grootste oorzaak is aanhoudende vraaguitval. Een derde van de respondenten komt, ondanks de steunmaatregelen van de overheid, alsnog in de liquiditeitsproblemen in 2021. Terwijl 60 procent van de bedrijven al HR maatregelen -zoals het afbouwen van de flexibele schil, het niet verlengen van tijdelijke contracten en reorganisatie- heeft genomen of dat op korte termijn gaat doen. Innovatie Er is maar één weg uit de crisis: innovatie. Maar meer dan driekwart van de respondenten kan de investeringen in innovatie de komende tijd niet verhogen. “Dat is zeer schadelijk, ik roep het kabinet op om op Prinsjesdag met de beloofde extra investeringen in innovatie te komen”, zegt FME-voorzitter Ineke Dezentjé. Het optuigen van een Deeltijd WW is nog steeds een grote wens van ondernemers in de sector. Ruim 40 procent zegt deze de komende tijd nodig te hebben. Kennis zonder drempels De tijd van vernieuwing en uitdagingen is aangebroken. Een tijd waarin je mag experimenteren, een tijd waarin fouten gemaakt mogen worden. En een tijd waarin je misschien wel andere dingen moet doen dan je voorheen deed. Het veranderen van aangeleerd gedrag is één van de moeilijkste aanpassingen voor een mens. Wist u dat het gemiddeld zes weken duurt voordat nieuw gedrag een gewoonte wordt? Hierbij speelt een rol dat de mens bang is voor verandering en onzekerheid. Liever spelen we elke dag hetzelfde riedeltje af. Maar dat was de afgelopen maanden geen optie. Alle planningen zijn overhoop gegooid, zowel privé als zakelijk. We leren onszelf herontdekken, stapje voor stapje adopteren we nieuwe zaken als normaal. Daarnaast kiezen we paden in te slaan die we vooraf nooit hadden kunnen bedenken. Snelle dataconnecties en soft20 | nummer 5 | 2020 waretools maken het mogelijk om zelfs draadloos gebruik te maken van video calls met grote groepen. Tien jaar geleden ondenkbaar dat je in de auto met je mobiele telefoon aansloot bij een videoconferentie. Gewoonlijk organiseren we al meer dan vijftig jaar, tweejaarlijks, samen met de leden en andere deelnemers de WoTS. U heeft het vast vernomen in de vakmedia: “de vakbeurs World of Technology & Science en Industrial Processing wordt vanwege de overheidsmaatregelen t.a.v. de coronacrisis verplaatst naar 2021”. Voor u logisch maar voor de leden en ons als organisatie een enorm proces. Vanaf afgelopen februari zijn we er elke dag druk mee. Niet alleen dit fysieke evenement maar ook de rest van de fysieke evenementen als Industrial Ethernet, Industrial Cyber Security en Machinebouw kunnen fysiek niet doorgaan. Maar gezamenlijk hebben we gewerkt aan een alternatief zonder drempels. In juni hebben wij de eerste online kennisweek gehouden omtrent Industrial Ethernet, met ruim tweehonderdvijftig unieke bezoekers een succes. In een week tijd werd u bijgepraat over één thema, Industrial Ethernet, vanaf de bank, op kantoor of (stilstaand!) in de auto. Gezamenlijk met de deelnemende leden en een aantal eindklanten vanuit de praktijk bieden wij u een totaalprogramma aan, waarin u zelf een selectie maakt uit de verschillende lezingen. In de live sessie is er ruimte voor vragen, feedback en discussie. Daarnaast kunt u de sessies terugkijken op elk gewenst moment. Bij interesse ontvangt u van ons een uitnodiging met hierin het programma. Per sessie kunt u zich aanmelden, waarna u op de geselecteerde tijd de sessie kunt bekijken. In het najaar hebben wij een volle agenda met verschillende thema’s; er zit vast een interessante kennisweek voor u bij: • 38 – IO-Link (vanuit PI Nederland, gefaciliteerd door FHI) • 39 – Servitization, Life Cycle Management & Predictive Maintenance • 40 – 5G in de Industrie • 41 – Industriële veiligheid • 44 – Industrial Cyber Security • 45 – PROFIweek (PROFIBUS, PROFINET & IO-Link) (gefaciliteerd door FHI) • 46 – Food & Beverage • 47 – Auto ID • 48 – Waterstof • 49 – Machinebouw

A Strategic Approach to Industrial Cybersecurity kaspersky.com/ics Nieuws Vergroting transportcapaciteit in Noord-Nederland TenneT heeft vorige week een nieuwe hoogspanningsstation in gebruik genomen in de Eemshaven. Het nieuwe station is goed voor 110kV en is specifi ek neergezet om de in de Eemshaven opgewekte zonne- en windenergie te verwerken. Vanaf het nieuwe station is een ondergrondse kabel over een lengte van negen kilometer neergelegd. Een bestaand station in de Eemshaven is bovendien met 740 mW uitgebreid. Vanwege de toename in het aanbod aan duurzame energie wordt er rondom Groningen Seaports hard gewerkt aan het vergroten van de transportcapaciteit. Een nieuwe 380kV stroomsnelweg tussen station Eemshaven en station Vierverlaten vervangt in 2023 het traditionele 220kV netwerk. In de tussentijd wordt gebruik gemaakt van een ander 380kV netwerk, dat - weliswaar met een omweg- nu al in bedrijf is. Interessant detail is dat boven de nieuw ingegraven kabel een insectvriendelijke berm is aangelegd, ter grootte van 25.000 vierkante meter. Om bloemen en insecten meer kansen te geven, wordt de berm slechts eenmaal per jaar gemaaid. Top prestaties (z)onder druk De betrouwbare, zelfwerkende drukregelventielen van SAMSON bevatten alle componenten uit een volwaardige regelkring. De ventielen type 41-23 en type 41-73 werken zelfstandig zonder daarbij voor de aandrijving afhankelijk te zijn van perslucht of elektriciteit. Leverbaar in DIN, ANSI en JIS  Uitvoering als reduceeren overstortventiel  Geschikt voor vloeistoffen, gassen en stoom  Volledig RVS-uitvoering   Modulair en robuust SAMSON REGELTECHNIEK B.V. Signaalrood 10 · 2718 SH Zoetermeer Tel. 079 361 05 01 info-nl@samsongroup.com www.samson-regeltechniek.nl A01000NL

productnieuws NIEUW: Safety en IO-Link in 1 module Murrelektronik introduceert de MVK Fusion. Met MVK Fusion kunnen voor het eerst standaard IO’s, op veiligheid gerichte toepassingen en IO-Link-apparaten in één module worden gecombineerd. Dat is uniek. worden gedaan. Softwareontwikkelaars en elektrotechnici hoeven niet langer diepgaande kennis te hebben van machines en handleiding van andere fabrikanten. Eén module met een enorm bereik MVK Fusion is buitengewoon geschikt voor applicaties met hoog vermogen waarvan de betrouwbaarheid nooit in het geding mag komen. De module is 100% compatibel met PROFINET-oplossingen en geschikt voor Conformance Class C- (IRT), Shared Device- en Netload Class III-applicaties. De nieuwe MVK Fusion veldbusmodule standaardiseert modulaire processen en zorgt ervoor dat je minder modules nodig hebt. De PROFINET/PROFIsafe-module brengt drie basisfuncties van installatietechnologie samen: 1 Digitale standaard sensoren en actuatoren 2 Digitale veiligheidssensoren en - actuatoren 3 IO-Link Deze combinatie is nieuw en innovatief. Met MVK Fusion zijn er minder veldbusmodules per eenheid nodig. Voor sommige toepassingen is er slechts een enkele module nodig. Dit opent de deur voor tal van automatiseringsapplicaties. Dankzij dit systeem kunnen unieke en baanbrekende automatiseringsconcepten worden verwezenlijkt. Installatie wordt eenvoudiger en sneller. MVK Fusion vereenvoudigt complexe confi - guraties, omdat ze geheel door de engineeringtool in de safetybesturing kunnen 22 | nummer 5 | 2020 Een overzicht van de poorten; - De twee standaard digitale poorten kunnen worden geconfi gureerd als ingangen of uitgangen - ze zijn aanpasbaar voor elke toepassing. - - - - Drie Safety ingangspoorten met ieder 2 veilige ingangen Eén Safety uitgangspoort met 2 veilige uitgangen IO-Link poort Klasse A IO-Link poort Klasse B met veilige uitschakeling Veiligheidsconfi guratie met een muisklik Met MVK Fusion wordt het confi gureren van veiligheidssensoren en actuatoren buitengewoon gemakkelijk: selecteer de veiligheidsfunctie in de engineeringtool en met een paar muisklikken is de confi guratie al voltooid. Bij de MVK Fusion module is een extra verifi catiestap (CRC-check) niet meer nodig. Ook is er geen extra fabrikant specifi eke software nodig. Dit versnelt het proces en voorkomt dat er onjuiste gegevens worden ingevoerd. Tal van gebruiksmogelijkheden en uitgebreide diagnostiek • Robuuste metalen behuizing, buitengewoon bestand tegen lasvonken • Geïntegreerde webserver die fouten opslaat • Praktische draaischakelaar voor veiligheid • Optionele heatsink beschikbaar voor extreme temperaturen • Te gebruiken op hoogtes tot 3000 meter • Uitgebreide diagnose spoort fouten snel op Met de veldbusmodule MVK Fusion wordt de standaardisering van modulaire processen voor de gebruikers naar een nieuw niveau getild. Dit vereenvoudigt complexe confi guraties en zorgt ervoor dat er minder modules nodig zijn. Nieuwsgierig geworden? Vraag een demo aan van onze Application Engineer via sales@murrelektronik.nl.

ONLINE KENNISEVENTS NAJAAR 2020: • Kalibratie: 22/09/2020 • Energietransitie: 29/09/2020 • Digitale sensoren: 27/10/2020 • Automatisering: 17 en 19/11/2020 Scan deze code voor meer info en aanmelden of email naar: saskia.vanderlaan@jumo.net Inschrijving geopend! Koeltorenwaterbehandeling Bifipro® systeem voor legionella en biofilm preventie Continue monitoring met de bifipro.com software en Silco® Sensor Complete waarborging koelwaterproces Duurzame techniek van koper- en zilverionisatie Chemicaliën vrije waterbehandeling ROI < 5 jaar Conform Nederlandse en Europese wetgeving Sinds 2013 bewezen > 700 systemen o.a.: Schiphol Group Friesland Campina Nederlands Forensisch Insituut Legionella Preventie info@hollandwater.com +31 (0) 343 475 090 www.hollandwater.com Holland Water - Safe Water

Meten, regelen, besturen VEGABAR 38 bewaakt druk in sproeidroger applicatie bij Kievit Drukopnemer snel en gemakkelijk in bedrijf VEGA leverde onlangs als pilot de nieuwe VEGABAR 38 drukopnemer aan Kievit, een leverancier van additieven voor de food/beverage industrie. In een sproeidroog applicatie werd de bestaande drukopnemer vervangen door het nieuwe exemplaar. Naast de nauwkeurigheid en robuustheid blinkt de VEGABAR 38 vooral uit in gebruiksgemak. De sensor kan namelijk heel eenvoudig met een smartphone via Bluetooth in bedrijf worden genomen. Redactie Process Control B ij Kievit, dochteronderneming van FrieslandCampina, gevestigd te Meppel, worden hoogwaardige additieven voor de voedingsmiddelenindustrie geproduceerd. Het gaat daarbij niet alleen om stoffen die smaak, textuur en geur toevoegen aan het eindproduct, maar vooral om essentiële De op te lossen olie en of vetten worden in het mengsel geïnjecteerd... 24 | nummer 5 | 2020

voedingsmiddelen, doorgaans vetzuren en oliën. Ger van den Berg, werkvoorbereider bij Kievit, legt uit: “We maken gesproeidroogde en geëncapsuleerde producten, zoals oploskoffie, crèmes en vele andere productsoorten. Het komt er op neer dat wij olie inpakken in poeder en dat op een bijna moleculair niveau.” Olie of vet Babyvoeding bevat verschillende soorten essentiële vetzuren. “Omega 3 en Omega 6 vetzuren pakken we in het product in”, verduidelijkt Van den Berg. “Door die encapsulatie ruik je de visolie minder goed en blijft het product veel langer houdbaar. Zodra er warm water bij het product komt, smelt het poederlaagje om de olie weg en komen die vetzuren vrij.” Ook componenten voor gedroogde sauzen worden bij Kievit geproduceerd. Van den Berg: “Als je een sausje van Honig koopt in een zakje, zit daar een basis in die bij ons is geproduceerd: een olie of vetsoort die in een poeder is verwerkt. Honig voegt daar verder smaken en kruiden aan toe. Of de koffiecreamer die je bij de koffie krijgt in een zakje: ook dat maken wij.” Procede Elk product bestaat in eerste instantie in de vloeibare fase. “De op te lossen olie en of vetten worden in het mengsel geïnjecteerd”, legt Van den Berg uit. “Daarna passeert het mengsel een aantal mixers, waarna het onder hoge druk door een nozzle wordt geduwd. Daar ontstaat een nevel, die vervolgens door de verwarmde kop van een sproeidroger wordt gestuurd. Dat valt naar beneden op een filtermat, waar de laatste resten vocht met droge lucht worden afgezogen. Veel specifieker kan ik het niet uitleggen, omdat het procédé bedrijfsgeheim is.” Zeven We gaan even terug naar het mengsel: net voordat het mengsel de sproeinozzle bereikt, passeert de vloeistof eerst nog een systeem met zeven en filters. Direct na dat systeem bevindt zich een drukopnemer die een belangrijke functie in het proces vervult. Van den Berg: “Stel dat de optimale druk in het proces zo’n vijf bar is. Als je dan ziet dat de druk aan het zakken is, betekent het vaak dat de zeef verstopt begint te raken.” De drukopnemer is dus een indicatie voor de mate van vervuiling van de zeef. Maar minstens zo belangrijk is de bewaking van de druk in het proces. “Het proces functioneert het beste bij de door ons ingestelde Bij Kievit worden hoogwaardige additieven voor de voedingsmiddelenindustrie geproduceerd. druk”, verduidelijkt Van den Berg. “Op het moment dat die druk begint te zakken, even los van de oorzaak daarvan, is het zaak dat de pomp die zich voor de zeef bevindt, harder begint te draaien. De drukopnemer stuurt de nodige feedback naar de PLC die de pomp aanstuurt.” Interesse De sproeidroger was tot voor kort uitgerust met een ietwat ouder type drukopnemer. “Op zich voldeden die opnemers prima, maar er waren toch wel eens wat issues, vooral met betrekking tot de levensduur”, vertelt Van den Berg. “Een tijdje terug werden we benaderd door VEGA of we wilden meewerken aan een pilot met een nieuw type drukopnemer. Wij hebben her en der in de fabriek al wat sensoren van VEGA zitten, Stel dat de optimale druk in het proces zo’n vijf bar is. Als je dan ziet dat de druk aan het zakken is, betekent het vaak dat de zeef verstopt begint te raken... 25

De VEGABAR 38 heeft een aantal voordelen ten opzichte van de oude drukopnemer. Het grootste voordeel is de intuïtieve ingebruikname: dat gaat simpelweg via een smartphone. onder andere een radarniveaumeter, en met die instrumenten gaat er eigenlijk nooit iets mis. We hadden er dus wel interesse in.” Testen “We hebben recent een nieuwe lijn instrumenten geïntroduceerd, bestaande uit een radarniveaumeter, een drukopnemer en een schakelaar.” vertelt Business Development Manager Rob Smulders van VEGA. “Ook al worden deze instrumenten aan enorm veel testen onderworpen, toch vinden we het prettig om onze apparatuur in een werkende applicatie bij een bedrijf te testen. Kievit leek ons daarvoor een geschikte kandidaat.” Bluetooth De nieuwe drukopnemer van VEGA - om precies te zijn: de VEGABAR 38 - bleek een aantal voordelen te hebben ten opzichte van de oude drukopnemer. Van den Berg: “Het is een gelikt apparaat met mooie afgeronde hoeken, is makkelijk schoon te maken, kan tegen een stootje en een spatje water, maar is vooral heel makkelijk te installeren en te programmeren. Via Bluetooth 26 | nummer 5 | 2020 stel je de drukopnemer heel snel en gemakkelijk in, terwijl je dat normaal vaak in een lastige houding tussen allerlei andere apparaten op een klein scherm met onbekende knoppen moet zien te regelen. Daarnaast heeft de VEGABAR een hygiënische koppeling en is de piekbelastbaarheid hoger ten opzichte van de oude drukopnemer.” Het feit dat het proces bij Kievit niet specifiek voor de installatie onderbroken hoefde Onze drukopnemer is zo ontworpen dat een tiener met een smartphone die sensor ook nog wel kan installeren, middels de VEGA tools app... te worden, maakte de beslissing om mee te doen met de pilot uiteraard ook eenvoudiger. “We hebben sowieso stops voor CIP/CIS en ander onderhoudswerk. We konden de installatie van de nieuwe drukopnemer daar prima inpassen”, verduidelijkt Van den Berg. Hoop tijd “Een drukopnemer is typisch zo’n apparaat dat je installeert en pas een jaar later weer eens tegenkomt bij een onderhoudsstop of kalibratie”, vervolgt Smulders. “Als je bij de installatie door een dikke manual hebt moeten ploegen en je er vervolgens een jaar niks mee hebt gedaan, moet je die tweede keer weer die hele manual lezen. Onze drukopnemer is zo ontworpen dat een tiener met een smartphone die sensor ook nog wel kan installeren, middels de VEGA tools app. Dat scheelt dus echt een hoop tijd en frustratie. Ik heb laatst m’n tienjarige zoon laten zien hoe je een schakelaar en drukopnemer in bedrijf kunt nemen via je smartphone en de huidige jeugd die met smartphones is opgegroeid, heeft dat zo onder de knie. We merken overigens ook in

de praktijk dat jonge monteurs erg gecharmeerd zijn van het in bedrijf kunnen nemen van zo’n sensor met hun telefoon. Dat doen ze liever dan dat ze door allerlei menu’s heen moeten bladeren.” Documenten De app is uitstekend geschikt om bestaande en nieuwe sensoren in bedrijf te nemen, maar biedt daarnaast ook toegang tot de juiste documenten. Smulders: “Als je in de app het serienummer van je sensor invoert, krijg je direct toegang tot de manual in de juiste versie, alle certificeringen en overige relevante documenten.” Ook zonder smartphone zijn de sensoren te benaderen. Op elke laptop of computer kan middels de PACTWARE software elke sensor die uitgerust is met Bluetooth module worden benaderd. “In principe is die software nog uitgebreider dan de tool voor de smartphone”, licht Smulders toe. “Je kunt met PACTWARE echt alle mogelijke instellingen benaderen.” Nieuw display Het gebruik van de VEGA tools app beperkt zich niet alleen tot de nieuwere sensoren die met een Bluetooth module zijn uitgerust. Smulders: “Voor 200 euro koop je een nieuw display met Bluetooth module die je op een bestaande, oudere drukopnemer of radar klikt. Dan kun je via de app instrumenten die al bijna vijftien jaar oud zijn in bedrijf nemen en uitlezen.” En ook bedrijven die geen drukopnemer van VEGA hebben, maar wel willen proberen hoe zo’n inbedrijfname nu precies werkt, kunnen de app downloaden en in een demo-omgeving ervaren hoe het proces verloopt (zie de link in het kader). Op afstand uitlezen De nieuwe drukopnemer is inmiddels - ten tijde van het interview - zo’n tweeënhalve maand in gebruik. En dat gaat prima, meent Van den Berg. “De drukopnemer in de sproeidroger is een belangrijk apparaatje, want zonder een accuraat inzicht in de druk kan het proces behoorlijk de verkeerde kant op gaan. Maar we zijn op dit moment dik tevreden: hij doet het uitstekend.” Dat de VEGABAR makkelijk te installeren en configureren valt, is uiteraard een pré, vooral in een bedrijf waar honderden drukopnemers zijn geïnstalleerd. Maar het feit dat de waardes van de drukopnemer, naast het display, ook via Bluetooth op een smartphone te zien zijn, is een minstens zo groot voordeel. Van den Berg: “De procesoperators maken regelmatig een rondje om de verschillende sensoren in de applicatie te controleren. Op het moment dat zo’n sensor op ooghoogte hangt en een verlicht display heeft, werkt dat goed, maar in de praktijk ben je vaak toch tussen leidingen door aan het kruipen. Met de app lees je op afstand de waardes heel gemakkelijk uit.” Prijs Bij Kievit zijn enkele honderden drukopnemers in gebruik, die jaarlijks gekalibreerd en onderhouden worden. Oudere exemplaren die het einde van hun levensduur hebben bereikt, worden tijdens de onderhoudsstops vervangen. “Als we nu een drukopnemer moeten vervangen, is de kans dat we daar een VEGABAR voor in de plaats installeren best groot”, vertelt Van de Berg. “Het gebruiksgemak is daarbij doorslaggevend en daar komt nog bij dat de drukopnemers van VEGA zeer gunstig zijn geprijsd. Bij een paar honderd drukopnemers gaan prijsverschillen toch wel aardig aantikken.” De prijzen van de drukopnemers worden, in tegenstelling tot bij veel andere aanbieders, We merken overigens ook in de praktijk dat jonge monteurs erg gecharmeerd zijn van het in bedrijf kunnen nemen van zo’n sensor met hun telefoon... gewoon vermeld op de website van VEGA. Een VEGABAR 38 koop je vanaf 308 euro. Zonder display gaat kost die drukopnemer 233 euro. Goedkopere drukopnemers zijn er ook: de VEGABAR 18 is er al vanaf 175 euro. SPECS VEGABAR38 Meetbereiken -1 … +60 bar Procestemperatuur -40 … +130 °C Overbelastbaarheid: tot 150x Uitgangssignaal: 4 … 20 mA, IO-link, transistor Procesaansluiting Schroefdraad vanaf G½, ½ NPT, hygiënische aansluitingen Link naar App: https://www.vega.com/nl-nl/home_nl/bedrijf/nieuws-en-evenementen/nieuws/2019/ all-news-vega-tools-app 27

productnieuws Voorspellend onderhoud toepassen met slimme sensoren Nieuwe tijden vragen om nieuwe manieren van werken. Op afstand communiceren is nu belangrijker dan ooit. Dankzij het Industrial Internet of Things (IIoT) kunnen machines, robots en smart sensoren binnen een fabriek ‘slim’ met elkaar communiceren. Bart van Haagen, Yokogawa specialist op het gebied van veldinstrumentatie, vertelt hoe voorspellend onderhoud kan worden toegepast met slimme sensoren. “Wanneer we bij klanten de Sushi Sensor voorstellen, gaan hun ogen wijd open, want die willen ze hebben”. Bart voorspelde in de jaren ’90 na zijn studie aan TU Delft dat er veel veranderingen zouden optreden binnen de industrie. “Er bestonden innovatieve ideeën, maar de industrie was nog vrij conservatief. Dit soort veranderingen beginnen nu pas een beetje. Dan heb je het dus over 30 jaar later”. Slimme sensoren spelen een cruciale rol in het onderhoud van de toekomst. Voorspellend onderhoud verbetert de uptime. Downtime als gevolg van onnodig onderhoud of defecten wordt beperkt, terwijl de onderhoudswerkzaamheden die nu nodig zijn van tevoren ingepland kunnen worden. Yokogawa introduceerde in 2019 de nieuwe IIoT sensor ‘Sushi Sensor’ - een klein, compact, draadloos apparaat uitgerust met scan- en communicatiefuncties, speciaal ontwikkeld voor het waarnemen van trillingen, oppervlaktetemperaturen en drukgegevens van fabrieksapparatuur. De sensor wordt ingezet voor voorspellend onderhoud op assets zoals pompen en motoren. Door continue data te verzamelen, kunnen onderhoudsafdeling procesafwijkingen vroegtijdig detecteren. Hij wordt gezien als ‘smart’ omdat het geoptimaliseerd is voor Industriële IoT (IIoT) toepassingen. “Deze sensor functioneert in een draadloze infrastructuur. Het genereert data uit een andere wereld, namelijk de OT-wereld en is dus geschikt voor onderhoudspersoneel van een fabriek, waar momenteel nog nauwelijks oplossingen voor zijn.” Binnen de wereld van plant onderhoud is er een sterke vraag naar oplossingen voor preventief onderhoud. Tegelijkertijd hebben veel bedrijven steeds problemen om de fabriek draaiende te houden door een technisch personeelstekort. Yokogawa heeft daarom samen met Perfact Group het IIoT programma JOIN ontwikkeld, die een stap extra neemt door technologie zoals artificieel intelligence (AI) en machine learning te combineren. “We bieden dus niet alleen de sensor aan, maar een totaaloplossing,” aldus Bart. “Fabrieken in de procesindustrie willen resultaten waar ze iets aan hebben – vroegtijdig gewaarschuwd worden wanneer er een fout optreedt bij een pomp of motor om onderhoud goed te plannen. Dat is precies waar JOIN voor toegepast kan worden”. Door een all-in-one oplossing aan te bieden, kan het veldpersoneel focussen op het échte werk. “Vroeger had je instrumentatie afdelingen waar mensen zelf het onderhoudswerk deden, die zijn er nu niet meer. Dat betekent dat wij klanten hierin moeten steunen en daarvoor oplossingen moeten bieden,” vertelt Bart. Ook beginnen met IIoT voor preventief onderhoud? Ontdek de nieuwe Starter Kits speciaal ontwikkeld voor IIoT en voorspellende analyses - ideaal om een pilot uit te voeren en laagdrempelig te starten met een IIoT project voor asset onderhoud. Voor meer informatie, bezoek onze website yokogawa.com/nl of neem direct contact met ons op via 088 464 1000.

Column Wat kan er bij jou beter? Industrie 4.0 neemt onzekerheden weg D e focus van de industrie ligt al jaren op procesautomatisering, maar het is tijd dat procesoptimalisatie het kernbegrip wordt en bedrijven overstappen naar industrie 4.0. Machines doen namelijk nu wat ze moeten doen, maar processen kunnen beter, sneller, efficiënter en slimmer. Met industrie 4.0 kunnen bedrijven heel wat slagen maken. Geplande stilstand Stilstand is een no-go, maar helaas niet altijd te voorkomen. Machines zijn in die zin verraderlijk. Je weet immers niet of een installatie morgen of over drie jaar ineens uitvalt. Gebeurt het vandaag? Dan is de geplande onderhoudsbeurt eigenlijk mosterd na de maaltijd. Industrie 4.0 neemt die onzekerheid weg. Plaats bijvoorbeeld meetapparatuur bij de motor van de machine die is gekoppeld aan een systeem. De computer berekent vervolgens wanneer de monteur onderhoud moet plegen. Zo plan je de werkzaamheden op tijd in en op het moment dat het jouw bedrijf het beste uitkomt. Digital twin Een digital twin is een digitale kopie van het productieproces, een model dat is nagebootst met data van het origineel. Dit is een zeer effectieve manier voor procesoptimalisatie. Het grote voordeel is dat je ongeoorloofd kunt proberen en innoveren. Ontdek wat er gebeurt als je bepaalde parameters verandert, zonder kosten en onomkeerbare gevolgen. Augmented reality De operator die vanaf een computerscherm in de controlekamer zijn werk doet? Straks wandelt hij dankzij augmented reality in het bedrijfspand rond met alleen zijn mobiel in de broekzak. Stel dat de operator in een bierbrouwerij werkt. Hij richt zijn smartphone op een willekeurig vat en ziet de temperatuur, zuurgraad en kubieke meter erop terug. Met deze belangrijke informatie kan hij meteen op dat moment de problemen signaleren en oplossen, zonder eerst naar de controlekamer te rennen. Til je augmented reality naar een hoger niveau, dan laat je een technisch specialist op afstand meekijken terwijl de operator zijn ronde doet. Zo beschikt hij - als een soort helpdesk op afstand - over alle informatie en ‘ziet’ hij het biervat. Op deze manier lossen ze samen het technisch probleem op. Augmented reality biedt ook een oplossing voor het nijpende tekort aan techneuten. Specialisten detecteren en lossen storingen op afstand op, waardoor jij ze op één plek kan positioneren. Dat scheelt veel tijd qua reizen, plannen en ook mankracht. Processen zijn er om geoptimaliseerd te worden. Wat kan er bij jou beter? Marc Vermee Adviseur besturingstechniek bij Hoppenbrouwers Techniek, technisch dienstverlener. 29

Perslucht Aerzen’s AERProgress combineert big data en AI: aanzienlijke kostenreductie Energie besparen en effectiev plegen bij compressoren Compressoren worden veelal gebruikt met de intentie om te allen tijde voldoende druk beschikbaar te hebben. Vaak kan er behoorlijk op het energieverbruik worden bespaard, maar de meeste bedrijven hebben onvoldoende inzicht in de relevante data. Met Aerzen’s AERProgress worden big data en AI gecombineerd om tot beter inzicht in het verbruik en het onderhoud te komen. Interessant detail: oudere machines kunnen met een retrofit ook gebruik maken van de nieuwe applicatie. Redactie Process Control E Met AERProgress kunnen assets op verschillende locaties eenvoudig worden bekeken. r wordt in de industrie al jaren gepraat over het energieverbruik ten behoeve van perslucht. Veel bedrijven hebben echter onvoldoende data, of onvoldoende inzicht in de relevante data om maatregelen te nemen. In de praktijk wordt er daarom vaak meer energie verbruikt dan nodig is én wordt er veelal preventief onderhoud gepleegd. Op beide posten valt behoorlijk te besparen, weet Siert Wiersema van Aerzen Nederland. Data AERProgress is een fraai voorbeeld van integrated industry, meent Wiersema: “Veel compressoren en blowers zijn weliswaar uitgerust met diverse sensoren om het onderhoud te optimaliseren en de efficiency te vergroten, maar de data die uit die sensoren komt, wordt vaak niet voldoende gebruikt, ondanks dat men wél voornemens is om die data te gebruiken.” Volgens Wiersema zit dat hem vaak in een gebrek aan kennis: “Men wil wel zuiniger omspringen met energie en men wil ook optimaal onderhoud plegen, maar in de praktijk weet men vaak niet goed hoe. Er is doorgaans geen duidelijke strategie. Met AERProgress willen we het gat tussen het gebrek aan kennis en het uiteindelijke doel - hogere efficiency in verbruik en onderhoud- dichten. Met het oog op availability management en energy management in ISO 50001 wordt dat steeds relevanter.” Overzichtelijk Aerzen heeft een voorsprong genomen met AERProgress: er is in de markt van blowers en compressoren nog geen andere aanbieder die een vergelijkbare dienst aanbiedt. Wiersema: “Je kunt als bedrijf wachten tot er een concrete vraag uit de markt komt, maar je kunt ook zelf aan de slag gaan. Wij denken dat als we onze klanten op een overzichtelijke manier de kennis aanreiken om te kunnen besparen op energie en onderhoudskosten, ze hier absoluut gebruik van zullen maken. De door ons gebruikte AI maakt echt het verschil.” Meer inzicht Hoe werkt het nu precies? De achterliggende gedachte van AERProgress is dat de data van de vele assets van Aerzen, die wereldwijd worden gebruikt, wordt Ook het besturingsprogramma AERTronic is vernieuwd en van een modern display voorzien. 30 | nummer 5 | 2020

er onderhoud verzameld in een database. Op die data worden vervolgens algoritmes losgelaten om relevante patronen te ontdekken. Big data en artifi cial intelligence dus. Wiersema: “We hebben uiteraard al veel kennis in huis om te kunnen voorspellen wanneer bijvoorbeeld een lager in een compressor aan vervanging toe is. Door nu te gaan kijken naar veel meer data, die overigens geheel anoniem wordt verzameld, krijgen we nog meer inzicht in de processen. In het geval van dat lager kunnen we dus nauwkeuriger en met een grotere mate van zekerheid zeggen wanneer dat onderdeel vervangen of gereviseerd dient te worden.” Beschikbaarheid vergroten De aloude strategie van usage based maintenance biedt weliswaar een bepaalde mate van zekerheid, maar leidt in de praktijk toch Zowel nieuwe als oude Aerzen assets kunnen (met retrofi t) gebruikt worden met AERProgress. vaak tot te veel onderhoud. Onderdelen worden immers vervangen omdat ze volgens het boekje aan vervanging toe zijn. “En als je weet dat je compressor midden in het hoogseizoen anderhalve dag stil staat vanwege het geplande onderhoud, trek je ook dat onderhoudsmoment nog eens naar voren”, verduidelijkt Wiersema. “Door gebruik te maken van veel meer data kunnen we veel specifi eker inschatten wanneer een bepaald onderdeel gereviseerd dient te worden. Daarmee kunnen we ook de beschikbaar van de assets vergroten. Die kan tegen de honderd procent aan komen te zitten. In het geval van die fabriek die te maken heeft met hoogseizoenen en laagseizoenen en die voorheen preventief onderhoud pleegde, kunnen we nu zeggen: u kunt nog zeker een x aantal uren vooruit en dat onderhoudsmoment kan ook na het hoogseizoen plaatsvinden.” Korte terugverdientijd AERProgress wordt als extra service aangeboden en bestaat uit diverse pakketten. Wiersema: “In dat pakket zit de benodigde hardware om de data te verzamelen en te versturen, plus de licentiekosten voor de software.” Hoewel het lastig is om een algemene terugverdientijd te noemen, denkt Wiersema dat de meeste bedrijven de kosten bijzonder snel zullen terugverdienen. “Als je kunt besparen op zowel energieverbruik als onderhoud, met relatief weinig hardware en een softwarepakket, heb je de investering er in de regel heel snel uit.” Een overzicht van het basispakket Machine Park Managing en de add-ons Condition Monitoring en Energy Management. Benchmarken Bij compressoren in de procesindustrie denken we, zoals gezegd, al snel aan perslucht. En daar wordt in de industrie al jaren over gepraat. De meeste procesoperators spelen op safe met hun compressor: ze zetten vooral in op beschikbaarheid van perslucht en pas veel later op energiebesparing. “Dat zie je tegenwoordig inderdaad nog steeds”, weet Wiersema. “Het mooie van AERProgress is dat je niet alleen de compressoren in je eigen proces kunt gaan benchmarken, maar ook de gegevens kunt vergelijken met com31

Aerzen en corona Een duidelijke illustratie van de toegevoegde waarde van big data en AI in het onderhoud van blowers en compressoren. pressoren die in een heel andere, maar toch vergelijkbare omgeving staan te draaien. Als dan blijkt dat je op zestig procent van het niveau van de andere fabrieken zit, weet je dat er werk aan de winkel is.” Compressor En het gaat nog verder. AERProgress kijkt ook naar in hoeverre de gebruikte hardware de meest optimale hardware voor het proces is. Wiersema: “Het kan zijn dat je compressor na verloop van tijd niet meer de optimale compressor voor het proces is, omdat het proces inmiddels is uitgebreid. Met AERProgress kan je inzicht krijgen in hoe lang het duurt om een andere, beter op het proces afgestemde compressor, terug te verdienen.” AERTronic Het ontwikkeltraject van AERProgress duurde ruim twee jaar. Wiersema: “Het is best een complex project waarbij een groot gedeelte van de AI in huis ontworpen is. In de laatste fase hebben we vrij uitvoerig getest bij een aantal Duitse waterschappen waar diverse verschillende machines van ons intensief worden gebruikt.” Met het uitkomen van de nieuwe software is ook het besturingssysteem van Aerzen, AERTronic, aangepast en voldoet daarmee weer aan de wensen van de huidige tijd. “Er is een nieuw display en de user interface is verbeterd.” Compressoren van Aerzen die al een display hadden, kunnen met relatief weinig aanpassingen gebruik maken van de nieuwe software, maar ook oudere compressoren kunnen worden geretrofit om gebruik te kunnen maken van AERProgress. “Dat leidt uiteraard tot iets hogere initiële kosten”, verduidelijkt Wiersema. “Maar ook in dit geval verdien je die kosten heel vlot terug.” Add-ons AERProgress kan in verschillende vormen worden aangeschaft. In de basisversie zit ‘machine park management’, waarmee de meest relevante informatie op afstand kan worden ingezien (zie figuur 5 op pagina 31). Vervolgens kan de klant kiezen uit één of beide add-ons: de eerste module is gericht op energiebesparing, de tweede op condition monitoring. “We verwachten dat de meeste klanten beide add-ons zullen willen gebruiken”, licht Wiersema toe. “Voor zover ik weet zijn er nog geen andere oplossingen waarmee je op een vergelijkbare manier relatief makkelijk het besparingspotentieel inzichtelijk maakt.” Elk gesprek begint tegenwoordig met de vraag hoe men de crisis door meent te komen. Ook Aerzen heeft de effecten van de coronacrisis gemerkt, maar er zijn tevens positieve effecten te noteren. Wiersema: “De negatieve effecten zitten hem vooral in de internationale projecten. Daar zijn er uiteraard een aantal van doorgeschoven. Positief is dat we meteen na de lockdown al gebeld werden door onze klanten om te vragen of we nog steeds onze aftersales konden leveren. Als we veilig konden werken, hebben we dat gedaan en die agenda was dus prima gevuld.” Modulair Opvallend is de toename in de belangstelling in plug & play concepten. Wiersema: “Onze klanten bouwen steeds vaker een installatie voor een groot deel in huis op, waarna het in z’n geheel bij de eindgebruiker wordt geleverd. Dat betekent dus ook dat er bij ons complete, modulaire installaties, soms in containervorm, worden besteld. We hebben op onze engineering afdeling voor dat soort concepten meer uren vrijgemaakt.” De plug & play concepten waren voor de coronacrisis al in opmars, maar volgens Wiersema is die benadering door corona interessanter geworden. “Als je in Nederland een fabriek bouwt die uiteindelijk in Engeland wordt geplaatst, kun je met die modulaire benadering grote delen van de installatie al in huis maken en testen, zodat hij in Engeland met minder mensen, minder fouten en een lager risico gebouwd kan worden. Zowel in de waterzuivering als in de industrie merken we een toename in interesse.” Levering Eveneens positief is volgens Wiersema het nieuwe vergaderen. “Als je eenmaal gewend bent aan het online vergaderen, merk ik dat je veel efficiënter en effectiever te werk kunt gaan dan we voorheen deden. Het is nu veel makkelijker om je eigen medewerkers, klanten en andere betrokkenen bij elkaar online te krijgen.” Per asset zijn vervolgens de belangrijkste parameters overzichtelijk in beeld gebracht. Dat Aerzen haar componenten uit Europa betrekt, en dan vooral uit Duitsland, maakt ook een behoorlijk verschil voor de gang van zaken. “Fabrikanten die veel onderdelen uit Azië betrekken, hebben een probleem als er ergens een kink in de kabel komt. Wij hebben geen problemen gehad met de levering van onderdelen.” 32 | nummer 5 | 2020

productnieuws Gevalideerd en kosteneffi ciënt CIP-reinigen mogelijk gemaakt Het reinigen van procesapparatuur door middel van Cleaning In Place is cruciaal binnen voedings- en fi jnchemische processen. Een gevalideerd reinigingsproces is een must voor de borging van microbiologische hygiëne en het vermijden van cross-contaminatie. “CIP-systemen zijn het kloppend hart van elke Food & Beverage-fabriek”, vertelt Jeroen Heijgen, commercieel manager bij Agidens. “Maar CIP-processen zijn wel verantwoordelijk voor bijna 30% van de totale nutsvoorzieningen van een fabriek. Logisch dus dat er behoefte is aan een systeem dat deze cruciale processen inzichtelijker maakt. Dat is wat de OptiCIP-software doet door alle relevante data van een CIPinstallatie om te zetten in een dashboard.” OptiCIP, ontwikkeld door Schneider Electric en door Agidens geïntegreerd in de Benelux, monitort en optimaliseert de reinigingsoperaties. Heijgen: “Het verbindt elk toegepast automatiseringssysteem en verzamelt relevante data over het verloop van het reinigingsproces. Daarna gaan we samen met de klant aan de slag om de meest effi ciënte reiniging per installatie op te zetten. De besparingen die hiermee worden behaald, blijken in de praktijk vaak onderschat. We zijn dan ook verheugd dat we dergelijke software kunnen integreren in bestaande of nieuwe processen bij klanten. Ook voor ondersteuning op het vlak van process, E&I en software engineering kunnen klanten op ons rekenen.” Niets dan voordelen De voordelen van OptiCIP zijn legio: het procesverloop wordt direct inzichtelijk, en met de verzamelde data is het mogelijk de installatie te fi netunen en de meest optimale (kostenbesparende) reiniging in te regelen. Heijgen: “De operationele kosten zoals water, energie, verbruik van chemie en tijd kunnen aanzienlijk naar beneden, net zoals de cleaning time, de productverliezen en de impact op het milieu. Bovendien komt OptiCIP ook de voedselveiligheid ten goede omdat het reinigingsafwijkingen identifi - ceert en compliant is met de veiligheids- en kwaliteitswetgevingen. Ook zorgt het voor gedocumenteerde rapporten en is het volledig schaalbaar.” Golden CIP Het OptiCIP-pakket komt met de Golden CIP-technologie. “Dat maakt het mogelijk om de reële reinigingsprestaties te monitoren”, gaat Heijgen verder. “Eens het reinigingsprogramma van een CIP-object is gevalideerd, dan wordt dat de Golden CIPstandaard. Vanaf dan worden alle CIP’s van dat object daarmee vergeleken. Treedt er toch een verschil op, dan wordt dat automatisch aangeduid.” Van audit tot realisatie Agidens faciliteert de reiniging van procesinstallaties volledig, van basic design tot gevalideerde processen. Heijgen: “Eerst analyseren we de bestaande CIP-installatie, met focus op de meetpunten om OptiCIP te kunnen implementeren. Als alle meetpunten aanwezig zijn, volgt een periode van dataverzameling en het uitwerken van een analyse. Beide worden met de klant besproken en in overleg wordt de meest ideale en verantwoorde CIP-cyclus ingeregeld. Na implementatie volgt een training waardoor gebruikers zelf zaken kunnen inregelen en fi netunen. In de praktijk kijken we over de schouder mee en borgen we in samenspraak de meest ideale CIP-afl oop.” Wilt u meer informatie over OptiCIP of Agidens? Surf dan naar www.agidens.com. 33

Procesautomatisering JUMO installeerde nieuw PCA/PCC 3000 systeem bij Ruma Rubber Intuïtieve tracking en tracing R Bij Ruma Rubber, fabrikant van onder andere rubber walsen, werd onlangs de datalogging met een analoge schrijver vervangen door een moderne digitale datalogging met behulp van het JUMO PCC/ PCA 3000 systeem. De data is nu veel makkelijker te benaderen en het proces is eenvoudiger (en op afstand) te monitoren. Bovendien heeft JUMO de nieuwe datalogging als een schil om de bestaande procesautomatisering gebouwd én kan het bestaande ERP-systeem gebruikt blijven worden. Redactie Process Control uma Rubber, sinds 1937 gevestigd in Hoogeveen, is een marktleider in de Benelux op het gebied van diverse rubbertoepassingen. Het bedrijf begon vlak voor de oorlog met walsbekleding: het proces waarbij een rubberlaag op een stalen wals wordt aangebracht. Die walsbekleding is anno 2020 nog steeds de core business van het bedrijf. Van kleine rolletjes in een kopieermachine, tot meterslange industriële walsen. “Onze rollen worden in diverse sectoren gebruikt: de papierindustrie, staalindustrie, verpakkingsindustrie, textielindustrie, folie-industrie, machinebouw, eigenlijk alle toepassingen waarbij er ergens in het proces een rol zit”, vertelt Wim Kreulen van de Technische Dienst van Ruma. Mondiaal In een ander pand, op hetzelfde terrein, vervaardigt Ruma hoogspanningsgarnituren, eveneens van rubber. Kreulen: “Die hoogspanningsgarnituren maken we in opdracht voor een grote klant in die sector.” Tenslotte maakt Ruma voor de olie- en gasindustrie de zogenaamde ‘swellables’. “Die worden gebruikt om boorgaten af te dichten”, licht Kreulen toe. De rollen worden voornamelijk in Europa geleverd: de Benelux, Duitsland, Frankrijk, maar ook de Scandinavische landen kopen regelmatig in bij Ruma. De hoogspanningsgarnituren komen via de Italiaanse opdrachtgever op vrijwel alle werelddelen terecht en de swellables worden eveneens mondiaal ingezet, met de nadruk op olieproducerende landen, zoals Amerika, Rusland en de Arabische landen. Leeg stiftje In de walsfabriek waren de autoclaven tot voor kort uitgerust met analoge schrijvers voor de registratie van de procesdata. Kreulen: “Elke autoclaaf was uitgerust met een schijf waar een naaldje overheen liep en waarmee de druk en de temperatuur gedurende het proces in de autoclaaf werd vastgelegd.” Die analoge schrijvers hadden een aantal nadelen, weet Kreulen uit ervaring. “Zo’n schrijver is niet heel precies. Dat naaldje kan best wat verbuigen, of het Wim Kreulen: “Onze rollen worden in diverse sectoren gebruikt: de papierindustrie, staalindustrie, verpakkingsindustrie, textielindustrie, folie-industrie, machinebouw, eigenlijk alle toepassingen waarbij er ergens in het proces een rol zit.” 36 | nummer 5 | 2020 Kreulen: “Met het nieuwe systeem kijkt de procesoperator na elke batch op zijn beeldscherm of het vulkanisatieproces goed is verlopen.

bij rubberapplicatie een daarvoor ingerichte PC werken, moet er regelmatig onderhoud en updates plaatsvinden en dat wil je tegenwoordig liever anders doen”. gebeurt ook weleens dat halverwege het proces het stiftje leeg is. En daarnaast heb je het bewaren van die schijven. Die gaan in mappen en vervolgens in een archief. Als je iets terug wilde zoeken, was je wel even bezig.” Bij Ruma ontstond de behoefte aan een nieuwe vorm van loggen. “We wilden graag dat de data accurater zou worden gelogd en ook makkelijker terug te vinden zou zijn”, vertelt Kreulen. SCADA De autoclaven bij Ruma waren tot voor kort met een SCADA pakket geautomatiseerd: het SVS 3000-pakket, tevens een product van JUMO. Het SVS 3000-pakket functioneerde prima, maar bleek lastig te koppelen te zijn aan de voorraadsystemen van Ruma. Joris Lit, Product Specialist Automatisering bij JUMO, legt uit: “Daarnaast moet een dergelijk SCADA op PCA/PCC Voor een andere applicatie schafte Ruma enige tijd geleden een datalogger aan van JUMO, die in dit geval werd voorzien van een PCA/PCC 3000 systeem. Het PCA systeem bleek dermate goed te bevallen bij de medewerkers, dat Ruma besloot om de autoclaven ook te voorzien van dit systeem. De PCC tool zorgt er voor dat de gegevens van de hardware in het proces naar de server toe gaan. Het PCA gedeelte zorgt voor de visualisatie van de data. Lit: “Dat PCA/PCC systeem kan je op een server laten draaien, in plaats van op een vaste PC, is niet aan licenties gebonden en is veel praktischer in het moderne gebruik dan het voorheen gebruikte SCADA systeem.” Nieuwe schil Op een lager besturingsniveau worden Imago 500 PID regelaars gebruikt voor de aansturing van de autoclaven. Omdat de medewerkers van Ruma erg tevreden zijn over dit systeem en de Imago 500 nog zeker een aantal jaren in het assortiment van JUMO blijft, werd besloten daar niets aan te veranderen. “De klant wilde liever niet meer nieuwe factoren introduceren dan nodig”, vertelt Lit. “En die PID’s werken gewoon nog prima, dus dan is het niet nodig die te vervangen. Dat is juist ook de charme van zo’n project: wij kunnen over een bestaande procesautomatisering een nieuwe schil aanbrengen die vervolgens weer met het bestaande ERP-systeem communiceert.” De gegevens uit de datalogger worden via de m-TRON PLC op de server van Ruma opgeslagen. “Ik kan dus vanuit huis zien hoe de processen hebben gedraaid”, legt Kreulen uit. m-TRON Via RS485 gaat de data in de nieuwe opstelling uit de vier autoclaven naar de centrale m-TRON PLC. De communicatie komt binnen op de CPU-module, het hart van het systeem. De CPU verwerkt de informatie uit de autoclaven en logt de data. “De m-TRON CPU fungeert in dit geval als een soort gateway”, licht Lit toe. “De CPU is weliswaar de master, maar mocht de PLC uitvallen, kan het hele systeem toch gewoon blijven functioneren. Je mist dan alleen de logging.” Het PCA 3000 systeem maakt middels een HMI-scherm de data direct inzichtelijk voor de operator. De data wordt ook na elke batch automatisch in een PDF op de server opgeslagen. 37

er tijdens het proces een waarde buiten de tolerantie is gelopen: er gaat dan een rode lamp branden boven de ketel. Die melding wordt ook doorgestuurd naar het kantoor.” Vier autoclaven zijn nu op de nieuwe datalogger aangesloten. Een vijfde autoclaaf volgt waarschijnlijk in de toekomst. Batches Bij het fabriceren van de rollers worden vaak meerdere orders in één run in de autoclaaf samengevoegd. De batches zijn soms groot genoeg om een complete autoclaaf te vullen, maar vaak worden er slechts enkele stuks van een bepaalde roller besteld en is het samenvoegen van de orders een slimme manier om kosteneffectief en energiezuinig te kunnen produceren. In het PCA 3000-systeem kunnen in principe 10 verschillende producten per batch worden gelogd, maar in sommige gevallen zou dat niet toereikend zijn. Lit: “We hebben toen gekeken of we die batchgrootte met een barcode scanner konden vergroten naar 20 stuks, maar uiteindelijk kwamen we op een veel simpeler en kosteneffectieve methode. Elk product krijgt een individueel orElke autoclaaf was uitgerust met een schijf waar een naaldje overheen liep en waarmee de druk en de temperatuur gedurende het proces in de autoclaaf werd vastgelegd... 38 | nummer 5 | 2020 dernummer, of ze nu in dezelfde batch hebben gezeten of niet. Bij Ruma kunnen ze dus heel eenvoudig zien dat product XX2 onder bepaalde procescondities is geproduceerd. Stel dat XX2 met XX3 in dezelfde batch hebben gezeten, zijn die procescondities identiek, maar dat is feitelijk niet relevant. Door met individuele ordernummers te werken heb je een sluitende en kosteneffectieve tracking en tracing door het hele proces. Soms is een simpele oplossing gewoon de beste.” Juiste waardes “Het batchnummer wordt automatisch door het systeem van JUMO aangemaakt en dat nummer wordt vervolgens door ons ERPsysteem van Glovia verwerkt”, vult Kreulen aan. “We kunnen dus exact zien waar elk individueel product waar allemaal geweest is en wat er tijdens het vulkanisatieproces precies gebeurd is.” De wens om de individuele producten in het productieproces beter te kunnen volgen, hangt samen met de behoefte aan een betere tracking en tracing. Hoewel bij Ruma de gebruikte uitgangsmaterialen van topkwaliteit zijn en de medewerkers en machines gespecialiseerd zijn in het produceren van hoge kwaliteit rollers, kan er soms ergens iets mis gaan. Kreulen: “Met het nieuwe systeem kijkt de procesoperator na elke batch op zijn beeldscherm of het vulkanisatieproces goed is verlopen. Daarbij kan de operator in één oogopslag zien of zowel de druk als de temperatuur de juiste waardes hebben bereikt en of die voldoende lang zijn behouden. Bovendien geeft het systeem automatisch een waarschuwing als Waarborgen Volgens de ISO normering is Ruma verplicht om klanten de procesdata, indien gewenst, te overleggen. Kreulen: “Dat kon voorheen uiteraard al wel, maar dan moesten we dus naar het archief, uit een dikke map die registratieschijf halen en daar een kopie van opsturen. Nu is het allemaal veel simpeler. Je tikt het ordernummer in en je hebt meteen alle benodigde gegevens op je scherm. We kunnen de kwaliteit nu dus gemakkelijker waarborgen.” Los van de procesdata kregen klanten bij elke order al een keuringsrapport en dat blijft ook in de nieuwe toepassing zo. Kreulen: “Na elke batch werd en wordt de ruwheid en dichtheid van het rubber getest en genoteerd op de formulieren die de klant bij zijn product krijgt. Dat blijft zo.” Server Na een proefperiode van enkele maanden werd het PCA/PCC 3000-systeem door Ruma goedgekeurd. Kreulen: “We hebben nu vier autoclaven op de nieuwe datalogger aangesloten en daar komt waarschijnlijk nog een vijfde bij. Maar het systeem is ook interesHet nieuwe systeem geeft automatisch een waarschuwing als er tijdens het proces een waarde buiten de tolerantie is gelopen.

Met het nieuwe systeem ziet de procesoperator na elke batch op zijn beeldscherm of het vulkanisatieproces goed is verlopen... sant voor andere applicaties waar nu nog analoog data wordt gelogd.” Waar medewerkers voorheen op een tafel allerlei gegevens op de schijven moesten invullen, gaat nu alles per computer. “Het is voor de medewerkers een stuk overzichtelijker en gemakkelijker geworden.” De gegevens uit de datalogger worden via de m-TRON PLC op de server van Ruma opgeslagen. “Ik kan dus vanuit huis zien hoe de processen hebben gedraaid”, legt Kreulen uit. “Dat kan soms best handig zijn. Stel dat een klant op vrijdagmiddag nog even wil weten of de rol waar hij een probleem mee heeft toch wel het proces juist heeft doorlopen, kan ik dat meteen doorsturen vanaf de server.” Minstens zo praktisch is dat de procesoperators nu ook op afstand kunnen zien hoe het proces verloopt. Kreulen: “Voorheen moest Nieuw gevulcaniseerde rollen komen uit de autoclaaf. je daarvoor naar de autoclaaf lopen, nu kan je dat op een PC elders in de fabriek ook zien. Of vanuit de kantine: je weet dus dat je nog even vijf minuten koffie kunt blijven drinken.” Logo Kreulen is enthousiast over JUMO. “Het is niet voor niets dat eigenlijk het merendeel van onze hele fabriek van voor tot achter is geautomatiseerd door JUMO. Als er iets is, zijn ze er altijd vlot bij om je te helpen. Soms zijn dat kleine dingetjes, zoals een logo mee printen op de datasheets, maar ook die kleine dingetjes zijn uiteindelijk belangrijk. In 2004 hebben we onze eerste autoclaaf door JUMO laten uitrusten met de IMAGO 500 PLC en sindsdien hebben ze diverse applicaties binnen onze onderneming kunnen verbeteren.”. Bedrijfszekerheid Waar er bij veel nieuwe automatiseringssystemen een bepaalde terugverdientijd kan worden berekend, is dat in dit geval net even anders. “Je gaat hier niet meer rollen mee produceren,” legt Kreulen uit, “maar het systeem zorgt wel voor een overzichtelijke en sluitende kwaliteitswaarborging.” Toch leidt het nieuwe systeem tot bescheiden procesoptimalisaties. Lit: “Ik zat vorige week nog met Wim aan de telefoon, want ze zagen in de druk-data terug dat ze een rimpeling hadden van 100 millibar. Die drukregeling kon dus nog iets strakker ingeregeld worden. Daar verdien je geen tonnen mee natuurlijk, maar toch kan je er iets mee besparen.” En ook wordt er geld bespaard op onderhoud. Lit: “Met dat oude SCADA systeem zat je vast aan licentiekosten, updates, enzovoorts. Dan moest je bijvoorbeeld weer van Windows 8 naar 9. Van dat soort dingen ben je af. En over oude computers gesproken: je maakt nu ook een sprong als het over cybersecurity gaat. Windows 8 en 9 zijn namelijk niet echt het schoolvoorbeeld van cybersecurity. De waarborging van historische data is drastisch verbeterd en daarmee realiseer je een grotere bedrijfszekerheid in het algemeen.” De gegevens uit de datalogger worden via de m-TRON PLC op de server van Ruma opgeslagen... 39

Column De bereidheid om cloudtoepassingen te gebruiken is toegenomen... Hoezo anti-virus? R ecent zag ik op het journaal dat veel grote Nederlandse bedrijven graag blijvend hun personeel (deels) vanuit thuis willen laten werken. De afgelopen maanden bewezen dat veel bezwaren die hiervoor een jaar geleden nog valide waren ondertussen achterhaald zijn. Niet afhankelijk willen zijn van een internetverbinding, de cloud is niet veilig en we zijn er niet klaar voor. Deze argumenten hebben het verloren van het werken met cloudapplicaties als MS Teams . Thuiswerken en social distancing vormen de firewall voor het virus dat de pandemie veroorzaakt. Er wordt al lang en veel gesproken over de cloud, en steeds meer en professionelere producten worden aangeboden. Maar een daadwerkelijke industriële implementatie zag ik nog maar weinig. Ik vroeg me af wat daarvan de reden is; is de techniek er wel, maar is de markt er nog niet rijp voor? Is de techniek nog onvoldoende volwassen? Is het een technology-push, en schieten we er niets mee op? Peter Withagen Manager Watermarkt Croonwolter&dros B.V. 40 | nummer 5 | 2020 Begin dit jaar heb ik in congrescentrum 1931 tijdens het PPA20 event een presentatie verzorgd met de titel “uw fabriek in de cloud, wat houdt u tegen?”. Tijdens de presentatie hebben we een klein panel samengesteld met een twijfelaar, een believer en een productaanbieder. De twijfelaar was vooral bezorgd over zaken als afhankelijk zijn van een werkende internetverbinding, hoe zijn backups geregeld? kom ik in een lock-in met de leverancier? Is mijn data in Europa wel veilig vanwege de Cloud-Act? De believer schetste mogelijkheden die de cloud kon bieden waar we nu nog niet eens bij stilstaan. Met de cloud wordt industrie 4.0 pas echt goed mogelijk. De aanbieder stelde ons gerust voor zaken als beschikbaarheid van internet, veiligheid en stabiliteit. Bovendien lijkt de cloud ook voor industriële toepassingen nu betaalbaar. Als clouddienst aanbieder voor de Nederlandse waterschappen mag hier gesproken worden van praktijkervaring. Bij gesprekken achteraf viel me op dat veel van de aanwezigen juist de “twijfelaar” het meest vonden aanspreken. Blijkbaar zijn wij Nederlanders graag kritisch tegenover de mogelijkheden die ons voorgeschoteld worden. Dat is op zichzelf een zeer gezonde houding, het zorgt ervoor dat risico’s blootgelegd worden en mitigerende maatregelen getroffen kunnen worden. De technische mogelijkheden zijn in een half jaar alleen maar beter geworden. De pandemie heeft ons een forse duw in de rug gegeven om meer gebruik te maken van clouddiensten. En dat pakte beter uit dan menigeen had verwacht. De bereidheid om cloudtoepassingen te gebruiken is toegenomen. Bent u klaar om uw fabriek vanuit de cloud te besturen?

productnieuws Het belang van netwerkmonitoring en diagnostiek op afstand “De tijd vliegt! - een klassieke uitdrukking in de wereld van vandaag. Het constante gevoel dat er in korte tijd veel moet gebeuren, leidt tot verlies van overzicht en beïnvloedt het resultaat, omdat de aandacht voor details verloren gaat. Daarnaast ligt het gevaar van downtime altijd op de loer. Vele onderzoeken hebben uitgewezen dat fabrieken tussen de 5% - 20% aan productiviteit verliezen vanwege downtime. In de procesindustrie kan slechts één minuut downtime al oplopen tot duizenden euro’s aan kosten. Procentec, de toonaangevende leverancier van diagnostische oplossingen voor industriële automatisering, heeft de gebruikerservaring altijd centraal gesteld. Samen, in de race tegen de tijd, stelt Procentec u in staat om de regie op werkplaats terug te nemen en downtime te minimaliseren. Monitor uw PROFIBUS & PROFINET netwerk op afstand We weten dat monitoring op afstand helpt om tijd te besparen en beter te prioriteren, maar het kan ook zeer gunstig zijn in het geval dat er andere factoren in het spel komen. Denk bijvoorbeeld aan COVID-19, wat in veel gevallen geleid heeft tot een beperkte toegang tot fabrieken, waardoor onderhoud een tamelijk moeilijk te realiseren taak wordt. ComBricks maakt het mogelijk om overal ter wereld uw PROFIBUS of PROFINET installatie 24/7 op afstand te monitoren. Deze tool waarschuwt u als er fouten ontstaan of dreigen te ontstaan. Het is een modulair platform dat repeaters, PA en glasvezel modules kan dragen. ComBricks is het enige product met een geïntegreerde oscilloscoop voor permanent PROFIBUS controle over Ethernet. Behoud controle over uw gemengde netwerkarchitecturen Toenemende complexiteit binnen industriële systemen vraagt om een innovatieve visie om duidelijkheid te scheppen. Een perfect voorbeeld om beweging in de procesindustrie te illustreren, is een gemengde netwerkarchitectuur. Het aantal sites dat meerdere protocollen uitvoert, waaronder PROFIBUS, PROFINET en/of Ethernet/ IP, neemt toe, waardoor er een nieuwe set taken ontstaat. Atlas is dé innovatieve oplossing voor het monitoren en diagnosticeren van Ethernet-netwerken. Eén van de belangrijkste features is de dynamische interactieve Topologie; een grafisch en hiërarchisch overzicht van uw complete netwerk. Daarnaast heeft u met de Quality Factor gemakkelijk inzicht in de netwerkkwaliteit. Over Procentec Procentec levert al ruim 20 jaar innovatieve oplossingen, opleidingen en consultancy aan de industriële automatiseringsmarkt. De primaire focus ligt op de ontwikkeling en productie van automatiseringsproducten voor PROFIBUS, PROFINET, Industrial Ethernet en Ethernet/IP. Voor meer informatie en advies op maat kunt u terecht op onze website, www.procentec.nl

productnieuws De Gidts & Feldman en Control-Care introduceren compressor antisurge- en stoomturbineregelingen met de Honeywell ControlEdge PLC D e antisurge regeling van een centrifugale compressor en de regeling van stoomturbines hebben een aantal overeenkomsten: ze zijn uiterst kritisch, voorzien van complexe regelalgoritmes en moeten zeer snel kunnen ingrijpen. Om deze redenen werden dergelijke regelingen in het verleden door gespecialiseerde fabrikanten als stand-alone oplossingen aangeboden. Tegenwoordig zijn er PLC’s en procesregelsystemen beschikbaar die snel genoeg zijn om als compressor antisurge- of stoomturbineregeling te fungeren. Voor de eindgebruiker is het een groot voordeel dat deze regelingen niet langer dure en specialistische systemen hoeven te zijn maar dat deze in een PLC geïntegreerd kunnen worden welke ook voor procesregeling gebruikt kan worden. De initiële kostenbesparing (Capex) is duidelijk. De besparing op operationele kosten (Opex) is mogelijk nog veel hoger, omdat de inbedrijfstelling en het onderhoud eenvoudiger wordt en er minder kritische onderdelen als reserve gehouden hoeven te worden. Control-Care is gespecialiseerd in compressor antisurge- en stoomturbineregelingen en heeft in samenwerking met De Gidts & Feldman hun jarenlange ervaring gebruikt bij het ontwikkelen van speciale functieblokken voor de Honeywell ControlEdge PLC, waarin speciale regelalgoritmes zijn geïntegreerd. De Honeywell ControlEdge PLC is een optimale PLC om antisurge- en stoomturbineregelingen in te integreren, vanwege de hoge samplesnelheid van de ingangen en de snelle afhandeling van de regeling. Bijkomende voordelen van de ControlEdge PLC zijn de ingebouwde cyber-security en naadloze integratie met de Honeywell Experion LX en PKS-procesregelsystemen. De Gidts & Feldman levert de complete oplossing Alle benodigde componenten voor een betrouwbare compressor antisurge- en stoomturbineregeling zijn beschikbaar bij De Gidts & Feldman. Van de Honeywell ControlEdge PLC met de Anti-surge Control Application (ACA) en Steam Turbine Control Application (STCA) van Control-Care tot en met de druken temperatuurtransmitters en drukverschiltransmitters met fl owelementen. Meer informatie is te vinden op: www.dgfg.nl/controledge RELIABILITY AND AGILITY. MAKING THE MOST OF BOTH. ControlEdge™, a next generation family of controllers for safer, more productive and profitable business: For more information, please contact De Gidts & Feldman BV, Platinum distributor of Honeywell Process Measurement & Control - ControlEdge™ PLC - ControlEdge™ RTU - ControlEdge™ HC900 - ControlEdge™ UOC - ControlEdge™ PCD De Gidts & Feldman BV, De Steiger 215, 1351 AW Almere-Haven Phone 036-5314014 e-mail:sales@dgfg.nl website:www.dgfg.nl THE FUTURE IS WHAT WE MAKE IT

Visual Link Software Your process, your control COMPACTE MEMBRAANGASPOMP MET HOGE PRESTATIE TYPEN NMP850HP EN NMP850.1.2HP Type NMP850HP Dankzij zijn compacte formaat en hoge prestaties is deze HP-serie bijzonder geschikt voor gebruik bij medische apparatuur zoals patiëntbewaking, wonden compressietherapie en ademhalingsapparatuur maar ook voor allerlei andere gastoepassingen waar een compacte pomp met een hoog debiet en een rustige werking nodig is. Max. flow 7 l/min Type NMP850.1.2HP NMP850 HP NMP850.1.2 HP 15 l/min. Eind vacuüm 200 mbar abs. 200 mbar abs. Max. druk 2,5 bar 2,5 bar Afm. (lxbxh) 71x38x56 mm 105x42x80 mm www.knf-verder.nl / www.knf.be +31 (0)30 677 92 40 / +32 (0) 3 871 96 24

Meten, regelen en besturen 60 jaar Endress+Hauser Nederland Innovatie en passie voor techniek als belangrijke succesfactoren Het is opvallend dat veel familiebedrijven niet alleen een belangrijk deel van hun winst investeren in productontwikkeling en innovatie, maar ook erg zuinig zijn op hun ‘human capital’. Wellicht is dat ook wel een van de redenen dat deze bedrijven steevast zijn te vinden in het topsegment van de markt. Endress+Hauser vormt daar geen uitzondering op en is inmiddels alweer 60 jaar in Nederland actief met een eigen vestiging. 2020 zou dus een jaar vol festiviteiten worden inclusief een feestelijke ‘jubileumstand’ op de WoTS in oktober. Covid-19 zette helaas een fikse streep door dit alles, maar terugblikken en vooruitkijken met algemeen directeur Rob Hommersen en marketing manager Aldert Schollaardt kan natuurlijk altijd. Frank Senteur “ Het is in deze technologie gedreven wereld uiterst belangrijk om actief te blijven ontwikkelen,” benadrukt Rob Hommersen, die sinds 1978 bij Endress+Hauser werkzaam is, waarvan de afgelopen 15 jaar in de functie van algemeen directeur. “De oprichter was natuurlijk al een echte uitvinder en nog steeds gaat een groot deel van de winst bij Endress+Hauser steevast naar R&D. Daardoor wordt nieuwe technologie bij ons altijd snel toegepast in concrete producten. In 1960 maakten buizen bijvoorbeeld al plaats voor transistoren, terwijl we in het decennium erop met nieuwe magnetische flowmeters het obstructieloos meten introduceerden. Snel daarna volgden ook digitale, microprocessor gestuurde meetinstrumenten. Dankzij digitalisering werden instrumenten nauwkeuriger, sneller en compacter, maar de markt was huiverig. Nieuwe technologie wordt zelden onmiddellijk omarmd, maar inmiddels weten we welke enorme voordelen digitale technologie binnen bereik heeft gebracht. Zoals bij de moderne Coriolismeters met rechte meetbuizen waarmee tevens viscositeitsmetingen mogelijk zijn en zoals bij onze iTERM TrustSens. Dit was de eerste zelfkalibrerende temperatuurmeter op de markt, waarvoor we op R&D vlak in 2007 een samenwerking waren gestart met de Technische In 1995 droeg oprichter Georg Endress, hier rechts op de foto, de leiding van het bedrijf over aan zijn zoon Klaus. Het oude bedrijfspand aan de Nikkelstraat in Naarden maakte in 2011 plaats voor een ultra modern en energiezuinig kantoor dat op nagenoeg dezelfde plek is gebouwd. 44 | nummer 5 | 2020

Praktijktoepassing van de Speedmag elektromagnetische flowmeter in de jaren 70. Universiteit van Ilmenau (Duitsland). Er was toen al een aantal pogingen gedaan door sensorproducenten maar een echte zelfkalibrerende thermometer was er nog niet. Zo’n tien jaar later was die er dus wel.” Analyzers Door overnames, zoals die van Conducta, betrad Endress+Hauser eind jaren 70 ook aanverwante marktsegmenten zoals vloeistofanalyse. Dit startte met pH metingen op basis van geleidbaarheid, terwijl door latere overnames, waaronder die van een specialist op het gebied van temperatuurmetingen en die van Kaiser Optical systems, Spectrasensors en Analytik Jena, het laboratoriumprogramma werd uitgebreid met nieuwe analyzers. Zoals de door Kaiser Optical ontwikkelde Raman spectrometer bijvoorbeeld, die gebruikmaakt van lasertechnologie. Hiermee kan direct in het proces worden gemeten (geen monsternames nodig zoals bij gaschromatografen) en kunnen analyses tot op moleculair niveau worden uitgevoerd. Endress+Hauser rijdt al een halve eeuw met een demotruck door Europa. Links de eerste demotruck uit 1960, onder de huidige truck met ‘uitschuifbare oplegger’. Team “Onder andere de voortschrijdende miniaIn 1960 maakten buizen bijvoorbeeld al plaats voor transistoren, terwijl we in het decennium erop met nieuwe magnetische flowmeters het obstructieloos meten introduceerden… turisering op het gebied van halfgeleidertechnologie brengt steeds weer nieuwe en krachtiger mogelijkheden tegen verhoudingsgewijs lagere investeringen binnen bereik,” vervolgt Rob Hommersen. “Deze evolutie is nog niet ten einde en dit niet in de laatste plaats omdat we een fantastisch team hebben. Sommige mensen werken hier al heel lang, wat wellicht mede te maken heeft met het feit dat we vanaf de oprichting een echt familiebedrijf zijn. Er is heel veel ervaring en know-how aanwezig, wat ook tot uiting komt in een uitgebreid serviceprogramma. Technologisch voorop lopen is belangrijk en fantastisch als dat lukt, maar het zijn uiteindelijk onze mensen die deze technologie moeten vertalen in praktische toepassingen. Vandaar dat we ook blijven investeren in onze medewerkers. Dit niet alleen qua opleidingen en honorering, maar bijvoorbeeld ook qua werkomgeving. Het huidige pand, dat we in 2011 hebben laten bouwen, staat inmiddels niet alleen bekend als fraai en praktisch maar ook als zeer mens- en milieuvriendelijk. De sfeer in een bedrijf en de uitstraling naar buiten bepaalt in hoge mate de prestaties van een onderneming en vandaar dat we, zoals het een goed familiebedrijf betaamt, niet alleen erg goed zorgen voor onze medewerkers, maar ook voor onze klanten.” Ethernet en internet “Digitalisering gaat een steeds grotere rol spelen en daar zijn wij met onze ontwikkelingen ook een van de aanjagers van,” vertelt marketing manager Aldert Schollaardt die sinds 2005 werkzaam is bij Endress+Hauser Nederland. “Zoals Rob Hommersen al aanstipte, hebben wij al veertig jaar ervaring met digitale instrumenten en het is ook alweer 20 jaar geleden dat we met W@M 45

Het nieuwe Temp-C membraan met mechanische temperatuurcompensatie. De eveneens nieuwe Liquitrend Sensor (QMW43) kan zeer dunne laagjes meten en daarmee onder andere vervuiling detecteren. Kalibratie-opstelling uit 1980. op de markt kwamen, waarmee offl ine instrumenten beheerd en gevolgd konden worden. W@M (Library) is nu onderdeel van het IIoT platform Netilion dat steeds meer mogelijkheden biedt. Mede door de Corona crisis zie je dat het ‘digitale werken’ ook binnen de proceswereld een vlucht neemt. Eerst werd ingezet op digitalisering van de instrumenten zelf, nu zijn we zover dat we een volledige kopie (Digital Twin) van een fabriek kunnen maken (ook in The Cloud), waarmee alle denkbare simulaties mogelijk zijn. Daarvoor is het belangrijk om zoveel mogelijk informatie uit instrumenten te halen, waarvoor Ethernet een ideale drager blijkt. Met een ‘Digital Twin’ kun je niet alleen diagnoses uitvoeren maar ook voorspellingen doen (predictive). Er zijn zelfs al demo’s waarbij Netilion aan Google is gekoppeld en je spraakgestuurde opdrachten kunt geven en het systeem vragen kunt stellen. De verwachting is dat veldbussystemen zoals Profi bus DP en Hart overschaduwd gaan worden door industrieel Ethernet, dat bijvoorbeeld al in verschillende varianten zoals PROFINET en EtherNet/IP beschikbaar is. Vooral extern gevoede instrumenten kun je heel simpel aan Ethernet hangen, maar er is inmiddels ook Ethernet-APL voor communicatie via twisted pair kabels. Op die manier kunnen in de toekomst ook druk-, vortex- en temperatuurmeters via Ethernet aangesloten worden, waardoor het net zich sluit en de complete fabrieks-infrastructuur digitaal wordt. Alle bekende veldbusprotocollen hebben bovendien wel een Ethernet variant en dus kan het hard gaan.” Windows rukt op “Als je fabrieksautomatiseerders vijfentwintig jaar geleden vroeg hoe zij dachten over de toepassing van Windows in industriële 46 | nummer 5 | 2020 De Promass Q fl ow- en dichtheidsmeter, hier in een olie en gas applicatie, kan ook de ingesloten hoeveelheid lucht in een medium meten. omgevingen, keken ze je vreemd aan en antwoordden ze: ‘No way’,” vervolgt Aldert Schollaardt. “Maar dat is inmiddels wel anders. Windows based besturingssystemen rukken op en dat geldt ook voor fabrieken die aan internet zijn gekoppeld. Uit veiligheidsoverwegingen durfden veel fabrieken dit aanvankelijk niet aan, maar de voordelen die dit met zich meebrengt wegen niet meer op tegen de risico’s, die dankzij nieuwe beveiligingstechnologie ook veel kleiner zijn geworden. Dit maakt de weg vrij voor een snelle opmars van webbased applicaties. De bediening van 4-draads instrumenten gaat nu al heel eenvoudig via webservers, terwijl de bediening van 2-draads instrumenten via Bluetooth en een speciale Endress+Hauser app gaat. Ook kan er met steeds meer instrumenten via WiFi gecommuniceerd worden en dat gaan we steeds verder doorvoeren. Gewapend met een tablet of laptop loop je nu al door de fabriek en daarmee kun je straks werkelijk alle instrumenten die via WiFi of Bluetooth communiceren uitlezen en programmeren. Heel veel informatie over het verloop van processen kun je uit instrumenten halen en daarvoor is er nu ook het relatief nieuwe Namur Open Architecture (NOA). Dit kan worden gezien als een horizontale uitgang op de automatisering pyramide waardoor diagnostische informatie niet meer (alleen) uit het DCS komt (verticaal) maar uit alle automatisering- en instrumentatielagen in de fabriek. Meer horizontaal dus. Wij ontsluiten die data via een secundair systeem, waardoor je via Ethernet allerlei data buiten het DCS om kunt verzamelen.” Nieuwe instrumenten Op instrumentvlak zal er de komende maanden het nodige aan nieuws van Endress+Hauser op ons af komen. Zoals een ‘plugged impulsline detection’ bij druktransmitters, waarmee verstoppingen in leidingen gedetecteerd kunnen worden. Ook komen er nieuwe chemical seals voor druktransmitters die via het gepatenteerde membraan de uitzetting van de olie als gevolg van het proces en de omgevingstem

Als je fabrieksautomatiseerders vijfentwintig jaar geleden vroeg hoe zij dachten over de toepassing van Windows in industriële omgevingen, keken ze je vreemd aan en antwoordden ze: ‘No way!”... Met de nieuwste T-Mass thermische massafl owmeter kan bi-directioneel worden gemeten zodat dit instrument ook de stroomrichting van het medium kan aangeven. peratuur kunnen compenseren. Hierdoor zijn kleinere seals mogelijk met vergelijkbare prestaties (bijvoorbeeld 2” in plaats van 3”), wat resulteert in kosten- en gewichtsbesparing. Op het gebied van elektromagnetische fl owmeters komt er een uitvoering aan waarmee scaling (aangroei) in leidingen gedetecteerd kan worden, terwijl met de nieuwste thermische massafl owmeters ook bi-directioneel gemeten kan worden zodat deze meters de fl owrichting kunnen aangeven. Tevens zal binnenkort een nieuwe Promass Q massafl owmeter gelanceerd worden die de hoeveelheid ingesloten lucht in een medium kan meten. Als je dit weet kun je heel eenvoudig de dichtheid van het medium bepalen, ook al zit daar lucht in. Daarnaast is er een nieuw apparaatje ontwikkeld dat op basis van een capacitieve en inductieve meting hele dunne laagjes vervuiling kan meten. Op die manier kan bijvoorbeeld gecontroleerd worden of een CIP-reiniging goed is uitgevoerd. Digitale ‘WoTS’ Tot slot is er interessant nieuws op marketing gebied. Aldert Schollaardt zegt daarover: “Nu door Corona veel vakbeurzen zijn afgelast of verplaatst naar de toekomst, zijn wij gaan kijken of wij de markt een mogelijkheid konden bieden om onze stand veilig en comfortabel vanachter de computer te bezoeken. Om toch het echte beursgevoel te krijgen zeg maar. Door ons ‘Corporate Exhibition Center’ is hiervoor een concept ontwikkeld waarmee een ‘digitaal beursbezoek’ mogelijk wordt. Alle Endress+Hauser beursmodellen worden al jaren digitaal ontworpen en in 3D CAD gevisualiseerd, zodat het in feite nog maar een kleine stap was om een ontworpen stand ook volledig in te richten met producten en opstellingen. De eerste week van oktober, waarop normaal gesproken de WoTS in Utrecht gehouden zou worden, gaan we live met onze digitale beurspresentatie. Je kunt via bediening van je muis, door de stand wandelen, inzoomen op producten en demo’s activeren en vervolgens makkelijk aangeven of je over een bepaald onderwerp of product meer informatie wenst te ontvangen. We zijn heel benieuwd hoe dat gaat lopen. Het ziet er in ieder geval schitterend uit op je scherm en de techniek erachter is dan ook indrukwekkend. Natuurlijk hopen we iedereen volgend jaar ook weer op een fysieke beurs te zien, maar onze virtuele beurs sluit in ieder geval al heel goed aan op de nieuwe trend waarbij we meer digitaal op afstand gaan werken.” Sterk familiebedrijf De historie van Endress+Hauser begint in 1953 met de introductie van capacitieve en conductieve niveaumeters die Georg Endress, elektrotechnisch ingenieur van huis uit, had ontworpen. Tot dan toe was vrijwel alles pneumatisch (druk, niveau) dus dit was een echte ‘fi rst’ in de markt. De capacitieve meters waren een schot in de roos. Geen bewegende delen, volledig dicht en bestand tegen chemicaliën. Snel daarna volgden nieuwe noviteiten zoals de sonore en ultrasonore instrumenten, werkend met geluidsgolven. Na een succesvolle start in Duitsland wilde het bedrijf een internationaal netwerk opbouwen en zo werd op 1 september 1960 in Amersfoort de fi rma Endress+Co Holland N.V. opgericht door de heren Hilbert Geveke en George Endress. Ook weer een primeur, want het was het eerste verkoopkantoor van Endress+Hauser buiten het Duitstalige gebied. Het kantoor in Amersfoort, in feite niet meer dan de benedenverdieping van een woonhuis, was snel te klein, dus werd in 1965 een kantoor gevonden in een Gooise villa op de Eslaan in Bussum. Inmiddels werkten er al negen mensen bij deze Nederlands vestiging. In de jaren tachtig werd de locatie aan de Nikkelstraat de thuisbasis voor Endress+Hauser Nederland en dat is nog steeds zo. Wat ooit begon als een eenmanszaak in een garage in Amersfoort groeide uit tot een professionele organisatie met momenteel 165 medewerkers. Een grote familie! Want dat is de cultuur die zo typerend is voor Endress+Hauser. Zorgen voor elkaar en met elkaar voor de klanten is het motto van dit internationale familiebedrijf. Zo ziet de nieuwe sensor van de T-mass thermische massafl owmeter eruit. 47

Nieuws Sitrans SAM IQ-app verbetert gebruik instrumentatiedata Siemens breidt haar instrumentatieportfolio uit met de nieuwe Sitrans SAM IQ-app voor Smart Asset Management (SAM) van procesinstrumentatie. De Sitrans SAM IQ-app biedt de gebruiker nieuwe mogelijkheden door waardevolle informatie beschikbaar te stellen, die voorheen niet toegankelijk was. Dit zijn op de eerste plaats aanvullende diagnostische gegevens, die worden verzameld, voorbereid en zeer overzichtelijk worden gevisualiseerd. Sitrans SAM IQ is ontworpen in lijn met de gestelde eisen conform de NAMUR-richtlijn. De app kan instrumentatiedata verwerken vanuit Siemens- en niet-Siemens instrumenten. De overdracht van alle instrumentatiedata naar een uniform informatiemodel betekent dat 48 | nummer 5 | 2020 voor het eerst informatie van alle fabrikanten beschikbaar is en hierdoor kan worden afgeleid en vergeleken. Sitrans SAM IQ biedt een gebruiksvriendelijk overzicht van alle geïntegreerde meetinstrumenten. Om gemakkelijk prioriteiten te kunnen stellen aan het onderhoud toont de app – geheel conform NAMER NE107 – in één oogopslag de onderhoudsstatus van elk instrument. Bovendien beschikt de gebruiker over talloze opties voor evaluatie en bewaking van data, die kunnen worden gebruikt om storingen aan instrumenten te verminderen en de bedrijfszekerheid te vergroten. Bijkomend voordeel is dat door de overgang van adhoc naar preventief onderhoud aan instrumenten de onderhoudskosten tot een minimum worden beperkt. Sitrans SAM IQ beschikt over een breed scala van functies, zoals de functie om de status van het instrument gedurende zijn hele levenscyclus te kunnen volgen. Door tijdig inzicht of het instrument in aanmerking komt voor reparatie dan wel vervanging kan stilstand worden voorkomen. In geval van onbedoelde wijzigingen in de configuratie of ongeoorloofde toegang kunnen alle wijzigingen eenvoudig worden geïdentificeerd in het logboek en kan het herstelproces worden geactiveerd. Bovendien stelt Sitrans SAM IQ gebruikers in staat om metingen te valideren door middel van instrumentdiagnostiek van proceswaarden. Aanpasbare dashboards met meerdere parameters bieden ondersteuning voor de optimalisatie van alle processen. Dit betekent dat data tussen meetinstrumenten onderling kunnen worden vergeleken en dat specifieke plausibiliteitscontroles kunnen worden uitgevoerd. Sitrans SAM IQ is ideaal geschikt voor industrieën waar meetinstrumenten worden gebruikt, bijvoorbeeld in de chemische, farmaceutische, voedings- en drankenindustrie of de wateren olie- en gasindustrie. De Cloud-gebaseerde app is zowel beschikbaar voor desktop-PC’s als voor mobiele apparaten zoals tablets en smartphones, en biedt gebruikers op elk moment en vanaf elke locatie eenvoudig toegang tot de gewenste data.

Althen Sensors & Controls breidt IoT portfolio uit met slimme draadloze vibratiesensoren van Treon Het nieuwe draadloze IoT monitoringssysteem bestaat uit een netwerk van sensor nodes, die hun data via een IoT-gateway data kunnen verzenden naar elk computernetwerk of cloudplatform. Twee verschillende nodes worden aangeboden: de industriële sensor nodes meten en bewaken tri-axiale trillingen en oppervlaktetemperatuur van (roterende) apparatuur, zoals pompen, motoren, roerders en mixers. De ambient nodes monitoren luchtkwaliteit, temperatuur, vochtigheid, omgevingslicht, geluidsniveau en luchtdruk. De batterij-gevoede nodes kunnen eenvoudig en kostenefficiënt worden gemonteerd op bestaande apparatuur, maar kunnen ook onderdeel zijn van grootschalige mesh-netwerken voor het verzamelen van sensorgegevens in slimme gebouwen, steden en fabrieken. “Het slimme IoT sensornetwerk van Treon stelt onze klanten in staat om elke ruimte of machine 24/7 te monitoren, zonder dure bekabelde apparatuur. Dit maakt het een bijzonder kostenefficiënte manier om assets die nog niet gemonitord worden op grote schaal te gaan monitoren, en daarom zien wij deze nieuwe IIoT-sensor oplossing als een mooie waardevolle aanvulling op onze bestaande portfolio”, aldus Thijs Haselhoff, managing director van Althen BV. FlowGuard transmitters voor lage verschildruk metingen PSIDAC heeft haar succesvolle FlowGuard 6280 druktransmitter lijn verder uitgebreid met 3 nieuwe modellen om aan de wensen vanuit de installatiebranche te kunnen blijven voldoen. Het instap model, de FlowGuard 6279, met een 0,5% nauwkeurigheid, heeft Modbus en een vrij instelbare analoge uitgang, maar zonder alarmfuncties en alarmrelais. Het toepassingsgebied zijn druk applicaties waarbij alleen een stabiele en nauwkeurige drukmeting is gewenst. Het dual mode model FlowGuard 6282 wordt geleverd met alarmfuncties en een alarmrelais. Dit model heeft 4 alarmen, 2 voor de negatieve ruimtedruk (neg hi/lo-alarm) en 2 voor de positieve ruimtedruk (pos hi/lo-alarm). De 6282 is speciaal ontworpen voor dynamische en omschakelbare ruimtes zoals patiënten ruimtes die geschikt zijn voor bron of voor beschermde isolatie. De FlowGuard 6283 is de meest geavanceerde druktransmitter en heeft, naast alle functies van de FlowGuard 6282, de luchtstroom (l/s), de luchtsnelheid (m/s) en luchtwisselingen per uur (ACPH). Het toepassingsgebied is breed waaronder cleanrooms, laboratoria en ziekenhuizen. Alle druktransmitters zijn optioneel leverbaar met een auto zero functie en een display. De druksensor is leverbaar als bi directioneel, uni directioneel of thermisch (voor zeer lage drukken). Alle druktransmitters kunnen voorzien worden van een kalibratiecertificaat. Het meetbereik is vrij instelbaar vanaf 5, 10, 25, 50, 75, 100, 125, 250, 300, 500 Pa of ± 5, 10, 25, 50, 75, 100, 125, 250 Pa met een 10 bits resolutie. Ook de analoge uitgang is vrij instelbaar 0-5, 1-5, 0-10, 1-10, 2-10 V, 4-20 mA , 0-20 mA. Naast de analoge uitgang is er standaard een Modbus uitgang. Toepassingen voor de FlowGuard zijn divers waaronder ruimtedruk bewaking, flowmetingen, statische druk metingen, VAV-boxen en alarm applicaties. 49

Nieuws ASi-5 digitale module met 16 I/O: maximale flexibiliteit en kanaalspecifieke diagnose Krijg maximale flexibiliteit in uw applicatie met de nieuwe zelfconfigurerende 16 I/O digitale module van Bihl + Wiedemann (BWU4230). De 16 digitale signalen van de ASi-5-slave kunnen naar wens worden verdeeld. Bijvoorbeeld 12 afstandssensoren en 4 kleppen in een applicatie met verpakkingstechniek. De IP67module is bij uitstek geschikt voor hoge I/O-dichtheden. Een bijzonder voordeel van de 16 I/O digitale module is het brede scala aan diagnose-opties: de kanaalspecifieke diagnose maakt het mogelijk een kortsluiting of een overbelasting van de afzonderlijke sensorvoeding voor elke uitgang afzonderlijk te identificeren. De status van ingestelde digitale uitgangen kan worden uitgelezen voor cyclische feedback. Dit maakt het oplossen van problemen in het systeem kinderspel. Afb.: De 16 digitale signalen van de BWU4230 kunnen naar wens worden verdeeld. Shell Moerdijk moderniseert oude fornuizen voor honderden miljoenen Shell Moerdijk moderniseert de zestien oudste fornuizen van de kraakinstallatie, waarna er acht overblijven. Door deze investering dalen het energieverbruik en de uitstoot van broeikasgassen. Bovendien leveren de werkzaamheden tussen 2022 en 2025 honderden banen extra op voor de regio. Shell schakelt voor het ‘honderden miljoenen’ kostende mammoetproject veel lokale en regionale aannemers in. De fornuizen zijn een essentieel onderdeel van de chemie-installatie in Moerdijk, de zogeheten Moerdijk Lower Olefins-fabriek (MLO). In deze kraakinstallatie worden grotere en kleinere molecuulketens geknipt en van elkaar gescheiden. De basischemicaliën die de fabriek maakt, zijn terug te vinden in ontelbare (eind)producten zoals bijvoorbeeld lichtgewicht plastics, zepen, isolatiemateriaal, ontsmettingsmaterialen, matrassen, fietsbanden en sportschoenen. Krachtbron voor kraakproces De in 1972 gebouwde fornuizen vormen de krachtbron voor het 50 | nummer 5 | 2020 kraakproces. De zestien oudste fornuizen zullen gefaseerd worden gemoderniseerd en vervangen door acht nieuwe, die gezamenlijk dezelfde capaciteit hebben als de voorgangers. Het aantal schoorstenen van het complex zal door ‘project Skyline’ dalen van twintig naar twaalf. De nieuwe fornuizen komen in modules met schepen naar Moerdijk. Daar worden zij fornuis voor fornuis in elkaar gezet. General manager Richard Zwinkels van het Moerdijkse chemiecomplex, een van de grootste van Europa, in BNDeStem: “,,We zijn er blij mee dat we dit aan de regio kunnen bieden, zeker in deze moeilijke economische periode.” Shell heeft voor de werkzaamheden honderden extra lassers, metselaars, elektriciens en andere technici nodig. Door de gefaseerde aanpak kan de fabriek tijdens de verbouwing gewoon blijven draaien. Naar verwachting zal de verbouwing in 2025 kunnen worden afgerond. Daling energieverbruik De nieuwe fornuizen van de MLO zijn een stuk efficiënter dan de oude. Als gevolg daarvan daalt het energieverbruik van het chemiecomplex aan het Hollandsch Diep aanzienlijk. Minder energieverbruik betekent ook een forse daling van de uitstoot van CO2 en andere gassen zoals zwavel, stikstof en fijnstof. Shell Moerdijk verlaagt de CO2 - uitstoot met naar verwachting 10 procent. Dit is vergelijkbaar met de uitstoot van ongeveer 50.000 personenauto’s. “Dit is echt een grote stap in de energietransitie van het bedrijf én de regio”, zegt de general manager in BNDeStem. Zwinkels is om meer redenen heel blij dat de Shell-groep het gigaproject op Moerdijk heeft goedgekeurd: ,,Dit doe je namelijk niet voor vijf jaar. Zo’n enorme investering is een signaal dat we op Moerdijk zitten voor de lange termijn.” Minder vraag door corona Zo vanzelfsprekend is de miljoeneninvestering op dit moment bovendien niet, zegt de general manager: ,,Door corona is er wereldwijd een vermindering van de vraag. De Duitse automobielindustrie is bijvoorbeeld een grote afnemer van ons. Die heeft drie maanden stilgelegen. We sabbelen nu even op een heel droog stokje. In zekere zin investeren we tegen de stroom in.” De vernieuwing van de fornuizen past in het streven van het door Shell gesteunde Nederlandse Klimaatakkoord om de uitstoot in 2030 met 49 procent te verlagen. De investering is een van de stappen in de energietransitie, maar zeker niet de enige. Op Shell Moerdijk staat al een zonnepark van 27 MW piekvermogen en is een grote stoomcompressor sinds vorig jaar elektrisch aangedreven, waarmee veel CO2 -uitstoot wordt vermeden. Kijkend naar de toekomst, werkt Shell aan verdere elektrificatie van de installaties en circulaire inrichting van de bedrijfsvoering.

Nieuws Ramp Beiroet voor Sittard-Geleen geen aanleiding voor onderzoek veiligheidsrisico’s Ramp Beiroet voor SittardGeleen geen aanleiding voor onderzoek veiligheidsrisico’s De ramp in Beiroet, waarbij een opslag van ammoniumnitraat explodeerde, leidde in de gemeente Sittard-Geleen tot onrust onder de bewoners. Reden voor de raadsfractie van GroenLinks om vragen te stellen aan het College van B&W. Dat laat weten dat er binnen de gemeentegrenzen geen opslag of verwerking plaatsvindt van ammoniumnitraat. “Er is enkel sprake van opslag van ammoniumnitraat in oplossing, dan wel opslag van ammoniumnitraathoudende kunstmeststoffen die geringe veiligheidsrisico’s inhouden.” Ammoniumnitraat is een stof die wordt gebruikt bij de productie van kunstmest. En aangezien op Chemelot enkele kunstmestfabrieken staan van OCI Nitrogen was dat voor GroenLinks aanleiding om vragen te stellen over gebruik en opslag van ammoniumnitraat op Chemelot, meldt de lokale nieuwssite NL. Het College laat weten dat binnen de inrichting van OCI op de site Chemelot wél tijdelijke opslag plaatsvindt van een oplossing van ammoniumnitraat in water. De hoeveelheid aanwezige oplossing bedraagt maximaal 165 ton en 160 ton vanuit de ureum melamine fabriek. Deze oplossing wordt verwerkt tot een kunstmeststof, in casu kalkammonsalpeter (KAS). De opslag van KAS bedraagt maximaal 194.500 ton. Binnen de inrichting van Ekompany International BV te Born vindt opslag plaats van kunstmeststoffen, maximaal 8.100 ton. Geen overtredingen Het College schrijft verder dat de RUD Zuid-Limburg tijdens een controle van de naleving van de vergunningsvoorschriften van OCI in 2020 geen overtredingen heeft geconstateerd met betrekking tot de opslag van kunstmeststoffen. Ook bij Ekompany International constateerde de RUD in 2018 bij een controle geen overtredingen rond de opslag van kunstmeststoffen. De kunstmeststoffen, zoals KAS, zijn volgens het College niet brandbaar of explosief. De opslag van deze kunstmeststoffen vindt plaats onder voorwaarden opgenomen in de PGS 7 (De PGS 7 geeft richtlijnen voor de opslag van vaste minerale organische meststoffen). De provincie Limburg liet eerder weten geen aanleiding te zien om het toezicht op bij OCI Nitrogen in Geleen geproduceerde of opgeslagen ammoniumnitraat te verscherpen. Een woordvoerder laat aan de Limburger weten dat een explosie zoals in Beiroet bij OCI „niet kan plaatsvinden”. De opslag is dusdanig gemaakt dat er „geen fysische explosie kan plaatsvinden”, aldus de zegsman. Als het gaat om de bedrijven op chemiecomplex Chemelot, vormt de provincie het bevoegd gezag voor zaken als vergunningverlening, toezicht en eventueel handhaving. mechatronica AMETEK-JOFRA & BEAMEX Kalibratieoplossingen Ook voor ATEX omgevingen Druk | Temperatuur | Meetsignalen Kalibratieoplossingen HART, FOUNDATION Fieldbus en Profi bus T E W 010 292 8787 info.mechatronica@batenburg.nl www.batenburg-mechatronica.nl

DE NIEUWE KRACHTBRON IN DE SCHAKELKAST      WAGO voeding Pro 2 De WAGO-voedingsserie Pro 2, met voedingen van 120 tot 960 watt, zet nieuwe maatstaven in communicatie en parametreerbaarheid, evenals     Top- of PowerBoost garanderen de hoge               de waarde betrouwbaar worden uitgeschakeld als een overbelastingsdrempel wordt overschreden,      De voeding Pro 2 kan worden aangesloten op de PLC of een IoT-controller via een snap-on communicatiemodule (momenteel IO-Link, later ook             van gestandaardiseerde protocollen een constante     

 • Piekrendement tot 96,3 procent • Top- of PowerBoost-functie • Gemakkelijke verbinding met een PLC of een IoT-controller • Klaar voor Industrie 4.0 • Constante communicatie via gestandaardiseerde protocollen, zoals IO-Link 1 | WAGO NEUHEITEN Artikelnummer: 2787-2448, -2147, -2146, 2789-9080* 2787-2144** 2787-2347*** 2787-2348*** NETVOEDING PRO 2 NIEUW

Column Of blijft alles gewoon bij het oude? De wereld wordt nooit meer hetzelfde D e maatregelen tegen het Coronavirus hebben een grote impact op onze maatschappij. Ze zijn bedoeld om op korte termijn verspreiding van het virus tegen te gaan en te zorgen dat de IC’s niet overbelast raken. Ze hebben echter nog veel meer gevolgen. Sommige van die gevolgen hebben met het virus zelf te maken, zoals het aantal slachtoffers van Covid19. Deskundigen kunnen een inschatting maken van het totaal aantal slachtoffers bij verschillende strategieën van bestrijding van het virus, waarbij ze een afweging moeten maken tussen het totaal aantal slachtoffers op korte termijn en op lange termijn. De maatregelen hebben echter wereldwijd nog veel meer gevolgen. Het World Food Programme van de Verenigde Naties verwacht dat er dit jaar 300.000 mensen per dág extra zullen sterven als gevolg van de pandemie en de maatregelen. In totaal zijn dit 120.000.000 slachtoffers. Dit zijn er meer dan het verwachte totaal aantal slachtoffers van het virus zelf. Ir. Martin van den Hout Sr. Management Consultant Agidens Consulting martin.vandenhout@agidens.com 54 | nummer 5 | 2020 Deze slachtoffers zullen vooral in de arme landen vallen, maar ook dichter bij huis merken we gevolgen. Veel bedrijven zitten in zwaar weer. De Europese en Amerikaanse overheden pompen massaal geld in de markt om de economie overeind te houden. Toch verliezen veel mensen hun baan en zitten freelancers al maanden thuis. Het aantal aanmeldingen bij voedselbanken neemt toe, terwijl van de andere kant ons overgewicht ook toe neemt. Ook de geestelijke gezondheidszorg heeft het drukker dan ooit. Dit is geen ver-vanons-bed-show; iedereen ondervindt het aan den lijve, al is het niet altijd even dramatisch. Eén van de bijzondere effecten van alle Coronamaatregelen is dat we met z’n allen videobellen veel normaler zijn gaan vinden. Gesprekken waar ik normaal gesproken een uur voor in de auto zou moeten zitten, voer ik nu vanaf mijn kantoor thuis. Daardoor neemt iedereen veel makkelijker contact met elkaar op. Dus hoewel ik veel minder mensen in levende lijve zie, spreek ik veel meer mensen. Voor het milieu is het ook beter. De wereldwijde CO2 uitstoot neemt dit jaar af. Kortom de pandemie heeft grote gevolgen voor ons allemaal. Waarschijnlijk hoor je daarom vaak dat de wereld nooit meer hetzelfde zal zijn. Ten dele is dit natuurlijk waar. De wereld verandert constant. De pandemie zal dat tijdelijk versnellen. Een aantal zaken zal ook blijvend veranderen. Waarschijnlijk gaan meer mensen een aantal dagen per week thuis werken. Dat heeft dan weer gevolgen voor de CO2 uitstoot en de files. Mensen die minder vaak naar het werk hoeven te rijden en minder in de file hoeven te staan, gaan misschien ook verder van hun werk af wonen. Zo kan ik nog wel meer gevolgen verzinnen. Toch denk ik dat er in de kern niets verandert aan onze manier van leven. Als we eenmaal een vaccin hebben en de maatregelen opgeheven worden, zullen veel mensen gauw weer terugvallen in hun oude patronen. Mensen willen leven en houden dezelfde basisbehoeften. We houden bedrijven die geld moeten verdienen. We houden ook een overheid die het geld weer uitgeeft. We houden politici die naast het landsbelang ook hun partijbelang zwaar laten meewegen. We houden een klimaatprobleem dat op termijn vele malen groter is dan het Coronaprobleem. We blijven dezelfde basisbehoeften houden die we altijd al hadden. In de kern verandert er dus eigenlijk niets. Bedrijven doen er dan ook goed aan om te kijken hoe ze nu hun installaties klaar kunnen maken voor na de pandemie. Zoals de oude wijze mannen altijd al zeiden: “Hou je hoofd koel en je voeten warm. Ook dit gaat weer over.”

productnieuws Over trefzekere procesoptimalisatie gesproken De directe impact van Artificial Energie Intelligence Cyriaan Teunissen, Manager Business Development Actemium WoTS gaat dit jaar door de coronacrisis niet door; de ontwikkelingen binnen de procesindustrie denderen gewoon voort. Zo is de nationale CO2 -reductie van 50% in 2030 nog steeds het uitgangspunt. Maar hoe krijg je dit voor elkaar, zonder je bedrijfsprocessen volledig overhoop te gooien? Het antwoord zit in Artificial Energie Intelligence (Aei®); de ideale software om onomwonden op energiebesparingen en kostenreductie af te stevenen. Energie die je niet nodig hebt, hoef je ook niet op te wekken. Dit is de gedachte van waaruit we bij Actemium procesoptimalisatie realiseren. Wat ons betreft is het de meest directe manier om energieverbruik te verminderen en dus de noodzakelijke CO2 -reductie te realiseren. We hebben binnen dit expertisegebied de afgelopen jaren alles op alles gezet om interessante oplossingen voor de industrie, en aan de levensmiddelenindustrie in het bijzonder, te ontwikkelen. Makkelijk 5 tot 15% besparen Onze route naar procesoptimalisatie is zorgvuldig: door een analyse te maken van energieverbruik en dit af te zetten tegen de combinaties van producttype, productievolume en weersomstandigheden, kom je als producent tot een steeds optimalere procesefficiëntie. Dit levert fikse energiebesparingen op: denk aan besparingen van 5 tot 15%. Ook zoomen we in op specifieke onderdelen van het productieproces, resulterend in een continuproces zonder storingsoponthoud en nóg meer energiebesparing. Veelzijdige software Om tot deze optimale procesefficiëntie te komen, maken we gebruik van Aei®. Dit is software die op basis van historische data en met behulp van domeinkennis, de verbanden leert tussen de prestaties van assets, omgevingsfactoren en het energiegebruik (gas, warmte en elektra). In het kort: de Aei®-software detecteert near-realtime afwijkingen en genereert inzichten om procesinstellingen snel te verbeteren. Het levert overigens niet alleen energiebesparingen op; we optimaliseren meteen je grondstof- en afvalstromen. Condition Based Maintenance Maar hiermee zijn we er niet: Aei® biedt meer mogelijkheden. Tijdens de coronacrisis werden sommige levensmiddelenproducenten bijvoorbeeld gedwongen om continu te produceren. Er was geen of minder tijd voor gepland groot onderhoud. Met Aei®-software in huis is dat geen probleem. Onregelmatigheden worden in een zeer vroeg stadium gesignaleerd en hier passen we het onderhoud op aan. Deze Condition Based Maintenance (CBM) biedt de mogelijkheid voor een nagenoeg continue productie. Direct sturen op betere prestaties De voordelen van Aei® zijn voor de industrie meer dan interessant. Resumé: op een laagdrempelige manier hebben we de prestaties van ál je assets in het vizier. Hiermee creëren we de ideale uitgangspositie voor een optimaal proces. Aei® stelt je in staat om kort op de bal te spelen en heel gemakkelijk naar betere prestaties te navigeren. We keken ernaar uit om je tijdens WoTS meer te vertellen over de impact van Artificial Energie Intelligence op jouw bedrijfsprocessen. Benieuwd waar precies jouw winst ligt? Neem contact op of kijk voor meer informatie op Actemium Plant Design. Voor meer informatie neem contact op via cyriaan.teunissen@actemium.com 55

Events Maintenance & Worksafe vindt plaats op 1,2 en 3 december 2020 in Gorinchem Nut van smart maintenance H Op 1,2 en 3 december aanstaande vinden in Evenementenhal Gorinchem de vakbeurzen ‘Maintenance’ en ‘Worksafe’ plaats. Het evenement zou eerder dit jaar plaatsvinden, maar werd vanwege de coronacrisis verplaatst naar een later moment. In de tussentijd heeft Easyfairs, de organisator van de beurs, alles uit de kast getrokken om het evenement op een veilige manier te kunnen laten verlopen. Redactie Process Control oewel de coronacrisis er voor zorgde dat Maintenance & Worksafe verplaatst moesten worden, maakt diezelfde crisis duidelijk dat investeren in smart maintenance in tijden als deze nuttiger is dan ooit. “Bedrijven die hun assets onderhouden op basis van vaste, op tijd gebaseerde intervallen, zaten midden in de crisis met een probleem”, vertelt Head of Event Michiel Schröder. “Als er al monteurs beschikbaar waren, was het lastig om ze op een veilige manier aan het werk te laten gaan. Voor klanten in het buitenland bleek dat nog lastiger te zijn: er was gedurende enkele maanden nauwelijks vliegverkeer operationeel.” Kennis Bedrijven die de afgelopen jaren investeerden in slimmer onderhoud, konden op afstand zien of de lagers in een compressor nog wel een paar honderd uur konden doordraaien, of dat vervangen echt noodzakelijk was. Schröder: “Op basis van die beschikbare gegevens en de verwachte productie, kon een dergelijk bedrijf makkelijker vooruit plannen dan bedrijven die niet over dergelijke kennis beschikken.” “Je zou zelfs kunnen stellen dat bedrijven met een hogere mate van digitalisering, niet alleen op het gebied van maintenance, maar door het gehele productieproces, makkelijker kunnen inspringen op de uitdagingen die dergelijke crisissen met zich meebrengen”, meent Schröder. De industrie speelt bovendien een doorslaggevende rol in de herstart van de economie. “Ondernemers kunnen zich in de komende periode onderscheiden van de concurrentie door slim te investeren in digitalisering en smart maintenance”, verduidelijkt Schröder. 56 | nummer 5 | 2020

groter dan ooit Over Maintenance en Worksafe Maintenance en worksafe vormen samen een uniek platform in Nederland voor veilig onderhoud en asset management binnen de industrie. Men treft op Maintenance en Worksafe experts die onder andere gespecialiseerd zijn in industriële onderhoudstechnologieën en -materialen, instrumentatie, asset management & field services, software oplossingen, rampenpreventie en – bestrijding, training & consultancy, persoonlijke beschermingsmiddelen en explosiebeveiliging. De deelnemers van het evenement presenteren toepasbare technologie en werkwijzen om (onderhouds)werkzaamheden veiliger en efficiënter te maken. Voorwaarde De maatregel dat bijeenkomsten van meer dan honderd mensen niet werden toegestaan, is opgeheven en daarmee is het weer mogelijk om beurzen te organiseren. Dat gaat echter niet zomaar. “Wij hebben als organisatie er voor gezorgd dat exposanten en deelnemers veilig de beurs kunnen bezoeken. Alleen op die voorwaarde willen wij een beurs organiseren”, legt Schröder uit. Desinfectie Op de beurs zal meer dan voorheen gedesinfecteerd worden. Schröder: “Oppervlaktes worden schoongemaakt met een desinfectiemiddel en de meest aangeraakte oppervlaktes worden met grote regelmaat opnieuw schoongemaakt. Bovendien is er overal toegang tot desinfecterende handgel. We roepen exposanten en deelnemers op die zoveel mogelijk te gebruiken en onze medewerkers houden dat goed in de gaten.” De Smart Badges maken contactloze uitwisseling van gegevens heel eenvoudig en eventuele betalingen dienen ook contactloos te worden voldaan. Maatregelen “Mensen die zich ziek voelen, worden gevraagd niet naar de beurs te komen”, vervolgt Schröder. En een ad hoc bezoek aan de beurs is vanwege de veiligheid niet mogelijk. “Deelnemers dienen zich van te voren in te schrijven. Daardoor kunnen wij er voor zorgen dat er zich nooit meer mensen op de beursvloer bevinden dan is toegestaan.” Plexiglas schermen, looplijnen en het vermijden van fysiek contact zorgen er tenslotte voor dat de mensen die op de beurs komen een minimaal risico op besmetting lopen. De hygiëneregels gelden uiteraard ook voor de standhouders. Schröder: “Daarbij vragen we exposanten ook om de stands zo ‘clean’ mogelijk te houden. Daardoor kunnen we de stands veel beter schoonhouden.” 57

Het conferentieprogramma: Van praktijk naar ambitie De thema`s ‘Assets‘, ‘Veiligheid‘ & ‘Human Factor‘ staan centraal bij het vrij toegankelijke conferentieprogramma. Tijdens diverse presentaties en Workshops worden bezoekers geïnspireerd en aan het denken gezet. Men krijgt antwoord op de vraag hoe onderhoudswerkzaamheden efficiënter en veiliger uitgevoerd kunnen worden. Hoe doorbreek je de huidige praktijk? Hoe denkt de werkvloer hierover en hoe verhoudt zich dit tot de visie van het management? De focus ligt niet alleen op technologische ontwikkelingen die voor handen liggen, maar ook op de wijze hoe deze geïmplementeerd kunnen worden: de mensen, de organisatie(structuur), leiderschapsstijl, de flexibiliteit. Belangrijk is wel dat zowel exposanten als bezoekers een prettige sfeer ervaren op de beurzen. Schröder: “We hebben de maatregelen zo opgezet dat bezoekers en standhouders er zo weinig mogelijk hinder van ondervinden. Juist door duidelijke maatregelen te nemen en de ruimte goed in te richten op de situatie, voorkom je discussies en mogelijk onveilige situaties.” Waarom een bezoek aan Maintenance nuttig is Ben Van Tichelen, Sales Engineer ATHEX Industrial Suppliers: “Onderhoud op onze explosieveilige atex apparatuur wordt in vele situaties uitgevoerd onder tijdsdruk en in moeilijke omstandigheden. Veiligheid wordt hierdoor regelmatig uit het oog verloren: atex kasten worden zonder de juiste procedures geopend in atex omgevingen, en veiligheidsprocedures worden tijdelijk “vergeten”. Wat ons betreft een onacceptabele praktijk. Geen enkele concessie m.b.t. veiligheid! Het aspect veiligheid is ingebakken in onze cultuur. We zijn verheugd dat de beursorganisator een veilig platform inricht om in tijden van corona toch face-to-face gesprekken te kunnen voeren, om het belang van veilig werken met de nodige overtuiging te laten doordringen bij de markt. Dit voor de veiligheid van zowel de asset owners, als onze eigen medewerkers. We vertellen u graag meer over onze visie tijdens de vakbeurzen Maintenance en Worksafe in Gorinchem.” De onafhankelijke kennispartners van het evenement vertellen onder andere over de invloed van onderhoud op veiligheid, betekenisvol leiderschap en verandering in asset management, risicoanalyse van gedrag, psychosociale arbeidsbelasting (PSA), duurzaamheid binnen asset management en nog veel meer. Uiteraard is ook in het kennistheater rekening gehouden met de 1.5 meter. Zo hebben de theaters gescheiden in- en uitgangen en zijn er uitsluitend zitplaatsen voor de bezoekers. De sprekers dienen ook 1.5 meter afstand te houden tijdens de presentaties en technici reinigen microfoons na gebruik in het theater. 58 | nummer 5 | 2020

productnieuws Ontsluit het potentieel van ongebruikte instrumentgegevens Netilion IIoT-ecosysteem 30% van de geïnstalleerde instrumenten is verouderd. Heeft u een goed zicht op uw werkelijke situatie? Met het Endress+Hauser Netilion IIoT-ecosysteem worden instrumenten automatisch geregistreerd, georganiseerd en verbonden door gebruik te maken van internettechnologie - zonder daarbij concessies te doen aan data security en privacy - waarmee dynamisch inzicht wordt verkregen in veroudering en mate van standaardisatie. Netilion cloud-based IIoTecosystem Elke gebruiker is op zoek naar manieren om voorspellend onderhoud uit te voeren en ongeplande systeemuitval te voorkomen. Endress+Hauser wil huidige en toekomstige gebruikers oplossingen bieden die het onbenutte potentieel in hun veldinstrumenten gaan benutten. Hoewel de gegevens al bestaan is het een grote uitdaging om deze gegevens te ontsluiten en er gebruik van te maken om inzicht te verkrijgen. Met het Netilion Cloud IIoT-ecosysteem worden instrumenten van Endress+Hauser en van derden automatisch opgenomen in de Netilion Cloud. Het biedt verschillende applicatiefuncties in de vorm van Netilion Services; Analytics, Health, Library, Value en Smart Systems. Scanner-App Natuurlijk zijn niet alle instrumenten ‘smart’, dus hoe kunnen dan ‘conventionele instrumenten’ aan de Netilion Cloud worden toegevoegd? Hiervoor is een Scanner-app ontwikkeld voor smartphones en tablets. Deze staan via het Wifi of 3G/4G netwerk in verbinding met de Netilion Cloud waarmee eenvoudig relevante instrumentinformatie wordt ingevoerd. Voor het inlezen van het serienummer is zelfs een handige dotmatrix scanner geïntegreerd in de ScannerApp. Aanvullend maakt de camera foto’s van het instrument en upload deze vanuit de Scanner-App automatisch naar Netilion Analytics. Date security en privacy Het volledige Netilion ecosysteem gebruikt de modernste veiligheidsmechanismen en is gecertificeerd om maximale gegevensbeveiliging te garanderen. Het heeft een 4-sterren certificering toegekend gekregen van EuroCloud en voldoet aan de privacywetgeving. Alle certificeringsdocumenten hiervoor zijn openbaar en op te vragen bij Endress+Hauser ter inzage. Meer weten? Volg dan ons blog over Netilion op: www.netilion.endress.com/blog De eerste echte Endress+Hauser virtuele beursstand komt eraan! In plaats van u te ontvangen op de WoTS dit jaar, bezoekt u ons online. Wilt u hier nieuws over ontvangen, meld u dan aan op: marketing.nl@endress.com 59

productnieuws Veiligheid voorop Volgens de laatste trends is er wereldwijd een sterk groeiende vraag naar systemen die de installatieveiligheid kunnen verhogen. Niet alleen naar de hardware, maar ook de gehele organisatie erom heen. Industriële processen bestaan veelal uit installaties met systemen die zeer waardevolle informatie leveren. Met deze data kun je bijvoorbeeld onderhoudsintervallen voorspellen. Maar hoe kunnen we de veiligheid voor mens en machine blijven garanderen? Alleen volledig betrouwbare hardware voor procesautomatisering, in combinatie met een uitgebreid veiligheidsbeheersysteem, zal voldoen aan de toekomstige eisen van de procesinstallaties. Als producent en leverancier van procesinstrumentatie heeft KROHNE alle relevante eisen voor veiligheid geïmplementeerd in haar meetapparatuur, waardoor de apparatuur voldoet aan de nieuwste internationale veiligheidsnormen en -voorzieningen. Een van de voornaamste richtlijnen in de industrie is SIL. De implementatie van SIL vereist translationele engineering. Het vertaalt de engineering naar de praktijk en andersom. Dit vereist niet alleen kennis van het proces, maar ook van de specifi eke kenmerken van elk metertype. KROHNE heeft tientallen jaren ervaring opgedaan met verschillende meettechnologieën en metertypes in kritische toepassingen, en heeft deze kennis steeds geïmplementeerd in haar meetontwerpen. De SIL-apparaten hebben zichzelf in uitgebreide testen en veldgebruik bewezen en bieden de kwaliteit en bedrijfszekerheid om het risico in veiligheid kritische toepassingen te minimaliseren. Zoals in de nieuwe MFC 400 converter, toepasbaar op alle X400 Coriolis massafl owmeters. Deze is ontwikkeld volgens de IEC 61508 2010 veiligheidsnorm en, afhankelijk van de I/O- en fl owsensor-variant geschikt voor veiligheidstoepassingen SIL 2/3. De enige SIL-gecertifi ceerde massafl owmeter versterker die Bluetooth-communicatie via HART® mogelijk maakt, zelfs in veiligheid kritische toepassingen. De versterker vertaalt ruwe signalen vanuit het instrument naar signalen, die een systeem en de mens kunnen monitoren en interpreteren. Dit klinkt complex, maar in basis zorgt de versterker voor een stabiele en nauwkeurige meting van massafl ow, dichtheid en temperatuur, van vloeistoff en of gassen. Van cryogene vloeistoff en tot en met hoge temperaturen en enkele- of meerfase vloeistoff en. De diagnostiek is conform de NAMUR-norm NE 107 voor status- en foutafhandeling. Dit maakt niet alleen uitgebreide (zelf)controle van de interne circuits en informatie over de gezondheid van de fl owsensor mogelijk, maar geeft ook essentiële informatie over het proces en de omstandigheden. 60 | nummer 5 | 2020 De meetwaarden en de diagnostische informatie kunnen worden verzonden via Fieldbus interfaces, waaronder HART®, RS485 Modbus, FOUNDATION™ Fieldbus, PROFIBUS® en PROFINET IO. Daarnaast is, in combinatie met de OPTICHECK Mobile app. inbedrijfstelling, verifi catie, diagnose en monitoring van alle OPTIMASS x400 fl owmeters ook mogelijk, via een beveiligde draadloze Bluetoothverbinding(<20 m). Een onderhoudsmedewerker kan, zonder uw apparaat uit te bouwen of het proces te onderbreken, een interne verifi catie uitvoeren om de apparaat-status te beoordelen. Of de diagnostische- en monitoringfuncties gebruiken, om te bepalen of een meetinstrument correct is geïnstalleerd, maar ook voor optimalisatie van uw instrumentinstellingen. Dit biedt voordelen voor installatie op moeilijk bereikbare plaatsen. Het aantal proces- en bedrijfsveiligheid maatregelen kan hierdoor worden verminderd, een besparing op onderhouds- en arbeidskosten. Meer informatie op www.krohne.nl

     Gebruiksvriendelijk       IO-link                 PROFIweek        38 39 39 40 41 44 45 46 47 48 49        61 

Bedrijven-Wijzer Proces Instrumentatie op maat! Temperatuursensoren & instrumentatie Klay Instruments b.v. Nijverheidsweg 5 7991 CZ Dwingeloo T 0521-591550 E info@klay.nl W www.klay.nl Tempcontrol Industrial Electronic Products B.V. Ambachtshof 54 2632 BB Nootdorp T 015 - 251 18 31 info@tempcontrol.nl www.tempcontrol.nl Sensoren & Instrumentatie Procesafsluiters Conditioning systemen & proces-analyzers Keller Nederland Leeghwaterstraat 25 2811 DT Reeuwijk 0182 - 399840 www.keller-holland.nl sales@keller-holland.nl Startfl ow BV Plaza 22b 4782 SK Moerdijk 088 - 0044600 info@startfl ow.nl www.startfl ow.nl Automatisering more than sensors + automation HEGON Techniek Hildebrandhove 100, 2726 AZ Zoetermeer The Netherlands T 06-51960287 Info@hegontech.eu www.hegontech.eu Automatisering Cyber security WAGO Laan van de Ram 19 7324 BW Apeldoorn 055-3683500 www.wago.com/nl info-nl@wago.com Agenda 2020 VEGA Webinar: radar de nieuwe norm voor niveaumetingen in drinkwaterprocessen Ontdek in op 21 of 24 september in 30 minuten de superioriteit van VEGA’s nieuwe generatie compacte radarsensoren. Moeiteloos te integreren in elk proces, ook als het complex is. En uiterst gebruiksvriendelijk te bedienen. Productspecialisten Roland Rohrs en Marc ter Maat laten u ontdekken waarom radar nu én in de toekomst de standaard is voor niveaumetingen in uw bedrijf. Meld u snel aan! Meer informatie op: https://www.vega.com/nl-nl/home_nl/bedrijf/nieuws-en-evenementen/ seminars JUMO Meet- en Regeltechniek B.V. Rijnkade 18 1382 GT Weesp 0294 - 491492 www.jumo.net info.nl@jumo.net Festo Schieweg 62 2627 AN DELFT 015 - 25 18 899 www.festo.nl sales.nl@festo.com Hudson Cybertec Laan van ‘s-Gravenmade 74 2495 AJ Den Haag 070-2500717 www.hudsoncybertec.com/nl info@hudsoncybertec.com Uw beurs, congres of evenement ook in de agenda van Process Control? Stuur een mail naar info@processcontrol.nl 62 | nummer 5 | 2020

Tel: 015 - 251 18 31 | info@tempcontrol.nl | tempcontrol.nl De specialist in temperatuur meet- en regeltechniek Temperatuur is een belangrijke parameter in veel processen, systemen, machines of onderdelen van machines. Temperatuurvariaties of drift , maar ook ongewenste temperatuurverschillen kunnen de prestaties van een machine of systeem behoorlijk beïnvloeden. Het goed kunnen meten en regelen van temperatuur in een proces heeft een positief eff ect op de levensduur van machines, zorgt voor minder uitval en betere prestaties. Klantspecifi eke temperatuursensoren Tempcontrol ontwikkelt en produceert temperatuursensoren op klantspecifi catie en in standaard uitvoering. Met ruim 40 jaar ervaring zijn wij in staat om steeds weer de juiste oplossing voor elke specifi eke toepassing te vinden. Er zijn veel uitvoeringsvormen mogelijk. Een snelle responsietijd, hoge nauwkeurigheid, een lange termijnstabiliteit, bestand tegen hoge of juist lage temperaturen, eigenlijk behoort bijna alles tot de mogelijkheden. Transmitters, regelaars, indicators en meer… Naast temperatuursensoren leveren wij ook een breed assortiment aan kwaliteitsinstrumentatie, zoals transmitters, regelaars, isolators, indicators en diverse precisie meetapparatuur. Wij vertegenwoordigen kwaliteitsmerken zoals AsconTecnologic, ASL/Wika, Dostmann, Inor, MBW, Giussani, Kambic en Weidmann. Wij beschikken over een productieafdeling en cleanroom. Tevens hebben wij een eigen kalibratie- en researchlab waar we o.a. kunnen meten, optimaliseren, kalibreren en stabiliseren. Maar ook (lange termijn) testen, responsietijdmeting en onderzoek van temperatuursensoren behoort tot de mogelijkheden. Graag adviseren wij u over de juiste temperatuursensor en apparatuur voor uw proces. Temperatuursensoren in diverse uitvoeringsvormen Instrumentatie voor meten en regelen van temperatuur Tempcontrol levert aan bijna alle industrieën waar temperatuur een kritische factor is: medische en voedingsmiddelenindustrie, lucht-, ruimte- en scheepvaart, halfgeleider-, kunststoff enindustrie en defensie, pharma- en petrochemie, machine- en apparatenbouw, installatiebedrijven en laboratoria etc. Bezoek www.tempcontrol.nl/proces voor ons volledige productportfolio.

1 Online Touch

Index

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5
  6. 6
  7. 7
  8. 8
  9. 9
  10. 10
  11. 11
  12. 12
  13. 13
  14. 14
  15. 15
  16. 16
  17. 17
  18. 18
  19. 19
  20. 20
  21. 21
  22. 22
  23. 23
  24. 24
  25. 25
  26. 26
  27. 27
  28. 28
  29. 29
  30. 30
  31. 31
  32. 32
  33. 33
  34. 34
  35. 35
  36. 36
  37. 37
  38. 38
  39. 39
  40. 40
  41. 41
  42. 42
  43. 43
  44. 44
  45. 45
  46. 46
  47. 47
  48. 48
  49. 49
  50. 50
  51. 51
  52. 52
  53. 53
  54. 54
  55. 55
  56. 56
  57. 57
  58. 58
  59. 59
  60. 60
  61. 61
  62. 62
  63. 63
  64. 64
Home


You need flash player to view this online publication