0

ESSAY ANDERS FORMEREN BELOONT KIEZER 18 SERIE MINISTERIES ONDERWIJS, ALTIJD OMSTREDEN 32 SPECIAL EUROPA BRUSSEL BETER BENUT 41 25 juni 2021 | week 25 | jaargang 42 12 2021 BINNENLANDS BESTUUR INSPRAAK BIJ RES ONDER VUUR ENERGIEPLAN MIST DRAAGVLAK Het Publieke Domein VAN EN VOOR DE PUBLIEKE SECTOR Als het om arbeidsmobiliteit gaat hetpubliekedomein.nl | info@hetpubliekedomein.nl | 030 - 208 1153 Teamontwikkeling: wat is er nodig voor een toekomstbestendig team? Download de whitepaper via www.bmc.nl/wendbaregemeente ONAFHANKELIJK MAGAZINE VOOR BETROKKEN AMBTENAREN EN BESTUURDERS

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 02COLOFON REDACTIONEEL Binnenlands Bestuur is een uitgave van de Sijthoff Media Groep en verschijnt tweewekelijks op vrijdag. REDACTIEADRES Postbus 75462, 1070 AL Amsterdam tel: 020 - 5733669 e-mail: info@binnenlandsbestuur.nl www.binnenlandsbestuur.nl HOOFDREDACTIE Eric de Kluis REDACTIE Hans Bekkers (chef redactie), Wouter Boonstra, Martin Hendriksma, Adriaan de Jonge, Yolanda de Koster, Alexander Leeuw, Michiel Maas, José Salhi. COLUMNISTEN Geerten Boogaard, Jan Verhagen ILLUSTRATOR Berend Vonk Coverbeeld: Ramon van Flymen / ANP-HH VASTE MEDEWERKERS Crisitina Bellon, Ton Bestebreur, Martijn Delaere, René Didde, Wilma van Hoeflaken, Yvonne Jansen, Michel Knapen, Harry Perrée, Maurice Swirc, Marjolein van Trigt, Simon Trommel. BASIS-ONTWERP: Studio Room VORMGEVING VRHL Content en Creatie, Alphen aan den Rijn DRUK Senefelder Misset, Doetinchem ADVERTENTIEAFDELING Jan-Willem Hulst, tel. 06-22663674 Marcel van der Meer, tel. 06-23168872 Sandra de Vries, tel. 020-573 3656 E-MAIL ALGEMEEN traffic@binnenlandsbestuur.nl DIRECTIE Willem Sijthoff MARKETING Lindsay Duijm ABONNEMENT Voor een (gratis) abonnement zie de website: www.binnenlandsbestuur.nl en ga naar abonnementen. Heeft u nog vragen, mail dan naar klantenservice@binnenlandsbestuur.nl of bel 020 – 573 3600. Betaalde abonnementen voor bedrijven en professionals buiten de doelgroep: jaarabonnement 1e jaar € 87,- (normaal € 229,-). Abonnementen voor raadsleden en leden van Provinciale Staten zijn gratis. Los nummer € 9,75. De prijzen zijn exclusief btw. Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaarden de auteur(s), redacteur(en) en uitgever(s) geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten en onvolkomenheden, noch voor gevolgen hiervan. ISSN 0167-1146 OPLAGE 43.000 © Het is niet toegestaan om zonder voorafgaande toestemming van de uitgever artikelen, onderzoeken of gedeelten daarvan over te nemen. Geld voor extra handen is er nog steeds niet Binnenlands Bestuur is een onafhankelijk magazine voor de hoger opgeleide decentrale ambtenaar en lokale bestuurder. MELDINGEN OPENBARE RUIMTE GEWOON DOORLUSSEN Door landelijke maatregelen werkt een groot deel van de bevolking nu al meer dan een jaar thuis. En op die zolderkamertjes en in die logeer kamers en keukens ergeren ze zich groen en geel aan geluidsoverlast door wegwerkzaamheden of klussende buren, aan losliggende stoeptegels en het vuilnis dat te laat wordt opgehaald. En wat doen burgers die overlast of slecht onderhoud ervaren? Ze bellen de gemeente. In heel Nederland worden de meldpunten openbare ruimte inmiddels platgebeld en platgemaild. In Amsterdam alleen al nam het aantal meldingen in coronatijd met 88 procent toe. Dat is dus bijna een verdubbeling. Voor het beantwoorden van al die telefoontjes en dat mailverkeer zijn ook mensen nodig. En daar hebben gemeenten een groot tekort aan. Sinds het mantra ‘decentraal wat kan, centraal wat moet’ in Den Haag opgeld deed, heeft het rijk een flink pakket taken bij de gemeenten over de schutting gekieperd, dus het tekort aan ‘handjes’ is alleen maar toegenomen. Toch nam, volgens cijfers van de Kennisbank Openbaar Bestuur, het aantal gemeenteambtenaren sinds de decentralisaties in 2015 slechts in beperkte mate toe. Helemaal opvallend is dat het aantal rijksambtenaren niet afnam, maar harder steeg dan de bezetting van de gemeenten. Op de laatste ledenvergadering van de VNG bleek dat gemeenten het tekort aan menskracht en geld spuugzat zijn. De rijksoverheid ziet er geen been in om honderden miljoenen stuk te slaan op ongebruikte mondkapjes, maar geld voor extra handen in de gemeente is er nog steeds niet. Die dreigen nu de deur naar Den Haag dicht te gooien en nieuwe taken niet uit te voeren. Maar ook in Den Haag weten ze dat dit loze dreigementen zijn. Met het stoppen van de uitvoering raken gemeenten immers alleen hun eigen burgers. MICHIEL MAAS REDACTEUR BINNENLANDS BESTUUR Ik heb een beter idee voor de activistische gemeente die een gebaar wil maken: lus de telefoonlijn van het meldpunt openbare ruimte een dagje door naar het ministerie van uw keuze. Daar zitten ambtenaren zat. En die snakken vast en zeker naar een beetje contact met de burger. ADVERTENTIE EU-nieuwsbrief Ontvang 1x per maand het nieuws over de belangrijkste agendapunten van de Europese Unie en het Europees Parlement. Meld u nu aan binnenlandsbestuur.nl/nieuwsbrieven

- t - n ’ - w BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 INHOUD 03 14 COVERSTORY ENERGIESTRATEGIE De RES-regio’s komen voor 1 juli met een definitief plan voor de op te wekken duurzame elektriciteit. Dan moet de plek van windmolens en zonneparken worden bepaald. Burgers hebben nog nauwelijks kunnen meepraten. 10 JOHN JORRITSMA ‘IK BEN EEN WORKAHOLIC’ Eindhoven groeit en bloeit, maar dat gaat niet zomaar. Burgemeester John Jorritsma wil extra geld van het rijk. Een gesprek over de keerzijde van economisch succes en de Wet van de aardbeienjam. 28 VAN NO-GO-AREA TOT HOTSPOT 24 PIONIERENDE GEMEENTEN JEUGDZORG OP DE SCHOP Gemeenten onderzoeken de mogelijkheden om tot een financieel houdbaar jeugdstelsel te komen. Bericht uit drie pionierende gemeenten. Tientallen jaren zaten de deuren er stevig op slot. Maar een voormalig gevangenisterrein kan van een no-go-area veranderen in een hotspot met horeca, cultuur en bedrijven. Wethouders van Breda, Amsterdam en Haarlem over de gewenste ontwikkeling. EEN BRUISEND LEVEN VOOR DE GEVANGENIS NIEUWS Laat raad gaan over aantal wethouders ESSAY Ga anders formeren ACHTERGROND Help, Almere zakt de klein in ABONNEMENT Voor een (gratis) abonnement zie de website: www.binnenlandsbestuur.nl. Klik vervolgens op Abonnementen en kies de vorm die bij u past. Onderwijs: van geldverdeler tot kop-van-Jut ‘Fossiel ABP moet anders beleggen’ SPECIAL EUROPA Meedoen belangrijker dan winnen Rapportage Europees geld is een rommeltje 42 45 18 22 32 37 4 VERDER COLOFON / REDACTIONEEL 2 BEREND VONK GEERTEN BOOGAARD NIEUWS IN BEELD IN DE CLINCH JAN VERHAGEN BOEK PERSONALIA 5 7 8 17 47 50 52

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 04 NIEUWS BESTUUR DOOR: WOUTER BOONSTRA De gemeenteraad moet zelf kunnen bepalen hoeveel wethouders hij aanstelt. Ook zouden wethouders meer ondersteuning moeten krijgen. De Wethoudersvereniging wil snel maatregelen nu het aantal lokale bestuurders met een burn-out oploopt. TEGENGAAN VAN BURN-OUTS BIJ LOKALE BESTUURDERS ‘LAAT RAAD GAAN OVER AANTAL WETHOUDERS’ ‘Laat de gemeenteraad zelf bepalen hoeveel wethouders ze aanstellen’, oppert directeur Jeroen van Gool van de Wethoudersvereniging. Hij ziet het als manier om de zorgelijke aantallen uitvallende wethouders te stoppen. Het Wethoudersonderzoek van Binnenlands Bestuur en De Collegetafel toonde eerder aan dat 33 wethouders in 2020 afhaakten om gezondheidsredenen. Zij bereikten de grenzen van hun fysieke mogelijkheden. Daarmee volgt het lokaal bestuur de Haagse trend, waar Kamerleden zoals Pieter Omtzigt en minister Bruno Bruins en staatssecretaris Bas van ’t Wout onlangs ook afhaakten wegens ‘overspannenheid’. Den Haag wordt door sommigen dan ook een ‘burn-outfabriek’ genoemd, maar lokaal gaat het dus ook die kant op. De Wethoudersvereniging maakt zich daar zorgen over. ‘Het wethouderschap is vaak een meer dan fulltime baan. De omvang van taken, de complexiteit en het maatschappelijk afbreukrisico nemen alleen maar toe. Door corona zijn ook de “leuke, losse momenten” met inwoners of bij de koffieautomaat weg. Dat breekt wethouders op’, aldus directeur Jeroen van Gool, zelf CDA-raadslid in Alphen aan den Rijn. VALKUIL Onder druk van corona is ook de werkdruk toegenomen. Van Gool hoort van wethouders dat al dat digitale vergaderen kansen biedt, maar ook een valkuil is. ‘Veel overleggen achter elkaar is handig, ‘ Ons bestuur is door alle spanningen minder stabiel’ maar de keerzijde is dat je veertien uur per dag onafgebroken in dat soort vergaderingen zit.’ Dat vergt iets van de geestelijke flexibiliteit. Overleggen variëren van een stoep tegel tot het bereiken van klimaatdoelen en alles wat daartussen zit. ‘Er zijn geen mijmermomenten meer om je voor te bereiden. Er zijn minder kansen om te reflecteren. Voorheen gebeurde dat tijdens de reistijd of bij de koffieautomaat. Wethouders zijn gebaat bij contacten met mensen. Die leuke component is er niet meer en dan is het moeilijk vol te houden. De balans is volledig zoek.’ Corona gaat weer voorbij, maar voor corona was er al de financiële druk op schouders van wethouders, merkt Van Gool op. ‘Hoe moet je daarmee omgaan? Ieder extra gezin met een autistisch kind moet je helpen, maar steeds is dat een overschrijding van het budget. Het college is bepalend: of samen problemen het hoofd bieden of eenzaam blijven met je eigen portefeuille. Dit leidt tot spanningen in colleges en op wethouders.’ En dat leidt weer tot uitval van wethouders. Ze leggen het bijltje erbij neer of gaan langer door, met burn-outs tot gevolg. Als colleges de spanningen niet goed verwerken, kunnen ze leiden tot coalitiebreuken. ‘Ons bestuur is daardoor minder stabiel geworden.’ ZORGELIJK De stabiliteit van het openbaar bestuur is in het gedrang. En dat is zorgelijk. ‘Als je na 60 tot 70 uur werken nog niet alle uitdagingen hebt gedaan, dan gaat er dus iets mislopen op de langere termijn. Het gaat ten koste van de gezondheid.’ Dat geldt voor Kamerleden, bewindslieden en het geldt ook voor gemeenteland. ‘Ik ken persoonlijk al tien wethouders die uit de running zijn of met ziekteverlof of die zich hebben laten vervangen.’ De Wethoudersvereniging ziet dit niet alleen met lede ogen aan, maar probeert ook ‘bewustwording’ te creëren. ‘Op oriëntatiedagen wijzen we mensen die wethouder willen worden erop, de balans en vitaliteit te behouden. Ook tijdens intervisie wordt hierbij stilgestaan. We staan worstelende wethouders individueel bij en organiseren masterclasses, waarin we inzicht geven in een goede balans in werkdruk, zodat je kunt blijven functioneren.’

A . . r t n n n t BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 BESTUUR NIEUWS 05 ‘ Er zijn geen mijmermomenten meer om je voor te bereiden’ Een luisterend oor en ‘er zijn’ is al belangrijk. ‘Laat je door professionals begeleiden op heidagen of in collegevergaderingen. Ruim tijd voor elkaar in. Er was een lastige vergadering in de raad. Hoe gaat het nu? We zien iets op jouw dossier aankomen: hoe kunnen we je helpen? Je had een moeilijk gesprek met een ondernemer die zijn zaak moest sluiten. Hoe is het nu met jou? Er zit een persoon achter de wethouder. Gun hem of haar een uitlaatklep.’ GEMEENTERAAD De gemeenteraad kan daar als werkgever een rol in spelen, vindt Van Gool. ‘Goed werkgeverschap is ook vragen: college, hoe gaat het met jullie? Iedereen ziet hoe hard jullie werken om de boel draaiende te houden. Dat geldt ook voor de ambtelijke organisatie. Vraag in het presidium hoe het ervoor staat.’ CARTOON BEREND VONK Van Gool hoopt toch dat de meeste gemeenten kansen blijven benutten om met elkaar de hei op te gaan. ‘Even informeel, buiten de raadscyclus om, met een natje en droogje. Doe een midterm review. Hoe gaan we nu verder in de laatste fase? Heb oog voor persoon achter het ambt. Dat is heel gezond.’ Raadsleden kunnen ambtelijke ondersteuning krijgen via de griffie, maar in lang niet elke gemeente hebben wethouders bestuursondersteuners, constateert Van Gool. ‘En niet iedere gemeente biedt de broodnodige ruimte om wethouders opleidingen te laten volgen of intervisie te laten doen om stoom af te blazen. Dat kan helpen om als wethouder goed te functioneren.’ Verder hebben wethouders geen wettelijke vrije dagen, ook niet voor mantelzorg. ‘In coronatijd moest dat weleens en dan is daar geen regeling voor. Het zou goed zijn om daarover na te denken.’ Een ander idee is: vrijgeven hoeveel wethouders er zijn in een gemeente, want nooit is geregeld om meer wethouders aan te stellen om een klus te klaren. Van Gool: ‘Je mag met een deeltijdaanstelling voor 60 procent salaris 120 procent aan sturen draaien. Dat is geen gezonde constructie om het openbaar bestuur te waarderen. Daar is meer ruimte en versoepeling nodig. Thema’s als de energietransitie, de Omgevingswet, het sociaal domein en alle veranderingen door corona kunnen een rechtvaardiging zijn om extra wethouders aan te trekken. De Tweede Kamer kan wel een programmaminister voor corona regelen, maar een gemeente kan zoiets niet doen, want het aantal wethouders is gemaximeerd. Dat is krom.’

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 GEERTEN BOOGAARD COLUMN07 VERKEERD DEBAT OVER WINDMOLENS Voor de ambtenaar van de toekomst Met een VNG Connect Trainee haalt u jong talent in huis met een frisse kijk. VNG Connect leidt trainees op tot de allround ambtenaar van de toekomst. En misschien wel het belangrijkste: zij staan klaar met innovatieve ideeën voor de organisatie en om projecten van de grond te krijgen. Een VNG Connect trainee: Verbindt verschillende werelden met elkaar Is inzetbaar op ieder moment Neemt opgedane kennis in andere organisaties mee naar de volgende opdracht Is in dienst van VNG Connect: geen werkgeverslasten, HR-zaken en WW-verplichtingen Aan de slag met onze trainees? Kijk op vngconnect.nl/ trainees Het is een klassieke truc uit het opvoedboek: een peuter kun je bijna alles laten doen door hem een gesloten keuze te geven. In plaats te verordonneren dat er nu een keer kaas op brood moet in plaats van die eeuwige hagelslag, hoef je alleen maar te vragen: wil je kaas of worst? In een autonome roes van vrije wil zal het kind een van beide opties kiezen en de kaas opeten alsof het hagelslag is. Iedereen blij. Maar of het daarna fair is om je kind voortaan aan te kondigen als een kaasliefhebber is een andere vraag. Toevallig speelt zo’n vraag in mijn eigen achtertuin. Van daaruit kijk ik uit op een zoekgebied voor 200 meter hoge windturbines. En dat allemaal als uitdrukking van de volkswil, begreep ik uit het lokale krantje. Daarin stond een blije infographic van de gemeente dat slechts 17 procent tegen windmolens was. Journalist Bas Vermond, inwoner van een dorp uitkijkend op de voorgenomen plaats waar de windmolens zouden moeten komen, vond dat ook een opvallend percentage en hij trok via de Wob wat onderliggende documenten boven tafel. In de gemeentelijke stukken werd gesproken over een inwonersconsultatie met doelen als ‘informeren over de opgaven RES/creëren acceptatie RES’ en gehoopte opbrengsten als ‘een conversatie over de lokale gevolgen van de RES’. Dat wijst erop dat de enquête geen open onderzoek was naar ieders gewenste uitzicht, maar een gericht onderzoek naar de beweegredenen van het stille midden. Binnen beleidskeuzes die al gemaakt waren: ergens moesten die zonneweiden en windturbines komen. Verwachtingenmanagement was dus belangrijk, ‘niets doen geen optie’. En dat ging best ver. Bewust werd niet van windturbines gesproken, maar van windmolens en er werd lang gediscussieerd of ‘in de omgeving van uw woning’ minder heftig overkwam dan ‘in de buurt van uw woning.’ Soortgelijke vragen spelen in meerdere Nederlandse gemeenten, zo bleek onlangs uit een artikel in de Volkskrant. Inwoners wordt via een enquête gevraagd hun mening te geven over de aanleg van duurzame energiebronnen. Daarbij regent het klachten, zo bleek ook in Amsterdam, Bronckhorst, Marken, Waalwijk, Raalte, GemertBakel en veel meer gemeenten. Kern van de klacht is meestal dat de inwoners het gevoel hebben dat hen iets door de strot wordt geduwd. Inwoners kunnen kiezen tussen ‘zonneparken mogen zichtbaar zijn in het landschap’ en ‘zonneparken moeten verstopt worden in het landschap’, of er kan gekozen worden voor windmolens ‘dicht bij de natuur’ of ‘aan de randen van de stad.’ Kortom: wilt u de windmolens in uw De gemeente Alphen aan den Rijn kreeg de volle laag GEERTEN BOOGAARD IS HOOGLERAAR DECENTRALE OVERHEDEN (THORBECKE LEERSTOEL) AAN DE UNIVERSITEIT LEIDEN voor- of achtertuin? In menige gemeente betogen inwoners dat enquêtes tendentieus zijn en beschuldigen het bestuur van manipulatie. De enquêtes suggeren steun, zo vindt men, maar dienen slechts ter ondersteuning van een vooraf vastgesteld doel. Naar het mij voorkomt is dit echter de verkeerde discussie. Er is niets mis met een instrumenteel, gericht onderzoek naar de opvattingen bij een specifieke groep binnen vooraf bepaalde kaders. Als dat informatie is die je wilt ophalen, dan moet je die ophalen. Dat er dan niets van zou deugen in termen van wetenschappelijke waarheidsvinding, doet niet ter zake. Dat was niet het doel. Het gaat pas mis als een dergelijk instrumenteel, ingekaderd onderzoek in de politiek wordt gebruikt als zelfstandig argument over draagvlak. Als er rond een percentage een democratische suggestie wordt geweven die tegenstanders van windturbines in de buurt van hun woning uit het proces drukt. Ik vind het geen probleem om specifiek bij bejaarden uit te vragen of men liever door de hond of door de kat wordt gebeten. Zelfs niet als men heel bewust spreekt van een ‘hondje’ om zo de associatie met een gevaarlijke vechthond te vermijden. Maar als vervolgens een meerderheid van de respondenten er uit arren moede voor kiest om dan maar door het hondje gebeten te worden, dan mag je niet constateren dat er draagvlak is voor de afschaffing van de muilkorfplicht. Want dat heb je niet onderzocht.

08 NIEUWS IN BEELD VOLKSVERTEGENWOORDIGERS DOOR: MARTIN HENDRIKSMA RAAD VERSUS DE STATEN Meest en minst genoemde drijfveren BETROKKENHEID IS LEIDEND De financiële vergoeding of het krijgen van waardering vormen zelden de motivatie voor raads- en Statenleden om zich verkiesbaar te stellen. Zij doen hun werk vooral uit maatschappelijke betrokkenheid: omdat ze een bijdrage willen leveren aan de samenleving of hun politieke ideeën willen uitvoeren. Het overgrote deel van de raadsen Statenleden (zo’n 80 procent) is na twee jaar tevreden over de bijdrage die zij daadwerkelijk hebben kunnen leveren. ‘Goed nieuws voor de aantrekkelijkheid van het ambt’, vindt onderzoeker Daan Jacobs van Necker van Naem. Bijdrage leveren aan de samenleving 81% 87% Uitvoeren van eigen politieke ideeën 47% 35% 35 Financiële vergoeding ële ding 1% 2% Waardering krijgen 0% 1% Statenleden raadsleden Ik ben trots op mijn werk 83% 86% Statenleden raadsleden EVEN TROTS Statenleden zijn net zo trots op hun werk als raadsleden dat een jaar eerder – voor de pandemie – waren. Ook zijn ze min of meer in dezelfde mate bereid zich weer verkiesbaar te stellen. Toch overweegt één op de vijf volksvertegenwoordigers na hun termijn te stoppen. Dit betreft relatief vaak nieuwkomers. ‘Daarmee is vooral de vraag hoe startende volksvertegenwoordigers een goed en realistisch beeld kunnen krijgen van wat het raads- en Statenwerk vraagt. Om zo te voorkomen dat de nieuwe aanwas ook weer snel afhaakt’, aldus Sabine van Zuydam van Necker van Naem. BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021

A BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 NIEUWS IN BEELD 09 Wat vinden raads- en Statenleden van de aantrekkelijkheid van hun ambt? Hoe staat het met de dualisering en welke integriteitsdilemma’s spelen er? Necker van Naem deed een midterm-onderzoek onder raadsleden in maart 2020 (net voor de coronapandemie) en onder Statenleden in maart 2021. De overeenkomsten tussen de volksvertegenwoordigers blijken groter dan de verschillen. COALITIE VEEL MEER TEVREDEN De samenwerking met het college wordt door raadsleden en Statenleden vrijwel gelijk beoordeeld: respectievelijk 59 en 57 procent is tevreden. Hier gaan echter grote verschillen achter schuil. Raads- of Statenleden van oppositiepartijen zijn substantieel minder tevreden over de wijze waarop zij hun rol kunnen uitvoeren dan vertegenwoordigers van coalitiepartijen. En Statenleden van oppositiepartijen zijn hier nog negatiever over dan oppositieraadsleden. Tevredenheid over taken Statenleden raadsleden 71%* 69% oppositie coalitie Statenleden 73% raadsleden 71% 45% 38% 22% 14% Controleren van bestuur Bepalen hoofdlijnen beleid *percentage (zeer) tevreden Voornaamste integriteitskwesties Respectloos INTEGRITEIT ONDER DRUK 41% omgaan met derden Niet correct declareren Meestemmen over zaken met persoonlijk belang Verstrengeling met belangen familie, vrienden etc. Optreden als adviseur bij geschil burger-bestuur Overige niet-integere gedragingen 2% 11% 17% 29% Statenleden raadsleden 17% 4% 12% 14% 10% 13% 30% Twee derde van de raads- en Statenleden zag in het voorgaande jaar niet-integer handelen bij een of meerdere collega’s. ‘Opvallend bij raadsleden is dat de gedragingen veelal te maken hebben met te nauwe relaties binnen de samenleving’, aldus Sabine van Zuydam. ‘Denk aan verstrengeling met eigen belangen of die van familie, vrienden en collega’s. Of het optreden als adviseur van burgers die een geschil hebben met de gemeente.’ Ook relatief veel Statenleden noemen het meestemmen over zaken waarbij iemand een persoonlijk belang heeft. ‘Maar vaker nog noemen zij het niet correct gebruiken van vergoedingen en declaraties.’

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 10 INTERVIEW JOHN JORRITSMA DOOR: MARTIJN DELAERE FOTO: LORAINE BODEWES De regio Eindhoven groeit en bloeit, maar dat gaat niet zomaar. Burgemeester John Jorritsma wil extra geld van het rijk. Een gesprek over de keerzijde van economisch succes, de ingrijpende gevolgen van corona en - niet te vergeten - de Wet van de aardbeienjam. EINDHOVENS BURGEMEESTER JOHN JORRITSMA: ‘IK LOOP TEGEN M’N GRENS AAN’ De kabinetsformatie mag op straat weinig tongen losmaken, in ‘s lands gemeentehuizen is dat wel anders. Menig burgemeester/wethouder smeedt een alliantie met regio- of lotgenoten om met een manifest of bod de aandacht van de kabinetsinformateur te trekken. Wie weet beland je met aantrekkelijke argumenten en veel publiciteit in het regeerakkoord van Rutte IV. ‘We zijn genoemd.’ Maar wat dan nog? ‘Eindhoven komt in het regeerakkoord van Rutte III wel zes keer voor. Daarvoor heb ik ongelofelijk gelobbyd. Maar in de bijlage heb ik geen cent teruggevonden’, zegt de burgemeester van Eindhoven John Jorritsma (64). Nu kan het er ook mee te maken hebben dat Eindhoven niet in de Randstad ligt. ‘Voor Den Haag zijn we ver weg, terwijl wij voor een groot deel de kurk zijn waarop de Nederlandse economie drijft’, zegt burgemeester Jorritsma. De Randstad, in het bijzonder de main ports Amsterdam en Rotterdam, kan niet zonder de brains van Eindhoven, aldus Jorritsma. ‘Eindhoven heeft een internationale positie verworven op het gebied van kennis, design, artificial intelligence, nanotechnologie, noem maar op. Het buitenland ziet dat. Al de interviews die ik gegeven heb over de focus en de samenwerking tussen kennisinstellingen, bedrijfssleven en overheid. Het buitenland kent de waarde van Eindhoven beter dan Nederland zelf.’ Eindhoven heeft ook nooit een cent gekregen uit het extra fonds van het gemeentefonds voor het voorzieningenniveau. Dat ging allemaal naar de G4-gemeenten. Jorritsma: ‘Ja, we hebben 370 miljoen euro uit de regio-envelop gekregen voor investeringen in de voorzieningen. In Den Haag krijg ik dat ook vaak te horen: “Je hebt toch maar mooi 370 miljoen gekregen, hè? Dan zeg ik: “Nee, dames en heren, dat is niet waar. Ik heb 130 miljoen van jullie gekregen, de resterende 240 miljoen hebben we als stad met de provincie en het bedrijfsleven gecofinancierd.” Dat vergeten ze erbij te vertellen.’ En dan is die 130 miljoen euro ook nog voor vier jaar. ‘Dat is iets meer dan 30 miljoen per jaar. Incidenteel, hè? Ik zeg altijd tegen de premier en de ministers: geef mij gewoon elk jaar 70, 80 miljoen euro. Dan ben ik tevreden. Maar doe het wel structureel, want ik kan geen stad bouwen op incidenteel geld. Nu noemen ze het in Den Haag serieel incidenteel geld; alsof dat wat uitmaakt.’ TRUCKS Corona of niet, Eindhoven groeit en bloeit. Onlangs schreef Binnenlands Bestuur al over de vruchtbare samenwerking tussen de overheid, de kennisindustrie en het bedrijfsleven in de regio zuidoost-Brabant. Jorritsma: ‘Voor corona hadden we een economische crisis en een financiële crisis, maar we hadden jaarlijks wel 4 tot 8 procent economische groei. Terwijl de rest van Nederland in het eerste kwartaal van 2021 door corona op nul of min bleef staan, schreef deze regio 2 procent economische groei. DAF bouwt hier 250 trucks per dag. Alleen al een bedrijf als ASML groeit per maand met zo’n 300 medewerkers. Ze gaan de komende jaren naar 20.000 medewerkers. Het mkb rond ASML groeit mee.’ ‘De veer staat strakker en strakker’ Die groei brengt Eindhoven ook in de problemen. Jorritsma: ‘Je moet de voorzieningen hebben. We moeten 4.000 woningen per jaar bouwen, er moeten scholen komen, cultuur en sport, infrastructuur. Dat kan ik niet alleen uit de WOZ-opbrengst financieren. De Zuidas is niet gebouwd vanuit de WOZ in Amsterdam. Dat is ook met geld uit de rijksinfrastructuur bekostigd.’ Eindhoven wil boter bij de vis. Brainport Eindhoven heeft de informateur en de fractievoorzitters in de Tweede Kamer daarom een heus Brainport Bid gestuurd. Het nieuwe kabinet zou jaarlijks minimaal 60 miljoen euro in de regio moeten investeren voor onder andere de ‘ontwikkeling van publiek-private innovatieprogramma’s’. Jorritsma: ‘Het kan in deze coronatijden niet op. Je kunt de krant niet openslaan of de televisie aanzetten of het kabinet heeft een miljard voor dit en een paar miljard voor dat uitgetrokken. Er is geen enkele rem. Natuurlijk gaat daar een einde aan komen. En juist dán moet je je geld investeren op de plek waar dit het meeste opbrengt voor het land. Dan hoef je niet ver te zoeken.’ AARDBEI Je zou kunnen denken: een stad die het al jaren beter doet dan welke andere stad in Nederland moet leren om zijn

S - INTERVIEW 11 CV JOHN JORRITSMA (Bolsward, 1956) was van 1987 tot 1991 gemeente secretaris in Loenen aan de Vecht en van 1991 tot 1997 secretaris in de Brabantse gemeente SintOedenrode. Van 1994 tot 1998 was Jorritsma ook voor de VVD lid van de Staten van NoordBrabant. Van 1997 tot 2002 was hij burgemeester van de fusiegemeente Cranendonck. Van 2002 tot 2008 was Jorritsma directeur van de Brabantse Ontwikkelingsmaatschappij. In mei 2008 werd hij benoemd tot commissaris in Fryslân. Op 13 september 2016 werd John Jorritsma geïnstalleerd als burgemeester van Eindhoven. BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021

Volg je opleiding virtueel en/of klassikaal Start al in september!                    Al meer dan 50 jaar de grootste opleider voor én door de overheid. Op ieder niveau, van trainingen tot aan MBO, HBO en Master opleidingen. Onder andere voor de volgende segmenten: • Burger- en publiekszaken • Sociaal domein • Ruimtelijk domein • Beleid, bestuur en management • Bedrijfsvoering • Persoonlijke ontwikkeling en vaardigheden •  • Openbare orde en veiligheid     

INTERVIEW 13 eigen broek op te houden. ‘Dat is makkelijk gezegd, maar de bedrijven die crescendo gaan in de hightech en de machinebouw betalen niet mee aan de aanleg van wegen en betalen niet de verduurzaming van de stad. Ze bouwen voor mij geen huizen en bouwen voor mij geen cultuurtempels’, reageert Jorritsma. ‘Ik geloof niet dat in Amsterdam, Den Haag of Rotterdam bedrijven meebetalen aan de publieke infrastructuur. Rotterdam ontvangt jaarlijks uit de Rotterdamse haven 50 tot 70 miljoen euro dividend. Dat geld kunnen ze in de stad en de regio pompen. Wij hebben hier alleen een jachthaven. Ik heb in Eindhoven structureel geld van het rijk nodig om het verdienvermogen van Nederland te garanderen. Hier maken we de toekomst. Hier hebben we de kennis.’ Eindhoven is volgens John Jorritsma slachtoffer van de Wet van de aardbeienjam (de Wvda). ‘Op één witte boterham leggen wij in het egalitaire Nederland in het midden één aardbei. We prakken hem fijn en smeren hem uit. De boterham wordt lichtroze. Het smaakt nergens naar, maar iedereen heeft wat.’ Die aardbei zou gewoon op Eindhoven moeten worden gelegd, vindt Jorritsma. ‘En dan een hap nemen. Eindhoven is voor Nederland de kip met de gouden eieren, dus die moet het beste voer hebben. Ja, ja, maar als er geld naar Eindhoven gaat, dan moet er ook geld naar Zwolle en naar Enschede. Waarom? Ik misgun die steden niks en als burgemeester van Enschede zou ik ook prediken voor Enschede, maar nergens in Nederland is het verdienvermogen zo groot als in Brainport Eindhoven. Als politiek Den Haag ons weer eens ophemelt, dan zou ik willen zeggen: put your money where your mouth is.’ POLITIEKE WAAN Terwijl Eindhoven floreert en de woningen voor de whizzkids van ASML niet zijn aan te slepen, zakt een ander deel van de lichtstad steeds verder weg in bijstand, schoolverzuim en drugscriminaliteit. Reden waarom Jorritsma ook nu probeert in het regeerakkoord van Rutte IV te komen, maar dan wél met veertien andere burgemeesters van steden met chronische probleemwijken. En daar zitten ook de grote steden uit de Randstad tussen. Een onweerstaanbare alliantie. De burgemeesters verlangen in hun manifest Dicht de Kloof! van het rijk langjarige extra investeringen (400 miljoen per jaar voor de stedelijke vernieuwingsgebieden en 100 miljoen voor andere kwetsbare gebieden) en meer uitzonderingen in wetgeving en onorthodoxe maatregelen. In Eindhoven moet met zo’n programma de wijk Woensel-Zuid uit ‘Ik ben geen politicus; ik ben een bestuurder’ het slop worden gehaald. Jorritsma: ‘Duurzaam, hè. Weg van de politieke waan van de dag. Niet zoals gebruikelijk in de politiek: opportunistisch en hit and run.’ De rasbestuurder Jorritsma belandde in de wereld van de hit and run toen hij in najaar van 2016 van Leeuwarden naar Eindhoven verhuisde. Zijn bestaan als commissaris van de koning in Fryslân was kalm en overzichtelijk. Hoe zei de toen bijna 60- jarige Jorritsma het ook alweer bij zijn afscheid in Binnenlands Bestuur? ‘Ik had als commissaris een volle, maar geen drukke baan en ik had tot mijn 70ste op de automatische piloot verder kunnen gaan, maar dat zit niet in mij.’ En dus koos hij op zijn ‘ouwe dag’ voor de hectiek en dynamiek van Eindhoven. Jorritsma: ‘Boele Staal en Ed Nijpels waarschuwden: “Weet je wel waar je aan begint? Het is misschien één van de zwaarste bestuurlijke banen in Nederland. Realiseer je je dat?” Ik ben heel eerlijk: dat had ik mij onvoldoende gerealiseerd. Alle vergelijkingen tussen het commissariaat en het burgemeesterschap van zo’n grote stad gaan mank. We hebben ons huis in Frankrijk moeten verkopen. Dat ging gewoon niet. We konden pas later gaan of we moesten eerder terugkomen en als we er waren, werd ik constant gebeld.’ PETTEN De lichtstad leerde zijn burgemeester vooral in deze coronatijd goed kennen. Eerst in januari, toen hij wel ‘kon janken’ van het geweld dat anti-avond klok - relschoppers gebruikten tegen de politie, en vooral in april toen hij naar aanleiding van Koningsdag met zijn vrouw Georgette figureerde in de rubriek Buis & Haard in de VARAgids. Jorritsma: ‘Ik moet tot mijn schande bekennen dat ik die rubriek niet kende, maar het was superleuk. De reacties die ik daarop heb gekregen, in de supermarkt, bij de kapper! Dat maak je niet mee na een artikel in het FD hoor. Als ik bij Nieuwsuur ben, krijg ik daar wel wat reacties op, maar als ik bij RTL Boulevard ben geweest, krijg ik van iedereen commentaar. Dat past wel bij mijn streven om aanraakbaar te zijn, hoewel ik niet het type burgervader ben. Ik ga dat niet faken. Ik ben geen politicus; ik ben een bestuurder.’ Jorritsma jongleert in zijn eigen woorden ‘met petten’. Hij somt ze op: ‘Ik ben burgemeester van een grote stad, ik ben voorzitter van de veiligheidsregio, ik ben voorzitter van de metropoolregio, ik ben voorzitter van Brainport, ik ben regioburgemeester voor Oost-Brabant en covoorzitter van de Taskforce-RIEC. Ik heb geen kapsones en hou niet van poeha, maar ik ben wel een workaholic.’ En hij is voorzitter van de gemeenteraad. Een gemeenteraad die op zijn tandvlees loopt. Marathonzittingen zijn schering en inslag en de werkdruk is onverantwoord hoog. Zo ernstig dat de Eindhovense raad begin deze maand besloot om zes kant-en-klare voorstellen pas na de zomer te behandelen. Jorritsma: ‘De ambities van de stad houden geen gelijke tred met de capaciteit van de organisatie. We willen te veel voor wat we kunnen.’ En daar kwam corona ook nog eens bij. Jorritsma: ‘Dat vreselijke teamsvergaderen. Ik heb vergaderingen gehad die ‘s middags om twee uur begonnen en om elf uur ‘s avonds eindigden. De volgende dag ging de vergadering dan weer door. Zes wethouders en 45 raads leden, en als voorzitter moet je dat constant modereren. Heel verschrikkelijk, voor iedereen. Je krijgt veel irritaties door onder andere het digitale stemmen.’ Het laat Jorritsma ook niet onberoerd. ‘Ik sta nu 15 maanden 24 uur per dag aan. Iedereen vindt dat heel gewoon, maar ik merk dat ik tegen de grens aanloop. Ik geloof dat ik vanavond naar mijn 73ste veiligheidsberaad ga. De veer staat strakker en strakker. Ik kan niet wachten tot we weer normaal bij elkaar kunnen komen in de nieuwe raadszaal, maar ik wil wachten totdat iedereen volledig is gevaccineerd. Dus voor het zomerreces nog een paar van die vreselijke teamsvergaderingen en daarna gaan we los!’ BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021

14 ACHTERGROND RUIMTE DOOR: MICHIEL MAAS FOTO: BERLINDA VAN DAM / ANP-HH De dertig RES-regio’s komen voor 1 juli met een definitief plan voor de op te wekken duurzame elektriciteit. Dan begint het echte werk: het bepalen waar windmolens en zonneparken worden geplaatst. Participatie van burgers is nog nauwelijks van de grond gekomen. BURGERS NAUWELIJKS BETROKKEN BIJ ENERGIESTRATEGIE WABLIEF, DE RES ? De mogelijke komst van windmolens in het IJmeer vlak voor de Amsterdamse wijk IJburg zorgde in maart van dit jaar voor een golf van protest. Het verpeste uitzicht, mogelijke geluidsoverlast en schade aan de natuur waren voor bewoners reden om in het geweer te komen. De druk op wethouder Marieke van Doorninck (duurzaamheid, GroenLinks) werd uiteindelijk zo groot, dat ze besloot IJburg uit de kaartenbak van ‘zoek gebieden’ te halen. In de verschillende RES-regio’s zoeken de samenwerkende partijen, overheden, maatschappelijke organisaties en netbeheerders naar ruimte voor de wind- en zonneparken die de benodigde duurzame stroom moeten opwekken. In Amsterdam moeten naar verwachting zo’n zeventien windturbines komen. Het was allerminst zeker dat die windmolens bij IJburg moesten worden geplaatst. Het was slechts een van de verschillende zoekgebieden rondom het IJ. Toch is IJburg een typisch voorbeeld van hoe het verkeerd kan lopen met burgerparticipatie in de regionale energiestrategieën. Dat speelt ook in andere regio’s, waar de doelen na maatschappelijk protest door gemeenten soms flink omlaag zijn bijgesteld. Amsterdam is zeker geen uitzondering, zegt Annie van de Pas van de Natuur- en Milieufederaties (NMF). De provinciale natuur- en milieufederaties zitten aan tafel in de verschillende RES-regio’s en maken met enkele andere maatschappelijke bewonersorganisaties onderdeel uit van de participatiecoalitie. Ze zetten zich in voor meer burgerparticipatie, zeggenschap over plannen en deelname in energieprojecten. ‘Er zijn RES-regio’s waar de participatie best goed is geregeld, maar in de meeste is dat niet zo. Voor een goed participatieproces wil je burgers informeren, betrekken en co-creëren. Maar op het eerste punt, het informeren van de burger, gaat het al niet goed. Er wordt te lang gewacht met het betrekken van omwonenden, en die worden op een informatieavond dan ineens geconfronteerd met een kaart met windmolens erop en de term “zoekgebieden”. Voor veel mensen komt dat als een donderslag bij heldere hemel.’ IDEAAL MOMENT Volgens Van de Pas heeft bestuurlijk Nederland de kans laten liggen bij de ondertekening van het Klimaatakkoord. ‘Het is daarna stil gebleven. Het was het ideale moment geweest om mensen veel beter te informeren waarom de energie transitie nodig is, en hoe we het gezamenlijk willen aanpakken. Maar het was bestuurlijk al zo ingewikkeld om het RES-systeem op te tuigen, dat participatie naar achteren is geschoven.’ Die achterstand is nog lang niet ingelopen, vindt Van de Pas. ‘We komen nu in een fase dat de burger er wel bij betrokken móét worden, maar in veel regio’s kwam dat proces pas kortgeleden echt op gang. Natuurlijk, we hebben door de coronamaatregelen ook niet alle mogelijkheden kunnen gebruiken, maar we hebben bij het Klimaatakkoord afgesproken om hard te

H BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 ACHTERGROND 15 ‘ Ik heb nergens een goed doorlopen proces gezien’ sturen op de doelen, maar zacht op het proces. We moeten bewonersgroepen er nu actief bij betrekken.’ Het creëren van maatschappelijk draagvlak was een van de voornaamste redenen om de energietransitie regionaal aan te pakken. Niet de rijksoverheid moest bepalen waar de windmolens kwamen en hoeveel het er moesten zijn. Juist van onderop, vanuit de gemeenten en de bewoners, moest die afweging worden gemaakt. Maar het lijkt erop dat in veel regio’s het traditionele pad van de ruimtelijke ordening wordt gevolgd: er wordt een plan gemaakt, er worden een paar informatieavonden georganiseerd door de gemeenten of het wordt aan de ontwikkelaars overgelaten. Van de Pas: ‘Tegenstand tegen plannen zul je altijd houden. Maar als je mensen vraagt of ze zich zorgen maken over klimaatverandering, zegt driekwart onomwonden “ja”. Mensen realiseren zich dat ze zelf moeten bijdragen aan een oplossing, al zien ze een windmolen in hun directe leefomgeving niet zitten. Maar de nut- en noodzaakdiscussie moeten we lokaal voeren. Als u die schone energie belangrijk vindt, dan moet dat ook in uw buurt. Zo voorkom je het denken vanuit schuttersputjes. Zoals Amsterdammers die zeggen: zet die windmolens lekker in het lege Drenthe. Of mensen in de regio die aangeven: laat ze in de stad lekker hun eigen energie opwekken.’ NIET VANZELF Een voorbeeld waar burgerparticipatie beter werd aangepakt, was in de RESregio Food Valley (Gelderland). Rob Rietveld van het Nederlands Platform Burgerparticipatie en Overheidsbeleid (NPBO) was er vanaf het begin bij betrokken. Ook daar ging het niet vanzelf, zegt hij. ‘Er was wel een stakeholderstafel met bedrijven, netbeheerders en organisaties. Maar daar was de burger niet bij.’ In Food Valley werd uiteindelijk een burgerforum samengesteld, door vijfduizend willekeurige burgers uit de acht verschillende gemeenten een uitnodiging te sturen. Uit de aanmeldingen werd een representatieve groep geselecteerd. PROTEST Burgers keren zich tegen windmolens bij IJburg ‘Daarnaast is gebruikgemaakt van een internetraadpleging van alle burgers uit de regio om aan te geven wat zij belangrijk vinden. Dat is allemaal meegenomen in het stakeholdersoverleg.’ Volgens Rietveld is het volwaardig meepraten van burgers in het proces een absolute vereiste. ‘Van begin tot eind. We moeten een gezamenlijk probleem gezamenlijk oplossen. We moeten niet denken dat we de stem van de burger kunnen reduceren tot een inspraakavond of klankbordgroepje. Daar kijken burgers dwars doorheen. Ik heb het idee dat mensen dat inmiddels beginnen te snappen, maar ik heb nog nergens een goed doorlopen proces gezien.’ Een manier om burgers meer bij duurzame energie-opwek te betrekken, is ze ervan te laten mee profiteren. Om die reden hebben de partijen in het Klimaatakkoord bedacht dat energieprojecten zo veel mogelijk moeten streven naar een deelname van 50 procent van omwonenden of burgers uit de regio. Dat kan in een energiecoöperatie, waarin geld van burgerinvesteerders niet alleen direct als winst wordt uitgekeerd, maar ook wordt geïnvesteerd in maatschappelijke doelen in de directe omgeving van een wind- of zonnepark. Daarmee profiteren alle omwonenden, of ze nu in de windof zonne-energie investeren of niet. Er is nog een tweede voordeel, stelt Siward Zomer van Energie Samen, de landelijke koepel van energiecoöperaties. ‘Je organiseert de positieve krachten. Het kantelt het beeld dat je in zo’n proces maar twee partijen hebt: de initiatiefnemers die eraan verdienen en degenen die tegen zijn. Bij deelname heb je een buurtgenoot die je kent en die op de fiets langskomt om meer informatie te geven. Dan ontstaat er een dialoog.’ TIJD Inmiddels worden er participatietrajecten in verschillende regio’s opgetuigd. Zomer: ‘Voor het oprichten van een energiecoöperatie is tijd nodig. Zeker bij de aanleg van zonneparken gaan de ontwikkelingen veel sneller dan bij een windmolenpark. Ik denk dat bij zon te veel te snel is ontwikkeld.’ Veel van het vereiste werk belandt op het bordje van gemeenten. Zeker de kleinere hebben niet de mensen en middelen om een gedegen proces uit te voeren. ‘Het is ook een kwestie van kennis en ervaring. Een ambtenaar bouwt nooit twee keer een windpark, dus veel van die opgedane kennis verdwijnt weer als die molens er staan.’ Volgens Zomer moeten de regio’s hun rol niet alleen bestuurlijk invullen, maar ook een groter deel van de uitvoering gezamenlijk ter hand nemen. ‘Dat doen sommige regio’s wel, maar in andere staan gemeenten er alleen voor in het uitvoeren van de participatie. Dat hadden we vier jaar geleden al kunnen zien aankomen.’

Bent u al klaar voor de komst van de Omgevingswet? Schulinck Opleidingen Omgevingsrecht Natuurlijk wilt u als gemeente dat uw medewerkers goed op de hoogte zijn van alle ontwikkelingen rondom de Omgevingswet en het Omgevingsrecht. Met onze opleidingen zetten we de kernpunten van de wet en de betekenis voor vergunningverlening, toezicht en handhaving goed op een rij. Tijdens onze opleidingsdagen staan wij stil bij knelpunten in uw dagelijkse werk en bieden – daar waar het kan – oplossingen. Uiteraard praten wij u bij over de actuele stand van zaken en behandelen wij veel casuïstiek. Ook incompany mogelijk Wilt u met meer mensen in uw organisatie een van onze opleidingen volgen? Ook dat is mogelijk. Al vanaf acht deelnemers kunnen wij elke gewenste opleiding bij u incompany organiseren. Met een incompany opleiding kunnen uw opleidingswensen en behoeften nog meer op maat worden afgestemd. Daarnaast nemen wij graag uw gemeentelijk beleid mee bij de uitvoering van de opleiding. Wij stellen graag een opleiding(straject) samen op basis van uw wensen. Dit kan een klassikale training zijn, e-learning, maar ook in spelvorm. Wij denken uiteraard graag met u mee. Wilt u meer informatie? Neem dan contact op met Joyce Teurlincx via joyce.teurlincx@wolterskluwer.com of bel 077 – 390 2601. Lees direct wat wij voor u kunnen doen op https://www.schulinck.nl/omgevingsrechtincompany-opleidingen In één zin: een training met een WOW-eff ect door een goed samenspel tussen Schulinck en ons. Schulinck doet bij deze training een goede uitvraag. Het is een maatwerk programma geworden, onderdelen toegevoegd uit andere trainingen, waardoor het goed aansloot bij onze behoefte. Uit alles blijkt dat de wil er is om goed aan te sluiten bij wat er echt in de organisatie speelt en leeft (proactieve houding van de trainer). Goede en prettige samen werking en tussentijdse evaluaties waardoor training op een hoger level kwam. Een training zoals je graag elke training het liefst ziet die je als organisatie aanbiedt! Ted van Kralingen, projectleider en Judith Slagter, experimentencoach Omgevingswet | Gemeente Hoeksche Waard

BINNENLANDS BESTUUR -WEEK 25 | 2021 MICHEL KNAPEN JURIDISCH 17 Een ambtenaar verhuurt in privétijd panden. IN DE CLINCH Als een gemeentelijke cliënt dakloos dreigt te worden, sluiten ze een huurovereenkomst voor een woning. Schijn van belangenverstrengeling, vindt het college. Maar de ambtenaar had zijn nevenactiviteit toch keurig gemeld? AMBTENAAR VERHUURT WONING AAN CLIËNT De ene dag voert Ad Slotweg* (dienst sociale zaken en werkgelegenheidsprojecten, gemeente Den Haag) een intakegesprek met een cliënt; twee weken later betrekt de cliënt een van de woningen die Slotweg verhuurt. Belangenverstrengeling, oordeelt het college: Slotweg sprak met de cliënt in zijn hoedanigheid van ambtenaar (een zakelijke relatie, de cliënt had een hulpvraag) en maakte er een persoonlijke (huur)relatie van. Dat is ernstig plichtsverzuim. Slotweg wordt eerst geschorst, met inhouding van zijn salaris. Als later alle feiten op tafel liggen: onvoorwaardelijk ontslag. Het is niet alleen deze verstrengeling van belangen die hem wordt verweten. Ook had hij zijn nevenwerkzaamheden moeten melden. Dan was er nog gedoe over het adresonderzoek naar die cliënt/huurder, wat Slotweg bleef ontkennen – dus erover loog, aldus het college. Door dat adresonderzoek bracht Slotweg de cliënt in een slechtere positie: het leidde ertoe dat hij ten onrechte werd uitgeschreven, waardoor zijn uitkering is stopgezet. Ook de rechtbank Den Haag stelt dat de verhuur van een woning aan een gemeentelijke cliënt de schijn van belangenverstrengeling wekt. Het niet melden van de verhuuractiviteiten is plichtsverzuim. Dat Slotweg dit wel heeft besproken met een voormalig leidinggevende maakt het minder ernstig, maar het niet melden van de verhuur aan deze cliënt is een serieuze zaak. Het adresonderzoek naar de cliënt ziet de rechtbank Cliënt werd ten onrechte uitgeschreven niet als plichtsverzuim, het liegen erover wel. Het ontslag is terecht – wat Slotweg aanvecht bij de hoogste ambtenarenrechter. De Centrale Raad van Beroep is er echter niet van overtuigd dat Slotweg het adresonderzoek heeft verricht. Dat blijkt immers niet onomstotelijk uit het systeem Key2Burgerzaken. Er is wel onderzoek gedaan naar de cliënt, maar wie dit deed is onduidelijk. Adresonderzoek: geen plichtsverzuim. Ook staat niet vast dat Slotweg in strijd met de Haagse Arbeidsvoorwaardenregeling heeft nagelaten zijn nevenactiviteiten als woningverhuurder te melden. Volgens de Gedragscode 2008 moeten alleen die nevenactiviteiten worden gemeld die raakvlakken hebben met de functie-uitoefening. Het was algemeen bekend dat Slotweg woningen ADVERTENTIE Win kostbare tijd en vergroot je digitale fi theid Volg de gratis online masterclass Digitale Fitheid voor ambtenaren Ga naar BinnenlandsBestuur.nl/digitalefi theid 23 september verhuurde, wat ter sprake is gekomen in een formeel gesprek met zijn voormalig leidinggevende. Het college heeft geen stukken overgelegd waaruit blijkt dat Slotweg dit op een andere manier had moeten melden en dat hij daarvan op de hoogte had moeten zijn. Het niet melden van de woningverhuur: geen plichtsverzuim. Wél plichtsverzuim was dat Slotweg, die wist dat de cliënt dakloos dreigde te worden en op zoek was naar woonruimte, een pand aan hem verhuurde. Slotweg is een zakelijke relatie aangegaan met een persoon die op dat moment niet alleen een gemeentelijke cliënt was, maar ook van Slotweg in zijn functie. Daardoor nam Slotweg een dubbelrol aan als ambtenaar en als verhuurder, en wekte zo op zijn minst richting de cliënt de schijn van belangenverstrengeling. Dat hij dat niet heeft gemeld: ernstig plichts verzuim. Daarbij past het onvoorwaardelijk ontslag, oordeelt de Raad (uitspraak 20 mei 2021). Het college heeft de financiële gevolgen daarvan voor Slotweg meegewogen, maar zwaarder telt dat het vertrouwen van de gemeente in Slotweg en het vertrouwen van de burger in de gemeente door Slotwegs handelen ernstig is geschaad. Ook speelt mee dat Slotweg niet inzag dat zijn handelen (de schijn van) belangenverstrengeling heeft gewekt. * De naam is gefingeerd ECLI:NL:CRVB:2021:1228

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 18 ESSAY BESTUUR FOTO: PAUL VAN RIEL / ANP-HH FOTO: CORBIS / H.H. ESSAY GA ANDERS FORMEREN Tijdens de verkiezingscampagnes staat de kiezer volop in de belangstelling én in de gunst van de politici. Maar als de formatie eenmaal begint, verdwijnt diezelfde kiezer vrijwel geheel uit beeld. Het primaat van het electoraat maakt dan plaats voor het primaat van de politiek. Dat kan en moet anders, betoogt Peter Polhuis. Als het politici ernst is om politieke en bestuurlijke vernieuwing tot stand te brengen, dan is het verstandig om te beginnen bij het belangrijkste politieke proces in ons bestel: de kabinetsformatie. Alleen de duur van kabinetsformaties geeft daartoe al aanleiding: gemiddeld duurt het na verkiezingen 94 dagen (dus ruim drie maanden) eer er een nieuw kabinet is gevormd. Een blik op het verleden stemt niet optimistisch. Sinds 1945 loopt het aantal dagen om een kabinet te formeren gestaag op. Nog vers in het geheugen ligt de formatie van Rutte III, die maar liefst 225 dagen (ruim zeven maanden) duurde en daarmee een lengterecord vestigde. De huidige formatie zal dit gemiddelde niet naar beneden bijstellen. Op de publicatiedatum van dit essay staat de teller inmiddels al ruim boven die 94 dagen. In Nederland is rond formaties weinig formeel geregeld. Wel zijn er conventies en rituelen die met een zekere regelmaat opduiken, maar gebondenheid daaraan is er niet. Anders geformuleerd: het politieke primaat heeft vrij spel. Mijn pleidooi is om die vrijblijvendheid in te perken door consensus te bereiken over nieuwe spelregels. Blijken die in de praktijk te werken, dan kunnen ze in de (grond)wet worden opgenomen. Een voor de hand liggende nieuwe spelregel is om de duur van kabinetsformaties te limiteren. Lukt het politici niet om binnen de vastgestelde termijn – en laten we in Nederland met een meerpartijenstelsel maar eens uitgaan van het huidige gemiddelde van drie maanden – een kabinet te formeren, dan wordt hun primaat weer terug gegeven aan de kiezer en volgen nieuwe verkiezingen. De ervaring leert dat een tijdshorizon heilzaam is voor de afronding van een onderhandelingsproces omdat onder druk alles vloeibaar wordt. Maar belangrijker is dat politici zullen ervaren dat het politieke primaat dat hun na de verkiezing is gegeven, een geleend primaat is en ten principale toehoort aan het electoraat. CONTINUERING Een tweede spelregel ontleen ik aan de VU-hoogleraar Gijs Kuypers, een van de grondleggers van de politicologie/ beleidsanalyse in Nederland. Hij bepleitte reeds in 1967 dat zittende kabinetten enkele maanden voor de verkiezingen nadenken over hun continuering. Komt zo’n continueringsbesluit tot stand, dan kan de eenvoudige regel worden gevolgd dat als de regeringspartijen na de verkiezingsstrijd in zeteltal gelijk blijven of groeien, die regering kan doorregeren. Let wel, het gaat hier niet om het vereiste van een absolute meerderheid in de Tweede Kamer. Ergo, deze spelregel zou ook heel goed werken in het geval van een minderheidskabinet. Deze regel is glashelder. Kiezers weten wat hun partij met welk programma in de komende vier jaar van plan is, en de gang van zaken na de verkiezingen is geen verrassing. Had het huidige demissionaire kabinet zo’n continueringsbesluit genomen (en was het niet vlak voor de finish gestruikeld over de toeslagenaffaire), dan zou met de winst van drie regeringspartijen het kabinet Rutte IV – zonder tussenkomst van verkenners, informateurs en formateurs – vrijwel meteen kunnen aantreden. Hooguit zou binnen een week bezien kunnen worden of het aantal ministers en staatssecretariaten aangepast moet worden om tegemoet te komen aan de gewijzigde onderlinge politieke krachtsverhouding. Dat zo’n continueringsbesluit serieus wordt verkend, wordt bevorderd door een aanvullende spelregel. Namelijk dat als zo’n besluit tot voortzetting van de coalitie niet tot stand komt, er een kabinet gevormd dient te worden met in elk geval de grootste oppositiepartij. Misschien zelfs door het leveren van de minister-president. WINNAARS EERST Een andere spelregel kan zijn dat na verkiezingen de partijen die electorale winst hebben geboekt – dus ook de nieuwkomers – als eerste worden uitgenodigd om te

H.H . n n t t ESSAY 19 bezien of een coalitie kan worden gevormd. Niet alleen is meteen duidelijk wat de eerste stap in het formatieproces is, maar ook deze heldere spelregel komt tegemoet aan het gevoel dat winnaars van verkiezingen voorrang hebben bij de machtsvorming. Uitsluitingen van partijen – vanuit moreel-democratische en saamhorigheidsoverwegingen toch al moeilijk verdedigbaar – zijn dan niet meer aan de orde. Samenwerking is niet meer het gevolg van wilsovereenstemming van partijen, maar gewoon omdat het moet, wat overigens op allerlei niveaus in de samenleving normaal is. Toegepast op de laatste verkiezingsuitslag betekent dit dat VVD, D66, FvD, PvdD en de vier nieuwkomers meteen zouden worden uitgenodigd om de mogelijkheden van een nieuw kabinet te bezien. Ingeval een zittende regering geen continueringsbesluit neemt, zal een beroep moeten worden gedaan op een procesbegeleider. Sinds de Tweede Wereldoorlog zien we een uitbreiding van dit soort functionarissen. Waren er eerst alleen formateurs, toen verschenen er informateurs (1951) en sinds 1989 kennen we ook verkenners. Coalitievorming op lokaal en provinciaal niveau laat zien dat meestal met één (in)formateur kan worden volstaan. In elk geval is het heilzaam dat zo’n functionaris niet uit het centrum van de politieke arena wordt geplukt, zoals de vier verkenners in de formatie van 2021. Men zal verstand van en ervaring met politieke besluitvorming moeten hebben, maar ook een behoorlijke afstand tot het actuele politieke gewoel. BESLOTENHEID Ook de vanzelfsprekendheid van de beslotenheid van onderhandelingen bij kabinetsformaties verdient discussie. Openheid van (in)formatiegesprekken wordt meestal afgewezen met het argument dat politieke leiders in beslotenheid tegenover een verkenner of (in)formateur hun ‘ Limiteer de duur van kabinetsformaties’ BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021

VERRAS Een gezonde, duurzame wereld realiseren, vraagt om anders kijken en doen. Zeker nu. Zo bieden wij in het Bajeskwartier verrassende oplossingen op gebied van duurzaamheid en circulariteit. Zoals innovatieve vormen van energieopwekking en -verdeling. Tot wel 98% hergebruik van materiaal. En slimme deelmobiliteit die aanzet tot meer beweging. Hierdoor ontstaat een groene gezonde stadswijk, die energieneutraal is en klimaatadaptief. En krijgt ons thema ‘Gedurfde duurzaamheid’ vorm in een innovatief verticaal stadspark en een ‘waste transformer’ die organisch afval omzet in schone energie. Het Bajeskwartier toont dat we maatschappelijke vraagstukken niet zien als abstracte opgaven, maar als een kans om concrete vragen van mensen om te zetten in duurzame en gezonde omgevingen om in te wonen, werken en recreëren. Wat dat voor u kan betekenen? am.nl/gedurfdeduurzaamheid AM maakt samen met AT Capital en Cairn haar thema ‘Gedurfde duurzaamheid’ waar in het Bajeskwartier: een duurzame, gezonde stadswijk met een rijke historie. Completer kan niet.

21 ESSAY BESTUUR ESSAY 21 Is het niet eerlijker als de kiezer na de verkiezingen kan volgen welke punten van met name de eigen partij echt hard zijn en welke onderhandelbaar? PETER POLHUIS IS POLITICOLOOG EN BESTUURSKUNDIGE. HIJ WAS MANAGER/ BESTUURDER OP GEMEENTELIJK EN PROVINCIAAL NIVEAU EN (IN) FORMATEUR VAN DE GEMEENTE LEEUWARDERADEEL. hart moeten kunnen luchten. Voorts wordt gesteld dat als onderhandelingen in het openbaar plaatsvinden, politici niet meer terug kunnen komen op eerder gestelde harde eisen. Bovendien wordt door meeluisterende burgers en media het delicate proces van coalitievorming verstoord. Deze argumenten hebben vanuit de onderhandelingstheorie een zekere geldigheid, zeker in de context van internationale diplomatie of bij strategische besluitvorming in het bedrijfsleven. De vraag is of ze ook in het openbaar bestuur zo vanzelfsprekend zijn. In het openbare bestuur gaat het niet alleen om resultaat, maar ook om de wijze waarop dat tot stand komt. Het voorvoegsel ‘openbaar’ is de laatste jaren op alle overheidsniveaus veel te veel verwaarloosd of als hinderlijk beschouwd. Mijn pleidooi is om dat openbare karakter van onze overheid weer centraal te stellen. Zouden er echt vreselijke ongelukken gebeuren als de onderhandelingen over coalitiepartners en over een regeerakkoord openbaar worden? Het gaat hierbij vooral om het belang van de kiezer. KLOOF Openbare formatieonderhandelingen voorkomen dat politici met doorzichtige argumenten en verbale constructies achteraf het gesloten compromis naar hun achterbannen verdedigen. Vooral met het argument dat toch heel veel van het eigen verkiezingsprogramma is gerealiseerd. Hier ligt een begin van de kloof tussen overheid en samenleving. Iedereen in dit veelpartijenland weet dat coalities en compromissen moeten worden gesloten en dat er dus ingeleverd moet worden op eigen standpunten. Laat dat dan ook maar zien, in alle openheid, zeker als het gaat om de hoofdlijnen van beleid dat ons allen direct raakt. Wellicht moet er één uitzondering op openbare coalitievorming gelden, namelijk in de laatste fase van de formatie als het gaat om de ‘poppetjes’ die het de komende vier jaar voor het zeggen krijgen. Daarbij zijn privacyoverwegingen van belang. Echter, als het gaat om de inhoud van het beleid is openbaarheid achteraf niet toereikend. Coalitieonderhandelingen dienen niet plaats te vinden in achterkamertjes, maar in openbaarheid. Het is eigenlijk vreemd dat wij aan politici de ruimte geven om achter gesloten deuren afspraken te maken die voor ons allen zo belangrijk zijn. Tot slot nog enkele opmerkingen hierover. Als formatie- of coalitieonderhandelingen openbaar worden, is het wenselijk dat coalitieakkoorden zich beperken tot de hoofdlijnen. In de tweede plaats zal het, in geval een (in)formateur wel nodig is, diens rol wijzigen en zal het wellicht moeilijker worden omdat er geen gelegenheid meer is om zich terug te trekken achter de veilige muur van geheimhouding. Natuurlijk zullen poADVERTENTIE ‘Uitruil van standpunten is een publieke zaak’ litici behoefte hebben aan vrijplaatsen voor gedachtenvorming en reflectie. Dat moet dan maar plaatsvinden binnen de eigen partij of fractie. Uitruil van politieke standpunten tussen partijen is echter een publieke zaak. TRANSPARANTIE Het grootste effect van openbare politieke onderhandelingen is dat tegemoet wordt gekomen aan de wens van transparantie van de overheid. Met name in een fase waarin de belangrijke speerpunten van beleid voor de komende vier jaren worden verkend en vastgelegd. Dat de leidende politici daarbij wat aan onderhandelingsvrijheid moeten inleveren, lijkt mij vanuit de kiezer gezien geen probleem, eerder een voordeel. Het is afscheid van oude politiek en een forse stap in de zo gewenste nieuwe bestuursstijl van macht en tegenmacht. Dat het in de praktijk kan werken, is bewezen in gemeenten als Achtkarspelen, Wageningen en Wijk bij Duurstede. Voor deze verandering zijn geen (grond) wettelijke procedures noodzakelijk, maar wel een cultuurverandering in ons politieke systeem. Op dit punt kan de landelijke overheid veel leren van de gemeentelijke praktijk. Politieke partijen en hun leiders zullen moeten erkennen dat het echte politieke primaat bij het electoraat ligt. Als die erkenning er eenmaal is, kan aan de uitwerking van bovenstaande voorstellen worden begonnen. BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021

22 ACHTERGROND RUIMTE DOOR: MICHIEL MAAS Gemeenten met een slappe bodem geven twee keer zoveel uit aan herstel van wegen, riolen en openbare ruimte. Niet alleen de beruchte veengrond is de boosdoener. Ook sommige klei klinkt sterk in. En daar staat geen rijkscompensatie tegenover. BODEMDALING TREFT NIET ALLEEN VEENGEMEENTEN HELP, ALMERE ZAKT DE KLEI IN De Almeerse Regenboogbuurt ligt op een ongelukkige plek. Het westelijk deel van de Flevopolder zakt al sinds de drooglegging. Sinds de bouw van de eerste wijken van Almere is de snelheid van bodemdaling niet vertraagd. En dwars door Almere-Buiten loopt ook nog de oude bedding van de Eem. De Regenboogbuurt, gebouwd in de jaren negentig, ligt precies in die oude rivierbedding. Daar zakt de grond nog harder en ongelijkmatiger. Zo hard, dat de gemeente de openbare ruimte van de Regenboogbuurt al versneld moest ophogen en herstraten. ‘De woningen zakken natuurlijk niet, die zijn onderheid tot op een zandlaag,’ zegt Maarten van ‘t Eind, adviseur bij de gemeente Almere. ‘Maar op sommige plekken was de straat in 25 jaar meer dan een halve meter gezakt. Voordeuren stonden hoog boven de straat, en soms kwam zelfs de fundering van de woningen bloot te liggen. Met een voortuin is zo’n hoogteverschil nog wel een beetje op te lossen, maar als je voordeur direct op de straat uitkomt, levert dat grote problemen op.’ LAGE STOEP Verzakt trottoir in de Regenboogbuurt De verzakkingen zorgden ook voor schade aan ondergrondse gasleidingen en aansluiting van de riolering. In de loop van de jaren loste de gemeente de problemen op met kleinere werkzaamheden en knip- en plakwerk. Maar uiteindelijk moest Almere accepteren dat het nodig was om de straten op te hogen en leidingen te vervangen, ruim zeven jaar eerder dan gepland. Bij de eerste aanleg van Almere wist de overheid dat de slappe kleigrond van de Flevopolder zou inklinken, zegt Van ’t Eind. ‘Het is ook doorgerekend wat die bodemdaling zou zijn. Maar in de jaren tachtig had men haast. Er moesten grote hoeveelheden woningen bij. Daarom is er niet altijd gekozen voor de toekomstbestendige oplossing, zoals een langere BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021

S BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 ACHTERGROND 23 Voordeuren stonden hoog boven de straat voorbelasting. En ook nu ziet Almere een grote woningbouwopgave op zich afkomen. De stad moet een groot deel van de woningen in de regio Amsterdam gaan bouwen.’ OPLOSSINGEN In een deel van Nederland is het fenomeen van bodemdaling niet nieuw. Met name in de gebieden met veengrond levert de slappe bodem problemen op. Door bebouwing erbovenop klinkt de grond snel in, en door het hoge grondwater moet water actief worden afgevoerd, wat de zetting vervolgens versterkt. Ook door verzakking lekkende riolen laten het grondwater zakken. Het zorgt voor steeds slechter begaanbare wegen, rioleringsproblemen en schade aan ondergrondse leidingen. Maar behalve in de veenweidegebieden treedt bodemdaling ook op in gebieden met een andere ondergrond, zoals de slappe zeeklei in Flevoland. Om toch wegen te kunnen bouwen op slappe grond zijn er wel oplossingen. De meest traditionele is het voorbelasten van de grond: door het storten van een flinke hoop zand wordt de slappe grond eronder ingedrukt. Als de zetting een bepaalde diepte heeft bereikt, wordt een deel van het zand weer weggehaald en de weg aangelegd. Hoe hoger het gewicht en hoe langer de voorbelasting er ligt, hoe meer de grond eronder wordt samengedrukt. Maar voorbelasten duurt vele maanden tot meer dan een jaar. In sommige nattere gebieden wordt daarom tegenwoordig ook het grondwater verlaagd met actieve drainage: de grond wordt niet alleen ingedrukt, maar met buizen wordt het water tegelijkertijd uit de ondergrond gepompt om het zettingsproces te versnellen. Maar de extra kosten voor het wegonderhoud voor zakkende gemeenten zijn zorgwekkend, vindt Jeroen Mekenkamp van het Platform Slappe Bodem. ‘Als het om bodemdaling gaat, hebben we het meestal over de veenweide in Noord- en ZuidHolland, Friesland en Groningen. Vooral de problemen met zakkende grond op het platteland krijgen daarbij veel aandacht. Voor de problemen van steden is dat al een stuk minder. De gebieden met slappe klei zijn helemaal onderbelicht gebleven, en gemeenten in die regio’s worden vaak niet gecompenseerd door het rijk met een extra uitkering uit het gemeentefonds.’ In samenwerking met het Platform Slappe Bodem vergeleken ingenieursbureaus Sweco en Deltares de kosten om wegen en riolering aan te leggen en te onderhouden in een gemeente met een vaste zandgrond en in een met slappe grond. ‘Dat was nog niet zo eenvoudig,’ zegt Arend van Woerden, een van de onderzoekers bij Sweco. ‘In veel gemeenten worden die kosten in verschillende uitgavenposten meegenomen. Je hebt het niet alleen over de grote investeringen, maar ook over kleine herstelwerkzaamheden. Uiteindelijk hebben we berekend dat een weg en het riool op slappe grond twee keer zo duur is. Dat komt vooral doordat de levensduur veel korter is. Waar een weg of een riool op een ondergrond van zand misschien wel zestig jaar mee kan, is dat op een slappe grond soms maar twintig jaar, of zelfs minder.’ OPLOPENDE KOSTEN Gemeenten hebben vaak niet de middelen om het dubbele te betalen voor het onderhoud van de openbare ruimte. ‘Je ziet dan dat de kwaliteitseisen worden bijgesteld: gemeenten gaan een klasse lager zitten om de kosten laag te houden. Maar dat betekent ook een lagere kwaliteit van de openbare ruimte.’ En de kosten zullen in de toekomst alleen maar oplopen, verwacht Van Woerden. Dat komt vooral door de manier waarop de weg- en rioolaanleg en het latere onderhoud wordt gefinancierd. ‘Veel van de nieuwe wegen in woonwijken worden betaald uit de ontwikkelingsbaten van de nieuwbouw. Vooral in de Vinex-tijd is er veel gebouwd. De wegen in die wijken komen nu in onderhoud.’ Met nieuwe technieken is het mogelijk om de levensduur van wegen te verlengen. In sommige gemeenten wordt de zandlaag onder het asfalt vervangen door korrels van licht vulkanisch materiaal (bims) of platen van EPS (piepschuim). Deze technieken zijn echter niet overal toepasbaar en ook niet voor iedere weg geschikt. Bovendien zijn ze duurder dan de traditionele weg op een zandlaag. In sommige gemeenten in veenweidegebieden is er zelfs voor gekozen de weg en het riool te onderheien. Een zeer dure oplossing, maar wel toekomstbestendig. LEEG TEKENVEL Gemeenten moeten het probleem niet vooruit blijven schuiven, denkt Van Woerden. ‘Zeker bij nieuwbouwmoet er al bij het ontwerp over worden nagedacht. Dan heb je nog een leeg tekenvel. Je kunt bijvoorbeeld de ondergrond afgraven en vervangen door zand of maatregelen bedenken om de zetting te versnellen. Of juist gebruikmaken van het water door een wijk op basis van drijvende principes te ontwikkelen.’ Al met al verwacht het Platform Slappe Bodem dat er landelijk 2,5 miljard extra aan investeringen nodig is voor de overstap naar duurzame en lichtgewicht materialen en om reconstructies mogelijk te maken. Jeroen Mekenkamp: ‘De compensatie uit het Gemeentefonds dekt hooguit 16 procent van de werkelijke kosten. En dat geldt alleen nog voor gemeenten die de vergoeding krijgen. Bovendien staat de vergoeding voor slechte bodemgesteldheid iedere keer dat er een herziening komt weer ter discussie.’ Volgens Mekenkamp moeten gemeenten door de zure appel heen bijten en kiezen voor een andere manier van afschrijving van de openbare ruimte. ‘Dat betekent dat gemeenten nu een relatief grote investering moeten doen, maar later veel beter beheersbare kosten krijgen. Dat is een lastige discussie. Het vraagt om een langetermijnvisie waarbij de kosten voor de baten uitgaan. En dat is in de gemeentepolitiek, gezien de al krappe begrotingen, geen gemakkelijk gesprek.’

24 ACHTERGROND SOCIAAL DOOR: YOLANDA DE KOSTER FOTO: MARK KUIPERS / ANP-HH De komende jaren moeten maatregelen worden genomen om tot een (financieel) houdbaar jeugdstelsel te komen. Dat zijn het kabinet en de gemeentekoepel VNG overeengekomen. Diverse gemeenten zijn al druk bezig met het op de schop nemen van de jeugdzorg. We spreken er drie. GELD RESERVEREN VOOR MEEST KWETSBAREN SLEUTELEN AAN DE JEUGDZORG sieke motivatie om de jeugdzorg te verbeteren en tegelijkertijd te zorgen dat gemeenschapsgeld zo goed mogelijk wordt De gemeentelijke tekorten in de jeugdzorg nopen tot koerswijziging. De arbitragecommissie – die recent een uitspraak heeft gedaan in het langlopende conflict tussen rijk en gemeenten over het jeugdzorgbudget – heeft geoordeeld dat er voor 1 januari een ‘ontwikkelagenda’ 2022-2028 moet liggen. Daarin moeten concrete maatregelen staan die tot besparingen en tot betere sturingsmogelijkheden voor gemeenten leiden. Denk daarbij aan de beperking van de reikwijdte van de jeugdzorgplicht voor gemeenten, aan de invoering van een eigen bijdrage, tariefdifferentiatie of het bevorderen van de uitstroom. Het demissionaire kabinet en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) hebben na het oordeel van de arbitragecommissie besloten er een hervormingsagenda van te maken, die ze samen met zorgaanbieders, professionals en cliëntorganisaties willen opstellen. Veel gemeenten zijn al bezig met veranderingen. Deels vanuit financiële noodzaak, waarbij de nadruk ligt op kostenbesparende maatregelen. Bij andere gemeenten, zoals Leeuwarden, vooral vanuit een intrinbesteed. ‘We hebben het geld voor vooral de meest kwetsbare kinderen nodig’, vertelt wethouder Hilde Tjeerdema (jeugd, D66). ‘De afgelopen jaren hebben we vanuit de algemene middelen dertig miljoen euro op de jeugdzorg bijgelegd.’ Dat is onhoudbaar, wil ze maar zeggen. Al tijden wacht de wethouder met smart op de begrenzing van vooral de specialistische jeugdzorg, maar omdat ‘Den Haag’ dat nog niet heeft gedaan, doet Leeuwarden dat alvast maar zelf. Samen met zeventien andere Friese gemeenten, die de inkoopregio Sociaal Domein Fryslân vormen. ‘We hebben ons de vraag gesteld wat nodig is om als gemeente aan de jeugdhulpplicht te voldoen’, zegt Tjeerdema. ‘De eerste jaren hebben we veel vertrouwen gegeven aan aanbieders. We hanteerden het open house-model, waarbij alle aanbieders die aan onze basiseisen voldeden, zich op de markt mochten begeven. Maar veel aanbieders geven hulp die niet nodig is om aan die jeugdhulpplicht te voldoen.’ Ook werd duidelijk dat het aanbod vaak niet aansloot op de behoefte van de jongere of diens gezin. De gehoopte keuzevrijheid voor kinderen en ouders viel dus eigenlijk tegen. Friesland telt nu meer 300 aanbieders. Nu wordt een aanbesteding voorbereid waarbij de gemeenten met minder aanbieders in zee gaan, die vooral verantwoordelijkheid nemen voor de zwaardere jeugdhulp. Voor ‘lichte’ problemen gaat de deur naar specialistische jeugdhulp dicht. ‘In de hoop uit de financiële stress te komen, gaan we nog meer dan we nu al doen investeren in het voorliggend veld’, aldus Tjeerdema. Denk aan de praktijkondersteuners jeugd bij huisartsen en de sociale wijkteams. Alleen specialistische jeugdhulp wordt regionaal gecontracteerd. Voor de zwaardere hulp willen de achttien Friese gemeenten meerjarige afspraken maken met een beperkt aantal aanbieders, waarbij partnerschap de kern van de inkoop is. In eerste instantie voor vier jaar, met een optie tot verlenging van nog eens vier jaar. Dit moet onder meer de innovatie ten goede komen. ZORGCOWBOYS ‘Aanbieders kunnen zich tot begin juli op twee percelen inschrijven: enkelvoudige problematiek (perceel A) of meervoudige problematiek (perceel B)’, legt Eric Schultz uit, strategisch adviseur van de centrumregeling Sociaal Domein Fryslân. ‘De aanbieders die per 2022 een ‘ Te veel kinderen die daar niet horen belanden in jeugdzorg’ BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021

H e e i ACHTERGROND 25 GOED GESPREK Amsterdam-West zet jongerenstraatcoaches in als middel voor preventie contract krijgen, worden per traject betaald, met periodiek op aanbiedersniveau een afrekening op behaald resultaat. Vooraf worden de te behalen resultaten bepaald, aan de hand van een beperkt aantal profielen.’ Niet alle ondersteuning wordt vanaf 2022 nog geboden. Er gaat een streep door onder meer paardentherapie, een therapeutische hulphond, een vakantiekamp voor kinderen met een beperking, babythuiszorg en kindercoaching. De aanbieders moeten kwalitatieve verslagen maken, waardoor gemeenten beter en eerder zicht krijgen op de effectiviteit van het zorgtraject. De gemeenten kopen alleen jeugdhulp in die bewezen effectief is. Ook wordt paal en perk gesteld aan de winst die aanbieders mogen maken. ‘Vanuit de raad is er steun voor het bestrijden van de zorgcowboys’, aldus Tjeerdema. Ook Zutphen gooit het roer om. ‘We hebben ons de vraag gesteld voor wie we er echt willen zijn’, stelt wethouder Annelies de Jonge (jeugd, PvdA). ‘Het antwoord: voor de meest kwetsbare groep. En wat hebben zij dan nodig? Meer tijd, meer liefde en meer aandacht.’ Zo’n keuze betekent ‘ Het normale leven moet de kern zijn’ iets voor andere groepen, realiseert zij zich. ‘We moeten af van het problematiseren en medicaliseren van opvoed- en opgroeiproblemen bij kinderen. Te veel kinderen belanden in jeugdzorg die daar niet horen, waardoor kinderen met zwaardere problemen te lang op de juiste hulp moeten wachten.’ AFBAKENEN Net zoals Leeuwarden wil Zutphen met minder aanbieders meerjarige afspraken voor de gespecialiseerde jeugdzorg maken. Nu heeft de gemeente zo’n tweehonderd aanbieders. ‘Het zorgaanbod wordt anders; veel meer vraaggericht dan nu.’ Er worden ook grenzen gesteld aan zorgvormen waarvoor de gemeente betaalt. Samen met andere gemeenten wordt bekeken wat (juridisch) mogelijk is. Als een maatwerkvoorziening eigenlijk onder de Zorgverzekeringswet of de Wet langdurige zorg valt, zal de gemeente de rekening niet meer betalen. Kortom: het zorgaanbod wordt afgebakend én het beleid aangescherpt. ‘We gaan richtlijnen opstellen wanneer een beroep op algemene voorzieningen aan de orde is en voorgaat op geïndiceerd maatwerk. Ook gaan we de duur en omvang van maatwerk waar mogelijk nader vaststellen’, aldus het Beleidsplan Jeugd gemeente Zutphen 2021-2024, dat nu ter besluitvorming bij de raad ligt. Daarnaast zet Zutphen vol op preventie in. De komende jaren wordt het budget daarvoor verdubbeld: van 15 naar 30 procent van het jeugdbudget in 2025. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om groepsaanbod voor opvoed- en opgroeiondersteuning en omgaan met een echtscheiding. Ook jongerenstraatcoaches worden in het kader van preventie ingezet en er wordt toegewerkt naar beschikkingsvrije, lichte hulpverlening. Daarnaast wordt de verantwoordelijkheid voor opgroeien en opvoeden gedeeld; met de ouders, het onderwijs en de gemeenschap. Het ver

VAN ONZE KENNISPARTNER

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 Foto: Joris van Gennip / ANP-HH ACHTERGROND 27 sterken van de pedagogische samenleving noemt Zutphen dat. Ook de eerste lijn wordt versterkt: zo wordt de samenwerking met onderwijs en huisartsen geïntensiveerd. Zutphen heeft, net als het gros van de gemeenten, een fors tekort op de jeugdzorg; 10 procent van de totale begroting. Twee jaar lang is wethouder De Jonge in gesprek gegaan met ouders, jongeren, scholen en aanbieders over een koerswijziging. Het beleidsplan is mede ‘van onderop tot stand gekomen’, vertelt een trotse wethouder. In die gesprekken zijn ideeën ontstaan als beschikkingsvrije jeugdhulp in de klas, waarmee nu al wordt gewerkt. ‘Leerkrachten voelen zich gesteund, ouders en kinderen voelen zich niet meer bijzonder [geen ‘stempel’, red] en wij besparen geld.’ Wel wordt goed in de gaten gehouden of deze aanpak niet tot een grotere zorgvraag leidt. ‘Het normale leven moet de kern zijn.’ Uiteindelijke doel van de koerswijziging is om in 2024 te komen tot een verhouding van 70 procent maatwerk en 30 procent algemene voorzieningen. DATA-ANALIST Directe aanleiding voor Schouwen-Duiveland om in te grijpen in de jeugdzorg was het tekort op het jeugdbudget dat in 2019 ontstond. ‘Dat kwam als een verrassing’, stelt wethouder Paula Schot (SGP), die sinds een half jaar wethouder sociaal domein is. Haar voorganger waarschuwde begin 2020 dat de gemeente afstevende op een tekort van 2,6 miljoen euro. ‘We zijn begonnen om bij zo’n 25 gezinnen te kijken waarom de kosten zo hoog waren.’ Een data-analist dook in de gegevens en kwam erachter dat er veel dubbelingen in de verleende zorg zaten – zorg die ook nog eens door heel veel verschillende hulpverleners werd gegeven. ‘Zo was een gezin met acht verschillende trajecten bezig’, zegt Schot. Onrustig voor het gezin, inefficiënt en duur voor de gemeente. Ook werden gesprekken met aanbieders gevoerd, omdat uit de data bleek dat bepaalde aanbieders altijd de duurste zorg gaven, terwijl anderen juist altijd laag inschaalden. ‘Als dure zorg nodig is, moet die worden gegeven. En een te lage inschaling is ook niet altijd goed voor het kind en het gezin. We hebben met beide typen aanbieders gesprekken gevoerd. We willen passende zorg, en op- en afschalen wanneer dat kan.’ Besloten is minder aanbieders te contracteren en ervoor te zorgen dat slechts één hulpverlener bij een gezin over de vloer komt, die het hele traject bij het gezin betrokken blijft. ‘Zo kunnen we eerder inADVERTENTIE grijpen en voorkomen dat duur maatwerk nodig is. Dat is beter voor iedereen’, stelt Schot. Tot nu toe heeft de gemeente zeven ton op jeugdzorg bespaard – een druppel op de gloeiende plaat, erkent de wethouder. Vorig jaar gaf Schouwen-Duiveland ruim 7,6 miljoen euro uit aan jeugdzorg, het jaar daarvoor 7,8 miljoen en in 2018 ‘slechts’ 6,8 miljoen. De maatregelen die de gemeente nu al heeft genomen en nog gaat nemen, leiden niet meteen tot enorme kostenbesparingen. Net als haar collega’s uit Leeuwarden en Zutphen vindt ook Schot dat het rijk veel meer geld moet vrijmaken. ‘De rek is eruit.’ ‘Om meer grip op de uitgaven, trends en ontwikkelingen te krijgen, is data bij ons het sleutelwoord’, stelt Schot. ‘Data geven inzicht in wat er gebeurt; we kunnen meteen ingrijpen als dat nodig is. Dat is ook voor de kwaliteit van de zorg heel belangrijk.’ Ze heeft dan ook een tip voor andere gemeenten: ‘Neem een data-analist aan.’ Atlas voor gemeenten heet vanaf nu Atlas Research  Een nieuwe naam en huisstijl  Met nog steeds scherpe inzichten en analyses  Opdrachtgevers: gemeenten | provincies | overheidsorganisaties ministeries | bedrijven meer informatie: www.atlasresearch.nl ONDERDEEL VAN

28 ACHTERGROND RUIMTE DOOR: ANKA VAN VOORTHUIJSEN FOTO: MARCO DE SWART / ANP-HH Tientallen jaren zaten de deuren stevig op slot en vaak staan er ook nu nog hoge muren omheen. Maar een voormalig gevangenisterrein kan van een no-go-area veranderen in een hotspot met horeca, cultuur en bedrijven. Wethouders van Breda, Amsterdam en Haarlem over de gewenste ontwikkeling van het voormalige ‘bajeskwartier’ in hun stad. NIEUWE FUNCTIE VOOR OUDE GEVANGENISSEN BEDRIJVIGHEID IN DE BAJES

H BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 ACHTERGROND 29 BAJES TE KOOP De Dienst Justitiële Inrichtingen heeft een groot aantal penitentiaire inrichtingen afgestoten. Ze zijn verouderd of niet meer nodig. Het Rijksvastgoedbedrijf kijkt of een nieuwe bestemming mogelijk is, of verkoopt de complexen. Naast de drie voorbeelden uit dit artikel is bijvoorbeeld in het verleden de Blokhuispoort in Leeuwarden verkocht en herbestemd, en is vorig jaar koepelgevangenis De Berg in Arnhem verkocht. Onlangs werd bekend dat gebiedsontwikkelaar AM het Wolvenplein in Utrecht gaat kopen. In de toekomst komen de voormalige gevangenissen van Maastricht en Hoogeveen in de verkoop. Voor meer informatie: zie biedboek.nl Er is één klein probleem: het complex is niet van de gemeente, maar eigendom van het Rijksvastgoedbedrijf (RVB), en de gemeente Breda kan het niet (meer) kopen. De Beer: ‘Toen het RVB het een paar jaar geleden aan ons te koop aanbood, konden we dat écht niet doen. Er waren te veel vraagtekens en risico’s.’ Aan het begin van deze bestuursperiode, ‘waarbij we inzetten op binnenstedelijke herontwikkelingslocaties’, klopte De Beer bij het RVB aan: kon Breda de koepel alsnog kopen? ‘Helaas, die fase was gepasseerd, kregen we te horen.’ Dus staat PI De Boschpoort sinds half maart in de etalage op biedboek.nl, de verkoopsite van het Rijksvastgoedbedrijf. In de centrale hal van de koepelgevangenis in Breda wordt decor opgebouwd voor Zodiac de Musical ‘Het is een enorme meloen’, zegt de Bredase wethouder Paul de Beer (stedelijke ontwikkeling, D66) over de bijzondere vorm van koepelgevangenis De Boschpoort. Hij noemt het gebouw ook diverse keren ‘een icoon’. ‘Vanuit erfgoed-oogpunt is het gebouw al iconisch, de nieuwe invulling kan dat versterken.’ Als hij door zijn oogharen kijkt naar het terrein aan de rand van de binnenstad, ziet hij vooral kansen: ‘Deze context leent zich voor iets dat enorm verrijkend kan zijn voor Breda. De nieuwe invulling moet spicy worden, geen lauwe pasta.’ REGIE Toch is de gemeente de regie zeker niet kwijt, benadrukt De Beer. Met het RVB samen is een nota van uitgangspunten opgesteld, met randvoorwaarden die ‘de unieke kwaliteiten van deze plek’ moeten waarborgen. Ook de inwoners van Breda hebben via een participatietraject hun zegje kunnen doen over hun wensen voor dit gebied. ‘We willen hier een grote diversiteit aan activiteiten. We denken aan een combinatie van bedrijven in de toegepaste technologie, de creatieve industrie en hogeronderwijsinstellingen. Die samenwerking is er al en is enorm interessant. Dat zouden we graag op deze gave plek laten landen. We hopen dat de partij die dit koopt, dat in haar plannen opneemt. Maar we zijn geen eigenaar, dus we kunnen daar niet direct op sturen. We zullen als een soort oliemannetjes partijen met elkaar in contact gaan brengen.’ Dat er nieuwe woningen komen, ligt voor de hand, maar wat Breda betreft gaat een nieuwe eigenaar hier geen ‘woningen stapelen’. De Beer: ‘We willen als stad versnellen met woningbouw, maar kwaliteit is belangrijker dan snelheid. Er zijn veel plekken waar je gewoon veel woningen kunt bouwen, deze plek leent zich voor iets bijzonders.’ Een beoordelingscommissie, waarin ook de rijksbouwmeester en de directeur van het stedelijk museum van Breda zitten, zal de ingediende plannen beoordelen. ‘Wij willen als stad vooral kwaliteit, terwijl voor het RVB de opbrengst natuurlijk ook van belang is. We hebben dus het RVB gevraagd: stel dat de prijs lager uitvalt dan jullie hadden gehoopt, accepteren jullie dat dan? Daarop kregen we een bevestigend antwoord, dus daar gaan we dan maar van uit hè, als één overheid.’ UNIEKE KANS De gemeente Haarlem kocht het monumentale koepelcomplex aan de Harmenjansweg in 2016 wél (voor 6,4 miljoen euro) van het Rijksvastgoedbedrijf. Wethouder Floor Roduner (ruimtelijke ontwikkeling, PvdA): ‘Zo’n megaterrein dat vrijkomt in de historische binnenstad, met een beeldbepalend gebouw, dat is een unieke kans. Dan denk je direct: hoe kan dat een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van Haarlem?’ Het Spaarne verdeelt de stad in oost en west, waarbij de westkant de historische binnenstad is. ‘Maar de koepelgevangenis vormt nog een stukje van die historische binnenstad aan de vaak wat onderbelichte oostkant van het Spaarne. Nieuwe ontwikkelingen daar kunnen ervoor zorgen dat Haarlemmers “de sprong over het Spaarne” gaan maken, en dat dit stuk beter aangehaakt is op de binnenstad.’ Ook hier werd de jaren voor de verkoop een uitgebreid Programma van Eisen en Ambities opgesteld in overleg tussen gemeente en RVB. ‘Met alle stedenbouwkundige en monumentale randvoorwaarden, welke eisen je stelt aan woningbouw, commerciële en maatschappelijke functies. Zo’n nota is natuurlijk een belangrijk instrument om als gemeente te kunnen sturen op wat er na verkoop gaat gebeuren. Als je dat goed hebt geregeld met het RVB, maakt het denk ik niet zoveel meer uit of je zelf eigenaar bent of dat een andere partij er onder die randvoorwaarden mee aan de slag gaat.’ De inwoners van Haarlem kwamen na 2014, toen duidelijk werd dat de koepelgevangenis in de verkoop zou komen, met 1001 ideeën voor het gebouw en het ter‘ Wonen, werken en recreëren komen hier samen’

Telt jouw gemeente veel arbeidsmigranten of buitenlandse studenten? En ben je veel tijd kwijt met de eerste inschrijving? Doe als Delft, Westland, Aalsmeer, Amstelveen, Wageningen en andere gemeenten en laat de werkgevers of onderwijsinstellingen je helpen. Zij geven alle beschikbare persoonsgegevens en bijbehorende documenten aan je door via de module Vestiging van Centric Burgerzaken. Die maakt daar een digitaal dossier van. En als de persoon aan jouw balie verschijnt, haal jij simpelweg het dossier op uit de wachtkamer. Je controleert de identiteit en de gegevens, reikt het BSN uit en klaar! Wil jij ook tijd besparen met de module Vestiging van Centric Burgerzaken? Neem contact op met Thomas Huijkman via thomas.huijkman@centric.eu of bel 06 42382159.

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 Foto: Sabine Joosten / ANP-HH ACHTERGROND 31 rein. Uiteindelijk mocht de Stichting Panopticon het complex van de gemeente Haarlem kopen. Roduner: ‘Met een terugkoopoptie voor ons. We wilden ze graag een kans geven, maar als het niet zou lukken, wilden we het terugkopen.’ De verbouwing van het complex is inmiddels flink op streek. Er komt een Duitse private universitaire onderwijsinstelling, 350 studentenwoningen, horeca, een bioscoop. ‘De slogan van de stichting Panopticon is Open de Koepel, en dat zien we nu voor onze ogen gebeuren.’ Roduner is blij en misschien zelfs wel een beetje verbaasd, dat het allemaal lukt. ‘Het initiatief lag bij een groep competente en betrokken Haarlemmers, maar het is een enorm gebied, een ingewikkelde ontwikkeling, een rijksmonument. Het gaat er toch om dat je financiers vindt, afspraken met banken en bouwers kunt maken. We hebben die terugkoopoptie lang gehouden: we wilden zeker weten dat het zou lukken.’ Panopticon ging niet met de minsten in zee. Restauratiearchitect André van Stigt (onder meer bekend van De Hallen en het Conservatoriumhotel in Amsterdam) ‘doet’ de gebouwen, Faro Architecten ontwerpt de landschapsinrichting van het terrein. Nu al staat de koepel er opgefrist bij. Oude celramen zijn subtiel vergroot, zodat binnen mooie, lichte werkplekken ontstaan. Aanbouwen die in een later stadium tegen de koepel aan werden gezet, zijn afgebroken. Roduner: ‘Tot voor kort kwam je als Haarlemmer niet eens in de buurt van dit gebouw. Straks kun je eromheen lopen en hier een hapje en een drankje doen!’ Onder de open ruimte van de koepel werd een enorm gat gegraven: daar komt een bioscoop. Roduner: ‘Dat verzín je toch niet? Zo’n koepel heeft een onhandige ronde vorm, dikke muren, kleine cellen, een gigantische lege ruimte: ik vind het enorm veel complimenten waard, hoe de potentie van dit bijzondere gebouw wordt ingezet.’ ICONISCH Ook een bijzonder gebouw, maar iconisch op een hele andere manier: dat geldt voor de zes torens die sinds 1978 samen de Bijlmerbajes vormden langs het spoor aan de zuidoostkant van Amsterdam. Er staat nu nog één toren overeind, de rest werd het afgelopen jaar gesloopt. Het Rijksvastgoedbedrijf verkocht de voormalige gevangenis in 2019 aan ontwikkelaar AM, dat er onder de noemer Bajeskwartier een energie neutrale stadswijk van gaat maken. Het gebied van ruim een hectare krijgt 1.350 nieuwe woningen en bestaat uit drie ‘districten’. In het Central District komen woningbouw en voorzieningen, in het Bijlmerbajes wordt duurzame stadswijk VAN BEWAKER TOT BEGELEIDER Nederland kent drie koepelgevangenissen: Breda, Haarlem en Arnhem. De bijzondere koepelvorm werd eind achttiende eeuw bedacht door de Britse jurist Jeremy Bentham: zo kon één bewaker de hele gevangenis overzien vanuit het midden, het zogeheten panopticon-principe. De gevangenen zouden zich bekeken voelen en hun gedrag daarom aanpassen, was de gedachte. De Nederlandse koepels werden tussen 1882 en 1899 gebouwd door Johan Frederik Metzelaar. De in 1978 opgeleverde Bijlmerbajes stoelt op een heel ander principe en moest, in de geest van die tijd, een ‘humane’ gevangenis worden. Bewakers waren begeleiders. Er zaten geen tralies voor de celramen en de torens waren verbonden door een gang, de ‘Kalverstraat’. Het systeem bleek al snel niet te functioneren: er waren veel geslaagde ontsnappingen en de gevangenen gebruikten vrijuit en volop drugs. De Bijlmerbajes transformeerde al snel tot een traditionele gevangenis; in 2016 sloten de deuren. Amstel District is ruimte voor groen en ontspanning/sport en het Learning District krijgt een school voor voortgezet onderwijs (Spinoza College) en Hotel Jansen, een woonvoorziening voor internationale studenten. De enig overgebleven toren (de voormalige vrouwengevangenis) heet in de plannen de green tower. Daar is ruimte voor verticale stadslandbouw en galeries, zal veel worden gewerkt met duurzame energie, en op de bovenste etage willen de plannenmakers graag een panoramadek. Wethouder Marieke van Doorninck (ruimtelijke ontwikkeling, GroenLinks) is enthousiast: ‘Een duurzame en autoluwe wijk met een stads karakter. Wonen, werken en recreëren komen hier samen en er is ook ruimte voor de creatieve sector: dat past bij deze stad. Het zijn drie districten, maar het wordt één geheel, met goede verbindingen naar de omliggende wijken.’ Dat er één oude toren blijft staan, vindt ze mooi. ‘Zo blijft de historie zichtbaar, zij het in een aangepaste vorm, want de toren wordt deels opengebroken.’ HERGEBRUIK In de stedenbouwkundige plannen zitten allerlei referenties naar het verleden van dit gebied: soms letterlijk, zoals bij de toren, soms minder duidelijk en meer een knipoog. De voormalige celdeuren keren terug in de bruggen die het gebied krijgt. De voormalige tralies krijgen een tweede leven als balkonhekjes. Betonpuin wordt gebruikt voor de landschapsinrichting. 98 procent van het sloopmateriaal wordt hergebruikt. Van Doorninck: ‘Een aantal grotere zaken hebben we vastgelegd in het Programma van Eisen met het RVB. Dat een deel van de oude gevangenismuur blijft bestaan, net zoals de slotgracht en de kerk, het hoofdgebouw en het voorplein.’ Wat daar niet in stond, maar waar zij heel blij mee is: ‘In 2003 zijn voormalige cipierswoningen op het terrein gekraakt. De kunstenaars die daar sinds die tijd wonen, hebben een gemeenschap opgebouwd, onderhouden een moestuin, doen veel met de buurt. Ontwikkelaar AM had eerst andere plannen met de plek waar zij wonen, maar vond het wel interessant om zo’n initiatief te integreren in de nieuwe wijk.’ De gemeente kon een stuk grond van de nieuwe eigenaar kopen ‘en dat geven we als gemeente rechtstreeks aan deze groep in erfpacht. Zij gaan daar nu hun eigen woon-werk-complex bouwen. Zo is het voor hen behapbaar en als gemeente vinden we deze vorm van gebiedsontwikkeling, met wooncorporaties, interessant; dat ondersteunen we graag.’ Ziet Van Doorninck nog beren op de weg? ‘Niet echt. Maar je werkt met veel partijen, die samenwerking moet je goed zien te houden. En de ambities die we hebben, bijvoorbeeld met die green tower en verticale landbouw; daar moeten we nog wel een uitvoerder voor vinden.’ Binnenkort starten de bouwactiviteiten. ‘De komende zes jaar wordt het gefaseerd ontwikkeld en opgeleverd. De eerste woningen zijn in 2024 klaar.’

32 SERIE DE MINISTERIES DOOR: WIM DE JONG FOTO: ANP Het is waarschijnlijk het meest besproken en meest omstreden ministerie van allemaal: dat van onderwijs. In de populaire beeldvorming doet het altijd óf te veel óf te weinig Deze bijdrage gaat in op de ontwikkelingen in het middel - baar onderwijs, ofwel ‘de sjoelbak’ van elk mensenleven. HET MINISTERIE VAN ONDERWIJS VAN GELDVERDELER TOT KOP-VAN-JUT houd van het onderwijs, hoewel de vrijheid van onderwijs daarbij altijd op zijn minst met de mond is beleden. Het ontstaan van een apart ministerie voor onderwijs kan niet los worden gezien van de zogeheten ‘pacificatie’ van 1917. In de Eerste Wereldoorlog bleef Nederland neutraal. Terwijl Europa in puin werd gelegd, benutten Nederlandse politici de tijd om een aantal langslepende politieke conflicten op te lossen, door een grote grondwetswijziging. Door deze update van het in 1848 door Thorbecke cum suis ingevoerde parlementaire stelsel kreeg het moderne democratische bestel van Nederland vorm. Het algemeen kiesrecht en het evenredig kiesrecht werden ingevoerd, evenals de financiële gelijkberechtiging van openbaar en bijzonder onderwijs. Orthodoxe protestanten en katholieken waren sinds eind negentiende eeuw bezig aan een emancipatiebeweging onder leiding van hun voormannen Kuyper en Schaepman. In het brandpunt van die mobilisatie stond de zogeheten ‘schoolstrijd’, die draaide om het recht scholen op te richten waar onderwijs werd gegeven volgens de eigen levensbeschouwing. Dit recht bestond al sinds midden negentiende eeuw, maar niet om deze scholen ook te laten bekostigen. Op dat laatste waren voorstanders van de ‘vrije school’ gebrand, om de vrijheid van onderwijs écht realiteit te doen worden. In 1917 bereikten ze dat het principe van gelijkberechtiging voor alle lagere scholen ging DE MINISTERIES Historici van de Radboud Universiteit staan in deze serie stil bij de geschiedenis van belangrijke ministeries. Wat moeten de bewindspersonen over hun ministerie weten? Deel 7: Onderwijs gelden. Dat gaf de overheid veel meer te doen, wat een apart ministerie van onderwijs nodig maakte. Door de gelijkberechtiging viel te verwachten dat het toch al stormachtig groeiende bijzonder onderwijs nog groter zou worden, en de overheid moest erop toezien dat die scholen aan de stichtings- deugdelijkheidsnormen voldeden. Door hun overwinning hadden de confessionelen zich namelijk ook in het pak laten naaien: in ruil voor subsidie kreeg de overheid meer te zeggen over de deugdelijkheid van het onderwijs, hoewel niet over de inhoud. Scholen konden volgens wat later artikel 23 werd, zelf het onderwijs vormgeven als ze binnen een aantal zeer breed geformuleerde leerdoelen bleven. Toch opende dit in de honderd jaar daarna de deur naar steeds toenemende bemoeienis van het ministerie met de inCRISIS Zover was het in het interbellum nog niet. Het ministerie had de handen vol aan het managen van het almaar uitdijende bijzonder onderwijs, dat zich ook steeds meer op het middelbaar onderwijs ging richten, en aan het betaalbaar houden van het onderwijs toen de economische crisis zich eind jaren twintig aandiende. Bij docenten maakte het zich in die tijd niet populair: de vader van de schrijver Willem Frederik Hermans maakte in de jaren dertig maar liefst dertien loonsverlagingen mee. De dominantie van de katholieken en protestanten werd weerspiegeld in het feit dat ze tot de bezetting bijna alle ministers van onderwijs leverden. Het was dan ook van groot belang voor die partijen om de verworvenheden te beschermen en uit te bouwen. Bovendien moesten ze weinig hebben van inhoudelijk onderwijsbeleid: het was nu juist aan scholen zelf om dit te ontwikkelen. De openbare school moest zich vooral neutraal opstellen naar de vele minderheden die Nederland rijk was, en waar zij in de praktijk eigenlijk christelijk was, moest dat vooral zo blijven. In de Onderwijsraad, een orgaan dat het ministerie moest voeden met ideeën, leidde de weigering pedagogische of onderwijskundige ideeën toe te laten tot bittere strijd tussen de antirevolutionair Woltjer, en de progressieve pedagoog Philip Kohnstamm. Het gevecht dat daar geleverd werd gaat door tot op heden: bewindslieden van ‘confessionele’ partijen zoals het CDA of de ChristenUnie bewaken ‘artikel 23’ en geven feitelijk de voorkeur aan een ministerie dat zich niet al te veel op de BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021

P d e r BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 SERIE 33 Op je dertiende wordt bepaald waar je in de rest van je leven uitkomt In het interbellum groeide een consensus dat hierdoor een chaotisch stelsel was ontstaan van schooltypen die niet logisch op elkaar aansloten. Bovendien leidde deze lappendeken tot een extreme vorm van vroege selectie. De rest van het leven werd gestempeld door de school waar een kind naartoe werd gestuurd, waarbij ideeën over de passende school voor een bepaalde klasse en sekse een grote rol speelden. Successievelijke ministers ontwierpen vanaf 1939 plannen om hier verandering in te brengen, zoals de ‘brugklasse’ in het schema van minister Gerrit Bolkestein. Vanwege de strikte visie op de vrijheid van onderwijs was het doorvoeren hiervan lang taboe. Het was evenwel de grote prestatie van minister Jo Cals (KVP) dat hij dit alles in 1963 samenbracht in een logisch systeem zoals we dat in grote lijnen nog steeds kennen, met algemeen vormend onderwijs (mavo en havo) en voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (vwo en gymnasium). Deze wijziging was zo enorm dat zij bekend werd als de Mammoetwet. De brugMAMMOETMAN Minister van Onderwijs Jo Cals (KVP) voorgrond stelt. Te pas en te onpas wordt daarbij de grondwettelijke vrijheid van onderwijs in stelling gebracht. Dit artikel is evenwel zo open geformuleerd, dat het ruimte laat om af en toe moderniseringen door te voeren. Toch krijgt het ministerie het met regelmaat aan de stok met orthodox-christelijke en islamitische scholen die van hun rechten gebruikmaken – conflicten die ook de komende jaren zullen blijven oplaaien. MAMMOET Een belangrijke taak van het ministerie is het vormgeven van een logisch en effectief stelsel van onderwijs. Naarmate steeds meer mensen steeds langer onderwijs gingen volgen, ontstond een lappendeken van middelbare en voortgezette vormen van onderwijs, van Meer Uitgebreid Lager Onderwijs (MULO) en Middelbare Meisjesschool (MMS) tot Hogere Burgerschool (HBS) en gymnasium. klas was daarin een echte innovatie, die de ‘doorstroming der begaafdheden’ sterk verbeterde, vooral vanwege de oprichting van steeds meer scholengemeenschappen, die het gemakkelijker maakten om kinderen bij het juiste schooltype uit te laten komen. Toch vonden velen in het onderwijsveld de Mammoetwet al bij invoering verouderd: nog steeds leidde de brugklas tot extreem vroege selectie. Pogingen in de jaren ‘70 van minister Jos van Kemenade (PvdA) om daar middels een middenschool verandering in te brengen, stuiten op groot verzet en liepen spaak. Daardoor is het Nederlandse onderwijs nog steeds een ‘sjoelbak’: op je dertiende wordt bepaald waar je in de rest van je leven uitkomt. TUNNELVISIE Het ministerie is zich de laatste decennia actief met structuur en innovatie van het onderwijs gaan bemoeien. Dat heeft geleid tot een aantal hervormingen met wisselend succes, zoals de basisvorming, het studiehuis en de invoering

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 SERIE 35 van het vmbo. In 2008 rekende de parlementaire commissie-Dijsselbloem hard af met al deze onderwijsvernieuwingen: politiek en ambtenaren werden geleid door tunnelvisie, en hadden met de praktische effecten van het ‘nieuwe leren’ nauwelijks rekening gehouden. Dit genas het ministerie van het uitstorten van nieuwe plannen over het onderwijsveld, afgezien van het ‘passend onderwijs’, waardoor vanaf 2012 kinderen met specifieke problematiek weer samen met de andere kinderen naar school gaan. De concentratie op onderwijsvernieuwingen is in de plaats gekomen van de rol van het ministerie in het managen van de financiële handel en wandel van scholen. Tot midden jaren tachtig zag het daar tot op vrij groot detail op toe. Dit veranderde onder invloed van bezuinigingen, deregulering en een ‘terugtredende overheid’. In 1995 werd de ‘lumpsum’-financiering ingevoerd in het middelbare, en in 2006 in het basisonderwijs: schoolbesturen gaan zelf over de praktische besteding van het geld. Hiermee gaf het ministerie veel macht uit handen om bijvoorbeeld direct salarissen te sturen. Er is daardoor een machtig systeem van PO- en VO-raden ontstaan, waarin schoolbesturen zitting hebben, die steeds meer scholen onder zich hebben met steeds minder bestuurders. Deze concurreren met elkaar en sturen op rendement, omdat hierdoor de financiering wordt bepaald. De kwaliteit van het onderwijs en de beleving van de leraar worden aan die logica ondergeschikt. CHAOS Sinds de eeuwwisseling is de rol van het ministerie dus beperkt. De vrijheid van onderwijs is voor met name confessionele bewindslieden ook een goede reden om niet te veel te willen interveniëren. Toch stapelen de laatste jaren de ADVERTENTIE SAVE THE DATE SRO CONGRES 03/11/2021 Meer informatie? Website: www.sro.nl/congres • Twitter: @NVSRO • LinkedIn: NV SRO Het onderwijs heeft een afkeer van centrale sturing problemen zich op: het lerarentekort en de daling van het onderwijsniveau in rankings van de OESO zijn reden tot zorg. De overheid heeft weliswaar vaste referentieniveaus ingevoerd voor bijvoorbeeld rekenen en taal, maar vindt het moeilijk te bereiken dat die ook worden gehaald. Zij overlegt met een chaotisch veld van besturen, lerarenbonden en tal van innovatieplatforms, die allemaal beleid afvuren op scholen. Die ontwikkelen volgens onderwijskundigen Geert ten Dam en Sietske Waslander hierdoor een zekere resistentie tegen beleid – terwijl er nu juist wél verbetering nodig is. Het trauma van mislukte onderwijsvernieuwingen en de mantra van deregulering leiden samen tot een afkeer van centrale sturing, ten faveure van wat beleidsmakers met een lelijk woord aanduiden als ‘lenige netwerksturing’. Dat viel tijdens de pandemie te merken aan de terughoudendheid van minister Slob om regie te nemen met betrekking tot coronamaatregelen. Door die afkeer richt het ministerie vooral projectbureaus op voor kwaliteitsverbetering, zonder concreet iets af te dwingen. Zij laat het effectief aan scholen zelf over of concepten als ‘gepersonaliseerd leren’ aan de kwaliteit bijdragen. Een kentering is wat dat betreft wel in zicht met betrekking tot bijvoorbeeld burgerschapsonderwijs: Slob onderkent dat het onderwijs meer moet doen om democratische kennis en waarden over te brengen. Een wet die scholen dwingt meer ernst te maken met burgerschapsonderwijs ligt nu bij de Eerste Kamer. In de regering die deze zomer wordt geformeerd, zien de bewindspersonen voor onderwijs zich dus geplaatst voor grote uitdagingen. Onder andere op het gebied van vrijheid van onderwijs, het stelsel, en de kwaliteit spelen problemen als kansenongelijkheid, segregatie, lerarentekort en niveaudaling. Overzicht houden is daarbij al lastig, maar nog lastiger zal het voor de nieuwe minister zijn om de regie terug te nemen ten opzichte van dit complexe veld. ‘Maatwerk’ en ‘draagvlak’ zijn vanzelfsprekend van belang, maar ontslaan de overheid niet van haar verantwoordelijkheid. Essentieel daarbij is de politieke wil om het ministerie zijn rol op te laten pakken.

INGEZONDEN MEDEDELING

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 DOOR: ALEXANDER LEEUW FOTO: JORIS VAN GENNIP / ANP-HH PENSIOENEN ACHTERGROND 37 Partijen uit het hele land gaan vrijdag 25 juni de straat op. Ze willen pensioenfonds ABP overtuigen, versneld uit fossiele beleggingen te stappen. Ambtenaren kunnen hun pensioenfonds niet kiezen, maar willen wél bepalen waar hun geld naartoe gaat. AMBTENAREN ROEREN DE TROM ‘ FOSSIEL ABP MOET ANDERS BELEGGEN’ Protest voor het ABP-kantoor aan de Amsterdamse Zuidas ‘Het is geen dilemma, we moeten stoppen met fossiel’, beet Lucas Winnips het ABP-bestuurslid Menno Snel toe. Amsterdamse ambtenaren, onder wie Winnips, wilden ABP onder druk zetten om sneller uit fossiele beleggingen te stappen. Daarom boden ze het pensioenfonds een door 2.848 mensen ondertekende petitie aan, maar de ambtenaren beten in het stof: ABP deed geen concrete toezeggingen. De strijd is niet gestreden. Deze week vindt de demonstratie DuurtTeLang plaats, georganiseerd door Fossielvrij NL in zowel Amsterdam als Heerlen. Op de website staat: ‘Al sinds 2014 vragen wij ABP om te stoppen met investeren in de klimaatcrisis. Het is tijd voor een fossielvrij ABP. Daarom gaan wij op 25 juni de straat op.’

INGEZONDEN MEDEDELING Connect kennis ⏐ netwerk ⏐ ontwikkeling

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 ACHTERGROND 39 De Amsterdamse ambtenaren zullen ook aanwezig zijn, ook al had de vorige actie geen direct resultaat. ‘Het is niet dat je zegt: dit lukt niet, we stoppen ermee’, zegt Anne Hofstede, mede-initiatiefnemer van de petitie. Ambtenaren kunnen niet van pensioenfonds veranderen; daarom willen ze invloed uitoefenen op waar hun geld in wordt belegd. De vraag is niet óf ABP uit fossiele beleggingen stapt, want het fonds zelf geeft ook aan dat duurzaamheid niet ten koste hoeft te gaan van de resultaten. De vraag is: hoe snel? En is 2050 snel genoeg? KRITIEK Uit meerdere hoeken klinkt kritiek op de beleggingen van ABP. De Universiteit Maastricht riep in februari ABP per brief op om voor een aanpak te zorgen ‘waarbij het pensioenfonds op eerst mogelijke termijn zijn banden kan verbreken met sectoren die een verbintenis hebben met fossiele brandstoffen’. Hoogleraren en medewerkers van de Wageningen Universiteit riepen het bestuur van de universiteit begin maart op om bij ABP te eisen dat beleggingen in grote Braziliaanse vleesbedrijven zouden stoppen. Die bedrijven dragen bij aan de ontbossing van het Amazonegebied. Soortgelijke signalen kwamen van onder andere de TU Delft, Hogeschool Saxion en de Tilburg Universiteit. Ook de rest van het land roert zich. Meerdere universiteiten en hogescholen hebben in de afgelopen maanden kritiek geuit op de beleggingen van ABP. En verschillende organisaties ondersteunen de actie, zoals Klimaatcoalitie Parkstad (een samenwerkingsverband van onder andere Amnesty Parkstad en FNV Parkstad), Teachers for Climate NL (een grassrootsorganisatie van docenten), Fossielvrij Hoger Onderwijs Utrecht (studenten en medewerkers van zes Utrechtse hogeronderwijsinstellingen) en in ieder geval 1.575 medewerkers van waterschappen. ‘We raakten in gesprek met mensen van de gemeente Amsterdam en we vonden dat we ook iets moesten doen’, vertelt Wim van Vilsteren, adviseur bij waterschap Vallei en Veluwe. Samen met Ilja Frenken van waterschap De Dommel en Arjan van den Hoogen van Wetterskip Fryslân ging hij steun zoeken. Eind april boden ze ABP een petitie aan met 1.575 handtekeningen van medewerkers van alle waterschappen. ABP deed geen concrete toezeggingen. ‘Bij ABP is de situatie tot dusver nog niet gewijzigd. Maar er is reuring en de sneeuwbal wordt groter. En ik weet zeker dat bij ABP het nodige wordt rondgemaild.’ ‘We kunnen niet weg bij ABP, dat is het punt’, vervolgt Van Vilsteren. ‘Anders was ’ Ik weet zeker dat bij ABP het nodige wordt rondgemaild’ ik allang opgestapt. Wat we veel horen is: ABP vraagt helemaal niets over de beleggingen. De invloed die we hebben, is heel indirect en het verhaal dat ze pas in 2050 volledig fossielvrij willen zijn, strookt absoluut niet met ons dagelijkse werk. Wij worden elke dag geconfronteerd met de gevolgen van klimaatverandering. Daarmee kunnen we de fossiele beleggingen niet meer rijmen.’ De doelstelling van ABP om in 2050 een klimaatneutrale beleggingsportefeuille te hebben, is in lijn met het Klimaatakkoord van Parijs. De reden dat het fonds niet sneller actie wil ondernemen, is dat het invloed wil uitoefenen op de organisaties waarin het belegt om de overstap naar duurzaam te maken. Het fonds wil vanaf 2025 niet meer beleggen in bedrijven die een groot deel van hun omzet uit kolenmijnen of teerzand halen en waarvan ABP verwacht dat ze de omslag niet of pas over lange tijd kunnen maken. Maar in bedrijven die de overstap wel kunnen en willen maken, wil het fonds blijven beleggen. Het sleutelwoord van ABP hierbij is ‘engagement’. CONTROVERSIEEL Shell is wat dat engagement betreft controversieel. Op de aandeelhoudersvergadering vorige maand onthield ABP zich weer van stemmen over een resolutie van Follow This, een groep activistische aandeelhouders, die Shell opriep om bindende doelen te stellen voor CO2 Dan is er nog het rapport van het Internationaal Energieagentschap (IEA) dat in NRC werd omschreven als ‘een frontale aanval’ op fossiele bedrijven. Het agentschap concludeert dat er een haalbaar pad is richting een klimaatneutrale energiesector, maar dat er een ‘ongekende transformatie’ nodig zou zijn van hoe energie wordt geproduceerd, vervoerd en gebruikt. Er is een ‘onmiddellijke en grootschalige inzet nodig van alle schone en efficiënte energietechnologieën, in combinatie met een wereldwijde stimulering van innovatie’. Dat lijkt niet te stroken met wachten tot 2025 om beleggingen in kolenmijnen of teerzand af te stoten. Een ABP-woordvoerder laat weten dat het fonds het rapport aan het bestuderen is. REUZENSTAPPEN ‘Zelfs het IEA, wat toch niet echt een -reductie in 2050. De resolutie haalde het niet. Het fonds meldde dat er meerdere wegen naar Parijs leiden en het wil Shell liever beinvloeden door de kritische dialoog met het bedrijf aan te blijven gaan. De vraag is of de uitspraak van de Haagse rechtbank, dat Shell voor 2030 zijn uitstoot van broeikasgassen met 45 procent moet beperken, invloed gaat hebben op die aanpak. ‘Er is geen enkele reden om Shell te vertrouwen als zij zeggen dat zij werken aan de energietransitie’, zegt Liset Meddens van Fossielvrij NL, dat de demonstratie van vrijdag organiseert. ‘En er is geen enkel bewijs dat de gesprekken met Shell enig resultaat hebben opgeleverd. ABP blijft zeggen: we hebben engagement. Maar de gesprekken vinden plaats achter gesloten deuren; dat is onacceptabel voor een fonds dat zoveel geld beheert.’ progressieve organisatie is, ziet de noodzaak om te stoppen met fossiel.’ Dat zegt de Amsterdamse wethouder Marieke van Doorninck (duurzaamheid, GroenLinks). Bij de overhandiging van de petitie in november had ze een boodschap: het is fijn dat ABP stapjes zet, maar klimaatverandering stopt men niet met stapjes. dat lukt alleen met reuzenstappen en ABP heeft ‘een reuzenverantwoordelijkheid’. De wethouder ging na de bijeenkomst bij het fonds langs voor een ‘goed gesprek’, maar Van Doorninck verbaast zich erover dat ABP vervolgens tegen de motie van Follow This stemde. ‘Dat is natuurlijk wel echt jammer. Hier had een grote stap gemaakt kunnen worden om te laten zien dat het ernst is. De noodzaak om te stoppen met fossiel wordt inmiddels ontzettend breed gedeeld. Dus het is heel goed dat gemeenten de actie voortzetten.’ Wat verwachten de deelnemers van de demonstratie? ‘Opnieuw een speldenprikje, media-aandacht, dat soort dingen’, zegt Van Vilsteren van waterschap Vallei en Veluwe – ze willen de sneeuwbal groter maken. ‘We leven op kosten van toekomstige generaties en zadelen hen met enorme problemen op.’ De Amsterdamse ambtenaar Hofstede weet niet zeker of ze concrete toezeggingen verwacht. ‘Maar ik hoop dat er ergens op de burelen van ABP een moment van helderheid aanbreekt. Dat ergens het kwartje valt: hier moeten we iets mee, dit kunnen we niet wegmanagen.’

en presenteren: Succes met Europa! Masterclasses Europa stelt de komende zeven jaar miljarden beschikbaar voor thema’s als energietransitie, mobiliteit en de economie. Maar hoe kun je als Nederlandse decentrale overheid nu gebruik van maken van deze gelden voor regionale projecten? Waar moet je beginnen? Waar moet je project aan voldoen en hoe maak je dit project Europa-proof? Hoe bereik je de juiste mensen in Brussel en hoe krijg je de eigen organisatie mee in het Europese avontuur? In een spot-on masterclass krijg je alle handvatten om te starten met een Europees trajec leeft binnen jouw provincie Kies één of meerdere m ● Energietransitie en cir economie 16 september 2021 ● Klimaatadaptatie 23 september 2021 ● Duurzame en slimme 30 september 2021 ● Digitalisering en Smar 7 oktober 2021 ● Regionale arbeidsmar en economie 14 oktober 2021 Deelname aan deze masterclassreeks kost € 375 excl. btw per sessie. Volledig programma, informatie over de sprekers en aanmelden: succesmeteuropa.nl Subsidieprogramma’s voor decentrale overheden 2021-2027 Meld u aan vóór 11 juli 2021 en profi teer van € 50 Early bird

EUROPA SPECIAL 41 EUROPEES SUCCES DECENTRALE OVERHEDEN DIE PROFITEREN 42 SPECIAL EUROPA FOUTJE BEDANKT REGISTRATIE EUROPEES GELD EEN ROMMELTJE 45 KENNIS, CONTACTEN EN GELD LEER BRUSSEL TE BENUTTEN Nu veel gemeenten worstelen met tekorten op hun begroting, lonken de Europese subsidiepotten. Maar hoe vind je in Brussel je weg? De provincie Overijssel en de gemeente Alphen aan den Rijn vertellen over de do’s en don’ts. Wie er in Nederland van Europa profiteert, valt intussen moeilijk op te maken. Uit onderzoek van Binnenlands Bestuur blijkt dat de registratie van subsidies hier een rommeltje is. BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 FOTO: SHUTTERSTOCK

42 SPECIAL EUROPA DOOR: YVONNE JANSEN FOTO: BERLINDA VAN DAM / ANP-HH Op jacht naar Europese subsidies: een recept voor teleurstelling of hoe dan ook een verrijking? Winnen is belangrijk, maar meedingen levert ook al veel op, zeggen ervaringsdeskundigen. Drie voorbeelden uit de Nederlands-Europese subsidiepraktijk. MEER EUROPEAAN DANKZIJ SUBSIDIEPROGRAMMA’S MEEDOEN BELANGRIJKER DAN WINNEN ‘Wij Nederlanders worden bijna geboren op de fiets’, zegt Ronald Jorna, verkeersconsultant en ingehuurd door de provincie Overijssel als projectmanager bij een Europees project dat fietsgebruik wil stimuleren. Overijssel is lead beneficiary in een Europees consortium met negen partijen (overheden, kennisinstellingen, een belangengroep van fietsfabrikanten en een fietsleasebedrijf) waarin wordt gewerkt aan toepassingen op het gebied van fietsen en zogeheten intelligent transport systems (BITS, waarbij de B staat voor bicycles). Dit binnen een groter programma op het gebied van slimmere mobiliteit, verkeersveiligheid, de reductie van CO2 -uitstoot en gezondheid. Eerdere ideeën over ITS en fiets liepen voor de muziek uit, denkt Jorna. ‘Voorstellen gaan vaak over oplossingen met een chip. Tot voor kort was dat bijna altijd in relatie tot de auto’, weet hij. De fiets als (stedelijk) vervoermiddel wist zich nog geen noemenswaardige plek te verwerven in subsidieprogramma’s, terwijl het vervoermiddel juist prima past bij de Europese Green Deal. Een lacune die met BITS mooi wordt opgevuld, vindt Jorna. Zeker nu de fiets een van de weinige winnaars van de coronapandemie blijkt te zijn. Als slim vervoermiddel dankt het rijwiel zijn succes mede aan de smartphone: ‘Een fiets zet je neer bij het station. Daar zet je geen dure dingen op. Nu zit al die slimheid in je telefoon.’ VOORTREKKERSROL Het Overijsselse voorstel kreeg de goedkeuring van Interreg, een Europees subsidieprogramma voor ruimtelijke en regionale ontwikkeling. Het verbaast Jorna niks dat zijn provincie een voortrekkersrol kreeg – Nederland en Denemarken concurreren immers om het imago van hét fietsland van Europa. Nederland heeft een kennisvoorsprong: ‘Engeland en Duitsland liggen ver op ons achter.’ Maar ook een koploper kan volgens Jorna nog genoeg opsteken, vooral door uitwisseling van kennis over onderling uitgevoerde projecten. Van toepassingen op het gebied van verkeersveiligheid tot betere en gezondere routes en intelligente verlichting: ‘We doen interessante en toepasbare ideeën op. Verder helpt BITS Overijssel bij de visievorming rondom het slimmer maken van fietsverkeer. Vier landen testen en demonstreren verschillende systemen. Daardoor zien we wat werkt en wat niet, en waar we op moeten letten. Een mooie proeftuin. Daarnaast is meedoen aan zo’n Europees project ook goed voor je imago.’ Het technisch projectmanagement besteedt Overijssel uit aan Mobycon, het bureau waar Jorna werkt, terwijl een ander gespecialiseerd bureau het financieel-administratief management doet. ‘Aan Europese projecten kleven verschrikkelijk veel regeltjes, dus het is zaak zeer deskundig te zijn. Binnen Interreg moeten bijvoorbeeld uitbestedingen boven de 5.000 euro aan drie partijen worden ‘ Engeland en Duitsland liggen ver op ons achter’ uitgevraagd. Bij hogere bedragen gelden nationale of Europese aanbestedingsregels. Alleen publiceren is niet genoeg, de kosten verantwoorden ook. Je moet al je documenten bewaren, evenals de publicatiepagina. Tot vijf jaar na afloop.’ Waar het er eerst vooral over ging, meer mensen op de fiets te krijgen (‘in Engeland is dat nog steeds zo’), verschuift de scope steeds meer naar smart mobility. Aangetrapt door data, die aanvankelijk vooral bijvangst waren. ‘De aandacht voor data zie je ook in de strategie van de Europese Commissie met betrekking tot het vervoersbeleid.’ GROEN-BLAUWE TOEKOMST Alphen aan den Rijn ziet een ‘groen-blauwe’ toekomst voor zich. Het wil z’n stadsplanning stutten met meerdere pijlers: gezondheid, vergroenen, waterbeheer, schone en slimme stadslogistiek en de energietransitie. Het masterplan dat in 2020 geschreven is, moet de leefbaarheid vergroten en de lokale economie versterken, en bijdragen aan BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021

H t - SPECIAL 43 De fiets past uitstekend in de European Green Deal de gezondheid van inwoners. De gemeente betrekt daar volgens Ron Kervezee, programmanager en ambtelijk secretaris van de stichting Greenport Boskoop, niet alleen het stadshart bij, maar ook de omliggende dorpen. Boskoop, met circa 600 boom- en plantenkwekerijen, geniet wereldfaam. ‘Het stadshart van Alphen aan den Rijn zelf is nogal stenig’, aldus Kervezee. ‘De tuinbouw kan een fundamentele bijdrage leveren aan de systeemverandering die op ons afkomt. Enerzijds door te vergroenen en anderzijds door steden te voeden.’ Onder andere gevelen stadstuinen, plantsoenen en bloemrijke wegkanten moeten de stad groener maken en verfraaien. Kwekers uit de regio kunnen groente, fruit en groen leveren. Met het lokaal geproduceerde voedsel worden voedselketens ingekort. Het groen helpt wateroverlast voorkomen, is goed tegen hittestress en vangt fijnstof en CO2 op. De subsidieadviseur maakte de gemeente erop attent dat elementen uit het lokale masterplan veel overeenkomsten hadden met het zogeheten Healthy Cities-concept. Met acht andere Europese steden werkt de Zuid-Hollandse gemeente nu samen in het URBACT Healthy Cities Network, dat een gezonde leefstijl wil bevorderen door die te koppelen aan stedelijke ontwikkeling. KENNIS UITWISSELEN Spijtig alleen is volgens Kervezee dat het een puur uitwisselings- en lerend netwerk is. Behalve een reiskostenvergoeding staat er volgens hem financieel weinig tegenover. ‘De nadruk ligt echt op het uitwisselen van ervaringen, zodat je niet allemaal het wiel opnieuw hoeft uit te vinden. Jammer, er zouden naar mijn idee wat meer financiële middelen bij moeten, om de dingen die je bedenkt ook toe te kunnen passen in je gemeente. Al gaat het met de economie niet slecht, op dit moment is het overal Europa armoe troef wat gemeentefinanciën betreft.’ Naar zijn idee is de beoogde kennisuitwisseling tot nu toe ‘100 procent gelukt’. Zo pikte zijn gemeente veel kennis op van de manier waarop het Noord-Spaanse Vic hittestress aanpakt. De inrichting van de stad verleidt inwoners om meer bewegen en de auto vaker te laten staan. ‘Met ingrepen die heel basaal lijken, maar het niet zijn’, aldus Kervezee. Van vier Europese subsidies waar Alphen recent op inschreef, waren er twee niet succesvol. ‘Het kost veel geld om een aanvraag te doen: aan uren en experts die je inhuurt, terwijl succes niet gegarandeerd is’, waarschuwt Kervezee. ‘Winnen is één ding, maar daarna de subsidieaanvraag tot het eind managen en het geld uitgekeerd krijgen, is een vak apart’, is zijn ervaring. Niettemin vindt hij de ‘verloren’ Europese subsidieaanvragen geen verspilde moeite. ‘Je wordt wat meer Europeaan. Als het je lukt, levert het een waardevolle uitbreiding op van je netwerk. Win je niet, dan werk je intensief aan een gezamenlijk doel. Ook dat is een verrijking. Maar de organisatie waar je voor werkt moet wel een flink offer doen.’ Zowel het management als het college van B&W was daartoe bereid in het geval van URBACT. ‘Collega’s, bedrijven en inwoners haakten daarna aan.’ Zoals bij de meeste Europese projecten gooide de coronacrisis roet in het eten. Uitwisselingsreizen werden geschrapt en ook partijen in Alphen aan den Rijn trapten noodgedwongen op de rem. ‘Bij inwoners, ondernemers en vastgoedpartijen hoefde je het laatste half jaar niet aan te kloppen. Die hadden wel wat anders aan hun hoofd. Met de plannen zijn we ver gekomen, maar de uitvoering heeft vertraging opgelopen.’ SUBSIDIESCAN Eveneens uit Overijssel kwam een Europese subsidieaanvraag ten behoeve van herstel van het hoogveen in de Engbertsdijksvenen in Twente, een Natura 2000-gebied. In dit project, getiteld AddMire LIFE, werken de provincie en Staatsbosbeheer de komende jaren samen om het natuurgebied, met een oppervlakte van ongeveer 1.000 hectare, duurzaam te herstellen. Veenmos is een levende spons en vangt veel CO2 uit de lucht. Het mos groeit aan de bovenkant en sterft af aan de onderkant en kan zo’n tien tot veertig keer zijn eigen gewicht aan water opnemen. ‘De Engbertsdijksvenen zijn verdroogd en vermest’, legt Guus Ogink uit. Hij is bij de provincie verantwoordelijk voor het contractmanagement op programmaniveau. ‘Het gebied is “lek” als gevolg van de turfwinning van vroeger. Regenwater stroomt snel weg. Ook de landbouw in de buurt draagt bij aan lage grondwaterstanden.’ De oplossing die is bedacht: ‘We leggen dammen aan van zand BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021

44 SPECIAL EUROPA en leem. Vergelijkbaar met het systeem dat je ziet in rijstvelden.’ Voor het project hadden de partijen 4,7 miljoen euro beschikbaar. Onvoldoende voor duurzaam herstel. ‘Uit een subsidiescan kwam dat LIFE de passendste subsidieregeling is.’ RVO keek ‘door de oogharen’ mee om te beoordelen of de aanvraag kansrijk was. De kans om het project gefinancierd te krijgen lag volgens Ogink tussen 20 tot 25 procent. Dan nog, zegt de Overijsselse provincieambtenaar, is meedoen zinvol: ‘Het voordeel is dat je tot een sterk plan van aanpak komt. Ook afstemming met andere organisaties die belang hebben bij jouw project telt mee. Dus zelfs als het niet lukt, heb je er geen nadeel van.’ De uitkomst was een aangename verrassing: ‘Een van de hoogste LIFE-subsidies toegekend in 2018. Gemiddeld bedragen die 1 miljoen tot 3 miljoen euro. Wij kregen 7 miljoen, een echte uitschieter!’ Ogink adviseert collega-overheden heel goed De Engbertsdijksvenen krijgen 7 miljoen van Europa te kijken naar de wijze waarop punten worden toegekend aan een aanvraag. ‘Het is een soort puntencompetitie, met criteria waar je in je plan van aanpak aandacht aan moet besteden.’ Dat betekent in zijn ogen dat de indiener met de vinger langs de maatstaven moet. ‘Je moet goed bedenken hoe je daar invulling aan wilt geven.’ De administratieve lasten vallen Ogink alleszins mee. ‘Europese subsidies binnenhalen is een vak apart. Er komt een heel pakket administratie bij kijken. Maar er wordt zeker niet ADVERTENTIE het onmogelijke gevraagd. Voor je projectaanvraag zet je vooraf veel op papier: beschrijving, ramingen, planningen, risicoanalyses. Daarmee heb je voor de latere administratie al een prima basis liggen. Als iedereen zich daaraan houdt, is dat het minste wat we kunnen doen om zo’n grote financiering te krijgen.’ Deze publicatie is mede mogelijk gemaakt door een bijdrage van het mediafonds van de Europese Unie. Een woning voor Mark en Iris Omdat hun hart bij de toekomst ligt We willen graag dat Mark en Iris in hun eigen buurt kunnen blijven wonen. Dat is belangrijk voor Mark en Iris, maar ook voor de buurt. Wonen moet voor iedereen betaalbaar blijven. Daarom hebben we BPD Woningfonds opgericht. Hiermee werken we samen met gemeenten en woningcorporaties aan meer middenhuurwoningen door heel Nederland. Van Alkmaar tot Almelo en van Groningen tot Rosmalen. Meer weten over onze projecten, zoals bijvoorbeeld in Utrecht of Oosterhout? Kijk op bpd.nl/woningfonds Bouwen aan het hart van de buurt BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021

Foto: Sijmen Hendriks / ANP-HH DOOR: SIMON TROMMEL BEELD: SHUTTERSTOCK EUROPA SPECIAL 45 Wie wil weten welke Nederlandse bedrijven of overheden subsidie ontvangen van Europa en hoeveel, moet een tocht maken langs vier verschillende bureaus. En dan blijken de gegevens die boven tafel komen bepaald niet te kloppen. Sterker, ze zitten er geregeld een honderdvoud naast. ZOEKPLAATJE WIE IN NEDERLAND SUBSIDIES ONTVANGT RAPPORTAGE EUROPEES GELD EEN ROMMELTJE Zijn bij de automatische verwerking wellicht een paar komma’s verschoven? Maar liefst 41 miljoen euro zou de Stichting Haagbouw tussen 2014 en 2020 hebben gekregen uit het Europese Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO). Daarmee voert Haagbouw, een bescheiden opleidingscentrum voor de bouwwereld, de officiële Nederlandse lijst aan van ontvangers van subsidies uit dat fonds. Directeur Olaf Polders schiet hard in de lach als Binnenlands Bestuur hem met de cijfers confronteert. Zijn stichting kreeg een aantal jaar terug een EU-subsidie van een paar ton voor de inrichting van een werkplaats. En dat was het dan. Als nummer twee uit het onderzoek, uitgevoerd door de Brusselse denktank CEPS, komt de Amsterdam Economic Board (AEB) uit de bus. Maar die kreeg bepaald niet de 30 miljoen euro waarover de onderzoekers reppen. Het ging, blijkt bij navraag, slechts om drie ton. Dat geld is bedoeld voor TechGrounds, dat IT-professionals opleidt waarbij de focus ligt op vrouwen en culturele diversiteit. De Amsterdam Economic Board laat weten dat het erg vervelend is dat stakeholders nu volstrekt onjuiste bedragen te horen krijgen – zowel in het onderzoek, als na publicatie van de onjuiste gegevens uit dat onderzoek eerder in Binnenlands Bestuur. BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 46 SPECIAL EUROPA ‘ Er kan in de rapportage van Europese fondsenverdeling veel verbeterd worden’ Ook TNO staat hoog op het lijstje van CEPS, maar herkent zich niet in de 12 miljoen subsidie die daar wordt vermeld. ‘Dat lijkt me te hoog gegrepen’, zegt een bron bij TNO. Waar ligt de schuld van al die te hoge bedragen op de lijst? Oftewel: waar haalt de Brusselse denktank de data vandaan? Het onderzoek blijkt gebaseerd op de publiekelijk toegankelijke informatie over de fondsen. Die informatie is een wettelijke verplichting. Europa stelt als eis dat die op één enkele website te vinden is voor alle programma’s: ‘Om transparantie met betrekking tot de steun uit de Fondsen te waarborgen, houden de lidstaten of de beheersautoriteiten een lijst bij van concrete acties per operationeel programma en per fonds in een spreadsheetgegevensformaat, waarmee gegevens kunnen worden gesorteerd, doorzocht, geëxtraheerd, vergeleken en gemakkelijk op internet kunnen worden gepubliceerd, bijvoorbeeld in CSV- of XML-formaat.’ Maar erg betrouwbaar lijken die cijfers dus allemaal niet. GEFRAGMENTEERD Het onderzoek naar Europese subsidies is door CEPS uitgevoerd omdat het Europees Parlement wilde weten wie nou precies de twaalf miljoen landbouwsubsidieontvangers en de 600.000 cohesiefondsontvangers zijn. Op basis van die informatie kan immers nieuw beleid worden gemaakt. De informatie over de subsidies was tot dusverre slechts gefragmenteerd te vinden in driehonderd databases binnen de Europese Unie. CEPS brengt nu per EU-lidstaat de 50 grootste directe ontvangers en de 25 eindontvangers van cohesiegelden in beeld, zoals ESF+ en EFRO enerzijds en landbouwsubsidies anderzijds. Om het nog ingewikkelder te maken: de Nederlandse bedragen zoals vermeld in de Excelsheet, komen weer voort uit vier operationele programma’s voor West-, Noord-, Zuid- en Oost-Nederland. Ze zijn te vinden op de website europaomdehoek.nl. Desgevraagd geeft het ministerie van Economische Zaken aan dat dit inderdaad de verplichte site en de lijst is waar Europa op doelt. En die site is dus ook door CEPS gebruikt als nationaal rapportagesysteem. Maar die gegevens blijken bepaald niet te kloppen. Hoewel Brussel klip en klaar is over de publicatieverplichtingen, en wat daarmee moet kunnen gebeuren, mailt hoofd managementautoriteit Ruud van Raak van het EFRO-programma Kansen voor West dat hij het kwalijk vindt dat de lijst ook wordt gebruikt voor onderzoeksdoeleinden. Op de site staat daarom een disclaimer: onderzoekers en journalisten worden opgeroepen om de juistheid van de data te controleren bij de vier programma’s voor EFRO in Nederland, in het westen, zuiden, noorden en oosten. Europa om de hoek wordt gerund door het Samenwerkingsverband Noord Nederland (SNN). Dat verband heeft geen eigen platform waarop gegevens over subsidies worden gedeeld, maar het verwijst door naar Europaomdehoek.nl. Volgens woordvoerder Floor Brenninkmeijer van Europa om de hoek en SNN is dat echter een site voor het brede publiek en toch niet dat verplichte nationale rapportagesysteem. ‘Voor het EFRO-fonds geldt dat er vier managementautoriteiten zijn (Noord, Oost, Zuid en West). Via de website Europaomdehoek voldoen de cohesiefondsen aan de wettelijk verankerde verplichting vanuit Brussel om het brede publiek te informeren over projecten die subsidie ontvangen. Voor het EFRO-fonds geldt dat alle projecten op de website staan. De overige cohesiefondsen tonen een aantal projecten als voorbeeld.’ Volgt u het nog? VERRAST Bij nader onderzoek naar de cijfers blijkt dat veel van de fouten voorkomen in het westen van het land. Het programma Kansen voor West laat weten dat het verrast is door de fout van TechGrounds in de rapportage over de Amsterdam Economic Board. ‘Er staat een goede en een foute versie onder verschillende namen op de site.’ Nadat Binnenlands Bestuur laat weten dat er in elk geval ook een fout over de subsidie aan Haagbouw in zit, zegt een woordvoerder dat hij gealarmeerd is. De fout is volgens hem ontstaan ‘in het ict-technische traject van samenvoeging van gegevens uit het bronsysteem, alvorens ze ingelezen zijn in de site’. Zijn bij de automatische verwerking wellicht een paar komma’s verschoven? Eerder werd door verschillende bronnen juist aangegeven

- r n SPECIAL 47 dat alle data van West-Nederland handmatig zijn ingevoerd. Kansen voor West laat weten dat de fouten zijn aangepast en dat er uit voorzorg binnenkort een update komt. Rapportages aan Brussel over de subsidies zijn echter wél correct doorgegeven. Inmiddels is een aantal gegevens in de spreadsheet aangepast, waaronder de vermeldingen van Haagbouw, AEB en TNO. Ook het programma voor Oost-Nederland heeft inmiddels twee aanpassingen gedaan, zo ziet onderzoeker Willem Pieter de Groen van CEPS. De verbeteringen zullen in een corrigendum aan de CEPS-studie worden toegevoegd. NIET SYSTEMATISCH Het lijkt dus een rommeltje maar – schrale troost – de problemen in het Nederlandse subsidie-overzicht staan niet op zich. De ‘fragmentatie en onduidelijkheid’ in de financiele rapportage is volgens onderzoeker Willem Pieter de Groen van CEPS in lijn met die in de overige Europese lidstaten. ‘De onjuistheden op de website zijn verschillend van aard en niet systematisch, wat erop wijst dat de informatiehuishouding voor in ieder geval de publieke rapportage niet op orde is.’ Tijdens het onderzoek stelden De Groen en COLUMN JAN VERHAGEN NIET GEVRAAGD, NIET GEKREGEN U schrok dat 30.000 gezinnen minder geld hebben gekregen van de Belastingdienst dan waar ze recht op hadden, bij de kinderopvangtoeslag? Toch is dat – letterlijk – kinderspel. Maar liefst 170.000 gezinnen hebben in 2018 minder geld van de gemeenten gekregen dan waar ze recht op hadden, bij de bijstand. Omdat ze het niet hebben aangevraagd. Dat blijkt uit onderzoek van de Inspectie SZW. De besparing, een miljard euro, was niet voor gemeenten maar voor het rijk. Van die 170.000 gezinnen die geen bijstand hebben gekregen omdat ze het niet hebben aangevraagd, is alles bekend. Hun leeftijd, hun herkomst, hun inkomen. Hoe lang ze al recht hebben op een bijstandsuitkering. En hun woongemeente. De Inspectie SZW berekent daarmee dat in zeventien gemeenten zelfs meer dan de helft van de gezinnen die recht hadden op bijstand, dat niet heeft aangevraagd. In andere gemeenten was dat minder dan een kwart. Dat heeft natuurlijk grote financiële gevolgen voor de gemeenten. De gemeenten die de bijstandswet goed uitvoeren, en actief gezinnen benaderen die recht hebben op een bijstandsuitkering, komen dus tekort. Als ze minder dan een kwart ondergebruik hebben, komen ze zelfs fors tekort. De gemeenten die daarentegen de bijstandswet slecht uitvoeren, en meer dan de helft ondergebruik hebben, houden veel over van het bijstandsbudget dat ze van het rijk krijgen. Dat is heel wat anders dan wat het rijk altijd beweerde. Het rijk beweerde namelijk dat gemeenten met tekorten te weinig bijstandsontvangers aan werk hielpen. Maar die factor speelt maar een kleine rol. Het ondergebruik is een veel grotere factor. Welke gemeenten voerden de bijstandswet goed uit, met weinig ondergebruik? En welke gemeenten deden het slecht, met veel on‘ Uitkomst van onderzoek weggelaten’ dergebruik? De Inspectie weet het precies. Want van die 170.000 gezinnen is alles bekend, ook de woongemeente. Precies deze uitkomst van het onderzoek laat de Inspectie echter weg in zijn onderzoek. Maar dit overzicht van gemeenten mag niet geheim blijven! Ik wil dat de Inspectie alsnog van elke gemeente het ondergebruik bekend maakt. En gemeenten die weinig ondergebruik hadden en daardoor grote tekorten, verdienen compensatie. Tot nu toe hebben de gemeenten zo’n compensatie niet aangevraagd bij het rijk. En dus niet gekregen. Bij deze vraag ik het aan. Voor al die gemeenten. Over 2018. En over alle andere jaren. andere CEPS-onderzoekers een groot aantal problemen vast met de publieke rapportage van landbouw- en cohesiegelden in de verschillende lidstaten. ‘Zo is de publicatie van cohesiegelden erg gefragmenteerd, wijken de namen van de ontvangers vaak in meerdere of mindere mate af van de officiële namen in de bedrijfsregisters en zijn er diverse gevallen van ruime over- of onderrapportage. In het rapport doen we daarom ook diverse concrete aanbevelingen om de rapportage in de toekomst te verbeteren. Zoals bijvoorbeeld het opnemen van officiële identificatienummers en het opzetten van een centraal rapportagesysteem.’ Europarlementariër Lara Wolters (PvdA) vindt het zorgwekkend dat een deel van de Nederlandse gegevens over eindontvangers van cohesiegelden nu ook onjuist blijkt. ‘Het laat zien dat in de rapportage van Europese fondsenverdeling nog veel verbeterd kan worden, ook in Nederland. Tegelijk toont het wat mij betreft opnieuw aan dat gegevens over eindbegunstigden van Europese fondsen digitaal inzichtelijk en openbaar moeten zijn. Zo kunnen volksvertegenwoordigers, journalisten en burgers de verdeling van Europees geld controleren. En komen niet alleen administratieve fouten, maar mogelijk ook andere misstanden, zoals fraude, makkelijker aan het licht.’ Over de publicaties in Nederland is ze verrast. ‘Ik wil dat iedereen inzicht kan krijgen in de eindbegunstigden van Europees geld met één Europese openbare database die volledig is. Het zou niet nodig moeten zijn om eerst een tour langs alle regionale instanties in Nederland te moeten maken. Dat is onnodig tijdrovend en maakt het niet overzichtelijker.’ Deze publicatie is mede mogelijk gemaakt door een bijdrage van het mediafonds van de Europese Unie. BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021

PARAGRAAF WEERSTANDSVERMOGEN VAN PROVINCIES – II STERK LEIDERSCHAP VOOR MEER IMPACT Lees meer: www.binnenlandsbestuur.nl/ BNGBank M.E.R.-BEOORDELINGSBESLUIT EN BESTEMMINGSPLAN Lees meer: www.binnenlandsbestuur.nl/ Hekkelman/ruimteenmilieu Lees meer: www.binnenlandsbestuur.nl/ RadarGroep

GEMEENTELIJKE ICT HEEFT HULP NODIG PRESTATIEAFSPRAKEN IN BALANS? TOEZICHTHOUDEN EN AVG Lees meer: www.binnenlandsbestuur.nl/ MenIPartners Lees meer: www.binnenlandsbestuur.nl/ Companen Lees meer: www.binnenlandsbestuur.nl/ Schulinck_Omgevingsrecht

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 50 RECENSIE BOEK DOOR: TON BESTEBREUR TJIBBE JOUSTRA BLIKT TERUG ALTIJD DIE DRANG TOT CONTROLE Hoewel het van Tjibbe Joustra zelf geen biografie mag heten, is het door een journaliste op basis van interviews over hem geschreven boek Crisis en controle een mooie schets van zijn leven als Haags ambtenaar. Als voormalig topman van het ministerie van Landbouw, Nederlands eerste coördinator terrorismebestrijding en voorzitter van de Onderzoeksraad voor de Veiligheid heeft hij de afgelopen vier decennia een fikse rol gespeeld in het landsbestuur. Uit het boek rijst het beeld op van een man die graag zelf de gang der dingen bepaalt. Dat werkt ook door in het boek, dat een loopbaanschets geeft maar kritische reflecties ontbeert om Joustra’s kijk op de zaken wat betekenisvoller te maken. Daarvoor houdt Joustra waarschijnlijk de controle te graag zelf in handen. Vilein als hij zegt soms te kunnen zijn, benoemt hij in het boek bijvoorbeeld weer wel welke secretarissen-generaal er echt toe doen in Den Haag en welke volgens Jou stra ‘vooral bezig zijn met de facilitaire zaken’. Daarentegen spaart hij zijn politieke meerderen. Joustra laat ook veel vragen over Interessant is zijn terugblik op het functioneren van het ministerie van Landbouw, dat volgens hem in zijn tijd veel te diep vervlochten bleek te zijn met LNV-sectoren en waar te intieme contacten bestonden met de sector. Daardoor ontbrak volgens de daarvoor verantwoordelijke Joustra lange tijd het kritisch vermogen, zoals dat wel bestond bij de visserij. Hij gaat echter niet op de vraag in of dat inmiddels wezenlijk anders is. Joustra geeft een mooie terugblik uit eerste hand op de vele diercrises die hij bij Landbouw meemaakte en hoe hij daar zijn voordeel mee deed als Nationaal Coördinator terrorismebestrijding, maar laat ook veel vragen over. Dat is misschien onvermijdelijk bij aan veiligheid gerelateerde onderwerpen, maar wel jammer. Het spannendste stukje van het boek is daarom zijn kijk op zijn eigen gedwongen vertrek bij het UWV, waar toenmalig SZW-minister De Geus hem om discutabele en onheuse redenen wilde wegwerken (de toiletpotaffaire). Dankzij de enorme steun die Joustra ontving van ambtenaren en zelfs politici als Mark Rutte raakte uiteindelijk niet hij maar veeleer de minister beschadigd, waarna Joustra kort hierna weer zonder veel schade aan de slag kon in Den Haag. Het brengt hem tot het wijze inzicht dat men juist bij aanvallen steun verdient. ‘Als iemand lelijk in het nieuws komt, bel eens op. Houd contact, schrijf een briefje’. Goed dat Joustra hier ook de menselijke maat terugbrengt in zijn beschouwingen over bestuur en organisatie. CITAAT UIT HET BOEK ‘De aanpak van een crisis vergt maatregelen die niet of niet helemaal volgens de regels verlopen. Dat is niet erg maar je moet het achteraf wel kunnen verantwoorden’ CRISIS EN CONTROLE Tjibbe Joustra Prometheus, 2021 Prijs: ¤ 19,99 ADVERTENTIE

R - a e 3 domeindirecteuren Dienstverlening, Ruimte en Sociaal www.geerts-partners.nl/vacatures/

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 Foto: Ilse Schuurmans 52 PERSONALIA CARRIÈRE DOOR: JOSÉ SALHI Naar het burgemeesterschap van Pijnacker-Nootdorp hebben 19 kandidaten gesollicteerd, onder wie 8 vrouwen. De sollicitanten variëren in de leeftijd van 38 tot 63 jaar. Van de 19 sollicitanten hebben er 10 ervaring in het openbaar bestuur. ANJA SCHOUTEN Met ingang van 23 juni is Anja Schouten benoemd tot burgemeester van Alkmaar. Schouten (52) is geen lid van een politieke partij. Zij was politiechef van de Eenheid Noord-Holland en portefeuillehouder Zorg & Veiligheid Politie Nederland. Tot haar installatie was Emile Roemer (SP) waarnemend burgemeester van Alkmaar. Piet Bruinooge (CDA) was er tot oktober 2020 burgemeester. NADINE STEMERDINK Nadine Stemerdink is benoemd tot burgmeester van Voorschoten. Stemerdink (43) is lid van de PvdA. Zij was hiervoor wethouder in Leidschendam-Voorburg. Ze volgt Pauline Bouvy-Koene (VVD) op. Charlie Aptroot (VVD) was waarnemend burgemeester van Voorschoten. AART-JAN MOERKERKE Met ingang van 7 juni 2021 is Aart-Jan Moerkerke benoemd tot burgemeester van Moerdijk. Moerkerke (VVD, 56) was hiervoor burgemeester van Papendrecht. Daarvoor was hij vier jaar burgemeester in Strijen. Tussen 2002 en 2010 was hij wethouder in Capelle aan den IJssel, namens Leefbaar Capelle. In Moerdijk volgt hij Jac Klijs (CDA) op. CAROLINE VAN DEN ELSEN Met ingang van 1 juni is Caroline van den Elsen benoemd tot burgemeester van Boekel. Van den Elsen (52) is geen lid van een politieke partij. Zij was directeur participatie binnen IBN. Ze volgt Pierre Bos (CDA) op. Bos ging met pensioen. MASCHA TEN BRUGGENCATE De gemeenteraad van Heiloo heeft Mascha ten Bruggencate voorgedragen voor benoeming tot burgemeester. Zij is nu voorzitter van het dagelijks bestuur van het stadsdeel Amsterdam Centrum en was raadslid in Amsterdam en stadsdeel Centrum. Ten Bruggencate (D66) wordt in Heiloo de opvolger van Hans Romeijn (CDA) die per 1 juni 2021 met pensioen gaat. BERRY LINK De gemeenteraad van Veendam heeft Berry Link voorgedragen al burgemeester. Link (CDA, 55) was tot maart 2019 burgemeester van Geldrop-Mierlo. Daarvoor was hij burgemeester van Schinnen en lid van Provinciale Staten van Noord-Brabant. In Veendam wordt hij de opvolger van Sipke Swierstra (VVD, 70) die al sinds 1 november 2013 waarnemend burgemeester is. KOMEN & GAAN FLOOR VERMEULEN Met ingang van 18 juni 2021 is Floor Vermeulen benoemd tot burgemeester van Wageningen. Vermeulen (36) is lid van de VVD. Hij was tot zijn benoeming gedeputeerde in de provincie Zuid-Holland. Tot 1 juni 2021 was Geert van Rumund (PvdA) burgemeester van Wageningen. ERIK VAN BEURDEN In Leusden stopt wethouder Erik van Beurden met ingang van 1 september 2021. Hij wordt adviseur bij adviesbureau voor duurzame leefomgeving Over Morgen. Van Beurden is sinds 2014 wethouder in Leusden.

HI 3 Foto: Ilse Schuurmans BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 Foto: Johannes Timmermans PERSONALIA 53 PIETER BROERTJES Burgemeester Pieter Broertjes (PvdA, 68) van Hilversum stopt in februari 2022. Hij is nu nog met ziekteverlof, maar hij verwacht komende september weer aan het werk te gaan. Sinds mei wordt de functie waargenomen door Charlie Aptroot. Broertjes is sinds juli 2011 burgemeester in Hilversum. Eerder was hij journalist. INEKE BAKKER Ineke Bakker (VVD, 67) is per 10 juni 2021 benoemd tot waarnemend burgemeester van Urk. Zij neemt tijdelijk de taken over van Cees van den Bos (SGP), die herstelt van corona. Bakker was eerder onder andere waarnemend burgemeester in Dinkelland en Dronten en gedeputeerde in Overijssel. ANNEMIEK JETTEN Met ingang van 7 juni is Annemiek Jetten benoemd tot waarnemend burgemeester van Papendrecht. Jetten (PvdA, 57) vervangt daar Aart-Jan Moerkerke (VVD) die burgemeester van Moerdijk wordt. Jetten was eerder burgemeester van Sluis en Vlaardingen. JAN SCHRIJEN Jan Schrijen is benoemd tot waarnemend burgemeester in Landgraaf. Hij volgt Raymond Vlecken (CDA) op. Schrijen (68, partijloos) was eerder burgemeester van Venlo en van Valkenburg aan de Geul. Ook was hij wethouder in Beek, gedeputeerde en dijkgraaf bij het Waterschap Roer en Overmaas. OPROEP: Tekst en foto’s (high res) voor de rubriek personalia graag sturen naar info@binnenlandsbestuur.nl. Gegevens voor deze rubriek kunnen ook worden gestuurd via www.binnenlandsbestuur.nl/personalia FREDERIK ZEVENBERGEN Frederik Zevenbergen is geïnstalleerd als gedeputeerde in Zuid-Holland. Hij volgt Floor Vermeulen op, die sinds 18 juni burgemeester van Wageningen is. Zevenbergen was Provinciaal Statenlid in Zuid-Holland. Eerder was hij jarenlang lid van de gemeenteraad van Leiden. DICK VAN HUIZEN Dick van Huizen is met ingang van 1 juli benoemd tot gemeentesecretaris van Nijkerk. Hij wordt daar de opvolger van interim-secretaris Lotte de Jong. Van Huizen is sinds februari 2020 algemeen directeur van de BUCH, de ambtelijke werkorganisatie van de gemeenten Bergen, Uitgeest, Castricum en Heiloo. Daarvoor was hij al eens gemeentesecretaris van Gooise Meren, Bussum en Aalsmeer en loco-secretaris van De Bilt. BURGEMEESTERS VACATURE LANDGRAAF Het burgemeesterschap van Landgraaf is vacant sinds 25 mei 2021. De gemeente heeft circa 37.300 inwoners. De bezoldiging bedraagt € 8.620,48 bruto per maand. U kunt solliciteren tot 8 juli 2021. Zie voor alle informatie de Staatscourant van 16 juni 2021 op www.officielebekendmakingen.nl/Staatscourant. HELLENDOORN Het burgemeesterschap van Hellendoorn is vacant per 15 december 2021. De gemeente heeft circa 36.000 inwoners. De bezoldiging bedraagt € 8.620,48 bruto per maand. U kunt solliciteren tot 9 juli 2021. Zie voor alle informatie de Staatscourant van 17 juni 2021 op www.officielebekendmakingen.nl/Staatscourant. KRIMPENERWAARD Het burgemeesterschap van Krimpenerwaard is vacant per 20 januari 2022. De gemeente heeft circa 56.700 inwoners. De bezoldiging bedraagt € 9.345,69 bruto per maand. U kunt solliciteren tot 13 juli 2021. Zie voor alle informatie de Staatscourant van 21 juni 2021 op www.officielebekendmakingen.nl/Staatscourant. WOUDENBERG Het burgemeesterschap van Woudenberg is vacant sinds 1 juni 2021. De gemeente heeft circa 13.700 inwoners. De bezoldiging bedraagt € 7.273,22 bruto per maand. U kunt solliciteren tot 13 juli 2021. Zie voor alle informatie de Staatscourant van 22 juni 2021 op www.officielebekendmakingen.nl/Staatscourant. SJRAAR COX Sjraar Cos is benoemd tot waarnemend burgemeester van Eijsden-Margraten. Hij vervangt daar Diedonné Akkermans (CDA) die op 20 april 2021 per direct opstapte. De PvdA’er Cox was van 2006 tot 15 maart 2020 burgemeester van Sittard-Geleen, daarvoor was hij burgemeester van Diever, Nuth en Veldhoven. YVONNE VAN MASTRIGT Yvonne van Mastrigt is benoemd tot waarnemend burgemeester van Woudenberg. Van Mastrigt (PvdA, 55) was eerder waarnemend burgemeester van Stadskanaal, Stichtse Vecht en Hoorn. Eerder was zij onder meer gedeputeerde in Groningen en burgemeester van Hoogezand-Sappemeer en Winsum.

54 INDEX VACATURES In de vacature- index treft u een selectie aan van de vacatures die deze week zijn opgenomen in het magazine of op de website van Binnenlands Bestuur. BESTUUR EN MANAGEMENT Waar BeljonWesterterp / Gemeente Westerveld Geerts en Partners / Gemeente Maashorst i.o. Gemeente Lansingerland Gemeente Sliedrecht Haagse Hogeschool JS Consultancy / Werkzaak Rivierenland roel&jasper / Gemeente Harlingen FINANCIËN EN ECONOMIE Waar Cedris Gemeente Amsterdam Gemeente Ede Gemeente Wageningen Groene Metropoolregio Arnhem Nijmegen Public Search / DUO+ ICT EN AUTOMATISERING Waar BMC Gemeente Delft Gemeente Hilvarenbeek en Goirle Provincie Utrecht JURIDISCH Waar Gemeente Deurne Gemeente Hoorn JS Consultancy / Gemeente Haarlemmermeer Publiek Netwerk / De Nederlandsche Bank MILIEU Waar Gemeente Houten OPENBARE ORDE EN VEILIGHEID Waar Gemeente Haarlemmermeer PERSONEEL EN ORGANISATIE Waar BMC RUIMTELIJKE ORDENING EN VERKEER Waar Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland Geerts & Partners / Gemeente Dronten Gemeente Ermelo Gemeente Gouda Functie gemeentesecretaris / algemeen directeur 3 domeindirecteuren ambtelijk opdrachtgever griffiemedewerker bestuursadviseur teammanager beleid, informatievoorziening en kwaliteit gemeentesecretaris / algemeen directeur Functie beleidsadviseur financiën sociaal domein en arbeidsmarkt financieel business partner adviseur bedrijfsadministratie senior financieel adviseur parttime controller groene metropool auditor / vic specialist Functie data analist in publieke sector afdelingshoofd applicatiemanagement privacy officer beleidsmedewerker economie (digitalisering) Functie juridisch adviseur senior juridisch adviseur ruimtelijke ordening juridisch adviseur subsidies coördinerend jurist woo Functie projectleider / beleidsmedewerker energietransitie Functie beleidsadviseur openbare orde en veiligheid Functie jobcoach doelgroepregister Functie teamcoördinator woz teammanager vergunningen, toezicht & handhaving senior beleidsadviseur / projectleider ruimtelijke ontwikkeling strategisch beleidsadviseur ruimtelijke ontwikkeling ADVERTENTIES Pagina/web Binnenlandsbestuur.nl pagina 51 Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl pagina 56 Binnenlandsbestuur.nl Pagina/web Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Pagina/web Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Pagina/web Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl pagina 56 pagina 55 Pagina/web Binnenlandsbestuur.nl Pagina/web Binnenlandsbestuur.nl Pagina/web Binnenlandsbestuur.nl Pagina/web Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021

INDEX 55 Gemeente Hoorn Gemeente Nissewaard JS Consultancy / Gemeente Westerkwartier JS Consultancy / Gemeente Zaanstad Provincie Limburg Provincie Noord-Holland Rijkswaterstaat Woonkracht 10 SOCIAAL Waar BMC BMC BMC Cedris Gemeente ‘s-Hertogenbosch Gemeente Nissewaard Gemeente Veenendaal Sociale Dienst Oost Achterhoek Werkorganisatie Hltsamen Zeelenberg / Gemeente Venlo VOORLICHTING EN COMMUNICATIE Waar Veiligheidsregio Haaglanden OVERIGE Waar Provincie Limburg senior juridisch adviseur ruimtelijke ordening senior beleidsmedewerker centrumtaken zuid-hollandse eilanden senior adviseur ruimtelijke projecten programmamanager mobiliteit senior grondverwerver beleidsmedewerker water Publiek Netwerk / Gemeente Hardinxveld-Giessendam senior beleidsadviseur ruimtelijk domein Publiek Netwerk / Gemeente Hardinxveld-Giessendam beleidsadviseur verkeer & vervoer afdelingshoofd dienstverlening nationale bewegwijzeringsdienst beleidsadviseur vastgoed Functie opleidingstraject allround klantmanager inkomen regio rotterdam jeugd & gezinscoach / jeugdconsulent medewerker uitkeringsadministratie beleidsadviseur financiën sociaal domein en arbeidsmarkt adivseur jeugd senior beleidsmedewerker centrumtaken zuid-hollandse eilanden teamleider beleid maatschappelijke ontwikkelingen manager re-integratie beleidsmedewerker mo, aandachtsgebied jeugd & veiligheid stevige teamleider maatschappelijk domein Functie teamhoofd communicatie Functie strategisch inkoopadviseur OOK UW VACATURE IN BINNENLANDS BESTUUR? BEL 020-5733656 ADVERTENTIES Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl pagina 56 pagina 56 pagina 51 Binnenlandsbestuur.nl pagina 55 pagina 55 Binnenlandsbestuur.nl pagina 55 Pagina/web Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl pagina 55 Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Pagina/web Binnenlandsbestuur.nl Pagina/web Binnenlandsbestuur.nl • • • • • • • • • • • • • • • • BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021

Ik werk voor Nederland... ...en voor mezelf Wil jij Nederland én jezelf beter maken? JS Consultancy is de carrièrepartner van professionals voor de publieke zaak. Via ons landelijk netwerk bemiddelen wij op het niveau van directie, management en professionals. Aan de slag op het gebied van BedrijfsProgrammamanager Mobiliteit 36 uur | max. € 90.000,- bruto per jaar (incl. IKB) Hoe houd je in 2040 de stad bereikbaar en leefbaar en hoe verdeel je de ruimte voor voetgangers, fietsers en auto’s? Als Programmamanager vertaal je het ambitieuze Zaans Mobiliteitsplan naar programmaplan en coördineer je de stap van beleid naar realisatie. Externe rol met functionele aansturing van team. Netwerker. Besluitvaardig. Uitstekende politiek bestuurlijke sensitiviteit. Interesse? Bel Saskia Schrama 06 - 125 703 76 Senior Adviseur Ruimtelijke Projecten 32 - 36 uur | schaal 11 max. € 72.604,- bruto per jaar (incl. IKB) Mooie rol bij de snelst groeiende gemeente in het noorden voor een adviseur die de regie voert op uitdagende en complexe ruimtelijke projecten. Denkt actief mee met ondernemers en inwoners over de realisatie van dromen, initiatieven en plannen. Is een inspirerende sparringpartner die rust brengt en verbindend, collegiaal en politiek sensitief is. Interesse? Bel Elsbeth Braam 06 - 333 219 86 voering, Ruimte & Infra of Sociaal Maatschappelijk domein? Onze dienstverlening richt zich op het waarmaken van maatschappelijk resultaat. In samenregie met opdrachtgevers. En samen met jou. Teammanager Beleid, Informatievoorziening en Kwaliteit 36 uur | schaal 12 max. € 82.478,- bruto per jaar (incl. IKB) Ervaren manager die met een moderne leiderschapsstijl leiding, richting, ruimte en ruggensteun geeft. Stellen van heldere kaders en sturen op resultaat. Werken naar een professioneel, excellent presterend en zelf organiserend team waar medewerkers hun talenten en expertise met plezier en trots ontdekken, inzetten en ontwikkelen met als doel de ambitie van de organisatie te realiseren. Interesse? Bel Michel Kollau 06 - 511 357 93 Juridisch Adviseur Subsidies 32 - 36 uur | schaal 10 max. € 57.703,- bruto per jaar (incl. IKB) Ben jij als jurist in staat om alle subsidie gerelateerde vragen, op een rechtmatige, klantvriendelijke en vooral praktische manier af te ronden? Vanuit een juridische invalshoek buig jij je over processen en onderwerpen die betrekking hebben op subsidies. Je adviseert collega’s, MT en ambtelijke en politieke top hierover. Je past regelgeving aan, handelt de bezwaren af en schrijft raadsvoorstellen. Interesse? Bel Saskia Schrama 06 - 125 703 76 Reageer op bovenstaande functies via www.jsconsultancy.nl/vacatures Interim Werving & Selectie

1 Online Touch

Index

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5
  6. 6
  7. 7
  8. 8
  9. 9
  10. 10
  11. 11
  12. 12
  13. 13
  14. 14
  15. 15
  16. 16
  17. 17
  18. 18
  19. 19
  20. 20
  21. 21
  22. 22
  23. 23
  24. 24
  25. 25
  26. 26
  27. 27
  28. 28
  29. 29
  30. 30
  31. 31
  32. 32
  33. 33
  34. 34
  35. 35
  36. 36
  37. 37
  38. 38
  39. 39
  40. 40
  41. 41
  42. 42
  43. 43
  44. 44
  45. 45
  46. 46
  47. 47
  48. 48
  49. 49
  50. 50
  51. 51
  52. 52
  53. 53
  54. 54
  55. 55
  56. 56
Home


You need flash player to view this online publication