0

NUMMER 3 MEI 2022 WWW.FMTGEZONDHEIDSZORG.NL 2022 3 ICT en zorg • E-health • AI • Robotisering • Serious gaming Huisvesting Zorgcentrum Mgr. Blom Digitalisering van de zorg simpelweg noodzaak GEZONDHEIDSZORG

Perfecte balans The New Benchmark machines: wasmachines en drogers van 9 - 32 kg. Miele Professional. Immer Besser.

| editorial digitalisering OP WEG NAAR EEN NIEUW LANDSCHAP ‘De zorg in Nederland wordt steeds meer één digitaal landschap’. Een mooie uitspraak van professor Marlies Schijven in deze editie van FMT die draait om digitalisering. Deze abstracte term draagt voor mij nog altijd iets in zich van ontmenselijking en computers die de macht overnemen. Maar in combinatie met een landschap zie ik vrolijke beelden voor me van in heuvels ronddartelende Teletubbies en mensen met VRbrillen die een nieuwe wereld ontdekken. Te ver van het zorgbed, deze associaties? Toch niet. Kijk maar naar het verhaal over serious gaming. Door een spelelement aan de revalidatie na IC-opname toe te voegen, blijken mensen gemotiveerder om in beweging te komen. Een patiënt met een voorvoetamputatie stond ineens te dansen achter haar rollator. Prachtig toch? Ook een mooi, concreet voorbeeld van digitalisering: de sociale robot. In potentie een geweldige oplossing, bijvoorbeeld om eenzaamheid bij ouderen te verminderen. De praktijk wijst echter uit dat het niet zo makkelijk is om een robot te ontwikkelen die meer dan één kunstje kan en adequaat op de complexe mensenwereld inclusief emoties en gedragingen inspeelt. En dan is het risico dat Pepper of Zora in een kast verdwijnt en daar stof gaat verzamelen, zoals ze bij Fontys Hogeschool treffend constateren. Hier zijn ze volop bezig om optimalere robots te ontwikkelen die signalen oppikken zoals nervositeit en daar passend op reageren. Ga d’r maar aanstaan... Gelukkig zijn allerlei partijen gedreven aan de slag om steeds slimmere digitale oplossingen te bedenken die werkelijk aansluiten bij de hedendaagse zorgpraktijk. Daarbij heeft het coronavirus een stroomversnelling veroorzaakt die medische zorg in eigen huis gewoner heeft gemaakt. Wie kijkt er nog op van een online consult? Telemonitoring is volwassen aan het worden, bijvoorbeeld in de vorm van een Hartwacht voor cardiologische patiënten, vertelt Schijven. Zij hamert er terecht op dat samenwerking op weg naar het nieuwe digitale landschap niet te onderschatten is. “Digitale zorg ‘uitvinden’ doe je niet in je eentje.” Waarvan akte. Hopelijk levert deze FMT u inspiratie om van digitalisering een pra ktijksucces te maken. Elsie Schoorel Hoofdredacteur “Digitale zorg ‘uitvinden’ doe je niet in je eentje” 3

U vindt ons in hal 3. Stand B.089 Graag tot ziens in Utrecht! Heeft u de datums 14 t/m 16 juni al in uw agenda aangekruist? In de Jaarbeurs Utrecht vindt deze drie dagen Zorgtotaal plaats. Het grootste platform voor professionals in de zorg. En Westfalen Medical is er bij. Wij nodigen u van harte uit om onze stand te bezoeken. De ontwikkeling van de zorgsector is en blijft een dynamisch proces. Nieuwe zorgproducten en diensten beantwoorden aan de veranderde behoefte van zowel zorgverlener als zorgvrager. Wij kijken er naar uit u persoonlijk de laatste ontwikkelingen te kunnen tonen. U vindt ons in hal 3. Stand B.089. Gratis de beurs bezoeken? Stuur een e-mail naar verkoop@westfalenmedical.nl en we sturen u een gratis entreekaart toe. Westfalen Medical BV - Tel 0570-858404 - www.zorginstellingen.westfalenmedical.com - verkoop@westfalenmedical.nl

In deze uitgave mei | 2022 14 Telemonitoring weer een stap dichterbij Prof. Marlies Schijven over het tweede Citrienfonds E-health-programma 06 Kop Kop Plat RENOVATIE HYBRIDE OK SINT ANTONIUS “Alleen met het installeren van een nieuw statief kom je er niet” 17 Zorgcentrum Mgr. Blom in Amersfoort Monumentale status stelt extra eisen aan verbouwing 06 5 10 AI: samenwerking mens en machine Mark Neerincx, Hoogleraar Human-Centered Computing 20 Serious gaming als revalidatie na IC-opname Lise Beumeler Onderzoeker RUG/MCL NVTG NVTG-leden in discussie over installatietechniek in de zorg als noodzakelijk eco systeem 30 22 In Beeld Prinses Máxima Centrum neemt Oekraïense kinderen op 24 Ziekenhuisafval krijgt tweede ‘medisch’ leven 29 Zorg & ICT en Zorgtotaal 34 Fontys: De cognitieve zorgrobot komt eraan! 37 Digitale alarmeringssystemen 40 Duurzame isolatiejassen 42 Beter voorspellen met AI 45 Agenda

e-health | tekst • Wilma Schreiber De opbrengst van het tweede Citrienfonds e-health-programma Telemonitoring weer een stap dichterbij December 2022 eindigt het tweede e-healthprogramma van het Citrienfonds. De afgelopen acht jaar hebben umc’s in nauwe samenwerking met andere partijen een scala aan e-health-oplossingen onderzocht. In het tweede programma wordt een drietal daarvan landelijk geïmplementeerd. Dat zijn alle telemonitoringprogramma’s: vitale functies, hartklachten en zwangeren met een hoog risico op hypertensie. Hospital Fit O verkoepelend thema van het eerste Citrienfondsprogramma was evidence-based e-health, waarbij initiatieven uit de verschillende umc’s rond e-health werden geïnventariseerd. “In 2014 was iedereen nog een beetje aan het pionieren, de eerste grote EPD’s werden geïntegreerd of vernieuwd, en veel ziekenhuizen begonnen met digitale zorgtransitie, ook in onderzoek. Als umc’s hebben we toen besloten te onderzoeken wat die oplossingen ons nu daadwerkelijk bieden, of ze valide zijn en bijdragen en hoe we ze goed voor het voetlicht kunnen brengen”, vertelt prof. dr. Marlies Schijven, programmaleider van het Citrienfonds E-health-programma. “Dit resulteerde naast alle activiteiten in een door alle umc’s ondertekend visiedocument rond e-health, dat aan de minister is aangeboden.” Inmiddels heeft het programma geresulteerd in een hele reeks wetenschappelijke publicaties, brede toepassing van e-health-oplossingen in verschillende omgevingen en samenwerkingsverbanden en in een stevig netwerk. De hete hangijzers voor het verder brengen van thuismetingen liggen vooral op het terrein van afspraken over verantwoordelijkheid en privacy alsook financiering. Transitie Het tweede Citrienfondsprogramma staat in het teken van het adopteren van andermans ‘best practices’ op het terrein van e-health, afkomstig uit het eerste Citrienfonds e-health-programma. Zo worden in het Amsterdam UMC oplossingen van de andere umc’s geïntegreerd en 6 FMT | mei 2022 andersom. Uiteindelijk mondde dit uit in het implementeren van drie landelijke telemonitoringprogramma’s met als thema’s vitale functies, hartklachten en zwangeren met een hoog risico op hypertensie. “Daarnaast is een aantal partnerprojecten opgestart. Deze zijn niet landelijk, maar worden wel gedragen door minimaal twee umc’s en ook vaak door ziekenhuizen daaromheen”, zegt Schijven. Monitoring – continu data aanleveren van buiten het ziekenhuis naar het ziekenhuis-EPD, deze op een goede manier verwerken en er dan ook nog de juiste beslissingen op nemen – is momenteel nog dé grote uitdaging. “Bij veel projecten betreft het nu nog geen daadwerkelijke monitoring, maar het aanleveren van thuismetingen, waarbij de patiënt zelf gegevens meet en deze ook zelf in het dossier zet. Daarbij worden natuurlijk wel afspraken gemaakt over wanneer deze data worden uitgelezen, door wie, hoe en met welke opvolging”, schetst Schijven. “Die ervaring met registratie van thuismetingen nu is nodig om daadwerkelijke telemonitoring in de toekomst door te voeren. We moeten naar een situatie waarbij daadwerkelijk 24/7 realtime data naar zorginstellingen of door hen gecontracteerde partijen kunnen worden verzonden, uitgelezen door een algoritme dat past bij de situatie en de individuele patiënt. Dat vereist een goed gebouwd en ethisch kloppend algoritme, dat ook een alarmering naar de op dat moment verantwoordelijke in het behandelteam kan genereren als er bij de patiënt significante en relevante afwijkingen zijn.” Een mooi voorbeeld hiervan is Hartwacht. Dit project is gestart met het aanbieden van zorg voor bepaalde categorieën cardiologische patiënten op afstand, verder doorgegroeid naar het aanleveren van meerdere

“Vrijheid is belangrijk om weerstand te voorkomen” Marlies Schijven Bij daadwerkelijke telemonitoring zullen we eerst moeten afspreken wanneer en ook wie waar precies voor verantwoordelijk is. Dat iets technisch al kan, wil niet zeggen dat je daar nu al veilig zorg mee kunt verplaatsen, stelt Marlies Schijven, die het Citrienfondsprogramma leidt. soorten hartdata en maakt nu een transitie door naar echte telemonitoring. Ook de andere twee landelijke programma’s moeten die transitie gaan doormaken. Bij de umc’s bestond daarnaast ook draagvlak voor een vierde thema, medicatieverificatie. “Met het landelijk opschalen daarvan hebben we moeten wachten, simpelweg omdat er nog geen goede landelijke infrastructuur is voor synchronisatie van medicatiegegevens tussen huisarts, ziekenhuis en andere voorschrijvende partijen. Want voordat een patiënt zelf echt goed zijn of haar data kan verifiëren in zijn dossier, moet wel duidelijk zijn dat de gegevens überhaupt kloppen. Zodra dat het geval is, zal dit programma op een later moment alsnog meegaan in het programma”, aldus Schijven. Vrije systeemkeuze Intussen zijn sommige ziekenhuizen er wel mee gestart. Die ervaringen zijn volgens Schijven dan goed te gebruiken voor versnelde implementatie in alle umc’s als de landelijke logistiek en voorwaarden op orde zijn. “Alle ziekenhuizen willen immers inzetten op transitie van zorg, waarbij enige flexibiliteit en geen vendor lock-in belangrijke voorwaarden zijn voor succesvolle implementatie”, zegt ze. “In Utrecht is bijvoorbeeld een heel mooi project voor telemonitoring van zwangeren, maar andere umc’s die willen starten met telemonitoring, hoeven niet per se met hetzelfde systeem aan de slag. Sommige umc’s hebben pragmatisch gekozen voor de bestaande oplossing, maar andere waren al bezig met een ander type oplossing en gaan daar mee verder. Als zij hetzelfde vraagstuk willen benaderen met een ander instrument, is dat natuurlijk prima.” Professor Marlies Schijven (1969) is gezondheidswetenschapper, chirurg en hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam, faculteit der Geneeskunde. Sinds 2009 is zij aangesteld als staflid chirurgie in het Amsterdam UMC locatie AMC, met aandachtsgebied benigne upper-GI. Voor het elektronisch patiëntendossier van het AMC-VUmc is zij eigenaar e-health. In 2015 werd Schijven benoemd tot hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam, met als leeropdracht het veld van Serious Gaming, Simulation en Applied Mobile Healthcare. Daarnaast is Schijven Chief Medical Information Officer (CMIO) bij het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, toezichthouder bij het MeanderMC en recentelijk benoemd als lid bestuur ZonMw. Vanuit de NFU treedt zij op als programmaleider voor het Citrienfonds en is zij tevens actief als stuurgroeplid. Opschalingskaart In december 2022 sluit het programma en hoopt Schijven de beoogde doelstellingen gerealiseerd te hebben. Op de site van het Citrienfonds maakt een opschalingskaart inzichtelijk waar welk umc, algemeen ziekenhuis en huisartsenpraktijk aan werkt en welke samenwerkingsverbanden er precies zijn. Een heel divers beeld. “Elk umc doet mee met drie grote projecten waaraan meerdere mensen werken en waaraan verschillende onderzoekslijnen gekoppeld zijn. Telemonitoring hartklachten bijvoorbeeld is een heel breed concept. Het ene umc zet in op zorg voor mensen met aangeboren hartafwijkingen, de ander op mensen met bepaalde ritmestoornissen. Dat is ook logisch, want het ene umc is expertisecentrum voor het ene probleem, het andere weer voor een ander probleem.” 7

e-health | “Nederland schiet qua zorg behoorlijk door in allerlei regeltjes" Tijdens het tweede Citroenfondsprogramma is naast de stuurgroepleden (die verantwoordelijk zijn voor de projecten) een tweede, meer operationele lijn van projectleiders opgetuigd. “Na zeven jaar werken aan uitdagende projecten is daardoor een hele hechte groep ontstaan, die elkaars struggles erkent en herkent. Die met elkaar onderzoeksresultaten deelt, onderzoeken start en elkaar vertrouwt”, zegt Schijven. “Dat netwerk van al die mensen in verschillende umc’s is van onschatbare waarde en dus superbelangrijk om in stand te houden. Want digitale zorg ‘uitvinden’ doe je niet in je eentje en zelfs niet meer in één umc. De zorg in Nederland wordt steeds meer één digitaal landschap, waarbij je goed moet nadenken waar welke expertise ligt en hoe je daar bij elkaar en mét elkaar goed op aansluit. Dat is precies wat er in het klein in dit programma is gebeurd.” Opt-out-model Transitie van zorg uit de ziekenhuizen naar buiten het ziekenhuis staat in bijna alle strategische plannen van ziekenhuizen. “Het geloof bestaat dat telemonitoring daarin een belangrijke driver kan zijn. Toch zullen we eerst moeten afspreken wanneer wie bij daadwerkelijke telemonitoring waarvoor precies verantwoordelijk is. Dat iets technisch al kan, wil niet zeggen dat je daar nu al veilig zorg mee kunt verplaatsen”, aldus Schijven. “Als een patiënt die bekend is in een ziekenhuis nu thuis een hartaanval krijgt, weet je dat als zorgverlener in het ziekenhuis niet. Maar als je een pleister op die patiënt zou plakken en hem of haar op afstand continu monitort en daarmee dus de data van die patiënt doorgeeft aan het EPD, weet je dat feitelijk wél. Het staat dan in het EPD van de patiënt, maar daarmee ben je er niet spontaan ook van op de hoogte. Als je bijvoorbeeld die pleister plakt, maar de data alleen tussen 9 en17 uur uitleest, ben je op dit moment juridisch kwetsbaar. Want in theorie hád je die hartaanval om 3.00 uur dus kunnen zien.” Anderzijds is 24/7 monitoring in haar ogen bijna ondoenlijk wanneer veel patiënten buiten het ziekenhuis thuis zouden worden aangesloten op het EPD. “Je kunt moeilijk dertig verpleegkundigen continu achter de monitor zetten. Dus moet je toe naar betrouwbare algoritmen. Die moet je eerst inleren, testen en zorgen dat ze vrij van fouten zijn. Wat versta je daar dan precies onder en wat spreek je af over die verantwoordelijkheden? Zo’n afsprakenstelsel moet er echt gaan komen.” Een andere wens van Schijven is een pragmatischer omgang met privacy. “Veel van wat wij doen in Nederland valt of staat met regeltjes, daar schieten we nu behoorlijk in door. Natuurlijk is privacy heel belangrijk, maar als jij halfdood op de spoedeisende hulp komt, wil je de beste zorg en vooral ook dat zorgverleners dan alles van je weten”, zegt ze. “Nu zitten we voor allerlei privacyissues oplossingen te bedenken. In mijn ogen kunnen we veel beter voor een opt-out-model gaan, net als bij donorregistratie: iemand geeft toestemming dat hulpverleners zijn gegevens mogen inzien als ze dat zinnig achten óf niet. Dat zou echt een hoop ellende schelen.”  8 FMT | mei 2022 Telemonitoring vitale functies Citrienprogramma E-health De toekomstbestendigheid van de gezondheidszorg is een belangrijke maatschappelijke uitdaging, nu de kosten blijven stijgen en de druk op de zorg toeneemt vanwege veroudering van de populatie en het stijgend aantal chronische patiënten. Om enkele van deze maatschappelijke uitdagingen als umc’s gezamenlijk aan te pakken, heeft minister Schippers van VWS in 2014 het Citrienfonds ingesteld, mede mogelijk gemaakt door ZonMw. Het streven van programma ehealth is om de zorg beter, persoonsgerichter en goedkoper te maken met behulp van bewezen e-health-toepassingen. Hierbij werken de umc’s nauw met elkaar samen én met externe partijen. Voor de periode 2014 tot en met 2018 is 25 miljoen euro beschikbaar gesteld. Eind 2018 is besloten het programma te verlengen en nog eens 20 miljoen uit te trekken voor de periode van 2019-2022. De Nederlandse Federatie van Universitair medische centra (NFU) is verantwoordelijk voor de uitvoering van het Citrienfonds. Het is nog niet duidelijk of er ook een derde Citrienfondsperiode komt voor het e-health-programma. Meer informatie: www.citrienfonds-ehealth.nl Telemonitoring zwangeren

PROFESSIONALS FOR PROFESSIONALS                                               Wij zijn een betrouwbare, resultaatgerichte en professionele partner. Plannen? Neem contact op voor een vrijblijvend oriënterend gesprek. +31 (0) 73 62 34 381 | WWW.OKCN.NL | INFO@OKCN.NL UW PARTNER IN MEDISCH MEUBILAIR Samen zorgen we voor de meest optimale inrichting OPSLAG EN DISTRIBUTIE VAN MEDICATIE INRICHTING DAGBEHANDELKAMER VERPLEEG- EN ZIEKENHUISBEDDEN PERSOONLIJK ADVIES OP MAAT MEDIFIX B.V. Nijverheidsweg 8 5071 NK Udenhout T: +31 13 511 11 11 E:  W: 

huisvesting | tekst • Wilma Schreiber Monumentale status stelt extra eisen aan verbouwing Mgr. Blom: iconisch woonzorgcentrum met individu als norm Maart dit jaar nam zorgorganisatie Beweging 3.0 na een renovatie van anderhalf jaar de twee woongroepen in het klooster op de locatie Mgr. Blom in Amersfoort weer in gebruik. Dit moederhuis van het gelijknamige klooster met een ruim honderdjarige historie is de afgelopen anderhalf jaar geheel aangepast aan de eisen van de moderne tijd, waarbij het gedachtegoed van de zusters in ere wordt gehouden: omzien naar elkaar, door Beweging 3.0 vertaald in persoonsgerichte zorg op maat. Een transitie dus, in alle opzichten: locatie, werkwijze en organisatie. I Binnenplaats met lift 10 FMT | mei 2022 n de jaren 80 van de vorige eeuw lieten de zusters van de congregatie een appartementencomplex aan het moederhuis aanbouwen, bedoeld voor zusters die na hun werkzame leven in de zorg of het onderwijs terugkeerden naar het klooster. Momenteel wonen er nog veertien zusters, een vijftal huurders en 29 bewoners met 24-uurszorgbehoefte. Om bezit en gedachtegoed veilig te stellen, verkocht de congregatie een aantal jaar geleden een deel van het acht hectare grote terrein. Een deel van de opbrengst staken de zusters in de renovatie en verbouwing van het moederhuis. Vervolgens werden moederhuis en appartementencomplex verkocht aan vastgoedonderneming Emma Groep. Sinds half maart dit jaar is Beweging 3.0 huurder van beide gebouwen. “De zusters zijn inmiddels op leeftijd en konden de zorgverlening en facilitaire zaken niet meer op zich nemen. Dat was destijds reden om met een voorloper van Beweging 3.0 in zee te gaan”, verklaart Ole Schmidt, teammanager locatie Mgr. Blom. “Het voortzetten van hun erfgoed – omzien naar elkaar, in casu de oudere en kwetsbare mens – is ontzettend belangrijk voor hen. Dat voel je als je hier woont of langskomt, je voelt dat je welkom bent.” Uiteenlopende zorgzwaartes Die insteek van omzien naar elkaar sluit naadloos aan bij de missie van Beweging 3.0: aangenaam leven, werken en wonen (zie kader). “Vanuit een persoonsgerichte benadering willen wij bewoners kennen, weten wat zij wensen en daar samen met hen en hun naasten op inspelen. Individueel is de norm”, stelt Schmidt. In het klooster heeft hoofdaannemer Van Wijnen 24 zorgappartementen gerealiseerd, plus 8

Het moederhuis en terrein van Zorgcentrum Mgr Blom, Amersfoort studentenwoningen voor studenten van de Evangelische Hogeschool in Amersfoort. De binnenplaats werd voorzien van een overkapping en een beddenlift in een glazen behuizing. De locatie huisvest bewoners met uiteenlopende zorgzwaartes: van geen indicatie tot zorgzwaarte 8. “Mensen gaan steeds later naar een verpleeglocatie, met vaak meer dan alleen een somatische hulpvraag. Dus is meer kennis en begeleiding nodig”, schetst Schmidt. “Daarom gaan we ons meer specialiseren en zijn we van één groot team naar vier kleinere teams gegaan. Ook om de persoonsgerichte benade ring in onze cultuur in te bedden en ons bij elke cliënt af te vragen wat dat van ons vraagt en hoe we ons opstellen. Zorgtechnologie en gebouw ondersteunen daarbij, maar de mens moet het maken.” Het monumentale pand uit 1910 is indrukwekkend en sfeervol tegelijk, grenzend aan de bossen en midden in een grote, parkachtige omgeving. Het zorgde bij de renovatie echter eveneens voor de nodige uitdagingen. “Omdat het een monument is, hebben we in de projectvoorbereiding alles tot op plintniveau moeten overleggen. De houten vloeren moesten bijvoorbeeld behouden blijven. Om deze brandwerend te maken, hebben we een stalen constructie moeten aanbrengen. De plafonds waren te hoog voor tilliften, dus werken we met verrijdbare tilliften”, vertelt Stefan Spansier, programmanager Huisvesting & Facilitair bij Beweging 3.0. “Er bleken ook flinke hoogteverschillen in de houten vloer en krommingen in de muren te zijn. Door de vloeren in de gangen anders te leggen vallen die afwijkingen minder op.” Verder mochten er geen nieuwe deuren of entrees aangebracht worden, wat bepalend was voor de ruimte en resulteerde in opvallend grote appartementen. “We hebben alles tot op plintniveau moeten overleggen” Het Grand café Toekomstproof bouwen Vanuit de zorgvisie bracht Beweging 3.0 zelf ook een technisch programma van eisen in. “Denk aan de breedte van de deuren, omdat er bedden doorheen moeten kunnen, de draaicirkel van deuren in de badkamers en de stroefheidsklasse van badkamervloeren, het type beglazing met het oog op demente cliënten, legionellabestrijding en uiteraard de brandveiligheid”, somt Spansier op. “Maar ook hele praktische zaken, bijvoorbeeld dat ramen in de kiepstand open gaan plus het aantal nevenruimten, verpleegruimten en linnenruimten. Daarbij wilden we doelgroeponafhankelijk en toekomstproof bouwen. Dus is elk appartement voorzien van extra lege wandcontactdozen en leidingen. Mochten we over tien jaar besluiten tot een andere bestemming, dan kunnen we dat makkelijk invlechten zonder te hoeven boren.” Ondanks alle beperkingen – zo moesten bijvoorbeeld kozijnen en allerlei esthetica in stand blijven – is tijdens de renovatie eveneens een verduurzamingsslag uitgevoerd. “We zijn van enkel glas naar dubbel glas gegaan en hebben zware isolerende maatregelen getroffen. Daarnaast is er een nieuwe luchtbehandelingsinstallatie geplaatst, is een Vacusan aangeschaft voor de verwerking van incontinentiemateriaal en zijn 11

huisvesting | Zorgcentrum Mgr Blom, Amersfoort - moederhuis “Het goede is in ere gehouden” er op het dak zonnepanelen aangebracht”, vertelt Spansier. “Sloop en nieuwbouw is wellicht goedkoper, want zo’n pand energiezuinig maken loopt in de papieren. Maar het toekomstbestendige pand dat er nu staat, is geheel in lijn met het gedachtegoed van de zusters, die zo veel mogelijk wilden bewaren. Bovendien: een pand dat meer dan honderd jaar meegaat, dát is pas duurzaam.” Het monumentale karakter van het klooster stelt extra eisen aan verbouwing 12 FMT | mei 2022 Open setting Voor de zorgtechnologie stelde Beweging 3.0 een apart programma van eisen op en liet dit ook zelf aanleggen. “We willen een open setting realiseren, zonder gesloten afdelingen. Daarom gaan we werken met leefcirkels, die het mogelijk maken bewoners te monitoren en te traceren. Een hele stap voorwaarts, komend van een halsalarm en een spreekkastje aan de muur”, zegt Schmidt. “Zo willen we stapsgewijs de domoticamogelijkheden uitbouwen. Denk aan een verlaat-bedsensor, die data aanlevert op basis waarvan we voor een bewoner een nachtprofiel kunnen maken. Afwijkingen leiden dan tot een signaal, dat reden kan zijn voor ondersteuning. Uitgangspunt daarbij is: zo min

De buurtkamers mogelijk toezicht en altijd in overleg met bewoner en diens naasten bezien wat wenselijk is.” Dat soort techniek zit er heel goed in, beaamt Spansier. “Er is ook een nieuw verpleegoproepsysteem geïmplementeerd en alle deuren zijn voorzien van een elektronisch sluitsysteem. Wat dat betreft is het gebouw vanuit de middeleeuwen naar de hedendaagse tijd gebracht.” Terugkijkend verbaast Spansier zich over de tolerantie onder cliënten ten aanzien van de overlast. “Er heerste een soort solidariteit, ik heb niet eerder tijdens een bouwproject zo weinig klachten gehad over de planning, hoe dingen eruitzien, het ongemak. Cliënten waren heel betrokken en ook de samenwerking met het bouwteam onder leiding van Van Wijnen heb ik als bijzonder plezierig ervaren.” Schmidt sluit zich hierbij aan. “Net als de cliënten hebben ook mijn teams er het beste van gemaakt. Nu de bouwschotten weg zijn, gaat de nieuwe werkwijze echt voor hen leven”, zegt hij. “En de zusters, inmiddels allemaal 80+, zijn apetrots dat ze het klooster zo kunnen nalaten. Er heerst nog steeds de sfeer van voor de verbouwing, dat vind ik knap. Het goede is in ere gehouden.”  Beweging 3.0 Beweging 3.0 is actief op het gebied van zorg, wonen en welzijn in de regio Eemland (Amersfoort, Baarn, BunschotenSpakenburg, Eemnes, Hoevelaken, Leusden, Nijkerk, Soest, Woudenberg). De organisatie levert wijk- en gespecialiseerde verpleging aan huis, (tijdelijk) verblijf en zorg met en zonder behandeling in de woonzorgcentra en verpleeghuizen en revalidatiezorg. De missie van Beweging 3.0 is om het leven van bewoners en cliënten en het werk van haar medewerkers zo aangenaam mogelijk te maken. Aangenaam leven staat daarbij voor betaalbare zorg van goede kwaliteit die aansluit bij de behoeften van bewoner en cliënt. Aangenaam werken betekent dat de ondersteuning en zorg wordt gegeven door professionals die met hart, ziel en aandacht werken. 13

artificial intelligence | tekst • Betty Rombout Waar staan we met AI in de gezondheidszorg? AI (Artificial Intelligence) is een veelbelovende technologie voor diverse uitdagingen in de gezondheidszorg, zo wordt gezegd. Dat is dan ook de reden waarom steeds meer AI-toepassingen ontwikkeld worden. FMT Gezondheidszorg spreekt met Mark Neerincx, Professor Human Centered Computing, over zijn visie op AI in de gezondheidszorg. Vanwaar uw interesse in automatisering en de zorg? ¨Tijdens mijn studie psychologie ben ik erin gerold. De pc´s waren in opkomst om ons te ondersteunen. Dus vond ik dat we ook kennis over de mens moesten gebruiken om die te ontwikkelen. Mijn interesse ligt onder andere bij het zorgdomein.¨ Op welke AI-toepassingen in de zorg richt uw onderzoek zich? ¨AI heeft een hele boost gekregen gezien de successen in de Machine Learning Technologie, datagedreven AI. Oftewel, op basis van grote hoeveelheden data leren voorspellingen te doen, bepaalde fenomenen te identificeren. AI bestaat echter al langer, gericht op symbolisch redeneren waarbinnen expertkennis verwerkt wordt. Die expertkennis wordt nu gecombineerd met systemen die nieuwe dingen kunnen leren, aansluitend bij de waardes en kennis van de mens. We onderzoeken hoe we met AI de gezondheid kunnen bevorderen, met name voor kwetsbare groepen. Denk aan kinderen met diabetes, 14 FMT | mei 2022 waar we projecten voor hebben gedaan. En projecten gericht op ouderen met dementie. Hoe kunnen we verslechtering van de gezondheid voorkomen? Bij diabetespatiënten bijvoorbeeld proberen we een gezonde levensstijl te bewerkstelligen, afgestemd op het individu. Voor ouderen met dementie ontwikkelen we AI-ondersteuning voor het uitvoeren van betekenisvolle, dagelijkse activiteiten. Een ander voorbeeld is het ePartner4all project in samenwerking met Zwitserland om kinderen op een basisschool te leren gezond te leven, zowel fysiek als mentaal, met behulp van een robot. Het doel is dat kinderen zelfstandig educatief lesmateriaal (spellen, video’s) doornemen met een fysieke of virtuele robot. De robot helpt ze om de onderdelen te kiezen die juist voor hen relevant zijn, motiveert de kinderen en helpt ze te begrijpen hoe hun gezondheid en weerbaarheid versterkt kan worden. In die studie identificeren we met AI waarbij het individu extra ondersteuning nodig heeft. Dat leren we over de tijd. Wat zien we bijvoorbeeld in zijn gedrag, en zijn fysieke en mentale toestand? Weten we dat, dan kunnen we bijvoorbeeld een sociale robot inzetten, specifiek afgestemd op die persoon.¨ ¨AI inzetten in de zorg behelst veel meer dan alleen veel data verzamelen. We monitoren hoe het met iemand gaat, regelmatig en op een standaard manier. Maar we kijken ook naar wat er al aanwezig is aan goede zorg. Die twee combineren we.¨ AI wordt vaak genoemd als de sleutel tot (gedeeltelijke) oplossing van grote uitdagingen in de zorg, zoals het personeelstekort. Hoe kijkt u hier tegenaan? ¨AI kan helpen, bijvoorbeeld om de werkdruk te verminderen. Hoe? Door standaardwerkzaamheden over te dragen aan bijvoorbeeld een sociale robot. Voor groepsactiviteiten voor mensen met dementie is een coördinator nodig. Zijn werk kan de robot niet doen. Maar de robot kan er wel bijzitten en helpen bij de activiteiten. Dat ontlast de coördinator. Dat is wat AI in dezen mogelijk maakt.¨

Wie is Mark Neerincx? Geboren: 24 april 1960 Woonplaats: Soesterberg Opleiding: Cognitieve Psychologie (Universiteit Leiden en Universiteit Groningen) Is AI al succesvol te noemen in de zorg, of is het vooral ’gaande’? ¨Dat laatste. Al zijn er projecten die goed lopen, mede doordat diverse partijen - de keten - erbij aangesloten is. Voorbeeld is het net gehonoreerde QoLEAD-project (Quality of Life by use of Enabling AI in Dementia), waarin de AI betekenisvolle activiteiten van ouderen beoogt te ondersteunen en de zorgverleners te ontlasten. Dat is onder andere geïnitieerd vanuit het JAIN Network. Vanuit zo´n netwerk proberen we dan met de verschillende stakeholders initiatieven op te starten.¨ Je hebt bijvoorbeeld al AI-toepassingen voor beeldanalyse bij diagnostiek van bijvoorbeeld kanker, voor het voorspellen van het herstel na een operatie, of voor sociale robotica in de ouderenzorg. Waar ik me vooral op richt is dat AI-systemen zowel de zorgvragers als de zorgverleners op een mensgerichte wijze ondersteunen en bijvoorbeeld kunnen uitleggen waarom een bepaald advies of specifieke voorspelling gegeven wordt. In het leveren van “Als je ontwerpt, ontwerp je niet alleen de AI-technologie, maar ook het werk van de mensen die ermee werken” 15 Werk: Professor Human-Centered Computing (Technische Universiteit Delft), Principal Scientist (TNO Human-Machine Teaming)

artificial intelligence | dit soort uitleg investeert men momenteel veel; dat onderzoeksgebied is sterk in ontwikkeling. AI-toepassingen in de zorg zijn extra gecompliceerd door de gevoeligheid van de data. Benutten van data vereist dat ze gedeeld worden, tussen ziekenhuizen bijvoorbeeld. Maar hoe doe je dat veilig? Gewerkt wordt aan oplossingen. Maar nu is het nog wel een knelpunt. Alleen met alle data kunnen we de beste voorspelling doen.¨ Hoe houden mensen regie over de inzet van algoritmen, en blijven we begrijpen wat we doen? ¨Dat is een actuele vraag. Daarom werken we eraan dat algoritmes zichzelf kunnen uitleggen. Dat we het waarom blijven begrijpen. De manier om mensen betrokken te houden. Een andere manier? Goed kijken naar hoe je het socio-technisch systeem inricht. Zodanig dat op belangrijke beslismomenten de juiste personen betrokken zijn. We zoeken en blijven zoeken naar een goede samenwerking tussen mens en machine. Als je ontwerpt, ontwerp je niet alleen de AI-technologie, maar ook het werk van de mensen die ermee werken.¨ 16 FMT | mei 2022 “Het is van belang dat de regie bij mensen blijft liggen” AI in de toekomst, waar hoopt u op? ¨Dat het daadwerkelijk lukt dat de mens met AI slimmer wordt en beter bestand is tegen uitdagingen die op het gezondheidsvlak liggen. AI leert van de omgeving, maar de mens leert daar ook weer van. Samen gaan we de gezondheidsuitdagingen aan. Neem diabetes als voorbeeld. Met AI kijken we welke omgevingsfactoren een rol spelen. Waarom neemt iemands gewicht bijvoorbeeld toe? Dan kunnen we die persoon beter begeleiden/ helpen; op een vriendelijke en verantwoorde manier zichtbaar afvallen. Het is van belang dat de regie bij de mens blijft liggen; zo vermijd je ongebreidelde controle. Mensen leren zelf beter met hun gezondheid om te gaan. Leren ook te begrijpen: welke factoren spelen een rol bij mijn gezondheid? Daar wil/kan hij controle over hebben. Elk mens is anders. Jij hebt andere voorkeuren en hobby's dan ik. Dus bij elk van ons spelen andere gezondheidsvraagstukken, waar we op kunnen anticiperen.¨ Als er zoveel afhangt van AI, weerspiegelt de onderzoeksagenda en het budget daarvoor dan de prioriteit? ¨Natuurlijk is er te weinig budget. Er lopen programma´s op dit gebied, zoals gezegd. Dat is mooi. Maar de financiering van onderzoek op dit onderwerp in de zorg is bijzonder lastig. Daar zou ik wel verandering in willen zien. De zorg werkt met richtlijnen. Die lopen soms achter. Ze dienen meer te anticiperen op de toepassing van AI, en zich minder te baseren op technologie uit het verleden. Als dat zo zou zijn, is er wellicht ook meer budget beschikbaar.¨ 

tekst • Lucy Holl | foto's • Ilse Moonen en Philips | medische technologie Antonius Nieuwegein loopt binnenkort weer voorop met zijn OK Renovatie hybride OK “Het St. Antonius Ziekenhuis Utrecht/Nieuwegein heeft vandaag als eerste ziekenhuis in Nederland een hybride operatiekamer geopend. Hybride staat hierbij voor de unieke combinatie van een steriele, conventionele operatiekamer en een katheterisatiekamer.” Aldus een nieuwsbericht op de website van het ziekenhuis van 28 maart 2011. Tien jaar later is de ruimte helemaal gestript. Binnenkort opent een compleet vernieuwde hybride OK. Dat was hard nodig. St. Antonius blijft innoveren. “ H et was geweldig”, herinnert operatieassistent Ilse Moonen zich de opening van tien jaar geleden. “We deden onze endovasculaire operaties tot dan toe op een standaard operatiekamer. De hybride OK – specifiek ingericht voor hart- en vaatchirurgie – was een enorme vooruitgang, ook in vierkante meters. Een gemiddelde OK is iets van 40 vierkante meter, nu hadden we ineens het dubbele oppervlak.” Destijds was Nieuwegein koploper, nu is het een van de eerste ziekenhuizen die de hybride OK volledig vernieuwt. De technologie is voortgeschreden, de kwaliteit van de röntgenapparatuur is verbeterd. En bovenal: de oude apparatuur was niet altijd meer 100 procent betrouwbaar. “Onze kwalitatief hoogwaardige en veilige patiëntenzorg kwam in het geding. Er moest wat gebeuren”, aldus hoofd OK Marieke Verstegen. De hybride OK in Nieuwegein is vrijwel elke werkdag vol bezet. Het ziekenhuis is bezig om zijn complete OKcomplex te renoveren, maar de hybride OK kon daar niet op wachten. De bedrijfsvoering kwam in het geding. Van links naar rechts hoofd OK Marieke Verstegen, OKCN-consultants Erik Burgmeijer en Wilco van Wijk, en operatieassistent Ilse Moonen. De hybride OK wordt langzaam maar zeker weer ingericht. Niet enkel een statief In een hybride OK heeft een operatieteam de beschikking over geavanceerde beeldvormende technieken. Zo kunnen procedures nauwkeuriger, efficiënter en veiliger verlopen. Het zijn met name vaatchirurgen, cardiochirurgen en interventieradiologen die hybride OK’s gebruiken in academische en topklinische ziekenhuizen. Ook traumachirurgen, orthopeden en neurochirurgen doen er genavigeerde operaties. De specialisten kunnen allerlei preoperatieve beelden oproepen en ter plekke de zogeheten C-boog, een geavanceerd röntgenapparaat, inzetten. Het St. Antonius Ziekenhuis (met acht locaties in de regio Utrecht, waaronder de ziekenhuizen in Nieuwegein en Utrecht) wilde eerst alleen het huidige statief vervangen, maar gedurende het project werd al snel duidelijk dat de hybride OK helemaal gestript en vernieuwd moest worden. Het project ‘Vervanging röntgenstatief’ werd het project ‘Renovatie hybride OK’. 17

“Dit soort investeringen doe je niet zomaar overal voor de leuk” Het St. Antonius Ziekenhuis heeft voor zijn hybride OK opnieuw gekozen voor een C-boog van Philips. Bredere scope Hoe kwam dat zo: het statief was aan vervanging toe, maar daarvoor moest het plafond eruit en moesten de wanden eveneens worden aangepast. En er werden ook nieuwe eisen gesteld aan het luchtbehandelingssysteem. “De scope van het project werd steeds groter”, aldus consultants Wilco van Wijk en Erik Burgmeijer van OK Consultancy Nederland (OKCN), die daarom de projectleiding op zich gingen nemen. OKCN, gespecialiseerd in nieuwbouw en renovatie van highcare afdelingen in de zorg, begeleidt ook de renovatie van het volledige OK-complex en de CSA. Verstegen: “OKCN heeft veel expertise. Destijds waren ze al betrokken bij de realisatie van onze eerste hybride OK. Wij kijken vooral met de bril van de gebruikers, zij hebben oog voor alle processen daaromheen: is iedereen aangehaakt, verloopt de communicatie tussen alle betrokken partijen goed?” urgmeijer: “Wij kijken vooral ook vanuit de logistieke werk processen, niet alleen vanuit technisch perspectief. Wat zijn de wensen van de gebruikers, naar welke situatie willen we toe, hoe 18 FMT | mei 2022 komen we daar terwijl de operaties door kunnen gaan, wat vraagt dat voor tijdelijke voorzieningen? Borgen de ontwerpers en de bouwers de functionele uitgangspunten optimaal? Kortom: wordt alles uitgevoerd zoals we met elkaar besproken hebben?” Uitwijken Een werkgroep - met daarin onder anderen Marieke Verstegen, Ilse Moonen, een vaatchirurg, een interventieradioloog, een röntgenlaborant, collega’s van de KFI (Klinische Fysica en Instrumentatie) en van ICT, de projectleider bouw en nu ook Wilco van Wijk en Erik Burgmeijer van OKCN - formuleerde de wensen en eisen (zie kader). Een bouwteam ontwikkelde het ontwerp. Begin dit jaar is gestart met het strippen van de oude hybride OK en inmiddels zijn de inrichting en installatie in volle gang. Eind mei, begin juni moet de OK gevalideerd opgeleverd worden. Tijdens de verbouwing van vijf maanden wordt voor relatief standaard ingrepen een bestaande OK ingezet als vaat-OK, waarbij gebruik wordt gemaakt van een mobiel röntgenstatief. Voor operaties waarbij dit niet volstaat, wijken de chirurgen uit naar elders in het ziekenhuis. Van Wijk: “We hebben heel nauwgezet gekeken welke ingrepen wel of niet op andere OK’s kunnen plaatsvinden en waarvoor gekozen kan worden voor bijvoorbeeld een interventiekamer met röntgenapparatuur elders in het gebouw. Zo is ook elke aanpalende ruimte van de hybride OK bekeken, van steriele berging, opdekruimte, regieruimte en de opslagruimte waar specifieke materialen voor endovasculaire chirurgie worden bewaard. We houden daarbij steeds de eindsituatie na de renovatie van het complete OKcomplex in het achterhoofd: het is natuurlijk wenselijk om een ruimte uiteindelijk maar één keer ingrijpend aan te hoeven passen.” Druk op de OK Spannend aan het hybride OK-project was om de veel grotere investering dan aanvankelijk gedacht goedgekeurd te krijgen, hoe urgent de situatie ook was. Al met al gaat het om een investering van bijna drie miljoen euro. Het was bovendien was het eerste OK-ver

| medische technologie “Als gespecialiseerd hartcentrum willen we optimale kwaliteit van zorg leveren en daar hoort een hybride OK bij” Weer trots De gebruikers krijgen nu training van Philips om de nieuwe C-boog goed te leren kennen en alle mogelijkheden te kunnen benutten. Moonen: “Ik denk dat andere operatieteams straks vol bewondering zullen kijken naar deze gerenoveerde hybride OK. Als één van de gespecialiseerde hartcentra in Nederland willen we optimale kwaliteit van zorg leveren en daar hoort een hybride OK bij.” Marieke Verstegen en zij zien er nu al naar uit dat binnenkort met de oplevering van de vernieuwde hybride OK alle 15 OK’s in Nieuwegein weer gewoon in bedrijf zijn en dat alles bouwtraject in een lopend bedrijf. Sloop- en bouwwerkzaamheden geven geluids- en stofoverlast. Kon alles wel door blijven draaien in de directe omgeving, was echt overal aan gedacht? Verstegen: “Toen we startten, zaten we nog in coronatijd en hadden we wat ruimte op de OK's. De druk nam echter snel weer toe, dus we wilden zoveel mogelijk capaciteit in kunnen zetten.” Niet voor de leuk Dé OK van de toekomst is een hybride OK, wordt er wel eens gezegd. Straks is alles hybride, dan weten gebruikers niet beter. Is dat zo? Het viertal is er even stil van. “Nou nee, niet echt, dat is onmogelijk”, zeggen ze. “Dit soort investeringen doe je niet zomaar overal voor de leuk.” De hybride OK is in Nieuwegein helemaal afgestemd op endovasculaire chirurgie, niet iedere operatie kan hier uitgevoerd worden. Van Wijk: “Er hangt sowieso een enorm statief plus een stel grote beeldschermen die veel ruimte innemen. Als je die niet gebruikt, kunnen ze aardig in de weg hangen. Dat is een heel dure investering om tegenaan te lopen.” weer optimaal kan draaien. “We kunnen dan weer vertrouwen op onze hybride OK We konden destijds heel trots op onze hybride OK zijn, en dat is nu weer zo”, aldus Marieke Verstegen. Ze heeft nog wel een tip voor collega’s elders in het land die uiteindelijk ook hun hybride OK’s moeten gaan vervangen: “Alleen met het installeren van een nieuw statief kom je er dus niet. Houd rekening met complete verbouwing.”  Meer informatie www.antoniusziekenhuis.nl www.okcn.nl Alles vernieuwen Het St. Antonius Ziekenhuis heeft voor zijn hybride OK opnieuw gekozen voor een C-boog van Philips: de Philips Azurion 7 C20. Het projectteam vergeleek meerdere leveranciers, maar Philips sprong eruit qua gebruiksvriendelijkheid en veiligheid. En Philips wordt in meer behandelruimtes van het ziekenhuis toegepast, wat een uniforme werkwijze voor gebruikers mogelijk maakt. Nu toch alles aan de hybride OK vernieuwd moest worden, kon meteen gekozen worden voor een andere luchtbehandeling. In de oude situatie was dat een unidirectioneel systeem (UDF) uitgevoerd als een plenum. In de nieuwe situatie is het Opragon-systeem toegepast, waardoor een groter gebied in de ruimte als steriel werkgebied gebruikt kan worden. “Zo realiseren we voor de gebruikers meer flexibiliteit in het gebruik van de ruimte”, aldus Wilco van Wijk. Infectiepreventie wordt daar heel blij van, volgens Ilse Moonen: “Voorheen was het lastig om alle steriele materialen binnen het plenum te situeren. Nu biedt de OK een groter steriel werkgebied dat aan de juiste luchtkwaliteitseisen voldoet.” De nieuwe situatie biedt bovendien geavanceerde multimediatoepassingen, zoals integrale beeldroutering en beeldopname. Specialisten kunnen beelden ophalen vanuit diverse beeldbronnen en het is ook mogelijk om via een livestream mee te kijken tijdens een operatie vanaf een andere locatie. Met het oog op de toekomst worden bijvoorbeeld ook voorzieningen aangebracht voor de implementatie van MediTracker, een systeem voor het traceren en volgen van instrumentensets, van de centrale sterilisatieafdeling en steriele opslag tot en met de OK’s. 19

serious gaming | tekst • Lucy Holl Virtual Reality na IC-opname Revalidatie met spelelement Zorginstellingen zetten virtual reality-technieken (VR) in voor de behandeling van bijvoorbeeld pijnklachten en trauma’s, en hier en daar ook voor fysieke revalidatie. Medisch Centrum Leeuwarden loopt voorop. Het experimenteert met serious gaming voor mensen die langere tijd op de IC hebben gelegen, onder wie coronapatiënten. Enthousiasme alom. Nu is de vraag hoe het ingebed kan worden in het zorgproces. Promovenda Lise Beumeler | Foto: Reyer Boxem H et MCL heeft sinds een jaar of tien een nazorgpoli Intensive Care. Patiënten komen een aantal maanden na hun ontslag terug voor een gesprek over mogelijke lichamelijke of psychische klachten die ze aan hun opname hebben overgehouden. “Dat is het dan eigenlijk”, zegt Lise Beumeler. “Na bijvoorbeeld een hartoperatie volgt natuurlijk wel een revalidatietraject. Maar een groot deel van de patiënten gaat naar huis en moet dan zelf het leven zien op te pakken. Ziekenhuizen zijn zich al langer bewust dat er meer nazorg nodig is: het gaat ook om de kwaliteit van leven ná de IC. De coronapandemie heeft de impact van een IC-opname alleen maar duidelijker gemaakt.” Marathon lopen Lise Beumeler studeerde biomedische wetenschappen aan de RUG en doet nu haar promotieonderzoek Recovery after critical illness bij het Medisch Centrum Leeuwarden (MCL). Ze kijkt breed (zie kader). Het gaat haar om mensen die langer op de IC hebben gelegen en die zelf niet de mogelijkheden, de discipline of het netwerk hebben om te revalideren. “Bij leefstijlinterventies is er altijd wel een groep die zelf de beste weg zoekt en vindt om van hun klachten af te komen. Anderen willen net zo goed terug naar hun oude niveau, maar hebben ondersteuning nodig. Er komt zo veel op mensen af. Het voelt alsof ze continu een marathon lopen. Het is pittig. Welke stappen kunnen ze zetten, hoe houden ze het vol?” “Er komt zo veel op mensen af. Het voelt alsof ze continu een marathon lopen” 20 FMT | mei 2022 IC-revalidatietrajecten zijn in ieder geval niet one size fits all. Patiënten en hun klachtenbeelden zijn zeer divers. “We willen toe naar een gepersonaliseerd nazorgtraject, met opties in het ziekenhuis en thuis. Het kan een mix zijn van revalidatie in real life bij een zorgverlener plus eHealth, zorg-op-afstand.” Johan van der Meulen van de Leeuwardense start-up 8D Games Spelvorm Bij toeval kwam Lise Beumeler op een Leeuwardense netwerkbijeenkomst over gezond leven in wijken Johan van der Meulen tegen. Van der Meulen is innovation director en medeeigenaar van 8D Games. Dat ontwikkelde afgelopen jaren al tientallen serious games voor onderwijs, bedrijfsleven, overheid en (ouderen)zorg en werkt veel samen met kennisinstellingen. Zou gaming ook deel uit kunnen gaan maken van een revalidatietraject? 8D Games bedacht bijvoorbeeld de Schaatsgame, een balanstraining voor ouderen, en AprilVR, met oefeningen voor mensen met nek- en rugklachten. Johan van der Meulen: “Mensen oefenen, maar die spelvorm maakt er een leuke, motiverende ervaring van. Dat is cruciaal. Ze ervaren minder pijn en frustratie, bewegen beter en houden het langer vol.” Zet mensen een VR-bril op en ze gaan helemaal op in hun spel. Leerzaam Lise Beumeler: “Samen met 8D Games hebben we een degelijk onderzoeksproject opgezet. Het gaat er niet om bestaande VR-toepassingen ook even geforceerd toe te passen in de revalidatie. We hebben vanaf nul gekeken waar de behoeften van onze patiënten en zorgprofessionals liggen en welke rol serious gaming mogelijk kan spelen.” Ze organiseerden een demobijeenkomst met VR-brillen en andere sensoren voor collega’s van de nazorgpoli, en vervolgens één met patiënten. “Sommige zorgprofessionals waren wat terughoudend en vroegen zich af of

Optimale nazorg dit überhaupt wel iets voor een IC kon zijn. Maar zodra ze een bril opzetten, waren ook zij verkocht.” De bijeenkomsten waren leuk en leerzaam. Een patiënt met een voorvoetamputatie stond ineens te dansen achter haar rollator en gaf aan meer bewegingsvrijheid te voelen. Iemand anders vroeg meteen waarom de games niet in het Fries waren. “Heel logisch natuurlijk en ook heel belangrijk voor de acceptatie van dit soort nieuwe technieken”, aldus Johan van der Meulen. Keuze bieden Bij zorginnovaties wordt niet zelden vanuit de denkbeelden van zorgprofessionals geredeneerd, stelt Lise Beumeler. “Maar als je het omdraait en puur vanuit de patiënten kijkt, komen er soms heel andere dingen uit, het kunnen oefenen met een VR-bril in de thuissituatie bijvoorbeeld. Wij willen wellicht liever dat mensen naar ons toekomen: dat geeft meer controle. Maar laten we het mensen makkelijker maken en ze keuzes bieden. Laat ze zelf bepalen hoe ze willen herstellen en wat ze willen bereiken. Onze taak is een betekenisvol herstel te faciliteren.” Duurzame inzetbaarheid 8D Games heeft met innovatiebudget van het MCL eerst een game ontwikkeld voor het vergroten van de spierkracht in handen en armen, omdat mensen na een IC-opname vaak langdurig klachten daarmee ervaren in het dagelijks leven. De eerste versie is klaar. Een bewegingswetenschapper test die nu uit met patiënten in het ziekenhuis. Vervolgens is de vraag hoe mensen het thuis kunnen toepassen en hoe het ziekenhuis dat kan ondersteunen. Het MCL werkt samen met 8D Games en de RUG aan een langetermijnstrategie zodat de VR-toepassingen niet in de la verdwijnen. Dat inbedden in het reguliere zorgproces vraagt veel tijd en aandacht. Lise Beumeler: “De mogelijkheden van VR zijn groot. De brillen wekken bij iedereen de nieuwsgierigheid op. Stapje voor stapje gaat dit lukken.”  Meer informatie • www.rug.nl/staff/l.f.e.beumeler/research • www.8d-games.nl • Via de RUG-site is een podcast te beluisteren waarin Lise Beumeler vertelt over haar onderzoek. 21 Herstel na een opname op de IC kan maanden, soms jaren duren. Er is nog relatief weinig bekend over hoe mensen precies herstellen, en toegesneden revalidatieprogramma’s zijn er niet veel. Lise Beumeler onderzoekt welke patiënten meer zorg nodig hebben en hoe de nazorg optimaal gegeven kan worden. Dat doet ze in nauwe samenwerking met onder anderen diëtisten, fysiotherapeuten, IC-verpleegkundigen en intensivisten. Haar onderzoek omvat: - Data-analyse van hersteltrajecten na IC-opname - Onderzoek naar de effectiviteit van een revalidatieprogramma voor mensen met het post-IC-syndroom - Onderzoek naar de invloed van individuele factoren op gezondheid en leefstijl - Onderzoek naar de rol van serious gaming en eHealth in de nazorg

in beeld | 22 FMT | mei 2022

Opvang Oekraïense patiëntjes Het Prinses Máxima Centrum voor kinderoncologie in Utrecht vangt in totaal 52 kinderen uit Oekraïne op. Zo kan de behandeling van deze jonge patiëntjes met kanker doorlopen. Foto: Prinses Máxima Centrum voor kinderoncologie 23

duurzaam | tekst • Betty Rombout Ziekenhuisafval krijgt tweede ‘medisch’ leven De overheid heeft als doelstelling om de CO2 -uitstoot in de zorg in 2030 met 55% te verminderen. Ziekenhuizen zijn verantwoordelijk voor 7 tot 8 procent van die uitstoot. Hiermee liggen ze boven het internationaal gemiddelde. De operatiekamer is hier het grootste deel verantwoordelijk voor; rond de 3,7 kg afval per patiënt per dag. Een initiatief vanuit de zorg om nieuwe medische producten te maken uit ziekenhuisafval toont het omdenken dat nodig is om het tij te keren. Polypropyleen inpakpapier voor medische instrumenten V rachtwagens vol met vuilnis, dus hier moet iets mee gebeuren. Zo dachten onder andere Corinne Riekwel en Bart van Straten. Riekwel is deskundige medische hulpmiddelen in het Maasstad Ziekenhuis. Van Straten is verbonden aan van Straten Medical, producent en leverancier van chirurgisch instrumentarium en disposables. Hij is tevens een van de oprichters van GreenCycl en promotieonderzoeker aan de TU Delft, verbonden aan de onderzoekslijn Sustainable Surgery and Technology. Ook Joost van der Sijp hoorde tot het team. Hij is oncoloog bij Haaglanden Medisch Centrum en mede-oprichter van GreenCycl. In gesprek De snelgroeiende afvalhopen van ziekenhuizen worden onder meer veroorzaakt door toenemend gebruik van wegwerpproducten in de afgelopen jaren. Door de verbranding van dit afval stijgt de CO2 Het traject Al in 2018 claimde Van Straten het eerste sterilisatienet van gerecycled materiaal, destijds overhandigd aan toenmalig minister Bruno Bruins voor Medische Zorg en Sport. Hij zegt:¨Toen bleek dat er nog maar weinig onderzoek werd gedaan op het gebruik van afval uit de operatiekamer voor grondstof. Vervolgens heb ik mijn onderzoek hierop gericht bij de TU Delft. Dat werd gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Journal for Cleaner Production. Met GreenCycl zijn we begonnen met het verzamelen van polypropyleen inpakpapier dat gebruikt wordt om medische instrumenten in te pakken en te steriliseren.¨ -uitstoot en worden de kosten van de afvoer hoger. Daarnaast stijgen de kosten van de grondstoffen en neemt de schaarste van deze grondstoffen toe. Riekwel: ¨Al jaren weten we in de zorg dat we minder afval moeten produceren. Iedereen probeert er creatief mee bezig te zijn. De laatste tijd denken we steeds meer in de richting van nieuwe producten uit medisch afval. Ik kende Bart al vanuit mijn netwerk. We raakten verder in gesprek. Zagen een presentatie tijdens een congres in Nederland; Engelse bedrijven met smeltsnelmachines die inpakmateriaal om kunnen smelten naar vast materiaal. Die richting willen wij ook op.¨ 24 FMT | mei 2022 “Uiteindelijke doel is te gaan naar een zerowaste-maatschappij in de zorg”

Ziekenhuisafval Bart van Straten vervolgt:¨Op de TU Delft hebben we een oven geconstrueerd met een holle buis waar het materiaal in kan. Wat blijkt? Het leverde mooie geharde kunststof op. Dat zijn we gaan analyseren en testen. Het gedrag van het materiaal is ook gunstig. Samen met Maasstad hebben we toen een pilot opgezet om van het schone polypropyleen afvalmateriaal - dat niet in aanraking komt met de patiënt - instrumentenopeners te maken.´ Het ´blauwe kruisje´, zoals de opener ook wel wordt genoemd, houdt scharnierende instrumenten tijdens het was-en desinfectieproces in een open positie. Dit zorgt voor een betere reiniging en desinfectie van het instrument. Het wordt dus gebruikt op de centrale sterilisatieafdeling. Keurmerk en wet De instrumentenopener heeft in maart 2022 een CE keurmerk gekregen. Joost van der Sijp heeft daar wel het een en ander over te zeggen. ¨De instrumentenopener is het eerste product dat uit ziekenhuisafval is gemaakt en een CE keurmerk heeft. Je wilt niet weten wat een moeite en geld dat gekost heeft; 9 maanden en 50.000 euro. ¨Daar waar kan, werken we dan ook met andere bedrijven, kennisinstellingen, gemeente en het ministerie van VWS samen. Gelukkig sluiten steeds meer organisaties zich bij ons aan, zoals ook bedrijven die medische devices maken.¨ Hij vervolgt: ¨Naast dat we de instrumentenopener gemaakt hebben, zijn we bezig meer simpele gerecyclede zaken te ontwikkelen, zoals bekertjes, soepkommen, bakken voor aan het bed, waar mensen hun spulletjes in kunnen bewaren. Dat kost minder tijd en geld. Op deze wijze maken we geld vrij voor de gerecyclede producten waarvoor het verkrijgen van een CE keurmerk 25 Ziekenhuishuisafval is een van de snelst groeiende afvalstromen in de wereld. Het is van groot belang dat instrumenten op het einde van hun levenscyclus gerecycled of hergebruikt worden. Op deze manier veranderen we samen de keten van ‘maken-gebruiken-weggooien’ naar ‘makengebruiken-hergebruiken’. Greencycl GreenCycl ontwikkelt circulaire, economisch interessante oplossingen voor de zorg. De zorg verandert, duurzaamheid en circulariteit is noodzakelijk. GreenCycl gelooft in een circulaire economie, ook als oplossing voor de zorg.

duurzaam | “We moeten omdenken, een andere weg is er niet” Joost van der Sijp Polypropyleen inpakpapier voor medische instrumenten levert bij verhitting in een oven mooie geharde kunststof op. Bart van Straten ingewikkelder en kostbaarder is. Overigens, in theorie kunnen we ook gerecyclede bloembakken maken. Maar dat doen we niet, op enig moment komt dat bij het afval terecht. Dat is niet de bedoeling.¨ ¨En¨, zegt Van der Sijp, ¨ook zijn we druk doende grondstoff en terug te brengen naar de industrie opdat ze er nieuwe dingen van kunnen maken. Maar, hierbij lopen we heel erg tegen de wetgeving aan. Deze is zeer strak opgezet. Er is weinig ruimte voor innovatie. Wij hebben fl exibiliteit ondervonden van onze eigen Inspectie van Milieu om materiaal te verwerken. Volgens de Europese wetgeving mocht dat in eerste instantie niet. De politiek moet er echt druk achter zetten om die weten regelgeving aan te passen.´ Verdere stappen De instrumentenopener uit ziekenhuisafval met CE keurmerk is er. Maar dit wil niet zeggen dat het product af is. In de pilot wordt gewerkt aan verdere ontwikkelingen. ”Als we bijvoorbeeld de stickers en tape op het afvalmateriaal meenemen in de verbranding, krijg je vervuiling van het eindproduct¨, zegt Corinne Riekwel. ¨Daar gaan we dan weer verder onderzoek naar doen.¨ Riekwel vervolgt ¨Het mooiste zou zijn dat over vijf jaar alle Nederlandse ziekenhuizen die polypropyleen inpakpapier gebruiken, het ook afl everen. Zodanig dat het niet verloren gaat, maar hergebruikt kan 26 FMT | mei 2022 worden.¨ Joost van der Sijp is optimistisch: ¨De belangstelling is groot. Zo´n 14 ziekenhuizen zijn al bij ons aangesloten.¨ En die belangstelling kan alleen maar groter worden. Riekwel: ¨Sommige ziekenhuizen zijn nog wat afwachtend. Ze wachten totdat we het hele proces om kunnen zetten; dat iedereen het volledige pakket van polyethyleen kan gebruiken, dat het in te pakken is en goed dicht blijft tijdens de sterilisatiefase, dat het gemakkelijk open te krijgen is, et cetera. In mei gaan we met dit hele proces een pilot doen in het ziekenhuis. Is die succesvol, dan kunnen andere ziekenhuizen er ook mee aan de slag.´ Bart van Straten: ¨Het uiteindelijke doel is te gaan naar een zero-wastemaatschappij in de zorg; dat er geen afval meer wordt gegenereerd. Dat we producten elke keer weer opnieuw kunnen gebruiken.¨ Omdenken Samengevat zegt Corinne Riekwel: ¨Tijdens de pandemie hebben we gezien dat er een tekort was aan grondstoff en voor onder andere mond-neusmaskers. We kunnen niet zomaar alles uit de kast pakken. Daar is men zich wel bewuster van geworden. De oorlog in de Oekraïne gaat ook niet helpen. Grondstoff en worden een stuk duurder. Dus… we moeten met elkaar gaan omdenken. Een andere weg is er niet. Wat we hebben is wat we hebben, er komt niet veel meer bij. We moeten wel. En kijk eens naar wat de afvalberg geworden is tijdens de pandemie, dat is echt om te huilen.´ Van der Sijp tot slot: ¨Het kost veel energie, het recyclen van ziekenhuisafval. Persoonlijk wil ik ook mijn steentje bijdragen. Onze generatie heeft er een zooitje van gemaakt. Ik vind dat ik op z'n minst iets kan nalaten dat de andere kant op gaat.¨ 

Waar de één ‘n klimaatinstallatie ziet... ...zien wij een operatiekamer waar 24/7 aan het herstel van patiënten wordt gewerkt. Waar de één alleen een nieuwe installatie ziet, kijken wij verder, naar de meerwaarde van die installatie. Voor onze klanten én maatschappij. Ons bevlogen Team Ziekenhuizen zet iedere dag alles op alles op projecten tot in de perfectie te realiseren. Het is onze passie voor ons vak die techniek doet: leven! www.hoppenbrouwerstechniek.nl/ziekenhuizen WAAR TECHNIEK LEEFT Contactloos, waterbesparend, stevig … en mooi! Naast de bekende hoekregelkranen biedt SCHELL een buitengewoon assortiment aanraakvrije armaturen voor wastafels, keukens, douches, WC’s en urinoirs voor de aantrekkelijke inrichting van sanitaire ruimtes. Allemaal zijn ze even betrouwbaar, robuust en duurzaam. Met de bekroonde armaturen van SCHELL zorgt u voor hygiënisch drinkwater en bespaart u water. Meer informatie op www.schell.eu. Verantwoordelijkheid voor gezondheid.

Hét grootste health event ... waar jij inspiratie op doet voor gezondheid en zorg! Onderdeel van Dutch Health Week zijn: 14 - 16 JUNI 2022 14 - 16 JUNI 2022 Meld je nu gratis aan! dutch-healthweek.nl 15 - 18 JUNI 2022

partnercontent • Jaarbeurs | ict Zorg & ICT en Zorgtotaal - 14 t/m 16 juni 2022 Maak het verschil! Samen werken aan zorg en gezondheid Van 14 t/m 16 juni 2022 vinden de vakbeurzen Zorg & ICT en Zorgtotaal plaats in Jaarbeurs. Beide beurzen zijn onderdeel van de eerste live editie van Dutch Health Week, het grootste en meest inspirerende evenement voor zorg, gezondheid en life sciences in Utrecht. Samen werken aan zorg en gezondheid Willen we de forse uitdagingen binnen de zorgsector het hoofd bieden, dan moeten we over muren van eigen organisaties heen kijken en de handen ineenslaan. We dienen op zoek te gaan naar nieuwe manieren van samenwerken, oplossingen en innovaties, zodat we ook toekomstige gene raties toegankelijke en betaalbare zorg kunnen bieden. Het centrale thema van Zorg & ICT en Zorgtotaal is dan ook ‘Maak het verschil! Samen werken aan zorg en gezondheid’. Over Zorg & ICT Op de beursvloer van Zorg & ICT kom je alle ins & outs te weten over digitaal gedreven zorg en hoe relevante ICT-oplossingen en technologieën de zorg structureel gaan veranderen. Ruim 140 exposanten staan voor je klaar om hun kennis met jou te delen, zowel op hun stands als tijdens theatersessies. Daarnaast kun je deelnemen aan begeleide beurstours, het Privacy & Security Plein en Data Plein bezoeken en heeft ActiZ een eigen theater waar sprekers je bijpraten over informatisering en technologie in de zorg. Over Zorgtotaal Hoe kunnen we de transformatie naar een duurzame zorg en gezonde samenleving versnellen? Laat je hierover inspireren op Zorgtotaal, waar je de laatste ontwikkelingen ziet op het gebied van voeding, facilitaire zaken en hulpmiddelen. Op Zorgtotaal zijn ruim 100 exposanten aanwezig en vind je het Healthy Food Park, een ontmoetingsplek waar je netwerkt met vakcollega’s en informatie uitwisselt over duurzaamheid, vitaliteit, gastvrijheid. Programma Tijdens Zorg & ICT en Zorgtotaal kun je drie dagen lang een boeiend en verrassend programma volgen in diverse Case Study Theaters en de Dutch Health Hub Academy. Daarnaast presenteert de Dutch Health Hub een onafh ankelijk programma in de Dutch Health Hub Arena. Dagelijks kun je daar interessante sessies door topsprekers bijwonen over het specifi eke thema van de dag: duurzaamheid (14 juni), digitale zorg (15 juni) en gezondheid (16 juni).  29 Gratis aanmelden Zorg & ICT en Zorgtotaal Bekijk het volledige programma en meld je aan voor gratis toegang: www.zorg-en-ict.nl en www.zorgtotaal.nl Na registratie kun je met je toegangsbewijs beide beurzen bezoeken. Ook heb je toegang tot de beurs Support die plaatsvindt van 15 t/m 18 juni in Jaarbeurs, Utrecht. Support is hét event dat onbeperkte mogelijkheden biedt voor mensen met een bewegingsbeperking en hun directe omgeving, van mantelzorger tot (zorg)professional. Algemene informatie Wanneer: 14 t/m 16 juni 2022 van 9.30 tot 16.30 uur Waar: hal 1 t/m 4 in Jaarbeurs, Utrecht Voor wie: directie en algemeen management, zorgmanagers en -professionals, ICT-managers/medewerkers/consultants, facilitair managers, inkoopmanagers, logistiek managers.

NVTG | tekst • Esmee Meijs, Zakmes Agency "We zijn geen treintje meer van montagebedrijven" Installatietechniek in de zorg positioneren als een noodzakelijk ecosysteem Hoe ziet de toekomst van installatietechniek eruit in zorgvastgoed? Technisch specialisten Angela Verbrugge (Croonwolterendros), René Bont (EQUANS, voorheen Engie Services), Jan Denissen (Hoppenbrouwers), Ben Alen (SPIE) en Richard Louwes (Veolia G ebouwenbeheer) erkennen dat complexer wordende installaties om samenwerking in een ecosysteem vragen. Moderator Victor Pastoor gaat in gesprek over trends, ontwikkelingen én oplossingen. Wat moet er veranderen aan het huidige systeem voor samenwerking en partnerships, ontwikkeling, inkoop, onderhoud en implementatie? Digitalisering als drijvende kracht De installatietechniek in de zorg staat voor vele uitdagingen. Kennisbehoud op het gebied van techniek, digitalisering en kosteneffi ciency houden de zorgsector fl ink bezig. Technisch dienstverleners moeten hier fl exibel op inspelen: is een innovatieve samenwerking in een ecosysteem de oplossing? René Bont (Commercieel directeur bij EQUANS): “Het is een pittige uitdaging om technisch personeel te vinden. Er zit veel kennis in het ziekenhuis als het gaat om verbouwingen en het vervangen van techniek, maar op het gebied van ‘building automation’ en ‘system integration’ hebben wij een kennisvoorsprong. Partnerships gaan daarom steeds belangrijker worden: je moet elkaar aanvullen en er samen voor zorgen dat het ziekenhuis blijft draaien.” Angela Verbrugge (Directeur Marktontwikkeling bij Croonwolterendros) vult aan: “Ziekenhuizen hebben op het gebied van digitalisering soms moeite met het maken van keuzes. En dat begrijp ik ook erg goed: het moet een toekomstbestendige keuze zijn en het is voor ziekenhuizen vaak onbekend terrein. We zien onszelf meer en meer als technologisch dienstverlener en system integrator omdat het gebouw, de installaties en het primaire zorgproces op het gebied van digitalisering dichter bij elkaar komen.” “Samenwerken is mensenwerk. Het gaat om de resultaten van de techniek.” Angela Verbrugge van CroonwolterenDros 30 FMT | mei 2022 Angela Verbrugge René Bont Tekort aan technische mensen Daarnaast klinkt de roep om technische mensen steeds luider. En de personeelstekorten lopen de komende jaren verder op. Richard Louwes (Commercieel manager bij Veolia Gebouwenbeheer) herkent dit: “Sommige ziekenhuizen hebben van oudsher een grote technische dienst, waardoor er altijd genoeg medewerkers zijn die zelf aan de installaties sleutelen. Deze mensen zitten daar al jaren en kennen elk boutje en moertje. Die historische voorkennis kunnen wij als externe partij niet inbrengen of je moet als zorginstelling je revisie van de bestaande situatie wel heel erg goed op orde hebben. Daarom denk ik dat de kwali teit steeds belangrijker wordt, niet zozeer de laagste prijs van onze diensten.” Jan Denissen (technisch adviseur bij Hoppenbrouwers) ziet soms wantrouwen ten opzichte van een externe installateur. “De historische kennis en de persoonlijke betrokkenheid over de huidige installaties die in

Technologie wordt steeds complexer, installatietechniek moet je positioneren als een ecosysteem van samenwerkingen (Foto Croonwolterendros, operatiekamer in ziekenhuis). “Samenwerking is nodig om de zorg te laten krijgen wat ze nodig hebben” Richard Louwes van Veolia Jan Denissen Ben Alen huis aanwezig is, heeft niet elke monteur die wordt binnengehaald via een extern bedrijf. Daar zit een niveauverschil en die kloof gaan wij als technische dienstverlener ook niet dichten, hoe effi ciënt we ons werk ook willen uitvoeren.” Angela: “Die technische dienst waarborgt de continuïteit van de zorg. Als deze mensen met pensioen gaan, is dat een groot gemis en daar moet je nu al op anticiperen.” Ben Alen (Manager Healthcare bij SPIE): “De continuïteit van de zorg - door de inzet van een eigen facilitair bedrijf - staat inderdaad zwaar onder druk. Dat betekent dat zorginstellingen steeds vaker een beroep op ons doen. Maar wij kunnen ook meedenken op de langere termijn en de verantwoordelijkheid voor een installatie overnemen.” René: “In het verleden zeiden installateurs wel eens tegen ziekenhuizen: ‘Kom maar op, dat doen we wel even voor jullie.’ Dat was niet altijd een succes. Daarnaast moeten wij 21% BTW in rekening brengen. Hoewel wij vaak effi ciënter kunnen weken, maakt dat uitbestede technische service duurder dan uitvoering door eigen personeel. De technische diensten binnen het ziekenhuis vinden het belangrijk om hun personeelsbestand op orde te houden, maar het is ook moeilijk om openstaande vacatures te vullen. Daarom krijgen we steeds vaker aanvragen voor insourcing en willen ziekenhuizen steeds vaker met ons samenwerken om technische werknemers voor een langere periode te kunnen leveren. Maar de demarcatie ‘wie doet wat’ moet je dan wel goed afspreken. Wij spreken de taal van de stakeh olders in zorginstellingen vaak onvoldoende maar we zijn regelmatig effi ciënter en we kunnen bijna alle technische kennis leveren.” 31

“Laat ons meedenken over de rolverdeling tussen adviesbureau en installateurs om iedereen in zijn kracht te zetten.” René Bont van EQUANS Flexibiliteit is de toekomst Ben: “Daarnaast speelt vereiste fl exibiliteit binnen het zorggebouw ook een steeds dominantere rol: je moet met minimale middelen een ruimte snel kunnen veranderen van functionaliteit. Dat is ingegeven vanuit de coronaperiode en daar zit een hele grote uitdaging. De vraag is: hebben wij met z’n allen genoeg in onze rugzak zitten om de zorgsector te helpen? Ik merk dat door beperkte capaciteit men steeds vaker bereid is met elkaar de agenda te vullen en te kijken wat er de komende jaren allemaal op ons af gaat komen.” Volgens Angela is de toenemende vraag naar fl exibiliteit een ontwikkeling die is versneld door corona: “Er wordt sindsdien veel meer zorg op de buitenpoli of thuis georganiseerd: dat betekent dat e-health een enorme vlucht neemt. Deze ontwikkeling stelt nieuwe eisen aan gebouwen en installaties. Wat is de optimale indelingsroute? En wat betekent dit voor luchtbehandeling en digitalisering in het ziekenhuis?” Richard: “Flexibiliteit vraagt ook om een andere planning. Waar je vroeger een vaste planning had met een jaarlijkse onderhoudscontrole, kijk je nu eerst of dit nog wel één keer per jaar nodig is. Je gaat naar Predictive Maintenance toe, waarbij de installatie zelf aangeeft wanneer hij onderhoud nodig heeft.” Angela: “Ik zie ons als een system integrator, omdat we eigenlijk alles aan elkaar knopen en data daarvan beschikbaar stellen. Het valt mij op dat er veel behoefte is aan uitbreiding, renovatie of nieuwbouw van de 32 FMT | mei 2022 Technisch dienstverleners willen graag invloed uit kunnen oefenen op de staat van de technische installaties, zodat ze ook verantwoordelijkheid naar zich kunnen trekken ipv louter handjes leveren (Foto Veolia, technische ruimte in een ziekenhuis). acute zorg-as in ziekenhuizen. Deze afdelingen zijn de motor van het ziekenhuis, andere voorzieningen zoals poliklinieken en het beddenhuis krijgen daaromheen hun plek.” René vult aan: “Wij zien veel aanvragen voor verbouwingen van poliklinieken. Tijdens de coronatijd hebben de ziekenhuizen ervaren dat zorg ook goed op afstand kan worden verleend en er in deze periode dus minder mensen naar de poli komen. Daarnaast zien we ook de integratie van technologie om de werkdruk op zorgpersoneel te verminderen.” Angela: “Door een toenemend gebrek aan verpleegkundigen is er inderdaad heel veel aandacht voor minder arbeidsintensief maken van hun werkzaamheden. Hoe kan techniek daaraan bijdragen met sensoren, monitoring en alarmering? Er zijn steeds meer patiënten, apparatuur en alarmen, maar steeds minder zorgpersoneel, dus hoe ga je dat goed organiseren en hoe kan gebouwtechnologie daarin faciliteren?” Alles uit het beschikbare budget halen Angela hamert daarom op het aangaan van de dialoog: over kwaliteit, kosten en eindresultaat. “Mijn oproep aan de zorg? Laat bij grote projecten weten wat je plafondbedrag is. Zo kunnen wij toetsen of we dat bedrag raken en kunnen we nadenken over slimme oplossingen. Ik roep de anderen ook op om daarover het gesprek aan te gaan. Waarschijnlijk wordt iedereen daar blij van.” René vult aan: “Ook ik adviseer om als opdrachtgever vooraf iets meer

| NVTG Niet elke partij heeft alle disciplines in huis. Daarom kan het wel handig zijn om in plaats van tegen, mét elkaar aan de slag te gaan voor die ene klant. Dat is een trend die al een tijdje geleden is ingezet en ik voorlopig nog wel zie groeien.” “Zorginstellingen moeten een goede strategie voor de toekomst van de eigen technische dienst bedenken en welke samenwerking met derden je wilt aan gaan.” Ben Alen van Spie van het beschikbare budget te laten zien. Je ontdekt dan al in een veel vroegere fase of het budget wel of niet past. Daar zijn we allemaal bij gebaat en dit kan de gehele sector verder brengen.” Ben: “Je moet gaan kijken hoe je sámen met de opdrachtgever alles uit het beschikbare budget kan halen. Wanneer voldoet dit project aan de gewenste kwaliteit en eisen van de gebruikers? We gaan op een andere manier kijken hoe je met de markt samen moet werken: door samen succesvolle projecten met elkaar te realiseren. Gelet op de ontwikkelingen die er gaande zijn – zoals het gebrek aan personeel - wil je dit ook maximaal en zo goed mogelijk doen.” Partnerships als oplossing in een ecosysteem Binnen een samenwerking als een ecosysteem levert iedere partij een eigen unieke bijdrage aan de optimale omstandigheden voor innovatie en toekomstbestendigheid. Aannemers en installateurs zijn geen treintje van montagebedrijven. Angela: “Wij moeten als sector meer in beweging komen en innoveren. Het is natuurlijk heel gek dat we elke keer van schets af aan opnieuw beginnen bij de bouw van een nieuwe OK. Laten we zorgen dat we meer gaan standaardiseren, dat maakt het ook goedkoper.” René vult aan: “Door die tekorten aan arbeidskrachten en grondstoff en zien wij meer modulaire oplossingen, zowel in de cure als de care.” Ben: “Het gebeurt steeds vaker dat we de samenwerking opzoeken met andere partijen. Dit gebeurt projectmatig en voor beheer en onderhoud. “Wij willen kennis toevoegen: zo maken we zorgvastgoed beter.” Jan Denissen van Hoppenbrouwers NVTG nodigt je uit Word ook lid van de NVTG. Praat mee met actuele onderwerpen en vertel ons waar jij zoal tegen aan loopt, deel kennis hoe je daar mee omgegaan bent. Neem als NVTG-lid deel aan één van de ronde tafelgesprekken in 2022! Eerder laten meedenken De technisch specialisten willen verder nog een collectief signaal afgeven. René: “Ik zou graag zien dat de markt ons eerder vraagt om mee te denken. We kunnen onze kennis dan eerder beschikbaar stellen. Hierdoor kan de klant eerder de juiste keuzes maken voor de gewenste organisatie- en contractvorm, maar ook voor de gewenste kwaliteit binnen het beschikbare budget. Daarmee kunnen alle partijen in hun kracht gezet worden. Richard voegt daaraan toe: “Het streven is om meer kwaliteit te leveren die past binnen het beschikbare budget.” Jan: “De techniek is ook onze zorg. In elke samenwerking moet er onderling vertrouwen zijn. Wij willen kennis toevoegen om het eindresultaat beter te maken. Als we dat allemaal doen, komen er alleen maar winnaars uit.”  www.NVTG.nl 33

robotisering | tekst • Wilma Schreiber De cognitieve zorgrobot komt eraan! De huidige zorgrobots zijn vaak geprogrammeerd voor één taak en hebben daarvoor ideale omstandigheden nodig. Dat is meteen de reden dat deze prijzige technologische hulpjes al snel in een kast stof staan te verzamelen. Wat is er nodig om een robot goed te laten draaien? Die vraag vanuit het Catharina Ziekenhuis in Eindhoven triggerde Fontys Hogeschool ICT om robots anders te gaan programmeren en ze zo robuuster, modulair en sensitiever te maken. Binnen Robot4Care blijken een digital twin en behaviour trees de ideale instrumenten om dit te realiseren. V anuit verschillende ziekenhuizen en zorginstellingen kreeg Fontys Hogeschool ICT in Eindhoven dezelfde signalen: we hebben een robot aangeschaft, maar deze kan maar één kunstje. En als de omstandigheden wijzigen, functioneert hij niet meer zoals verwacht. Concrete aanleiding voor Robot4Care was een vraag van de Hartlounge in het Catharina Ziekenhuis in Eindhoven, die een rijdende robot wilde hebben voor pre-/postoperatieve informatievoorziening aan familieleden en kennissen van patiënten. “Een mooie uitdaging voor ons lectoraat: hoe kunnen we een robot zo programmeren dat deze geschikt is voor de afdeling? Tegelijkertijd dachten we al verder: om een robot duurzaam in te zetten, wil je dat zijn taken in de loop van de tijd aangepast kunnen worden”, vertelt Erik van Alphen, docent ICT & Technologie aan de Fontys Hogeschool ICT. Hoge verwachtingen Daarmee zijn meteen de twee grote problemen met de ontwikkeling van de huidige sociale robots benoemd: robuustheid en modulariteit. “De verwachtingen bij gebruikers zijn hoog, onder meer vanwege de grote beloften van producenten en resellers over wat robots zouden kunnen betekenen in de zorg. In de praktijk valt dat vaak een beetje tegen”, aldus Van Alphen. “Robots zijn doorgaans toegerust voor één taak, wat niet 100 procent aansluit bij de wensen. Daarom zou het fijn zijn als je zonder grote ingrepen het gedrag van robots zou kunnen aanpassen.” 34 FMT | mei 2022 Erik van Alphen, docent ICT &Technologie aan Fontys Hogeschool ICT in Eindhoven. Foto: Epsilon Studios, Myrthe Linssen Teade Punter islector aan de Fontys Hogeschool ICT, lectoraat High Tech Embedded Systems en leading lector van het Centrum of Expertise High Tech Systems & Materials van Fontys. Hij wijst op een ander punt. “In de zorg hebben medewerkers ook heel weinig tijd om die technologie uit te proberen. Daarom hebben we gekozen voor een ‘digital twin’: een virtuele simulatieomgeving waarin je kunt experimenteren en die ontwikkeling kunt doorzetten, zonder dat afbreukrisico in het primair proces. In die modelwereld kunnen we een robot laten rondrijden. Op een gegeven moment kun je hem dan ook besturen en vervolgens autonoom maken.” Om een robot te ontwikkelen die aansluit bij de wensen, wilde Fontys "Ons belang is dat wij robotgedrag maken in software"

Teade Punter, lector Fontys Hogeschool ICT, lectoraat High Tech Embedded Systems en leading lector van het Centrum of Expertise High Tech Systems & Materials van Fontys. Foto: Epsilon Studios, Myrthe Linssen Digitaal model van de Hartlounge van het Catharina Ziekenhuis, een één-op-één model van de Hartlounge waarin de digital twin van de Pepper-robot ‘getraind’ kan worden. Beeld: Fontys toekomstige gebruikers meer betrekken bij het programmeren. “Voor ons als softwareontwikkelaars is het belangrijk om het zorgdomein en de casus van het ziekenhuis te leren kennen . Op basis van interviews hebben we zo scenario’s ontwikkeld voor robot-mensinteractie”, schetst Punter. “In coronatijd konden we niet in het ziekenhuis terecht. Daardoor zijn we op de digital twin uitgekomen.” Fontys ontwikkelt een prototype voor software van de robot, waarna commerciële bedrijven die verder kunnen uitengineeren. “Ons belang is dat wij gedrag voor de robot maken in software. Daar betrekken we graag bedrijven als SARA Robotics en DigiNova bij om kennis uit te wisselen.” Beslisbomen Bij het programmeren van robots maakt Robot4Care gebruik van ‘behaviour trees’, beslisbomen die binnen de gaming- en artificial intelligence-wereld worden ingezet om autonome karakters te laten opereren. “In feite deel je het totale gedrag op in kleinere elementen. Daar zagen wij mogelijkheden in. Uiteindelijk kun je dan een bibliotheek van skills aanleggen, die je in volgorde kunt zetten waardoor ander gedrag ontstaat”, verklaart Van Alphen. Die beslisbomen zijn essentieel om robots veilig te laten functioneren in een zorgomgeving. “Een robot denkt in een set van regeltjes, voert gewoon iets uit. Als er iets in zijn omgeving verandert, moet je de robot daarop wijzen, Digital Twin Academy Het project Robot4Care – uitgevoerd binnen het Fontys ICT InnovationLab – valt onder het lectoraat High Tech Embedded Systems en is onderdeel van het grotere project Digital Twin Academy, dat door middel van toegepast onderzoek en kennisdeling digital twins wil ontsluiten voor een breder publiek. Digital Twin Academy is een Interreg Euregio MaasRijn (EMR)-project. Dit programma wordt gefinancierd door het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) en betreft een samenwerking van overheden, onderzoeks- en onderwijspartners en het bedrijfsleven. Meer informatie www.fontys.nl/dta www.fontysictinnovationlab.nl 35

robotisering | "Nog dit semester gaan we testen met externe sensoren" De digital twin van de robot in actie in het digitale model van de Hartlounge. Beeld: Fontys Een kaart van het gebied zodat de robot continu weet waar hij is. Beeld: Fontys anders vertoont hij steeds hetzelfde gedrag”, zegt Punter. “In de zorg wil je alle situaties definiëren waar een robot tegenaan kan lopen, zodat hij steeds de goede acties onderneemt. Daarvoor loopt een robot zo’n beslisboom af: ‘ik ontmoet een mens, dan moet ik daar een praatje mee maken’. Zo leer je een robot gedrag aan.” Ter illustratie verwijzen beiden naar de eerdergenoemde wens van de Hartlounge in het Catharina Ziekenhuis: een rondrijdende informatierobot. “Je hebt het dan wel over een hartafdeling. Als iemand ineens met spoed door de gang wordt gereden, mag de robot niet in het pad van het bed lopen. Dan moet die robot een noodsignaal krijgen, met de hoogste prioriteit, dat hij zich uit de voeten maakt”, stelt Van Alphen. “Daar komt programmeerkennis bij kijken, waarbij we de ervaring van zorgmedewerkers met noodsituaties nodig hebben om het gat tussen computercode en zorgpraktijk te dichten.” Punter onderschrijft het belang van met elkaar in gesprek komen. “De zorg moet de voorwaarden aangeven, zodat wij tot valide oplossingen kunnen komen. Eerst met programmeurs en technici binnen Robot4Care. En als de bibliotheek op orde is, is het ultieme doel dat de robots zo robuust zijn, dat zorgmedewerkers deze zelf kunnen afstemmen op hun specifieke zorgsituatie.” Van Alphen trekt in dat opzicht de vergelijking met Lego. “Zorgverleners leren met bestaande blokjes die je op verschillende manieren in elkaar kunt zetten, tot steeds andere vormen te komen. Maar aan de blokjes zelf hoeven ze niet meer te sleutelen.” Taakverdeling Bij het inzetten van een robot is het zaak altijd goed te kijken naar de taakverdeling tussen mens en robot. “Een standaardgesprek met uitleg over een operatie, daarvoor zijn robots prima geschikt. Voor emotionelere of complexere gesprekken ligt daar uiteraard een rol voor 36 FMT | mei 2022 de verpleegkundige. Minder standaardtaken maakt het werk voor de verpleegkundige ook uitdagender”, zegt Van Alphen. Aangezien juist in de zorg de mens-tot-mensinteractie heilig is, maakt de robotoplossing bijzonder, stelt Punter. “Wij werken aan een robot-mensinteractie en wel met familieleden en kennissen, degenen die patiënten mee naar huis nemen en moeten zorgen dat ze zich de komende 'goed gedragen'. Die wil het Catharina Ziekenhuis voorlichten, wellicht dat robots daar iets in kunnen betekenen.” Om die interactie te optimaliseren, voegt Robot4Care externe sensoren toe aan de digital twin, die de voorkennis van de robot vergroten. “Patiënten zijn wellicht nerveus. Als een robot dat weet, kan hij zijn gedrag daarop aanpassen”, aldus Van Alphen. Punter vult aan: “Dat een sensor nervositeit detecteert in een ruimte, bijvoorbeeld omdat mensen hard praten, dat signaal doorgeeft aan de robot en dat deze zo geprogrammeerd is dat hij niet zegt: ‘Hallo, ik ben Cor’, maar: ‘Zijn jullie gespannen?’. Dat is de kunst van een robot in de zorg, dat je hem beter laat acteren in die omgeving.” Dromen In het Fontys ICT InnovationLab werken studenten aan implementatie van het noodscenario voor de Hartlounge van het Catharina Ziekenhuis. “We gaan dit semester nog testen met pagers van de verpleegkundigen als externe sensor. Parallel daaraan doen we onderzoek naar een geluidscamera als extra sensor om een sfeerbeeld van de ruimte te krijgen”, vertelt Van Alphen. Dit alles moet resulteren in een robuuste en modulaire zorgrobot, die bruikbaar is in de context. “En als we nog verder dromen, ontstaat een ecosysteem van verschillende robots die zelfstandig naast elkaar kunnen functioneren in een ziekenhuis.” 

partnercontent Croonwolter&dros | veiligheid Alarmeringssystemen in Gelre Ziekenhuizen Persoonlijke, toegankelijke zorg door digitalisering Toen het Verpleegkundig Oproep Systeem (VOS) van Gelre Ziekenhuizen in Apeldoorn en Zutphen tegen het einde van zijn levensduur aanliep, ging de afdeling Gebouw en Techniek op zoek naar een nieuwe oplossing. Chief Nursing Information Officer Leanne Sieling: “Verpleegkundigen krijgen behalve de VOS-oproepen ook informatie binnen van het MOS (Medisch Oproep Systeem) en MAS (Medisch Alarm Systeem). We wilden die drie stromen via één oplossing bundelen en overzichtelijk aanbieden. Samen met onze technisch dienstverlener Croonwolter&dros en onze leveranciers hebben we een integrale oplossing gevonden.” Die oplossing wordt het komend jaar geïmplementeerd. S teeds meer patiënten, steeds meer apparatuur en steeds meer alarmen – maar niet meer verpleegkundigen: dat is de trend in de zorg. “We moeten de zorgverlening steeds effectiever inrichten”, zegt Leanne Sieling. “Als Gelre Ziekenhuizen staan we voor persoonlijke en toegankelijke zorg. Maar juist om die bereikbaar en betaalbaar te houden, moeten we innoveren en optimaal gebruik maken van de digitale mogelijkheden. Dat doen we. En daarbij werken we samen met onze partners. Wij hebben kennis van de zorg en van onze organisatie, onze partners van de digitale mogelijkheden en hoe die ons kunnen helpen de zorg te verbeteren.” Een van die partners is Croonwolter&dros. “Wij ondersteunen de technici van Gelre ziekenhuizen al jaren op het gebied van elektrotechniek, */werktuigbouwkunde, medische gassen, verduurzaming en onderhoud”, zegt Eric Oosterkamp van Croonwolter&dros. “Door onze kennis van het primaire zorgproces en de organisatie hebben we een goed beeld van wat er nodig is en wat past bij Gelre. Dus toen het Gelre toe was aan vervanging van het VOS, hebben we met de digitaliseringsraad meegedacht over de beste oplossing.” Leanne Sieling 37

veiligheid | Verpleegkundigen krijgen gebundelde informatie uit VOS, MOS en MAS Geïntegreerde informatiestromen Op basis van een inventarisatie van de wensen en de beschikbare oplossingen, adviseerde Croonwolter&dros om de stap te zetten naar geïntegreerde medische alarmering. Als platform koos Gelre Ziekenhuizen IQ Messenger van Cruxin, de Nederlandse system integrator gespecialiseerd in geïntegreerde technische oplossingen. Vanwege de kennis van de gewenste systemen en de juiste match in de ontwerpfase is er een fijne chemie tot stand gekomen die de basis vormt voor een samenwerking. Gijs Pluer van Cruxin: “IQ Messenger is een merkonafhankelijk en software only platform voor kritische alarmering. We kunnen bestaande en nieuwe systemen combineren en de alarmering op maat inrichten: elke verpleegkundige ontvangt de voor hem of haar relevante alarmen en kan daar gericht op handelen: is direct ingrijpen geboden, of kan het even wachten? Kan de verpleegkundige zelf de zorg verlenen of moet hij iemand anders bijschakelen?” Gelre Ziekenhuizen blijft bij zijn huidige leverancier voor een nieuw VOS, maar doet voor het MOS/MAS-systeem een beroep op Cruxin. Via IQ Messenger worden de verschillende klinische informatiestromen verbonden en overzichtelijk aangeboden op de smartphones van de medewerkers en op de centrale post. Sieling: “Dat geldt voor onze mensen in Apeldoorn én 38 FMT | mei 2022 Gijs Pluer in Zutphen: iedereen werkt straks met dezelfde systemen, waardoor we onze medewerkers op beide locaties kunnen inzetten.” Minder stress en werk Wat betekent dit nu in de praktijk? Sieling: “Een verpleegkundige heeft de zorg voor meerdere patiënten op verschillende kamers. Ook als de deur dicht is, wil je weten hoe het met de patiënt gaat. Tijdens de coronapandemie werd dat wel heel duidelijk; we konden niet zomaar een kamer binnenlopen voor een check van de vitale functies. Maar ook in het reguliere zorgproces moet je geïnformeerd worden of een patiënt acuut hulp nodig heeft, als jij bij een andere patiënt bent. Een MOS-/ MAS-systeem monitort de metingen, van de vitale functies zoals saturatie, hartslag en bloeddruk, die de monitoren registreren. Als de metingen buiten de aangegeven normaalwaarden komen, krijgen we een melding. Via het VOS worden we gealarmeerd en zien we welke actie met welke urgentie nodig is.

| veiligheid Eric Oosterkamp Gelre Ziekenhuizen, locatie Apeldoorn Dynamische toewijzing Kunnen we zelf niet gaan en is acuut hulp nodig, dan zetten we de melding door naar de buddy. We kunnen dus heel snel en gericht acteren.” Een verpleegkundige krijgt alléén alarmen van zijn eigen patiënten, en alleen díe informatie die relevant is voor zijn rol en die past bij zijn competenties. Soms is bijvoorbeeld geen verpleegkundige nodig, maar een voedingsassistent. Dat is te zien op de smartphone. Sieling: “Dat scheelt ons enorm veel stress en werk. De toewijzing van bedden en patiënten is bovendien dynamisch”, zegt Pluer. “Het kan voorkomen dat de gebruikelijke indeling niet past, omdat een patiënt meer zorg nodig heeft dan gebruikelijk voor dat bed. Dan kan een bed eenvoudig worden toegewezen aan een verpleegkundige die meer ruimte heeft op dat moment. Dat kun je per dag instellen.” Het ziekenhuis begint relatief bescheiden, met het monitoren van vitale waarden. Maar het plan is om ook bijvoorbeeld infuuspompen of voedings pompen op te nemen in het nieuwe platform. In de toekomst zou ook zorg op afstand geïntegreerd kunnen worden, mocht daar behoefte aan zijn. Oosterkamp: “Het platform is op de toekomst voorbereid.” Flexibele planning Het systeem moet nog worden geïmplementeerd. Dat is anders dan gepland. “De coronacrisis en de oorlog in Oekraïne zorgen voor vertraging”, zegt Sieling. “Bepaalde chips zijn nu gewoon niet verkrijgbaar.” Juist op zo'n moment blijkt de meerwaarde van vaste partners. Sieling is blij met de flexibiliteit van haar partners. En diep in haar hart is ze niet ongelukkig over de vertraging. “We zijn ook bezig met implementatie van een ZIS/EPD", zegt ze. “Dat vraagt al veel van de medewerkers. Tegelijkertijd een nieuw VOS en MAS/MOS implementeren kan zeker, blijkt uit onze risico-inDe toewijzing van bedden en patiënten aan verpleegkundigen is dynamisch ventarisatie, maar maakt het wel spannender. Nu kunnen we er relaxter naar toeleven. Dat is prettig.” Onderdeel van de implementatie is ook het trainen van de medewerkers. Sieling: “Dat doen we op een later moment in het proces, zodat we de kennis direct in praktijk kunnen brengen. Dan beklijft het beter.” De training gebeurt via een cascademodel. “Train de trainers”, zegt Pluer. “Wij trainen de super users. Op hun beurt gaan zij iedereen die er mee moet werken trainen.” Samen het verschil maken De verhouding tussen alle partners is heel goed. Oosterkamp: “Deze technologie gaat over mensenlevens. Wij zijn er trots op dat we het ziekenhuis daarbij mogen ondersteunen en zetten ons er volledig voor in.” Pluer sluit zich daar volledig bij aan. Dat wordt gewaardeerd, zegt Sieling. “Dit enthousiasme zorgt ervoor dat we optimaal kunnen samenwerken en de digitale mogelijkheden ten volle kunnen benutten. Samen maken we het verschil tussen goede en excellente persoonlijke zorg.”  Meer informatie www.croonwolterendros.nl/gezondheidszorg 39

duurzaam | partnercontent RVO / Joop van Vlerken Drie oplossingen voor hergebruik isolatiejassen Tijdens de coronacrisis stonden isolatiejassen volop in de aandacht vanwege ontstane tekorten. Bovendien zijn veel jassen na het eerste gebruik weggegooid om infectiegevaar tegen te gaan. Om dat in de toekomst te voorkomen en om te zorgen voor meer duurzamere isolatiejassen die hergebruikt kunnen worden, is de markt uitgedaagd door de minister van Medische Zorg en Sport en de staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat. Belangrijkste doel: komt met een duurzaam alternatief voor isolatiejassen dat geaccepteerd wordt in de zorgsector. D rie bedrijven zijn het verst gekomen in de uitdaging om isolatiejassen herbruikbaar te maken. De Small Business Innovation Research (SBIR)-regeling ondersteunde hun innovatieve product-ontwikkeling. By-wire.net, Eindhoven Engine en DS Sustainable Entrepreneurs bedachten ieder een eigen oplossing voor dit complexe probleem. Van ma atpak naar isolatiejas Normaal gesproken houdt Erik Toenhake van DS Sustainable Entrepreneurs zich bezig met de duurzame maatpakken van Aarden. Nu heeft hij een recyclebare isolatiejas ontwikkeld. “We hebben veel tijd en aandacht besteed aan het ontwerp en het draagcomfort. Het moest vooral zo functioneel mogelijk zijn. Je kunt de jas met één beweging aantrekken en dan met een klittenband op de schouder vastzetten.” De noodzaak om isolatiejassen te recyclen is overduidelijk, legt hij uit. “Per week gingen er op het hoogtepunt van de coronacrisis 2 miljoen isolatiejassen doorheen. Die zijn allemaal weggegooid.” De jassen van DS Sustainable Entrepreneurs kunnen tot 100 keer gewassen worden. “Dit wasproces is nieuw; het desinfecteert de isolatiejassen volledig.” Ziekenhuizen zijn enthousiast over het concept, vertelt Toenhake. “Met name perifere ziekenhuizen zullen er gebruik van gaan maken. 40 FMT | mei 2022 Academische ziekenhuizen zijn ook enthousiast, maar aanbestedingsplichtig. Dat maakt het lastig.” De medische sector in Nederland draagt 6 tot 7 procent bij aan de nationale uitstoot van broeikasgassen. Het belang van ziekenhuizen om te recyclen ligt dan ook voor de hand, vertelt hij. “Zij hebben hoge doelstellingen als het gaat om CO2 -reductie, want het is na de luchtvaart de sector met de hoogste CO2 -uitstoot in Nederland.” Het recyclen van isolatiejassen zal volgens Toenhake pas echt een grote vlucht nemen als ook de werkelijke milieukosten worden meegerekend. “Nu is voor de inkopers in de ziekenhuizen en andere instellingen vaak alleen de prijs bepalend. De overheid draait op voor de maatschappelijke kosten die gemaakt worden door de milieuvervuiling. Als je deze kosten meeneemt in de producten, wordt het een heel ander verhaal.” Product as a service-isolatiejas Eindhoven Engine heeft een consortium gevormd samen met TNO, TU Eindhoven en de beschermende kledingproducent Havep, om de ontwikkeling van duurzame medische isolatiejassen te versnellen. Zij hebben een isolatiejas ontwikkeld en kijken tegelijkertijd naar nieuwe businessmodellen. Nieuwe isolatiejassen zullen in de toekomst waarschijnlijk niet aan zorginstellingen worden verkocht, maar als een service worden ingezet via een professionele wasserij, vertelt Folkert Huysinga, projectmanager duurzame innovatie bij Eindhoven Engine. “Isolatiejassen worden vaak maar kort gedragen, bijvoorbeeld tien minuten. Daarna worden ze opgeslagen en door de wasserij opgehaald om op de juiste temperatuur, duurzaam gewassen te worden. De wasserij ontzorgt het ziekenhuis en vraagt een x-bedrag per jas. De zorginstelling koopt dus niet de jas, maar kopen ‘bescherming’ via een contract met een wasserij, een product as a service-model heet dat.” Toen het consortium begon met het ontwikkelen van duurzame isolatiejassen lagen er enkele uitdagingen, zegt Huysinga. “De jas moet veilig zijn, lekker zitten, goed gewassen kunnen worden en moet aan het levenseinde goed te verwerken zijn. Daarnaast moet het ontwerp goed zijn en het gebruik eenvoudig.” De isolatiejassen van het consortium zijn 100% recyclebaar, vertelt hij. “Het doek van onze jassen is van Sympatex, dat is scheurvast en rekbaar. Het zit bovendien goed en je kunt het tot 100 keer wassen. Het doek kan bovendien gerecycled worden naar garen waar dan weer min of meer hetzelfde doek van gemaakt kan worden.” Huysinga is sinds het begin van de coronacrisis betrokken bij de problematiek rond Persoonlijke Beschermingsmiddelen (PBM’s). “We merkten aan het begin van de crisis dat er niet genoeg PBM’s waren in Nederland en dat me

Caring Clothing Tech, een van de labels van recyclebare jassen van ByWire disch personeel misgreep. Het mag toch niet zo zijn dat de zorg vastloopt op een relatief eenvoudig product?” De grootste uitdaging is volgens Huysinga de businesscase voor de isolatiejassen. “Je moet concurreren met een milieuonvriendelijk product dat tegen de laagste kosten geproduceerd wordt: de eenmalig te gebruiken isolatiejas die vaak in China geproduceerd wordt. Een van de uitdagingen daarbij is wat milieukosten zijn en wat de meerprijs mag zijn van het milieuvriendelijke alternatief.” UVC desinfectie Marina Toeters, initiator van by-wire.net, houdt zich samen met acht collega’s van allerlei expertises bezig met innovatief stofontwerp. Het bedrijf koos Vertex-polyester met pu-coating als materiaal voor recyclebare isolatiejassen. “Dat is een materiaal dat voor 100% gerecycled kan worden. Daarnaast hebben we goed naar draagcomfort gekeken. Er zitten zo weinig mogelijk naden op kritische plekken.” Een van de bijzondere dingen die by-wire.net heeft bedacht, is desinfectie van de jas met UVC. Toeters: “Dat werkt als volgt. De jas wordt gedragen tijdens een behandeling. Vaak is dat maar tien minuten en wordt de jas niet vies. Als de jas niet vies is geworden, wordt die in een UVC-kast gehangen voor desinfectie en vervolgens kan de jas hergebruikt worden. “Per week gingen er op het hoogtepunt van de coronacrisis 2 miljoen isolatiejassen doorheen. Die zijn allemaal weggegooid.” Als de jas vier keer op deze manier gedesinfecteerd is, wordt hij gewassen. Wassen kan 100 keer, dus kan een jas in theorie 400 keer mee.” Door deze extra stap kan de isolatiejas van by-wire.net concurreren met de wegwerpisolatiejassen. “Alleen het wasbaar maken van de jassen maakt al een enorm verschil, maar doordat we tussendoor desinfecteren, kunnen we ongeveer op dezelfde prijs uitkomen als de wegwerpjassen. Wassen kost geld, maar het desinfecteren met UVC niet. Daar is alleen de initiële investering in de UVC-kast voor nodig.” Belangrijk is dat de verschillende ziekenhuizen er andere werkwijzen op na houden. “We hebben in zes verschillende ziekenhuizen getest. In het Jeroen Bosch Ziekenhuis in Den Bosch het meest uitgebreid. Hier hebben we ons vooral gericht op de Intensive Care. Daar is de infectiepreventie hoog, maar worden de jassen niet snel vies.” Belangrijke voorwaarde voor het JBZ was dat de UVC-kast mobiel moet zijn, vertelt Toeters. “Ze wilden een karretje met de UVC-kast erin, zodat je de apparaten makkelijk mobiel kunt maken en je bij bijvoorbeeld een coronabesmetting het karretje naar het bed van de patiënt kunt rijden. Andere ziekenhuizen isoleren juist de patiënten op een bepaalde afdeling en willen daarom een vaste kast.”  Meer informatie over de SBIR-regeling https://www.rvo.nl/subsidies-fi nanciering/sbir 41

artificial intelligence | partnercontent • Siemens Healthineers “We kunnen steeds beter voorspellen wat er aan de hand is” Betere en snellere medische besluitvorming, efficiëntere processen, lagere kosten: de beloften van artificial intelligence (AI) voor de zorg zijn groot. Siemens Healthineers zet kunstmatige intelligentie bij steeds meer Nederlandse ziekenhuizen in, ter ondersteuning van de zorgprofessional. “AI is onontbeerlijk om de zorg op peil én betaalbaar te houden.” P er 1 april volgde Paul Riswick Kees Smaling op als algemeen directeur van Siemens Healthineers in Nederland. Riswick - die hiervoor jarenlang werkte als Directeur Diagnostic Imaging & Advanced Therapies - sprak bij zijn aantreden de stevige ambitie uit dat de omzet van Siemens Healthineers over vijf jaar voor minstens tien procent uit AI-toepassingen bestaat. AI is noodzaak Volgens Riswick een reële ambitie, want méér artificial intelligence in de zorg is simpelweg noodzaak, benadrukt de kersverse directeur. “In 2030 komt de zorg naar verwachting zo’n 100.000 mensen tekort. Oók in de specialismen waarbinnen wij ons als Siemens Healthineers met name bewegen: radiologie, cardiologie en laboratoriumdiagnostiek. Bij het beteugelen van die enorme tekorten en het betaalbaar en op peil houden van de zorg, is AI simpelweg onmisbaar.” Verslaglegging “Binnen de beeldvormende modaliteiten - zoals MRI en CT - zetten wij AI al langer in om de workflow te verbeteren”, vult Bas Idzenga, directeur Digital Health Services bij Siemens Healthineers, aan. “Slimme camerasystemen houden voortdurend in de gaten of de patiënt nog goed ligt en zorgen ervoor dat het kilowattage optimaal wordt afgestemd op de lengte en omvang van de patiënt. Ook wordt AI steeds vaker ingezet voor verslaglegging; 42 FMT | mei 2022 een AI-algoritme analyseert razendsnel de gemaakte beelden en maakt een conceptverslag dat de radioloog vervolgens goedkeurt. Onder de streep scheelt dit veel tijd en zorgt het - doordat de werkdruk afneemt - voor een kleinere foutmarge.” Ondersteuning “Artificial intelligence wordt daarbij ingezet ter ondersteuning van de medisch specialist, níet ter vervanging”, benadrukt Idzenga. “De arts blijft te allen tijde verantwoordelijk voor de juiste diagnose. Het algoritme constateert bijvoorbeeld een afwijking in een long; vervolgens is het aan de specialist om vast te stellen dat het specifiek gaat om een kleincellig longcarcinoom van een bepaald type. Of een ander voorbeeld: na een ongeluk wordt een zwaargewonde patiënt binnengebracht. Juist in zo’n stresssituatie zorgt het AI-algoritme ervoor dat de gemaakte CT-scan en thoraxfoto snel kunnen worden geanalyseerd.” Precisiegeneeskunde AI zal volgens Paul Riswick ook een steeds belangrijkere factor worden binnen precision medicine, waarbij de behandeling zo goed mogelijk wordt afgestemd op de individuele patiënt. “AI zorgt ervoor dat we steeds nauwkeuriger kunnen voorspellen wát iemand gaat mankeren, zodat de behandelaar al in een vroeg stadium een therapie kan voor schrijven die daarop aansluit. Of je kunt met de patiënt proactief het gesprek aangaan over aanpassing van zijn of haar leefstijl.” In de toekomst Paul Riswick, algemeen directeur van Siemens Healthineers in Nederland zal een bedrijf als Siemens Healthineers volgens Riswick steeds meer waarde toevoegen aan de zorg door CT- en MRI-scans die níet worden gemaakt: “Simpelweg omdat we steeds beter en eerder kunnen voorspellen wat er aan de hand is en welke therapie wel of niet aanslaat.” Digital Twin Doordat er steeds meer data rondom een patiënt beschikbaar komen, ontstaat er als het ware een Digital Twin, schetst Idzenga. “Het communicatie- en beeldarchiveringssysteem PACS zal plaatsmaken voor ODIS: een Outcome Driven Information System, waarin alle gegevens rondom de patiënt - zoals scans, lab

'Bij het beteugelen van het enorme tekort aan menskracht is AI simpelweg onmisbaar' Bas Idzenga, directeur Digital Health Services bij Siemens Healthineers waarden en pathologiedata - beschikbaar zijn. Juist doordat al die data steeds meer samenkomen in één systeem, kun je met een algoritme ook steeds meer zeggen over een patiënt.” Proactiever aanpassen Dat steeds completere beeld van een patiënt zorgt ervoor dat het zorgpad ook steeds pro actiever kan worden aangepast, schetst Idzenga. “Een mooi voorbeeld is een algoritme dat we - op basis van grote hoeveelheden data - ontwikkelden voor patiënten met reumatische artritis. Die krijgen regelmatig onverwachte pijnaanvallen te verduren, zogenoemde flares. Er is medicatie om die pijn te bestrijden, maar die kent flinke bijwerkingen. Het algoritme zorgt ervoor dat we tegenwoordig met 75% nauwkeurigheid kunnen voorspellen of een patiënt binnen nu en drie maanden een flare zal ontwikkelen. Daardoor kan de arts proactief medicatie voorschrijven, maar wel in een lagere dosis. Met als resultaat dat de flare niet optreedt, dat de patiënt minder bijwerkingen ervaart én dat de totale zorgkosten dalen.” Sherlock Dit soort algoritmes wordt in de toekomst bovendien alleen maar nauwkeuriger, voorziet Riswick. “Door betere structuren en opschonen zal de datakwaliteit de komende jaren alleen maar verder omhoog gaan. Binnen Siemens Healthineers hebben we bovendien de beschikking over een enorme ontwikkelcapaciteit. Zo kan onze AI-supercomputer Sherlock in korte tijd duizenden algoritmen ontwikkelen en testen.” Acceptatie Nu de technologie met rasse schreden vooruitgaat, resteert een belangrijke vraag: zijn AI-Rad Companion Chest CT belicht automatisch anatomieën en afwijkingen. medisch specialisten klaar voor deze AIrevolutie? Idzenga denkt van wel. “De komende jaren zal in ziekenhuizen steeds vaker gebruik worden gemaakt van algoritmen: voor verslaglegging, decision support en proactieve precisiegeneeskunde. AI zal steeds meer ingebed raken in de dagelijkse routine van de specialist, daar ben ik van overtuigd.” De acceptatie onder patiënten zal misschien iets meer tijd vergen, voorziet Riswick. “De meeste patiënten worden toch het liefst behandeld door een arts van vlees en bloed, en de vrees bestaat wellicht dat dat door AI gaat veranderen. Maar dat ís dus niet zo; de specialist blijft verantwoordelijk. Bovendien zullen de nauwkeurigheid en de snelheid van het diagnostisch proces door de inzet van AI alleen maar omhoog gaan. Uiteindelijk zullen ook patiënten inzien dat AI de zorg vooruithelpt.” Belofte Sneller, beter en goedkoper: dát is de belofte van AI, benadrukt Riswick nogmaals. “We hebben nog altijd een van de beste zorgstelsels in de wereld, een stelsel bovendien dat nog altijd redelijk betaalbaar is. Om die kwaliteit ook in de toekomst te kunnen blijven leveren, tegen een acceptabele prijs, is AI onontbeerlijk.”  Meer informatie www.siemens-healthineers.com/nl 43

TotaalOK congres & beurs 15 september 2022 SUPERNOVA, JAARBEURS UTRECHT Binnen het thema ‘Keuzes en praktijkervaringen’ zullen toonaangevende sprekers u informeren over keuzes die binnen OK-projecten zijn of nog worden gemaakt. Wat is of wordt de impact hiervan op de werkvloer? Zijn alle keuzes van meerwaarde voor de patiëntenzorg? Als gastspreker zal Maarten Steinbuch het congres afsluiten met zijn visie op o.a. medische robotica in de OK. Het programma en de mogelijkheden van inschrijving vindt u op de website van het congres: www.totaalok.nl Uw eerdere inschrijving blijft onverminderd van kracht. www.totaalok.nl FMT Totaal OK is een gezamenlijke productie van de Block Consultant en FMT Gezondheidszorg Hoofdsponsor:

Agenda 2022 CLIMA 2022 REHVA HVAC Congres 22 – 25 mei, Ahoy, Rotterdam www.clima2022.org Congres Data Driven Healthcare 25 mei Jaarbeurs, Utrecht www.datadrivenhealthcare.nl nxthlth. security 2 juni Beeld & Geluid, Hilversum www.cognicum.com Vakbeurs Facilitair & Gebouwbeheer 8, 9 en 10 juni Jaarbeurs, Utrecht www.vakbeursfacilitair.nl Dutch Technology Festival 11, 15 t/m 19 juni www.dutchtechnologyfestival.com Vakevent Zorgtotaal 14 t/m 16 juni Jaarbeurs Utrecht www.zorgtotaal.nl Support 15 t/m 18 juni, voor het eerst samen met Zorgtotaal en Zorg & ICT live gehouden tijdens de Dutch Health Week. Jaarbeurs Utrecht www.supportbeurs.nl ARCH22 Conferentie Zorgarchitectuur 22 t/m 24 augustus TU Delft en Erasmus MC, Rotterdam www.arch21erasmusmc.tudelft.nl Circulair Vastgoed Congres 2022 6 september NBC Congrescentrum, Nieuwegein www.ivvd.nl FMT Totaal OK Congres en beurs 15 september 2022 Jaarbeurs Utrecht www.totaalok.nl Data onder voorbehoud, check altijd de site van de organisator. Colofon Met medewerking van o.a. Hogeschool Arnhem en Nijmegen, IHE, KIVI, NEN, NVTG, TU/e, FHI Medical Technology FMT als crossmediaal platform Vakblad, informatieplatform, over actuele ontwikkelingen (cure & care) op het gebied van Facilities (realisering, onderhoud, beheer en exploitatie van zorghuisvesting en verwante facilitaire voorzieningen), Management en Technologie (medische en gebouwgebonden technologie, ICT, eHealth, artifi cial intelligence etc.). Verschijnt 7x per jaar, zowel in print als digitaal ISSN 1873-8877 www.fmtgezondheidszorg.nl Twitter: @FMTzorg LinkedIn: FMT Gezondheidszorg Uitgever AcquiMedia, Henk van der Brugge Amstelwijckweg 15, 3316 BB Dordrecht Hoofdredactie Elsie Schoorel Elsie@fmtgezondheidszorg.nl Eindredactie Dietske van der Brugge info@fmtgezondheidszorg.nl Redactie Lucy Holl, Henk Postema, Betty Rombout, Wilma Schreiber, Frank van Wijck, Loes Elshof Redactie Advies Commissie • Ing. Peter Karsman, directeur Karsman Advies en Interimmanagement • Ing. Luc Knaven, branchedirecteur FHI Medical Technology • Prof. dr. Jos Lichtenberg, (em.) hoogleraar bouwtechnologie TU/e • Cor van Litsenburg, founder FMT Gezondheidszorg • Prof. dr. ir. Masi Mohammadi, hoogleraar slimme architectuur TU/e, lector bouwen voor gezondheid • Ir. Victor Pastoor, bestuurslid NVTG • Mr. drs. Jack Thiadens, interim zorgbestuurder • Janet Vissinga, consultant OKCN Bladmanagement en advertenties Wim Boer, 0184-481042, wim@fmtgezondheidszorg.nl Henk van der Brugge, 0184-481041, henk@acquimedia.nl Vormgeving Dock35 Marketing Druk Veldhuis Media bv, Raalte Abonnement € 120,- per jaar excl. BTW, biedt tevens toegang tot het digitale magazine. Buiten Nederland, binnen Europa € 145,- per jaar excl. BTW. Informeer vrijblijvend naar een collectief abonnement. NUMMER 3 MEI 2022 WWW.FMTGEZONDHEIDSZORG.NL 2022 3 ICT en zorg • E-health •AI • Robotisering • Serious gaming Huisvesting Zorgcentrum Mgr. Blom Digitalisering van de zorg simpelweg noodzaak Coverfoto: Shutterstock Disclaimer & Copyright AcquiMedia heeft deze uitgave op de meest zorgvuldige wijze samengesteld. AcquiMedia, (hoofd)redactie en auteurs kunnen echter op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledigheid van de gegevens en aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard dan ook, die het gevolg is van handelingen en/of beslissingen die gebaseerd zijn op de informatie in deze uitgave. Het is niet toegestaan om zonder toestemming van de uitgever (incl. bronvermelding en fotocredit) beelden of artikelen uit deze uitgave over te nemen. GEZONDHEIDSZORG

bedrijvenindex | ADVIESBUREAU CLEANROOMS HUISVESTING KRANEN EN SANITAIRE TOEBEHOREN Deerns Nederland B.V. Anna van Buerenplein 21F 2595 DA Den Haag T +31 88 3740000 www.deerns.nl Ropasystems B.V. Belleweg 9, 5711 DH Someren T +31 (0)493 472399 www.ropasystems.nl Jan Snel Medical Buildings Willeskop 94, 3417 ME Montfoort Postbus 200, 3417 ZL Montfoort T +31 (0) 348 47 90 90 www.jansnel.com INSTALLATEUR Sweegers en de Bruijn bv Europalaan 12g 5232 BC ’s-Hertogenbosch T 088 030 7300 www.swebru.nl Cadolto Benelux BV Dorpsstraat 8a 4181 BN Waardenburg T +31 418 651 544 M +31 61066 4074 www.cadolto.nl Delabie Benelux BVBA Bergensesteenweg 106 A, bus 5 BE 1600 Sint-Pieters-Leeuw T +32 2 882 21 41 www.delabiebenelux.com MEDISCHE GASSEN DISTRIBUTIE SYSTEMEN ULC Installatietechniek b.v. Labradordreef 18 Postbus 2405 3500 GK Utrecht T +31 30 26 50 500 www.ulcgroep.nl Dräger Nederland B.V. Huygensstraat 3-5 2721 LT Zoetermeer T 079 – 344 44 888 www.draeger.com IT & SOFTWARE OK Consultancy Nederland (OKCN) Oude Apeldoornseweg 41 7333 NR Apeldoorn T (0)73 62 34 381 www.okcn.nl ARCHITEKTENBUREAU Jan Snel Medical Buildings Willeskop 94, 3417 ME Montfoort Postbus 200, 3417 ZL Montfoort T +31 (0) 348 47 90 90 www.jansnel.com MEDISCHE INRICHTING & ACCESSOIRES Ultimo Software Solutions bv Waterweg 3, 8071 RR Nunspeet T +31(0)341 – 423737 www.ultimo.com KRANEN EN SANITAIRE TOEBEHOREN IAA Architecten Sem Presserhof 108 1087 JG Amsterdam T +31 (0)20 520 00 80 M.H. Tromplaan 55 7513 AB Enschede T +31 (0)53 480 44 44 www.iaa-architecten.nl BOUWBEDRIJVEN MedicomZes Amsterdam T 020 696 68 86 E amsterdam@medicomzes.nl www.medicomzes.nl MedicomZes Groningen T 050-549 54 95 E groningen@medicomzes.nl www.medicomzes.nl 46 FMT | mei 2022 Cadolto Benelux BV Dorpsstraat 8a 4181 BN Waardenburg T +31 418 651 544 M +31 61066 4074 www.cadolto.nl Vertegenwoordigd in Nederland door Hamers en Kesber Warandebergstraat 43 1271 ZC Huizen T 0031 (0)356566888 M 0031 (0)628978209 E AH@hamersenkesber.nl M-Wall BV Steenoven 4C 5626 DK Eindhoven T +31 850 18 85 00 www.mwall.nl HUISVESTING SCHELL GmbH & Co. KG Raiff eisenstrasse 31 57462 Olpe, Duitsland T +49 2761 892-0 www.schell.eu Medifi x B.V. Nijverheidsweg 8 5071 NK Udenhout T +31 13 511 11 11 www.medifi x.nl Waardenburg Medical Dorpsstraat 8a 4181 BN Waardenburg T +31 418 651 078 M +31 61066 4074 www.waardenburgmedical.com MEDISCH MEUBILAIR

| bedrijvenindex MEDISCH TECHNISCHE VOORZIENINGEN OPERATIEKAMERS OPERATIEKAMERS SERVICE & ONDERHOUD, RENOVATIES Heijneman Medical BV Copenweg 17 3411 NX Lopik T 088 11 81 000 www.heijnemanmedical.nl MANN+HUMMEL Vokes Air BV 1e Garnizoensdok 7 3539 JA Nieuwegein Tel 030-6868080 www.airfiltration.mann-hummel.com MEDISCHE PERSLUCHT M-Wall BV Steenoven 4C 5626 DK Eindhoven T +31 850 18 85 00 www.mwall.nl PERSOONSBEVEILIGING SYSTEMEN STRALINGSBESCHERMING Medical Building Services Ambachtweg 50 5731 AG Mierlo T 0492 666060 www.medicalbuildingsolutions.nl Berko Kompressoren Havenweg 14, 6603 AS Wijchen T 024 - 641 11 11 www.berko.eu NOODSTROOMOPLOSSINGEN PRIVEKLINIEKEN WANDBEKLEDING Q-bital Healthcare Solutions (The Netherlands) B.V. Henk Driebergen E henkdriebergen@q-bital.com M +31 6 57985774 www.q-bital.com Ooperon Mijkenbroek 25 4824 AA Breda T + 31 76 57 230 30 www.ooperon.nl Rontgenglas.nl Belleweg 9, 5711 DH Someren T +31 (0) 493 472399 www.rontgenglas.nl Elinex Power Solutions Wolweverstraat 15 2984 CE Ridderkerk T +31 (0)180 72 13 59 www.elinex.com Cadolto Benelux BV Dorpsstraat 8a 4181 BN Waardenburg T +31 418 651 544 M +31 61066 4074 www.cadolto.nl Medical Building Solutions Ambachtweg 50 5731 AG Mierlo T 0492 666060 www.medicalbuildingsolutions.nl PROJECTINRICHTING Zwart Techniek B.V. Middenhavenstraat 76 1976 CM IJmuiden T +31 (0)255 530 304 www.zwarttechniek.com OPLEIDINGEN REINIGING & DESINFECTIEOPLOSSINGEN Jan Snel Medical Buildings Willeskop 94, 3417 ME Montfoort Postbus 200, 3417 ZL Montfoort T +31 (0) 348 47 90 90 www.jansnel.com M-Wall BV Steenoven 4C 5626 DK Eindhoven T +31 850 18 85 00 www.mwall.nl ZORGTECHNOLOGIE, BOUW EN INRICHTING M-Projectservice BV Steenoven 4C 5626 DK Eindhoven T +31 40 292 79 50 www.m-projectservice.nl VAMED Nederland B.V. Orteliuslaan 897, 3521 BE Utrecht T +31 (0)30 303 64 30 www.vamed.nl Hogeschool Rotterdam G.J. de Jonghweg 4-6 3015 GG Rotterdam T 010 794 48 90 www.hogeschoolrotterdam.nl Miele Professional Postbus 166, 4130 ED Vianen T 034-73 78 884 www.miele-professional.nl E professional@miele.nl 47

Wij zijn         verhuisd! IAA Architecten www.iaa-architecten.nl +31(0)53 480 4444 info@iaa-architecten.nl iaa-architecten iaa_architecten Enschede De Coöperatie 15-10 7514 JK Enschede Amsterdam Sem Presserhof 108 1087 JG Amsterdam De Melkhal De Coöperatie 15-10 7514 JK Enschede Vanaf 2 mei 2022 is onze vestiging in Enschede verhuisd vanaf de M.H. Tromplaan 55, naar De Melkhal aan De Coöperatie 15-10. Benieuwd naar onze nieuwe huisvesting?           creatief partner bij ruimtelijke vraagstukken

1 Online Touch

Index

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5
  6. 6
  7. 7
  8. 8
  9. 9
  10. 10
  11. 11
  12. 12
  13. 13
  14. 14
  15. 15
  16. 16
  17. 17
  18. 18
  19. 19
  20. 20
  21. 21
  22. 22
  23. 23
  24. 24
  25. 25
  26. 26
  27. 27
  28. 28
  29. 29
  30. 30
  31. 31
  32. 32
  33. 33
  34. 34
  35. 35
  36. 36
  37. 37
  38. 38
  39. 39
  40. 40
  41. 41
  42. 42
  43. 43
  44. 44
  45. 45
  46. 46
  47. 47
  48. 48
Home


You need flash player to view this online publication