0

NUMMER 1 FEBRUARI 2022 WWW.FMTGEZONDHEIDSZORG.NL 2022 1 Duurzaamheid Energietransitie en routekaarten Huisvesting Het Jeroen Pit Huis Zorgtechnologie Stralingsdosis berekenen met AI Onderweg naar ‘Parijs’ de blik gericht op 2030 GEZONDHEIDSZORG

Zorg Service Revolutie Zorg Service Revolutie van Hago Zorg De zorg moet toekomstbestendiger worden. De mens staat hierbij centraal, van zorgmedewerker tot patiënt, maar ook al die andere talenten die een bijdrage in de zorg leveren. Meer tijd voor zorgprofessionals op de kerntaken. Het werkplezier als krachtige motor. Om dit te bereiken zijn er veel oplossingen denkbaar. Natuurlijk. Maar één ding is zeker, alle betrokkenen in de zorg zullen hand in hand samen moeten werken. Weg barrières. Hallo daadkracht! Congres op 22 maart 2022 Vebego en Hago Zorg zijn vóór positieve impact op ieder mens in de zorg. En willen graag helpen om de zorg te laten zorgen. Daarom organiseren zij op 22 maart het congres ‘Zorg Service Revolutie’. Een boeiend event waar toonaangevende sprekers, deskundigen en professionals uit de zorg en daarbuiten aanwezig zullen zijn. Zoals Talitha Muusse en Deborah Nas. Om te inspireren. Om richting te zoeken. Lancering capacityd® Capacityd® biedt een oplossing voor het verlagen van de werkdruk in de zorg. De propositie kijkt integraal naar de ondersteunende processen in de zorg en helpt zorgprofessionals om efficiënter en veiliger te werken. De zorgprofessional krijgt letterlijk meer tijd. Onderzocht, beproefd en bewezen! Conclusie onderzoeksbureau Motivaction: “De propositie heeft zonder meer potentie. De hoge werkdruk binnen de zorg staat buiten kijf en met capacityd® speelt Hago Zorg in op een actueel probleem.” Inspirerend en oplossingsgericht Het congres is waardevol voor Zorg Managers, Facilitair Managers en (financiële) Bestuurders van met name (academische) ziekenhuizen en ouderenzorginstellingen. Ook IT-, Logistiek- en HR-Managers uit deze doelgroepen zijn welkom. Aanbevolen wordt om samen met een collega deel te nemen en zo de onderwerpen vanuit beide invalshoeken te ervaren. Een greep uit het programma • Trendwatcher Deborah Nas gaat in op innovaties in de zorg, de issues die daarbij een rol spelen en waarom het vaak moeilijk is om innovaties te implementeren. • Interactieve forumdiscussie ‘Probleemschets: belangrijkste constateringen en mogelijke oplossingen?’ met Talitha Muusse (dagvoorzitter) en o.a. Eric Corton, Joep de Groot (CZ), Dennis Moeke (HAN), André Brand (Hilverzorg) en Stella Salden (Nu ‘91). • Inzicht in een oplossingsrichting om zorgcapaciteit te vergroten: capacityd®. Primeur: u hoort als eerste de pilotervaringen van ziekenhuizen en langdurige zorg. Meer informatie over het programma en registratie: hagozorg.nl/zorg-service-revolutie ‘Ik snap best dat de zorgsector met een schuin oog naar ons kijkt.’ Sandra Roso Sanchez, Directeur Marketing & Innovatie Hago Zorg

| editorial 'De laatste van Litsenburg' ONDERWEG We zijn onderweg. Sinds de laatste editie van FMT Gezondheidszorg is er een nieuw kabinet aangetreden. Geruststellend en opvallend hoe positief de verse bewindslieden op VWS door de zorgsector werden onthaald. Met Ernst Kuipers (D66) en Conny Helder (VVD) hebben twee kopstukken uit zorginstellingen een transfer naar Den Haag gemaakt. Het is waardevol dat er expertise uit de cure- en vooral ook uit de caresector in de regering vertegenwoordigd is! We zijn ook onderweg met ‘bestemming Parijs’. Bij een jaarwisseling realiseer je je eens te meer dat 2030 niet ver meer vóór ons ligt – het jaar waarin onze CO2 van 2015. In dit nummer ruim aandacht voor de inspanningen die in de zorg worden geleverd voor verduurzaming van de sector. We openen met de reële kansen die consultants zien voor de CO2 - routekaarten, toegespitst op energietransitie en gebouwbeheer. Enthousiaste coalitiepartners die elkaar opzoeken om samen verder te reiken doen hun verhaal (‘We gaan het gewoon dóén!). En als altijd kunt u meelezen met een vakgenotendiscussie van NVTG-leden; ook zij hebben hun tanden in het duurzaamheidsvraagstuk gezet voor deze editie, en het elan spat eraf. Over elan gesproken: in Amsterdam wordt gebouwd voor een heel nieuw zorgconcept voor de overgang die gezinnen met een ernstig chronisch ziek kind maken als hun zoon of dochter na lange opname naar huis kan. U leest alles over dit bijzondere Jeroen Pit Huis. En de NVA bepleit een haalbare oplossing om de inhaalzorg na corona te kunnen realiseren: het inrichten van zogeheten Post Anesthesia Care Units (PACU’s). -emissie gehalveerd moet zijn ten opzichte Dit is het laatste editorial dat ik voor u schrijf. Ook ik ben onderw het volgende nummer sta ik deze plaa van harte af aan Elsie Schoorel, de nieuwe hoofdredacteur v FMT Gezondheidszorg. hoofdredactie als de editorials zijn bij haar in uitstekende handen. Het was mij een genoegen, blijf FMT vanzelfsprekend, volgen. Cor van Litsenb Redactie Ad Commissie Verduurzaming zorg: Het elan spat eraf 3

advertorial TU/e post-master ontwerpersopleiding Qualifi ed Medical Engineer Hospital based, university managed Adequate inzet van medische technologie vergt veel van medewerkers in zorginstellingen én is altijd een uitdaging! Immers, (complexe) technologieën dienen veilig toegepast te worden, apparatuur doelmatig te worden ingezet en klinische processen goed te worden ondersteund. Dit alles komt aan bod in de tweejarige post-master ontwerpersopleiding Qualifi ed Medical Engineer (QME) van de TU/e. QME Stefan Heinen (L), Foto ©SMPE/e BvOF De QME-opleiding ‘Hospital based, university managed’ is de basis van de opleiding. Vanaf de start werkt de trainee in een zorginstelling. Aan de TU/e worden cursussen, workshops en trainingen gevolgd. De verkregen theorie en vaardigheden worden door de trainee direct toegepast in de klinische praktijk d.m.v. van casussen, projecten, e.d. Daarnaast gaat de trainee in de eigen zorginstelling aan de slag met concrete probleemstellingen in de vorm van een ontwerpproject. Natuurlijk is er ook ruimte voor eigen leerdoelen en persoonlijke invulling. De opleiding werkt met gastdocenten uit het brede werkveld van de zorg (medisch specialisten, klinisch fysici, managers). Ook nemen trainees deel aan activiteiten vanuit beroepsverenigingen zoals BMTZ, NVKF en KIVI. De QME-trainee De trainee heeft een solide technische achtergrond op academisch niveau (MSc/ingenieur, biomedisch technoloog) met mogelijk al enige relevante werkervaring, én een passie voor het zo eff ectief en veilig mogelijk toepassen van bestaande en nieuwe technologieën in de zorg (bv het Convenant Medische Technologie en MDR). De trainee is onderdeel van een professioneel netwerk om ervaringen, kennis en vaardigheden te delen. De TU/e levert een opleider, de zorginstelling een begeleider. Zodra er een opleidingsplaats beschikbaar komt bij een zorginstelling, werft en selecteert de TU/e kandidaten, in goed overleg. De zorginstelling bepaalt uiteindelijk zelf welke kandidaat zal worden aangesteld (voor tenminste de duur van de 2-jarige opleiding). Ook is het mogelijk een eigen medewerker de opleiding te laten volgen. Voorbeelden van QME ontwerpprojecten Ontwerp van: • Inrichting van de VOS/MOS alarmering • Kwaliteitssysteem voor de afdeling Medische Technologie • Realistische Educatieve Simulatie Omgeving voor de Neonatologie • Inrichting van een kwaliteitsborgingssysteem voor (steriele) medische hulpmiddelen • Modelgebaseerde beslissingsondersteunende interactieve tool voor cardiologen • Implementatie van een dashboard t.b.v. kwaliteit en veiligheid m.b.t. medische technologie • Verbeterde infrastructuur en datamanagement voor de SOMNIA-data bij een slaapcentrum • Geautomatiseerd proces voor het maken van bestralingsplannen voor borstkanker, m.b.v. artifi cial intelligence • Opvangtafel voor ‘genavelde’ opvang van pasgeborenen Praktisch De TU/e draagt de kosten van de opleiding, gedurende de opleiding is de trainee in dienst van de zorginstelling. De opleiding is geaccrediteerd: na diplomering krijgt de kandidaat de landelijk erkende titel Professional Doctorate of Engineering. Meer informatie: smpee.qme@tue.nl en tue.nl/qme Directie en opleiders: Ward Cottaar, Frans van de Vosse, Ivonne Lammerts, Alina van der Giessen, Michaël Lansbergen.

duurzaam | tekst • Wilma Schreiber Verduurzamen is nú keuzes maken Royal HaskoningDHV onderzocht voor zeventien ziekenhuizen de beste route naar een duurzame toekomst. Experts uit het eigen competence center Sustainable Buildings, aangevuld met andere specialisten uit de organisatie, stelden hiervoor routekaarten op maat op in lijn met de bekende klimaatdoelen: 49% CO2 -reductie in 2030 en 95% in 2050. Een flinke uitdaging voor ziekenhuizen, waarbij hun routekaart kan dienen als leidraad bij de uitvoering. D e richtlijnen, waar ook de routekaarten op gebaseerd zijn, maken onderscheid tussen reductie van CO2 -uitstoot (direct en indirect) en energiebesparing. Het terugdringen van de directe CO2 -uitstoot blijkt voor ziekenhuizen over het algemeen goed haalbaar. “Van het aardgas af, geen fossiele bronnen gebruiken binnen je eigen gebouw, elektriciteit opwekken of een warmtenet gebruiken. Maar ziekenhuizen moeten verder kijken, niet door twee keer zo veel elektriciteit in te kopen hun eigen probleem verleggen naar de energieleverancier. Want dan gebruiken ze weliswaar zelf geen aardgas meer, maar elektriciteitscentrales wekken die extra stroom nog wel op met steenkolen en aardgas”, zegt Mark Overdijk, consultant Energietransitie Gebouwde Omgeving. Hij adviseert opdrachtgevers hoe ze kunnen verduurzamen, door energiedata te analyseren en op basis daarvan energiebesparende maatregelen te initiëren en door te rekenen. Energie-eindnorm Het is dus zaak voor ziekenhuizen om daadwerkelijk energie te besparen. De methode van Royal HaskoningDHV is een uitbreiding van de bekende trias energetica, stelt Overdijk. “Je begint met besparen, kijkt hoe je slim energie kunt uitwisselen of opslaan, en gaat vervolgens die energie duurzaam opwekken, in eerste instantie binnen je eigen gebouw. Maar dus ook door naar buiten te kijken en bijvoorbeeld restwarmtestromen van buren te benutten.” Momenteel wordt gewerkt aan een energie-eindnorm (bekend als wettelijke eindnorm 2050) die bepaalt dat een ziekenhuis maar een beperkt aantal kWh per vierkante 6 FMT | februari 2022 Mark Overdijk meter gebruiksoppervlak mag gebruiken. “Wij verwachten dat die norm uitkomt op 140-150 kWh per vierkante meter, een forse uitdaging. Want dan moet een ziekenhuis dus echt zorgen dat de vraag zo laag is of dat de eigen duurzame-energieproductie de vraag kan compenseren.” Nut en noodzaak In de discussie over de vraag ‘verder met de huidige gebouwen of nieuwbouw plegen?’ wordt vaak gekeken naar een intensiever gebruik van de ruimte. “Vanuit het oogpunt van flexibiliteit is het slim om het gebouw overdag in te zetten voor behandelingen en ’s avonds voor een andere functie. Maar qua energieverbruik en de aanstaande eindnorm krijg je daar last mee, omdat het aantal kWh per vierkante meter toeneemt”, stelt Anne Spira, projectmanager vastgoedverduur zaming en wetgevingsexpert, en projectleider van zeven van de zeventien routekaartprojecten bij ziekenhuizen. Dat is ook het discutabele aan die norm, beaamt Overdijk: “In feite is het een perverse prikkel om veel vierkante meters te hebben, die dan minder intensief gebruikt worden om zo bij hetzelfde energieverbruik lager te scoren op de norm.”

Duurzaamheidsroutes naar de toekomst (© RHDHV) Jean Maurice Kuijpers Anne Spira Ziekenhuizen doen er goed aan nut en noodzaak van het gebruik van hun gebouw te onderzoeken. “Heel veel ziekenhuizen kiezen bijvoorbeeld voor klasse I OK’s, terwijl niet alle OK’s op dat niveau gebruikt worden. Ook qua bevochtiging in het ziekenhuis kun je wellicht teruggaan tot wat echt nodig is”, zegt Jean Maurice Kuijpers, strategisch architect en consultant bij Royal HaskoningDHV, die vanuit zijn rol vanaf initiatief tot en met ingebruikname betrokken is bij ziekenhuizen, en hierbij gebouw en gebruik aan elkaar koppelt. Energiestromen Het eerste waar Royal HaskoningDHV naar kijkt bij het initiëren van besparende maat regelen zijn de energiestromen binnen een ziekenhuis, aldus Overdijk. “Vraagt het gebouw de hoeveelheid energie die het zou mogen vragen of gaat er veel meer energie in? Daarbij kun je bepaalde warmte-eisen aan de kaak stellen. Moet bijvoorbeeld de temperatuur het hele jaar door 21 graden zijn of mag het in de zomer misschien best iets warmer en in de winter best iets koeler zijn? Het is heel belangrijk om wat meer de bandbreedtes en de marges daarin te onderzoeken.” Geen overbodige luxe, gezien de uitdagingen waar ziekenhuizen voor staan. Een van de knelpunten zijn bijvoorbeeld de stoomketels en bijbehorende stoomvraag. “Door kritisch te kijken naar het gebruik en dit waar nodig elektrisch op te lossen, hebben we een heel stoomnet uit een ziekenhuis geëlimineerd en al doende het gasgebruik verminderd”, vertelt Overdijk. Een ander heikel punt is de behoefte aan warm tapwater. “Daarvoor staat nu de WKK opgesteld en ook daar kijken we hoe een ziekenhuis dat anders kan inrichten. Heeft elke afdeling, elke behandelkamer wel een eigen wastafel met warm water nodig? Immers, we wassen steeds minder met warm water, mensen overnachten minder in het ziekenhuis, douchen daar niet meer. Ook daar kun je je nieuwe ontwerp op aanpassen.” ‘Circulariteit is de nieuwe energietransitie’ 7

duurzaam | 5-stappenplan naar een toekomstvast vastgoedportefeuille (© RHDHV) Meten = weten Zowel Kuijpers als Overdijk benadrukt het belang van inzicht in het energiegebruik, om te achterhalen waar winst te behalen is. “Met die data kun je bijvoorbeeld aantonen dat een ziekenhuis maar heel weinig warm water op afdelingen gebruikt, terwijl daar wel zoveel kuub aardgas voor verstookt wordt. Dergelijke metingen helpen om de discussie aan te gaan met het bestuur en ook uitspraken te doen over hoe het anders kan en wat een ziekenhuis dan bespaart.” De elektrische voorziening is een andere bottleneck, want met het elektrificeren stijgt ook de elektriciteitsbehoefte van het ziekenhuis. “Omdat het elektriciteitsnet in Nederland niet zwaar genoeg is, is dit in heel ons land een groot probleem. Een ziekenhuis kan wel zeggen dat het twee keer zo veel elektriciteit uit de kabel wil hebben, maar dat kan niet. Sommige ziekenhuizen overwegen daarom een eigen zonnepark. Ook dat vraagt samenwerking met gemeente en netwerkbeheerder.” Renovatie of nieuwbouw? In geval van nieuwbouw zijn verduurzamingsmaatregelen eenvoudiger door te voeren dan in bestaande bouw. “Maar ook in een bestaand ziekenhuis heb je een aantal natuurlijke momenten om te verduurzamen. Bijvoorbeeld tegelijkertijd met onderhoud aan de hand van het MJOP, in geval van renovatie of wanneer de zorgvraag verandert, waardoor zaken moeten worden aangepast”, stelt Kuijpers. Spira sluit zich hierbij aan. “In het kader van de verduurzamingsvraag is het heel belangrijk dat je je huisvesting op orde hebt. Welke gebouwen heb ik, wat is de vraag aan het ziekenhuis, hoe gaat de zorg zich in de toekomst ontwikkelen? Kan de huisvesting van vandaag die vraag aan in de toekomst? Die 8 FMT | februari 2022 vragen zijn ook bepalend voor een besluit tot grootschalig renoveren of slopen en nieuwbouw.” Sloop en nieuwbouw lijkt wellicht een aantrekkelijke optie om te verduurzamen, maar Overdijk plaatst daar een kanttekening bij. “Die betreft de zogeheten ‘embodied carbon’, de CO2 -uitstoot die gepaard gaat met het produceren van materialen voor een heel nieuw ziekenhuis. In feite stoot je dan een hoeveelheid CO2 uit over de hele bouwketen en het sloopproces, die gelijk staat aan wat je vele jaren daarna nog aan operationele CO2 uitstoot. Nieuwbouw lost dus niet alle problemen op. We adviseren opdrachtgevers dan ook om rekening te houden met CO2 Commitment van bovenaf Het mooie van de routekaarten is dat ze ziekenhuizen bewust maken van de CO2 -uitstoters in de hele keten kan de RvB de meest effec-uitstoot in de hele bouwketen. Daar word je misschien nu nog niet op afgerekend, maar over een aantal jaren wellicht wel.” -stromen in de gehele bedrijfsvoering: van energiegebruik tot medicijnen, disposables, inventaris en mobiliteit. “Op basis van inzicht in de grote CO2 tieve maatregelen kiezen en laten uitvoeren. En ook grotere vraagstukken oppakken: past dit gebouw, deze organisatie bij de zorgprofielen over vijftien jaar? Met andere woorden, hoe wil je verder met je organisatie en assets”, aldus Spira, die benadrukt dat commitment van bovenaf onontbeerlijk is. “Het uitwerken en uitvoeren van de plannen in de routekaart gaat gepaard met hoge kosten. Zo’n besluit ligt op tafel bij de RvB. Bij sommige ziekenhuizen is verduurzaming een thema, bij andere nog niet.”

Amsterdam UMC, Imaging Centre - Zorggebouw van het Jaar 2020 Amsterdam UMC, Imaging Centre - BREEAM gecertificeerd Overdijk en Kuijpers onderschrijven dat commitment nodig is om meer lange termijn te denken, daar een strategie op te ontwikkelen, de plannen overal in de organisatie te laten landen en alle partijen erbij te betrekken. “De opgave is te groot om het als losse projecten te zien, op een gegeven moment grijpt het allemaal op elkaar in. Daarom is het belangrijk die overview te houden, regie te pakken en te weten welk effect het één op het ander heeft. Als je daar op voorbereid bent, kun je kansen optimaal benutten. Dat betekent ook keuzes durven maken. Nu wachten tot je ‘iets’ met waterstof kunt, dan weet je zeker dat je in 2050 niet CO2 -neutraal bent.” De routekaart geldt daarbij als check. “Een compleet programma waar je de komende tien jaar mee bezig gaat en bij elke stap nadenkt of deze in lijn is met de afgesproken ambities.” Helikopterview De meeste ziekenhuizen staan welwillend tegenover verduurzaming, is de ervaring van RHDHV, maar moeten wel een drempel over om de routekaart echt te gaan implementeren. “Dan blijkt weer de kracht van data. Het energiegebruik is inzichtelijk, net als de vereiste maatregelen om de stip in 2030 te halen. Dan is de routekaart niet alleen een mooie rapportagetool richting RvB, maar ook een manier om de hele organisatie aan te haken. Alle keuzes en maatregelen op het gebied van vastgoed of onderhoud hebben namelijk impact op het behalen van de ambities. Het kan bijvoorbeeld enthousiasmerend werken als technisch medewerkers zien hoeveel kuub aardgas er jaarlijks bespaard wordt doordat zij warmtepompen geïnstalleerd hebben.” Op dit moment begeleidt Royal HaskoningDHV een aantal ziekenhuizen bij het implementeren van de routekaart. In dat kader noemt Spira het denken in terugverdientijden niet meer van deze tijd. “Verduurzamen doe je voor de toekomst, omdat het moet gebeuren. Als maatschappelijke organisatie hebben ziekenhuizen een grote verantwoordelijkheid om klimaatverandering tegen te gaan en zo de gezondheid van mensen te bevorderen.” Die helikopterview is tekenend voor Royal HaskoningDHV, dat verder kijkt dan de energietransitie. “Als de CO2 -reductie geregeld is, kun je een vinkje zetten. Hetzelfde geldt voor het maatregelenpakket voor gebouwen om energie te besparen; ook dat is op een gegeven moment klaar. Maar de circulaire gedachte gaat veel verder en betreft de bedrijfsvoering, inkoop, materialen en mobiliteit. Dat beseffen organisaties nog onvoldoende en er is regel geving voor nodig om dat te veranderen. In feite is circulariteit de nieuwe energietransitie.”  Meer informatie: https://global.royalhaskoningdhv.com/nederland 9

actueel | Erasmus MC krijgt campus Het Erasmus MC krijgt een campus, waar gezondheidszorg, technologie en ondernemerschap samenkomen. Zorgorganisaties, innovatieve bedrijven op het gebied van gezondheid en technologie, onderwijs- en onderzoeksinstellingen werken hier in de toekomst samen om de nieuwste technologische ontwikkelingen in de praktijk te brengen. Dit staat in het Masterplan 2050 voor de Erasmus MC Campus dat het Rotterdamse College van B&W heeft vastgesteld. Nieuwbouw vanaf 2024 De ontwikkeling van de campus is al in gang gezet en voltrekt zich in fasen. Vanaf 2024 komt het project in een versnelling, door de start van nieuwbouwprojecten en ingebruikname van een verzamelgebouw voor onder andere startup bedrijven. Als eerste start de transformatie van gebouwen aan de zijde van de ’s-Gravendijkwal en de Westzeedijk. De verouderde gebouwen aan de ’s-Gravendijkwal, waaronder het oude Dijkzigt ziekenhuis en de voormalige zusterfl at, maken plaats voor locaties voor externe zorg, onderzoek Beeld: diederendirrix architectuur & stedenbouw en onderwijspartijen. Er is ruimte voor een uit breiding van ongeveer 361.000 m2 in de nieuwe campus. In 2027 zijn de eerste nieuwe gebouwen gereed. Het slotstuk van het project is de aanpak van de zone aan het Museumpark. Duurzaamheid Duurzaamheid krijgt een belangrijke plek in de ontwikkeling. Denk aan groene daken en dak - terrassen, waterbergingen voor de opvang van regenwater en energieneutrale gebouwen. De stichting Rotterdam Square tekent voor de ont wikkeling van een innovatief ecosysteem op de campus. UW PARTNER IN MEDISCH MEUBILAIR Samen zorgen we voor de meest optimale inrichting OPSLAG EN DISTRIBUTIE VAN MEDICATIE INRICHTING DAGBEHANDELKAMER VERPLEEG- EN ZIEKENHUISBEDDEN PERSOONLIJK ADVIES OP MAAT 10 FMT | februari 2022 MEDIFIX B.V. Nijverheidsweg 8 5071 NK Udenhout T: +31 13 511 11 11 E:  W: 

tekst • Frank van Wijck | zorgcapaciteit Investeren in PACU-bedden biedt op meerdere fronten voordelen Uitbreiding van het aantal PACU-bedden in de Nederlandse ziekenhuizen is niet alleen zinvol om ruimte te bieden voor de inhaalzorg die door de coronacrisis nodig is, stelt de Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie. Het biedt ook een alternatief voor (IC-)verpleegkundigen die een andere wending aan hun carrière willen geven. Bovendien versterkt het de pandemische paraatheid van de zorg en geeft het ook buiten crisistijd meer fl exibiliteit in de zorgplanning, omdat het helpt om de operatiecapaciteit te garanderen en het doorgaan van operaties daarmee niet afh ankelijk is van de beschikbaarheid van een IC-bed. De Post Anesthesia Care Uni (PACU) van het Amsterdam UMC | foto: Leeuwenkamp Architecten H et was een heldere boodschap – en een sterke oneliner – van de Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie: ‘Meer PACU-bedden kunnen inhaalzorg redden’. De NVA deed deze oproep in november 2021, toen duidelijk werd dat de eerder geuite ambitie om tempo te maken met het inhalen van de uitgestelde reguliere zorg niet realistisch bleek. Niet alleen omdat de coronacijfers wederom buiten gewoon ongunstig waren, maar ook omdat de zorgprofessionals in het ziekenhuis die zorg verleenden aan coronapatiënten uitgeput raakten en twijfelden of ze wel in de zorg willen blijven werken. PACU staat voor Post Anesthesia Care Unit. Een speciale bewakingsunit op of nabij de operatieafdeling waar de patiënt postoperatief een nacht wordt opgenomen om intensief te worden bewaakt en zo nodig ook beademd. “Het onderscheid tussen een PACU-bed en een IC-bed is duidelijk”, vertelt Caroline van der Marel, voorzitter van de NVA. “Een patiënt heeft 24 tot maximaal 48 uur intensieve bewaking nodig. Is dit gedurende langere tijd nodig of is er sprake van hoog complexe ondersteuning van de vitale functies, dan hoort een patiënt op een IC-bed. Ziekenhuizen zijn vertrouwd met het begrip PACU-bed op basis van ingrepen waarbij deze zorg na de operatie nodig is of bij aandoeningen als het slaapapneu-syndroom.” Oproep aan het kabinet De NVA deed met haar bovenvermelde boodschap een dringende oproep aan het kabinet om meer PACU-bedden beschikbaar te stellen in de Nederlandse ziekenhuizen. “Het is een praktische oplossing die de druk op de IC en op het zorgpersoneel kan verlichten”, zegt Van der Marel. “Bovendien kan met de uit breiding de inhaalzorg doorgang blijven vinden. We hebben de toezegging van het kabinet dat naar ons voorstel zal worden gekeken op het moment dat het zich gaat buigen over lange termijn oplossingen voor de nu bestaande problematiek. Inmiddels is hiermee een expertteam en een taskforce bezig.” Op dit moment beschikken twintig ziekenhuizen in ons land over PACU-bedden. “We hebben een rondgang gedaan en hebben daarbij de verzekering gekregen dat meer ziekenhuizen hiermee aan de slag willen”, zegt Van der Marel. “Natuurlijk is het wel zaak om daarbij te kijken of het ziekenhuis ervoor geschikt is. Het Antonius Ziekenhuis in Nieuwegein en het Catharina Ziekenhuis in Eindhoven bijvoorbeeld zijn er vanwege hun activiteiten op het gebied van hartzorg al vertrouwd mee. Voor andere ziekenhuizen is het nog een minder bekend gegeven. Vanuit sommige ziekenhuizen kregen we bijvoorbeeld de vraag of het voor inrichting van PACU-bedden nodig is de IC te verkleinen. Dat is het niet. Het is een aanvulling, het zijn gealloceerde bedden. Een uitslaapkamer biedt al een goede mogelijkheid om PACU-bedden in te richten.” 11

Caroline van der Marel, voorzitter van de NVA. Extra carrièreperspectief Voor een PACU-bed is monitorings- en beademingsapparatuur nodig. “Geen volledige IC-apparatuur zoals bijvoorbeeld nierfunctievervangende therapie dus”, verduidelijkt Van der Marel. “Elke uitslaapkamer heeft al monitoringsapparatuur. Beademingsapparatuur is er vaak ook wel, en ziekenhuizen hebben daarin natuurlijk ook fors geïnvesteerd in de eerste golf van de coronacrisis.” De personele bezetting is anders dan op de IC. Daar is die één op één of maximaal één op twee. Bij PACU volstaat één op drie of vier. “Je moet er wel een kwalificatie voor hebben als IC-verpleegkundige”, zegt Van der Marel. “Of je kunt als afdelingsverpleegkundige een opleiding volgen, die een jaar vergt. Op dit moment zien we in de ziekenhuizen een enorme uitstroom van IC-verpleegkundigen, onder andere door de hoge werkdruk die de coronacrisis met zich mee heeft gebracht. Gebrek aan alternatief speelt hierin ook een rol. Het kan in een bepaalde levensfase prettig zijn tijdelijk of voor langere tijd iets anders te gaan doen, dat wel aansluit bij je expertise. Als een ziekenhuis beschikt over PACUbedden, is die mogelijkheid er. De dynamiek is er anders dan op de IC, de turnover is er veel hoger en de wijze van samenwerken is anders. Bovendien is het werk emotioneel minder belastend. Op de IC overlijdt natuurlijk een deel van de patiënten.” 12 FMT | februari 2022 'PACU-bedden kunnen de druk op de IC en op het zorgpersoneel verlichten' Voordelen voor de toekomst De NVA kijkt met haar oproep om meer PACU-bedden beschikbaar te hebben in de ziekenhuizen nadrukkelijk verder dan de corona situatie van nu. “Het betekent ook een versterking van pandemische paraatheid”, stelt Van der Marel. “Je hebt immers meer bedden beschikbaar met de mogelijkheid van monitoring en beademing. De coronapandemie heeft wel laten zien hoe belangrijk dat is.” Zou dit betekenen dat Nederland het Duitse zorgmodel gaat volgen? “Dat is maar hoe je het bekijkt”, stelt Van der Marel. “De zorg is er anders georganiseerd dan in Nederland. Van het centraliseren van zorg is daar geen sprake. Maar de differentiatie die er bestaat is wel waardevol. Duitsland telt de daar beschikbare PACU-bedden mee in het totale aantal ICbedden. Dat zijn het natuurlijk niet, maar ze geven wel wat rek op je IC-capaciteit. In Nederland ging het opschalen van de IC-capaciteit vorig jaar ten koste van de operationele capaciteit, er waren geen IC-bedden meer voor reguliere zorg. Die beschikbaarheid behoud je met PACU-bedden tot op zekere hoogte wel.” Hoe kijkt Van der Marel dan naar de toekomst? “De inhaalzorg blijft voorlopig nog een enorme uitdaging”, zegt ze. “Maar het is niet de enige, want we hebben in de samenleving ook te maken met vergrijzing en de daarmee gepaard gaande toename van het aantal complexe aandoeningen op hogere leeftijd. De behoefte aan gemonitorde bedden zal dus alleen maar toenemen. Gedifferentieerde uitbreiding is dan logisch. Ook buiten crisistijd, want voor de doorloop van het OK-programma is het ziekenhuis altijd afhankelijk van de IC-bedden die het beschikbaar heeft. Het verbaast mij dan ook niet dat we op onze oproep terug horen dat mensen het een logisch voorstel vinden. In de ziekenhuizen die over PACU-bedden beschikken, zijn de snijdend specialisten daarover zeer te spreken. Het vergroot hun ruimte om het OK-programma volgens planning te kunnen uitvoeren.” 

tekst • EQUANS foto's • Pedro Sluiter | veiligheid EQUANS verzorgt voor 25 jaar beheer en onderhoud Slimme techniek ondersteunt veiligheid in Isala Meppel

veiligheid | In het groene Reestdal opent Isala Meppel in maart 2022 de deuren van het eerste all-electric ziekenhuis van Nederland. Het consortium TDE (Trebbe, Dura Vermeer en EQUANS) realiseert de bouw van het ziekenhuis en het inpandige geriatrische revalidatiecentrum Noorderboog. De komende 25 jaar is EQUANS verantwoordelijk voor de optimalisatie van de energievoorziening en het beheer en onderhoud van het ziekenhuis. Hoe is de discipline veiligheid met brandveiligheid, toegangscontrole en camerabeveiliging ingevuld voor deze lange periode? Welke duurzame keuzes zijn er gemaakt? 14 FMT | februari 2022

| veiligheid Door eenheid van ontruimen op alle locaties blijft uitwisseling van personeel mogelijk Ascom als partner in veiligheid Het unieke is dat voor brandveiligheid, toegangscontrole en camerabewaking het ziekenhuis in Meppel op afstand wordt bestuurd vanuit een centrale meldkamer in Zwolle. Dit is vanuit Isala Zwolle begeleid door Freddy Schuurman, adviseur Gebouwbeheer en Natasja Kommer, adviseur veiligheid, brand en BHV van het Facilitair Bedrijf. Namens Ascom was Joeri Claus, account manager Fire Safety & Security aanspreekpunt voor het leveren van de technische veiligheidsoplossingen. "De vraag hiervoor hebben we in een zeer vroeg stadium in de markt gezet", licht Rockers toe. "De keuze viel op Ascom. Continuïteit, kwaliteit en duurzaamheid waren daarbij doorslaggevend en aan alles merkte ik dat Ascom actief wilde meedenken over het inzetten van goede en duurzame producten die lange tijd meegaan." D e belangrijkste succesfactor volgens projectleider Jan Rockers van EQUANS: "In alle fases van ontwerp, engineering tot en met de bouw hebben we samen met opdrachtgever Ascom, specialisten van toeleveranciers, de brandweer en inspecteur brandmeldinstallaties en ontruimingsalarminstallaties gekeken naar optimale en duurzame oplossingen. Die vroegtijdige open en transparante samenwerking verhoogt de betrokkenheid en de oplossingsgerichtheid. En het voorkomt ongewenste verrassingen: als we de veiligheidsinstallaties straks live gaan testen, verwacht ik dat we het voor 95% goed doen." Prestatiecontract Steeds meer ziekenhuizen concentreren zich op de primaire zorgprocessen en besteden secundaire processen uit, zoals energievoorziening en beheer en onderhoud van gebouwen, parkeerterreinen en technische installaties. Isala Meppel heeft zelfs een uniek beheer- en onderhoudscontract voor 25 jaar getekend. Het ziekenhuis heeft daarbij goed inzicht in de total cost of ownership. "De risico's liggen bij de marktpartij die kennis heeft van de steeds complexer wordende techniek", vertelt Rockers. "Het is een prestatiecontract, waarbij wij worden uitgedaagd te kijken hoe we met innovatieve, slimme en duurzame technologie de exploitatielasten beheersbaar kunnen krijgen. Ik vind het uitbesteden een slimme stap. Isala weet voor de komende 25 jaar waar ze qua investeringen in veiligheid aan toe zijn." Zonering voor ontruiming "De kern van brandveiligheid is dat we met slimme techniek de veiligheid van personeel, patiënten en bezoekers willen bewaken", stelt Freddy Schuurman. "We hebben goed gekeken naar de zonering: als we gaan ontruimen, wat gaat er open en wat blijft er dicht? De uitdaging is dat je natuurlijk te maken hebt met een ziekenhuis én een zorginstelling voor geriatrische bewoners. Je kunt niet zo maar alle deuren opengooien, want dan kunnen bewoners van afgesloten afdelingen gaan zwerven. Ook heb je binnen een ziekenhuis te maken met OK's, ruimtes waar medicijnen of gassen zijn opgeslagen en patiënten die op apparaten zijn aangesloten." Natasja Kommer: "We hebben meegedacht over de brandscheidingen, zones en stuurzones en de wijze van alarmeren. In eerste instantie was het voorstel om bij brand alle deuren van het hele pand dicht te laten vallen. Toen heb ik tegen Jan Rockers gezegd dat dit geen oplossing voor ons zou zijn. De ziekenhuispraktijk leert namelijk dat er in no time lepels en vorken onder de branddeuren liggen om ze te blokkeren. Voor het patiëntenverkeer is het heel onhandig als alle deuren voor langere tijd gesloten zijn. Zeker in het begin als je storingen hebt, die ervaring hebben we eerder al gehad. EQUANS luisterde naar ons advies en we hebben gekozen voor vijf compartimenten, vijf logische zones die we afzonderlijk kunnen sluiten. Je verzamelt bij een ontruiming dus achter de eerstvolgende brandscheiding en hoeft het gebouw niet uit. Het effect bij een eventuele brandmelding is dan zo klein mogelijk voor de hele organisatie. Rockers: "Als je meer fragmenteert, betekent dat automatisch meer installatiewerk, dan moet je wel in gesprek gaan over klantwens en budget." Bij brand wordt er een stil alarm gegeven. "Geen gillende sirenes dus, alle meldingen gaan via de telefoon", legt Kommer uit. "Door met kleurcodes te werken, zal iedereen weten waar er brand is. In een aantal gebieden, zoals de grotere wachtkamers komen er attentiesignaalgevers." 15

veiligheid | Inspecteur vroegtijdig inschakelen EQUANS heeft de inspecteur brandmeldinstallaties en ontruimingsalarminstallaties bewust en op verzoek van Isala betrokken bij de ontwerp- en de engineeringsfase. Rockers: "Dat is niet gebruikelijk. Isala wilde in Meppel met hetzelfde inspectiebedrijf werken als in Zwolle. Deze inspecteur kent de organisatie goed en kon zijn ervaring inbrengen in het PvE. Hij is drie keer op de bouwlocatie wezen kijken en heeft gezien wat er allemaal in de plafonds is verwerkt." Kommer: "De inspecteur werd als denktank gebruikt en dat waarderen wij enorm Die ruggensteun van zo'n inspecteur helpt en fijn dat EQUANS open stond voor aanbevelingen en aan de slag ging met zijn verbeterpunten." Zorgpersoneel als ontruimers "Wij zijn afhankelijk van de lokale brandweer”, vertelt Natasja Kommer. "Onze BHV'ers zijn getraind in blusmiddelen, maar doen niet aan brandbestrijding. Hun primaire taak is het ondersteunen van de ontruiming. Bij veiligheid kijken we naar de patiënt, maar vooral naar de zorgmedewerker. De BHV'er en een coördinator van de afdeling leiden samen de ontruiming. De coördinator kent de afdeling als geen ander en weet bijvoorbeeld waar gevaarlijke stoffen liggen. De verpleegkundigen evacueren de patiënten, zodat het medische gedeelte goed is geborgd. Via een op maat gemaakte e-learning trainen we het zorgpersoneel hoe je alarmeert en welke stappen je moet ondernemen. Ontruimen is samenwerken volgens vaste procedures en zo werken we op alle locaties van Isala. Door die eenheid van ontruimen kun je zorgpersoneel uitwisselen. Wij hebben één noodnummer voor beide locaties. Dan kom je altijd uit in onze centrale meldkamer in Zwolle en die stuurt de BHV'ers in Meppel aan. In het nieuwe ziekenhuis zijn er zo'n 20 afdelingsnoodplannen die minimaal één keer per jaar worden geoefend." Slimme rook- en brandmelders Op basis van die zonering is er een tekening gemaakt. Joeri Claus: "Wat is waar nodig aan melders, hoe zit het met toegangscontrole, waar zijn de vluchtwegen en hoe verloopt de ontruiming? Bij het maken van de plannen is de brandweer continu aangehaakt geweest. De apparatuur is state of the art en gaat lang mee. De geselecteerde optische rookmelder met DYFI+-technologie controleert zichzelf 24 uur per dag op vervuiling door stof. Deze algoritmen analyseren continu de omgevingsinvloeden, evalueren de veranderingen en passen zo nodig de gevoeligheidsinstelling van de automatische melders aan. Deze methode reduceert het aantal ongewenste brandmeldingen met gemiddeld 70 procent ten opzichte van een traditionele aanpak. 16 FMT | februari 2022 Toegangscontrole vanuit Zwolle Het toegangsbeleid van Zwolle is over Meppel heen gelegd. Er wordt gewerkt met kleuren om de toegang inzichtelijk te maken voor gebruikers. Groene gebieden zijn altijd voor iedereen toegankelijk. Geel gaat na een bepaalde tijd dicht en is alleen toegankelijk met toegangspas. Rood is alleen te betreden voor geautoriseerde medewerkers. Isala Meppel maakt gebruik van online toegangscontrole: het toegangscontrolesysteem wordt bestuurd vanuit de centrale meldkamer in Zwolle. Alle benodigde elektronica is hiervoor in de deuren verwerkt. Freddy Schuurman: "We hebben in Meppel geen SALTO-sloten met batterijtjes die je moet vervangen: alles is bedraad en op afstand uit te lezen. Dat is een hele vooruitgang."

| veiligheid Bouwpartners Isala Meppel • Bouw: TDE, een samenwerking tussen Trebbe, Dura Vermeer en EQUANS (voorheen ENGIE Services) met Ascom (Nederland) B.V. als onderaannemer voor Safety & Security Remote camerabewaking In Isala Meppel komt in de Centrale hal een centrale balie voor de ontvangst van patiënten en bezoekers. Verder wordt alles georganiseerd vanuit de beheerloge in Zwolle. Joeri Claus: "Als er in Isala Meppel een deur wordt geopend, kunnen ze dat via de camerabeelden in Zwolle zien. Die remote aansturing maakt het invullen van veiligheid best wel bijzonder. Daarom heb ik gesprekken gehad met het hoofd Beveiliging van Zwolle om naar de specifieke eisen te kijken. Iedereen moet bijvoorbeeld veilig op de Spoedeisende hulp kunnen werken, dus hoe richt je dat zo goed mogelijk in met camera's en toegangscontrole, zonder al teveel hardware nodig te hebben? Wat wil je als gebruiker zien op welke afdelingen? In het beginstadium zijn we uitgegaan van de standaardcamera's met één lens. Uiteindelijk hebben we met Isala en EQUANS de keuze gemaakt voor geavanceerde IP-camera's met vier lenzen op bepaalde locaties. Camera's ontwikkelen zich snel, dus je wilt producten aanschaffen die langer meegaan. Omdat het IP-camera's zijn, heb je de datalijnen en bandbreedte nodig. Ook hier hebben we om de tafel gezeten met ICT van Isala." 25 jaar onderhoud en beheer Als Ascom alles in bedrijf heeft gesteld, gaat het contract voor 25 jaar beheer en onderhoud lopen. Claus: "Ook de vervanging van producten is meegenomen in het contract. We hebben daarom voor duurzame kwaliteitsproducten gekozen met een lagere vervangingsgraad. Dit scheelt enorm in het beheer en onderhoud. Ook voor de andere produc• Ontwerp: Architectenbureau Vakwerk Architecten en ingenieursbureau Deerns. ten zijn we hierover in gesprek gegaan met fabrikanten, omdat je exact wilt weten hoe lang techniek meegaat en wordt ondersteund. Met camera's weet je dat die geen vijftien jaar, maar zeven jaar meegaan, want de techniek verandert daar snel." Ruimte voor optimalisatie en innovatie De oplevering van het nieuwe ziekenhuis vond eind 2021 plaats, en in maart van dit jaar wordt het ziekenhuis in gebruik genomen. In het eerste kwartaal start het proefdraaien. In het nieuwe ziekenhuis komt er een nieuwe beheerorganisatie namens EQUANS die niet meer onder het ziekenhuis valt. Freddy Schuurman: "Ik ben reuze benieuwd naar de nieuwe inzichten voor beheer en onderhoud. Het contract is trouwens niet in beton gegoten. Beide partijen hebben ruimte voor optimalisatie en innovatie. In het PvE hebben we bijvoorbeeld gesteld dat de brandweer in de toekomst ons gebouw via een tablet kan benaderen, zodat ze na een melding onderweg al weten in welke sectie op welk gebied een brand is ontstaan binnen het ziekenhuis. Wellicht kunnen we daar ook extra informatie aan koppelen, bijvoorbeeld over opgeslagen materialen."  Meer informatie: www.equans.nl 17

duurzaam | tekst • Esmee Meijs, Zakmes Agency Verduurzaming zorg zet door mede dankzij de coronapandemie Binnen zorginstellingen wordt hard gewerkt om de afspraken uit het Klimaatakkoord van Parijs (49% minder CO2 -uitstoot in 2030) te halen. ‘We zijn er nog niet’ is een veelgehoorde kreet, maar in gesprek met een drietal NVTG-leden lijken de duurzaamheidsdoelstellingen wél binnen handbereik. Waar staan we nu? NVTG-bestuurslid en moderator Victor Pastoor (Arcadis) ging in gesprek met Ronald van Lier (projectleider gebouwen services van Reinier de Graaf Gasthuis in Delft), Jelle Bos (manager huisvesting van Spaarne Gasthuis in Hoofddorp en Haarlem) en Eric Mimmel (directeur servicebedrijf bij Radboud UMC in Nijmegen). H oe bereik je in de gezondheidzorg een succesvolle energietransitie? En welke duurzaamheidsaspecten zijn belangrijk? In het Reinier de Graaf Gasthuis in Delft staat de eigen ontwerpfilosofie aan de basis voor verduurzaming. Ronald van Lier: “Duurzaamheid kan je op verschillende manieren opvatten: wij proberen de interne verbouwingen zoveel mogelijk in dezelfde ontwerpfilosofie weg te zetten. Zo krijg je later een gebouw dat goed te beheren of te demonteren is. Daarom moet de schil - de behuizing - van goede kwaliteit zijn. Als we 2010 als referentiepunt nemen, zijn we van ver gekomen: dat betekent dat we nu op 75 procent CO2 -reductie zitten. Onze nieuwbouw gaf een enorme impuls aan de verduurzaming van het vastgoed. De keuze voor duurzame materialen zijn heel bepalend voor de bouw geweest. Omdat we zo goed geïsoleerd zijn, is het niet meer een kwestie van alleen de warmte opwekken, maar vooral om de warmte binnen je eigen pand te distribueren. Je ziet dat er bij onze gebouwen een behoorlijk overschot aan warmte is, daarom exporteren we restwarmte naar de buren: een appartementencomplex.” Green Deal Duurzame Zorg als startpunt Ook het Spaarne Gasthuis stond jaren geleden voor die enorme uitdaging om te verduur zamen. Manager Jelle Bos: “Wij hebben als ziekenhuis de Green Deal Duurzame Zorg ondertekend. Dat was hét startpunt om de duurzaamheidsmaatregelen in ons ziekenhuis concreter te maken. Dat hebben wij vertaald in de ambitie 'duurzame huis vesting' als onderdeel van onze bredere duurzaamheidsbeleid. De nieuwe centrale sterilisatieafdeling van onze nieuwbouw is een mooie mijlpaal. 18 FMT | februari 2022 Daar gaan we van het aardgas af; dat is een enorme stap. Wij zien het als noodzakelijk in onze transitie. Als ziekenhuis komen we nu in een nieuwe fase. Wanneer je naar onze CO2 -routekaart kijkt, hebben wij het voornemen om een nieuw ziekenhuis te bouwen in Haarlem-Zuid en dat gaat een enorme boost geven aan de energietransitie. Sommige onderdelen zijn weerbarstiger: medicijnresten uit afvalwater, daar worstelen we mee hoe we dat op een goed manier kunnen doen. Daar hebben we de keten echt bij nodig, dat is niet iets dat je als ziekenhuis alleen kunt.” Bouwen voor de toekomst Eric Mimmel (directeur servicebedrijf bij Radboud UMC in Nijmegen) vult aan: “We zijn tien jaar geleden gestart met nieuwbouw op ons terrein. Als wij de destijds geldende normen hadden aangehouden, werd er nu een gebouw opgeleverd dat het allemaal nét niet was. Gelukkig stond duurzaamheid al heel hoog in het vaandel. Toen al bestonden onze ontwerpprincipes uit ‘laag in energieverbruik’ en ‘weinig tot geen gas’. Dát betekent dat er een toekomstbestendig pand is ontworpen. Een ander mazzeltje was de betrokkenheid van een visionair in de ontwerpfase. Er werd toen al benadrukt dat de zorg niet altijd meer vanuit een ziekenhuis zal worden aangeboden in de toekomst. Dat heeft ertoe geleid dat we destijds al naar zo min mogelijk vierkante meters wilden. We krimpen in deze bouwslag van 450.000 naar 380.000 vierkante meters. Daarbij hebben we nog een aantal panden op het terrein staan die zodanig fl exibel zijn, dat je die makkelijk kan afstoten en nog verder kan krimpen. Ons ziekenhuis heeft een aantal hele dure faciliteiten. Het was altijd

NVTG nodigt je uit Word ook lid van de NVTG. Praat mee met actuele onderwerpen en vertel ons waar jij zoal tegen aan loopt, deel kennis hoe je daar mee omgegaan bent. Neem als NVTG-lid deel aan één van de ronde tafelgesprekken in 2022! “De Green Deal Duurzame Zorg was hét startpunt om de duurzaamheidsmaatregelen in het Spaarne Gasthuis nog concreter te maken.” www.NVTG.nl gebruikelijk dat alle specialismen eigen faciliteiten hadden. Bij de vorige renovatieslag is besloten om met één grote OK te werken. Dit gaan we ook in de nieuwbouw terug laten komen. Zo’n centrale voorziening is een stuk effi ciënter qua kosten en ruimtegebruik, terwijl je toch dezelfde kwalitatief goede zorg kunt bieden. Ook is de beweging ontstaan van bezit naar gebruik. Dat passen we nu ook toe op meer elementen: meubilair en medische technologie. Die fi losofi e van alweer tien jaar geleden zorgt ervoor dat we nu staan waar we staan. De besluiten van toen hebben ons ook geholpen om de coronatijd door te komen.” Gasgebruik als fi nancieel risico Ronald, inhakend op het terugdringen van het gasgebruik: “Een aantal jaren geleden hebben we bij de ontwerpfi losofi e van onze nieuwbouw aardgas al als bedrijfsrisico bestempeld. Gas is een factor die het budget fl ink positief of negatief kan beïnvloeden. Vooral dit jaar komt dat tot uiting, doordat de prijzen zo zijn gestegen. Op het moment dat je gas als bedrijfsrisico bestempelt, dan ben je ook van de achterliggende CO2 kiezen we voor een contract met een energieleverancier die specifi ek voor ons CO2 -neutrale energieopwekking heeft neergezet in Nederland. Dat contract hebben we een paar jaar geleden al afgesloten. Dichterbij kan je niet komen. Het alternatief was zelf een paar wind molens neerzetten, wat niet mogelijk is op ons terrein. We vinden dat we op die manier er alles aan hebben gedaan wat we kunnen.” -problematiek af. Met andere woorden: het 2030-doel behaal je ook door de fi nanciële risico’s die gepaard gaan met gasgebruik te benoemen. Ze komen dit jaar ook aan het licht. Dat hebben wij een aantal jaren geleden al als vak ingezet.” Erik: “Ik vind dat een hele goed tip voor andere vastgoedmanagers. Het zorg je ervoor dat gas op de bestuursagenda komt? Door het onder de aandacht te brengen als fi nancieel bedrijfsrisico. Dat maakt het nog urgenter. In 2030 willen wij energieneutraal zijn: op ons eigen terrein kunnen we nooit on-site de energie opwekken die we nodig heben. Dus Corona als versneller De coronapandemie werkt als ijkpunt. Voor alle betrokkenen in dit gesprek werd het een eyeopener. Wat gaat goed en wat moet beter? Jelle: “Verduurzaming is te behalen door het reduceren van vierkante meters. Wij gaan naar een kleiner en compacter ziekenhuis met 20 tot 25% minder vierkante meters. Als ik kijk naar het reduceren van het aantal vierkante meters, zie ik de coronapandemie als wind in de rug bij het doorvoeren van deze transitie. Het aansturen op zorgconsulten op afstand - wat nu echt een vlucht heeft gekregen – was vóór corona moeilijk bespreekbaar, terwijl we nu noodgedwongen bezig zijn met teleconsulting. Maar ook het moeten spreiden van de patiënten in de wachtkamers op anderhalve meter, waardoor er meer noodzaak is de patiënten digitaal te laten inchecken, neemt een vlucht. In onze vastgoedstrategie was al terug te lezen dat we met minder vierkante meters voor de ondersteuning toekonden. Ook dat was toentertijd moeilijk bespreekbaar en realiseerbaar. Nu zitten we – weliswaar noodgedwongen - gedeeltelijk thuis en ziet iedereen dat het wel degelijk mogelijk is.” Erik: “Ik denk dat dat zeker klopt. We werkten altijd al zo min mogelijk op vaste locaties – nu ook buiten de campus. We gaan veel meer 19

“Een aantal jaar geleden hebben we bijvoorbeeld aardgas al als bedrijfsrisico bestempeld.” Jelle Bos, Spaarne Gasthuis in Hoofddorp en Haarlem : “Onze voorgenomen nieuwbouw in Haarlem-Zuid gaat een enorme boost geven aan onze energietransitie.” “Verduurzaming is te behalen door het reduceren van vierkante meters. Wij gaan naar een kleiner en compacter ziekenhuis”. digitale poli’s doen en dat willen we versneld doorzetten. Dat heeft ertoe geleid dat we een plan hebben gelanceerd voor het ombouwen van een bijeenkomstruimte die we niet meer nodig hebben – omdat we niet meer met zulke grote groepen bij elkaar gaan komen – naar een digitale podiumruimte. Er komen twaalf belcellen waar je kan videobellen met de patiënten. De artsen komen er nu achter dat dit voor een flink aantal poli’s prima kan.” Ronald: “Ik zie dat jongere dokters zelf bepalen wanneer ze werken en hoe ze dat inrichten. Daarnaast is er ook een generatie patiënten die de behoefte heeft om de dokter in het echt te zien. Niet alle ouderen zijn digitaal even goed aangesloten. In het vastgoed kun je dat vertalen naar één centrale locatie waar ouderen wat langer verzorgd kunnen worden. Denk aan een combinatie van een ziekenhuis en een verzorgingstehuis. En ook flexibele poli’s. Daar zitten wel wat tegenstrijdigheden in met je vastgoed. Alles is gebaseerd op het patiëntencontact, dat is ontzettend belangrijk.” 20 FMT | februari 2022 Impact van personeelstekort Het tekort aan technisch personeel in de zorg loopt hoog op: heeft dit nadelige gevolgen voor een succesvolle energietransitie of het behalen van andere duurzaamheidsdoelstellingen? Ronald: “We hebben het meestal over een fijne en prettige omgeving voor de patiënten, maar de trend dat mensen langer in het ziekenhuis verblijven is al jaren dalende. Dan zijn er overwegingen die je moet maken. Uiteindelijk is het ook van belang om je personeel tevreden te houden.” Jelle: “In onze eigen bezetting zien wij dat het moeilijk is om aan gekwalificeerde projectleiders en goed technisch personeel te komen. Als we kijken naar onze technische diensten, hebben we te maken met een verouderende populatie die straks met pensioen mag. Het is moeilijk om ervaren personeel te vinden en om ze op niveau te houden. We overwegen ook andere oplossingen: samenwerken met andere partijen. Het neerzetten van een nieuw ziekenhuis is een mooi moment om daar eens goed over na te denken. Kies je voor een meer traditioneel

| duurzaam Ronald van Lier, Reinier de Graaf Gasthuis in Delft: “De trend dat mensen langer in het ziekenhuis moeten verblijven is al jaren dalende. Dan zijn er overwegingen die je moet maken.” “Onze nieuwbouw in Delft gaf in 2015 een enorme impuls aan de verduurzaming van het vastgoed.” MS Teams rondetafelgesprek met NVTG-instellingsleden Eric Mimmel, Radboud UMC in Nijmegen: “We gaan bijvoorbeeld veel meer digitale poli’s doen en dat willen we versneld doorzetten.” “Bij het Radboud UMC bouwen we aan de toekomst. Centraal staat de herordening van de complete campus waarin zorg, onderwijs en onderzoek een plek hebben én met elkaar verbonden zijn.” 'In feite is circulariteit de nieuwe energietransitie' bouwovereenkomst of voeg je daar een stuk beheer bij?” Erik: “Wat je bij ons ziet, is het voordeel van regionaal samenwerken. We vissen allemaal in dezelfde vijver en hebben dezelfde expertises nodig. Het zit ook in het DNA van de techneut. De techneuten die bij ons in het ziekenhuis werken, zetten vaak net twee stappen extra in vergelijking tot een extern bedrijf. Het is een gevoel: ons technisch personeel is betrokken en kent het ziekenhuis en de medische wereld goed.” Jelle: “Ik denk dat gebouwen die steeds meer uit technologie bestaan ons gaan helpen. Door middel van technologie - domotica en multisensoren – zijn we steeds meer in staat om preventief te werk te gaan. Maar een ziekenhuis blijft 24/7 actief: ook daar kan technologie ons bij helpen. Ik vraag me af of marktomstandigheden en ontwikkelingen in de samenleving ons niet gaan dwingen om uiteindelijk bepaalde keuzes te maken in deze complexe vraagstukken over energie en personeel. Ik zou graag het gesprek met elkaar aangaan in het werkveld. Wanneer het water ons aan de lippen staat - doordat er geen personeel of geen geld meer is – maak je keuzes vanuit armoede. Ik zou het interessant vinden om zo’n vraagstuk breed te verkennen op het moment dat het water ons juist niet aan de lippen staat. Dan krijg je een veel eerlijker gesprek en blijf je zelf in controle.” Samenwerken in de nieuwe toekomst Moderator Victor Pastoor stelt vast dat complexe vraagstukken in de zorg alleen op te lossen zijn als samenwerking, innovatie en co-creatie aan de orde van de dag zijn. “Dat stimuleert de NVTG door het organiseren van activiteiten op het gebied van haar vier kernwaarden: kennisverbinding, persoonlijk netwerken met collega’s en vakgenoten, collectieve belangenbehartiging en het stimuleren van innovatie. Door kennisverbinding brengen de Instellingsleden en bedrijfsleden samen de zorgsector vooruit. Sluit ook aan!”  21

duurzaam | tekst • Betty Rombout Duurzame transities in de zorg 'We gaan het gewoon doen!' Voor een toekomstbestendige gezondheidszorg zal op het gebied van duurzaamheid nog flinke stappen gezet moeten worden. Duurzame innovaties, gedragsverandering en circulair inkopen kunnen een belangrijke rol spelen in de transitie naar een duurzame bedrijfsvoering in de zorg. Een aantal partijen hebben elkaar hierin gevonden en ondersteunen de zorg om tot mooie resultaten te komen. FMT Gezondheidszorg praat met ze over het hoe en waarom. K im Klaassen Bos werkt als projectmedewerker circulaire economie bij Kiemt, een netwerkorganisatie in OostNederland die ondernemers, overheden, onderwijs en onderzoeksinstellingen met elkaar verbindt om de energietransitie en circulaire economie verder te helpen. Lara Habold werkt voor Coppa, een inkoopadviesbureau voor de overheid en de zorg. Als Business Consultant houdt ze zich onder andere bezig met duurzaamheid. Het bureau gebruikt inkoop als middel om de wensen en eisen van zorgorganisaties te vertalen naar marktvragen. Hierbij is bewust omgaan met specificaties op het gebied van zowel duurzaamheid als financieel belangrijk. Jerom Janssen is CEO van HyMatters ontwerper van een duurzame waterstofvoorziening voor ziekenhuizen - om onafhankelijk te zijn van aardgas, waarmee ziekenhuizen in staat zijn ambitieuze verduurzamingsdoelstellingen te behalen. Een van de ziekenhuizen die hiermee gaat werken is Rijnstate. Luuk Evers heeft als innovatiemanager in het UMC Utrecht veel ervaring opgedaan met het realiseren van innovatieve ideeën waar zorgverleners vanuit hun praktijk mee komen. Tevens is hij co-founder van dit landelijke programma dat als missie heeft om innovatiemanagers van zorgorganisaties te ondersteunen bij innovatie ontwikkeling in de eigen organisatie. Erick Wuestman is adviseur circulaire energie van KplusV. Hij weet veel te vertellen over Rapid Impact Contracting (RIC). Een vorm van opdracht-geverschap die inkoop maakt tot een hefboom voor circulariteit en impact. Wuestman: “Innovatie kun je niet in ‘drie alinea´s neerzet22 FMT | februari 2022 Jerom Janssen Kim Klaassen ten’. Je hebt partijen nodig die samen met jou de innovatieslag willen en kunnen maken.” Geen specifiek project Wat brengt al deze partijen bij elkaar? Duidelijk is dat in dit verhaal geen sprake is van een project. Voor het realiseren van duurzame transities in de zorg zoeken ze elkaar daar waar nodig op, bij welk project dan ook. Lara Habold vertelt: “Het begon eigenlijk bij mij, toen ik het netwerk dat ik tijdens mijn afstuderen opbouwde, inzette bij mijn werk. Via via ben ik met de genoemde mensen in aanraking gekomen. We stelden ons de vraag: ‘wat kunnen we nu samen doen om de wereld te verduurzamen, met name gericht op de zorg?’”

Meer weten? Meedoen? HyMatters’ waterstofvoorziening voor de nieuwbouw ziekenhuis Rijnstate Elst Samen innoveren “We passen perfect in de Green Deal omgeving”, vervolgt Lara Habold. “Steeds meer ziekenhuizen en zorginstellingen willen zich certificeren voor de Milieuthermometer zorg, die gebaseerd is op de Green Deal zorg. Dit betekent dat ze aan bepaalde duurzaamheidsnormen moeten voldoen. Wij hebben allemaal ‘onze eigen deur’ tot die Green Deals. Wat belangrijk is, ik kan het niet genoeg benadrukken, is samenwerken.” Jerom Janssen vult aan: “En dat is het juist, ziekenhuizen zijn onvoldoende gewend om met meerdere partijen samen te werken. Ze weten soms niet met wie, hoe het moet.” “Innovatiemanagement, hoe begin je een project”, dat is een van de eerste vragen van ziekenhuizen, aldus Luuk Evers. “Innovaties implementeren in ziekenhuizen, daarbij blijkt 80 procent nog door het putje te gaan. Als 1 van de 15 verschillende stakeholders niet akkoord is, dan kan de toepassing van een innovatie zomaar afgeblazen worden.” Voor innovaties moet je als bedrijf even buiten je eigen ‘zuilen’ kijken, zegt Jerom Janssen. “Ik moet de samenwerking met anderen aan. De uitdaging voor ons is dat we die moeten zoeken met partijen die we nog niet kennen om vervolgens afspraken te maken. Wat vinden we saDe partijen die in dit artikel ter sprake komen zijn enthousiast om samen verder te komen. Meer informatie over hun samenwerking tussen deze partijen? Of wellicht wilt u zelf een samenwerking met een van de partijen aangaan? Contact: lara.habold@coppa.nl men belangrijk? Welke investering mag dat vragen? En ook vragen we onze stakeholders om te gaan met onzekerheid. Dat vraagt om vertrouwen.” Gewoon dóén ‘We moeten het gewoon doen’, is de slogan van de partijen waarmee we praten. Hoe? “Onder andere door bewustwording te creëren van de noodzaak, het delen van praktijkervaringen en oplossingen vinden door kennissessies, relevante partijen met elkaar verbinden en kansen verwaarden”, zegt Kim Klaasen Bos. “Dat is wat wij doen. Vinden, verbinden, vertellen, versnellen. Er kan al zoveel, alleen weten we het allemaal niet van elkaar. Van elkaar leren. Daar staan we voor.” Lange weg, maar enthousiasme Hebben we nog een lange weg te gaan met het realiseren van duurzaamheid in de zorg? Het team antwoordt volmondig ja. We hebben met wetgeving te maken. Raden van Bestuur moeten erachter staan en zo zijn er nog vele aspecten te noemen. De zorg werkt risico23

duurzaam | 'We vragen onze stakeholders om te gaan met onzekerheid. Dat vraagt om vertrouwen.' Erick Wuestman Lara Habold Luuk Evers mijdend. Een andere manier van werken krijg je niet zomaar voor elkaar. Toch moeten ze (vanwege de Green Deals) aan innovatie doen, maar ja, hoe dan, dat is telkens de vraag. Hoe blijf je dan zo enthousiast hieraan werken? “Juist omdat er nog zoveel te doen is!”, zegt Lara Habold. “Ik ben enthousiast, omdat ik in de ziekenhuizen zie dat ze graag willen samenwerken. En blijkt een project dan enthousiast ontvangen te worden, dan zie je dat ze het overdragen naar andere ziekenhuizen. Samenwerken, ook hier komt het woord weer naar voren”, zegt Jerom Janssen. “Probleem is”, vervolgt hij, “dat sommigen hordes kunstmatig gecreëerd worden door onze eigen wetgeving. Een voorbeeld? Om CO2 -emissievermijding in de boeken op te nemen, is het vanuit de Green Deal-regels verplicht om alle duurzame energie die je daarvoor gebruikt, op eigen terrein op te wekken, op te slaan én te gebruiken. Als je een distributiecentrum vol legt met zonnepanelen, dan ben je met dat pand al een heel eind. Maar voor een ziekenhuis met een heel hoog energieverbruik per m2 is het bijna niet te doen om voldoende energie op het eigen terrein op te wekken. De mooiste oplossing zou zijn, dat het ziekenhuis een deel van de energie van de zonnepanelen van het distributiecentrum - dat ernaast staat - mag gebruiken. Echter, dit telt voor de boekhouding niet mee. Dus ja, dat maakt het ziekenhuizen wel erg moeilijk om aan de normen voor CO2 -emissiereductie te doen. Bij een nieuw pand lukt het nog wel, zoals bij Rijnstate. Dan kunnen we in het begin vragen stellen als: ‘wat te doen met koeling, wat met isolatie?’” “Ik vind dat bijvoorbeeld circulariteit nog niet eens in de kinderschoenen staat in de zorg”, vervolgt Erick Wuestman. “Maar de duurzame en circulaire draai zal toch gemaakt moeten worden. Er zijn 24 FMT | februari 2022 “Maar we moeten het ook praktisch maken”, zegt Luuk Evers. “Ziekenhuizen willen heel graag bewijzen zien. En dat dan weer graag wetenschappelijk onderbouwd. Dat typeert de weerbarstigheid, waar we zorginstellingen dus graag mee willen leren omgaan. En inderdaad: “We gaan het gewoon doen.”  andere branches waarin het veilig voelt om te oefenen. Nu onze innovatiegerichte inkoopaanpak zich daar heeft bewezen, kunnen we die ervaringen meenemen naar de zorg. Hoe hou ik het enthousiasme erin? Welnu, dat is als ik iemand een mindshift zie maken. Dat hij/zij niet meer in risico´s denkt, maar deze herkent als onzekerheden. En onzekerheden ga je te lijf door, vanuit je opdrachtgeverschap, de best passende partners te selecteren. Samen met hen buig je dan de onzekerheden om tot kansen. Dat lijkt logisch, maar zoals Jerom zegt, hebben we helaas op school geleerd risico´s te vermijden, omdat die geld zouden kosten en narigheid opleveren.” ‘Dit is wat wij doen: Vinden, Verbinden, Vertellen, Versnellen.’

tekst • Lucy Holl foto en illustraties • Catharina Ziekenhuis | technologische innovatie Catharina Ziekenhuis: AI neemt radiotherapie werk uit handen Behandelplannen met één druk op de knop In het Catharina Ziekenhuis in Eindhoven is veel geautomatiseerd bij de radiotherapie voor borstkankerpatiënten. Het ziekenhuis beschikt over de meest precieze en slimme behandelapparatuur. Maar er zit tot nu toe nog veel handwerk in het maken van exacte bestralingsplannen en het intekenen van de organen van individuele patiënten. Met behulp van artificiële intelligentie (AI) komt daar nu verandering in. " D e zorg wordt in coronatijd overspoeld met rammelende AI- modellen", zei Laure Wynants van Maastricht University onlangs in een interview. Ze onderzoekt klinische voorspelmodellen voor diagnostiek en prognose en is daar niet onverdeeld positief over. Qualified Medical Engineer-in-opleiding Nienke Bakx van de Technische Universiteit Eindhoven en klinisch fysicus Coen Hurkmans van het Catharina Ziekenhuis kunnen zich daar wel iets bij voorstellen. Bakx: “Er wordt snel gezegd van ‘We hebben een probleem en dat kunnen we met AI wel oplossen’.” AI is een hype, de vraag is altijd wanneer je het moet inzetten, zegt Hurkmans. “Het is alleen nuttig en zinvol als mensen bepaalde tijdrovende werkzaamheden veelvuldig moeten doen, en als je hun overvloed aan expertise en ervaring in data kunt vangen en kunt analyseren. Het vraagt veel kennis van data-analyse en algoritmen. Daarom zijn we zo blij dat we projecten samen met de TU/e kunnen doen.” Hospital based Nienke Bakx begon zo’n tweeënhalf jaar geleden aan een afstudeeropdracht in het Nienke Bakx en Coen Hurkmans ziekenhuis over het automatisch opstellen van bestralingsplannen voor borstkankerpatiënten. Dat was voor haar master Medical Engineering (specialisatie medical imaging). Vervolgens ging ze verder als trainee van de TU/e Post-Masteropleiding Qualified Medical Engineer om die plannen ook echt klinisch uitgebreid te testen en bovendien te onderzoeken of het intekenen van organen van Het opstellen van behandelplannen bij radiotherapie is een tijdrovend en plannerafhankelijk proces, aldus Nienke Bakx, Qualified Medical Engineertrainee, en Coen Hurkmans, klinisch fysicus van het Catharina Ziekenhuis. Bakx werkte aan een model om dat te automatiseren. Dat wordt nu geïmplementeerd voor mensen met borstkanker. 25

technologische innovatie | borstkankerpatiënten ook snel, accuraat en betrouwbaar kan met de computer. Trainees komen tijdens hun tweejarige QME-opleiding in dienst van een ziekenhuis en voeren in die tijd allerlei ontwerpprojecten uit, hospital based, university managed. Het resultaat in het project van Bakx is er: vanaf dit voorjaar stapt de afdeling Radiotherapie van het Catherina Ziekenhuis deels over op AI-gegenereerde plannen. En dat gaat uiteindelijk ook gebeuren met het intekenen van organen. ‘Ontwikkeling en klinische introductie van AI voor automatisering van segmentatie en planning bij borstbestralingen’ heet het onderzoek van Bakx voluit. Flight simulator Het scheelt radiotherapeuten en laboranten straks uren werk per patiënt en zorgt voor meer consistentie. “Als mensen bij radiotherapie komen, ligt er vanzelfsprekend de diagnose kanker”, vertelt Hurkmans. “Om een behandeling goed te kunnen uitvoeren, bekijkt de radiotherapeut wat precies nodig is: hoeveel doses, hoeveel sessies, met welke frequentie? Vervolgens moeten we zorgen dat de behandeling technisch ook goed kan worden uitgevoerd. Daarvoor is beeldvorming van de patiënt nodig in de houding van de bestraling. Nu gebruiken we nog CT-beelden, dat worden in de nabije toekomst ook vaker MRI-beelden. Op de beelden worden de organen heel precies ingetekend. Vervolgens bootsen we in een soort flight simulator virtueel na hoe we willen bestralen: van welke kant en met welke intensiteit, zodat er zoveel mogelijk straling in de tumor komt en zo weinig mogelijk daar omheen.” In die simulator zit een model van de behandeltoestellen plus de beelden van de anatomie van de individuele patiënt. Een ervaren planningslaborant maakt een optimaal bestralingsplan. Dat werk is te automatiseren. Zorgprofessionals kijken vanzelfsprekend met een zeer geoefende blik. AI is een praktische en efficiënte manier om hun kennis en erva ring vast te leggen, door te rekenen en te interpreteren. Stop tientallen, eerder gemaakte planningen in een model en train de computer om ze zelf te maken. Hoogwaardige datasets Nienke Bakx: “Elders in de wereld is dat al wel voor onder meer prostaatkanker en kanker in het hoofd-halsgebied gebeurd, maar nog niet eerder voor borstkanker. Ik heb eerst uitgezocht welke analysemodellen en algoritmen gebruikt zijn voor die andere gebieden.” Twee gevalideerde softwaremodellen sprongen eruit: het open source U-Net-model, dat uitgaat van convolutional neural networks, CNN’s. Het model graaft heel simpel gezegd steeds dieper en gerichter in data. En het cARF model, waarbij cARF staat voor contextual Atlas Regression Forest. Dat laatste model is gebruikt en getraind door RaySearch Laboratories (RS), een Zweeds medisch-technologisch bedrijf dat overal ter wereld met kankerinstituten samenwerkt aan betere behandelmethoden. Het Catharina Ziekenhuis gebruikt de RSsoftware. Die samenwerking tussen ziekenhuis, universiteit en toeleverancier is heel belangrijk, stelt Hurkmans. “Wij hebben een overvloed aan goed gevalideerde, kwalitatief hoogwaardige datasets volgens internationale richtlijnen en weten precies wat we willen. De Technische Universiteit heeft veel kennis van data en van medical imaging. RaySearch kan de uitkomsten breed toepassen in haar producten. Ons streven is altijd dat wat wij vinden vervolgens breed gebruikt kan worden in de medische wereld.” De Zweden weten dat radiotherapie in Nederland op een hoog niveau staat en werken graag samen met Nederlandse ziekenhuizen. 95 procent bruikbaar Beide modellen vulde Nienke Bakx met data uit ruim honderd patiëntenbehandelplannen. De uit-en-te-na getrainde modellen werden vervolgens tijdens een klinische pilot getest met data van twintig compleet nieuwe patiënten. Radiotherapeuten en laboranten maakten ook met de hand hun plannen voor die twintig patiënten en legden die naast de automatisch gegeneerde plannen om de software nog verder te optimaliseren. Hoe beter de input, hoe beter de output. Dat gaf een heel goed resultaat: 95 procent van wat de computer bedacht, bleek te gebruiken zonder enige handmatige aanpassing. Uit de voorspellingen van de benodigde doses bleken ook heel goed de uiteindelijke machinepara meters af te leiden. Het U-Net-model scoorde net wat beter dan het cARF-model, wat voor RaySearch reden is om dat U-Netmodel in de RayStation-software voor planning van radiotherapiepatiënten te gaan gebruiken. Ze werken aan een nieuwe module voor borstbestraling. Consensus verkrijgen Nienke Bakx overlegde steeds uitgebreid met de radiotherapeuten en laboranten: wat vonden zij van de plannen, zouden ze deze ook Het scheelt straks uren Op deze twee axiale slices van een borstkanker patiënt is het automatisch versus handmatig intekenen van organen te zien. De automatische intekening is ingevuld, de handmatige intekening wordt gerepresenteerd door de lijn. Op de bovenste slice zijn borst, hart en longen ingetekend, op de onderste een aantal kliergebieden en de longen. 26 FMT | februari 2022 werk per patiënt en zorgt voor meer consistentie

| technologische innovatie echt gaan gebruiken? Dat is belangrijk voor de acceptatie van de nieuwe werkwijze. Sommige specialisten vonden de modellen nooit beter, anderen juist wel. Hurkmans: “Dit project gaat niet alleen over het toepassen van AI en het gebruik van de juiste algoritmen. Het geeft ook veel inzicht in hoe mensen in de praktijk ermee omgaan en wat ze belangrijk vinden. Het is heel belangrijk om consensus te verkrijgen. We hebben gemerkt dat er in hun hoofden nog meer informatie zit. Die willen we er ook nog uithalen en verwerken. We willen nog helderder krijgen wat ze precies willen. Die onderlinge discussies leiden nu al tot kwaliteitsverbetering.” Los daarvan, radiotherapeuten en laboranten komen ook via de ‘oude’, handmatige werkwijze niet tot in detail op exact dezelfde planning uit, al voldoen hun plannen altijd aan de richtlijnen natuurlijk. Mijlpaal Inmiddels ligt er een compleet getraind, gevalideerde werkmodel dat vanaf maart ook live gaat in de klinische praktijk. Een mooie mijlpaal. Alles wat automatisch opgesteld wordt, bekijken de radiotherapeuten en laboranten vervolgens. Ze kunnen zelf makkelijk nog wat aanpassen als ze dat willen. De computer geeft in de nabije toekomst ook aan over welke punten in het plan hij misschien net wat minder zeker van zijn zaak is, zodat Een compleet getraind, gevalideerde werkmodel gaat in maart live in de kliniek een mensenoog daar nog eens goed naar kan kijken. “Mensen hoeven niet bang te zijn dat ze geen werk meer hebben. Wat we kunnen standaardiseren en automatiseren, doen we. Dan kunnen medewerkers zich focussen op waar ze goed in zijn, zoals patiëntgesprekken voeren of werken aan verdere verbeteringen”, benadrukt Coen Hurkmans. Gedrevenheid Ook voor het automatisch intekenen van de organen en kliergebieden ligt het model klaar en komt er nu een klinische pilot. Nienke Bakx is blij dat wat ze in haar master en haar QMEperiode gedaan heeft nu echt de klinische praktijk in gaat. Ze was de eerste QME-trainee op de afdeling radiotherapie en dat is heel goed bevallen, zegt Hurkmans. "Zij combineert kennis van zaken over imaging, artificiële intelligentie en algoritmen met accuratesse, gedrevenheid en enthousiasme. We staan altijd open voor studenten en QME’ers. We hebben nog veel meer vragen. We willen die inzet van AI nu ook voor andere kankersoorten zoals longtumoren onderzoeken.”  Meer informatie: www.catharinaziekenhuis.nl www.tue.nl/qme Twee axiale slices van een patiënt met borstkanker, met daarbij de dosisverdeling die wordt afgegeven tijdens de bestraling. De handmatig en automatisch berekende dosisverdelingen lijken erg op elkaar en leveren dus een vergelijkbaar bestralingsplan op. 27

technologie | tekst • Eizo Intelligente oplossingen voor de medische beeldweergave Ieder leven is uniek. Het doel is om de medische behandeling van iedere persoon af te stemmen op de individuele behoeften. In het huidige tijdperk bieden de mogelijkheden van biotechnologie, kunstmatige intelligentie en informatietechnologie nieuwe manieren voor diagnostiek, preventie en behandeling. Deze precisie vereist uitgebreide informatie. Het verzamelen, koppelen en analyseren van gegevens, evenals het vastleggen, opslaan en evalueren van beeldgegevens vormt een cruciale bron van informatie voor de moderne medische praktijken. Diagnose en onderzoek In de diagnostiek wordt een grote verscheidenheid aan medische beelden gebruikt, zoals mammografie, CR, CT, MRI, endoscopie, PET en 3D-CT. Onduidelijke beelden kunnen de diagnose moeilijk en tijdrovend maken. Voor een nauwkeurige diagnose moeten fijne contrasten en kleine veranderingen in grijswaarden nauwkeurig op het scherm worden weergegeven. De medische monitoroplossingen van EIZO voldoen aan DICOM Part 14-conformiteit voor het nauwkeurig reproduceren van fijne contrasten en grijswaarden-veranderingen. Ze beschikken ook over andere vereiste hoogwaardige eigenschappen, zoals een hoge helderheid om zelfs in heldere omgevingen duidelijk beeld te behouden. De helderheid en grijstinten van een monitor geven echter van nature afwijkingen in de loop van de tijd. Dit kan worden voorkomen met een ingebouwde kalibratiesensor die de helderheid handhaaft voor eenvoudige kwali teitscontrole en stabiele beeldkwaliteit. Daarnaast is er behoefte aan grote monitoren die het mogelijk maken om beelden van verschillende modaliteiten parallel weer te geven. Breedbeeldmonitoren zijn daarvoor speciaal ontwikkeld. Ze zijn uitermate geschikt voor de weergave van verschillende beelden met een flexibele lay-out, zonder storende randen zoals bij het gebruik van meerdere monitoren. De uitgebreide EIZO RadiForce line-up biedt monitoren in verschillende maten en resoluties, met een reeks functies om aan de behoeften van elke medische afdeling te voldoen. Ze kunnen ook worden aangepast aan nieuwere werkstijlen, zoals de combinatie van ziekenhuis- en thuiswerkplekken, die voor sommige medische instellingen de nieuwe standaard worden. Pathologie Als aanvulling op de eerder genoemde radiologische beeldvorming is het belang van pathologie bij het stellen van een diagnose tegenwoordig enorm. 28 FMT | februari 2022

Ook in de pathologie zorgt de digitalisering voor meer comfort bij de beoordeling van de kleinste cel- en weefselstructuren. Beelden worden tegenwoordig via hoogwaardige opto-elektronische microscopen en scanners beschikbaar gemaakt, zodat ze op monitoren nauwkeurig kunnen worden bekeken. Deze monitoren moeten dan wel een uitmuntende beeldkwaliteit bieden, om ook de kleinste veranderingen of anomalieën te kunnen herkennen. Behandeling en operatie Door de inzet van hybride operatiekamers, minimale invasieve chirurgie, robotchirurgie, en angio- en hartkatheterisatiekamers neemt het gebruik van video en weergave-apparatuur bij operaties en behandelingen al jaren toe. De oplossingen van EIZO CuratOR richten zich op de behoeften om de verscheidenheid aan medische informatie toegankelijk te maken, en tegelijkertijd het zorgteam in staat te stellen de informatie te bekijken. Een extra uitdaging waarmee medische instellingen in de praktijk regelmatig te maken hebben is het efficiënte beheer van alle apparatuur in de soms beperkte ruimte in de operatie- of behandelkamer. Om dit op te lossen en de prestaties van het medische team te verbeteren biedt EIZO een modulaire oplossing die kan worden afgestemd op ieder scenario: van een eenvoudige werkplek tot een complete en complexe multi-kamerinstallatie. Niet in alle situaties is een complete oplossing noodzakelijk. Vaak beperkt de vraag zich tot vervanging of uitbreiding van bepaalde weergave-apparatuur, bijvoorbeeld vervanging van endoscopische 2D/3D monitoren, het toepassen van hoogwaardige OK-camera’s voor opname van het patiëntengebied of de inrichting van een angio- of hartkatheterisatie-controlekamer. Administratie Een uitstekende beeldkwaliteit bij beeldschermwerk is niet alleen belangrijk voor de medische diagnostiek en weergave. Ook in de administratie van medische instellingen is het gebruik van hoogwaardige en ergonomische monitoren zinvol. Behalve de specialistische monitoren voor medisch gebruik biedt EIZO met de FlexScan-serie ook voor deze behoeften monitoren. De monitoren kunnen op individuele werkplekbehoeften worden afgestemd, zijn zeer ergonomisch en hebben goede energiebesparende eigenschappen. Daardoor bieden ze een meerwaarde voor de dagelijkse routines in ziekenhuizen. EIZO is in staat om een plan uit te werken dat aansluit op de individuele wensen en resulteert in een state-of-the-art oplossing.  Meer informatie: www.eizo.nl 29

huisvesting | tekst • Dietske van der Brugge Het Jeroen Pit Huis traint gezinssituatie met chronisch ernstig zieke kinderen Bouwen voor een compleet nieuw zorgconcept Op het terrein van Amsterdam UMC, locatie AMC, verrijst Het Jeroen Pit Huis. Een nieuw gebouw, maar vooral ook: een heel nieuw zorgconcept. Het huis telt acht appartementen en centrale faciliteiten, en zal een overgangsvoorziening zijn voor gezinnen met een ernstig chronisch ziek kind. Het gaat om patiënten die vaak een erg lange periode in het ziekenhuis verblijven. In Het Jeroen Pit Huis kan het gezin zijn intrek nemen en de overgang maken van ziekenhuisverblijf naar thuis wonen met het hele gezin. Het gebouw nadert zijn voltooiing; het opent zijn deuren in maart 2022. Projectmanager bouw Nathalie Bockhoudt en projectleider Rob Blom van hoofdaannemer Dura Vermeer doen hun verhaal over dit bijzondere huis. D e zorg in Het Jeroen Pit Huis richt zich op zowel het chronisch ernstig zieke kind als het gezin, zodat de overstap naar huis zo veilig en vooral zo stabiel mogelijk kan plaatsvinden. Het is daarmee een fysiek huis, maar bovenal een nieuw zorgconcept, gericht op family empowerment. In Het Jeroen Pit Huis kan het gezin na een ontwrichtende tijd in het ziekenhuis weer samen zijn, op adem komen en leren zorgen voor hun ernstig zieke kind. Er worden zorgverleners ingeschakeld, zodat de ouders met vertrouwen en kennis de bestendige stap naar huis kunnen maken. Zij ondersteunen ook bij het regelen van zorg en eventueel de nodige voorzieningen thuis. 30 FMT | februari 2022 Meerwaarde Het Jeroen Pit Huis is voortgekomen uit een particulier initiatief van kinderarts Clara van Karnebeek. Zij kwam in Canada in aanraking met Canucks Place, een gespecialiseerde zorginstelling waar het hele gezin met een ernstig ziek kind kan verblijven. Samen met haar zus Emilie en Job van Woensel, hoofd IC van het Emma Kinderziekenhuis, is de aanzet gegeven tot de ontwikkeling van Het Jeroen Pit Huis. In een publiek-private samenwerking treden de Stichting Van Karnebeek4Kids, Amsterdam UMC en het Leger Des Heils (kindzorghuis Het Lindenhofje) op als projectpartners. Nathalie Bockhoudt: “We bouwen hier iets zonder voorbeeld in Nederland. En dat is spannend, temeer omdat de toekomstige gebruikers kwetsbaar zijn. En hun kwaliteit van leven een enorme sprong kan maken als zij het ziekenhuis achter zich kunnen laten. Uit onderzoek naar soortgelijke voorzieningen in het buitenland, maar ook de gesprekken met diverse instanties - zoals de Nederlandse Vereniging van Kindergeneeskunde, de Nederlandse Zorgautoriteit en het ministerie van VWS - blijkt dat dit zorgconcept in een noodzakelijke behoefte voorziet. Het belangrijkste probleem dat een oplossing nodig heeft, is dat chronisch ernstig zieke kinderen te vaak en te lang, soms enkele maanden, in het ziekenhuis liggen, want erg ontwrichtend is voor het hele gezin. Het op de rit krijgen van de zorg thuis is een pittige opgave, want er

Projectleider Rob Blom van hoofdaannemer Dura Vermeer Projectmanager bouw Nathalie Bockhoudt komt zoveel bij kijken dat ouders soms door de bomen het bos niet meer zien. Een waslijst aan instanties moet geïnformeerd worden, de zorg thuis – ook ’s nachts - moet geregeld worden, medicijnen besteld, en je moet je kind ook echt leren kennen. Dit vergt veel van de ouders. Daarnaast ook nog werken, vaak ook andere kinderen in het gezin verzorgen en begeleiden en dan ook nog boodschappen doen, koken en hun sociale leven oppakken om niet in een isolement te raken. Het Jeroen Pit Huis biedt een tijdelijke ‘warme’ thuisom geving waar ouders langzaam, stap voor stap de regie over hun leven terugkrijgen. Dat lukt je niet op een IC. Bouw Dura Vermeer is geselecteerd als aannemer, uit een drietal uitgenodigde partijen. Er is direct aan de aannemers gemeld dat er gebouwd moest worden met een relatief beperkt budget, en dat daar geen rek in zat. Een van de drie heeft zelf aangegeven dit bouwproject niet aan te kunnen gaan. Van de andere twee was Dura Vermeer Renovatie Midden West BV de partij die het best aansloot bij de ideeën van de opdrachtgever. Rob Blom: “Wij wilden het graag bouwen. Het is een mooi project; het is goed voorbereid en we hadden natuurlijk ook sympathie voor het doel van het gebouw. Er wordt gewerkt in bouwteamverband, de opdrachtgever doet dus actief mee. Die samenwerkingsvorm past ons goed.” Er is gekozen voor houtskeletbouw, vanwege de hoge binnenwanden met sparingen in de appartementen. Die zijn makkelijker te realiseren in houtbouw dan bijvoorbeeld in stenen wanden, in verband met dilataties, lateien en het gewicht van deze wanden. Dit gold ook voor het dak. De grote overspanningen zijn het best te maken met geprefabriceerde houten dakdozen. Ook de snelheid waarmee gebouwd kan worden en de duurzaamheid van houtbouw hebben meegewogen in de keuze voor houtbouw. Energetisch is het gebouw zo duurzaam mogelijk gemaakt, maar het uitgangspunt was geen concessies te doen aan gebruikswaarde, comfort en veiligheid. 31

Financiering Het gebouw kwam niet in aanmerking voor subsidie en is gefi nancierd door donateurs. Een deel van de bouwkosten van € 7,5 miljoen is gedoneerd door de erven van Jeroen Pit, die na een ziekbed veel te jong overleed in 2012. Zijn vrouw, mede-initiatiefneemster Emilie van Karnebeek, en hun 3 kinderen willen op deze manier zijn gedachtegoed in stand houden en doorgeven: zijn liefde voor kinderen maar ook zijn lijfspreuk; “als je iets doet, doe het dan goed”. De fondsenwerving voor Het Jeroen Pit Huis vindt plaats in nauwe samenwerking met Stichting Steun Emma, van het Emma Kinderziekenhuis. De fondsenwerving is betrokken bij de inrichting van het huis, in zoverre dat leveranciers van het interieur gevraagd wordt hun producten tegen een gereduceerde prijs te leveren, en dus deels in natura te sponsoren. Die oproep vindt gelukkig ruim gehoor. De zorg die de kinderen ontvangen van de Stichting Het Jeroen Pit Huis valt onder de Zorgverzekeringswet en zal dus betaald worden door de zorgverzekeraars van de gezinnen die het huis bewonen. Dat geldt vanzelfsprekend niet voor het verblijf van de ouders en eventueel broertjes en zusjes, terwijl de focus van het verblijf toch is de ouders te trainen en voor te bereiden op een gezinsleven thuis. Er is een 3 jarige subsidie verleend door ministerie 32 FMT | februari 2022 van WVS voor het verblijf van ouders. In de tussentijd zal er samen met het Zorginstituut Nederland en de Nederlandse Vereniging van Kindergeneeskunde een nieuwe zorgrichtlijn worden ontwikkeld voor gezinsgerichte transitiezorg. Er zijn overigens niet alleen kosten aan dit nieuwe zorgconcept. Een transitievoorziening haalt druk af van kinder-IC’s, en dat is heel welkom, want de capaciteit daarvan zit aan zijn grenzen. Bijzondere bouwvoorzieningen Aan de buitenzijde van Het Jeroen Pit Huis liggen de acht appartementen, elk met een eigen badkamer, woonkamer, keuken en 3 slaapkamers. In het midden van het gebouw bevinden zich centrale voorzieningen als een gemeenschappelijke woonkamer en keuken, maar ook een fysiotherapieruimte, snoezelkamer en speciale mindervalidenbadkamer. Op de bovenverdieping zijn de faciliteiten voor het personeel, enkele vergaderruimtes, wasmogelijkheden en opslag. Nathalie Bockhoudt: “Hoewel de appartementen een echte woonsfeer ademen, zijn het bepaald geen Landal-huisjes. Elk appartement heeft een patiëntenkamer waar thuis zoveel mogelijk wordt nagebootst. De gezinnen krijgen plug and play medische apparatuur mee – waar in een ziekenhuis, en zeker op een IC, alles uit de muur komt, gaan de gezinnen hier werken met apparaten die je gewoon in het stopcontact steekt, want zo werkt het straks thuis ook.” “En bouwkundig heeft het huis ook een hoop bijzonderheden”, vult Rob Blom aan. “Er is bijzondere aandacht voor luchtkwaliteit, met balansventilatie. Dat is niet alleen een zaak van comfort, maar ook van veiligheid. Omdat de meeste kinderen continu beademd worden, zal er veel zuurstof in het gebouw aanwezig zijn. Daarom verdient

| huisvesting brandveiligheid bijzondere aandacht. Die wordt onder meer gewaarborgd met speciale brandwerende wanden en deuren en actieve bewaking met rookmelders. Daarnaast zijn alle gangen en deuren geschikt voor rolstoelen en bedden. En er is extra zorg besteed aan het akoestisch ontwerp. De gezinnen moeten zoveel mogelijk privacy hebben, om hun eigen gezinsleven te beschermen en ook om niet belast te worden met de situaties van de andere bewoners. Als er gehuild of geschreeuwd wordt, moet dat dus in andere appartementen niet te horen zijn.” Gebruikersparticipatie Nathalie Bockhoudt: “Er is natuurlijk uitgebreid gekeken in huizen die functies hebben die lijken op wat wij gaan doen. Ronald McDonaldhuizen bijvoorbeeld, een kinderhospice en de vakantiehuizen van Villa Pardoes. Er praat ook een klankbordgroep mee vanuit de ouders en patiënten en hun vertegenwoordigers. Het huis is ontstaan vanuit de wetenschap dat veel ouders het niet redden met de zorg voor een ernstig ziek kind. Je moet dus heel scherp 'Nederland heeft er een zorgvoorziening van grote betekenis bij' hebben welke voorwaarden er moeten zijn. Er is bijvoorbeeld heel veel praktisch inzicht aangereikt door een moeder die het wél redde met haar zoon Bobbie. Denk bijvoorbeeld aan de hoeveelheid kastruimte die je nodig hebt voor alle medische hulpmiddelen en verbruiksmaterialen. De kinderen van Bobbies school hebben actief meegeholpen bij de selectie van speeltoestellen. We hebben een aantal toestellen gepresenteerd; nou, daar hadden ze zeker ideeën over – en die kwamen niet allemaal overeen met wat wij vooraf verwachtten, dus het was goed dat ze meededen!” Gefaseerde start De opening van Het Jeroen Pit Huis is voorzien in maart 2022. “Je moet wel bedenken dat het om hele kwetsbare kinderen gaat”, aldus Nathalie Bockhoudt. Voor deze kwetsbare groep nemen we geen risico en gaan we het zorgvuldig ingerichte zorgconcept kleinschalig opstarten. Dan kunnen we in de praktijk zien waar er mogelijk nog aanpassingen gemaakt kunnen of moeten worden. De zorg moet vanaf het eerste moment kloppen. En dan heeft Nederland er een zorgvoorziening van grote betekenis bij.”  Meer informatie: www.hetjeroenpithuis.nl 33

veiligheid | tekst • Deerns Smart hoofdgebouw maakt Radboudumc fit for the future In circa drie jaar tijd is het nieuwe hoofdgebouw van het Radboudumc in Nijmegen gerealiseerd. Het Radboudumc heeft een duidelijke visie op innovatie en de inzet hiervan in de eigen (zorg)gebouwen. Het elf verdiepingen tellende hoofdgebouw huisvest de hoofdentree van het ziekenhuis, poliklinieken, verpleegafdelingen, stafafdelingen en algemene ruimten. De zogeheten ‘hubs’ faciliteren ontmoeting en ontspanning voor patiënten en hun naasten, maar bijvoorbeeld ook kennisuitwisseling tussen zorgprofessionals en onderzoekers. Dit nieuwe gebouw S wordt dit voorjaar in gebruik genomen. Deerns tekende voor het ontwerp van de technische infrastructuur, die het gebouw comfort geeft en de weg vrijmaakt voor toepassing van technologische innovaties. S enior projectmanager Vincent Jansen en adviseur smart building Arne van Delft van Deerns hebben het nieuwe ‘A-Gebouw’ van het Radboudumc mee ontwikkeld. “We maakten deel uit van het ontwerpteam, waarin naast het ziekenhuis de architect (EGM), de constructeur en een aantal technische disciplines waren vertegenwoordigd”, vertelt Jansen. “Gebruikerswensen worden in de ontwerpfase vertaald naar een technisch realiseerbaar plan.” Puzzel met hoog ambitieniveau “Zo’n nieuw gebouw moet aan hoge eisen voldoen, op meerdere vlakken tegelijk”, vervolgt Jansen. Allereerst moet het een ‘healing environment’ voor patiënten combineren met een doelmatige werkomgeving voor de professionals, het moet flexibel kunnen inspelen op nieuwe ontwikkelingen in technologie en organisatie van de zorg, en het moet in hoge mate duurzaam zijn. In de beginfase vul je nog niet alles gedetailleerd in. De bouw neemt meerdere jaren in beslag, dat is een tijdspanne waarin zich weer nieuwe ontwikkelingen voordoen die je mee moet kunnen nemen.” Arne van Delft: “Op het gebied van smart building-toepassingen zijn er nu alweer mogelijkheden die we nog niet konden overzien in die eerste fase. Ontwikkelingen in de automatisering gaan heel rap.” 34 FMT | februari 2022 Less bricks ‘Less bricks, more bytes & different behavior’ is het devies van het Radboudumc. Dat zijn leidende principes geweest in het ontwerp. Jansen: “‘Less bricks’ moet je heel letterlijk zien. Het gebouw is een stuk compacter dan de gebouwen die het vervangt. De elf verdiepingen tellen in totaal zo’n 43.000 m² vloeroppervlak. Nadat het A-gebouw in gebruik genomen is zal een aantal gebouwen aan de westflank (circa 100.000 m²) worden gesloopt. Werken op dat kleinere oppervlak is mogelijk door toepassen van slimme technologie, en nieuwe zorgconcepten met zorg op afstand. Dat helpt de zorg betaalbaar te houden, maar ook om het gebouw te laten passen binnen de duurzaamheidsambities van de opdrachtgever. Het nieuwe hoofdgebouw heeft het BREEAM ‘excellent ontwerp’-certificaat ontvangen en zal na ople vering ook het oplevercertificaat krijgen; daarmee is de duurzaamheids missie geslaagd.” More bytes Arne van Delft: “‘More bytes’ staat voor slimme technologie, waarbij de gebruikers van het gebouw centraal staan. Dat zijn in de eerste plaats de patiënten. De kamers zijn veel verder gepersonaliseerd dan we tot dusver kenden in de zorg. Patiënten hebben zelf meer regie over licht en klimaat in de kamer. De kamers zijn uitgerust met technologie die

| veiligheid Deerns reageert op wat erin de kamer gebeurt. Maar ook daarin hebben patiënten binnen de grenzen van bewaking van hun veiligheid en privacy zelf een stem. Bijvoorbeeld over hoe en wanneer camera’s met een monitoringsfunctie ingezet worden. Je moet je trouwens niet voorstellen dat er iemand de hele tijd naar camerabeelden van verpleegkamers zit te kijken. Ook daarin voorziet nieuwe technologie in verhoging van de doelmatigheid en privacy. Er is een systeem van alarmering dat pas een oproep tot meekijken door een zorgverlener uitstuurt wanneer beeldanalyse leert dat er iets gebeurt dat afwijkt van de norm.” Different behavior ‘Different behavior’ heeft betrekking op de nieuwe vormen van samenwerking die zo’n smart gebouw vraagt en faciliteert. “Patiënten kunnen bij het oproepen van hulp meteen aangeven waar ze hulp bij nodig hebben bijvoorbeeld”, vertelt Van Delft. Nu loopt een verpleegkundige naar de patiëntkamer. Hij of zij hoort daar pas wat er nodig is, en weet dan wie die hulp kan geven. Als je meteen bij de oproep meekrijgt wat de vraag is, scheelt dat een hoop bewegingen door de afdeling. Als de patiënt alleen wat te drinken nodig heeft, hoeft er helemaal geen verpleegkundige meer naar die patiëntenkamer toe. Dat scheelt in de werklast voor het zorgpersoneel. Maar er zijn ook nieuwe samenwerkingsvormen die best aanpassingsvermogen vragen. Alle smart toepassingen betekenen bijvoorbeeld dat de technische kant van gebouwbeheer en ict veel meer met elkaar verweven raken. Alles wat je met sensoren meet moet via het datanetwerk van het ziekenhuis gecommuniceerd worden. Dat betekent dat de twee werelden van ‘techneuten’ en ict-ers, die voorheen behoorlijk gescheiden waren, nu samenkomen. Daar moeten mensen echt mee leren omgaan. Zeker als ook patiënten de gelegenheid krijgen om bijvoorbeeld licht of temperatuur te regelen. Dat moet je niet regelen met een app op hun eigen smartphone; dan houd je de veiligheid van je ict-systeem niet meer in de hand. Ze krijgen daarom een device van het ziekenhuis.” Deerns is als onafhankelijk ingenieursbureau gespecialiseerd in technisch advies en engineering. De expertises van het bureau liggen op het vlak van installatietechniek, bouwfysica en energievoorziening. Deerns draagt als ontwerppartner bij aan duurzame, intelligente en toekomst bestendige gebouwen die doen waarvoor ze bedoeld zijn. Meer informatie: www.deerns.nl Impact “Met de nieuwe technische inrichting van het gebouw vergroten we de patiëntveiligheid aanzienlijk, zonder dat het de zorg extra belast”, stelt Vincent Jansen. “Door de slimme technologie en de verfijning van oproepsystemen gaat de aandacht van het zorgpersoneel veel gerichter naar de oproepen die ook echt prioriteit hebben.” “En er is meteen een flinke winst in de flexibiliteit van de zorgorganisatie geboekt”, vult Arne van Delft aan. “Als je gebouw smart is ingericht, kun je ruimtes sneller van functie laten veranderen. De coronacrisis heeft laten zien wat een voordeel dat kan zijn: je kunt bijvoorbeeld snel het aantal verpleegkamers dat je inzet als isolatiekamer opschalen. De coronapandemie heeft ons de bevestiging gegeven dat de route die het Radboudumc is ingeslagen met dit gebouwontwerp echt een aanwinst is voor de zorg.”  Meer patiëntveiligheid, zonder extra werklast 35

e-health | tekst • Rob Hendriks Digitale handen aan het bed Sinds het losbarsten van de coronapandemie experimenteren zorgaanbieders steeds meer met digitale zorg. Vaak met ondersteuning vanuit de Stimuleringsregeling E-Health Thuis (SET). Wat voor innovaties levert dit op? En wat is ervoor nodig om digitale zorg te laten slagen? D igitalisering geldt al jarenlang als een belofte die de zorg goedkoper kan maken. Ook kan zorg online nijpende personeelstekorten verzachten en wachtlijsten verkorten. Toch kwam de digitalisering lange tijd moeizaam van de grond. De corona-crisis bracht digitale zorg echter weer in een stroomversnelling. Zo ook bij GGZ Noord-Holland-Noord, dat flinke stappen maakte met beeldcommunicatie. “Vóór de coronapandemie waren we al operationeel met beeldbellen met cliënten en beperkt ook tussen vestigingen”, vertelt Rob de Ruiter, hoofd Informatisering en Automatisering. “Daarnaast waren we ons aan het voorbereiden op een Lifesize-implementatie voor niet-zorg gerelateerd beeld beloverleg voor groepen in vergaderruimtes en onderling beeldbellen vanaf elk type device, in- en extern. Door corona ontstond ineens de noodzaak het Lifesize beeldbellen veel sneller in te voeren dan voorzien en meteen ook naar de zorg uit te breiden.” Geen wachtlijsten Per patiënt en type klacht wordt bij de intake al beoordeeld of beeldbellen een aanvulling kan zijn op de bestaande zorg of dat zelfs een volledig online traject passend kan zijn. De Ruiter: “Voor sommige klachten hebben we geen wachtlijsten, wanneer cliënten 36 FMT | februari 2022 hun behandeling volledig online willen. Veel mensen vinden dat prettig en kiezen voor die mogelijkheid.” Daarnaast zet de GGZ-instelling nog steeds het beeldcommunicatieplatform Vicasa in voor crisishulpverlening voor heel Noord-Holland Noord. “Dat vereist namelijk bepaalde automatische doorschakelingen die niet in standaard beeldbeloplossingen aanwezig zijn. Via dit platform zijn we 24 uur per dag bereikbaar voor cliënten die vaak al wat langere tijd in behandeling zijn. Dat gaat veelal om mensen die ’s avonds of ’s nachts onrustig kunnen worden en behoefte hebben op dat moment aan direct contact. Zij kunnen de software installeren op eigen hardware en anders geven wij hun tablets of PC’s met touch screen in bruikleen. Op die manier kunnen cliënten ook buiten kantoortijden makkelijk in contact komen met ons digiteam, waarin ervaren mensen zitten. Daarnaast is er altijd een psychiater beschikbaar die mobiel eventueel met beeld bijgeschakeld kan worden.” Voorheen was er niet altijd een luisterend oor beschikbaar, wanneer cliënten ’s nachts behoefte hadden aan een geruststellend gesprek. “Dan kwamen zij in de crisisdienst terecht. Maar als je mensen gerust kunt stellen, hoeft dat niet te gebeuren. Door langere perioden van mentale stabiliteit te creëren, krijgen mensen met minder diepe pieken te maken. Uit onderzoek weten we dat 24 uurs-bereikbaarheid hieraan bijdraagt. Mensen komen minder snel in een crisis terecht en worden zo dus beter geholpen.” Subsidiemogelijkheden GGZ Noord-Holland-Noord experimenteerde de afgelopen jaren met verschillende beeldbelapplicaties en heeft nu behalve Vicasa dus ook de Lifesize-applicatie in gebruik voor de één-op-één zorggesprekken, maar ook voor online groepsbehandeling. “Bij die experimenten konden we over de jaren heen gebruik maken van diverse subsidies, sinds 2020 via de Stimuleringsregeling E-Health Thuis (SET), die ervoor moet zorgen dat ouderen en mensen met een chronische ziekte of beperking met een grotere kwaliteit van leven langer thuis kunnen wonen. Sinds 2020 biedt de SET ook subsidiemogelijkheden voor het ontwikkelen van een visie op e-health: SET Visievorming e-health (voorheen bekend als PréSET). In het visie document beschrijft de zorgaan bieder hoe e-health bijdraagt aan de missie en doelstellingen van zijn organisatie. De Ruiter: “Zonder die subsidiëring zou het moeilijker zijn geweest om die experimenten te doen. Want het gaat om forse investeringen. Het vereist ook voldoende doorzettingsvermogen van je organisatie om digitalisering voor elkaar te krijgen. Zorgverleners moeten bijvoorbeeld steeds meer continu digitaal worden opgeleid

| e-health SET en bijgepraat. Dit doen we met digicoaches. Zo’n coach is een lid van een zorgteam, dat een aantal uren per maand aandacht hieraan geeft. Het is daarom belangrijk om als organisatie een duidelijk doel voor ogen te hebben, een goede strategie op digitale zorg te ontwikkelen en koersvast te blijven.” Storingen Zorggroep Oude en Nieuwe Land, die onder meer thuiszorg biedt in Steenwijkerland, Noordoostpolder en Urk, maakte eveneens gebruik van de SET. De subsidie werd onder meer gebruikt voor de inzet van de Medido, een medicatiedispenser. Dit apparaat dat bij de cliënt thuis staat, zorgt ervoor dat hij op het goede moment de juiste medicatie inneemt door die automatisch aan te reiken. “Het is een handige oplossing voor een groep patiënten die medicatie makkelijk vergeet”, vertelt Jenneke Bok, adviseur ontwikkeling en subsidies bij de zorggroep. “In het begin had de Medido best wat storingen. Zo’n apparaat kan dan al gauw in de kast belanden. Bij ons is toen een tweede pilot gelanceerd, waardoor het apparaat een nieuwe kans kreeg.” De pilot slaagde en werd zo’n succes dat de zorggroep met alle zorgverzekeraars een bekostigingsafspraak wist te maken voor twee uur per maand per cliënt voor indirecte zorg. Verder past Zorggroep Oude en Nieuwe Land Door de komst van de coronapandemie is het aanbieden van digitale zorg door zorgaanbieders in een stroomversnelling gekomen. De komst van de Stimuleringsregeling E-Health Thuis (SET) in 2019 kwam daarbij op het juiste moment. Tot aan met de sluiting eind 2021 werd deze regeling op grote schaal aangevraagd: om aan de vraag te voldoen werden er naast de reguliere SET-regeling twee nood-SET-regelingen opengesteld. Aanvragers van deze SET-subsidies waren aanbieders van zorg en/of ondersteuning, die vallen onder de Zvw, Wlz en Wmo en met een inkoper willen samenwerken aan het opschalen én borgen van bestaande e-health oplossingen. Het doel van de subsidie was dat met deze e-health oplossingen ouderen en mensen met een chronische ziekte of beperking met een grotere kwaliteit van leven langer thuis kunnen blijven wonen. Aanvragen konden ingediend worden bij Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en werden vervolgens beoordeeld samen met ZonMw (organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie), de financierder van de regeling. Er lopen op dit moment veel projecten met de ondersteuning van de SET- subsidie. Projectleiders delen graag de door hen opgedane kennis en ervaringen op het gebied van opschalen én borgen van bestaande e-health oplossingen. Ga voor hun verhalen naar Stimulerings regeling E-health Thuis - ZonMw Digitale Publicaties. een medicatiecontrole-app toe voor bepaalde medicijnen en opiaten waarbij veiligheid extra belangrijk is. “Bij die medicijnen passen we dubbele medicatiecontrole toe, oftewel het vier ogen-principe. Een collega-zorgverlener kijkt mee en controleert de juiste medicatie, de juiste manier van toedienen en het juiste tijdstip. Dit doen we nu via de app, wat veel reistijd scheelt. Want voorheen moesten er altijd twee collega’s ter plaatse zijn.” Virtual reality Initiatieven die digitale zorg bevorderen, vinden niet altijd eenvoudig hun weg naar toepassing in de praktijk, zo ondervond de Haagse fysiotherapeute Galina van Delden. Haar praktijk biedt oefeningen voor thuis aan via virtual reality. Voor chronische problematiek gebeurt dit met een virtual reality-training van Reducept. Daarnaast wordt Corpus VR ingezet bij hoofd- nek- en schouderklachten. 37

e-health | Opschalen Van Delden: “Wanneer mensen langer dan drie maanden klachten houden, spreekt men van chronische pijn. Er ontstaat overactiviteit van het pijncentrum in de hersenen. Corpus VR en Reducept helpen het pijncentrum in een virtual reality-omgeving te ontspannen. Bij Reducept gaan zij in een mooie wereld met rustgevende muziek rode pijnbeestjes vangen, die vervolgens groen worden. Bij Corpus VR zijn er nog veel meer mogelijkheden in spelvorm. Wetenschappelijk is bewezen dat pijn hierdoor vermindert.” Desondanks hebben maar weinig mensen geld over voor deze vorm van online zorg, merkt Van Delden. Ook al gaat het om een relatief bescheiden bedrag van 15 euro, dat eenmalig moet worden betaald aan Corpus VR. “Dat had ik nooit verwacht, want het is een mooi product. Maar mensen kennen het niet, en onbekend maakt onbemind.” Ook met de Reducept-methode, een online behandelprogramma voor verminderen van chronische pijn, loopt Van Delden tegen obstakels aan. “Het programma had vorig jaar technische problemen, waardoor het niet goed werkte. Bij de helpdesk die er was, werd de telefoon 38 FMT | februari 2022 niet opgenomen.” Meer succes heeft Van Delden met de website www.backinactioncenter.nl. Hier zijn oefeningen en trainingen te vinden voor alle delen van het lichaam. De website heeft ook een Engelstalige versie; een waardevolle toevoeging, omdat Van Delden veel buitenlandse expats onder haar cliënten heeft. “Vanwege de coronacrisis worden die naar huis gestuurd, en op deze manier kunnen zij daar toch nog hun oefeningen blijven doen.”  Zorg die beter aansluit bij wat mensen vragen, dat is waar Patiëntenfederatie Nederland voor staat. De Patiëntenfederatie vertegenwoordigt ruim 200 patiëntenorganisaties. “Wij zeggen: ‘Digitale zorg, tenzij’, dat is onze visie. Het gebruik van digitale zorg is de keuze van de patiënt”, zegt Laurens Rijpstra, adviseur op het gebied van digitale zorg bij Patiëntenfederatie, op de website zorgvoorinnoveren.nl. Om die keuze mogelijk te maken, zet de organisatie zich in voor bewustwording bij arts en patiënt. Dit doet de federatie door bewezen e-health toepassingen te helpen met opschalen. “Dit moet ervoor zorgen dat mensen sneller gebruik kunnen maken van bewezen digitale zorg. Met praktische toolkits werken wij aan sneller opschalen en hopen wij meer bewustwording te creëren bij arts en patiënt om gebruik te gaan maken van digitale zorg, want de behoefte is er.” Sinds 2020 biedt de SET ook subsidiemogelijkheden voor het ontwikkelen van een visie op e-health

huisvesting | tekst • CBRE CBRE: Voldoende kapitaal voor vernieuwing zorginstellingen Beleggers gaan 1,2 miljard euro in zorgvastgoed steken Laura Seckel, Director Healthcare bij CBRE. Beleggers hebben komende jaren voldoende kapitaal beschikbaar om een belangrijke bijdrage te leveren om sterk verouderde verpleeghuizen en zorgcomplexen te vernieuwen en aan te passen aan de nieuwe klimaateisen. Beleggers kunnen daarbij de investeringen die zorgorganisaties in het vastgoed moeten doen overnemen. Verwachting is dat beleggers dit jaar 1,2 miljard euro in zorgvastgoed steken. De investeringsbereidheid van beleggers is hierbij niet de belemmering, maar juist gebrek aan aanbod vormt de drempel. D at blijkt uit de Market Outlook 2022 van CBRE Nederland. In de jaarlijkse Market Outlook publiceert en analyseert CBRE de cijfers over het afgelopen jaar en geeft het een onderbouwde verwachting voor het komend jaar. Transitie naar energieneutrale nieuwbouw Nederland heeft zo’n 19 miljoen vierkante meter vastgoed voor langdurige zorg, waarvan 59 procent al meer dan dertig jaar oud is (bouwjaar voor 1990). Voor een deel van de panden van voor 1990 zal de strategie zijn om niet meer te investeren in de bestaande bouw, maar in te zetten op een transitie naar energieneutrale vervangende nieuwbouw en tegelijkertijd de benodigde uitbreiding te realiseren. Klimaatdoelstellingen leiden tot verduurzaming van het zorgvastgoed, soms met grote en kostbare ingrepen. Deze investeringen stellen budgetafhankelijke zorgorganisaties voor een dilemma. Ze zijn nodig, maar mogen niet ten koste gaan van de zorg. Beleggers kunnen uitkomst bieden. Als zij het vastgoed in eigendom nemen, hebben zorgorganisaties de handen vrij voor hun belangrijkste taak: zorg leveren. Succesvolle sale-and-lease-back transacties - dit zijn transacties waarbij de zorgorganisatie na verkoop (een gedeelte van) het vastgoed terughuurt - en langjarige partnerschappen bewijzen de kracht van zo’n samenwerking. Kracht van samenwerking “In sommige gevallen ben je als huurder goedkoper af dan als eigenaar, sale-and-lease-back is dan een goede oplossing”, aldus Laura Seckel, Director Healthcare bij CBRE. “Een grote transactie illustreert de kracht van samenwerking. Een zorgorganisatie verkocht haar zorgappartementen aan een belegger, waarbij deze zorgaanbieder nog wel de zorg blijft leveren aan bewoners maar dus niet meer belast is met het eigendom van het vastgoed. Een andere grote sale-and-lease-back betrof de verkoop van twee woonzorgcomplexen in de provincie Utrecht voor 30,5 miljoen euro. De verkoper was een zorg-, woon- en welzijnaanbieder voor ouderen. De instelling kan door de transactie in één keer de renovatie- en nieuwbouwopgave in haar vastgoed realiseren en tegelijk toch haar doelgroep blijven bedienen met zorg in de twee woonzorgcomplexen.” Het beleggingsvolume in Nederlands zorgvastgoed bleef in 2021 met 850 miljoen euro achter door een gebrek aan aanbod. De samen werking tussen beleggers en zorgorganisaties komt langzaam op gang. Dit is volgens Seckel ook terug te zien in de toename van het investeringsvolume in het afgelopen jaar. Zo werd bijna de helft van het volume in de laatste drie maanden verhandeld. CBRE verwacht dat dit doorzet. “De trend wordt vooral gedragen door de grote investeringsopgave in zorgvastgoed en het maatschappelijk belang.” Gelet op de grote vraag naar zorginvesteringen verwacht CBRE in 2022 een volume van 1,1 à 1,2 miljard euro met aanhoudend dalende aanvangsrendementen. Vastgoed moet verbinden Met name ook in de stadsomgeving zijn grote investeringen nodig. Seckel: “Het is belangrijk dat de stad tegemoet komt aan de woon39

huisvesting | Over CBRE CBRE Nederland is onderdeel van het beursgenoteerde CBRE Group, met ruim 100.000 werknemers 's werelds grootste adviesbureau voor vastgoed (in termen van de omzet in 2020). De organisatie bedient klanten in meer dan 100 landen. CBRE biedt strategisch advies en begeleiding bij de aan- en verkoop en aan- en verhuur van vastgoed, corporate services, property-, facility en projectmanagement, taxaties, (her)ontwikkeling, investment management en research & consulting. behoeften van de vele ouderen en andere mensen die zorg nodig hebben. Zij komen door de anonimiteit van de stad makkelijk in een sociaal isolement terecht – iets dat we op het hoogtepunt van de coronacrisis veel zagen gebeuren. Terwijl de stad juist de ideale woonen ontmoetingsplek zou kunnen zijn; een omgeving waarin je langer sociaal actief blijft en zelfstandig kunt wonen. Hiervoor is vastgoed nodig dat mensen, generaties en functies verbindt. Denk aan gebouwen voor divers gebruik, aantrekkelijke seniorenhuisvesting en kwalitatief hoogstaande zorgvoorzieningen, waardoor ook ouderen en zorgbehoevenden hun plek in de stedelijke maatschappij houden.” Zeker voor zorggerelateerd vastgoed is een samenwerking tussen de zorgaanbieder en een belegger een goede oplossing, waarbij alle partijen profiteren van de professionalisering die de laatste jaren heeft plaatsgevonden. Die slag is ook zichtbaar in de eerstelijns- en twee delijns-zorgcentra, waar als gevolg van de vergrijzing de zorgopgave ook zal stijgen. Het aantal beleggers dat de specialistische kennis heeft om in deze segmenten te beleggen neemt toe.  Rapport opvragen Het volledige rapport Market Outlook 2022 van CBRE Nederland is op te vragen via de site www.cbre.nl 'Voor zorgvastgoed is samenwerking tussen de zorgaanbieder en een belegger een goede oplossing' 40 FMT | februari 2022

Agenda 2022 Health Valley Event 15 t/m 17 maart Pathé Nijmegen www.healthvalleyevent.com Congres 'Zorg Service Revolutie' 22 maart Jaarbeurs Utrecht www.hagozorg.nl/zorg-service-revolutie DMEA 2022 Connecting Digital Health 26-28 april Messe Berlijn www.dmea.de Zorgfestival Inspire HEALTH&CARE 26-28 april Flanders Expo, Gent www.health-care.be Interclean Amsterdam 10-13 mei RAI Amsterdam www.intercleanshow.com/amsterdam Vakbeurs Facilitair & Gebouwbeheer 8, 9 en 10 juni Jaarbeurs Utrecht www.vakbeursfacilitair.nl Dutch Technology Festival 11, 15 t/m 19 juni www.dutchtechnologyfestival.com Vakevent Zorgtotaal 14 t/m 16 juni Jaarbeurs Utrecht www.zorgtotaal.nl VCCN Nationaal Symposium Contamination Control 10 mei Congrescentrum 1931, Den Bosch www.vccn.nl Support 15 t/m 18 juni, voor het eerst samen met Zorgtotaal en Zorg & ICT live gehouden tijdens de Dutch Health Week. Jaarbeurs Utrecht www.supportbeurs.nl ARCH22 Conferentie Zorgarchitectuur 22 t/m 24 augustus TU Delft en Erasmus MC, Rotterdam www.arch21erasmusmc.tudelft.nl FMT Totaal OK Congres en beurs 15 september 2022 Jaarbeurs Utrecht www.totaalok.nl Data onder voorbehoud, check altijd de site van de organisator. Colofon Met medewerking van o.a. Hogeschool Arnhem en Nijmegen, IHE, KIVI, NEN, NVTG, TU/e, FHI Medical Technology FMT als crossmediaal platform Vakblad, informatieplatform, over actuele ontwikkelingen (cure & care) op het gebied van Facilities (realisering, onderhoud, beheer en exploitatie van zorghuisvesting en verwante facilitaire voorzieningen), Management en Technologie (medische en gebouwgebonden technologie, ICT, eHealth, artifi cial intelligence etc.). Verschijnt 7x per jaar, zowel in print als digitaal ISSN 1873-8877 www.fmtgezondheidszorg.nl Twitter: @FMTzorg LinkedIn: FMT Gezondheidszorg Uitgever AcquiMedia, Henk van der Brugge Amstelwijckweg 15, 3316 BB Dordrecht Eindredactie Dietske van der Brugge info@fmtgezondheidszorg.nl Redactie Lucy Holl, Henk Postema, Betty Rombout, Wilma Schreiber, Frank van Wijck, Loes Elshof Redactie Advies Commissie • Ing. Peter Karsman, directeur Karsman Advies en Interimmanagement • Ing. Luc Knaven, branchedirecteur FHI Medical Technology • Prof. dr. Jos Lichtenberg, (em.) hoogleraar bouwtechnologie TU/e • Cor van Litsenburg, founder FMT Gezondheidszorg • Prof. dr. ir. Masi Mohammadi, hoogleraar slimme architectuur TU/e, lector bouwen voor gezondheid • Ir. Victor Pastoor, bestuurslid NVTG • Mr. drs. Jack Thiadens, interim zorgbestuurder • Janet Vissinga, consultant OKCN Bladmanagement en advertenties Wim Boer, 0184-481042, wim@fmtgezondheidszorg.nl Henk van der Brugge, 0184-481041, henk@acquimedia.nl Vormgeving Dock35 Marketing Druk Senefelder Misset, Doetinchem. Abonnement € 120,- per jaar excl. BTW, biedt tevens toegang tot het digitale magazine. Buiten Nederland, binnen Europa € 145,- per jaar excl. BTW. Informeer vrijblijvend naar een collectief abonnement. NUMMER 1 FEBRUARI 2022 WWW.FMTGEZONDHEIDSZORG.NL 2022 1 Duurzaamheid Energietransitie en routekaarten Huisvesting Het Jeroen Pit Huis Zorgtechnologie Stralingsdosis berekenen met AI Onderweg naar ‘Parijs’ de blik gericht op 2030 Coverfoto: Spaarne Gasthuis Disclaimer & Copyright AcquiMedia heeft deze uitgave op de meest zorgvuldige wijze samengesteld. AcquiMedia, (hoofd)redactie en auteurs kunnen echter op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledigheid van de gegevens en aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard dan ook, die het gevolg is van handelingen en/of beslissingen die gebaseerd zijn op de informatie in deze uitgave. Het is niet toegestaan om zonder toestemming van de uitgever (incl. bronvermelding en fotocredit) beelden of artikelen uit deze uitgave over te nemen. GEZONDHEIDSZORG

bedrijvenindex | ADVIESBUREAU CLEANROOMS HUISVESTING KRANEN EN SANITAIRE TOEBEHOREN Deerns Nederland B.V. Anna van Buerenplein 21F 2595 DA Den Haag T +31 88 3740000 www.deerns.nl Ropa Systems BV Belleweg 9, 5711 DH Someren T +31 (0)493 473637 www.ropasystems.nl Jan Snel Medical Buildings Willeskop 94, 3417 ME Montfoort Postbus 200, 3417 ZL Montfoort T +31 (0) 348 47 90 90 www.jansnel.com INSTALLATEUR Sweegers en de Bruijn bv Europalaan 12g 5232 BC ’s-Hertogenbosch T 088 030 7300 www.swebru.nl Cadolto Benelux BV Dorpsstraat 8a 4181 BN Waardenburg T +31 418 651 544 M +31 61066 4074 www.cadolto.nl Delabie Benelux BVBA Kommenstraat 20 BE 1070 Brussel T +32 (0) 2520 1676 www.delabiebenelux.com MEDISCHE GASSEN DISTRIBUTIE SYSTEMEN ULC Installatietechniek b.v. Labradordreef 18 Postbus 2405 3500 GK Utrecht T +31 30 26 50 500 www.ulcgroep.nl Dräger Nederland B.V. Huygensstraat 3-5 2721 LT Zoetermeer T 079 – 344 44 888 www.draeger.com Interfl ow OK Consultancy Nederland (OKCN) Postbus 2102 5202 CC ’s-Hertogenbosch T (0)73 62 34 381 www.okcn.nl ARCHITEKTENBUREAU IAA Architecten Sem Presserhof 108 1087 JG Amsterdam T +31 (0)20 520 00 80 M.H. Tromplaan 55 7513 AB Enschede T +31 (0)53 480 44 44 www.iaa-architecten.nl BOUWBEDRIJVEN Jan Snel Medical Buildings Willeskop 94, 3417 ME Montfoort Postbus 200, 3417 ZL Montfoort T +31 (0) 348 47 90 90 www.jansnel.com De Stek 15, 1771 SP Wieringerwerf T (0227) 60 28 44 www.interfl ow.nl IT & SOFTWARE MEDISCHE INRICHTING & ACCESSOIRES Ultimo Software Solutions bv Waterweg 3, 8071 RR Nunspeet T +31(0)341 – 423737 www.ultimo.com KRANEN EN SANITAIRE TOEBEHOREN Waardenburg Medical Dorpsstraat 8a 4181 BN Waardenburg T +31 418 651 078 M +31 61066 4074 www.waardenburgmedical.com MEDISCH MEUBILAIR M-Wall BV Steenoven 4C 5626 DK Eindhoven T +31 850 18 85 00 www.mwall.nl SCHELL GmbH & Co. KG Raiff eisenstrasse 31 57462 Olpe, Duitsland T +49 2761 892-0 www.schell.eu HUISVESTING MedicomZes Amsterdam T 020 696 68 86 E amsterdam@medicomzes.nl www.medicomzes.nl MedicomZes Groningen T 050-549 54 95 E groningen@medicomzes.nl www.medicomzes.nl 42 FMT | februari 2022 Cadolto Benelux BV Dorpsstraat 8a 4181 BN Waardenburg T +31 418 651 544 M +31 61066 4074 www.cadolto.nl Vertegenwoordigd in Nederland door Hamers en Kesber Warandebergstraat 43 1271 ZC Huizen T 0031 (0)356566888 M 0031 (0)628978209 E AH@hamersenkesber.nl Nijverheidsweg 8 5071 NK Udenhout T +31 13 511 11 11 www.medifi x.nl Medifi x B.V.

| bedrijvenindex MEDISCH TECHNISCHE VOORZIENINGEN OPERATIEKAMERS OPERATIEKAMERS SERVICE & ONDERHOUD, RENOVATIES Interflow Heijneman Medical BV Copenweg 17 3411 NX Lopik T 088 11 81 000 www.heijnemanmedical.nl MEDISCHE PERSLUCHT Berko Kompressoren Havenweg 14, 6603 AS Wijchen T 024 - 641 11 11 www.berko.eu NOODSTROOMOPLOSSINGEN PRIVEKLINIEKEN A Q-bital Company Elinex Power Solutions Wolweverstraat 15 2984 CE Ridderkerk T +31 (0)180 72 13 59 www.elinex.com Young Medical B.V. Rob van Liefland E robvanliefland@young-medical.com M +31 6 54785876 www.young-medical.com Medical Building Solutions Ambachtweg 50 5731 AG Mierlo T 0492 666060 www.medicalbuildingsolutions.nl Zwart Techniek B.V. Middenhavenstraat 76 1976 CM IJmuiden T +31 (0)255 530 304 www.zwarttechniek.com OPLEIDINGEN Jan Snel Medical Buildings Willeskop 94, 3417 ME Montfoort Postbus 200, 3417 ZL Montfoort T +31 (0) 348 47 90 90 www.jansnel.com Hogeschool Rotterdam G.J. de Jonghweg 4-6 3015 GG Rotterdam T 010 794 48 90 www.hogeschoolrotterdam.nl REINIGING & DESINFECTIEOPLOSSINGEN Cadolto Benelux BV Dorpsstraat 8a 4181 BN Waardenburg T +31 418 651 544 M +31 61066 4074 www.cadolto.nl PROJECTINRICHTING WANDBEKLEDING MANN+HUMMEL Vokes Air BV 1e Garnizoensdok 7 3539 JA Nieuwegein Tel 030-6868080 www.airfiltration.mann-hummel.com De Stek 15, 1771 SP Wieringerwerf T (0227) 60 28 44 www.interflow.nl M-Wall BV Steenoven 4C 5626 DK Eindhoven T +31 850 18 85 00 www.mwall.nl PERSOONSBEVEILIGING SYSTEMEN STRALINGSBESCHERMING Medical Building Services Ambachtweg 50 5731 AG Mierlo T 0492 666060 www.medicalbuildingsolutions.nl Ooperon Mijkenbroek 25 4824 AA Breda T + 31 76 57 230 30 www.ooperon.nl Rontgenglas.nl Belleweg 9, 5711 DH Someren T +31 (0) 493 472399 www.rontgenglas.nl M-Wall BV Steenoven 4C 5626 DK Eindhoven T +31 850 18 85 00 www.mwall.nl ZORGTECHNOLOGIE, BOUW EN INRICHTING M-Projectservice BV Steenoven 4C 5626 DK Eindhoven T +31 40 292 79 50 www.m-projectservice.nl VAMED Nederland B.V. Orteliuslaan 897, 3521 BE Utrecht T +31 (0)30 303 64 30 www.vamed.nl Miele Professional Postbus 166, 4130 ED Vianen T 034-73 78 884 www.miele-professional.nl E professional@miele.nl 43

        Wij gaan verhuizen! IAA Architecten www.iaa-architecten.nl +31(0)53 480 4444 info@iaa-architecten.nl iaa-architecten iaa_architecten Enschede M.H. Tromplaan 55 7513 AB Enschede Amsterdam Sem Presserhof 108 1087 JG Amsterdam De Melkhal Raifeissenstraat 85 7514 AM Enschede Per 1 april 2022 verhuisd onze Enschede vestiging vanaf de M.H. Tromplaan 55, naar De Melkhal aan de Raifeissenstraat 85. Benieuwd naar onze nieuwe huisvesting?           creatief partner bij ruimtelijke vraagstukken

1 Online Touch

Index

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5
  6. 6
  7. 7
  8. 8
  9. 9
  10. 10
  11. 11
  12. 12
  13. 13
  14. 14
  15. 15
  16. 16
  17. 17
  18. 18
  19. 19
  20. 20
  21. 21
  22. 22
  23. 23
  24. 24
  25. 25
  26. 26
  27. 27
  28. 28
  29. 29
  30. 30
  31. 31
  32. 32
  33. 33
  34. 34
  35. 35
  36. 36
  37. 37
  38. 38
  39. 39
  40. 40
  41. 41
  42. 42
  43. 43
  44. 44
Home


You need flash player to view this online publication