0

DATACENTERS ESSAY EVEN OMSTREDEN ALS ONMISBAAR 18 CORONA & KLIMAATADAPTIE 22 VAALS DUITSERS REDDING VOOR GRENSGEMEENTE 28 21 augustus 2020 | week 34 | jaargang 41 16 2020 BINNENLANDS BESTUUR OM RUN OP BIJSTAND TE VOORKOMEN CORONA NOOPT TOT OMSCHOLEN Voor professionals in de publieke sector die willen groeien. www.bmc.nl/opleidingen ONAFHANKELIJK MAGAZINE VOOR BETROKKEN AMBTENAREN EN BESTUURDERS

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 02COLOFON REDACTIONEEL ‘Het ontbreekt me als Binnenlands Bestuur is een uitgave van de Sijthoff Media Groep en verschijnt tweewekelijks op vrijdag. REDACTIEADRES Postbus 75462, 1070 AL Amsterdam tel: 020 - 5733669 e-mail: info@binnenlandsbestuur.nl www.binnenlandsbestuur.nl HOOFDREDACTIE Eric de Kluis REDACTIE Hans Bekkers (chef redactie), Wouter Boonstra, Martin Hendriksma, Adriaan de Jonge, Yolanda de Koster, Alexander Leeuw, Michiel Maas, José Salhi. COLUMNISTEN Geerten Boogaard, Jan Verhagen ILLUSTRATOR Berend Vonk Coverbeeld: Nico Garstman / ANP-HH VASTE MEDEWERKERS Ton Bestebreur, Brian van der Bol, Martijn Delaere, René Didde, Wilma van Hoeflaken, Yvonne Jansen, Michel Knapen, Harry Perrée, Simon Trommel, Michiel S. de Vries, Joost Zonneveld. BASIS-ONTWERP: Studio Room VORMGEVING VRHL Content en Creatie, Alphen aan den Rijn DRUK Senefelder Misset, Doetinchem ADVERTENTIEAFDELING Jan-Willem Hulst, tel. 06-22663674 Marcel van der Meer, tel. 06-23168872 Sandra de Vries, tel. 020-573 3656 E-MAIL ALGEMEEN sales@binnenlandsbestuur.nl DIRECTIE Willem Sijthoff MARKETING Lindsay Duijm ABONNEMENT Voor een (gratis) abonnement zie de website: www.binnenlandsbestuur.nl en ga naar abonnementen. Heeft u nog vragen, mail dan naar klantenservice@binnenlandsbestuur.nl of bel 020 – 573 3600. Betaalde abonnementen voor bedrijven en professionals buiten de doelgroep: jaarabonnement 1e jaar € 87,- (normaal € 229,-). Abonnementen voor raadsleden en leden van Provinciale Staten zijn gratis. Los nummer € 9,75. De prijzen zijn exclusief btw. Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaarden de auteur(s), redacteur(en) en uitgever(s) geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten en onvolkomenheden, noch voor gevolgen hiervan. ISSN 0167-1146 OPLAGE 43.000 © Het is niet toegestaan om zonder voorafgaande toestemming van de uitgever artikelen, onderzoeken of gedeelten daarvan over te nemen. Binnenlands Bestuur is een onafhankelijk magazine voor de hoger opgeleide decentrale ambtenaar en lokale bestuurder. ex-coronapatiënt aan zin en geduld’ OMGAAN MET ‘KRITISCHE GEESTEN’ WAPPIES Regelmatig vallen er op de digitale deurmat van Binnenlands Bestuur e-mails van ‘kritische geesten’ en ‘mensen die vragen durven te stellen’. Over het algemeen zijn ze afkomstig van mensen die Facebook als bron gebruiken en vragen stellen als: ‘waarom wil Bill Gates de wereld beheersen’ en ‘waarom wil de overheid dat wij geloven dat er een corona-virus heerst’. Veelal gevolgd door dreigementen dat de redactie te zijner tijd terecht zal komen staan voor dood door schuld omdat we mogelijk levensreddende middelen en visies uit het alternatieve circuit geen aandacht geven. Waarom er überhaupt levensreddende middelen moeten bestaan tegen een virus dat volgens dezelfde mensen niet bestaat, blijft doorgaans onduidelijk. Voor een deel kun je ze wegzetten als wappies: mensen die op zoek zijn naar eenvoudige antwoorden voor complexe problemen en als hulplijn een complottheorie volgen die tenminste enig houvast biedt. Dat geldt overigens niet voor iedereen die vragen stelt over hoe wordt omgegaan met corona. Toch dreigen zij ten onrechte in de wappie-hoek te worden geplaatst. Veel behandelingen zijn experimenteel, veel maatregelen onlogisch. Dat is onvermijdelijk. De meest effectieve manier om het virus te bestrijden, is een totale lockdown. Dat heeft echter ernstige economische consequenties. We zullen dus gerichte keuzes moeten maken, waarbij de nadelen van de lockdown en die van economische teruggang enigszins in evenwicht zijn: de ene markt kan wel open en de andere niet, de ene drukke straat valt niet in mondkapjesgebied en de andere wel, de ene bedrijfstak wordt strenger behandeld dan de andere. Er zal en moet voortdurend discussie zijn over dat soort maatregelen. Een discussie tussen groepen mensen die vinden dat het virus zo goed mogelijk moet worden bestreden met zo min mogelijk schade aan personen en samenleving, maar die verschillen van inzicht over de manier waarop dat moet gebeuren. Daar bied ik als hoofdredacteur graag ruimte voor. Maar het ontbreekt me als ex-coronapatiënt aan zin en geduld om in gesprek te gaan met mensen die menen dat er helemaal geen virus bestaat. ADVERTENTIE Congres ICT en Overheid 2020 De praktijk van Common Ground De Common Ground ontwikkelingen zijn in volle gang. Wat zijn de lessen uit de praktijk? Waar staan we? Meer informatie op ictenoverheid.nl ERIC DE KLUIS HOOFDREDACTEUR BINNENLANDS BESTUUR 8 oktober 2020 kasteel De Schaff elaar Barneveld

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 INHOUD 03 14 COVERSTORY OMSCHOLEN Zij die hun baan verloren door de coronacrisis moeten zich voorbereiden op een ‘nieuwe economische realiteit’. Voor gemeenten betekent het vooral: werklozen begeleiden naar werk, om instroom in de bijstand te beperken. 10 INTERVIEW JOHAN VERHAGE 50 JAAR AMBTENAAR Projectleider civiele techniek Johan Verhage (66) gaat begin volgende maand met pensioen bij de gemeente Noordoostpolder. Hij heeft er dan vijftig jaar gewerkt. ‘Ik ben als jongste gekomen en ga als oudste weg.’ 32 ROEP OM CENTRALE DATABASE 26 STAATSSECRETARIS KNOPS VERBETERSLAG ONLINE NODIG Miljoenen mensen worstelen met de digitalisering van dienstverlening. In een manifest roepen Binnenlandse Zaken en de VNG gemeenten daar meer werk van te maken. Het aantal milieueffectrapportages is dramatisch gedaald. Over de rapporten die wel geschreven zijn, publiceerde Arcadis een kritische analyse. De Commissie milieueffectrapportage trekt aan de bel. Al geeft de minister alvast aan niks te willen veranderen. NEGEREN M.E.R. GOED GEBRUIK NIEUWS Meerwaarde en bekendheid 14+ beperkt Vakbond wil verlenging Tozo 4 5 Werkklimaat rijk gespannen door toeslagenaffaire 7 ACHTERGROND Datacenters: omstreden en tegelijk onmisbaar 18 ESSAY ABONNEMENT Voor een (gratis) abonnement zie de website: www.binnenlandsbestuur.nl. Klik vervolgens op Abonnementen en kies de vorm die bij u past. Maak werk van klimaatbeleid ACHTERGROND Zomerserie Ver weg in eigen land: Vaals Gemeentehuis Amstelveen op de schop 22 28 35 VERDER COLOFON / REDACTIONEEL 2 BEREND VONK NIEUWS IN BEELD GEERTEN BOOGAARD IN DE CLINCH JAN VERHAGEN BOEK PERSONALIA 5 8 13 21 37 39 42

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 04 NIEUWS DIENSTVERLENING DOOR: HANS BEKKERS Het 14+ netnummer heeft gemeenten niet gebracht wat ze ervan hadden verwacht. Dat blijkt uit onderzoek van I&O Research in opdracht van de VNG Realisatie, een onderdeel van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. WENS BLIJFT ÉÉN EN HETZELFDE LANDELIJK NUMMER MEERWAARDE EN BEKENDHEID 14+ BEPERKT Om het kwaliteitsniveau van de dienstverlening te kunnen vaststellen, heeft I&O Research onderzocht wat de ervaringen van burgers en gemeenten met het 14+ netnummer zijn, en dan met name wat zij vinden van de functionaliteit, het gebruiksgemak en – voor gemeenten – de geboden ondersteuning ervan. Het onderzoek wijst uit dat burgers die de gemeente benaderden via het 14+ nummer de gemeentelijke dienstverlening niet beter of slechter waarderen dan mensen die een ander telefoonnummer belden. Technisch gezien functioneert het 14+ netnummer prima. Uit gehouden diepte-interviews blijkt echter dat eigenlijk alle respondenten van gemeentewege van mening zijn dat 14+ de gemeenten zelf weinig heeft gebracht. ‘Dat wat lukt via het 14+ platform, was ook gelukt met het eigen nummer’, aldus vertegenwoordigers van de gemeenten. Velen betreuren het dat het oorspronkelijke concept van 14+, dat veel breder was, niet van de grond kwam. Het oorspronkelijke concept van 14+ was immers om door middel van één en hetzelfde landelijke nummer alle overheidsdienstverlening op een lokaal niveau makkelijk toegankelijk en bereikbaar te maken. Dat is er niet van gekomen. Uit het onderzoek blijkt dat veel gemeenten dat concept nog steeds omarmen. Een genoemd voordeel is dat het korte 14+ netnummer makkelijker communiceert richting burgers en ondernemers dan een langer algemeen nummer. Twee ‘ 14+ is nog geen begrip zoals 112’ derde van hen zegt in het onderzoek desgevraagd wel door te willen met 14+ zoals het nu is. Een zesde deel vindt dat de insteek anders zou moeten. Kleinere gemeenten twijfelen daar vaker over dan grote gemeenten. INSPREEKFUNCTIE Een andere uitkomst is dat de bekendheid van het 14+ laag is. In totaal herkent 19 procent van de Nederlanders die de afgelopen twee jaar contact had met de gemeente het nummer, wanneer hen dit nummer voorgelegd wordt. Dat is ongeveer gelijk aan de bevindingen van de Universiteit Twente in 2014 – toen kende 21 procent het nummer. In totaal is 49 procent van de gemeenten actief aangesloten op het 14+ netnummer. Het streven dat alle gemeenten in 2015 zouden zijn aangesloten – destijds een van de doelen van het i-NUP: de overheidsbrede implementatieagenda voor dienstverlening en e-overheid – is dus niet gehaald. Grotere gemeenten zijn vaker aangesloten dan kleinere, met als gevolg dat 67 procent van de burgers van het 14+ netnummer gebruik kan maken Dus 19 procent van de burgers kent het nummer, terwijl 67 procent het in zijn/ haar gemeente zou kunnen kennen. Twee op de drie burgers die telefonisch contact hadden met de gemeente weten volgens het onderzoek vaak niet meer met welk nummer zij hebben gebeld. Van de overige bellers herinnert 15 procent zich het 14+ netnummer en 15 procent een ander gemeentenummer. ‘Daaruit kan worden geconcludeerd dat het nummer na vijf jaar niet bekender is geworden. Ook uit de verdiepende interviews blijkt dat 14+ geen begrip is zoals 112,’ aldus I&O onderzoeksadviseur Peter Kanne. Voor burgers is het feit dat ze het nummer niet kennen overigens niet zo’n groot probleem. ‘Er is geen noodsituatie – zoals bij 112 wel het geval is – en dus is het niet noodzakelijk het nummer paraat te hebben. Als iemand het nodig heeft, is het zo gegoogeld of gevonden op de gemeentelijke website: het maakt dan niet zoveel uit welk nummer er verschijnt’, zegt hij. Kritiek punt blijft de inspreekfunctie. Drie van de vier gemeenten waar bellers de gemeentenaam moeten inspreken vinden dat dit inspreken een hinderlijk extra obstakel vormt voor burgers. Voor een gemeente kan dit volgens de onderzoekers zelfs een reden zijn om te stoppen met actief communiceren van 14+.

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 DOOR: ADRIAAN DE JONGE ECONOMIE NIEUWS 05 Vakbond FNV wil de inkomensondersteuning voor zelfstandigen, de Tozo, verlengen tot het einde van het jaar. Daar moet dan wel een verplichting aan worden gekoppeld om mee te doen aan een zogeheten heroriëntatieprogramma. 50 MILJOEN NODIG VOOR ‘HERORIËNTATIE’ VAKBOND WIL VERLENGING TOZO De Tozo (Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers) bood vanaf maart inkomensondersteuning tot bijstandsniveau aan zelfstandigen die getroffen zijn door de coronacrisis, maar loopt op 1 oktober af. Net als het kabinet, denkt vakbond FNV dat ondernemers er goed aan doen om zich te ‘heroriënteren’ op een nieuwe arbeidsmarkt – dat kan gaan om een kleine aanpassing om het bedrijf ‘corona-proof’ te maken, of een totale omscholing naar een nieuw beroep. Maar de vakbond stelt CARTOON BEREND VONK dat daar wel extra tijd voor nodig is. Met een verlenging van de inkomenssteun van drie maanden (oktober tot en met december) hebben ondernemers voldoende ruimte om zich voor te bereiden op de postcorona-economie. Of zou verlenging van de inkomensondersteuning de prikkel tot omscholing juist verkleinen? Het CPB stelde onlangs in een advies dat beëindiging van de Tozo de mobiliteit tussen verschillende sectoren sterker stimuleert dan het verlengen ervan. Marjan van Noort, manager bij FNV Zelfstandigen: ‘De zelfstandigen die ondersteuning nodig hebben, zitten in zwaar getroffen sectoren. Ze willen wel, maar een alternatief vinden is niet zo makkelijk, anders hadden ze die Tozo niet aangevraagd. Dan kun je prikkels inbouwen, maar als de economie er nog niet klaar voor is, dan heb je daar niet zoveel aan.’ De vakbond schat in dat zo’n 50.000 zelfstandig ondernemers behoefte hebben aan begeleiding bij de heroriëntatie op de arbeidsmarkt. Daarvoor is 50 miljoen euro nodig, die wat Van Noort betreft het beste via gemeenten kan worden besteed. Het programma wordt immers gekoppeld aan de Tozo, die gemeenten nu al uitvoeren. De vakbond raadt gemeenten daarbij aan om de doelgroep zelf – zelfstandigen dus – in te huren. Van Noort: ‘Er zijn best wel veel zelfstandigen zijn die het coachen van ondernemers als business hebben. Als je de doelgroep zelf vraagt, snijdt het mes aan twee kanten: én ze hebben er verstand van én ze verdienen er ook nog wat aan.’ Lees verder op pag. 14

VAN ONZE KENNISPARTNER

DOOR: HANS BEKKERS BESTUUR NIEUWS 07 De helft van de leidinggevende ambtenaren binnen de ministeries ervaart dat de toenemende felheid tegen individuele ambtenaren de aantrekkelijkheid van het werken in de publieke sector negatief beïnvloedt. Onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen naar de gevolgen van de toeslagenaffaire bij de Belastingdienst wijst dat uit. ONDERZOEK UNIVERSITEIT GRONINGEN: WERKKLIMAAT RIJK GESPANNEN DOOR TOESLAGENAFFAIRE Hoogleraar bestuurskunde Caspar van den Berg en promovendus Alexandre Belloir ondervroegen een representatief panel van 2.400 medewerkers in de publieke sector en kregen een representatieve respons van 56 procent. Van alle respondenten was 45 procent van mening dat de aangifte tegen de Belastingdienst afbreuk doet aan een open cultuur waarin men graag verantwoordelijkheid neemt. Dat wordt sterker naarmate ambtenaren dichter tegen de nationale politiek aan werken. Van de ambtenaren op Haagse ministeries is 49 procent van mening dat de angstcultuur wordt versterkt door de aangifte. Verder inzoomend op leidinggevenden binnen de beleidstorens stijgt dit percentage tot 70 procent. HOOFDOORZAAK Gevraagd naar hoe de misstanden volgens de ambtenaren hebben kunnen ontstaan, geeft 57 procent aan dat ‘de politieke wens om de toeslagenfraude krachtig te bestrijden’ de hoofdoorzaak is, volgens 28 procent komt het vooral door de ‘complexiteit van het toeslagensysteem’, en 15 procent ziet ‘bewust onrechtmatig of onbehoorlijk handelen door ambtenaren’ als belangrijkste oorzaak. In hoeverre de toeslagenaffaire de aantrekkelijkheid van het werken voor de overheid beïnvloedt, blijkt volgens de onderzoekers sterk af te hangen van hoe men de oorzaak van de affaire duidt. ‘Voor hen die vooral de politiek als oorTopambtenaren komen steeds vaker ‘in de wind’ te staan zaak zien, neemt de aantrekkelijkheid het meest af, terwijl zij die uitgaan van niet-integer handelen door ambtenaren, het minst vinden dat hun werkklimaat eronder te lijden heeft’, aldus hoogleraar Van den Berg en Belloir. De onverminderd hoge kwaliteit van de overheid in Nederland berust volgens hen voor een belangrijk deel op goed opgeleide, professionele en gemotiveerde overheidsdienaren. ‘Daarmee is het ambtelijk apparaat van grote publieke waarde voor ons allemaal. Ook wanneer de verontwaardiging over specifieke misstanden hoog oploopt, moet dat niet uit het oog verloren raken’, stellen zij. Al ruim een jaar houdt de toeslagenaffaire bij de Belastingdienst de politieke gemoederen in Den Haag bezig. Na een reeks pijnlijke onthullingen, verhitte Kamerdebatten, een opgestapte staatssecretaris en directeur-generaal, deed het ministerie van Financiën in mei aangifte van een redelijk vermoeden van strafrechtelijke feiten, gepleegd door ambtenaren van de Belastingdienst. Inmiddels is een verkennend strafrechtelijk onderzoek begonnen. Die zet van het ministerie van Financiën sloeg bij velen in Den Haag en ver daarbuiten in als een bom. RUTTE In januari waarschuwde premie Rutte in een bij vlagen emotioneel Kamerdebat al dat er in de Kamer te fel en te beschuldigend gesproken werd over het handelen van ambtenaren. Volgens hem werd ‘langzamerhand half ambtelijk Nederland bij de vuilnisbak gezet’. Rutte maakte zich zorgen dat de felheid over ambtenaren ertoe leidt dat het steeds lastiger wordt om goede mensen bereid te vinden voor topambtelijke posities. De premier onderstreepte daarmee de bevindingen van recent onderzoek van de RuG en de Nederlandse School voor Openbaar Bestuur, dat de aantrekkelijkheid van topmanagementfuncties bij het rijk de laatste jaren is afgenomen door onder meer de toegenomen politieke en media-druk. Topambtenaren komen steeds vaker ‘in de wind’ te staan, terwijl het hun taak is uitvoering te geven aan de politieke wensen van hun minister en zij zich niet in het openbaar kunnen verdedigen. In zijn in juni uitgebracht advies over de ministeriële verantwoordelijkheid spreekt de Raad van State van het ‘haperende samenspel’ tussen ministers, ambtenaren en het parlement. BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020

08 NIEUWS IN BEELD CULTUUR DOOR: HANS BEKKERS PODIA IN ZWAAR WEER VERDELING BEZOEKERS NAAR TYPE PODIA 20% 45% 20% 13% toneel poppodium capaciteit 1,5 m van 100% normaal DALING BEZETTING poppodia 18% podia rest 45% Door de coronamaatregelen kunnen de podia minder stoelen/plaatsen in gebruik hebben. De capaciteit voor poppodia is nog maar 15 tot 20 procent van de oorspronkelijke capaciteit. Voor theaters en schouwburgen is de capaciteit nog 35 tot 50 procent. Sommige podia hadden voor de coronacrisis al een relatief lage bezettingsgraad: lang niet alle stoelen waren per voorstelling bezet. Een beperking van de capaciteit hoeft dan niet direct gevolgen te hebben voor het aantal bezoekers. aar het is de vraag of bezoekers ondanks de genomen ln i delfde mate blijn k l re t g Maar het is de vraag of bezoekers ondan aatregelen in dezelfde mate blijven kom onacrisis. Mogelijk mijden zij juist de it angst te worden besmet, voora oudere publiek van theaters en scho Tot slot wordt de programmering van 2020 sterk aangepast. Ee g van podi groot deel v de undeld sp oor de de oo klassiek mix BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 20202020 NIEUWS IN BEELD 09 Jaarlijks bezoeken ca. 20 miljoen mensen een toneelvoorstelling, pop- of klassiek concert. Maar in maart moesten podia noodgedwongen hun deuren sluiten. Vanaf 1 juli zijn de regels versoepeld, maar de 1,5 meterregel blijft gelden. Dat heeft directe gevolgen voor het aantal bezoekers en voorstellingen, de bestedingen aan de podiumkunsten en de maatschappelijke waarde van cultuur. Atlas voor gemeenten deed een eerste analyse naar de gevolgen van de coronacrisis voor de waarde van cultuur voor gemeenten. Afname bezoekers en gebruikswaarde in mln VERLIES GEBRUIKSWAARDE Mensen ontlenen ‘genot en geluk’ aan een podiumbezoek. Daarom zijn ze bereid een kaartje te kopen, een reis af te leggen en een bepaalde tijd te verblijven in een theater, poppodium of concertzaal. Dit wordt de gebruikswaarde van de podiumkunsten genoemd. Die gebruikswaarde was voorafgaand aan de coronacrisis tussen de 50 en 60 miljoen euro per jaar. De afname van capaciteit, bezetting en aantal voorstellingen leidt tot een verlies aan gebruikswaarde. Afhankelijk van de uiteindelijke impact van de crisis daalt de gebruikswaarde jaarlijks met 10 tot 30 miljoen euro. 1 234 -30,0 -25,0 -20,0 -15,0 -10,0 -5,0 0,0 bezoekers gebruikswaarde 1) capaciteit is afgenomen tot 18 (poppodia) en 45 procent (rest), bezetting en aantal voorstellingen blijven gelijk 2) capaciteit daalt én bezetting van de overgebleven capaciteit is daarbij 90 procent (poppodia) en 75 procent (rest) 3) capaciteit daalt én aantal voorstellingen daalt tot 65 procent (poppodia) en 85 procent (rest) ten opzichte van een gemiddeld seizoen van voor de corona-uitbraak . 4) capaciteit, bezetting en aantal voorstellingen daalt. Afname gebruikswaarde per inwoner AANTREKKELIJK ALS STAD -12,0 -10,0 -8,0 -6,0 -4,0 -2,0 0,0 (in euro’s) reel a IJK Als capaciteit, bezettingsgraad en het aantal voorstellingen afnemen (scenario 4), daalt de gebruikswaarde met name sterk in steden met een tei , b groot cultureel aanbod. Daarbij speelt ook het grotere verzorgingsgebied van steden: zij trekken veel bezoekers uit de omgeving. Podiumkunsten hebben meer waarde dan alleen de gebruikswaarde voor bezoekers. Mensen en bedrijven zijn bee verzorgingsgebied van steden: zij trekken zoekers uit de omgeving. Podiumkunsten ebben meer waarde dan alleen de gebruikswaare voor bezoekers. Mensen en bedrijven zijn bed meer te betalen voor een locatie in een stad t een groot aanbod aan podiumkunsten; die reid meer te betalen voor een locatie in een stad met een groot aanbod aan podiumkunsten; die eheten optiewaarde is het veelvoudige van de ruikswaarde. Atlas voor gemeenten berekende t de optiewaarde ruim 90% van de totale in d uit te drukken maatschappelijke waarde is. j een structurele afname van het podiumaand door faillissementen heeft dat op termijn gegen voor de aantrekkelijkheid van steden. De iewaarde van de podiumkunsten kan dan zogeheten optiewaarde is het veelvoudige van de gebruikswaarde. Atlas voor gemeenten berekende dat de optiewaarde ruim 90% van de totale in geld uit te drukken maatschappelijke waarde is. Bij een structurele afname van het podiumaanbod door faillissementen heeft dat op termijn gevolgen voor de aantrekkelijkheid van steden. De optiewaarde van de podiumkunsten kan dan terk dalen met grote maatschappelijke impact. erk d Amsterdam Utrecht ‘s-Hertogenbosch Heerlen Rotterdam Den Haag Groningen Nijmegen Tilburg Gouda Eindhoven Zwolle Leiden Arnhem Hengelo (O.) Haarlem Amsterdam Maastricht Hoorn Velsen

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 10 INTERVIEW JOHAN VERHAGE DOOR: MARTIJN DELAERE FOTO: MARTINE SPRANGERS Projectleider civiele techniek Johan Verhage (66) gaat begin volgende maand met pensioen bij de gemeente Noordoostpolder. Wat daar bijzonder aan is? Hij heeft er dan vijftig jaar gewerkt. ‘Ik ben als jongste gekomen en ga als oudste weg.’ JOHAN VERHAGE NA 50 DIENSTJAREN MET PENSIOEN EEN FONTEIN ALS ‘AFSCHEIDSCADEAU’ Architect Cees Pouderoyen (1912-1993) wilde in de jaren na de oorlog van De Deel het San Marcoplein van Emmeloord maken. Het plein wérd het grijze middelpunt van de hoofdstad van de Noordoostpolder. En dat zou het ondanks de periodiek opborrelende renovatieplannen- en discussies heel lang blijven. Tot nu – zo’n zeventig jaar later. Projectleider civiele techniek van de gemeente Noordoostpolder Johan Verhage (66) kijkt voldaan uit over de vernieuwde De Deel en de fontein in wording – zijn laatste klus. ‘Het heeft vijftig jaar geduurd.’ Vijftig jaar, zo lang werkt Verhage al bij de gemeente Noordoostpolder (bijna 47.000 inwoners). Sinds 1970. De STER start in dat jaar met het uitzenden van reclameboodschappen in kleur, de grijze telefoon heeft een draad en een draaischijf, Richard Nixon ontmoet Elvis in het Witte Huis en Piet de Jong zit in het Catshuis. En de 16-jarige Johan Verhage tuft op zijn Kreidler voor zijn eerste werkdag als leerling-tekenaar naar de gemeente Noordoostpolder. ‘De wereld was klein. Ik kwam zo van school. Ik wist van niks.’ François Marinus van Panthaleon baron van Eck (1908-1993) is er burgemeester. Hebt u een beeld? Een Opel Kadett passeert bij De Deel paard en wagen van de melkboer – die tijd. ‘Volgens mij hadden we hier toen al de SRV-wagen, maar ik begrijp wat je bedoelt’, lacht Verhage op het terras van Grand Café ‘t Voorhuys op De Deel. ‘Hoe deden we dat in die tijd? Tekeningen maakten we eerst met potlood en daarna met inktpennen overtrekken. De tekentafels stonden in een lange rij. De eerste rekenmachine was zo breed als deze tafel. Als je een ingewikkelde berekening wilde, stond-ie vijf minuten te rammelen. De eerste zakrekenmachine moesten we binnen de afdeling met elkaar delen want hij kostte 1.200 gulden. Ik knipte en plakte de bestekken in elkaar. De typistes tikten de tekst op een stencil en dat werd op een stencilmachine afgedraaid. Voor de aanbestedingen werden vijftien bestekken gemaakt en verkocht. Nummer 16 had pech. Aannemers stonden al om 5 uur ‘s ochtends in de straat te wachten en via een luikje konden ze de bestekken dan kopen. Onze eerste IBM-computer voor het maken van bestekken had een vaste schijf van 20MB. Dat zijn nu vier foto’s. Jongere collega’s vinden het maar gek.’ SECRETARIE Voor de tiener Verhage was het helemaal niet zo gek om direct na de lts in 1970 aan de slag te gaan bij de gemeente Noordoostpolder. ‘Ik zou in de bouw gaan, maar toen vroeg de gemeente aan de school of ze in plaats van stagiaires iemand intern bij weg-en waterbouw konden opleiden. Ik ben begonnen als leerling-tekenaar bij de Dienst Publieke Werken, en daarna werd ik aspirant-tekenaar en later tekenaar.’ In die jaren ooit François Marinus van Panthaleon baron van Eck tegen het lijf gelopen? Of een wethouder? ‘Nooit. Bij de secretarie keken ze op je neer. Je was maar van Publieke Werken, hè?’ ‘Burgers hadden niet zoveel te vertellen’ Natuurlijk, in de Randstad had je geduvel met de provo’s en de Dolle Mina’s, maar in de Noordoostpolder waren het overzichtelijke tijden. Verhage: ‘Burgers hadden niet zoveel te vertellen. Je had weinig last van de mensen. Er was weleens wat, maar dat loste je op. Dat doen we nog hoor. Als mensen in een dorp of hier in Emmeloord wat te melden hebben, dan kijken we of wat kunnen doen. In het werk kunnen we nog wel wat aanpassen. De hoofdlijnen niet, maar een inritje in een nieuwe woonwijk veranderen of zo, daar moet je flexibel in zijn. Je moet niet denken: dit is het plan en zo moet het.’ Rond de eeuwwisseling krijgt Verhage wat aanspraak met de bestuurlijke notabelen. ‘Ik vond burgemeester ridder van Rappard een goeie man. Ik weet nog wel dat ik met hem en zijn vrouw voor de centrumplannen de verlichting in de vernieuwde Lange Nering heb geïnspecteerd. Welke lampen moeten het worden? In mijn herinnering was hij de eerste burgemeester die belangstelling toonde voor de werkvloer. Heel sociaal – een echte burgemeester. Maar natuurlijk sprak ik hem niet bij zijn voornaam aan, dat heb ik trouwens nooit bij een burgemeester gedaan.’ Verhage werkt in de tijd van Van Rappard (burgemeester van 1998 tot 2010) al dertig jaar bij de gemeente Noordoostpolder en is

INTERVIEW 11 CV JOHAN VERHAGE (Rutten, 1954) volgde de lts in Emmeloord en deed schriftelijke studies weg- en waterbouw. Hij werkte van 1970 tot 1984 bij de afdeling weg-en waterbouw van de Dienst Publieke Werken van de gemeente Noordoostpolder. Sinds 1984 werkt hij bij de afdeling weg- en waterbouw van de bestuursdienst, die nu het ingenieursbureau heet. Naast het schrijven van bestekken, werkte Verhage aan het bouw-en woonrijp maken van woonwijken, aan de aanleg van rioleringen, waterpartijen en bruggen, deed hij de straatverlichting, herstelde hij wegen en richtte hij de openbare ruimte opnieuw in. Verhage gaat op 7 september 2020 met pensioen als projectleider civiele techniek. Hij heeft dan vijftig jaar bij de gemeente Noordoostpolder gewerkt. BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 12 INTERVIEW JOHAN VERHAGE opgeklommen van tekenaar naar werkvoorbereider en schrijver van bestekken tot projectleider civiele techniek. Johan Verhage: ‘Omdat wij in de Noordoostpolder een platte organisatiestructuur hebben, bereid je hier een project van A tot Z voor. Je tekent en schrijft bestekken, je doet de ‘Vandaag is het groen en morgen is het rood’ aanbesteding, je voert de directie over het werk en je stuurt de aannemer aan. Ik heb wel veel projectleiders boven mij gehad. Ik heb nooit raadsvoorstellen geschreven of mij verbonden met een wethouder. Ik ben mijn hele carrière in Noordoostpolder in de technische hoek gebleven.’ Om te zeggen dat hij honkvast is, is een understatement. ‘Ik heb nooit de behoefte gehad om hier iets anders te doen of om naar een andere gemeente te gaan. Ik heb ook niet gestudeerd buiten Emmeloord, want als je dat doet kom je meestal niet terug’, zegt hij, die over twee weken zijn geodriehoek aan de wilgen hangt. Misschien heeft hij het wel vijftig jaar uitgehouden omdat hij zich altijd weinig heeft aangetrokken van de politiek. Verhage: ‘Wethouders komen en gaan. Vandaag is het groen en morgen is het rood.’ PRULLENBAK De herinrichting van het centrum van Emmeloord is decennialang zo’n politieke toverbal. ‘Dan was het groen, dan weer rood of oranje. Dan weer park, winkels, woningen, parkeergarage. Er zijn in de loop van de jaren veel plannen voor het centrum gemaakt, en er zijn er heel veel in de prullenbak verdwenen’, lacht Verhage. In 2006 wordt de winkelstraat Lange Nering heringericht. ‘Dat was de derde herinrichting van de straat die ik meemaakte.’ En al die tijd werden er plannen gesmeed om De Deel tot leven te wekken. Verhage: ‘Het Vrijthof past erin. In de winter is het echt grauw en triest. Ik weet van sollicitanten die hier in de winter langskwamen en hun echtgenotes meenamen. Heel veel zeiden dan: “Hier ga ik niet wonen.” Ze kwamen wel, en ze wonen hier nog steeds. Decennia lang weet de politiek van Noordoostpolder zich geen raad met het San Marco van Emmeloord. ‘De Deel is emotie en ligt politiek erg gevoelig’, weet Verhage. ‘Het is het centrum van de polder, hier is Emmeloord geboren. Het was het ontmoetingspunt van de landbouw. Met de kermis en de evenementen is het nog steeds een ontmoetingspunt.’ Na de vernieuwing van de Lange Nering en de verplaatsing van het busstation op De Deel, ontwerpt architect Juliette Bekkering een Deel met ‘gebouwen en groen en gras en wuivend riet’, aldus Verhage, maar daar komt niets van terecht. ‘Ook in de prullenbak verdwenen.’ De beurt is begin 2010 aan architect Sjoerd Soeters en ontwikkelaar Provast. Zij geloven in winkels, supermarkt, bioscoop, kantoren en appartementen, een parkeerkelder eronder en een klein pleintje erop. De watertoren uit 1959 aan het uiteinde van De Deel moet ook tot leven worden gebracht. ‘In de architectuur worden de karakteristieke kenmerken van de bestaande bebouwing vertaald in een eigentijdse en sprekende variant’, aldus de architect. Eerst verdwijnt de parkeerkelder uit het plan, en als de financier zich terugtrekt, verdwijnt het hele plan in de prullenmand. De watertoren wordt in 2014 een rijksmonument, maar komt niet tot leven. We zijn in het midden van dit decennium beland, De Deel is nog even saai en Verhage ziet zijn pensionering naderen. En dan wordt in 2016 (landschaps)architect Benno Strootman uit Amsterdam ingevlogen. Verhage: ‘Hij luisterde in een open planproces naar de bevolking en presenteerde een paar scenario’s voor een gezellig plein. Bij de gemeente kwam een nieuwe projectleider. Ik heb heel veel projectleiders zien komen en gaan. Ze liepen zich stuk op De Deel en konden het ook niet aan. Op zo’n gevoelig dossier moet je ambtelijk en bestuurlijk van goeden huize komen. Deze projectleider heeft maar één doel: De Deel en het centrum van Emmeloord een modern gezicht geven. Hij wil resultaten zien. Dat is even wennen, maar als er echt iets moet gebeuren dan heb je zo’n duwer nodig.’ BLAUW SCHERM Maar De Deel zou De Deel niet zijn als de herinrichting over een leien dakje zou gaan. De westzijde van het plein zou aangekleed worden met vier bomenrijen (‘een groene omlijsting’, aldus Verhage), maar dat werden er twee. Met vier bomenrijen zou er geen kermis meer kunnen worden georganiseerd. Problematischer verloopt de renovatie van de andere kant van het plein, de oostzijde. Daar moet een markant paviljoen op de ‘Kleine Deel’ komen. Maar wie wil een (horaca)paviljoen uitbaten? Het paviljoenplan wordt in de ijskast gezet en er vervolgens weer uitgehaald. In 2019 vinden bouwer, architect en gemeente twee lokale horecaondernemers die het paviljoen wel willen exploiteren. Onder luid geklap en beschaafd gejoel wordt op De Deel in de zomer een blauw scherm onthuld met daarop de tekst: ‘HIER KOMT HORECAPAVILJOEN BRUUT!’ En wat staat er een jaar later op dat blauwe scherm? ‘HORECAPAVILJOEN TE HUUR/TE KOOP’. Voor 130.000 euro per jaar te huur of te koop voor 1,85 miljoen. Het hippe paviljoen staat er ook nog niet. Wat is er gebeurd? Johan Verhage: ‘De kelder en de vloer zitten erin en de riolering is vervangen, maar de twee lokale horecaondernemers haakten af. Corona gooide ook hier roet in het eten. Maar er is net een nieuwe huurder gevonden! Het contract is getekend. Als ze na de bouwvak aan de slag gaan, staat het paviljoen er volgens de planning ergens in het begin van 2021. Dat ga ik dus niet meemaken.’ Wat hij op de valreep wél hoopt mee te maken, is de inwijding van de fontein op de ‘Kleine Deel’. Johan Verhage heeft hem zelf ontworpen. ‘Er moest er een komen, maar wat en hoe, dat had de architect er niet bij gezegd. Tijdens mijn vakantie in het Zwarte Woud en de Vogezen heb ik inspiratie opgedaan. Ik dacht aan de Noordoostpolder, met zijn twaalf dorpen. De Deel is het plein voor iedereen in de polder. Vanaf Emmeloord gaat een straal in een boog naar ieder dorp en ieder dorp heeft ook zijn eigen spuitstraal. De fontein is opgebouwd uit blokken natuursteen. Het zou een prachtig afscheidscadeau zijn als ik op 3 september bij mijn afscheid in ‘t Voorhuys de fontein in gebruik mag stellen.’

GEERTEN BOOGAARD COLUMN13 RAAD EN REKENKAMER, TWEE RATIONALITEITEN Met de lokale rekenkamers gaat het niet overal even goed. En eigenlijk is dat raar. Raadsleden klagen immers over gebrek aan grip op beleid en gebrek aan tijd voor hun controlerende taak. Voor beide problemen zou de rekenkamer een oplossing kunnen zijn. Toch becijferde Berenschot in 2015 dat de budgetten voor rekenkamers over de hele linie worden gekort. In latere onderzoeken werd het beeld niet per se rooskleuriger. Een eerste stukje van de puzzel waarom vrij veel raadsleden hun rekenkamer niet blieven, is te vinden in het onderzoek van de NSOB naar de hulptroepen van de raad. Uit een peiling onder raadsleden kwam naar voren dat raadsleden weliswaar het vaakst gebruik maakten van rekenkameronderzoeken, maar tegelijk gaven zij aan dat ze liever ander onderzoek hadden gehad. Naar burgerperspectieven en maatschappelijke effecten van het beleid. In haar recente essay Frappez toujours, geschreven ter ere van de jarige rekenkamer van Nijmegen, legt Klaartje Peters weer een stukje van de puzzel. In haar analyse van de wrevel tussen raad en rekenkamer spreekt ze van verschillende rationaliteiten die elkaar fundamenteel in de weg zitten: de doelmatigheid van het beleid waar de rekenkamer naar kijkt en de politieke werkelijkheid waarin een gemeenteraad functioneert. Als je dat verschil uitvergroot, krijg je twee extreme reacties. Wie het verschil gelijkstelt aan een gemeenteraad die politieke spelletjes speelt terwijl de reken - kamer het over ‘de inhoud’ wil hebben, zal delen in de verontwaardiging over alle rekenkamerrapporten die praktisch ongelezen in de la belanden. Wie, andersom, vindt dat rekenkamers met hun gedram op de zogenaamde ‘drie w-vragen’ een overjarige vorm van New Public Management aan gekozen volksvertegenwoordigers proberen op te dringen, zal er juist weer weinig problemen mee hebben dat gemeente raden hun rekenkamers beleefd negeren. Beide extremen zijn natuurlijk onjuist, maar samen zijn ze niet onzinnig. De kunst is het evenwicht tussen beide te zoeken. Een goed startpunt voor die zoektocht is de conclusie van Peters: ‘Democratie is geen consultancy traject met een begin- en eindpunt en concrete opbrengsten.’ Wat voor de democratie in normale omstandigheden geldt, gaat nog meer op voor deze coronatijden. Vanuit de crisissfeer van maart zijn veel raden bijna ongemerkt het zomerreces in gegleden. Echt normaal is het nergens meer geweest. En dat schijnt ook nog wel even te gaan duren. Toch kan er na het reces niet langer worden ‘ Democratie is geen consultancy traject met een begin- en eindpunt’ GEERTEN BOOGAARD IS HOOGLERAAR DECENTRALE OVERHEDEN (THORBECKE LEERSTOEL) AAN DE UNIVERSITEIT LEIDEN gewacht met het bedrijven van echte politiek. De voorliggende keuzes zijn immers al lang geen pure crisisbestrijding meer, maar lastige afwegingen in schaarse middelen. Die horen in een democratie aan de volksvertegenwoordiging. Vanzelf blijkt dat niet te gaan. Uit een peiling blijkt dat er praktisch overal steunpakketten zijn uitgerold, maar dat nog lang niet overal de raadsleden daar fatsoenlijk bij zijn betrokken. Welke rol zouden rekenkamers hierin kunnen spelen? Ik denk een cruciale. Juist nu kunnen zij met goed geplaatste onderzoeken de lokale democratie defibrilleren. Een inventariserend onderzoek, bijvoorbeeld, naar het coronabeleid in de afgelopen maanden. Welke regels hebben gegolden? Welke lokale uitzonderingen heeft de burgemeester bepleit? Welke heeft hij gewoon gemaakt? Zijn er nog gewone collegebevoegdheden gebruikt? Was er lokaal handhavingsbeleid? Met dergelijk onderzoek kan de raad in een groot verantwoordingsdebat over de lockdown het gat in de politieke verantwoordelijkheid in de afgelopen maanden te dichten en zijn normale werk weer oppakken. Of een onderzoek naar de verdeling van de lokale noodsteun. Wie heeft waarom hoeveel gekregen? En wie niets? Zo’n onderzoek moet de raad wel met de neus op politieke feiten van de eerste orde drukken. Een beter startpunt voor de nieuwe begroting is nauwelijks denkbaar. Zulke onderzoeken zijn goed voor rekenkamer en raad samen. BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020

14 ACHTERGROND WERKGELEGENHEID DOOR: ADRIAAN DE JONGE ILLUSTRATIE: SHUTTERSTOCK Jongeren, flexwerkers en zelfstandigen die zijn getroffen door de coronacrisis kunnen nog een tijdje gebruikmaken van steunmaatregelen, maar moeten zich intussen gaan voorbereiden op wat het kabinet een ‘nieuwe economische realiteit’ noemt. Voor gemeenten komt er ook een nieuwe realiteit aan: de nieuwe groep werklozen begeleiden naar werk, om instroom in de bijstand zo veel mogelijk te beperken. ER KOMT EEN ‘GROTE HERVERDELING VAN WERK’ AAN OMSCHOLEN MOET TWEEDELING VOORKOMEN ‘We hoeven ‘Er komt zwaar weer aan’, zei Amsterdams wethouder Rutger Groot Wassink (sociale zaken, GroenLinks) mei dit jaar tegen Binnenlands Bestuur. Hij doelde op de verwachte nieuwe instroom in de bijstand van Amsterdammers die als gevolg van de coronacrisis hun werk zijn kwijtgeraakt. Die groep zal, veel meer dan voorheen, bestaan uit jongeren, flexwerkers en zelfstandigen. Die laatste groep kan nu nog een beroep doen op de Tozo, de Tijdelijke overbruggingsregeling voor zelfstandig ondernemers, maar die regeling loopt op 1 oktober af. Hoe gaan gemeenten deze nieuwe groep begeleiden? Kan een massale instroom in de bijstand worden voorkomen? ‘Het is een soort testcase: kunnen gemeenten midden in het coronatijdperk, en daarna, zorgen voor werk en inkomen?’, zegt Godfried Engbersen, hoogleraar sociologie aan de Erasmus Universiteit en raadslid bij de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR). ‘Daarin ligt een hernieuwde rol voor de lokale overheid. Die is ongekend ingewikkeld omdat er al zoveel op de schouders van gemeenten rust. Het is een enorme uitdaging die heel veel van de kwaliteit van het lokaal bestuur vraagt.’ Die uitdaging ligt met name op het gebied van actief arbeidsmarktbeleid – met andere woorden: mensen helpen nieuw werk te vinden. Want ondanks het feit dat we ons in een economische crisis bevinden waarin banen verdwijnen, is er in sommige sectoren nog altijd werk te doen. Het kabinet sprak dan ook, bij de verlenging van het noodsteunpakket eind mei, over een ‘nieuniet op zoek, ze melden zich bij ons’ we realiteit’ waarop ondernemers en werknemers zich moesten gaan oriënteren. Tegenover krimpsectoren als horeca, cultuur, recreatie en luchtvaart staan groeisectoren als gezondheidszorg, openbaar bestuur en koerierdiensten. HERVERDELING En die verschuiving op de arbeidsmarkt zou zomaar eens blijvende effecten kunnen hebben. Amerikaanse economen berekenden onlangs dat 42 procent van de banen die al verloren zijn gegaan in de coronacrisis niet zullen terugkomen in betere economische tijden, maar permanent zijn verdwenen. Econoom en journalist Stephen Dubner spreekt nu al van de The Great Labour Reallocation of 2020 – de ‘Grote Herverdeling van Werk’. Als we niet slim op die herverdeling inspelen, kan dat grote sociaaleconomische gevolgen hebben. Volgens adviesbureau Berenschot zou het aantal bijstandsuitkeringen als gevolg van de crisis binnen twee jaar met ruim de helft kunnen toenemen. De gemeente Amsterdam vreest al eind volgend jaar een verdrievoudiging van het aantal werklozen in de stad te zien. Zo’n diepe economische crisis zou een tweedeling in de samenleving kunnen veroorzaken, waarschuwt hoogleraar Engbersen. Omdat deze crisis ook mensen met relatief hoge inkomens en opleidingsniveaus raakt, is er bovendien een reële dreiging dat de positie van middengroepen verzwakt. Hoe de arbeidsmarkt zich op de langere termijn gaat ontwikkelen, daar wil Engbersen nog geen voorspellingen over doen. ‘Maar wat we wel weten: op de korte en middellange termijn worden bedrijfstakken zoals cultuur, detailhandel, horeca, vervoer, en toerisme sterk getroffen’, aldus Engbersen. ‘Die mensen zullen ergens anders moeten gaan werken. Dat vraagt een grote inspanning op het gebied van actief arbeidsmarkbeleid. Omscholing is daarbij ongelooflijk belangrijk. Dat is dé uitdaging voor de komende jaren.’ Die conclusie trok Engbersen samen met zijn medeauteurs begin dit jaar al, in het WRR-rapport ‘Het betere werk’, maar de coronacrisis heeft de boodschap extra urgent gemaakt. Ook Marjan van Noort, manager bij FNV Zelfstandigen, ziet een belangrijke taak voor gemeenten in de her- en omscholing van werkzoekenden. Maar dan moet die dienstverlening wel beter toegespitst worden op zelfstandige ondernemers, vindt ze. De loopbaanbegeleiding die gemeenten doorgaans aanbieden is gebaseerd op werk in loondienst. Gerichte hulp aan ondernemers vraagt om een ‘andere mindset van de gemeenten’, aldus Van Noort. ‘Misschien is het handig als gemeenten gewoon een ondernemer in een stuurgroep of BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020

f ACHTERGROND 15 met de vraag wat voor ondersteuning zij na 1 oktober nodig zouden hebben. De ondernemers zouden persoonlijk worden begeleid en toegang krijgen tot de trainingen van het interne opleidingscentrum van sociaal werkbedrijf WSD. klankbordgroep hebben’, stelt ze voor. Ze pleit bovendien voor een verlenging van de Tozo met nóg drie maanden, waarin ondernemers de kans krijgen om zich opnieuw te oriënteren op de arbeidsmarkt. ‘Het voortzetten van financiële ondersteuning geeft rust, voorkomt dat je schulden opbouwt, en zorgt ervoor dat je kan focussen op je onderneming.’ PRESENTEERBLAADJE Dienst Dommelvallei, een Brabantse uitvoeringsorganisatie in het sociaal domein, nam deze nieuwe opdracht serieus. Samen met sociaal werkbedrijf WSD werd een nieuwe aanpak opgezet voor de begeleiding van Tozo-ondernemers uit de gemeenten Son en Breugel, Best, Oirschot en Nuenen. Alle ondernemers die na de eerste Tozo-periode (van maart tot en met mei) een aanvraag deden voor ‘Tozo 2’ (die geldt van juni tot en met september) werden persoonlijk opgebeld ‘De bedoeling is om te voorkomen dat ze in de bijstand terechtkomen’, legt wethouder Paul van Liempd (sociaal domein, PvdA) van gemeente Son en Breugel uit. De persoonlijke aanpak was mogelijk omdat de gemeente de doelgroep dankzij de Tozo-regeling scherp in beeld had. ‘Deze mensen werden ons min of meer op een presenteerblaadje aangeboden,’ aldus Van Liempd. ‘We hoeven niet op zoek, ze melden zich bij ons. Normaal zitten mensen al twee jaar in de bakken van het UWV, maar nu hebben we de mogelijkheid om zelf pro-actief te handelen.’ De verwachting was dat de groep voor een deel uit ‘rasondernemers’ zou bestaan, maar ook uit ‘schijn-zzp’ers’ die eigenlijk liever in loondienst werken. In ieder geval zou de groep anders zijn dan de klassieke groep werkzoekenden. Wethouder Van Liempd: ‘Deze mensen waren tot een half jaar terug nog succesvolle ondernemers. De afstand tot de arbeidsmarkt is doorgaans een stuk kleiner. Je ziet dat ze een drive hebben om op hun eigen benen te staan.’ Inmiddels is een klein honderdtal ondernemers opgebeld door Dienst Dommelvallei. De respons was echter, in de woorden van beleidsmedewerker Ralf Huybregts, ‘zeer opmerkelijk’. Geen van de ondernemers gaf aan behoefte te hebben aan de ondersteuning. Wel gaven twaalf van hen aan mogelijk een bijstandsuitkering nodig te hebben na 1 oktober. Het merendeel verwachtte door te kunnen gaan met het eigen bedrijf, of had elders al werk gevonden. ‘Het zijn niet de aantallen die we hadden gevreesd’, zegt Huybregts. Hij kan de uitkomst niet helemaal verklaren, maar verwacht wel dat het veel te maken heeft met de versoepeling van de afstandsmaatregelen waardoor veel beroepsgroepen weer aan de slag konden. Huybregts vindt het enerzijds zonde van alle voorbereiding, maar is anderzijds ook blij dat de ondernemers ‘positief in het leven staan’ en voldoende perspectieven zien na 1 oktober. In augustus en september worden de ondernemers die mogelijk voor bijstand in aanmerking komen opnieuw benaderd voor de ondersteuning. SLIM BELEID ‘Ik denk dat als je die vraag in Amsterdam gaat stellen, dat je een andere reactie krijgt’, suggereert Marjan van Noort van FNV Zelfstandigen. ‘Daar zit met name de creatieve sector, met veel evenementen. Hoeveel hulp je nodig hebt, is erg afhankelijk van wat voor business je doet.’ Onderzoek van het UWV bevestigt die stelling: de arbeidsmarktregio Groot Amsterdam, waar krimpsectoren als cultuur, luchtvaart en horeca sterk zijn vertegenwoordigd, is een van de hardst geraakte regio’s van Nederland, stelt het UWV. Een regio als Groningen, waar relatief veel mensen in groeisectoren als openbaar bestuur en zorg werken, zal dan ook met een andere groep bijstandsBINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 2020 BESTUUR - WEEK 3 WERKLOOSHEID

ACHTERGROND 17 REGIONALE VERSCHILLEN Aantal aanvragen Landelijk (schatting van het ministerie SZW) kandidaten te maken krijgen dan de hoofdstad. De regionale verschillen zijn ook duidelijk te zien in het aantal aanvragen voor Tozo 1 en Tozo 2 (zie kader). ‘Daarom moeten gemeenten goed weten: wie komt er in mijn bijstand terecht? In welke sectoren werken ze? En daar slim beleid op voeren’, adviseert Godfried Engbersen. Hij is zich er tegelijkertijd van bewust – en met hem veel bestuurders – dat de gemeentelijke budgetten voor activering erg klein zijn. De beschikbare middelen voor scholing en begeleiding zijn het afgelopen decennium gehalveerd, waardoor Nederland in Europese context achterloopt op dit gebied, werd in het eerder genoemde WRR-rapport al geconstateerd. Actief arbeidsmarktbeleid was een idee uit de jaren negentig. De sociale bescherming werd naar een lager niveau gebracht, maar daarvoor in de plaats kwam intensieve loopbaanbegeleiding. Niet baanzekerheid maar werkzekerheid werd het uitgangspunt – dat was het idee althans. Ten tijde van corona dreigt voor een grote groep geen werkzekerheid én geen baanzekerheid, meent Engbersen. ‘Investeringen in actief arbeidsmarktbeleid zijn de afgelopen jaren fundamenteel afgebouwd.’ De sociale zekerheid is ondertussen wel versoberd, maar door de economische voorspoed van de afgelopen jaren was dat niet zo zichtbaar, legt Engbersen uit. ‘We hebben een grote banengroei gehad, vooral in het flexibele segment. Die groei heeft de kwetsbaarheden van het sociale stelsel een tijdje verdoezeld. Maar de coronacrisis legt die kwetsbaarheden nu bloot.’ Volgens Engbersen moeten daarom zowel het sociale vangnet als de activering van werkzoekenden worden vernieuwd. Die opgave heeft nu, midden in de coronacrisis, verhoogde urgentie, maar zal ook daarna relevant blijven. ‘De noodzaak voor permanente scholing staat buiten kijf’, aldus Engbersen. ‘Die arbeidsmarkt met een vaste baan voor het hele leven, die bestaat niet meer. Je hebt aanpassingsvermogen nodig. Dat veronderstelt een individuele attitude van weerbaarheid van mensen, maar ook een steuntje in de rug indien nodig. Een vangnet, zodat je niet te hard valt. Je moet beschermd worden, maar het is ook van belang dat er middelen zijn, zoals een leerbudget, om nieuw werk te verkrijgen.’ 85.000 5.962 120 994 (Tozo 2 als % van Tozo 1) Tozo 1 Tozo 2 % 374.000 Son en Breugel & Nuenen 658 Tilburg Utrecht Amsterdam 14.512 3.495 41.310 19.810 23% 18% 17% 24% 48% In de eerste maanden van de coronacrisis deden zo’n 374.000 zelfstandigen een beroep op de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo). Deze eerste regeling, Tozo 1, bood inkomensondersteuning van maart tot en met mei. De verlenging daarvan, Tozo 2, geldt voor vier maanden: van juni tot en met augustus. Het aantal aanvragen voor die regeling is landelijk 23 procent van het aantal aanvragen voor Tozo 1. Dat heeft voor een deel te maken met de strengere regels voor Tozo 2, maar geeft ook aan dat een deel van de ondernemers na de eerste maanden van de crisis weer hun eigen broek kunnen ophouden. Sommige hebben door de versoepling van de maatregelen hun oude werk weer kunnen oppakken (denk bijvoorbeeld aan horecapersoneel en kappers), anderen hebben wellicht een andere bron van inkomensten gevonden. Wat opvalt, is dat er grote regionale verschillen zijn. In de gemeente Tilburg was het aantal ondernemers dat na 31 mei nog financiële ondersteuning nodig had, slechts 17 procent van het aantal dat vóór die datum behoefte had aan de steunmaatregel. In de gemeenten Son en Breugel en Nuenen ging het om 18 procent. De gemeente Amsterdam, daarentegen, zag 48 procent van het aantal aanvragen voor Tozo 1 terug bij Tozo 2. De Tozo-ondernemers in Amsterdam zijn overwegend jong, middelbaar opgeleid, en werkzaam in de sectoren cultuur, sport en vervoer, bleek onlangs uit onderzoek van de gemeente. ‘ Hebben we niet een basisbaan nodig voor hele kwetsbare sectoren?’ ONGELIJKHEID Gemeenten moeten de kans krijgen om dat systeem van permanente scholing en activering, in samenwerking met scholings instituten en werkgevers, te ontwikkelen, vindt Engbersen. Wel wil hij gemeenten behoeden voor een fenomeen dat in zijn vakgebied bekend staat als ‘afroming’. Het houdt in dat de ‘makkelijkste’ groep werklozen – die met de kleinste afstand tot de arbeidsmarkt – als eerste worden geholpen, omdat die relatief ‘goedkoop’ een besparing op de bijstand opleveren. In de context van de coronacrisis zouden dat de hoogopgeleide jongeren kunnen zijn. Het gevaar daarvan is dat de rest van de werklozen wordt vergeten. Engbersen: ‘Afroming is een bepaalde vorm van ongelijkheid, omdat je sommige groepen minder goed helpt.’ Voor de groep bijstandsontvangers die écht ver van de arbeidsmarkt afstaan, en geen kans op een reguliere baan hebben, moet dan ook een aparte, passende oplossing zijn, stelt Engbersen. De WRR adviseert daarvoor de basisbaan: niet een uitkering, maar gesubsidieerde arbeid zou het sluitstuk van de sociale zekerheid moeten zijn. Werk is té belangrijk om mensen af te schepen met een uitkering, is de redenering. Ook Engbersen is daar voorstander van, en suggereert in het licht van de coronacrisis nog een nieuw soort basisbaan. ‘Je hebt een basisbaan nodig voor kwetsbare mensen. Maar je zou ook kunnen zeggen: hebben we niet een basisbaan nodig voor hele kwetsbare sectoren?’ In de culturele sector bijvoorbeeld, die nu voor een groot deel stilligt, zou de gemeente tijdelijke banen kunnen creëren voor werkloze muzikanten, filmmakers, podiumbouwers, enzovoorts. ‘Zo houd je als stad de infrastructuur van de culturele sector op peil.’ BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020

18 ACHTERGROND DIGITAAL DOOR: ALEXANDER LEEUW FOTO: BERLINDA VAN DAM / ANP-HH De impact van datacenters is groot. Op de technologische mogelijkheden, maar ook op milieu en landschap. Amsterdam en Haarlemmermeer staan onder voorwaarden de bouw weer toe. Binnenlands Bestuur kreeg een virtuele rondleiding in een datacenter. BOUW DATACENTERS ONDER VOORWAARDEN HERVAT OMSTREDEN EN TEGELIJK ONMISBAAR FATA MORGANA? Het datacenter van Equinix in Amsterdam-Oost Het lijkt een fata morgana. Mensen die over de ringweg langs AmsterdamOost rijden, zien donkere, verticale strepen met daartussen iets wat op lucht lijkt. Het zijn aluminium spiegels, gemonteerd op een datacenter van Equinix, en ze weerspiegelen 100 procent van het natuurlijke licht. ‘In de reflectie kun je een donkere onweerswolk zien aankomen’, zegt Michiel Eielts, managing director van Equinix Benelux dat eigenaar is van het datacenter. Een onweerswolk, naderend onheil, het zou haast te lomp zijn om dit beeld te gebruiken als metafoor voor de bouwstop voor datacenters die Amsterdam en de Haarlemmermeer vorig jaar instelden, maar het is wel wat de sector heeft beziggehouden. ‘Datacenters zijn onmisbare voorzieningen geworden voor vrijwel alle inwoners, bedrijven en instellingen, maar ze nemen ook veel ruimte in en leggen vanwege het hoge energieverbruik een groot beslag op het elektriciteitsnet.’ Dat schreven AmsterBINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 ACHTERGROND 19 ‘ Alleen de meest innovatieve, duurzame en groene datacenters zijn welkom’ dam en buurgemeente Haarlemmermeer in juli 2019. ‘Op dit moment hebben gemeenten nauwelijks instrumenten tot hun beschikking om te sturen op waar de datacenters komen, of aan welke eisen zij moeten voldoen.’ De bouw werd stopgezet, tot frustratie van de datacentersector. Een jaar lang is er onderhandeld. Fysieke rondleidingen bij het reflecterende datacenter van Equinix in Amsterdam- Oost werden gestopt toen de coronacrisis begon. In plaats daarvan geeft Eielts een virtuele rondleiding, achter de computer. Het is een digitale oplossing zoals de hele wereld inmiddels werkt inmiddels met digitale oplossingen, voor bijvoorbeeld vergaderingen, cursussen en schoollessen. Het toont dat datacenters inderdaad onmisbare voorzieningen zijn en dat deze infrastructuur steeds onmisbaarder wordt. Eielts werkt ook vanuit huis, maar heeft als virtuele achtergrond het Equinix-kantoor gekozen. E-MAIL De bouw van dit datacenter op deze locatie, het Science Park van de Universiteit van Amsterdam, heeft te maken met het begin van het internet als onmisbare voorziening. ‘HTTP werd hier ontwikkeld’, vertelt Eielts. De Universiteit van Amsterdam werkte hier begin jaren ‘90 samen met de Amerikaanse Stanford Universiteit en het Zwitserse CERN (bekend van de deeltjesversneller). Er was toen nog geen internet. Een onafhankelijk datacenter en knooppunt was nodig om de uitwisseling van data te faciliteren – hoe dichter bij het knooppunt, hoe sneller de verbinding. ‘De eerste e-mail werd hier verzonden.’ Inmiddels zijn er vijf lagen beveiliging voor wie naar binnen wil. Eerst is er de receptie, vervolgens hekjes en daarna komen bezoekers bij de vergaderruimte. Ook tijdens de virtuele tour kom je langs een foto van Eielts met koning Willem- Alexander. De rode deur is de sluis, daarna komt de biometrische handscanner en voor de vijfde en laatste laag heb je een geautoriseerde toegangspas nodig. In de volgende gang hangen links foto’s van Schiphol en rechts foto’s van de haven van Rotterdam. Het zijn twee knooppunten van wereldwijd verkeer en de datacenters misstaan daar niet bij. ‘Nederland heeft een koppositie op het gebied van datacenters’, schrijft Amsterdam. Samen met Frankfurt, Londen, Parijs en Dublin schaart de gemeente zich bij de meest geliefde locaties voor de vestiging van datacenters in Europa, bekend als ‘de gouden ruit’ of de minder flatteuze afkorting ‘FLAP-D’. Volgens Eielts zijn het zelfs alleen Frankfurt en Londen die zich écht met Amsterdam kunnen meten. ‘Dan komt Parijs en dan een hele tijd niets. Dan bijvoorbeeld Madrid. In de wereld is Amsterdam zevende of achtste. Recent hoorde ik nog van iemand uit Tokyo dat we op hetzelfde niveau staan.’ IN GEVAAR Maar Eielts maakt zich zorgen dat die positie in gevaar komt en daarom zoekt hij de publiciteit. ‘We hebben hard gewerkt om te komen waar we zijn. De overheid denkt: we zijn er al. Maar op het moment dat je dat denkt moet je je zorgen gaan maken. 22 jaar geleden begon het lobbyen voor goede internetverbindingen toen de eerste zeekabels binnenkwamen. De vorige golf was die van de telecommunicatie bedrijven, tien jaar geleden. Nu gaat het om de big five van cloudservice providers en dat zijn ook partijen die wij graag zien. Het is een proces waar zo’n twintig jaar overheen gaat en bij de top komen is bijzonder geweest. Er blijven is een ander verhaal.’ Op de locatie waar de virtuele rond leiding plaatsvindt, verbindt Equinix zo’n tweehonderd partijen en het verbinden aan dit netwerk is een van de verkooppunten waarmee het bedrijf nieuwe klanten probeert binnen te halen. Een connectie is binnen 24 uur te leveren en het datacenter zorgt voor de ruimte waar servers geplaatst kunnen worden, het vermogen om ze te draaien en de koeling. In dit gebouw staan zo’n drieduizend racks, kasten waar de servers in worden geplaatst. ‘Het is een van de redenen dat de rijksoverheid koos voor Equinix’, zegt Eielts. ‘De 64 datacenters die ze gebruikten, waren oud en in slechte staat. Nu hebben ze nog maar vier datacenters, op verschillende locaties om het risico te spreiden.’ En voor regionale overheden worden clouddiensten, waarbij gegevens niet meer

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 20 ACHTERGROND DIGITAAL ‘ In deze industrie is tien jaar heel lang’ lokaal op een harde schijf worden bewaard maar in de cloud bij een serviceprovider, ook steeds belangrijker. ‘Dit is de plek waar regionale overheden toegang tot de cloud kunnen krijgen. Vroeger was de overheid één grote kolom, tegenwoordig heeft elke organisatie zijn eigen beveiliging, zijn eigen manieren om informatie uit te wisselen, et cetera.’ Ga maar na hoe belangrijk Zoom en Microsoft Teams is geworden tijdens de coronacrisis. Hoe dichter bij een knooppunt, hoe beter de verbinding. In Amsterdam komen de zeekabels aan land en daarom is het interessant voor bedrijven als Equinix om de datacenters hier in de buurt te hebben. Hoe groter de afstand, hoe meer van de snelheid verloren gaat. ‘Rotterdamse vertegenwoordigers willen wel dat we daarheen komen, maar dan moet ik ze uitleggen dat dat fysiek niet kan, het levert te veel vertraging op. De extra kosten en verlies van performance maken dat het commercieel niet interessant is.’ BOUWSTOP De impact van datacenters is groot. Op de technologische mogelijkheden (voor bijvoorbeeld innovatie), maar ook op het stroomverbruik, het milieu en het landschap. Amsterdam en de Haarlemmermeer besloten daarom in juli 2019 tot een bouwstop voor datacenters, met een jaar onderhandelen als gevolg. Het belang is duidelijk voor de twee gemeenten: ‘Om de internationale concurrentiepositie van Nederland op het gebied van hyperconnectiviteit te behouden en te versterken is het van belang dat de komende jaren het aantal datacenters binnen de bestaande hyperconnectiviteitsclusters kan blijven groeien.’ Dat schrijft Amsterdam in het conceptdocument Vestigingsbeleid Datacenters 2020-2030 (inspraak is tot en met 31 augustus mogelijk). Haarlemmermeer wil specifieke bedrijventerreinen gaan aanwijzen als vestigingsgebieden voor groene, duurzame datacenters. ‘Alleen de meest innovatieve, duurzame en groene datacenters zijn welkom’, vertelt wethouder Ruigrok (economische zaken en innovatie, VVD). Het voorstel van het college is om voorzichtig te groeien tot 2030, waarna de ruimte opraakt. Ook in Amsterdam zijn datacenters weer welkom onder strenge voorwaarden. Er mogen alleen datacenters bijkomen op plekken waar die al zijn en ze moeten voldoen aan strenge eisen qua energiegebruik of waterverbruik voor koeling. Datacenters met een groot vermogen moeten een eigen inkoopstation aanleggen om overbelasting van het elektriciteitsnet te voorkomen én om voldoende over te laten voor andere voorzieningen van Amsterdam. Tijdens de virtuele tour komen de duurzame oplossingen van het datacenter in Amsterdam-Oost aan bod. Een pomp op het dak brengt de koude uit de lucht naar de vloer, zodat de servers in de drieduizend rekken kunnen worden gekoeld. Als er warmte moet worden opgeslagen, kan dat met een opslag die tot 180 meter diep gaat. ADVERTENTIE Elkaar live ontmoeten kan ook digitaal Online congressen en opleidingen zijn niet meer weg te denken. Ons digitale aanbod is meer dan een vervanging voor een gewone ontmoeting. Beleving en mensen met elkaar verbinden, dat is waar het bij ons om draait. Kiest u maar: digitaal, fysiek of hybride Dat de 1,5 meter-samenleving impact heeft op onze congressen en opleidingen is een feit. Maar juist in deze tijd is het belangrijk om ‘connected’ te blijven. Kennis te blijven delen, op de hoogte te blijven van de laatste vaktrends en samen scenario’s te verkennen en te blijven verbinden. Aan de slag Bekijk onze site voor nieuwe digitale opleidingen en congressen. Neem contact op met een van onze adviseurs als u vragen hebt. Juist nu zorgen wij dat uw congres of opleiding ook sprankelt. Wnra-module Procesrecht 15 & 22 september | online Digitale Algemene Ledenvergadering 25 september | online Conferentie Voorkomen daderschap, vroeg   30 september | Capelle a/d IJssel en online Eielts wil het energieverbruik ‘ook even in perspectief plaatsen’: ‘We zijn zo effectief mogelijk. Als je één kilowatt voor een computer nodig hebt, moest je daar thuis vroeger ongeveer één extra kilowatt verbruiken voor stabiele stroom en koeling. Hier is er slechts een kwart kilowatt voor nodig. Het is een van de efficiëntste datacenters in de klimaat zone.’ De restwarmte die vrijkomt kan in de grond worden opgeslagen. Daarmee wordt ‘s winters de UvA verwarmd.’ GROTE KANS ‘De Amsterdamse wijk Watergraafsmeer wil ook de warmte gebruiken en de gasleiding eruit halen’, vertelt Eielts. ‘Er loopt een traject vanuit de gemeente en we kunnen heel veel leveren.’ Amsterdam noemt het gebruik van restwarmte inderdaad een ‘grote kans’ in het concept-vestigingsbeleid. Het is geen echter oplossing voor alle datacenters, want warmte en koude kunnen net als digitale informatie niet over lange afstanden worden vervoerd. ‘Wij hebben hier het geluk dat we naast een woonwijk zitten.’ Voor de eigenaren van datacenters zal het in ieder geval een opluchting zijn dat er weer een toekomstvisie is. Eielts: ‘In deze industrie is tien jaar heel lang, maar het quotum is voldoende om voor die periode capaciteit te garanderen. Het belangrijkste is echter dat er tegelijkertijd wordt gewerkt aan de jaren erna. Er is nu een overeenkomst voor datacenters rond Almere. Daar moet echter nog het nodige voor worden gedaan en dat is cruciaal om bij de wereldtop te blijven horen.’

BINNENLANDS BESTUUR -WEEK 34 | 2020 MICHEL KNAPEN JURIDISCH 21 Een Haagse ambtenaar was meer dan IN DE CLINCH drie jaar deels arbeidsongeschikt. Omdat er geen passend ander werk voor haar was, werd zij ontslagen. Zelf vond ze dat ze inmiddels was hersteld. Wie moet de Centrale Raad van Beroep geloven? HERSTELD NA ZIEKTE? DIRECT BETER MELDEN Die vervelende knie ook. Twintig jaar werkt Liesbeth Groeneburg* bij de gemeente Den Haag als haar knieklachten dusdanig opspelen dat ze haar werk (25 uur per week) niet meer kan doen. Na enkele jaren concludeert een arbeidsdeskundige dat haar werk niet (meer) passend is en ook dat er bij de gemeente geen ander passend werk is. Er moeten externe re-integratiemogelijkheden (bij een andere werkgever) worden onderzocht. Als het college constateert dat er voor Groeneburg geen structurele, passende functie is te vinden, wordt ze ontslagen. Daartegen gaat ze in bezwaar. De bezwaarschriftencommissie personeelsbesluiten verklaart dat bezwaar gegrond, omdat het Haagse college tekort is geschoten bij het zorgvuldig onderzoek naar haar gezondheid op het moment van het ontslagbesluit. Het Haagse college is het niet eens met de bezwaarschriftencommissie en verklaart het bezwaar van Groeneburg tegen het ontslagbesluit ongegrond. Immers, op basis van alle informatie ten tijde van het ontslagbesluit en na ontvangst van de beslissing van het UWV – de afwijzing van de WIA-uitkering – hoefde het college niet te twijfelen aan de juistheid van het ontslag. Nader onderzoek naar de arbeidsongeschiktheid van Groeneburg was dan ook niet nodig. Groeneburg stapt naar de hoogste ambtenarenrechter. Ze lijkt steun te krijgen van de bezwaarverzekeringsarts van het UWV, waar een bezwaarprocedure loopt tegen de afwijzing Het valt wel mee met de arbeidsongeschiktheid van een door haar aangevraagde WIAuitkering. Die komt met nieuwe inzichten. Kort gezegd: het valt wel mee met de arbeidsongeschiktheid. Terugkijkend kan worden gesteld dat de inschatting van de primaire verzekeringsarts – die de arbeidsongeschiktheid had bepaald op 30,82 procent – over de prognose van haar belastbaarheid te pessimistisch is geweest. De Centrale Raad van Beroep leest in de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag dat aan een ambtenaar ontslag kan worden verleend op grond van gedeeltelijke ongeschiktheid, als die ongeschiktheid minstens 36 maanden heeft geduurd, én dat het na zorgvuldig onderzoek niet mogelijk is gebleken de ambtenaar binnen de gemeente ADVERTENTIE passende arbeid op te dragen. Bij die beoordeling moet het college bekijken of de ambtenaar recht heeft op een WIA-uitkering en naar de resultaten van een mogelijke herbeoordeling. Volgens Groeneburg mocht het college haar niet ontslaan omdat zij ten tijde van het ontslag zodanig was hersteld dat niet langer sprake was van arbeidsongeschiktheid. Het college had het oordeel van de bezwaarverzekeringsarts moeten volgen of, naar aanleiding daarvan, nader moeten onderzoeken of ze alsnog haar werkzaamheden zou kunnen hervatten. De Raad is het daar niet mee eens, zo blijkt uit zijn uitspraak van 23 juli 2020. Het college heeft gewoon volgens het boekje gehandeld. De opmerkingen van de bezwaarverzekeringsarts hebben geen verandering gebracht in zijn conclusie en hebben evenmin geleid tot een ander oordeel van het UWV over de arbeidsongeschiktheid van Groeneburg. Groeneburg mag dan wel in haar zienswijze op het ontslagvoornemen en in bezwaar hebben aangegeven dat zij geen knieklachten meer ondervindt en in staat is haar eigen werkzaamheden te verrichten, maar zij had dit concreet moeten maken en haar stelling met medische stukken moeten onderbouwen. Dat heeft zij niet gedaan. Ook heeft zij zich niet hersteld gemeld. Nu zij dit heeft nagelaten mocht het college haar ontslaan. * De naam is gefingeerd. ECLI:NL:CRVB:2020:1588

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 22 ESSAY RUIMTE FOTO: ERALD VFOTO: CORBIS / H.H. AN DER AA / ANP-HH ESSAY MAAK WERK VAN KLIMAATBELEID Maatregelen ten behoeve van klimaatadaptatie zadelen gemeenten op met extra kosten. De baten ervan laten zich vaak moeilijk kwantificeren. Dat leidt binnen gemeenten snel tot afschaling of uitstel van klimaatmaatregelen. Volgens Arnold Wielinga en Mathijs van Vliet, ambassadeurs klimaatadaptatie voor branchevereniging Koninklijke NLingenieurs, kunnen gemeenten de coronacrisis aanwenden voor een oplossing. In het ‘Deltaplan ruimtelijke adaptatie’ brengen stresstesten in beeld waar het in een gemeente te nat, te droog en te heet kan worden. Vervolgens komt de vraag op hoe erg dat is. Een overstroming in een park is een minder nijpend probleem dan het onderlopen van een spoortunnel, waar de brandweer of een ambulance te allen tijde doorheen moet kunnen. Om het probleem scherper in beeld te krijgen, starten gemeenten dan een risicodialoog met alle relevante betrokkenen. Zo kan het bewustzijn over de kwetsbaarheid van het gebied of de stad worden vergroot. Met elkaar kun je nagaan welke maatregelen die kwetsbaarheid verkleinen. De risicodialoog moet resulteren in afspraken over wie wat doet en betaalt. Op basis van de stresstest en de risicodialoog kan een gemeente vervolgens een concrete uitvoeringsagenda klimaatadaptatie opstellen. Zo zou het althans in het ideale geval moeten gaan. Maar de praktijk in veel gemeenten is weerbarstig. Klimaatadaptatie blijkt een ingewikkelde opgave. Toch zijn maatregelen hard nodig willen we in de nabije toekomst niet veel vaker met natte voeten of stedelijke hitte te maken krijgen. KOSTENDISCUSSIE In het algemeen zijn we het met elkaar eens dat het klimaat verandert. We merken het aan de extreme hoosbuien afgewisseld door kurkdroge periodes. De steeds hogere temperaturen en aanhoudende hittegolven. Maar het urgentiebesef is in veel gemeenten nog niet zo groot als het zou moeten zijn, omdat calamiteiten zich nog niet in alle delen van Nederland hebben voorgedaan. Dat maakt het lastig te bepalen welke maatregelen nodig zijn. Hoeveel risico ben je als gemeente bereid te nemen? Dergelijke gesprekken verzanden snel in een kostendiscussie. Het is bekend wat klimaatmaatregelen kosten, maar niet precies welke schade ermee wordt voorkomen. Kortweg: zekere kosten, onzekere baten. In budgetdiscussies heeft klimaatadaptatie het daarom vaak moeilijk, zelfs als de meekoppelkansen worden meegerekend. Want als de straat tóch open moet, dan kunnen andere werkzaamheden in één moeite door en goedkoper worden uitgevoerd. De ervaring in verschillende gemeenten leert inmiddels dat de meerkosten van een klimaatadaptieve aanpak uiteenlopen van 10 tot 30 procent. Dat komt voor een flink deel doordat wordt gekozen voor relatief dure oplossingen, zoals ondergrondse waterbuffers. Of doordat het thema klimaatadaptatie pas later in het proces wordt toegevoegd en niet vanaf het begin van de planvorming is meegenomen. Wij weten bovendien als geen ander dat er bij vernieuwende oplossingen altijd een ‘innovatiehobbel’ moet worden genomen voordat ze resultaat opleveren in termen van effectiviteit en efficiëntie. Een benadering waarbij alleen wordt gekeken naar de vermeden schade leidt tot een eenzijdig beeld. In de kostendiscussie gaat het vaak alleen om het voorkomen van wateroverlast. Terwijl klimaatadaptatie ook talloze baten heeft. Meer groen en meer waterbuffers beperken de hittestress en vergroten de biodiversiteit in een gemeente. Ook verbeteren dergelijke voorzieningen de luchtkwaliteit en maken ze de stad aantrekkelijker om in te leven, in te werken of om als toerist te bezoeken. Alleen: deze voordelen laten zich moeilijk in geld uitdrukken. Wat is de financiële waarde van leefbaarheid? Wat mag een beter imago een gemeente kosten? Vaak liggen de kosten en baten ook niet bij dezelfde partij. Neem als voorbeeld een centraal gelegen plein met een aaneenschakeling van cafés en restaurants. In een hete zomer is het er niet uit te houden. Vergroening van het plein, inclusief waterpartijen, kan een toestroom van bezoekers op gang brengen – ook bij hitte. Dat maakt een terrasbezoek een stuk aangenamer en zorgt ervoor dat het centrum ook buiten periodes van hitteof wateroverlast aantrekkelijker wordt. De baten liggen voor een belangrijk deel bij de

ESSAY 23 eigenaren van de cafés, restaurants en winkels. Het betekent ook winst voor de gemeente, maar die laat zich moeilijk in concrete euro’s kwantificeren. Ook voor burgers zijn de baten in de vorm van vermeden waterschade niet alleen in geld uit te drukken. Ja, dat lukt wellicht voor de kosten van een nieuwe, vervangende parketvloer. Maar dat lukt zeker niet voor de angst voor een volgende overstroming, waardoor mensen soms niet eens meer op vakantie durven te gaan. VERDER DENKEN Beleidsmakers en beslissers moeten dus verder leren denken dan alleen in euro’s. En zich dan ook niet blindstaren op, bijvoorbeeld, de methodiek van de maatschappelijke kosten- en batenanalyse (MKBA). De initiatiefnemers daarvan geven zelf al aan dat de methodiek beperkingen kent en dat het verstandig is om geen absolute waarde aan de MKBA-uitkomst toe te kennen. Onberekenbare welvaartseffecten worden niet meegenomen. En effecten die lastig in geld uit te drukken zijn – zoals een toename van biodiversiteit – zijn in het MKBA-rapport ondergeschikt aan direct meetbare zaken, zoals constructiekosten. Het risico bestaat dat gemeenten op grond van een MKBA-studie kiezen voor een lager tempo van klimaatadaptatie, minder ambitieuze oplossingen en een navenant teruggeschroefde ambitie. Gelukkig zijn er tools beschikbaar om bredere baten wél scherp in beeld te krijgen, zoals TEEB-stad. TEEB, oftewel The Economics of Ecosystems and Biodiversity, is een internationale studie, geïnitieerd door de Verenigde Naties, naar de economische betekenis van biodiversiteit en ecosysteemdiensten. Daarin worden ook zaken meegenomen als lagere zorg- en gezondheidskosten, minder arbeidsverlies, besparing energieverbruik, stijging van de waarde van ‘ Kosten en baten liggen vaak niet bij dezelfde partij’ BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020

GAAT OP ZOEK NAAR DÉ Trotse Jonge Ambtenaar van het Jaar 2021 De ene jonge ambtenaar die maatschappelijke impact maakt en trots is om ambtenaar te zijn.   van het Jaar FUTURPROOF organisatie 2021 Een trotse overheidsorganisatie die toekomstgericht is en streeft naar verjonging. Ben jij wie wij zoeken? Of weet jij meteen welke collega wij bedoelen? Werk jij bij een organisatie waar jij trots op bent of ken jij een organisatie die trots mag zijn? Nomineer je of een organisatie, hem of haar, of jezelf vanaf 17 augustus tot 20 september 2020 via futur.nl Ga naar futur.nl en nomineer jouw kandidaat of organisatie.

ESSAY 25 zijn. Het is essentieel om in gesprek te gaan met alle belanghebbenden over de impact van klimaatverandering en over de keuzes die daarbij moeten of kunnen worden gemaakt. Want wat is aanvaardbaar? Eens in ARNOLD WIELINGA BRANCHEAMBASSADEUR KLIMAATADAPTATIE KONINKLIJKE NLINGENIEURS EN SENIOR CONSULTANT WATER & KLIMAATADAPTATIE ROYAL HASKONING DHV MATHIJS VAN VLIET BRANCHEAMBASSADEUR KLIMAATADAPTATIE KONINKLIJKE NLINGENIEURS, ADVISEUR WATER, KLIMAAT EN DUURZAAMHEID MOVARES woningen, meer recreatiemogelijkheden en sociale cohesie. Er werken al meerdere gemeenten mee. En verder is het helemaal niet zo vreemd om uit te gaan van ‘onberekenbare’ kosten en baten. Gemeentebesturen leggen ook parken aan opdat mensen kunnen recreëren en de stad aantrekkelijker wordt. Een park aanleggen is duurder dan, bijvoorbeeld, een parkeerterrein in stand houden. Toch is er draagvlak voor, omdat burgers waarde toekennen aan leefbaarheid of ruimte voor recreatie en minder waarde aan platte stenen. OP SCHERP De gevolgen van de coronacrisis zetten het debat over de meerkosten van klimaatadaptatie verder op scherp. De extra kosten van de crisis worden voor de gezamenlijke gemeenten al geschat op anderhalf miljard euro. Tegelijk biedt de nasleep van corona gemeenten ook kansen. Er komt straks veel geld beschikbaar om de economie aan de praat te krijgen. In plaats van toegeven aan de reflex om dat geld alleen te gebruiken voor projecten gericht op de korte termijn, kunnen we dit geld juist benutten om klimaatadaptatie op stoom te krijgen én te houden. Al was het maar omdat onze samenleving door de coronacrisis op sommige vlakken structureel zal veranderen. We werken meer thuis en zijn erachter gekomen dat het vaak verrassend goed gaat. Daardoor ontstaat meer ruimte op wegen en parkeerplaatsen. Die kostbare ruimte, waar we nu vaak tevergeefs naar zoeken, kan worden benut om de stad te vergroenen en tegelijk klimaatbestendig te maken. Natuurlijk zijn de bijbehorende kosten een valide argument om al dan niet maatregelen te nemen. Die moeten dan ook zeker worden meegenomen in de risicodialogen. Maar kies als gemeente voor een integrale aanpak die recht doet aan alle kosten en baten – ook als die moeilijk te kwantificeren de vijf jaar een nieuwe parketvloer vanwege een overstroming, of eens in de tien jaar? En wat is er vervolgens haalbaar en betaalbaar? Welke ambitie is dan nog realistisch? Ook moeten inwoners en ondernemers tijdig bij het proces worden betrokken, liefst van begin af aan. Maak ze mede verantwoordelijk. Het heeft weinig zin om als gemeente en betrokken partijen met elkaar een open dialoog aan te gaan en een lijst met gewenste maatregelen op te stellen om vervolgens, als puntje bij paaltje komt, te moeten concluderen dat het geld voor al die maatregelen er helaas niet is. Stel dat je met elkaar bedenkt hoe een winkelcentrum klimaatbestendig kan worden gemaakt en aan het eind van de dialoog ligt er een miljoenenplan. Wanneer pas op dát moment een deel van de rekening bij de winkeliers wordt gelegd, loopt het niet goed af. Ga aan de voorkant met elkaar in gesprek en onderzoek samen wat de financiële speelruimte is – dan voer je de juiste dialoog. GEZAMENLIJK Daarbij: klimaatadaptatie is een gezamenlijke maatschappelijke verantwoordelijkheid. Het is noodzakelijk dat inwoners en ondernemers niet alleen over winkelcentra meepraten, maar ook in hun eigen straat meedoen: in een stad is gemiddeld immers de helft tot tweederde van de grond in handen van particulieren. Als een gemeente in een wijk toekomstige wateroverlast door de aanleg van meer groen bestrijdt, mag van de aanwonende burgers worden verwacht dat ze op hun eigen perceel zelf aanvullende maatregelen nemen. Bijvoorbeeld door de tuintegels voor meer groen in te ruilen. Het is zaak die gedeelde verantwoordelijkheid vanaf het begin in de risicodialoog te erkennen. Het kan logisch zijn dat belanghebbenden meebetalen om hun wensen gehonoreerd te krijgen. Het principe van ‘gedeeld eigenaarschap’ moet niet alleen doorklinken in de dialoog, maar ook in de verantwoordelijkheid voor wat er daarna komt: het uitvoeren van de maatregelen, inclusief ieders redelijke bijdrage daaraan. Een mooi voorbeeld van een dergelijke aanpak is het Clausplein in Eindhoven, waar ondernemers hun aandeel hebben geleverd in de financiering van de herinrichting, omdat ze inzagen dat dat ook in hun voordeel was. Ook op kleinere schaal is veel mogelijk. Neem de geveltuintjes: anderhalve tegel eruit en planten erin. Het helpt tegen hittestress en regenwater zakt makkelijker ‘ Het hoeft niet altijd duur of ingewikkeld te zijn’ de grond in. Dit klinkt als een druppel op een gloeiende plaat, maar reken je het op stadsniveau uit, dan zorgt het voor vele voetbalvelden aan groen. Of winkeliers die schaduwdoeken ophangen, zodat de gemeente dit niet hoeft te doen. Een risicodialoog biedt bij uitstek de plek en de kans om gezamenlijk op zoek te gaan naar verrassende, slimme, ongebruikelijke oplossingen. Het hoeft niet altijd duur of ingewikkeld te zijn. Het kan van straat tot straat verschillen wat er moet en wat er kan. Maar het jaarlijks maaien van een bloeiende groenstrook kan goedkoper zijn dan het onkruidvrij houden van betontegels, zeker als je dat zonder bestrijdingsmiddelen wilt doen. Grijp de coronacrisis dus aan voor een brede blik op klimaatadaptatie. Al is maar om te voorkomen dat over alle groene initiatieven straks de bezuinigingskaasschaaf gaat. Juist na corona moet de leefbaarheid van stad en land vooropstaan. BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020

26 ACHTERGROND DIGITAAL DOOR: ALEXANDER LEEUW FOTO: LAURENS VAN PUTTEN / ANP-HH Twee miljoen mensen worstelen met de digitalisering van dienstverlening. De coronacrisis bracht hun problemen eens te meer aan het licht. In een gezamenlijk manifest roepen het ministerie van Binnenlandse Zaken en de VNG gemeenten en andere overheden op daar meer werk van te maken. STAATSSECRETARIS KNOPS (BZK) OVER MANIFEST DIGITALISERING ‘ IETS SIMPEL MAKEN IS HEEL COMPLEX’ Digitalisering heeft door de coronacrisis noodgedwongen een sprong voorwaarts gemaakt. Steeds meer gebeurt online. Dat kan een uitkomst zijn, maar het zorgt bij een grote groep burgers ook voor problemen. ‘De coronacrisis maakt vooral duidelijk hoe belangrijk het is dat iedereen kan blijven meedoen’, staat in het manifest ‘Dichterbij door digitalisering’ dat het ministerie van Binnenlandse Zaken en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) deze week naar de Tweede Kamer sturen. In het manifest wordt uiteengezet wat de impact van de coronacrisis is op onder meer de digitale veiligheid en de dienstverlening. Wat er anders moet en hoe dat dient te gebeuren. Samengevat: ‘Hoe krijgen we de digitale overheid en LEREN VAN SUPERMARKT Knops: ‘In een winkel liggen alle bamiproducten bij elkaar.’ BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 ACHTERGROND 27 ‘ We moeten de hele legacy aan verfijnde systemen vervangen’ De overheid is er voor iedereen, dus wij kunnen niet de postkamer opheffen, want er zijn nog steeds mensen die overheidsberichten het liefst op papier krijgen. Dat iedereen mee moet kunnen komen is een van onze principes.’ samenleving structureel beter op orde voor een volgende crisis?’ Alle Nederlanders moeten mee kunnen blijven doen en de overheid moet daarvoor zorgen. ‘We moeten de hele legacy aan verfijnde systemen vervangen. Dat kan niet van de ene op de andere dag’, zegt de verantwoordelijke staatssecretaris Raymond Knops (CDA). ‘Maar we kunnen het wel alvast eens worden over de principes die daarbij gelden ten aanzien van privacy, grondrechten en dienstverlening.’ Alle overheden moeten daarbij op hetzelfde niveau zitten. ‘Want voor de burger is er maar één overheid. Wat maakt het een burger uit of die met een gemeente, provincie, waterschap of met het rijk te maken heeft?’ Knops is net terug van vakantie. ‘Ik was vorige week naar Bonaire. Als ik voor mijn werk reis, heb ik een reisverzekering met wereldwijde dekking. Op het laatste moment vroeg mijn vrouw of ik voor onze privéreis wel de goede dekking had. Maar ik had alleen Europa. De dekking is online te regelen, maar dat werkte niet. Ik kreeg een rood errorscherm en moest drie telefoontjes plegen om het recht te zetten. Vlak voor het vliegtuig opsteeg, heb ik nog een keer moeten bellen omdat ik zag dat het nog steeds niet was veranderd. Ik ken mensen die hier niet aan zijn gewend.’ Volgens schattingen zijn er twee miljoen burgers die niet meekomen met digitalisering, zoals ouderen en laaggeletterden. ‘Ik kom bij Defensie vandaan’, zegt Knops. ‘Het motto was daar: leave no-one behind. EXTRA URGENT Die boodschap blijkt extra urgent tijdens de coronacrisis. Knops: ‘Een gedwongen sociaal experiment dat erg representatief is omdat íedereen ermee te maken heeft. We hebben gemerkt dat je andere methodes kunt inzetten om mensen te helpen. Neem bijvoorbeeld de Alliantie Digitaal Samenleven die prinses Laurentien, Jeroen Hoencamp van VodafoneZiggo en ik hebben opgericht om vanuit het perspectief van de klant of burger te kijken naar onze eigen dienstverlening.’ Daartoe wordt iemand gevraagd achter de computer te gaan zitten om, bijvoorbeeld, via een gemeentelijke website een paspoort te bestellen. Knops: ‘Wat gebeurt er dan? Zet er een bloeddrukmeter en hartslagmeter op en kijk wat het met iemand doet. Raken mensen in paniek? Komt er stress? Wat is goede dienstverlening en wat niet? Dat is allemaal proefondervindelijk vast te stellen.’ Knops vindt dat gemeenten meer aandacht zouden moeten besteden aan hun (online) dienstverlening. ‘Het zou een onderwerp van debat moeten zijn in gemeenteraden. Er zijn wel discussies over lokettijden en de openingstijden van stadhuizen, maar dit element blijft onderbelicht.’ De problematiek gaat verder dan al dan niet falende techniek. ‘Als iemand die niet vaak post ontvangt van de overheid ineens een brief krijgt met zo’n typische aanhef, vervolgens ‘gelieve aan te treffen’ – juridisch taalgebruik – dan rent diegene in paniek de straat op. De gehanteerde taal is voor de overheid soms ook een verdedigingslinie. Daar kunnen we veel aan doen maar dat is niet makkelijk: eenvoudig schrijven is moeilijk. Daarom zijn we de Direct Duidelijk Brigade gestart, waarmee we ambtenaren trainen in begrijpelijke taal te schrijven. Daar werken ook voormalig laaggeletterden. De doelgroep, zeg maar.’ De Nationale ombudsman en de Wetenschappelijke raad voor het regeringsbeleid benadrukken dat sommige burgers meer behoefte hebben aan fysieke contactmogelijkheden. In het manifest worden daarvoor bibliotheken aangewezen. ‘Ja, bij wijze van informatiepunten digitale overheid. Bibliotheken ontwikkelen zich steeds meer tot een soort ontmoetingsplek waar mensen laagdrempelig kunnen binnenlopen en vragen om hulp bij de belastingaangifte of het inloggen bij het UWV.’ Is er dan nog wel een efficiëntieslag als er een loket moet komen voor deze vragen? ‘Dat loket moet je echt zien als een noodklep. Neem de toeslagenaffaire. De kritiek, zonder er inhoudelijk op in te gaan, was onder andere dat mensen niemand meer konden bellen en in een vicieuze cirkel terechtkwamen. De les is dat je heel veel dingen automatisch kunt doen, maar er moet altijd een menselijke toetsing mogelijk zijn. Je wilt voorkomen dat mensen ergens vastlopen. In percentages is die groep niet groot, maar je moet een loket hebben waar zij terechtkunnen.’ In het manifest staat ook dat gebeurtenissen als verhuizen en overlijden als leidraad gaan fungeren voor de dienstverlening van de overheid. Hoe werkt dat? ‘Als je in een winkel komt en je wilt bijvoorbeeld bami maken, dan liggen al de producten die daarbij horen bij elkaar. Waarom? Omdat de winkel heeft gedacht vanuit het perspectief van de klant, die niet gestrest rond wil lopen. We willen onderzoeken of zoiets bij ons ook kan werken.’ Maar dan met bruikbare links op websites in plaats van bamigroenten? ‘Bijvoorbeeld. Verzekeraars doen dat ook. Drie jaar geleden lag ik een Italiaans ziekenhuis nadat ik met mijn scooter was gecrasht. Daar moest ik gewoon contant betalen. Die facturen moest ik vervolgens uploaden. Verzekeraars, telecombedrijven en gemeenten proberen zulke processen zo in te richten dat alles in één keer goed wordt ingevuld en er niet nog drie keer over hoeft te worden gebeld. Maar ook hier geldt: een proces simpel maken is heel complex.’

28 ACHTERGROND VER WEG IN EIGEN LAND DOOR: MARTIN HENDRIKSMA Vaals hield lang last van de mijnensluiting en het vertrek van de textielindustrie. Veel Vaalsenaren vonden het leven van een uitkering wel best. Een nieuwe transitievisie vanuit de eigen bevolking maakt er korte metten mee. DUITSERS ZORGEN VOOR NIEUW ELAN VAALS ZOEKT VERBINDING MET AKEN Iets smoezeligs kleeft grensplaatsen aan. Zo ook de Maastrichterlaan in Vaals. Zie het rijtje BMW’s met witte nummerborden op de parkeerplaats voor de Aldi. Terwijl hun Duitse echtgenotes binnen de ‘billige’ Hollandse spullen in het wagentje gooien, waken de mannen met gekruiste armen bij hun wagen – om parkeerboetes te ontlopen. Zie het met tientallen stickers bezoedelde grensbord. Er is ook een minder bekend, veel mooier Vaals, nauwelijks honderd meter verwijderd van de drukke Maastrichterlaan. Je dwaalt er op zondagmiddag vrijwel in je eentje door de kronkelige straten langs stadsvilla’s in pasteltinten en pleinen met kunstwerken in het groen. Op een enkel terras schurken daar in vredige rust de lokalo’s samen. Dat is het Vaals van Johann Arnold von Clermont. De Akense textielfabrikant stak in 1761 om geloofsredenen de grens over. Zijn geboortestad was streng katholiek. Het dorpje Vaals stond onder bescherming van de Staten-Generaal van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, wat inhield dat iedereen er zijn eigen geloofsdiensten mocht houden. ‘Het leidde tot een wekelijkse pelgrimage van honderden protestantse kerkgangers uit het omliggende gebied naar Vaals’, zegt burgemeester Harry Leunessen. Onder hen enkele lakenfabrikanten uit het Akense rijk die er besloten te blijven, onder wie Von Clermont. Het monumentale gemeentehuis waar we deze maandagochtend zitten is ook te danken aan deze ‘Bill Gates van Vaals’, grapt Leunessen. ‘Het was een lakenfabriek, een ververij en diende als Von Clermonts woonhuis. We werken hier als gemeente eigenlijk in een museum.’ Een gemengd genoegen, overigens. ‘Het oogt heel charmant, maar we mogen de ramen aan de buitenkant niet aanpassen. Daarom wordt er aan de binnenkant nog een glasraam tegenaan gezet.’ Een airco heeft het gemeentehuis niet. ‘De raadsvergaderingen van mei tot en met september zijn bloedheet.’ Pas vijf maanden geleden is Leunessen in Vaals neergestreken, nadat hij eerder onder meer elf jaar wethouder was in Landgraaf. Hij heeft de belangrijkste wapenfeiten van zijn nieuwe gemeente op een paar A-vierfoto: Jean-Pierre Geusens / ANP-HH

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 ACHTERGROND 29 kelen als de staat met gratis geld bijsprong? VER WEG IN EIGEN LAND Deze zomer brengt Binnenlands Bestuur vier reportages over het leven en welzijn aan de rand van Nederland. Deel 3: Vaals. tjes uitgeprint en voor de zekerheid een secondant meegenomen: wethouder Jean-Paul Kompier (werk en economie, Lokaal!), een volbloed Vaalsenaar. Kompier maakte als kind begin jaren zeventig de keerzijde van Von Clermonts bemoeienis met Vaals mee: de afhankelijkheid van de Vaalsenaren van de lokale textielindustrie. Die legde het af tegen goedkoop textiel uit lagelonenlanden. ‘In Parkstad heeft men de klap van de mijnsluiting gehad’, zegt Leunessen. ‘Ook een deel van onze inwoners werkte daar. Daar kwam de klap van de ingestorte textielindustrie overheen. Dus waar ze in Parkstad één linkse directe hebben gekregen, hadden wij er in Vaals twee.’ KNOKKELS De gevolgen werkten decennia door, weet Kompier. ‘Het gros van de Vaalser textielarbeiders was gezond, maar ze zijn rond 1975 voor een groot deel arbeidsongeschikt verklaard en de wao ingegaan. Oneigenlijk gebruik, dat kon toen nog. De kinderen die in die tijd zijn geboren, die zagen dat. Papa was overdag thuis en had ook nog voldoende geld om van te leven, want de wao was een redelijk goeie regeling in die tijd.’ Het drukte de ambitie in veel arbeidersfamilies. Waarom zou je je immers ontwik‘Jongen, je moet je niet de knokkels kapot maken door te werken’, vertaalt Kompier een Vaals gezegde. ‘Dat is wat er hier lang leefde. Ouders gaven hun kinderen het slechte voorbeeld. Pas bij de derde generatie zie je nu een kentering.’ Daar komt bij dat het leven in Vaals goedkoop was, dankzij een sterke woningstichting, voortgekomen uit de gemeentelijke organisatie. Kompier: ‘Die mikte vrijwel alleen op sociale woningbouw. We zijn de enige gemeente in de regio met hoogbouw. Die flats moesten worden gevuld. Dat leidde tot lage huren, ook in de wijk eromheen.’ Zelfs statige stadspanden kon je in Vaals voor een grijpstuiver bewonen. ‘Van binnen verkeren ze vaak in een slechte staat van onderhoud. Ze werden opgekocht door huisjesmelkers, die er nauwelijks in investeerden en ze in appartementen opdeelden. Je kon er een jaar of acht geleden nog kamers huren voor 80 euro per maand. Daar zat slecht volk tussen.’ Zo raakte Vaals stilaan in de versukkeling, beschreven in de recente transitievisie ‘Vaals verbindt’. Niet ontstaan vanuit de gemeentelijke kokers, zeggen burgemeester en wethouder trots, maar helemaal bedacht en uitgewerkt door een groep ‘fris en dwars denkende Vaalsenaren’ onder leiding van transitieprofessor Jan Rotmans. Hun uiteindelijke schrikbeeld, lees je, is een ontzield Vaals ‘met veel leegstand en verloedering, een soort Shoarmahalla, met veel discountwinkels, een enkele boer die nog resteert, een gehavend en aangetast landschap, en een soort wingewest van Aken, het sociale afvoerputje van Limburg, met teruggekeerde bordelen en casino’s, en een crimineel broeinest.’ De transitievisie legt de vinger op de zere plek, beaamt Leunessen, maar dat horrorscenario blijft Vaals zeker bespaard. Want zijn gemeente heeft de weg omhoog weer te pakken. Hij wijdt waarderende woorden aan de Vaalser aanpak in het sociale domein die families opport de knokkels te gebruiken. ‘We zitten dicht achter de voordeur met een beweegmakelaar.’ Daarnaast wil Leunessen de pull-factoren waardoor mensen met een laag inkomen naar Vaals komen onder de loep nemen. ‘Dat betekent dat je naar je woningbestand moet kijken. Lage huren trekken mensen met een laag inkomen. We bekijken welke instrumenten we hebben om verdere woningsplits ingen te voorkomen.’ Voor alle duidelijkheid: het zijn niet alleen de lage woonlasten waardoor mensen naar Vaals verhuizen. Leunessen vertelt hoe hij als nieuwe burgemeester op het terras werd aangesproken door iemand uit Ridderkerk. ‘Die was in het kielzog van een vriendin naar Vaals gekomen. Vanwege het schitterende uitzicht dat je hier hebt over het omringende heuvelland.’ BOURGOGNE Je zou het als je over de Maastrichterlaan langs de volle terrassen loopt bijna vergeten. Twee minuten van de Vaalser dorpskern rij je de heuvels in met vergezichten die de vergelijking met de Bour gogne of Toscane kunnen ‘ Waar ze in Parkstad één linkse directe hebben gekregen, hadden wij er in Vaals twee’

BINNENLINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 ACHTERGROND31 doorstaan. Zou Vaals de potentie van het Zuid-Limburgse heuvelland niet nog beter kunnen benutten? Wethouder Kompier begrijpt de vraag, zegt hij. ‘Maar kijk wat wij hier al hebben. Het bruist overal. De café-terrassen, de campings, de hotels. We halen jaarlijks meer dan zeshonderdduizend overnachtingen. Als je er een paar grote hotels bijbouwt, zou je naar een miljoen kunnen gaan. Moet je dat willen? Ik wandel graag door de natuur. We moeten uitkijken dat we ons vijfsterrenlandschap niet verkwanselen.’ Het dilemma reikt verder dan toerisme. ‘We hebben een wereldberoemd wijndomein, Sint-Martinus. Inmiddels een global player. Aan de ene kant heb je als gemeente het belang van het bedrijf met z’n werkgelegenheid. En Sint-Martinus is promotioneel voor onze gemeente ook buitengewoon belangrijk. Pas stonden er drie pagina’s over in de ANWB Kampioen, dat is onbetaalbaar. Maar er wonen ook mensen omheen die ongestoord willen leven. Dat is de balans waar je voortdurend naar moet zoeken.’ ‘Kwaliteit’ en ‘beleving’ zijn in het toekomstige toerisme de sleutelwoorden, weet Leunessen. Daar moet Vaals in investeren. ‘Onze historie kan beter worden uitgevent. Op het gebied van evenementen kunnen we stappen maken. Ook de kwaliteit van het winkelaanbod en van de horeca kan nog omhoog. Dan vis je in een toeristisch segment dat meer te besteden heeft.’ Maar een groot deel van de potentie van Vaals ligt slechts een paar kilometer oostwaarts of, beter gezegd, begint eigenlijk zodra je dat bestickerde Duitslandbord aan de Maastrichterlaan voorbij bent: Aken. Leunessen: ‘We realiseren ons dat we met een topuniversiteit als de Akense RWTH nog een heleboel kansen hebben liggen.’ Zijn docenten exacte vakken op de middelbare school hadden vrijwel allemaal gestudeerd aan de Rheinisch-Westfälische Technische Hochschule, vult Kompier aan. Vaak woonden ze als Duitse student in Vaals en waren aan een Limburgs meisje blijven hangen. ‘Maar op enig moment zijn de banden van Vaals met Aken verwaterd.’ STUDENTEN Zoals Johann Arnold von Clermont ooit vanuit Aken het dorp Vaals tot bloei bracht, zo gebeurt dat de laatste jaren dankzij nieuwe generaties Duitsers opnieuw. Met dank aan de oplopende woningnood in Aken. Om de Akense studenten van passende woonruimte te voorzien, heeft Vaals recent twee studentencomplexen uit de grond gestampt. Leunessen: ‘We zetten als college vol in op Duitse stu‘ We moeten uitkijken dat we ons vijfsterrenlandschap niet verkwanselen’ denten. Maar de grote uitdaging zit ‘m erin om hen te betrekken bij de gemeenschap van Vaals.’ Een nieuwe jonge garde, goed opgeleid, moet Vaals van elan voorzien. In ‘Vaals verbindt’ wordt gesproken over debatcentra en andere cultuurpodia om de voorheen afwachtende Vaalsenaren tot meer betrokkenheid bij hun gemeente te verleiden. Kompier hoopt de Akense studenten langer te binden door ze tijdens hun studie de mogelijkheid te bieden in Vaals een bedrijfje te starten. ‘We hebben daarvoor twee centra opgericht met lage huren. Een leegstaande basisschool in Lemiers, en een pand hier in de Kerkstraat dat als broedplaats dient. Iedereen met een vraag of probleem kan er binnen stappen.’ Aken is blij dat Vaals een deel van de woningnood oplost, vertelt Leunessen. Maar er kan nog veel meer samen. ‘Pas hadden we op de top van de Vaalserberg een manifestatie rond 35 jaar verdrag van Schengen. Kom ik daar Marcel Philipp tegen, de Oberbürgermeister van Aken.’ Zijn Duitse collega zag ineens de potentie van de locatie. ‘Goh, we zouden samen veel meer met die Vaalserberg kunnen doen.’ Zeker, vond ook Leunessen. Nu, droogjes: ‘Als je vaker samen aan tafel zit, heb je dat soort uitwisselingen niet boven op de berg.’ CALIMERO-COMPLEX Heeft die Akense houding niet te maken met het verschil in schaal: een gemeente van 10.000 inwoners tegenover een stad met het vijfentwintigvoudige aantal? Dat leidt snel tot een Calimerocomplex. Nee, stelt Leunessen. ‘Aken behandelt ons als een gelijkwaardige partner. Dat heb ik vanaf mijn eerste contacten mogen ervaren. Maar we zijn, en dan moet ik mijn woorden zorgvuldig kiezen, tegelijk ook onderdeel van de stad en fysiek aan Aken vastgegroeid.’ En dat blijkt: behalve studenten maken ook steeds meer andere Duitsers de overstap. Inmiddels is ruim een kwart van de Vaalsenaren van Duitse origine. Is er een maximum aan? ‘Ik zie dat niet zo’, stelt Kompier. ‘Een echte Vaalsenaar als ik voelt zich meer Duits dan Hollands. Wij spreken de taal vloeiend en accentvrij. De Duitsers zijn in Vaals vaak ook goed geïntegreerd. Als ze uit ons zangkoor zouden wegvallen, hebben we een groot probleem.’ Op Facebook ziet Leunessen de Vaalsenaren Duitse tv-series volgen, Duitse boeken lezen. En daar blijft het niet bij. Het is een Duitse ontwikkelaar die het plein rond het Vaalser gemeentehuis op dit moment zijn fraaie facelift bezorgt. Zelfs de bakkers in Vaals zijn overwegend in Duitse handen. Een echte Vaalsenaar, vertelt Kompier, ‘wordt hier in het academisch ziekenhuis geboren en overlijdt er ook vaak.’ Hier is Aken, wel te verstaan, drie kilometer verderop, maar voor een Vaalsenaar een soort Vaals-oost. Leunessen: ‘Zo bekeken heeft Vaals een internationaal topevenement met het CHIO.’ Kompier: ‘Elf zwembaden. En hoeveel bioscopen wel niet?’ Wat ze willen zeggen: dat grensbord op de Maastrichterlaan is niet voor niks royaal bestickerd. Geen Vaalsenaar trekt zich er nog iets van aan.

32 ACHTERGROND RUIMTE DOOR: HARRY PERREE FOTO: OMA / ANP-HH Het aantal milieueffectrapportages is dramatisch gedaald. Over de rapporten die wel geschreven zijn, publiceerde Arcadis een kritische analyse. De Commissie milieueffectrapportage trekt aan de bel. Al geeft de minister alvast aan niks te willen veranderen. GEMEENTEN NEGEREN MASSAAL MILIEUEFFECTRAPPORTAGES TOETSEN? NEE, LIEVER WEGPOETSEN

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 ACHTERGROND 33 ‘ Het instrument is niet van ons. Het is van alle bevoegde gezagen’ Nooit eerder was het aantal adviezen dat de Commissie milieueffectrapportage (m.e.r.) uitbracht zo laag als vorig jaar, constateerde de Commissie in haar laatste jaarverslag. In 2009 bracht de Commissie nog 333 adviezen over milieueffectrapportages uit aan bevoegde gezagen, tien jaar later was dat gekrompen tot een schamele 130. Vorig jaar al kopte Platform voor onderzoeksjournalistiek Investico in een artikel over de m.e.r.: ‘Overheid draait verplichte milieustudie stilletjes de nek om.’ Begin dit jaar kraakt een Arcadis-rapport (‘Milieueffectrapporten in Nederland: kwaliteit en kwantiteit’) harde noten: van de in 2018 door de Commissie getoetste milieueffectrapporten is slechts 30 procent direct van voldoende kwaliteit. Na aanvulling is 61 procent voldoende, van de rest is de kwaliteit onbekend. Kan de milieueffectrapportage misschien maar beter bij het oud vuil? Het is geen vraag die men zich ten burele van de Commissie in Utrecht stelt. Dat hier niet iedereen koortsig aan de slag is om de m.e.r. uit het moeras te trekken waarin deze beland lijkt – de receptionist lijkt in het uitgestorven kantoor speciaal aanwezig om de deur te openen voor Binnenlands Bestuur – komt niet alleen vanwege de vakantie- en coronatijd. De Commissie ziet gewoonweg geen moeras. Al staat op pagina 14 van het Arcadis-rapport de weinig verhullende tekst: ‘Overwegend zijn de geïnterviewden sceptisch: het MER schiet vaak tekort in een goede onderbouwing of alternatievenafweging. De mogelijkheden zijn onvoldoende in beeld gebracht en er is geen trigger te zoeken naar milieuvriendelijke alternatieven. Dit gaat ten koste van de kwaliteit van MER’en voor de besluitvorming.’ FEYENOORD CITY Zeldzaam goed voorbeeld van gebruik van m.e.r VAARWEL Toch ramt die conclusie de Commissie niet midscheeps, meent directeur Lourens Loeven: ‘Dat is niet een harde conclusie voor óns. Het is een harde conclusie voor degene die de m.e.r. maken of moeten gebruiken’, betoogt hij. ‘Het instrument is niet van ons. Het is van alle bevoegde gezagen. Gemeenten, provincies, waterschappen en rijk willen hun besluitvorming verbeteren en daar is dit een prachtig instrument voor.’ Prachtig instrument of niet, overheden zeggen er in toenemende mate vaarwel tegen. Het lijkt of ze hun best doen om m.e.r.’s buiten de deur te houden. Daarvoor eerst een korte uitleg. Voor een aantal plannen, besluiten of initiatieven met potentieel grote milieugevolgen is vastgelegd dat een m.e.r. verplicht is; ze staan in de zogenaamde C-lijst van het Besluit milieueffectrapportage. Voor een aantal gevallen (de D-lijst) is een zogenaamde m.e.r.beoordeling vereist, een soort vooronderzoek om te kijken of een m.e.r. noodzakelijk is. Investico constateerde dat van zevenhonderd onderzochte vergunningaanvragen die in 2018 voor een m.e.r.-beoordeling in aanmerking kwamen, het bevoegd gezag slechts in vijf gevallen, minder dan 1 procent dus, concludeerde dat er een m.e.r. nodig was. ‘Dat kan niet waar zijn’, reageert voorzitter Eric van der Burg. ‘Ik kan niet beoordelen hoeveel het er wél moeten zijn, bijvoorbeeld 5 of 10 procent. Maar 1 procent is écht te laag. Dat betekent dat er tussen die 695 een aantal gevallen zit dat aan ons had moeten worden voorgelegd.’ Als op deze manier initiatieven met potentieel grote milieugevolgen er doorheen glippen, kan het zomaar zijn, aldus Loeven, dat het bevoegd gezag bij de uitgifte van een milieuvergunning onterecht bepaalde voorwaarden niet heeft toegevoegd. BETERE BESLUITVORMING Het Investico-artikel voert een ambtenaar op die meent dat zijn collegavergunningverleners doen aan ‘wegpoetsen’: ze fluisteren initiatiefnemers in hoe ze aanvragen zo kunnen inkleden dat ze aan zo min mogelijk verplichtingen, zoals het aanleveren van een m.e.r., hoeven te voldoen. ‘Ik geloof direct dat dat juist is’, zegt Van der Burg. ‘Het lastige is dat wij niet zien wat we niet zien. Ik heb geen idee om hoeveel casuïstieken het gaat.’ Bij twijfel over de noodzaak van een m.e.r. doe je er verstandig aan juist wél die m.e.r. te laten uitvoeren, meent hij. ‘Want daardoor krijg je betere besluitvorming.’ Loeven: ‘En het vermindert de risico’s.’ Kunnen jullie een voorbeeld geven van een geval waar geen m.e.r. is uitgevoerd en waar later allerlei problemen zijn ontstaan? Loeven: ‘Ik weet niet of we nu aan naming and shaming moeten doen ...’ Van der Burg: ‘Ik vind niet dat we moeten zeggen dat het om project Y in de gemeente X gaat.’ Loeven vervolgt: ‘Het gaat om een groot

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 34 ACHTERGROND RUIMTE woningbouwproject. De conclusie was: er zijn geen nadelige milieugevolgen te verwachten, dus we maken geen m.e.r.. Dat woningbouwproject is onderuitgegaan bij de Raad van State.’ En dat terwijl de te verwachten nadelige milieugevolgen ‘evident’ waren, aldus Loeven. Het betrof het autoverkeer dat zou ontstaan door de nieuwe wijk en industrielawaai van een industrieterrein op de nieuwbouwwoningen. ‘Als je daar nou een m.e.r. voor had gemaakt, dan hadden ze dat allemaal netjes uitgezocht en was al die informatie beschikbaar geweest en had je veel minder risico gelopen. Wat is nu het gevolg? Terug naar af.’ Er is op dit moment geen centrale registratie van m.e.r.-beoordelingen, dus geen zicht op aantallen en kwaliteit. Ik begrijp dat jullie willen dat de m.e.r.-beoordelingen centraal worden geregistreerd. Loeven: ‘Sterker nog, er is een Europese verplichting om dat te monitoren.’ Dus we houden ons nu niet aan die Europese verplichting? Van der Burg: ‘Die is multi-interpretabel. De minister heeft gezegd: wij gaan kijken of we aan die Europese verplichting kunnen voldoen en zo nee, hoe we er wél aan kunnen voldoen. Dat komt omdat Europa feitelijk zegt: je moet monitoren op basis van de gegevens die je hebt.’ Jullie willen het graag in een centrale database hebben. ‘Wij denken dat de minister dat graag zou moeten willen en dat wil ze ook.’ FEYENOORD CITY Een andere tekortkoming die de Commissie benoemt is het ontbreken van een verplichte tweede ronde voor de gevallen waarin essentiële informatie in het m.e.r. ontbreekt. Slechts de helft van de bevoegde gezagen legt een aanvulling voor. Volgens de Commissie maakt het Arcadis-rapport duidelijk dat dit wettelijk zou moeten worden verplicht. Als Loeven begint uit te leggen waarom dat goed zou zijn, begint Van der Burg enthousiast te vertellen over een aanvulling die de Commissie m.e.r. ontving over Feyenoord City in Rotterdam. ‘We hadden binnen drie, vier weken een aanvullend verhaal van Rotterdam van 127 pagina’s waarin ze tak-tak-tak alle punten aanroeren.’ Dus het kán wel. Van der Burg: ‘Zeker, zeker. Je ziet goede voorbeelden en die willen we ook genoemd hebben. Alleen, het is nog geen standaardpraktijk.’ Eric van der Burg Lourens Loeven De minister van I&W zegt dat ze naar a anleiding van het Arcadis-rapport gaat overleggen met de Commissie m.e.r., maar ze schrijft in een Kamerbrief ook dat ze geen extra verplichtingen wil opleggen. Wat heb je dan aan dat overleg? Van der Burg: ‘Ik hoop dat wij de minister kunnen overtuigen dat er wel een extra dingetje bij moet komen.’ MOOI RIJTJE Een ander aandachtspunt van de Commissie is dat bij veel omgevingsvisies van gemeenten geen m.e.r. wordt opgesteld, terwijl dat bij kaderstellende plannen verplicht is. ‘In december waren we bezorgd’, zegt Loeven. ‘Inmiddels zijn we positiever. Er komt een mooi rijtje aan: Amsterdam, Rotterdam, Nijmegen, Zwolle, Kampen, Etten-Leur, Hilversum. Maar er zijn ook gemeenten die zeggen: onze omgevingsvisie is niet kaderstellend. Dan denk ik: maak hem dan niet.’ In welk concreet geval heeft de gemeente nagelaten zo’n plan-m.e.r. op te stellen? Van der Burg: ‘Daar hebben we het ook als bestuur van de Commissie over gehad: wij zijn adviseur en geen politieagent.’ Er is nu geen handhaving. Jullie willen dat er een inspectie komt die handhaaft. Van der Burg: ‘Als wij advies uitbrengen dan is het handig als iemand anders zegt: er gebeurt iets mee of er gebeurt niks mee.’ Loeven: ‘Het zou mooi zijn als de heer Van Aartsen dat meeneemt in zijn onderzoek naar handhaving van milieuwetgeving.’ Zien jullie de Omgevingswet als een vooruitgang of een achteruitgang? Loeven: ‘Allebei. Een achteruitgang is dat het verplichte advies van de Commissie op complexe projecten vrijwillig wordt. Dat is effe slikken, ja.’ Van der Burg: ‘Een vooruitgang is dat de milieueffectrapportage een omgevingseffectrapportage (o.e.r.) wordt, dus dat er een bredere kijk komt op datgene wat het effect is van wat je als initiatiefnemer of het bevoegd gezag doet.’ Loeven: ‘De kern van de Omgevingswet is een integrale afweging van milieu en omgeving. Dat is ook het idee van omgevingsvisie en omgevingsplan, maar dat valt nog niet mee. Sommige gemeenten vluchten in abstracties. Die kunnen ertoe leiden dat ze geen scherpe keuzes maken of afwegingen uitstellen. Wij zeggen: “Niet alles kan, papier is geduldig, maar je moet wel keuzes maken vaak. Breng het in beeld, maak botsproeven.” Daarom vinden we de verbreding van milieueffectrapportages naar omgevingseffectrapportages een grote vooruitgang. Nederland is zo klein, de strijd om de ruimte zo scherp: de woningbouwopgave, transitie van de landbouw, energietransitie ... Om een integrale afweging te maken is de m.e.r. een prachtig instrument. Omdat je alternatieven moet ontwikkelen. Gemeenten zijn met de Omgevingswet gedwongen één omgevingsvisie te maken en doelen vast te leggen op het gebied van gezondheid, geluidhinder, natuur, energietransitie. Het begint steeds meer te knijpen. Wij zeggen heel vaak: wacht even, u heeft een ambitie op dat vlak en dat vlak en nu zien we dat u niet aan uw eigen ambitie voldoet.’ SUPER MAKKELIJK In een eerdere baan begeleidde Loeven grote projecten bij gemeenten. ‘Dan krijg je veel inspraakreacties over onderwerpen die ook in de m.er. staan. Dat was voor mij super makkelijk. Kreeg je bezwaren over geluid of over het verkeer? Dat staat allemaal in de m.e.r.. Als je je zaken niet op orde hebt, loop je of vast bij het beantwoorden van inspraak of bij de rechter. Mensen komen goed beslagen ten ijs en weten precies wat er mist. Of de wethouder krijgt in de raad het vuur aan de schenen omdat aan bepaalde dingen niet is gedacht.’ Maar eerst nog een gesprek met de vooralsnog halsstarrige minister. Van der Burg: ‘Als wij opvallende data aanleveren, dan gaat de minister erover nadenken, en de Kamer ook. Aandacht voor data leidt tot verandering voor beleid. Gaat het dan in mijn ogen te langzaam? Bijna alles gaat te langzaam, dus ook dit.’

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 DOOR: WOUTER BOONSTRA CARRIÈRE ACHTERGROND 35 Amstelveen moderniseerde het veertig jaar oude gemeentehuis. Er kwamen nieuwe kantoorapps, bureaus met sensoren en de koffie werd beter. Waar veel gemeenteambtenaren tot 2021 gedwongen thuiswerken, zitten in Amstelveen ruim 250 coronaproof op hun werk. AMSTELVEENS GEMEENTEHUIS OP DE SCHOP WORDT HET DE BARISTA OF DE BEACH LOUNGE? AMSTELVEEN Thuiswerken is nog de norm, maar naar kantoor kan ook Wie in Almere is opgegroeid, herkent in het gemeentehuis van Amstelveen de typische bouw van eind jaren ’70, begin jaren ’80. Het lijkt namelijk op de inrichting van de wijken van AlmereHaven. Waarschijnlijk was dat toen heel vernieuwend. Inderdaad, het gemeentehuis is in 1980 opgeleverd en, net als in Almere-Haven, is het gemakkelijk om er de weg kwijt te raken. Toch moet het gebouw van negenduizend vierkante meter nog tien jaar mee. Om die tijd goed door te komen is gekozen voor een ingrijpende modernisering. Kosten: 10 miljoen euro, inclusief onderhoud. Om een einde te maken aan de vele onrustige verhuisbewegingen in het toch steeds krapper aanvoelende gemeentehuis is gekozen voor een transformatie naar kleine units zonder gangen. De reserveringsystemen voor vergaderruimtes en werkplekken van de app TableAir zijn eraan gekoppeld. Zowel babyboomer als millennial kan ermee werken. Een verdieping is al opgeleverd, compleet met koffietuinen en focusruimtes. In kantoorontwikkeling heeft Amstelveen lang stilgestaan, aldus projectdirecteur Hans Schekermans. ‘Voorheen hadden we de kantoortuin, maar in de organisatie was er meer behoefte aan flexibel en geconcentreerd kunnen werken en bevordering van de samenhang.’ De gemeente ging op bezoek bij Alkmaar en Almere om te kijken hoe die het flexwerk hadden ingericht. ‘We vonden het belangrijk de menselijke

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 Foto: Paul van Riel/ANP-HH 36 ACHTERGROND CARRIÈRE maat te vinden. Het moet goed voelen voor het personeel. Er werken hier vier generaties, waarvan bijna de helft babyboomers zijn, zeg de medewerker van 55-plus. Voor hen is het een heftige verandering om hun vaste plek af te pakken. We hebben naar meerdere systemen gekeken en met het huidige reserveringssysteem kan iedere medewerker goed overweg. Let wel: het is nu nog steeds mogelijk om een vaste plek te reserveren.’ Hoe gaat het dan in zijn werk? ‘We gebruiken het dus niet voor assetbeheer, om te meten, maar we geven medewerkers een tool die ze zelf kunnen gebruiken: zelfmanagement. Om in de flexibele modus te komen, maken we ze een beetje warm met de optie dat het anders kan. Als ze op een plek zitten waar ze last hebben van de topkoeling, kun je daar iets aan laten doen, maar je kunt ook eens ergens anders gaan zitten. Je probeert ze op die manier te verleiden.’ Geen Big Brother, voldoende werkplekken en een tool, waarmee je een werkplek kunt reserveren. Dat kan dus via de app TableAir. Daarin zie je een plattegrond van het pand. Veel mensen weten dan nog niet waar ze zich bevinden, dus hebben we de plattegrondtekening gewijzigd van 2D naar 3D en de trapportalen met kleuren aangegeven voor de oriëntatie. Google Maps hebben we erachter gegooid, dat werkt goed om plekken te vinden.’ MOEILIJK KIJKEN Maar bij het reserveren via de app begint de oudere generatie toch moeilijk te kijken, dus heeft Amstelveen het toegangspasje ingezet om een bureau te kunnen reserveren. De kleur van de sensor op het bureau verandert van groen naar blauw als je die met het pasje scant. ‘Er is dus een hybride situatie: je kunt een plek via de app reserveren of via je toegangspas.’ Iedere collega kan dan zien dat het bureau is gereserveerd. ‘Maar om in te checken zoekt de sensor naar de telefoon of de toegangspas van degene die heeft gereserveerd en is de plek bezet. Ben je er toch niet binnen een half uur na de opgegeven tijd, dan komt het bureau automatisch weer vrij. Kom je wel, dan kan het systeem zelfs door je hand te meten bepalen hoe hoog het bureau komt te staan. Ieder bureau heeft namelijk een zit- en sta-optie. Je kunt instellen dat je na een uur een melding krijgt dat je weer in de sta-stand wilt. ‘ We vonden het belangrijk de menselijke maat te vinden.’ Bij het uitloggen, belangrijk voor het coronaproof kantoor, gaat de sensor op rood: het bureau nog moet worden schoongemaakt. ‘Je kunt dan wachten op schoonmaak, maar je kunt als je er toch meteen wilt zitten, ook zelf met je schoonmaakkit het bureau schoonmaken.’ Het systeem werkt ook voor ‘focusruimtes’ die mensen kunnen reserveren om te vergaderen. Toch gebeurt het wel dat ‘vaste vergadermomenten’ niet plaatsvinden, terwijl de ruimte gereserveerd is. Als er echter na een kwartier geen beweging is waargenomen in de ruimte, dan wordt de reservering automatisch opgeheven. ‘Uiteindelijk kan ik alle gegevens uitlezen, maar dat doen we niet. Je kunt het als managementsysteem gebruiken, maar dan is er geen loyaliteit bij de medewerkers, want waarom zouden die ten behoeve daarvan de boel onderhouden?’ Schekermans wijst erop dat Amstelveen op goede voet staat met de OR. ‘Het is een kritische partner. In dit systeem kunnen mensen kiezen voor anonieme reservering of met naam. Maar het helpt ook om mensen te vinden. We kiezen er nu dus bewust voor om het wel bekend te maken, iedereen staat er met naam in.’ Het vergt allemaal een uitstekende samenwerking tussen ‘facilitair’ en ‘ict’, weet Schekermans. ‘Dat is niet overal zo. Maar dit is common sense: de wifi moet op het goede niveau zijn en de range van de apparaten moet goed zijn, dat is wel een vallen en opstaan-situatie.’

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 ACHTERGROND37 SOCIALE SAMENHANG En hoe zit het met de huidige kantoorbezetting? ‘We zitten in deze coronatijd met driehonderd man in het pand. Uit onderzoek bleek enige frictie tijdens de lastige thuiswerkperiode toen de scholen dicht waren. Nu merk je dat mensen de sociale samenhang heel belangrijk vinden. Sommigen worden gek van Teams, want je gebruikt maar twee zintuigen en ze willen het gevoel dat ze bij een team horen. Thuiswerken is nog de norm, maar wil je die toegevoegde waarde, dan kom je hier.’ In het begin waren er ongeveer 140 mensen op kantoor aanwezig. Omdat na corona toch ook veel mensen een of meerdere dagen zullen thuiswerken verwacht Schekermans maximaal 600 aanwezige medewerkers op 1.000 gebruikers. ‘De coronaperiode is benut om meteen asbestsanering te doen en lift- trapportalen te herinrichten. Ook willen we van de oorspronkelijke negen naar vijf fases van transformatie. En een verdieping gaan we heroverwegen door die in te richten als ontmoetings- en gebruiksgebied.’ Dat idee is ook terug te zien in de nieuwe koffie- en theetuinen in het pand. Zes thema’s door het hele pand moeten ervoor COLUMN JAN VERHAGEN ‘ We zitten in deze coronatijd met 300 man in het pand.’ zorgen dat medewerkers elkaar in een andere omgeving kunnen ontmoeten dan de werkomgeving. ‘We hebben al een beachen luchtvaartlounge (‘We hebben de stoelen uit een oude Boeing 747 van de emir van Koeweit gejat’) en er komt nog een library, Japanse tuin, barista en future-koffietuin. Thema’s die enigszins te maken hebben met Amstelveen.’ Ook probeert de gemeente in deze tijd een aantrekkelijke werkgever te zijn door maaltijden aan te bieden, zodat mensen die bijvoorbeeld alleenstaand zijn er kunnen eten. We lopen over de derde verdieping door ‘passages’ die ervoor zorgen dat mensen in werkruimtes op een natuurlijke manier zijn gescheiden van ‘ganglopers’. Wie echt geconcentreerd wil werken, kan in speciale focusruimtes werken. ‘Je kunt kiezen: wil ik bij de groep of wil ik mij even terugtrekken?’ De bureaus staan naast elkaar, maar de afstand van neus tot neus is 170 centimeter, dus binnen de anderhalve meter. Wie wil, kan er nog een plastic scherm tussen krijgen. De luchtverversing staat aan, maar je kunt ook een raam opendoen. ‘Wie zich dan toch nog onveilig of angstig voelt, wordt geadviseerd thuis te werken.’ KOFFIE Het allerbelangrijkste moeten we niet vergeten: de koffie. Voorheen dronk Schekermans soms wel acht koppen op een dag. ‘Dat noemden we DDR-koffie.’ Nu drinkt hij er hooguit drie. ‘Kwaliteit zorgt ervoor dat mensen minder koffie drinken. Die kwaliteitskoffie is er nu.’ Verse melk vult meer en scheelt dus ook in het koffiegebruik. ‘Wat we vergeten waren, is dat deze koffiemachines, vanwege hygiëne, een afvoer nodig hebben. Dat betekende een extra investering van 60.000 euro.’ Maar ach, goede koffie is onbetaalbaar. TOESLAGENAFFAIRE U kent vast de ‘toeslagenaffaire’ van de belastingdienst nog wel. Die dienst heeft duizenden volstrekt kansloze juridische processen gevoerd tegen onschuldige gezinnen over kinderopvangtoeslagen. Jarenlang. Hoewel ze wist dat ze ongelijk had. De belastingdienst verloor de processen bij de rechtbanken, verloor het hoger beroep bij het gerechtshoven, en verloor bij de Hoge Raad. De belastingdienst kon namelijk gemakkelijk jarenlang doorprocederen maar veel onschuldige gezinnen hielden dat niet vol. Zo heeft de belastingdienst tientallen miljoenen euro’s toeslagen niet uitgekeerd aan mensen die daar wel recht op hadden. Diezelfde belastingdienst moet aan de gemeenten de betaalde btw vergoeden uit het btw-compensatiefonds. Pikant detail: de staatssecretaris van financiën is zowel de baas van de belastingdienst als de beheerder van het gemeentefonds. Althans tot dit jaar – u kent vast de afloop van de toeslagenaffaire. Zou de belastingdienst de gemeenten beter behandelen dan onschuldige gezinnen? Of net zo slecht? Het btw-compensatiefonds is in 2003 ingesteld. Omdat de gemeentelijke sociale diensten meer dan 40 miljoen euro per jaar aan btw betaalden, haalde de staatssecretaris van financiën dat bedrag uit het gemeentefonds. Dat zouden de gemeenten voortaan via het btw-compensatiefonds van de belastingdienst krijgen. En wat zei vervolgens de belastingdienst? Die wilde een deel van de btw van de sociale diensten niet teruggeven. Dus de staatssecretaris van financiën zegt dat ze die btw wel moeten krijgen en haalt het geld uit het gemeentefonds, en zijn belastingdienst weigert vervolgens die btw aan de gemeenten te geven. De belastingdienst wist dat ze ongelijk had. Maar veel gemeenten hebben het toch geaccepteerd. Zijn niet ‘ Gemeenten kunnen ook lang doorprocederen’ naar de rechter gestapt. Hebben zich erbij neergelegd. Maar gelukkig niet allemaal. Gemeenten kunnen namelijk ook jarenlang doorprocederen. De belastingdienst verloor het proces hierover bij de rechtbank, verloor het hoger beroep bij het gerechtshof. En vorige maand ook bij de Hoge Raad. Mensen meer belasting laten betalen dan ze volgens de wet moeten, of minder toeslagen geven, heet knevelarij. Staat in het Wetboek van Strafrecht. Het is een misdrijf. Erger, een ambtsmisdrijf. Voor de belastingdienstambtenaren dreigt zes jaar celstraf. Gemeenten minder geven dan waar ze recht op hebben, is net zo fout. Waarom staat daar geen straf op? Waarom is dat geen ambtsmisdrijf?

BMC introduceert opleidingscentrum voor professionals in de publieke sector BMC draagt al 34 jaar bij aan het realiseren van effectieve, krachtige oplossingen voor maatschappelijke vraagstukken. Om bij te dragen aan de kwaliteit van de publieke sector, delen we onze kennis en expertise al jaren middels incompany workshops, trainingen en opleidingen. Dit aanbod wordt nu uitgebreid voor individuele professionals. Ons huidige aanbod richt zich op financiële bedrijfsvoering, HRM en jeugdzorg (SKJ geaccrediteerd), vakgebiedoverstijgende vaardigheden en persoonlijk leiderschap. Later dit jaar wordt deze selectie uitgebreid. De eerste opleidingen gaan in september 2020 van start. Kijk voor meer info op www.bmc.nl/opleidingen Partners in verbetering

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 DOOR: TON BESTEBREUR BOEK RECENSIE 39 DE KUNST VAN SAMENWERKEN KNUTSELEN, PRUTSEN EN BLIJVEN PROBEREN Corona is spelbreker, ook bij oude en nieuwe tradities. Zo kon op de derde donderdag van april de derde ‘dag van de financiële verhoudingen’ niet doorgaan en is deze uitgesteld tot het najaar. Wel verscheen een essaybundel over het thema met als kernvraag ‘hoe markt en overheid of spelers binnen de publieke sector effectief kunnen samenwerken aan opgaven die buiten de grenzen van de afzonderlijke bestuurslagen liggen’. Een goede, relevante vraag. Maatschappelijke problemen houden zich immers niet aan onze indeling van rijk, provincie, gemeenten en meer. Zijn er, zo vraagt een tiental auteurs zich af, manieren te bedenken om de onderlinge samenwerking én bekostiging van vraagstukken in het sociaal- of ruimtelijk domein slim en succesvol vorm te geven, ook als bekostigen en beslissen niet geheel in één hand ligt? De bundel geeft natuurlijk geen sluitend antwoord op alle vragen. Sommige auteurs neigen tot de stelling dat beslissen en betalen beter in één hand kan worden Problemen houden zich niet aan onze indeling gemeenten, provincie en rijk gehouden, andere zien juist meer ruimte om te splitsen of te delen. Zo wordt nagedacht over de kosten van burgerinitiatieven, sturing in netwerken en sociaal ondernemen. Wie betaalt en wie bepaalt? Een zeker gemis is dat de essays niet worden afgerond met een synthese of slotbeschouwing. Alleen in het openingshoofdstuk wordt de korte conclusie verwoord dat er twee lessen kunnen worden getrokken over de inzet van instrumenten. Het eerste inzicht is dat we moeten accepteren dat we vooral via proefnemingen ervaringen opdoen en zo al lerende samenwerking, besluitvorming en bekostiging verder ontwikkelen. Prutsen en proberen kortom. Het tweede inzicht is dat bij een delicate verdeling van verantwoordelijkheden zoals in een netwerk zorgvuldige checks en balances nodig zijn om te voorkomen dat één partij eenzijdig zijn wil kan doordrukken. Die conclusies en vooral de concretisering ervan hadden wel wat meer ruimte verdiend. Een fraaie woordspeling in de bundel betreft de ‘corona-uitgaven’ die worden aangemerkt als ‘Duck-tape om de eerste klappen op te vangen’. De onbedoelde (?) woordspeling deze uitgaven te herleiden tot het pakhuis van oom Dagobert Duck is fraai, de tijd zal het leren of dat pakhuis ooit weer wordt aangevuld. Maar terwijl de Raad voor het Openbaar Bestuur nadacht over ‘samenwerken, samen betalen’ knutselden de Europese leiders op hun eigen creatieve manier al wel een geheel nieuwe vorm van samenwerken en betalen in elkaar, voor 750 miljard. Slagkracht in deze kan Europa niet worden ontzegd! CITAAT UIT HET BOEK SAMENWERKEN, SAMEN BETALEN? ‘Maatschappelijke opgaven zijn niet met een schaartje te knippen omdat er veel betrokkenen zijn die van elkaar afhankelijk zijn’ OVER BEKOSTIGING VAN OPGAVEN IN MAATSCHAPPELIJKE DOMEINEN. Samengesteld door Bart Leurs, Raad voor het Openbaar Bestuur, 2020 Gratis te downloaden of aan te vragen bij info@raadopenbaarbestuur.nl ADVERTENTIE

BIJSTAND EN SCHULDEN BEWINDVOERINGSKOSTEN, SCHULDREGELING EN BIJZONDERE BIJSTAND Lees meer: www.binnenlandsbestuur.nl/ Stimulansz SAMENWERKEN AAN EEN TOEKOMST VOOR STATUSHOUDERS Lees meer: www.binnenlandsbestuur.nl/ Schulinck Lees meer: www.binnenlandsbestuur.nl/ Bestuursacademie_sociaal vindsubsidies Publieke sector

GEWIJZIGDE WET BIBOB WERKEN AAN WATERSTOFECONOMIE DE TIEN HINDERNISSEN BIJ WERKPLEKVERVANGING Lees meer: www.binnenlandsbestuur.nl/ Hekkelman Lees meer: www.binnenlandsbestuur.nl/KplusV Lees meer: www.binnenlandsbestuur.nl/ MenIPartners

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 foto: Jelmer de Haas ft J K 42 PERSONALIA CARRIÈRE DOOR: JOSÉ SALHI Opmeer heeft een nieuw college. Rabella Wiersma (Gemeentebelangen) en Herman ter Veen (PvdA) zijn nieuwkomers in het ambt. Robert Tesselaar (CDA) was ook in het vorige college wethouder. Dat college van CDA, DSV en VVD viel in mei uiteen. INA ADEMA Met ingang van 1 oktober 2020 is Ina Adema benoemd tot commissaris van de koning in de provincie Noord-Brabant. Adema is 52 jaar en lid van de VVD. Zij is op dit moment burgemeester van de gemeente Lelystad. Eerder was ze burgemeester van Veghel en wethouder in Deventer. Ze volgt Wim van de Donk op. MARLEEN SANDERSE De gemeenteraad van Hattem heeft Marleen Sanderse voorgedragen als burgemeester. Sanderse (CDA, 43) is lid van Provinciale Staten van Noord-Holland en adjunct afdelingsmanager Stedelijk beleid bij de gemeente Almere. Eerder was ze wethouder in Naarden (later Gooise Meren). Sanderse is gekozen uit 63 kandidaten. JEROEN TOMASSEN Jeroen Tomassen wordt per 1 oktober gemeentesecretaris van Teylingen en directeur van HLTsamen, de ambtelijke organisatie van Hillegom, Lisse en Teylingen. Hij volgt Juul Covers op. Tomassen werkte jarenlang bij de gemeente Zoetermeer. Sinds 2012 is hij daar mededirecteur en loco-gemeentesecretaris. Sinds 2018 is Tomassen burgerraadslid voor GroenLinks in de gemeenteraad van Teylingen. Die nevenfunctie legt hij per direct neer. JAN HENDRIK DRONKERS Jan Hendrik Dronkers wordt per 1 september secretaris-generaal bij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Dronkers is momenteel directeur-generaal Luchtvaart en Maritieme Zaken en plaatsvervangend secretaris-generaal bij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Daarvoor was hij onder meer directeur-generaal Rijkswaterstaat en hoofdingenieur-directeur van de directie Noord-Holland. RIËTTE WOLLERICH De Vereniging van Groninger Gemeenten (VGG) heeft een nieuwe procescoördinator. Per 1 september begint Riëtte Wollerich. Wollerich was recentelijk werkzaam als beleidsadviseur bij LTO-Noord. Daarvoor was ze actief als fractievoorzitter in Provinciale Staten in de provincie Drenthe en senior beleidsmedewerker landbouw, natuur en voedselkwaliteit bij de CDA Tweede Kamerfractie. RENÉ VAN KUILENBURG René van Kuilenburg wordt per 1 oktober de nieuwe algemeen directeur dienst publiekszaken (DPZ) van Den Haag. Hij volgt Steven Broers op. Van Kuilenburg werkte jarenlang bij de gemeenten Dordrecht en Enschede in verschillende directeursfuncties. Ook werkte hij tien jaar bij twee ministeries. Op dit moment is hij lid van het College van Bestuur bij het Zone.college, een scholengroep met vmbo en mbo. KOMEN & GAAN HEDWICH RINKES In Heerenveen volgt Hedwick Rinkes (CDA, 42) Hans Broekhuizen als wethouder op. Broekhuizen wordt de nieuwe burgemeester van Twenterand. Rinkes is sinds 2014 raadslid voor het CDA. Ze is momenteel programmamanager bij ziekenhuis Tjongerschans. DINEKE TEN HOORN In Den Haag stopt Dineke ten Hoorn als algemeen directeur dienst SZW. Ze was ruim zes jaar algemeen directeur. Afgelopen jaar werd de sociale werkvoorziening de Haeghe Groep onderdeel van de dienst SZW. De integratie leidde tot de nieuwe directie ‘Den Haag Werkt’.

foto: Jeroen Kreep BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 foto: Paul Poels PERSONALIA 43 MEDEWERKERS BIJ PROVINCIES CHARLOTTE VISSER 2019: 44% 2018: 42,5% In Houten is Charlotte Visser per 1 september benoemd tot griffier. Ze volgt William van Zanen op. Visser werkte onder andere als nieuwsredacteur bij Omroep Brabant en plaatsvervangend griffier in Capelle aan den IJssel. Momenteel is Visser griffier in Dongen. CHRISTIAAN DE VRIES De gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg heeft Christiaan de Vries aangewezen als haar nieuwe griffier. Hj volgt griffier Gerard van Egmond op. De Vries is griffier van de Statencommissie bereikbaarheid en energie bij de provincie Zuid-Holland. KRIMPEN AAN DEN IJSSEL Het college van Krimpen aan den IJssel is weer compleet. Begin juli werden drie wethouder beëdigd. Het gaat om Hugo van der Wal (SGP), Coen Derickx (PvdA) en Wubbo Tempel (CDA). Samen met wethouder Anthon Timm (VVD) en burgemeester Martijn Vroom is er een vijfkoppig college. Eind vorig jaar ontstond een politieke crisis toen Leefbaar Krimpen en de Stem van Krimpen het vertrouwen in de coalitie hadden opgezegd. BAS NOOTENBOOM In Brielle is Bas Nootenboom benoemd tot nieuwe raadsgriffier. Hij volgt Leo van Steijn op. Nootenboom zal tot de bestuurlijke fusie per 1 januari 2023 de functie van raadsgriffier bekleden. Nootenboom was eerder raadsgriffier en gemeentesecretaris in Molenwaard. GUY LICHTE STIJGING Het aandeel vrouwen dat bij de provincies werkt, is gegroeid naar 44 procent. Dit was in 2018 nog 42,5 procent. Bron: Personeelsmonitor Provincies 2019 HEEMSKERK Op 1 oktober gaat Guy Heemskerk aan de slag als gemeentesecretaris van Hoorn. Hij volgt Frans Mencke die na een loopbaan van meer dan 40 jaar in de publieke sector afscheid van de gemeente neemt. Heemskerk is momenteel gemeentesecretaris in Heiloo en voorzitter van de Raad van Secretarissen van de BUCH werkorganisatie, voorheen algemeen directeur. Van 2003 tot 2016 werkte Heemskerk in Hoorn, waarvan acht jaar als directeur bedrijfsvoering. JAN VAN HALTEREN Jan van Halteren is vanaf 10 september de nieuwe wethouder van Montferland. Hij volgt Wim Sinderdinck op, die begin mei aftrad vanwege gezondheidsredenen. Van Halteren (76) is lid van Lokaal Belang Montferland. Hij was eerder wethouder in de voormalige gemeente Bergh. HEIN KUIKEN In Leeuwarden is Hein Kuiken benoemd tot wethouder. Kuiken (PvdA, 36) volgt Sjoerd Feitsma op, die is gestart als directeur bij het platform Arbeidsmarkt Culturele en Creatieve Toekomst (ACCT). Kuiken was hiervoor zes jaar wethouder in Harlingen. MARTIJN VAN DER PUTTEN OPROEP: Tekst en foto’s (high res) voor de rubriek personalia graag sturen naar info@binnenlandsbestuur.nl. Gegevens voor deze rubriek kunnen ook worden gestuurd via www.binnenlandsbestuur.nl/personalia Martijn van der Putten (D66) is gestopt als wethouder van Venray. Vanaf 1 augustus is hij de nieuwe directeur Bedrijfsvoering van Gilde Opleidingen. Van der Putten volgde in 2015 tussentijds D66-collega Hans Teunissen op, na diens vertrek naar Gedupeerde Staten van de provincie Limburg. Van der Putten was met zijn 26 jaar de jongste wethouder in de geschiedenis van de gemeente. Na de verkiezingen van 2018 kwam hij opnieuw in het college.

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020 44 PERSONALIA CARRIÈRE STAN KAATEE Op 1 oktober gaat Stan Kaatee aan de slag als directeur-generaal Werk bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Katee is nu directeur Economische Zaken bij de gemeente Amsterdam. Daarvoor vervulde hij de functie van raadadviseur voor financiën en sociale zekerheid bij het ministerie van Algemene Zaken. LINDA HENNINK De Waarderingskamer heeft Linda Hennink benoemd tot nieuwe secretaris-directeur. Als secretaris-directeur geeft zij leiding aan de organisatie die toezicht houdt op de kwaliteit van de WOZ-waarden die jaarlijks door gemeenten voor alle woningen en andere onroerende zaken worden vastgesteld. Hennink volgt Jan Gieskes op. BERNARD TER HAAR Op 1 juli is Bernard ter Haar begonnen als consultant bij ABDTOPConsult bij het ministerie van Binnenlandse Zaken. Ter Haar was Buitengewoon Adviseur bij de Algemene Bestuursdienst. Van 2012 tot 2019 was hij directeur-generaal Sociale Zekerheid en Integratie bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. HARMEN HARMSMA Harmen Harmsma wordt directeur-generaal DUO bij het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Harmsma is op dit moment algemeen directeur bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland(RVO). Daarvoor was hij hoofdinspecteur Divisie Landbouw en Natuur bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit. MARJOLIJN SONNEMA Met ingang van 20 juli is Marjolijn Sonnema benoemd tot directeur-generaal Volksgezondheid bij het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Sonnema was hiervoor directeur-generaal Agro bij het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. APELDOORN Per 15 september 2020 treedt bij de gemeente Apeldoorn een vrijwel nieuw directieteam aan. Naast gemeentesecretaris Theo Berben bestaat de directie uit vier nieuwe themadirecteuren. Frans Jorna (Interne en Externe Dienstverlening), Iris Leene (Maatschappelijke Ontwikkeling), Symone de Bruin (Ruimtelijke en Economische Ontwikkeling) en Giuseppe Raaphorst (Stedelijke Ontwikkeling; tijdelijke functie). NIELS OBBINK Niels Obbink is benoemd tot programma-directeur-generaal COVID-19. Hij vervult deze functie als consultant van ABDTOPConsult. Obbink was hoofddirecteur Financieel Economische Zaken bij het ministerie van Financiën. Daarvoor was hij directeur Financieel-Economische Zaken bij het ministerie van Economische Zaken. GEERT POST In Urk legt SGP-wethouder Geert Post zijn bestuurstaken neer, zolang er een onderzoek loopt naar zijn integriteit. Post heeft verzwegen dat hij een nevenfunctie heeft als vervoersmanager bij het transportbedrijf van zijn zoon. De zoon is gearresteerd toen de Britse douane ruim 400 kilo harddrugs in zijn vrachtwagen vond. Post is sinds 2010 wethouder in Urk. ANNEMIEKE VAN DAM Met ingang van 1 september wordt Annemieke van Dam programma directeur-generaal Georganiseerde en ondermijnende criminaliteit bij het ministerie van Justitie en Veiligheid. Zij op dit moment plaatsvervangend directeur-generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving en tevens directeur Rechtshandhaving en Criminaliteitsbestrijding bij het ministerie. ANNE MULDER De VVD in Den Haag draagt Anne Mulder voor als nieuwe wethouder. Mulder zit nu nog voor de VVD in de Tweede Kamer. Mulder gaat Boudewijn Revis gaan opvolgen, die na de zomer naar Staatsbosbeheer vertrekt. Mulder was eerder van 2002 tot 2010 raadslid in Den Haag. De laatste vier jaar was hij fractievoorzitter. RENSKE HELMER Renske Helmer-Englebert stopt als wethouder voor de SP in Nijmegen. Afgelopen winter werd zij behandeld voor borstkanker. Het herstel blijkt langer te duren dan voorzien. Hierom heeft zij besloten het wethouderschap vroegtijdig te beëindigen. Helmer-Englebert (50) is sinds 2014 wethouder voor de SP in Nijmegen. ANNE DE BAAT Gemeentesecretaris Anne de Baat treedt per 1 januari 2021 terug bij de gemeente Capelle aan den IJssel. De Baat is sinds 2016 gemeentesecretaris en algemeen directeur. Daarvoor vervulde hij 12 jaar dezelfde functie in Rijswijk. In zijn carrière werkte hij in totaal bijna 40 jaar bij de rijksoverheid en lokale overheden. De Baat blijft in dienst van de gemeente.

INDEX 45 VACATURES In de vacature- index treft u een selectie aan van de vacatures die deze week zijn opgenomen in het magazine of op de website van Binnenlands Bestuur. BESTUUR EN MANAGEMENT Bestman / Provincie Zeeland Bij12 CAK Gemeente Barneveld Gemeente Beverwijk Gemeente Borne Gemeente Den Haag Gemeente Heerde Gemeente Nissewaard Gemeente Oss Gemeente Soest Gemeente Utrechtse Heuvelrug Gemeente Veenendaal Gemeente Wageningen JS Consultancy / Gemeente Medemblik JS Consultancy / Westfriesland Meerinzicht Ministerie van BZK Necker van Naem / Gemeente Heemskerk Palga Provincie Flevoland Provincie Noord-Holland PWN Waterleidingbedrijf Noord-Holland Technische Universiteit Delft BURGER- EN PUBLIEKSZAKEN Geerts & Partners / Gemeente ‘s-Hertogenbosch PublicSpirit / Gemeente Roermond FINANCIËN EN ECONOMIE Gemeente Amsterdam Gemeente Heerde Gemeente Veenendaal Gemeenten Amstelveen en Aalsmeer JS Consultancy / Gemeente Zoetermeer Meerinzicht Meerinzicht afdelingshoofd publieke dienstverlening clustermanager publiekszaken Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl plaatsvervangend statengriffier / senior strategisch statenadviseur adviseur monitoring & data stikstof en natura 2000 adviseur bestuurlijke & juridische zaken gemeentesecretaris / algemeen directeur projectmanager teamleider bedrijfsvoering businesspartner control dienst bedrijfsvoering en bestuursdienst griffier teamleider ontwikkeling lid rekenkamercommissie ambtelijk secretaris en onderzoeker rekenkamercommissie teamleider uitvoering samenleving teamcoördinator programma’s en projecten bestuursadviseur afdelingshoofd buitendienst, gemeentewerven manager regionaal inkoop- en contractmanagement team afdelingsmanager advies en ondersteuning lid mijnraad - maatschappelijke impact en lokaal bestuur griffier dynamische directiesecretaris projectleider bestuurlijke vernieuwing beleidsadviseur (actieve) mobiliteit organisatieadviseur beleidsmedewerker talent & development Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl pagina 48 pagina 48 Binnenlandsbestuur.nl pagina 47 Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl adviseur europese subsidies boekhouder strategisch financieel adviseur bedrijfsvoering senior adviseur inkoop en aanbesteding senior financieel adviseur kwaliteit adviseur financiën vakgroep ruimte en economie coördinator cluster ao/ib Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl pagina 48 Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl ADVERTENTIES ALTIJD DE JUISTE KANDIDAAT! Binnenlands Bestuur is het grootste wervingskanaal voor de actieve en latente banenzoeker. BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020

46 INDEX ICT EN AUTOMATISERING BMC specialist informatiebeveiliging en kwaliteit ciso JURIDISCH Gemeente Soest MILIEU Gemeente Moerdijk Gemeente Veenendaal OPENBARE ORDE EN VEILIGHEID Gemeente Kampen PERSONEEL EN ORGANISATIE Gemeente Stichtse Vecht Nwo RUIMTELIJKE ORDENING EN VERKEER BMC Gemeente Amsterdam Gemeente Amsterdam Gemeente Krimpenerwaard Gemeente Lelystad Gemeente Utrechtse Heuvelrug Geonovum JS Consultancy Provincie Noord-Holland Provincie Overijssel Provincie Overijssel PublicSpirit / Provincie Utrecht SOCIAAL BMC BMC Gemeente Barneveld Gemeente Barneveld Gemeente Coevorden Gemeente Goeree-Overflakkee Gemeente Krimpen aan den IJssel PublicSpirit / Gemeente Loon op Zand VOORLICHTING EN COMMUNICATIE Gemeente Medemblik Gemeente Zuidplas OVERIGE BMC / Gemeente Ridderkerk Gemeente Altena Gemeente Ermelo Gemeente Noordoostpolder JS Consultancy / Gemeente Den Helder medewerker documentaire informatievoorziening young professionals beleidsadviseur cultuur en recreatie gemeentearchivaris strategische talenten met een frisse blik OOK UW VACATURE IN BINNENLANDS BESTUUR? BEL 020-5733656 Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl pagina 48 adviseur stedelijk water teamcoördinator programma’s en projecten Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl jurist vastgoed-grondzaken Binnenlandsbestuur.nl adviseur openbare orde en veiligheid Binnenlandsbestuur.nl senior hr-adviseur met impact beleidsadviseur p&o Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl adviseur p&c strategisch adviseur transport over water medewerker onderwijshuisvesting beleidsmedewerker verkeer teamleider stadstoezicht beleidsmedewerker onderwijshuisvesting beheerder standaarden omgevingswet assistent projectleider civiele techniek senior projectmanager ov-knooppunten projectleider groot onderhoud beleidsontwikkelaar openbaar vervoer integraal opdrachtgever trambedrijf Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl opleiding tot inkomensconsulent gedragswetenschapper regio zuid-nederland teamleider bedrijfsvoering (sociaal domein) teamleider be active & creative strategisch adviseur wonen en samenleving beleidsadviseur maatschappelijke zaken beleidsmedewerker maatschappelijke voorzieningen afdelingshoofd sociaal domein Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl senior adviseur communicatie senior communicatieadviseur Binnenlandsbestuur.nl Binnenlandsbestuur.nl BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 34 | 2020

Vacature lid Mijnraad – Maatschappelijke impact en lokaal bestuur www.demijnraad.nl • • • • • • henri.debrabander@rvo.nl 06 11 37 66 54

Ik werk voor Nederland... ...en voor mezelf Wil jij Nederland én jezelf beter maken? JS Consultancy is de carrièrepartner van professionals voor de publieke zaak. Via ons landelijk netwerk bemiddelen wij op het niveau van directie, management en professionals. Aan de slag op het gebied van BedrijfsManager Regionaal Inkoop- en Contractmanagement Team 36 uur | schaal 13 max. €87.650,- bruto per jaar (incl. IKB) Scherpzinnige verandermanager met integrale blik en schakelvermogen. Weet huidige manier van werken te transformeren naar een nieuw op te richten netwerkorganisatie, voor optimale zorg en ondersteuning binnen het sociaal domein. In staat om strategische uitgangspunten om te zetten in realistische operationele doelstellingen. Loodst alle betrokkenen door de veranderende werkomgeving. Kwartiermaker met een procesmatige aanpak en gericht op resultaat. Interesse? Bel Esther Dijkstra 06 - 125 703 76 Afdelingshoofd Buitendienst, Gemeentewerven 36 uur | schaal 11A max. € 76.745,- bruto per jaar (incl. IKB) Resultaatgericht en transparant leidinggevende met analytische denkkracht en heldere visie. Formuleert, bewaakt en realiseert de doel- en taakstellingen van de afdeling. Adviseert als MT lid de organisatie en directie. Schept helderheid over rollen en verantwoordelijkheden en kan knopen doorhakken. Met ervaring in het taakveld en financiële kennis. Gericht op samenwerken, met overview en communicatief vaardig. Interesse? Bel Esther Dijkstra 06 - 125 703 76 Reageer op bovenstaande functies via www.jsconsultancy.nl/vacatures Interim Werving & Selectie voering, Ruimte & Infra of Sociaal Maatschappelijk domein? Onze dienstverlening richt zich op het waarmaken van maatschappelijk resultaat. In samenregie met opdrachtgevers. En samen met jou. Senior Financieel Adviseur Kwaliteit 36 uur | schaal 12 max. € 81.683,- bruto per jaar (incl. IKB) Energieke en verbindende financieel adviseur met een scherp oog voor kwaliteit. Coördinator en aanspreekpunt voor totale proces rondom jaarstukken en jaarrekening. Afstemmen hierover met college en directie. Brede en zelfstandig rol. Stevig adviseur met passie voor innovatie en kwaliteitsverbetering zoals optimalisatie werkprocessen. Goed gevoel voor verhoudingen en belangen. Boegbeeld voor team. Samenwerkingsgericht, politiek sensitief, helicopterview en analytisch. Interesse? Bel Ellen Koster 06 - 101 625 64 Gemeente Den Helder zoekt Strategische Talenten met een frisse blik! Jong, nieuwsgierig en initiatiefrijk? Ga dan als trainee aan de slag in Den Helder met actuele én toekomstgerichte thema’s die ertoe doen. Ontdek in 2 jaar de dynamiek binnen de kop van NoordHolland, werk aan verschillende projecten én volg een leerzaam trainings- en ontwikkelprogramma. Ben je samenwerkingsgericht en beschik je over strategische denkkracht? Dan zoeken wij jou! Interesse? Bel Ellen Koster 06 - 101 625 64

1 Online Touch

Index

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5
  6. 6
  7. 7
  8. 8
  9. 9
  10. 10
  11. 11
  12. 12
  13. 13
  14. 14
  15. 15
  16. 16
  17. 17
  18. 18
  19. 19
  20. 20
  21. 21
  22. 22
  23. 23
  24. 24
  25. 25
  26. 26
  27. 27
  28. 28
  29. 29
  30. 30
  31. 31
  32. 32
  33. 33
  34. 34
  35. 35
  36. 36
  37. 37
  38. 38
  39. 39
  40. 40
  41. 41
  42. 42
  43. 43
  44. 44
  45. 45
  46. 46
  47. 47
  48. 48
Home


You need flash player to view this online publication