0

1 Ledenblad nr 83 – juni 2018 jaargang 8 De wereld is diep En dieper dan de dag zich dacht. Maar ook wordt gratis digitaal toegestuurd aan circa 900 adressen in Vlaanderen en Nederland Secretariaat Pictores Beauvoorde: Marie-Cécile Clerinx tel 058 51 52 96 of GSM 0476 752 404 , Dijkweg 5 8670 Oostduinkerke. Bezoek onze Website: www.pictores.be Ons Atelier Gouden-Hoofdstraat 44 Beauvoorde / elke woensdag open Inhoudstafel 1. Voorwoord 2. Art and Fear - Kunst en Angst (8) 3. Citaten (16) 4. Victor Hugo: Politieker, Romanticus en Beeldend Kunstenaar - Deel 3 5. Gehoord, Gelezen, Gezien (10) 6. 7. ‘Cantabile 2018’, prestigieuze Pianowedstrijd voor de Jeugd ‘Vreemde’ maar Boeiende composities 8. De Waarden van Ibn Sinna 9. Schildercursus Aristides (1) 10. Tekencursus Aristides (14) 11. Windenergie 1. Voorwoord De Bridgmancursus ivm modeltekenen beschouwen wij als afgewerkt. Wij beseffen hoe onvolledig wij geweest zijn. Niettemin hopen we lezers op weg gezet of gestimuleerd te hebben naar meer authentiek dynamisch tekenen. Ook de Aristides-tekencursus stopt in dit nummer. Ter vervanging van deze cursussen beginnen we een samenvatting van ditmaal een schildercursus van kunstenares Juliette Aristides. Deze nieuwe reeks zal weerom heel wat nummers vullen. Onze lezers weten dat wij met de publicatie van ons ledenblad van doorzettingsvermogen getuigen: we zijn deze maand toch aan onze 83° editie toe…dank zij ook onze medewerker: Stefaan Declerck met zijn rubrieken: ‘Citaten’ en ‘Gehoord, Gelezen, Gezien’. ²ééééééééééééééééééééééééé

2 Dank ook aan Marleen Herpelinck voor haar vertalingen van ‘Art and Fear’ waarop wij toch nu en dan van onze lezers waarderende reactie krijgen. Nog eens: wie ontbrekende nrs gratis wil toegestuurd krijgen, stuurt een mailtje naar frans.herpelinck@skynet.be 2. KUNST EN ANGST (6) ( uit het Engels met titel ‘Art and Fear’ ISBN 0-9614547-3-3 Schrijvers: David Bayles en Ted Orland vertaald door Marleen Herpelinck V JE EIGEN WERK ONTDEKKEN (Vervolg en Slot Hfdst.5) ‘Je kunt niet tweemaal afdalen in dezelfde rivier; want telkens opnieuw omspoelen je nieuwe wateren.’ - Heraklitos (ca 540-480 voor Christus) - Hoe onze kunst realiseren in zijn details bewust verloopt komt eigenlijk neer op een aantal gewoontehandelingen waar we toe kwamen mits hard werken met daar bovenop een aantal ons eigen vormfragmenten die we naar believen in onze werken herhaaldelijk kunnen bezigen. (Op sommige moeilijke dagen zeg ik mezelf soms halfluid als ik mijn atelier binnenkom en in nat begin te schilderen, dat ik toch ergens iets moet gerealiseerd hebben eer het droog is.) We hebben die welbekende werktechnieken nodig om ons in het atelier en aan’t werk te krijgen, we hebben die persoonlijke vormfragmenten nodig als startpunten voor nieuw werk. Rekening houdend met het aantal Mazurka’s die hij schreef, hebben we de indruk dat Chopin een erg gelukkig toondichter moet geweest zijn eens hij die bepaalde muziekstijl ontdekt had. We kunnen ons gemakkelijk verbeelden dat hij ergens aan een piano ging zitten en begon te fantaseren in die eigenaardige syncopische ¾ maat en geleidelijk van daaruit een kunstwerkje opbouwde. Die muzikale vorm was voor Chopin zo inspirerend tot nieuwe variaties dat hij ermee verder ging gedurende jaren. Zo ook als J.S.Bach begon te werken aan een prelude of een fuga in elk van de vierentwintig sleutels waren deze telkens inspirerende hulp om ergens te kunnen starten. (‘Laten we eens proberen te starten met de F-scherp minor’.)

3 Werken binnen een zichzelf opgelegde discipline van een of andere vorm maakt het je gemakkelijker jezelf telkens opnieuw uit te vinden bij elk nieuw werk. Zulke nuttige vormen ontdekken is erg kostbaar. Eens je zo iets nieuws gevonden hebt mag je het niet licht verwaarlozen. Wellicht zal een hedendaagse opleider in de kunst, kritiek op Chopin voeren in die zin dat hij er wel wat al te veel gebruik van maakt en dat het de ontwikkeling van de melodie stoort en vertraagt. Dat kan inderdaad het geval zijn maar dat is hier de kwestie niet. Het kan zijn dat voor Chopin Mazurkas schrijven om zichzelf tot ernstig werk te brengen, als een aanknopingspunt voor nieuw werk. Veel artiesten die nieuw werk willen maken, moeten vooral veel werken en elke vondst die schetsmatig op een eerste doek uitgewerkt, tenslotte aanleiding is voor een goed tweede werk is erg praktisch waardevol. Enkel de kunstenaar zelf (en daar is tijd voor nodig) kan plots beseffen hoe belangrijk kleine gewoontehandelingen en rituelen zijn voor de praktijk. Die kleine details waarmee de kunstenaar telkens start, interesseren de toeschouwers niet (zelfs niet de opleiders in de kunst) wellicht omdat ze niet zichtbaar meer zijn bij het bestuderen van het afgewerkte kunstwerk. Hemingway bijvoorbeeld plaatste zijn schrijfmachine op een hoge lessenaar zodat hij staande moest schrijven. Als hij niet rechtstond was hij ook niet aan het typen. Die eigenaardige manie van hem is niet zichtbaar in zijn verhalen – maar had hij die niet gehad, dan zouden er nooit verhalen geweest zijn. (wordt vervolgd) 3. Citaten (16) CITATEN... WIE IS WIE? (16) Ter inleiding In deze zestiende bijdrage citeren we vijf uitspraken in verband met het kind. "O, welk geheim is toch een kind?" riep de Duitse dichter-schrijver Clemens von Brentano (1778-1842) uit. De wereldvermaarde Franse schrijver Victor Hugo (18021885) vulde enkele decennia later aan : "Niemand bewaart een geheim ooit zo goed als een kind." En nog niet zo lang geleden gaf de Nederlandse abstracte kunstschilder Emile Snellen van Vollenhoven (°1956) de jongeren de volgende raad : "Wanneer je je jeugd aflegt, moet je het kind zijn niet verliezen." Er zijn nogal wat citaten in verband met het kind terug te vinden. We pikken er vijf uit en plaatsen die in hun chronologische volgorde.

4 Bijdrage 16 : vijf citaten in verband met het KIND 16.1 "Aan het kind is de grootste eerbied verschuldigd." (Juvenalis) Decimus Iunius Iuvenalis, als satiredichter gekend onder de naam Juvenalis, leefde van ca. 60 tot ca. 135 na Chr. Na een militaire loopbaan begon hij op rijpere leeftijd 'saturae' te schrijven, zestien satiren in totaal. Daarin trok hij venijnig en met plezier van leer tegen de wantoestanden in en de verloedering van de Romeinse maatschappij. Vooral de machtigen en de rijken moesten het hierbij ontgelden. Maar ook andere personen kregen er van langs, zoals de homoseksuelen (Satire 2), de hooggeplaatste dames (Satire 6), de al te hebzuchtigen (Satire 12). Twee keizers die hij scherp op de korrel nam, waren Nero (37-68) en Domitianus (89-96). Niet te verwonderen dat van Juvenalis heel wat rake citaten zijn overgebleven. Vaak zijn ze gemeengoed geworden, zoals "Mens sana in corpore sano" (Een gezonde geest in een gezond lichaam). Nog enkele van zijn uitspraken : "Laat alle hoop op vrede varen zolang uw schoonmoeder nog leeft." of "Als het geld toeneemt, groeit ook de hebzucht." of "Op het uiterlijk kan men niet afgaan." of "Een spaarzaam gebruik verhoogt het genot." Ook de uitdrukking "Panem et circenses" (Brood en spelen) komt van hem. In een aantal van zijn werken probeerde hij ook positief te zijn en goeie raad te geven. Zo formuleerde hij enkele malen advies tot verbetering : bij voorbeeld in Satire 8 over het goede bestuur en in Satire 14 over de opvoeding van de kinderen. 16.2 "Te veel goedheid bij de ouders is het verderf van het kind." (Charles Perrault) De Franse schrijver Charles Perrault (1628-1703) kennen wij uitsluitend dankzij zijn collectie sprookjes en volkse verhalen 'Vertellingen van Moeder de Gans'. Eigenlijk droeg deze bundel een veel langere titel : 'Histoires ou contes du temps passé, avec des moralités : Contes de ma mère l'Oye'. Enkele bijzonder verspreide voorbeelden hieruit zijn : 'Assepoester' (of : 'Het glazen muiltje'), 'Blauwbaard', 'De gelaarsde kat' of 'Hoe de markies van Carabas een groot en rijk heerschap werd', 'De schone slaapster (in het bos)', '(De geschiedenis van) Klein Duimpje' en 'Roodkapje'. Charles Perrault liep niet hoog op de schrijvers uit de klassieke oudheid en vond de Franse literatuur veel waardevoller. Dat werd niet door iedereen in dank afgenomen en leidde binnen de Académie Française (waarvan hij deel uitmaakte) naar grote tegenstellingen. Later versoepelde de geboren Parijzenaar zijn houding. Dat bleek onder andere uit zijn tweesprakenserie 'Parallèle des anciens et des modernes' waarin hij toegaf dat de Grieken en Romeinen op vlak van letterkunde en retorica

5 wel sterk voor de dag kwamen. Charles Perrault was de jongste van zeven kinderen in het gezin. Zijn tweelingbroer François overleed reeds een half jaar na hun geboorte. 16.3 "De mooiste erfenis die men een kind kan geven is toestaan zijn eigen weg te gaan." (Isadora Duncan) De Amerikaanse danseres (Angela) Isadora Duncan, geboren te San Francisco in 1877, was de dochter van Ierse immigranten. Nog heel jong begon ze te dansen en zelf lessen te geven. De familie keerde na een tijd terug naar Europa waar Isadora een geweldige danscarrière ontwikkelde. Ze kende relaties met meerdere personen, nam het niet zo nauw met huwelijkstrouw, durfde wel eens anders dan de anderen zijn en sloot zich aan bij de opkomende vrouwenbeweging. Ze evolueerde tot één van de basisleggers van de moderne dans en nam daarbij afstand van de klassieke balletvormen. Beweging was voor haar uiterst belangrijk, dit in de plaats van - volgens haar inzichten - het gebrek aan dynamisme in het klassieke ballet. Ze trok de wijde wereld rond met optredens die door hun vernieuwde aanpak niet door iedereen gesmaakt werden maar uiteindelijk toch succesvol waren. Haar dansactiviteiten kenden te Parijs een verlengstuk met haar dansschool (wat ze reeds eerder op enkele plaatsen in Duitsland had gedaan). Ze moest die stopzetten omwille van de Eerste Wereldoorlog. Zo kwam Duncan opnieuw in de VS terecht. Maar haar communistische sympathieën brachten haar in 1921 naar de Sovjet-Unie. Ze belandde echter opnieuw in Frankrijk. Daar kwam ze op amper 50-jarige leeftijd te Nice om het leven toen haar sjaal in de wielen van een auto draaide en zij zo haar nek brak (1927). Haar gecremeerd lichaam rust in het columbarium van het Parijs kerkhof Père-Lachaise. In 1968 werd haar leven verfilmd ('Isidora') met Vanessa Redgrave in de hoofdrol. 16.4 "Een kunstenaar moet een kind blijven, met belangstelling voor onbelangrijke dingen." (Richard Lindner) De Duits-Amerikaanse kunstenaar Richard Lindner draagt de familienaam van zijn moeder. De ouders van deze laatste waren Duits-Joodse emigranten, maar hun dochter keerde op 20-jarige leeftijd naar Duitsland terug. Haar zoon Richard, geboren in 1901 te Hamburg, trok na zijn huwelijk eerst - in 1933 toen Hitler kanselier werd - naar Frankrijk en uiteindelijk in 1941 naar New York. Daar werkte hij als illustrator van zowel tijdschriften als boeken en kwam hij in contact met andere figuren die Duitsland in de moeilijke jaren '30 waren ontvlucht, zoals Marlene Dietrich en Albert Einstein. Zijn vader stierf in het concentratiekamp van Theresienstadt in 1943. Richard Lindner werd in de Verenigde Staten niet alleen

6 een aan de universiteiten gewaardeerde gastprofessor, maar ook grafisch ontwerper en geleidelijk meer en meer kunstschilder. Hij kleefde een heel moderne stijl aan en werd onder de 'nieuwe figuratie' geklasseerd. Andy Warhol was één van de artiesten-tijdgenoten waarmee hij in contact kwam. Dames in korsetten kwamen veel voor in zijn werk. Ook in Duitsland, zijn oorspronkelijk land, kon hij meer en meer tentoonstellen, onder andere tijdens enkele edities van de gekende 'Documenta' te Kassel. In 1972 werd hij onderscheiden met de 'American Academy of Arts en Letters'. Hij overleed in april 1978 te New York. Kort daarop werd de expositie 'Richard Linder, 1901-1978' georganiseerd in het Museum of Modern Art aldaar. 16.5 "Elk kind dat geboren wordt, is een god die mens wordt." (Simone de Beauvoir) De Franse schrijfster-filosofe Simone de Beauvoir, te Parijs geboren (1908) én overleden (1986), leerde tijdens haar studies Jean-Paul Sartre kennen, net zoals zij een begenadigd schrijver. Ze werden een koppel, maar dan op voorwaarde dat beiden hun zelfstandigheid mochten behouden. Na een aantal jaren in het onderwijs richtte ze zich in 1943 volledig op het schrijven. Meer en meer begon ze zich voor het feminisme en de politiek te interesseren. In 1949 publiceerde ze 'Le deuxième sexe' waarin ze het accent legde op de (mogelijkheid tot) zelfstandige positie van de vrouw. Het is uit dit boek dat het hier aangehaalde citaat komt. Volledig klinkt het zo : "In zekere zin herhaalt zich het mysterie van de menswording in iedere vrouw : elk kind dat geboren wordt, is een god die mens wordt." In dit boek trekt ze stevig van leer tegen de mannen die de vrouwen volgens haar veel te veel domineren. Net zoals haar levensgezel Sartre wordt de Beauvoir tot de existentialisten gerekend : deze auteurs zien elke mens als een uniek wezen dat zelf verantwoordelijk is voor het eigen gedrag en het eigen leven. Geloven in een god kan dus niet. Voor haar roman 'De Mandarijnen' (1954) werd ze onderscheiden met de prestigieuze Prix Goncourt. In 1960 bezocht ze met Sartre op Cuba de gekende Latijns-Amerikaanse vrijheidsstrijder Che Guevara. Na de dood van Sartre (1980) had ze de moed diepzinnig over haar relatie met hem te berichten in 'La Cérémonie des adieux : Jean-Paul Sartre'. Uiteraard hebben de twee elkaar literair en ook inhoudelijk beïnvloed. Zes jaar later overleed zij zelf, helemaal op het einde van haar krachten. Via haar brieven, dagboeken, memoires, romans en nog andere geschriften was en is Simone de Beauvoir één der grootheden van de Franse literatuur. Stef Declerck, Poperinge

7 4. Victor Hugo: Politieker, Romanticus en Beeldend Kunstenaar - Deel 3 Victor Hugo: Literair Kunstenaar In de ‘Redactie’ (let op de aanhalingstekens) zetelen geen letterkundigen, wel mensen die graag lezen en verdienstelijk schrijven. Wij hebben dus zeker de pretentie niet van het literair werk van Victor Hugo een wetenschappelijke analyse te maken. Daarom kozen wij gewoon een topic: de romantische beschrijving van een Parijse barricade tijdens de opstand van de Commune (1870-71). De beelden zijn indrukwekkend, niettegenstaande al wat voor ons nu als overdrijving overkomt. Of zijn wij het, postmodernen, die van gevoel ontbloot, onze geblaseerdheid niet beseffen? In elk geval: lees de tekst en je zult weten wat romantiek is. La barricade Saint-Antoine était monstrueuse, elle était haute de trois étages et large de sept cents pieds. Elle barrait d’un angle à l’autre la vaste embouchure du faubourg, c’est à dire trois rues, ravinée, déchiquetée, dentelée, hachée, crénelée d’une immense déchirure, contre-butée de monceaux qui étaient eux-mêmes des bastions, poussant des caps ça et là, puissament adossée aux deux grands promontoires de maisons du faubourg, elle surgissait comme une levée cyclopéenne au fond de la redoutable place qui a vu le 14 juillet. Dix-neuf barricades s’étageaient dans la profondeur des rues derrière cette barricade mère.Rien qu’à la voir, on sentait dans le faubourg l’immense souffrance agonisante arrivée à cette minute extrême où une détresse veut devenir une catastrophe. De quoi était faite cette barricade? De l’écroulement de trois maisons à six étages, De barricade Saint-Antoine verhief zich als een monster, drie verdiepingen hoog en zevenhonderd voeten breed. Ze sloot heel de toegang af van de wijk, drie straten, diep als een ravijn, uiteengespat, getand, gemalen, bekroond met enorme gaten, gesteund door hopen puin, bastions op zichzelf reeds, met hier en daar uitstekende bressen, groots aanleunend op twee uitspringende huizen van de wijk, rees ze omhoog als een reus die zijn schild optilt van op de open ruimte die de bestorming van de Bastille meemaakte (14 juli). Negentien barricades stapelden zich op achter de eerste. Gewoon op het zicht ervoer men het onmetelijk lijden, als een stuiptrekking op de laatste stonde, waar nood omslaat in catastrofe. Waar was deze barricade van gemaakt? Van drie huizen in puin met zes verdiepingen elk, opzettelijk vernield,

8 de trois maisons à six étages, démolies exprès, disaient les uns. Du prodige de toutes les colères, disaient les autres. Elle avait l’aspect lamentable de toutes les constructions de la haine: la ruïne. On pouvait dire: qui a bâti cela? On pouvait dire aussi: qui a détruit cela. C’était l’improvisation du bouillonnement. Tiens! cette porte! cette grille! cet auvent! ce chambranle! ce réchaud brisé ! cette marmite fêlée ! Donnez tout ! jetez tout ! poussez, roulez, piochez, démantelez, bouleversez , écroulez tout! C’était la collaboration du pavé, du moellon, de la poutre, de la barre de fer, du chiffon, du carreau défoncé, de la chaise dépaillée, du trognon de chou, de la loque, de la guenille, et de la malédiction. C’était grand et c’était petit. C’était l’abîme parodié sur place par le tohu-bohu. La masse près de l’atome; le pan de mur arraché et l’écuelle cassée: une fraternisation menaçante de tous les débris; Sysipe1 avait jeté là son rocher et Job2 son tesson. En somme, terrible. C’était l’acropole des va-nupieds. Des charrettes renversées accidentaient le talus; un immense haquet y était étalé, en travers, l’essieu vers le ciel, et semblait une balafre sur cette façade tumultueuse; un omnibus, hissé gaîment à force de bras tout au sommet de l’entassement, comme si les architectes de cette sauvagerie eussent voulu ajouter la gaminerie à l’épouvante, offrait son timon dételé à zegt men. Door een wondere woede ontstaan, zeggen anderen. Wel was De barricade Saint-Antoine vertoonde een treurige aanblik: die van alle constructies door haat: puinhopen. Men kan wel zeggen: wie heeft dat gebouwd? Maar ook: wie heeft dat vernield? Alles gebeurde in de improvisatie van een kookpunt. Zie daar! die deur! dat hekken! die luifel! dat raamkozijn! die kapotte kachel ! die gebarsten ketel ! Geef maar op !Gooi maar weg ! duw maar omver ! rol het naar buiten ! met een pikhouweel ! Breek maar af , draai het om, laat het maar invallen! Het werd een grote opstapeling van straatstenen, van puin, van balken, van ijzeren staven, van vodden, van gebroken ruiten, van kapotte stoelen, van koolresten, van vodden, van lappen, en van verwensingen. Groot en klein. Het was een karikatuur van een afgrond, een chaos. Grote massa’s naast atomen; muren naast gebroken schotels: een gruwelijke verbroedering van afval; Sisyphus1 had hier zijn rotsblok neergegooid en Job2 zijn scherven. Verschrikkelijk. Hier rees een acropolis op van armoezaaiers. Omgegooide karren rezen uit de puinhopen; een immense koets lag er omgekeerd met de wielassen omhoog, een litteken als het ware op een onrustige gevel; een paardentram, vrolijk omhoog getrokken door kloeke armen tot helemaal boven, net alsof de architecten van deze janboel

9 on ne sait quels chevaux de l’air. Cet amas gigantesque, alluvion de l’émeute, figurait à l’esprit un Ossa sur Pélion3 de toutes les revolutions; 934 sur 895, le 9 thermidor6 sur le 10 août7, le 18 brumaire8 sur le 21 janvier9, vandémiaire10 sur prairial11, 184812 sur 183013. La place en valait la peine, et cette barricade était digne d’apparaître à l’ endroit même où la Bastille avait disparu. Si l’océan faisait des digues, c’est ainsi qu’il les bâtirait. La furie du flot était empreinte sur cet encombrement difforme. Quel flot? La foule. On croyait voir du vacarme pétrifié. On croyait entendre bourdonner, au-dessus de cette barricade, comme si elles eussent été là sur leur ruche, les énormes abeilles ténébreuses du progrès violent. Etaitce une broussaille? Était-ce une bachanale? Etait-ce une forteresse? Le vertige semblait avoir construit cela à coups d’aile. Il y avait du cloaque dans cette redoute et quelque chose d’olympien dans ce fouillis. On y voyait dans un pêle-mêle plein de désespoir, des chevrons de toits, des morceaux de mansardes avec leur papier peint, des châssis de fenêtres avec toutes leurs vitres plantées dans les décombres, attendant le canon, des cheminées descellées, des armoires, des tables, des bancs, un sens dessus dessous hurlant, et ces mille choses indigentes, rebuts même du mendiants, qui contiennent à la fois de la fureur et du néant. On eût dit que c’était le haillon d’un peuple, haillon de bois, de fer, de bronze, de pierre, et paren,reikte zijn uitgespannen dissel naar denkbeeldige koetspaarden in de lucht. Die reusachtige massa, aangespoeld uit de opstand, een opeenstapeling van Ossa en Pélion3, symbool van universele revolte; 934 boven op 895, 9 hittemaand6 op 10 augustus7, 18 brumaire8 op 21 januari9, wijnmaand10 op weidemaand11, 1848 12 op 1830 13. Het plein was wel de moeite waard want ooit stond er de Bastille. Als ooit een oceaan zijn eigen dijken bouwde zou hij het zo doen. De furie van de golven liet hier zijn sporen na op deze vormloze massa. Welke vloed? Die van het volk. Je hoort het versteende geluid. Je hoort de golven razen als boven deze schans, een bijenkorf, reusachtige donkere bijen zwermen en zoemen over geweld en bevrijding. Zien we hier enorm struikgewas? Het beeld van een orgie? Is het een vesting? Duizelingwekkend hebben vleugelslagen dit opgebouwd. Stinkende rioolgeur en tegelijk Olympische kracht komen hier uit die chaos tevoorschijn. Hier zien we een mengelmoes van wanhoop, stukken van daken, stukken van zolderkamers nog met hun behang, raamkozijnen nog met ruiten rechtop uit al dat puin, wachtend op de kanonnen, afgebroken schouwmantels, kasten en tafels, banken alles doorheen en schreeuwend van uit duizend arme monden van bedelaars die zelfs dat misprijzen, bezinking van woede en wanhoop tegelijk. Dit is afval van het

10 que le faubourg Saint-Antoine l’avait poussé là à sa porte d’un colossal coup de balai, faisant de sa misère sa barricade. Des blocs pareils à des billots, des chaînes disloquées, des charpentes à tasseaux ayant forme de potences, des roues horizontales sortant des décombres, amalgamaient à cet édifice de l’anarchie la sombre figure des vieux supplices soufferts par le peuple.La barricade SaintAntoine faisait arme de tout - tout ce que la guerre civile peut jeter à la tête de la société sortait de là; ce n’était pas du combat, cette redoute, parmi lesquelles il y avaient quelques épingoles, envoyaient des miettes de faiences, des osselets, des boutons d’habits, jusqu’à des roulettes de tables de nuit, projectiles dangereux à cause du cuivre. Cette barricade était forcenée; elle jetait dans les nuées une clameur inexprimable; à de certains moments, provoquant l’armée, elle se couvrait de foule et de tempête; une cohue de têtes flamboyantes la couronnait; un fourmillement l’emplissait; elle avait une crête épineuse de fusils, de sabres, de bâtons, de haches, de piques et de bayonnettes; un vaste drapeau rouge y claquait dans le vent; on y entendait les cris du commandement, les chansons d’attaques, des roulements de tambour, des sanglots de femmes, et l’éclat de rire ténébreux des meurt-defaim. Elle était démesurée et vivante; et, comme du dos d’une bête volk, afval van hout, van ijzer, van brons, van steen en de Saint Antoinewijk had dit alles buiten geveegd met een enorme borstel en maakte met deze armoe haar barrikade. Blokken als tronken, gebroken kettingen, gebinten en latten als galgen en wielen die horizontaal uit het puin omhoog steken, waarin alles samensmelt tot een monument aan oude martelpraktijken, het volk opgedrongen. De barricade SaintAntoine kon alle wapens gebruikenalles wat naar het hoofd kon worden gegooid van de maatschappij; dit was niet zomaar een gevecht, meer een uitzichtloze uitbarsting; karabijnen en kruisbogen verdedigden de vesting en schoten met aardewerk, teerlingen, vestknopen, zelfs wieltjes van nachttafels, gevaarlijk om hun koper. De barricade was iets uitzinnigs; tot in de wolken drong haar onuitsprekelijk roepen; soms uitdagingen aan het leger, dan stormde de volksmassa ten strijde; elkaar verdrongen vlammende hoofden tot bovenaan toe; als mieren verspreidde zich de bezettting; boven op de bergrug richten zich de geweren, werden sabels geheven, stokken, hakmessen, lansen en bajonetten; een enorme rode vlag klapperde in de wind; men hoorde er geschreeuwde bevelen, strijdliederen, tromgeroffel en gesnik van vrouwen, de duistere lach van uitgehongerden. De barricade was grenzeloos maar levend. Als uit de rug van een elektrisch beest knalden er

11 électrique, il en sortait un pétillement de foudres. L’esprit de révolution couvrait de son nuage ce sommet où grondat cette voix du peuple qui ressemble à la voix de Dieu; une majesté étrange se dégageait de cette quoi? La Révolution. titanique hottée de gravats. C’était un tas d’ordures et c’était le Sinaï14. Comme nous l’avons dit plus haut, elle attaquait au nom de la Révolution, quoi? la Révolution. Elle, cette barricade, le hazard, le désordre,l’effarement, le malentendu,l’inconnu,elle avait en face d’ellel’assemblée constituante, la souveraineté du peuple, le suffrage universel,la nation, la République; et c’était la Carmagnole15 défiant la Marseillaise. bliksems uit. De revolutionaire geest bedekte die toppen als een wolk waarin klonk de stem van het volk, die van God gelijk; een gevoel van onbegrijpelijke majesteit steeg op uit die titanische mesthoop van vuil. Het was ene mesthoop maar tegelijk de Sinaïberg14. Zoals eerder gezegd, de aanval van de revolutie, jawel? De Revolutie. Zij, die barricade, uit toeval, wanorde en vertwijfeling,onbegrip en onzekere afloop? zij richtte zich op en trof als haar tegenstrevers de grondwettelijke assemblé, het soevereine volk, het algemeen stemrecht, de natie, de Republiek en uiteindelijk neemt hier de Carmagnole15 het op de Marseillaise uit te dagen. Voetnoten: 1.Sysipe: Sisyphos, koning van Korinthe, werd door de goden gestraft en moest een voortdurend terugrollende rots op een berg naar omhoog sleuren.

12 (Griekse mythologie) 2.Job: Bijbelfiguur = een man met veel tegenslagen 3. Ossa sur Pélion: in het tijdperk van de ‘Reuzen’ hadden deze twee bergen op elkaar gestapeld: de Ossa en de Pelion, om de goden te tarten (Griekse mythologie) 4.1793 : Louis XVI wordt onthoofd 5. 1789 Franse Revolutie 6. 9 Thermidor : Republ.tijdrekening Hittemaand /27 juli 1794 arrestatie Robespierre 7.10 augustus 1792 Bestorming van de Tuilerieën-gevangenneming van Louis XVI 8.18 Brumaire: 2°maand in Republ.tijdrekening mistmaand/oktober-november 9 november 1799- staatsgreep Napoleon 9. 21 januari 1793 Onthoofding van Louis XVI=citoyen Capet←Koningshuis Capetingers 10.Vandémiaire : 1°maand in Republ.tijdrekening wijnmaand/einde september-oktober 5 oktober 1795 - generaal Napoleon Bonaparte onderdrukte in Parijs een royalistische opstand 11.Prairial: 9°maand in Republikeinse tijdrekening: weidemaand/mei-juni 12.1848 Koning Louis Philippe van Bourbon-Orléans =afstammeling van Louis XIII en bastaarddochter van Louis XIV wordt vervangen door 2°republiek onder president en toekomstige keizer Napoleon III 13.1830 Koning Karel X = broer van Louis XVI en Louis XVIII-Huis Bourbon wordt verbannen en opgevolgd door Louis Philippe van Bourbon-Orleans ‘Louis XVII’ was de fictieve titel van de zoon van Louis XVI die stierf tijdens gevangenschap (dauphin gestorven 10 jaar oud) 14.Sinai: de berg waarop Mozes de Joodse wet ontving –hier wordt naar verwezen omdat de Barricade ook een hoogte is van waarop het volk zijn wil als wet wil uitvaardigen 15 La Carmagnole: revolutionair danslied van de Parijzenaars:...Dansons la carmagnole / Vive le son du canon!... *Victor Hugo vermeldt deze markante zaken alles doorheen net zoals de rommel op de barricades doorheen laf. 5. Gehoord, gelezen, gezien (10) Het weten of overwegen waard... of niet? Ter inleiding Wie belangstelling heeft voor cultuur staat ook open voor de maatschappij en de wereld waarin hij of zij leeft. In deze rubriek 'Gehoord, gelezen, gezien' speuren wij sedert vorig jaar interessante berichten over die leefwereld op. Wij vermelden daarbij uiteraard telkens onze geschreven bron en de oorspronkelijke auteur. 10.01 ECOVAKANTIE. Maaike Schwering had het erover in 'Weekend'. Niet alle reizen die aangeboden worden als 'groen' zijn dat ook echt. De website Greenloons.com gaf vijf criteria om een ecoreis te herkennen :

13 "Weet allereerst dat ecotoerisme berust op drie uitgangspunten : het ontdekken van de natuur of de dieren die er leven, het steunen van de lokale economie en zo weinig mogelijk schade toebrengen aan de natuur. Verder gaat het niet om luxe of om de geboden faciliteiten. Het doel van zo een reis is kennis opdoen over de natuur, de ecosystemen, de levenswijze van de lokale bevolking en over de manieren waarop die behouden kunnen blijven. In de derde plaats is het belangrijk om te weten welke reizen een ecolabel mogen dragen. Let er verder op bij activiteiten tijdens de reis dat die bedoeld zijn om de toeristen milieubewuster te maken. Er kunnen best avontuurlijke sporten bij zijn, zoals kajakken of zeilen, maar die moeten dan geleid worden door gecertificeerde natuurkenners en de groepen mogen niet groter zijn dan twaalf personen. Een laatste kenmerk van echt ecotoerisme is dat er gekozen wordt om de lokale bevolking economisch en sociaal te ondersteunen, bijvoorbeeld door bij plaatselijke winkels en restaurants eten te kopen, door lokale gidsen in te huren, maar ook door de plaatselijke bevolking in te schakelen bij het management." 10.02 CULTUREEL OF POSTCULTUREEL? In de bijdrage 'Analyse' van 'Knack' ontleedde de VUB-professor Jonathan Holslag het (volgens hem) culturele verval bij de Vlamingen. Hij stelde daarbij veel meer een postculturele samenleving vast : "Hoe vaker ik door de Vlaamse steden drentel, hoe vaker ik me afvraag : waar is de multiculturele samenleving toch gebleven? De Vlaamse samenleving lijkt mij vooral postcultureel geworden, een consumentenpretpark met een laagje beschaving dat almaar dunner wordt. Voor veel Vlamingen is de multiculturele samenleving natuurlijk synoniem met de groeiende islamgemeenschap. Maar wat is er storender vandaag : de culturele veelzijdigheid van onze samenleving, of haar culturele verval? De vraag is wat tendentieus zeker, maar de essentie blijft overeind : waarom maken we ons druk om een vermeende aanval op onze cultuur, als we zelf niet de minste moeite opbrengen om onze cultuur te versterken en heruit te vinden? ... Cultuur is vooral, zoals de klassieken dat verwoordden, het cultiveren van de ziel, het ontwikkelen van de zintuigen, en door die sensitiviteit te streven naar een volwaardig leven, een leven waarin we niet noodzakelijk steeds meer willen hebben, maar de dingen diepgaander beleven. Cultuur is vooral een houding, het streven naar het volle leven. Die houding dienen we te ontwikkelen en dat doen we in onze rijke samenleving te weinig. Ruimte voor meditatie, filosofie, taal, esthetiek, kunst en verwondering is er in onze scholen, op de populaire televisiekanalen en in de opvoeding nog nauwelijks." 10.03 PALEONTOLOGIE. BAKERMAT EUROPA? In de rubriek 'Kort' verscheen in het Nederlandse tijdschrift 'Quest braintainment' volgende kleine bijdrage : "Waar de wieg van de mensheid staat? Heel misschien wel in Europa in plaats van in Afrika, zo denken wetenschappers van onder meer de Eberhard Karls Universität Tübingen (Duitsland). Ze onderzochten een in Bulgarije gevonden fossiele kies en een onderkaak uit Griekenland van de uitgestorven mensachtige Graecopithecus freybergi. De fossielen zijn volgens de wetenschappers zo'n 7,2 miljoen jaar oud. Dat is enkele honderdduizenden jaren ouder dan de oudst bekende mensachtige fossielen uit Afrika. De vorm van de wortels verraadt dat het om een mensachtige gaat. De twee of drie wortelpunten van de fossiele kiezen groeien, net als bij de mens van nu, iets naar elkaar toe. Dit onderscheidt ze van grote mensapen zoals chimpansees, waarvan de wortelpunten van elke kies juist iets van elkaar af groeien."

14 10.04 TALBOT HOUSE. Met als titel 'Het leven in klein Parijs' had Jeroen Laseure het in 'KW Kortweg' over het Talbot House te Poperinge: "Talbot House is een van de oudste gebouwen in de Poperingse binnenstad. De hophandelaarsfamilie Lebbe nam er halfweg de 18de eeuw haar intrek. In 1911 kocht brouwer Maurice Coevoet het huis, maar vier jaar later besloot hij, na een bominslag, om met zijn gezin te vluchten. Poperinge, dat tijdens de Eerste Wereldoorlog achter het front lag, werd ondertussen hét Britse ontspanningsoord bij uitstek. Overal in de stad openden pubs en cafés de deuren, net als heel wat 'zaken van losse zeden'. In een mum van tijd werd Poperinge 'Little Paris' of 'Kleine Parijs' genoemd. Een van de bekendste zaken in de stad was Talbot House. De zesde divisie van het Britse leger huurde het gebouw van Maurice Coevoet voor 150 Belgische frank (3,7€) per maand. Aalmoezenier Philip 'Tubby' Clayton opende er een soldatenclub met als bedoeling een alternatief aan te bieden voor het vaak nogal dubieuze uitgaansleven in de rest van de stad. Tubby kreeg de leiding over het clubhuis en zorgde er voor een erg huiselijk sfeer waar de strenge rangorde van het Britse leger niet geldig was. Het bord 'Every Man's Club' - iedereen is welkom - is nog altijd te zien aan de voorgevel. Tuby stond erop dat het huis een plek moest zijn waar men de oorlog even kon vergeten. Aan de deur van zijn bureau hangt niet voor niets het bord 'All rank abandon ye who enter here'. Wie er binnenkwam, kwam binnen als mens. Talbot House bleef uiteindelijk drie jaar open, tot het einde van de Eerste Wereldoorlog. En ook nu kan iedereen weer binnen in Every Man's Club : het is een museum dat vooral veel Britse herdenkingstoeristen over de vloer krijgt, maar ook voor niet-Britten de moeite waard is. Enkele jaren geleden nog werd het museum grondig gerenoveerd, zodat alles aangepast is aan de moderne museumbezoeker. 10.05 GEWOON CONTENT. In 'Leef' liet Sarah Vandoorne psychiater Dirk De Wachter pleiten voor meer 'contentement'. 'We stellen alles zo onhoudbaar fantastisch voor dat we vergeten om gewoon content te zijn met wat we hebben.' De bijdrage 'Gewoon content' in de rubriek 'Levenskunst' begon als volgt : 'Content zijn is in vrede leven met jezelf, met het gewone leven', benadrukt psychiater Dirk De Wachter. 'In het leven word je geconfronteerd met moeilijkheden en onvermijdelijk verdriet. Contentement haal je het best uit de kleine dingen, in plaats van het grote geluk te zoeken op welnessweekend of tijdens een trip naar de Kaaimaneilanden. Dan liever een ochtendwandeling in het park. Ik ben bang van onze leukigheidscultuur. Alles moet zo onhoudbaar fantastisch zijn dat het mensen ongelukkig maakt. Nog straffer? Dat eindigt altijd in ontgoocheling. Content zijn lijkt me een beter idee. Aanvaard wie je bent... Content zijn is nooit gedaan. Het is een continu proces. En de maatschappij maakt het ons moeilijk door noden te creëren. In de reclame, bijvoorbeeld. We moeten de nieuwste smartphone hebben of we zijn ongelukkig. Dat is onzin. We voelen ons kortstondig fantastisch en blijven achter met een kater." 10.06 EEN KUNSTENAAR. Voor haar rubriek 'Het Atelier' in 'Weekend' zocht Nathalie Le Blanc kunstschilder Koen Broucke uit Boechout op : "Ik schilder echt heel graag, het is geen worsteling. Mijn perfecte vakantie is dan ook : twee weken opgesloten zijn in mijn atelier. Als ik schilder, is het nooit voor lang. Ik werk in dunne, transparante laagjes die moeten drogen, en dat duurt langer dan het schilderen zelf. Ik pauzeer veel, speel muziek, loop in de tuin en snoei wat rozen. Soms ga ik even liggen, of mediteer ik. Inspiratie komt

15 door in de wereld rond te lopen. Ik heb dus al een idee voor ik begin te schilderen, maar bij een geslaagd werk gebeurt er onderweg nog iets. Dat is een heilig moment. Daarom zijn die rustmomenten een integraal onderdeel van het schilderen. Ik kan niet schilderen als iemand toekijkt. Een foto van mij als ik aan het werk ben, voelt altijd fake. Fotografen verschuiven dingen om het beeld mooier te maken en ik ben daar wat autistisch in. Als ik schilder, wil ik exact weten waar alles ligt en als een pot water een centimeter verschoven is, stoort dat me al... Voor elk schilderij dat hier vertrekt, komen er twee of drie nieuwe in de plaats. Ik geloof in die stroom: hoe meer je geeft, hoe meer er terugkomt." 10.07 LUNCHCULTUUR. In 'Fokus' verscheen een apart dossier 'Optimale zorg voor lichaam en geest". Daan Vanslembrouck had het daarin ook over onze lunchgewoonten : "Naast meer beweging begint gezondheid op de werkvloer bij onze eetgewoonten. Dit begint bij het klaarmaken van de lunch 's morgens. Wit brood met een dikke laag préparé, of bruin brood met wat kippenwit of magere kaas. Je hoeft geen dokter te zijn om te weten wat nu precies het gezondste is. Kris Baeckelandt, docent voedingstechnologie Ter Groene Poorte, stelt dat een evenwichtige, gezonde lunch energie levert, licht verteerbaar is en voldoende groenten moet bevatten... Eet ook geen te grote hoeveelheden. Het kan zelfs helpen om eerst een groot glas water te drinken zodat je hongergevoel vermindert. Hoewel velen de ambitie hebben om gezonder te lunchen, is de dagelijkse ontbijtshift vaak een gevecht tegen de tijd om de kinderen schoolklaar te krijgen. Dan schieten gezonde eetgewoontes er al gauw over. Een broodje bestellen op het werk dan maar? 'Of je lunch al de avond ervoor voorbereiden', tipt Baeckelandt. 'Een gezonde lunch bewaart prima in de koelkast. Neem nu wraps met zalm en een licht platte kaas met kruiden en frisse groenten. Veel tijd heb je daarvoor niet nodig. Je wikkelt het vervolgens in aluminiumfolie en klaar is kees. Kinderen zijn er trouwens dol op.' Wie dan toch opteert om 's morgens de lunch te bereiden, gaat best voor bruin of volkorenbrood met magere vleessoorten zoals kippenwit, kalkoenfilet, rosbief of filet d'Anvers. Vul dat eventueel aan met wat platte kaas, cottage cheese, rozijnen, druiven en noten. Neem 's middags ook rustig de tijd om te lunchen. Dit houdt je lichaam beter in balans." Stef Declerck, Poperinge 6. . ‘Cantabile 2018’, prestigieuze Pianowedstrijd voor de Jeugd Koningin Mathilde was er net niet, de ‘redactie’ was er wel degelijk, ondeskundig maar wel degelijk als betrokken partij uitgenodigd. Deze tweejaarlijkse wedstrijd voor de lagere, middelbare en hogere graad van Muziekacademies doorheen het Vlaamse land, wordt nu al meer dan dertig jaar georganiseerd en verliep op 13 mei ll. voor een uitgebreide jury in de Blauwe Zaal van De Singel (Antwerpen). Huidige Voorzitter van de inrichtende Cantabile-vereniging is Mevrouw Annie Anthonissen. De ‘redactie’ van dit ledenblad is hier onrechtstreeks ook bij betrokken

16 als schilder van de Prijs Jean-Marie Van Broeckhoven – Jeanine Slegers, die geschonken wordt aan de tweede Laureaat in de hogere graad. Het is niet onze gewoonte met eigen werk te pronken maar wellicht kan dit lekenverslag een aanzet zijn voor meer inhoudelijk muzikale inbreng in onze periodiek. Wij hopen dus op nieuwe impulsen uit een wereld die ons zeker onvoldoende vertrouwd is. De Laureaat was dit jaar de Jongeheer (17 jaar) Brecht Valckenaars uit Heverlee, leerling aan de Muziekacademie De Vonk in Haasrode. Met ‘South of Solaris’ (B.Van Esser) en ‘Ballade nr.2 in h. (Fr.Liszt) vertoont deze jonge uitvoerder een verrassende rijpheid die tegelijk jonge risicovolle ondernemingslust niet in de weg staat. Wij menen dat dit laatste juist, via de romantiek van Fr. Liszt zijn meesterschap tot uiting bracht. Als tweede Laureaat hoorden we dan de Jongeheer Jens Vermeiren (18 jaar) uit Reet, leerling aan de Kunstacademie te Beveren. Het opgelegde werk ‘South of Solaris’ en ‘Sonate opus 31 nr.3 in Es: Allegro’ (L.van Beethoven) waren voor deze jonge kunstenaar een gelegenheid om zeer beheerst zijn vakkundigheid te laten horen met gedoseerde afwisseling van klemtonen en stilten en wat wij passages van ‘tedere aandacht’ noemen. Aan Jens Vermeiren werd dan onder meer ons schilderij als Prijs aangeboden. Het is in halfabstracte stijl bedoeld als een oproep tot besef van overstijgend kunstenaarschap. Wij verduidelijken met de begeleidende tekst. Meteen drukken we onze dank uit voor de voorstelling van deze ‘redactie’ aan het aanwezige publiek.

17 Als beeldende kunstenaars zijn we getroffen door het isomorfisme tussen onze discipline en wat we van deze toonkunstenaars te horen krijgen.’Isomorfisme’ is een heel mooi woord waarin we ισος (isos: gelijkaardig) en µορφη (morfè: vorm) herkennen. Dit betekent dat zowel inde beeldende als in de musische kunsten een enorme analogie bestaat van begrippen en structuren. Wij horen verrast deze geluidsmensen spreken over compositie, kleuren en tonen en in een eerste opwelling reageren we met wantrouwen omdat deze begrippen hier zo moeilijk te omschrijven zijn. Wat is de kleur van een klank? Is er ook dat principe van de ‘gulden snede’ in muziek?.... En eigenlijk is dat allemaal niet zo vreemd. -pigmentkleuren komen naar ons toe via lichtgolven, klankkleur komt naar ons toe via geluidsgolven en in beide is de frequentie bepalend (aantal trillingen per seconde) . -wij hebben echter de indruk dat in de muziek de zaken toch wel moeilijker liggen. Instrumenten kunnen in geproduceerde klankleuren verschillen en hoe ze door de uitvoerder gemanipuleerd worden speelt ook een rol. -maar net zoals ook pigmenten kunnen gemengd worden tot kleurvariaties kunnen resonerende trillingen zich samenvoegen soms met sterk van elkaar geluidssterkten tot een aparte gehoorsensatie die men kleur kan noemen … Wij wachten de reactie af van meer deskundigen onder onze lezers.

18 7. ‘ Vreemde ‘ maar Boeiende Composities Wij publiceren een foto uit ‘De Standaard’ van 8 mei ll. In de daarbij besproken kortfilm speelt Geoffrey Rush de rol van de knorrige en ongeduldige kunstenaar Giacometti. Dit beeld zou ik in het kader van dit artikel willen losmaken van zijn oorspronkelijke betekenis: de Giacometti die zelfzeker een hem typische figuur boetseert, uitgerekt en semiabstract, expressionistisch zeker. Ik zou mee met jullie, lezers, de prent willen interpreteren als die van een would-be kunstenaar die vertwijfeld en inspiratieloos en zonder voorafgaande planning en inspiratie toch probeert een kunstwerk(je) te realiseren. De aanzet op de foto is inderdaad ‘mager’… Wij kennen die situatie naar eigen ervaring en zo dikwijls zien wij collega’s die we willen helpen, doelloos staren en het onmogelijke nastreven, vertrekkend van slechte basiscomposities. We waren dan ook blij een keigoede compositie op te merken in een schilderij van kunstenaar Koen Broucke, Vlaams beeldend kunstenaar en historicus. Daar kunnen we uit leren zowel vormcompositorisch als kleurcompositorisch. Hier willen we: 1. De compositorische kwaliteiten van dit werk bespreken 2. Leren uit een photoshopbewerking ervan 3. Verwijzen naar ondoordachte beginopties Kleurcompositorisch - treffen ons de complementaire paars en gele kleuren met tot eenheid verzoenende middentonen in verwant roze en lila. - het donkere paars benadrukt het moment van de weergave: de laatavond. Deze indruk wordt nog versterkt door minimale kobaltblauwe luchtstreep bovenaan ook hier in eenheid gebracht met paarse en roze tinten.

19 Hemelsblauw zou hiezr zeker niet op zijn plaats zijn. - WAT WIJ ERG BELANGRIJK VINDEN is het sterke kleurcontrast tussen de diagonaallopende snelweg linksonder en het avondland rechtsboven. Geholpen door het ritme van de baan- en stadsverlichting (witte stippen) slaagt de kunstenaar erin uit een minimale informatie te vertrekken en toch een boeiend schilderij te maken waarin intense activiteit plaats vindt. Maar nog belangrijker vinden wij de vormcompositie. Vormcompositorisch Drie zaken vallen ons op: - het evenwicht tussen de donkere helft en de bijna even grote heldere helft - de diagonale uitwerking - de keus voor links: licht en rechts: donker ***De leesrichting van een schilderij is meestal die waarin we ook een tekst lezen: van links naar rechts. Aldus botsen wij bij elk bekijken op de donkere zone waarbinnen wij ook interessante details vermoeden. Dit daagt ons uit telkens opnieuw van links naar rechts te kijken en aldus in meer dan éénmaal het donkere detailwerk te ontdekken. Aan de hand van een Photoshopspiegeling krijgen we hiervan bevestiging. De heldere ‘snelweg’ springt meteen in het oog. Luie waarnemers als we zijn verwaarlozen wij de donkere zone en via de snelweg worden we meteen uitgeleide gedaan naar…een volgende schilderij wellicht die bijvoorbeeld maar half zo interessant is. Verkeerde Compositie !

20 8. De Waarden van Ibn Sinna (Avicenna) Bron: Thomas Crombez ‘De Moord op de Kunst’ ISBN 978908257 Avicenna (980-1037)was een Perzisch geleerde uit Oezbekistan. Opgeleid in de Rekenkunde, de Koran en de Islamitische rechtspraak legde hij zich vooral toe op de Geneeskunde. Zijn esthetische principes vinden wij zeker interessant en evenwaardig aan wat wij Westerse Waarden noemen. - Onze ‘Westerse Waarden’ Italiaans leger’coördineert’ Lybische kustwacht (De Standaard) Een vergeten Westerse Waarde Onze huidige Westerse waarde (?!) Nvdr: wij weten zeer goed hoe ingewikkeld de vluchtelingenkwestie is. Toch menen wij er goed aan te doen eventjes hierover na te denken en kennis te nemen van eerbiedwaardige Islaminzichten. Die zijn er ook. Ook voor de Islam was ooit de Oudgriekse cultuur een wetenschappelijke en filosofische bron van inspiratie. Islamitisch Spanje was in de tiende eeuw het welvarendste land van West-Europa. Een belangrijk onderdeel van het geestelijke leven was de filosofie, naast de godsdienst. De filosofische leer die zich hier bij ons ontwikkelde, groeide door de vertalingen van islamitische geleerden. Via de Arabisch-Griekse filosofie bereikte de Griekse filosofie de christelijke filosofie, met name wat betreft de leer van Aristoteles. Het Westen kreeg dus via de Islam uitvoerige informatie over de Griekse cultuur: ‘een prachtige kist vol nuttig gereedschap’.

21 Zeker ook uit de rationaliteit van Aristoteles ontwikkelde zich onder invloed van Ibn Sinna (Avicenna) toen al een rationele Islamitische theologie (die wij hedendaags opnieuw dringend nodig hebben). Een voorbeeld hiervan is de discussie over de oorsprong van de Koran: was die eeuwig als God of behoorde het boek tot de schepping. De Moetazilisten waaronder Ibn Sinna besloten tot het laatste: zij stonden open voor rationele interpretatie van hun godsdienst. Onder invloed van Soennitische Asjariten kwam hier wel een einde aan. Reeds korte tijd na Ibn Sinna kreeg de nog huidige conservatieve Soennitische Islam de overhand. Maar alles samen genomen had deze Perzische filosoof toch de verdienste meer dan twee eeuwen voor te zijn op Thomas van Aquino die een gelijkaardige moderniserende poging (neo-platonisme) deed maar dan voor de christelijke godsdienst. Wij vragen ons zelfs af of Thomas niet juist bij Ibn Sinna de mosterd haalde. Zijn esthetisch visie op het heelal. De schoonheid die Ibn Sinna op deze aarde aantreft is volgens hem een uitstraling (emanatie) van Gods oneindige schoonheid. Vandaar ook een van de vele omschrijvingen van God: de Vormgever. ‘Bovendien is het appreciëren van schoonheid niet louter een perceptuele aangelegenheid. Neen, schoonheid zien is een zaak van het intellect. Als ik schoonheid ervaar, dan begrijp ik (via het goddelijk licht) de innerlijke noodzaak van de schepping…’ In onze vroegere nummers van dit ledenblad hebben we een uitvoerige samenvatting gebracht van een boek over (hersen) wetenschap en kunst: ‘The Age of Insight’ van Eric R.Kandel. We staan nu al een millennium verder dan Ibn Sinna en het is duidelijk dat een esthetisch bewustzijn zich niet beperkt tot een waarneming op een netvlies. Wel integendeel, die optische waarneming is maar een van de vele informatiebronnen naast de vele hersencentra die hun opgeslagen gegevens ermee mixen tot een totaliteit van ervaring. ( zie ook onze eerdere bijdragen ivm semiotiek). Dit intellectueel aspect van schoonheidsbeleving was dus al zoveel vroeger het vermoeden van deze Islamfilosofen. De expressionisten onder ons weten hoe mooi tenslotte ook kan zijn wat heel erg lelijk is. Voor ons telt meer de intensiteit van de expressie dan het formalistisch esthetische. Ook dat kende Ibn Sinna: het lelijke zien wekt namelijk het bewustzijn van een tekort aan schoonheid. Deze laatste vloeit ons dan toch uiteindelijk met vertraging toe van uit ons ‘Heimwee’ naar Goedheid, Waarheid, Schoonheid.

22 Islamkunst in het Louvre ‘Lelijke’ (?!) expressionistische kunst 9. Schildercursus Juliette Aristides (1) Samenvatting van: De Klassieke School / Schildertechnieken Juliette Aristides Uitg.THIRION – ART ISBN 970 90 43 91 155 9 Voorwoord J.A.houdt een klassieke tekentraditie in stand. Zij verantwoordt en tegelijk relativeert dit met de opmerking:’ Zolang de mensheid mag vergelijken en zelf uitmaken wat kunst is, zullen zuiverheid, schoonheid en het streven om te excelleren zegevieren.’. Inleiding 1. Er grijpen zoveel grote en kleine gebeurtenissen plaats die heel spontaan vergeten worden: de tijd wist het geheugen. Nu zegt Joseph Conrad: ‘Kunst heeft als doel sommige momenten te onttrekken aan de meedogenloze vaart van die tijd en aldus fragmenten te onthullen.’. 2. Maar hierbij transformeert Kunst die soms bijna onherkenbare fragmenten in krachtige vertolkingen van de menselijke ervaring. ‘De Redactie’ illustreert dit met het werk van Rembrandt voorstellend zijn meid (en geliefde) Hendrikje Stoffel. Hoe een alledaags meisje een aangrijpend meesterwerk wordt… 3. Ergens zet Aristides zich toch wat af tegen de post

23 moderne tijdsgeest: ‘Schoonheid,Eeuwigheid en Zuiverheid lijken verdwenen te zijn..’. Deel 1 : Het Atelier van de Kunstenaar Hoofdstuk 1 : Historische en Moderne Atelierpraktijk Cennino d'Andrea Cennini (c. 1360 – before 1427) was een Italiaans schilder die beïnvloed was door Giotto. Over atelierpraktijk zegt hij: ‘Wie hier binnentreedt als leerling schilder hult zich in dit gewaad van Enthousiasme, Eerbied, Gehoorzaamheid en Consequent-zijn. Verlaat dan ook je meester niet eerder dan nnoodzakelijk is’. Moderne Atelieropleiding -Aristides start hier met een beschrijving van het klassieke atelier: het meubilair, de belichting waarin studenten, dagelijks aanwezig, hun opleiding krijgen. -Bij deze opleiding geldt het principe van geleidelijkheid: nooit wordt iemand ,in zijn kunnen geforceerd. De moeilijkheid van uit te voeren taken wordt beetje bij beetje opgevoerd -Maar Tekenen = Zien Atelier van Jacques-Louis David (1748-1825) -Dat Zien kan op twee manieren gebeuren: 1.Functioneel zien: bijvoorbeeld kijken hoe niets in elkaar zit 2.Artistiek zien: waarin relevant zijn: waarnemen van vormen, kleuren, tonaliteiten, randen e.a. en los van welke onmiddellijke functionaliteit ook. -Zo komt men tot artistieke vaardigheden: constructie, compositie, perspectief, anatomie, tonaliteit, vormbeheersing, proportie Schilderen - Aanvankelijk wordt monochroom geschilderd d.w.z. schilderen in zwartwit + één (andere) kleur (meestal rauwe of gebrande omber) wat gezien wordt als een eerste stap naar in kleur schilderen. - De veelal gekozen onderwerpen zijn: schaduwen op een bol, gipsmodellen (kopies van klassieke beelden), stillevens, menselijke figuren…

24 - Vervolgens komt het kopiëren van meesterwerken en dat betekent een schakel naar het verleden: ook nu wordt gewerkt in zwartwit + één andere kleur waarbij het grote oogmerk is dat het schilderij in zijn geheel eenheid vertoont. Bemerk dat aan dat schilderend kopiëren zeker ook houtskooltekeningen voorafgegaan zijn. Monochrome en Zwart/Wit – Schilderijen van gipsmodellen en stilleven In het Stilleven komt het er vooral op aan sfeer te scheppen via een zorgvuldig opvolgen van de verschillende toonwaarden. - Vervolgens komt het schilderen naar het leven bv landschap, interieur, levend model: met wit en één enkele toegevoegde kleur schildert men zogenaamde ‘grisailles’

25 - WARM/KOEL - studies Hierbij worden de kleuren beperkt tot zeker minder dan 5. Door deze beperking is het resultaat niet echt levensecht. Dat laatste moet er vooral komen door het afbeelden in de juiste verhoudingen. Zo’n ‘schijnbare levensechtheid’ is wel heel dikwijls verrassend. - IN KLEUR SCHILDEREN Dit is dan de laatste fase in de totaalopleiding. De mogelijkheden technisch inhoudelijk en stilistisch zijn natuurlijk enorm uitgebreid. Daarom vertrekken we hier van een zo eenvoudig mogelijke basis. Een uitstekende oefening is de kopie van een meesterwerk (Rubens heeft jaren naeen werken van Tintoretto gekopieerd). Wel is het interessant hierbij te interpreteren naar eigen inzicht of naar de stijl van een derde kunstenaar. Hier is plaats voor het uitwerken van eigen ideeën en fragmentaire persoonlijke oplossingen. Hoe je het ook aanpakt: ‘Slordigheid en besluiteloosheid laten zich niet verbergen onder flitsende penseelstreken…’.

26 10. Tekencursus Aristides (14) Vervolg Hoofdstuk 6 : LICHT EN SCHADUW PRAKTISCHE TIPS VOOR VORMTEKENINGEN(vervolg) 2.Letten op kleine toonverschillen Juliette Aristides zegt dat vormtekenen wel iets anders is dan kunst maken. Een vorm tekenen betekent automatisch dat je hem juist tekent. Hiertoe moet je letten op kleine verschillen en dat vereist doorgehouden aandacht. Vooral kleine toonverschillen moeten opgespoord worden. De schrijfster vergelijkt het met een zicht van uit de ruimte op de aarde tijdens de landing van een astronaut. Vertrekkend uit een diffuus beeld wordt het zicht altijd maar meer gedetailleerd: straten zijn aanvankelijk niet te zien, worden zichtbaar als dunne lijnen, enz.. De illustratie hiernaast geeft duidelijk het karakter weer van het model, maar dat is dan ook een optelsom van honderden subtiele tooncontrasten. 3.Je bewust blijven van de Lichtbron Kijk niet alleen naar je model maar denk voortdurend ook aan de invloed van de lichtbron op het model. 1) De intensiteit van de lichtbron bepaalt natuurlijk ook de intensiteit van de hoge lichten op het model en hiermee samengaand ook de toonwaarden van de halfschaduwen. Houd rekening met de afstand van de lichtbron naar het model en besef dat de lichtintensiteit zeer snel (kwadratisch) afneemt met toenemende afstand. een voorbeeld: Bij een model (ongeveer twee meter groot) kunnen bijvoorbeeld en het hoofd en een uitstekende voet volledig belicht zijn. Indien de lichtbron op 1m van het hoofd staat en op 3 meter van de voet, dan is de lichtintensiteit op de voet 9x zwakker dan op het hoofd ( 32 = 9) 2) Denk aan de richting van de invallende belichting die meteen ook de richting van de schaduwen bepaalt.

27 3) Afwijken van wat hierboven vermeld is kan fataal zijn voor je werk zelfs indien je in een vrije stijl wenst te werken. Vergelijk op de figuur hiernaast de lichtintensiteit op de schouder en op het dijbeen. Alle twee zijn ze volledig belicht maar de lichtintensiteit verschilt sterk door de grotere afstand van het dijbeen naar de lichtbron. Beeld je het slechte resultaat in als je beide even sterk belicht zou tekenen…. 4. Werken met een toonwaarden-hulpschets Het genuanceerd natekenen van dit gipsmodel is door de oneindige variatie van toonwaarden een zware opdracht. Uiteindelijk kan je zo gedetailleerd fragmentair werken dat je het geheel uit het oog verliest en tot tegenspraak komt op ver van elkaar verwijderde fragmenten. Een voorbereidende kleine schets die de belangrijkste toonvariaties vastlegt kan je voortdurende tot de orde terugroepen.

28 Een portret als dit tekenen is een kwestie van aandacht en zorg. Willen we gelijkenis en weergave van het karakter van het model dan kan een kleine fragmentfout fataal zijn. Dit blijven beseffen is dan ook een kwestie van nederigheid. 11. Windenergie

1 Online Touch

Index

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5
  6. 6
  7. 7
  8. 8
  9. 9
  10. 10
  11. 11
  12. 12
  13. 13
  14. 14
  15. 15
  16. 16
  17. 17
  18. 18
  19. 19
  20. 20
  21. 21
  22. 22
  23. 23
  24. 24
  25. 25
  26. 26
  27. 27
  28. 28
Home


You need flash player to view this online publication