ExPress 1e jaargang nr. 2 Nieuws voor gepensioneerden van VVG-PGB November 2016 Stuurt Den Haag de gepensioneerden weer het bos in? Dit is een uitgave van
In dit nummer 2 - 3 Voorwoord door de nieuwe voorzitter Jos van Rijsingen 4 - 5 Interview met Ruud Degenhardt, voorzitter PGB 6 - 7 Baggermuseum Sliedrecht in Dijkvilla van fam. Volker 8 - 9 Verslag bijeenkomst PGB 10 Verslag ledenvergadering 11 Stemadvies van de voorzitter 12-13 Artikelen over Prinsjesdag, politiek en zorgkosten 14-15 Poortwachter op een begraafplaats 16 Gepensioneerden Elsevier blij met PGB 17 Verslag SER bijeenkomst 18-19 Weer kind op kermis en speeltuin 20 Interview met Freek Busweiler 21 Gepensioneerden GITP voelen zich thuis bij PGB 22 Zorgpremie stijgt harder dan verwacht 23 Ziektekostenverzekering “Gecovered” De koopkracht van de gepensioneerden wordt komend jaar enigszins ontzien. Probleem opgelost, laat de verkiezingen nu maar komen, hoor je de regeringspartijen denken. Waarom is er dan toch nog zoveel onvrede, onder de senioren maar ook bij de belangenorganisaties? En is die onvrede terecht of moeten de 65 (66, 67)-plussers vooral hun zegeningen tellen? Dit soort discussies zal komende maanden nog veel gevoerd worden. Vanwege de begroting 2017 die het parlement dit jaar nog moet vaststellen, maar vooral ook met het oog op de verkiezingen van maart volgend jaar. Onvrede onder gepensioneerden zit diep cOlOFON ExPress is een uitgave van VVGPGB en verschijnt twee maal per jaar. 1e jaargang nummer 2 Redactie: Theo Leoné, Ruud Peys, Tonnie Klein Hemmink en Jos van Rijsingen Eindredactie: Geer Meershoek Vormgeving en layout: Hans Brand Druk: Drukkerij Tesink B.V. Oplage: 18.500 stuks Reacties kunt u sturen naar: redactie@vvgpgb.nl 2 ‘Jonge’ gepensioneerden En zoals altijd met dit soort discussies, er zijn vele waarheden. Het gemiddeld inkomen (AOW en aanvullend pensioen) van 65-plussers stijgt de laatste jaren. Maar dat komt door instroom van de ‘jonge’ gepensioneerden die hogere pensioenen hebben kunnen opbouwen. Die inkomensstijging geldt zeker niet voor degenen die al langer gepensioneerd zijn. De meeste, ook recente onderzoeken tonen aan dat de gepensioneerden er afgelopen 15 jaar het meest op achteruit gegaan zijn. En dat treft vooral 65-plussers met juist wat meer dan een héél klein aanvullend pensioen. Voor degenen die alleen AOW hadden - en eventueel een klein aanvullend pensioentje - viel het nog mee. Dat komt omdat AOW-uitkeringen grotendeels wel zijn verhoogd om gestegen kosten van levensonderhoud te compenseren. Niemand zal verbaasd zijn dat ook deze groep mensen niet het gevoel heeft dat ze geboft hebben. Rondkomen van alleen AOW is absoluut geen vetpot. Het eigen risico van de zorgverzekering en andere onvermijdbare kosten kunnen er fors inhakken. Korting nog onzeker Veel gepensioneerden moeten inmiddels ook rekening houden met een echte korting van hun pensioen. Of Pensioenfonds PGB de dans kan ontspringen, is nog steeds onzeker. Een eventuele korting kan in de meeste Rondkomen van alleen AOW is absoluut geen vetpot gevallen over tien jaar worden uitgesmeerd, maar het komt wel bovenop het jarenlang niet indexeren. In deze discussie is het ergerlijk dat eraan getwijfeld mag worden of die korting wel absoluut noodzakelijk is. De rente waar de pensioenfondsen mee moeten rekenen, is absurd laag en in ieder geval lager dan de rendementen die de pensioenfondsen daadwerkelijk maken op hun vermogen. Heel misschien wil staatssecretaris de korting uitsmeren over een langere periode: 11 in plaats van 10 jaar, maar dat zet geen zoden aan de dijk. Er zijn nauwelijks landen in de Eurozone te vinden waar pensioenfondsen gedwongen zijn zulke lage rekenrente te hanteren. Ook in Nederland staan steeds meer deskundigen op die pleiten voor een hogere rente of rendement van circa 2,5 à 3 procent. Dat is echt geen potverteren ten koste van de jongeren (die door een korting op hun pensioentoezegging ook getroffen zouden worden). Een wat hogere rekenrente zit nog altijd onder het daadwerkelijk te verwachten rendement. Politieke partijen die beweren dat zulks roofbouw plegen is ten koste van de jonge generatie, maken zich er te gemakkelijk vanaf. Het is daarom goed dat er vanuit wetenschappelijke kring steeds meer weerwerk komt. Onze koepelorganisatie KNVG voert, samen met de andere koepel NVOG, een tweesporenbeleid om de politiek te beïnvloeden. Enerzijds wordt zoveel
mogelijk gefundeerd wetenschappelijk materiaal aangeleverd om het leerstuk van de rekenrente in het juiste perspectief te plaatsen, anderzijds wordt het momentum van Prinsjesdag en de verkiezingen gebruikt om de politieke partijen duidelijk te maken dat er een grote achterban is die ontevreden is. De email-acties hebben behoorlijk impact gehad in Den Haag. Meer nodig De maatregelen die het kabinet nu uit de hoed heeft getoverd voor de ouderen, compenseren het negatieve inkomenseffect alleen voor 2017. Om de groep gepensioneerden structureel fair te behandelen, is er meer nodig. Op gebied van de (aanvullende) pensioenen, maar ook bij andere grote uitgavenposten zoals de zorgkosten. Uit de verkiezingsprogramma’s zal blijken welke partijen op dit gebied goed beleid voeren. Een ‘goed beleid’ is natuurlijk altijd in samenhang met de andere belangrijke onderdelen van een af te sluiten regeerakkoord. Onze KNVG komt nog met een vergelijking van de verkiezingsprogramma’s (Kieswijzer). Werkgroep Ook in eigen kring is een werkgroep in de weer geweest om te kijken wat de mogelijkheden zijn om actie te voeren. Voor een groot deel komen de actiepunten overeen met de zaken die werkgroepen binnen de KNVG hebben ontwikkeld en opgepakt. Vergaande acties als opschorten van betalen ziektekostenpremie of overstappen van een staatsbank naar een andere bank, zitten niet in het KNVG-pakket. De ervaring is toch dat daarvoor onvoldoende mensen zijn te mobiliseren. Bovendien brengt het ook nogal wat gedoe en onzekerheid met zich mee en daar zitten de meeste gepensioneerden niet op te wachten, denkt ook het bestuur van VVG-PGB. Het meest effectief in deze fase van de strijd is de eigen achterban zo breed mogelijk te doordringen van het belang van de verJos van Rijsingen kiezingen. Dat bepaalt mede wat er in de jaren 2018 en verder in het vat zit. Jos van Rijsingen, voorzitter VVG-PGB >>> Zie ook elders in ExPress: Stemadvies van de voorzitter Werkgroep VVG: actie ja, boycot nee Op de Algemene Ledenvergadering in april is besloten tot een werkgroep die zou gaan brainstormen over acties om de publieke opinie te mobiliseren en de politici onder druk te zetten. Na een zeer geanimeerde discussie op 19 juli werden enkele mogelijke acties geformuleerd: 1. Een koopboycot organiseren. Bijvoorbeeld spaargeld weghalen bij (staats)banken of (tijdelijk) niet betalen van wegenbelasting of ziektekostenpremie. 2. Uitbrengen van een stemadvies bij de Tweede Kamerverkiezingen in 2017 3. Bijsturen van beeldvorming. Senioren zijn geen zeurkousen, jongeren draaien niet op voor de pensioenen van ouderen. Twee bestuursleden hebben deze onderwerpen in september meegenomen naar de ledenvergadering van onze koepel, de KNVG. Op een eerdere vergadering had een viertal werkgroepen dezelfde exercitie uitgevoerd als wij. Dat leverde zaken op als een e-mailactie, het opstellen van een kieswijzer en een oproep aan individuele leden om verkiezingsbijeenkomsten te bezoeken. Ook deze werkgroepen constateerden een groot gevoel van onbehagen. Tegelijkertijd werd geconcludeerd dat het moeilijk is mensen massaal in beweging te krijgen. Kieswijzer De e-mailactie is opgepakt én was redelijk succesvol. Aan de kieswijzer (als hulpmiddel voor degenen die daar behoefte aan hebben) wordt gewerkt. Verder kan gemeld dat de KNVG, samen met de NVOG, intensief bezig is met het bewerken van politieke partijen. En er worden gezaghebbende notities gemaakt over de gehanteerde rekenrente en andere belangrijke zaken. Ook is midden oktober een gezamenlijke en dringende oproep aan premier Rutte gedaan om de korting van pensioenen te voorkomen. De KNVG doet dus meer dan op het eerste gezicht lijkt, maar we constateren wel dat de organisatie niet zo bedreven is in het uitdragen naar de eigen achterban van alle activiteiten die worden ondernomen. KNVG-voorzitter Martin van Rooijen heeft toegezegd daar meer werk van te gaan maken. Geen koopboycot Voor een koopboycot of andere ingrijpende consumentenactie was geen draagvlak te vinden, niet omdat men vindt dat dat niet hoort maar omdat dat bij onze achterban eerder voor veel onrust zorgt. Het bestuur van de VVG deelt deze zorg en zal als vereniging hierin niet het voortouw nemen. Thijs Reuder / Jos van Rijsingen 3
‘’Alles wat we als Pensioenfonds PGB doen, schaalvergroting, aansluiting andere sectoren, versterking van de bestuursstructuur, het moet altijd in het belang zijn van de deelnemers en de gepensioneerden. Voor de gepensioneerden is vooral belangrijk dat ze op tijd hun pensioen krijgen en dat het bedrag juist is. Is dat niet het geval, dan zitten we fout. Wat mij betreft hebben we het tot nu toe goed gedaan.’’ ’Alles wat PGB doet moet in het belang zijn van de deelnemers’ Ruud Degenhardt (68) is inmiddels acht jaar voorzitter van wat tot begin dit jaar heette Pensioenfonds Grafische Bedrijven en nu Pensioenfonds PGB. ‘’Ik ben in 2008 op verzoek van het KVGO (de brancheorganisatie voor de grafische sector) werkgeversvoorzitter geworden. In die tijd had je een algemeen bestuur en een dagelijks bestuur. We vergaderden vier, misschien zes keer per jaar een middag, dat was het wel.’’ Maar al snel werd duidelijk dat de grafische sector in hoog tempo bleef afbrokkelen waarmee ook de basis onder het pensioenfonds voor die sector te klein dreigde te worden. ‘’We hebben toen als bestuur bewust gekozen voor schaalvergroting en de deur opengezet voor andere sectoren. Hadden we dat niet gedaan dan hadden we hier nu niet gezeten, het was eten of gegeten worden. Wat mijzelf betreft: het bevalt me nog altijd, ik zie voorlopig geen reden om zelf met pensioen te gaan. Wind mee gehad ‘’We hebben de wind mee gehad, kun je achteraf zeggen. Veel pensioenfondsen hadden het moeilijk en zochten een sterkere basis voor de toekomst. Dat kwam voor een deel door de 4 financiële crisis maar ook doordat de overheid steeds hogere eisen stelde. De laatste jaren heeft een reeks fondsen zich bij ons heeft aangesloten. Eerst kwamen de uitgevers, de kartonnage en de drukinktfabrikanten, sectoren dus die nog wel dezelfde taal spraken als de grafici. Daarna zijn onder meer ook baggeraars, zeevissers en de bloemen- en plantengroothandel bij ons gekomen. Door die grotere schaal kunnen we nu kostenvoordelen behalen en ook in meer en andere categorieën beleggen. We hebben bijvoorbeeld inmiddels voor een miljard aan hypotheken uitstaan.’’ Die expansie is niet altijd gemakkelijk geweest, zegt Degenhardt op kalme toon. ‘’In die tijd was het soms meer dan een fulltimebaan. Ik kreeg eerlijk gezegd thuis ook weleens kritische opmerkingen, dan zat ik weer in mijn zolderkamertje stukken te lezen. Kijk, met die open deur voor andere sectoren werd PGB een directe concurrent voor de verzekeraars. We hebben heel wat serieuze gesprekken met hen gevoerd. Inmiddels regelen we nu de pensioenen voor veertien sectoren. We zijn gegroeid tot één van de grootste pensioenfondsen in ons land, maar wij zijn de enige die zo breed multisectoraal bezig is. Ook dat hebben we weleens moeten uitleggen, zelfs tot in Den Haag aan toe. Nu worden we meestal wel als voorloper gezien, dat geeft een goed gevoel.’’ ‘’Ik kreeg thuis weleens kritische opmerkingen’’ Primaat bij het bestuur Tegelijk heeft PGB ook de governance, de manier waarop het bestuur is georganiseerd, drastisch vernieuwd. Voorheen waren taken en bevoegdheden ondergebracht bij de directie van de uitvoeringsorganisatie, die verantwoording aflegde aan algemeen en dagelijks bestuur. ‘’Wij vonden en vinden dat het bestuur zelf het belangrijkste orgaan moet zijn, daar hoort het primaat te liggen. Dat betekent dat je ook bestuurders moet hebben met de nodige kennis van zaken en ervaring. Bovendien stellen ook de overheid en de toezichthouder tegenwoordig hoge eisen aan de mensen die een pensioenfonds besturen. We hebben nu een bestuur van tien mensen, we zijn gezamenlijk verantwoordelijk maar ieder heeft een IN TERVIEuW
specifiek aandachtsgebied. Zelf had ik in een vorige functie als hoofddirecteur van het GAK ervaring met pensioenen maar ik heb hier toch nog veel extra kennis kunnen opdoen.’’ ‘’Verder zijn we 100-procent eigenaar van de uitvoeringsorganisatie geworden, dat maakt de lijnen korter. Ook is een bestuursbureau opgezet, voor 2011 bestond dat helemaal niet. Wij worden nu als bestuur voortdurend gevoed met informatie, cijfers en dergelijke, om goede besluiten te kunnen nemen. Verder hebben we sterk geïnvesteerd in IT. Wij voeren een groot aantal verschillende pensioenregelingen voor ook nog eens verschillende sectoren en bedrijven uit, daarbij is een uitstekende automatisering onmisbaar.’’ Communicatie van veel belang Veel van de bestuurders zijn ‘professionals’ die zich uitsluitend of vrijwel uitsluitend met pensioen en hun eigen vakgebied bezighouden. ‘’Het is waar dat het risico bestaat dat er een te grote afstand ontstaat tussen de bestuurders en de deelnemers of gepensioneerden. Voorheen waren de lijnen kort, zeker in de grafische branche. Daar was het echt ons kent ons. Daarom hechten we veel belang aan communicatie en relatiebeheer, daar besteden we veel tijd en aandacht aan.’’ Kosten per deelnemer hoog bij PGB Pensioenfonds PGB geeft per deelnemer meer uit aan pensioenadministratie en communicatie dan de grootste pensioenfondsen ABP, Zorg en Welzijn en Metaal en Techniek. Daar staat tegenover dat het vermogensbeheer van PGB veel goedkoper is per euro belegd vermogen dan bij deze grote fondsen. De relatief hoge pensioenbeheerkosten bij PGB worden voor een deel verklaard door de hoge investeringen in automatisering. PGB boekt die kosten af in het jaar van uitgeven. ‘’In een jaar waarin we veel in IT investeren, kunnen de kosten per deelnemer dus hoger uitvallen,’’ legt voorzitter Ruud Degenhardt uit. Over 2015 kwamen de pensioenbeheerkosten uit op 158 euro per deelnemer terwijl ABP vorig jaar 84 euro per deelnemer uitgaf aan pensioenbeheer. Pensioenfonds PGB streeft ernaar deze kosten nog verder omlaag te brengen. Degenhardt: ‘’Wij proberen uiteraard de kosten zoveel mogelijk te beheersen. Overigens kan je het niet goed vergelijken met een pensioenfonds als ABP. Dat is vele malen groter dan PGB waardoor ABP meer van schaalvoordelen kan profiteren en zijn pensioenbeheerkosten over meer deelnemers kan verdelen.’’ ‘’Gelukkig zijn de meeste bestuurders daar goed in, die kunnen uitstekend en begrijpelijk uitleggen waar het over gaat. Daarnaast hebben we ook klantenpanels, sectorcommissies en een raad van werkgevers in de verschillende sectoren. Op al die manieren proberen we contact te houden met de achterban, want dat is ook voor ons erg belangrijk. Dat geldt ook voor de gepensioneerden in onze achterban.’’ Lof voor rol VVG Degenhardt is vol lof over de rol die de VVG tegenwoordig in het Pensioenfonds PGB speelt. ‘’Door de sterke groei is ook het ledental van de vereniging van de gepensioneerden snel toegenomen. Ik meen dat jullie nu een van de grootste in Nederland zijn. De VVG heeft twee leden van ons bestuur voorgedragen, Arnold Verplancke die een sleutelrol speelt in onze communicatie en Tom Vollebergh die verantwoordelijk is voor de IT. Arnold heeft aangekondigd dat hij met pensioen wil gaan, het zal moeilijk worden hem te vervangen. Bovendien heeft de VVG nu drie leden in ons verantwoordingsorgaan. Die laten zich daar regelmatig horen, ze stellen vaak goede, kritische vragen en spelen een actieve rol. Als Pensioenfonds PGB zijn we dan ook zeker blij met een professionele organisatie als de VVG-PGB.’’ Ruud Degenhardt tijdens zijn presentatie op de informatiebijeenkomst van PGB. Ruud Peys 5
Baggerdirecteur Jan de Nul had ik nog bij zijn enkels Baggeraars zijn nooit bang. Nee bestaat niet. Problemen? Zie maar dat je ze oplost. Wie ver van huis is zal zichzelf moeten redden. “Ik heb Jan de Nul nog bij de enkels gehad, de grote Belgische baggerdirecteur. Hij wilde in Wales een werk bezoeken, dicht bij Swansea. We waren bezig de ertshaven van Port Talbot op diepte te brengen. Daar gingen we dan in mijn kleine Ford Anglia. Thuis reed Den Nul een dure Rolls-Royce. De hopper lag hoog op het water. Was leeg. We schoven met de jol langszij. Boven ging de touwladder uit. Kom maar aan boord! Na een paar meter durfde De Nul niet verder. Samen zijn we toch boven gekomen. We hadden zo’n vijftien meter te klimmen. Tree voor tree. Ik hield zijn enkels vast.” Het voorval dateert uit 1975. Remco van de Ven (1943) glimt. “Het mooie van dit vak is dat je met alles en iedereen in aanraking komt. Tuurlijk, het komt voor dat mensen heimwee hebben. Dat het effen niet lukt. Maar nee bestaat niet. Kan ook niet bestaan. Je kunt niet even opbellen en vragen wat je moet doen.” Remco is vrijwilliger in het nationale baggermuseum in Sliedrecht. Enthousiast verzorgt hij rondleidingen in de dijkvilla van waaruit de familie Volker hun baggerimperium tot bloei bracht. De Sliedrechter zorgt voor het in goede banen leiden van de publiciteit, is secretaris van het bestuur. Trots wijst hij naar de scheepsmodellen, machines en historierijke foto’s die een lust zijn voor het oog. Begin jaren zestig telden Sliedrecht en omgeving minstens vijftig baggerbedrijven. Van de 15.000 inwoners werkte een op de tien – allemaal mannen – in de bagger. Je kon nog zonder diploma kapitein op een groot baggerschip 6 Remco van de Ven: “Thuis moest je verkopen dat je weer op pad ging. Er moest dus geld over de brug komen.” Museum in dijkvilla van familie Volker worden. Die tijd is wel veranderd. De baggerbranche maakte een reusachtige ontwikkeling door. Boskalis en Van Oord zijn hypermoderne, kapitaalsintensieve bedrijven die tot in alle uithoeken van de wereld succesvol hun hulp aanbieden. Rusteloos was Remco van de Ven in zijn jonge jaren. Zoals zo vele Sliedrechters wilde hij de wijde wereld in. Na een jaar of vijf werkvoorbereider te zijn geweest bij baggerbedrijf De Klop (opgegaan in IHC) vertrok hij op eigen gelegenheid naar Stockholm. Deed in de Zweedse hoofdstad van alles en nog wat. Na Stockholm kwam het druivenplukken in de Provence. Om voorts via Sliedrecht weer op weg te gaan naar Zweden. Scandinavië trok toch meer dan Frankrijk. “Mijn keuze viel definitief op Zweden. Op doortocht in Sliedrecht kwam ik echter in aanraking met Adriaan Volker Baggermaatschappij. Of ze ook werk voor me hadden? Ze bleken te wachten op iemand met ervaring in de werkvoorbereiding. Na een korte Het Nationaal Baggermuseum in Sliedrecht trekt jaarlijks achtduizend bezoekers. De perikelen rond de Kursk, de Russische atoomonderzeeër die in het poolwater naar de bodem ging, zorgde voor een uitschieter van 12.000 nieuwsgierigen. Het museum telt inclusief bestuur zestig vrijwilligers. Ze geven invulling aan taken als de technische dienst, rondleidingen en informatietechnologie. De vrijwilligers zijn door de wol geverfd. Arie Batenburg, een van hen, zegt: “We werken van plus veertig tot min veertig graden celcius. Van de Noordelijke IJszee tot in de hitte van Irak. Toen de olieprijs begin jaren negentig omhoog schoot werd het rendabel om in de wateren ten noorden van canada te gaan boren en baggeren. In oktober was daar het ijs al weer vijf meter dik.”
vooropleiding ging ik aan de slag in het Europoortgebied, later op de Eerste Maasvlakte. Ook buitenlandse werken kwamen voorbij. In Engeland, Duitsland en Perzië. Ik begeleidde veel werk vanaf de wal. Dan is het handig dat je een goede kennis van de schepen hebt.” Je vertrok voor een dag of tien naar Engeland. De periode bleek dan op te lopen tot drie maanden of langer. Wie baggert weet niet zo precies wat hij tegen zal komen. “Het werken in het buitenland viel niet onder de CAO. Er werd je een contract aangeboden voor de duur van het project. Dat betekende onderhandelen, stevig in je schoenen staan. De werkgever wist voor hoeveel hij het werk aangenomen had. Jij moest thuis verkopen dat je weer op pad ging. Dus moest er geld over de brug komen. In fases van weinig werk viel minder te onderhandelen. Een kwestie van vraag en aanbod. Je was in die jaren zo’n beetje je eigen ondernemer. Tegenwoordig is vrijwel alles via de cao geregeld. In Europa geldt vier weken uit, vier weken thuis. Buiten Europa vertrek je voor zes weken.” Van de Ven maakte de snelle ontwikkeling van de baggerindustrie aan den lijve mee. Automatisering zorgt dat de bemanningen van de schepen in aantal met de helft geslonken zijn. Zelf stapte hij over naar de politiek. Bekleedde 16 jaar het ambt van wethouder. Waakte in die functie over economie, vervoer en zelfs even onderwijs. Natuurlijk in Sliedrecht. “In 2010 ben ik gestopt. Sindsdien stop ik een halve dagtaak als vrijwilliger in het museum. In Nijs Baan – hij is al ver in de tachtig – hebben we een geweldige modellenmaker. De grootste slaapkamer van zijn huis is zijn werkkamer. Dankzij hem hebben we schaalmodellen van de grote overstromingen in 1953, de Oosterscheldekering en de Maeslandkering. Het museum heeft nauwe banden met de grote baggerbedrijven. Opdrachtgevers als Rijkswaterstaat en mensen van de universiteit in Delft zijn hier kind aan huis.” Theo leoné Het Nationaal Baggermuseum is gehuisvest in de dijkvilla van de familie Volker. Het Nationaal Baggermuseum te Sliedrecht is gevestigd in een monumentale dijkvilla van de befaamde baggerfamilie Volker. Aan de Molendijk 204-208. Telefoon: 0184-414166. Internet: www.baggermuseum.nl. Openingstijden: dinsdag tot en met vrijdag van 14.00 tot 17.00 uur. Zaterdag van 11.00 tot 17.00 uur. Op officiële feestdagen is het museum gesloten. Buiten de normale openingstijden is op afspraak bezoek mogelijk voor groepen. Het museum is toegankelijk voor rolstoelgebruikers. Voor 65-plussers geldt een gereduceerd tarief van 4 euro. Bezitters van een museumjaarkaart hebben gratis toegang. Op vertoon van het blad Express krijgen leden van VVG-PGB een gratis kopje koffie met een baggermolenkoekje. Modelvaart in de vijver van het baggermuseum. 7
Het aantal onderwerpen dat de revue passeert tijdens een informatiebijeenkomst van Pensioenfonds PGB lijkt haast oneindig. Het belangrijkste onderwerp voor de VVG, het al dan niet korten op de pensioenen kwam tijdens de recente meeting in Nunspeet vanzelfsprekend ook aan de orde. ‘’Begin volgend jaar weten we de dekkingsgraad van 31 december 2016. Op grond daarvan moeten we volgend jaar in het bestuur Van Brexit tot de ondernemingsraad en van bladeren op de rails tot kernenergie een besluit nemen. Ons uitgangspunt is in ieder geval om, als er een verlaging nodig mocht zijn, dat op basis van solidariteit te doen en gelijkwaardig te verdelen over onze achterban: actieve deelnemers, slapers en gepensioneerden,’’ aldus bestuurslid Peggy Wilson. Brexit is een van de onderwerpen die volgens voorzitter Ruud Degenhardt leidt tot onrust in de financiële wereld en daarmee rond de pensioenen. De voor de beleggingsportefeuille van PGB belangrijke aandelenkoersen daalden daags na het Britse besluit om uit de EU te treden fors hoewel de beurzen sindsdien de opgaande lijn duidelijk weer te pakken hebben. Ook de extreem lage rente maakt het leven van pensioenbestuurders dezer dagen niet makkelijk, aldus Degenhardt. ‘’Die onrust ligt buiten de fondsen. Ik denk ook dat die onzekerheid nog wel een tijdje zal duren.’’ Kernenergie ’’Kernenergie komt dan weer aan bod als het gaat om maatschappelijk verantwoord beleggen, een onderwerp waarnaar PGB een onderzoek onder 8 de deelnemers heeft gehouden. Een meerderheid is wel voor duurzaam investeren maar dat moet dan liever niet ten koste gaan van het rendement op de beleggingen en uiteindelijk dus van het resultaat,” legde Arnold Verplancke, bestuurder namens de gepensioDe helft van de neerden, uit. ‘’Aandelen kopen in bedrijven die sigaretten of wapens maken, willen de PGB-deelnemers echter liever niet’’. De deelnemers zijn er ook wel voor dat PGB bij het beleggen meer risico neemt om zo, als ‘t lukt, hogere resultaten te boeken maar opnieuw zou dat niet te veel afbreuk mogen doen aan wat er uiteindelijk aan pensioen kan worden uitbetaald. Waardering Verplancke liet ook zien dat PGB een sterke relatie heeft met de achterban. Gepensioneerden waarderen het fonds gemiddeld met een 7,6 maar bij deelnemers en slapers blijft dat steken op 6,7. ‘’Bij gepensioneerden scoren we beter dan landelijk (7,3), maar bij deelnemers is het minder dan het landelijke cijfer van 6,8. Vooral bij nieuwdeelnemers denkt dat hun pensioen bij PGB in goede handen is komers in PGB blijft de waardering wat achter, daar gaan we de komende tijd verder aan werken.’’ Bert Coenradie had de taak om uit te leggen dat de premie voor de basispensioenregeling volgend jaar waarschijnlijk omhoog zal moeten van 21,5 naar 24 procent. Het bestuur heeft als uitgangspunt een geleidelijke verhoging met maximaal 2 procentpunten per jaar, maar komt nu toch met een iets hoger cijfer. ‘’Zelfs dat is niet voldoende om financieel volledig rond te komen maar we gaan ervan uit dat Pensioenfonds PGB behoort inmiddels tot de grootste pensioenfondsen in Nederland. Het fonds telt rond de 300.000 deelnemers waarvan 72.000 gepensioneerden. Bij PGB zijn 2.400 werkgevers aangesloten, dat is 400 meer dan in 2014. Het belegd vermogen is inmiddels opgelopen tot meer dan 23 miljard euro.
dat op de lange termijn wel weer recht zal trekken.’’ Een dergelijke verhoging heeft overigens maar een minimaal effect op de dekkingsgraad, rond de 0,2 tot 0,3 procent. Stelsel één van de beste Het jongste bestuurslid van het PGB, Jochem Dijckmeester, die vroeger bij NS werkte en zich dan moest verdedigen voor problemen door vallende bladeren op de rails, poneerde de stelling dat het vaderlandse pensioenstelsel tot één van de beste ter wereld behoort. Dat blijkt ook telkens weer uit vergelijkende internationale onderzoeken. ‘’Als Dagvoorzitter Arnold Verplancke aan het woord. Jochem Dijckmeester: ‘We hebben een pensioenstelsel om trots op te zijn, maar helaas wordt dat niet door iedereen zo ervaren.’ ik in de kroeg ben, hoor ik vaak het bekende verhaal dat er straks niets meer over is voor jongeren. Ik probeer dan het stelsel toch maar te verdedigen. Hoe meer je er van weet, hoe beter je het waardeert.’’ Wat Dijckmeester, net als zijn medebestuursleden, regelmatig hoort is dat de premie die de actieve deelnemers betalen wordt gebruikt voor het uitbetalen van de huidige pensioenen. Uit een stemming in de zaal zelf, waar toch menig pensioendeskundige aanwezig was, bleek zelfs dat één op de drie aanwezigen datzelfde veronderstellen. ‘’Hoe vaak we ook roepen dat het niet zo is en dat de premie die je betaalt wordt weggezet voor je eigen pensioen, we krijgen dat misverstand niet uit de wereld. Dat misverstand is ook de voornaamste reden dat er rond de pensioenen zoveel wantrouwen heerst tussen de generaties,’’ stelde Verplancke. Ruud Peys 9
Best bezochte ledenvergadering ooit Er zit aardige groei in het ledenbestand van de VVG. Zo’n 300 leden bezochten dit voorjaar de Algemene ledenvergadering die in de Flint in Amersfoort werd gehouden. Het werd daarmee de beste bezochte ledenvergadering ooit van onze vereniging. Dag- en vicevoorzitter Hans Brader dacht dat de grote opkomst wellicht ook te maken had met het beschikbaar stellen van gratis treinkaartjes. Hij meldde tevens dat scheidend voorzitter Victor Doorn om medische redenen helaas niet aanwezig kon zijn. Meer invloed Vaste programma onderdelen waren de notulen en het verslag van scheidend secretaris Frits Lahnstein. Vanwege de forse groei van het aantal leden tot ongeveer 12.000 zijn de statuten aangepast zodat het bestuur ook in aantal versterkt kan worden. De groei vertaalt zich ook in grotere aantal afgevaardigden (van 2 naar 3) in het Verantwoordingsorgaan van Pensioenfonds PGB. Ook binnen de Koepelorganisatie KNVG kan onze invloed in de toekomst aan kracht winnen. KNVG werkt weer samen met de NVOG en samen vertegenwoordigen ze 110.00 leden, hetgeen vooral in de richting van de politiek van betekenis is. Penningmeester Piet Rietkerk en het bestuur werden op voorspraak van de kascommissie (Lou v.d. Hoeven) decharge verleend. De penningmeester kon nog melden dat de reeds verlaagde contributie gehandhaafd blijft op 75 eurocent per maand, €9 per jaar dus. Waardering Hans Brader sprak in warme bewoordingen zijn waardering uit voor Victor Doorn die in de afgelopen zes jaar 10 door doortastend leiderschap veel tot stand heeft gebracht. Tevens werd de secretaris bedankt voor vijf jaar inzet voor VVG-PGB. Wat betreft de bestuursverkiezing werd de door het bestuur voorgedragen kandidaat, Jos van Rijsingen, bij acclamatie gekozen. Hij stelde zich op verzoek van Hans Brader zelf voor en wist direct het heikele onderwerp van de rekenrente aan te roeren. Een nieuwe secretaris was tijdens de bestuursvergadering nog niet in beeld. Presentaties Geer Meershoek vertelde over de uitkomsten van de onder de leden gehouden enquête die door 1500 leden was ingevuld. Bestuurslid Thijs Reuder informeerde de aanwezigen over de plannen om meer services voor de leden te ontwikkelen, zoals voordelige verzekeringen. Presentaties door Harold Clijsen, Hoofd Beleggingen PGB/Timeos en Arnold Verplancke, bestuurder Pensioenfonds PGB, vulden het tweede deel van de vergadering. Rondvraag In de rondvraag werd gepleit voor meer spraakmakende acties richting de politiek. Afgesproken is dat een werkgroep zich hier verder over zal buigen. Meer hierover vindt u in het artikel van voorzitter Jos van Rijsingen elders in dit blad.
Gepensioneerden voelen zich thuis bij Pensioenfonds PGB. Ook dent pensioen bij PGB in goede handen is. In een ehouden groot onderzoek door Zegwaart consultancy geven de pensioen genieters ons fonds het cijfer 7,6, een ruime voldoende dus. En nog wat royaler dan gepensioneerden van andere fondsen zijn. Stemadvies van de voorzitter Nog wat cijfers om de moed erin te houden: De kwaliteit van de voorlichting van PGB vinden de gepensioneerden een 7,7 waard. En dat is echt niet omdat PGB alles nog per post en op papier verstuurt. De digitale mogelijkheden worden gretig gebruikt en uitbreiding van deze diensten mag op warme instemming rekenen. Slechts 27 procent van de gepensioneerden ziet niks in online chatten met het fonds (van alle PGB-klanten is dat percentage maar 7 procent lager). Een interactief web-seminar (webinar) is voor 62% een góede optie (algemeen 66%) en push up berichten om te worden geattendeerd op een nieuwtje of brief van PGB gaan er bij 92% (!) van de senioren wel in. Het onderzoek van Zegwaart is bedoeld om de risicobereidheid bij actieve deelnemers, slapers en gepensioneerden van Pensioenfonds PGB vast te stellen. Mede aan de hand van de uitkomsten kan besloten worden om meer of minder risico te nemen bij het beleggen van de ingelegde premies. Over de resultaten van dit onderzoek zal ongetwijfeld al het nodige gecommuniceerd zijn door PGB. Sommige uitkomsten zijn bijna schokkend te noemen. Zes van de tien deelnemers en slapers (60%) denken dat hun ingelegde premies worden gebruikt om de pensioenen van de huidige gepensioneerden op te brengen. Geen wonder dus dat veel jongeren bang zijn dat er geen geld meer in de pot zit als zij de pensioenleeftijd hebben bereikt. Maar het is pertinent niet waar! De pensioenpremies worden weggezet en gebruikt om de eigen, persoonlijke pensioentoezegging waar te kunnen maken. Ander hardnekkig misverstand. Veel, vooral jongere, pensioendeelnemers denken dat ze beter af zijn als hun geld op een veilige spaarrekening wordt gezet. Het tegendeel is waar. Dankzij het feit dat er belegd wordt en er meer rendement wordt gemaakt, zal de uitkering aan het eind van de rit drie tot vier keer hoger zijn dan de optelsom van alle ingelegde premies. Het kan zijn dat de uiteindelijke uitkomst iets tegenvalt door niet indexeren of zelfs korten, maar dan nog staat er uiteindelijk een flinke pot met geld te wachten. Voor het pensioenfonds ligt hier dus een enorme uitdaging om de communicatie naar vooral de actieve deelnemers te verbeteren. Het is overigens geen probleem van PGB alleen. Uit onderzoek van de Pensioenfederatie blijkt dat driekwart van de werknemers in Nederland denkt dat ze dokken voor de pensionado’s van nu. Als dit misverstand de wereld uitgeholpen kan worden, zal het vertrouwen in de pensioenfondsen er een stuk van kunnen opknappen. De misvatting over de bestemming van de ingelegde premies verklaart voor een deel het sentiment over ‘klagende oudjes’ en ‘rupsjes nooit genoeg’. “Wij werken ons het apenzuur voor hun pensioenen en wij weten niet eens of we later zelf nog wat hebben”, hoor je de jongere medemensen zuchten. En dat is dus niet terecht. Werkenden draaien wél op voor de AOW-uitkeringen die nu worden uitbetaald, maar daarvan wordt tegenwoordig ook een flink deel bijgestort uit de algemene financiële middelen van de overheid. Daar dragen gepensioneerden hun steentje gewoon aan bij. Natuurlijk kunnen er tegenstrijdige belangen zijn. Als fondsen nu te royaal zouden indexeren of te weinig korten, zou het risico kunnen bestaan dat in een verdere toekomst harder moet worden ingegrepen. Om dit te voorkomen, gelden er strenge regels waar het pensioenfonds zich maar aan te houden heeft. Eigenlijk zouden de renteregels (of liever gezegd rendementregels) wat soepeler kunnen worden, maar het is aan toezichthouder De Nederlandsche Bank en de politiek om daar beslissingen over te nemen. De politieke partijen zijn dezer dagen niet uit de media weg te branden en dat zal nog wel even duren. In ieder geval tot verkiezingen op 15 maart volgend jaar. Daarna krijgen we de zeker zo belangrijke kabinetsformatie met de hamvraag of dit al voor 2018 tot veel nieuw beleid leidt. Sommige uitkomsten zijn bijna schokkend te noemen Voor komend jaar (2017) heeft het kabinet geprobeerd de angel uit de koopkrachtplaatjesdiscussie te trekken. Met veel plak- en knipwerk worden de meeste 65-plussers min of meer ontzien. Of dat voldoende is - en op tijd! - om het gevoel te compenseren dat men jarenlang achteruit is geboerd (meer dan andere groepen Nederlanders) is maar zeer de vraag. De meeste politieke partijen hebben hun plannen voor de verkiezingen al naar buiten gebracht. PVV, SP en 50Plus zijn heel duidelijk als het om de senioren gaat en vooral de club van Henk Krol lijkt daar volgens de peilingen voor beloond te gaan worden. Mocht het zo zijn dat de partij van Geert Wilders niet acceptabel wordt gevonden om mee te regeren, dan stijgen de kansen voor 50Plus om punten te verzilveren. Ook interessant is wat andere partijen in petto hebben op gebied van zorgkosten en pensioenen. Koepelorganisatie KNVG zal tijdig met een programmavergelijking komen zodat iedereen dat kan meenemen bij zijn of haar standpuntbepaling. Mijn advies aan alle senioren: ga stemmen! 11
‘Koopkracht gepensioneerden structureel verbeterd’ Niet-werkenden, waaronder gepensioneerden en uitkeringsgerechtigden, profiteren inmiddels mee van het economisch herstel. Vooral werkenden gingen erop vooruit door stijgende lonen, lagere pensioenpremies en de verlaging van lasten op arbeid. In het voorjaar werd nog verwacht dat niet-werkenden er in 2017 overwegend in koopkracht op achteruit zouden gaan. De koopkracht van deze groepen heeft steeds aandacht en inzet gevraagd van het kabinet. Voor 2017 zorgt het inkomensbeleid van het kabinet ervoor dat ook uitkeringsgerechtigden en gepensioneerden meeprofiteren van de verbeterde economische situatie. Dat schrijft de regering in de Miljoenennota voor 2017. De plannen bevatten een aantal elementen die voor gepensioneerden van belang zijn. Ouderenkorting De ouderenkorting in de inkomstenbelasting gaat omhoog van € 1.187 naar € 1.292. Volgens het kabinet wordt daarmee de koopkracht van pensioengerechtigden structureel verbeterd. Die korting geldt alleen als de totale inkomsten niet meer bedragen dan € 36.057. Komt het totale inkomen hoger uit, dan is de ouderenkorting niet meer dan 71 euro, dat is 1 euro hoger dan in 2016. Verder worden de grenzen voor de schijven in de inkomstenbelasting voor AOW-gerechtigden verlengd. Tegelijkertijd gaan de heffingspercentages omhoog. Het tarief in de tweede én in de derde schijf gaat met 0,40% omhoog naar resp. 22,90 en 40,80%. Aan de andere kant gaat de inkomensafhankelijke bijdrage voor de Zorgverzekeringswet (Zvw) voor gepensioneerden omlaag van 5,5% naar 5,4% Zorgverzekering Het eigen risico voor de zorgkosten blijft in de plannen van het kabinet € 385 per persoon. Wel is het zo dat de zorgverzekering waarschijnlijk tot tien euro per maand duurder wordt. De zorgtoeslag gaat met maximaal 2 euro per maand omhoog. De basisverzekering wordt iets uitgebreid, onder meer met fysiotherapie bij ‘etalagebenen’ en plastische chirurgie. De eigen bijdrage voor de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) gaat fors omlaag. Dat kan in sommige gevallen, met name voor alleenverdieners met een chronisch zieke partner, een voordeel opleveren van bijna €1.400 per jaar. De huurtoeslag gaat voor bijna iedereen omhoog met zo’n €10 per maand. Belastingvrij schenken Ook in 2017 is het weer toegestaan om maximaal € 100.000 belastingvrij te schenken aan iemand tussen de 18 en 40 jaar die het geld gebruikt voor de aankoop, verbetering of onderhoud van de eigen woning. Andere doeleinden die voldoen aan de voorwaarden zijn aflossing van de eigenwoningschuld of een restschuld van een verkochte eigen woning of afkoop van erfpacht. De ontvanger hoeft geen zoon of dochter te zijn, het hoeft zelfs geen familie te zijn. Pensioenstelsel Het pensioenstelsel heeft een onderhoudsbeurt gehad. De versnelde verhoging van de AOW-leeftijd en de Wat betekent de Miljoenennota 2017 voor ouderen en Het woord pensioen komt in de Troonrede niet voor. Wel is er toegezegd dat er gewerkt wordt aan koopkrachtherstel van ouderen. Hoe dat precies gaat gebeuren is nog niet duidelijk. De AOW-leeftijd gaat niet terug naar 65 jaar. Er zijn geen plannen om de AOW te verhogen en er zijn geen concrete plannen gepresenteerd om iets te doen aan het korten op pensioenen. Toch gaat men in gelekte koopkracht12 plaatjes ervan uit dat de gepensioneerden er 0,7% op vooruit gaan. Ouderenbond UnieKBO vindt het te weinig: "Ouderen doen het niet voor een klein plusje." De afgelopen jaren hebben met name gepensioneerden flink ingeleverd en daarom zou er nu meer gedaan moeten worden. 50Plus noemde de Troonrede 2016 in een eerste reactie 'beschamend'. RTLZ becijferde dat gepensioneerden er in 2017 gemiddeld 160 euro op vooruit gaan. Het Nibud becijferde al dat dit gemiddelde zeker niet voor iedereen geldt: een deel van de gepensioneerden gaat er zelfs op achteruit. Als het kabinet alles bij het oude had gelaten, zouden ouderen er 230 euro op achteruit gaan. De koopkracht van ouderen wordt nu met 390 euro gerepareerd. Onder meer door de 200 miljoen euro extra die het komende jaar voor de zorgtoeslag wordt
Premier Mark Rutte in Vak K tijdens de voortzetting van de Algemene Politieke Beschouwingen, die traditioneel volgen op Prinsjesdag. Foto: ANP Remko de Waal aanpassing van het fiscale kader voor de aanvullende pensioenopbouw hebben de financiële houdbaarheid van het pensioenstelsel volgens het kabinet verbeterd. ‘’Door modernisering van het Financieel Toetsingskader (FTK) voor pensioenfondsen worden de gevolgen van financiële schokken bovendien beter gespreid en eerlijker verdeeld tussen generaties.’’ Door de lage rente, de stijgende levensverwachting en de effecten van de krediet- en schuldencrisis staat de financiële positie van pensioenfondsen echter toch onder druk. Er is behoefte aan een transparanter pensioenstelsel, gepensioneerden? uitgetrokken. Dat geld zou voor een groot deel bij ouderen terecht moeten komen. Bovendien gaat volgens de Miljoenennota 2017 onder meer de ouderenkorting omhoog. Dit levert AOW-gerechtigden een fiscaal voordeel op. De ouderenkorting gaat in 2017 naar €1.292 voor pensioengerechtigden met een inkomen tot €36.057. Wie een hoger inkomen heeft, moet het doen Ouderenkorting 2016 Verzamelinkomen hoger dan - € 35.949 € 35.949 - met een ouderenkorting van €71. Belastingtarieven: omhoog De belastingtarieven voor gepensioneerden gaan volgend jaar iets omhoog: met 0,4% in de tweede en derde schijf. Al waarin duidelijk is voor mensen wat de waarde is van hun pensioen, wat de risico’s zijn, en hoe ze die risico’s delen met andere deelnemers. Pensioenen De pensioenen zelf komen in de Miljoenennota nauwelijks aan de orde gekomen. Dat komt doordat het onderwerp nog volop in behandeling is. Staatssecretaris Klijnsma van SZW hoopt in november met een standpunt te komen over de situatie bij de pensioenfondsen, de dreigende kortingen en eventuele mogelijkheden die te compenseren. Zij heeft echter al gezegd dat op dat laatste weinig kans is. Klijnsma bekijkt onder meer of de hersteltermijn die pensioenfondsen krijgen om hun financiële positie weer op orde te brengen verlengd kan worden van 10 naar 11 jaar. De fondsen zouden dan de kortingen ook over die iets langere periode uit kunnen smeren. Klijnsma wil, volgens haar laatste brief over de pensioenen nog altijd niets weten over veranderingen in de rekenrente die een doorslaggevende rol speelt bij het vaststellen van de dekkingsgraden. Ruud Peys De ouderenkorting is nu: Verzamelinkomen Ouderenkorting niet hoger dan € 1.187 € 70 deze maatregelen bij elkaar betekenen dat ouderen met een fors pensioen bij de 10 procent van de bevolking horen die er in 2017 niet op vooruit gaat. Bron: Belastingplan 2017 13
Joop Jansen (1951) is poortwachter van de rooms-katholieke begraafplaats in Zutphen. Met zijn vrouw bewoont hij een rijksmonument. De oude stad is amper een paar honderd meter verwijderd. Achter de poort ontvouwt zich een fraai park met een kleine achthonderd voor altijd wel iemand bijzondere graven. Nee, een echte tuinman was de in Ruurlo geboren graficus nooit. Wel een vakman. Eigenwijs als de pest natuurlijk. Want wie zijn beroep verstaat, laat het werk toch niet verknoeien door de chef? Poortwachter Jansen leeft op van verhalen onder de stenen “Je bent vakman. Dat kun je niet loslaten. Begin van de eeuw ben ik vanwege reuma vervroegd aan het arbeidsproces onttrokken. Je komt thuis te zitten. Valt in een groot diep gat. Wat moest ik doen? Ik liep met mijn ziel onder de arm. De muren kwamen op me af.” Het grootste deel van zijn werkzame leven was Jansen actief binnen drukkerij Thieme. Via het leerlingstelsel kwam hij op 19 september 1966 binnen om in het nog loden tijdperk opgeleid te worden tot letterzetter. “Na lood kwam offset. Thieme was een sociaal bedrijf. Iedereen werd zo goed mogelijk omgeschoold. Welke nieuwe functie past iemand het beste? In 1996 werd het familiebedrijf overgenoJoop Jansen: “Ineens wordt je vakmanschap niet meer gewaardeerd. Je valt in een diep gat.” men. Kwam uiteindelijk in handen van PCM. Ik heb nog een paar jaar elders gewerkt.” Dan valt het werk ineens weg. Wat nu? “Om de hoek in Zutphen was het grafisch museum. Mijn vrouw adviseerde: waarom ga je daar niet heen? Ik werd afgewezen. Was te jong. Paste niet in het team. Daar zit je dan met al Niets is zeker in het aardsche leven, wat heden mijn lot is kan morgen het uwe wezen je kennis. Je vakmanschap wordt niet meer op prijs gesteld. Zucht. Wel heb ik van de ervaring met het grafisch museum een belangrijke les geleerd. Iets wat je niet moet doen als organisatie Het verhaal onder de steen. Dat is de werktitel van het boek dat Joop Jansen wil uitbrengen over de graven in zijn achtertuin. Tal van geschiedenissen heeft hij al opgetekend. Zoals over een voorganger in het poortgebouw die met de kroegbaas aan de overkant eieren ruilde voor flessen jenever. Woorden gaan ook naar de vroedvrouw op haar Vespa die steevast bleef mee-eten en na de geslaagde bevalling graag een borrel dronk. Wanneer het boek uitkomt? Misschien in 2017, wellicht in 2018 of ook wel later. Want Jansen vindt onder zijn stenen steeds weer nieuwe verhalen. 14
met veel vrijwilligers is verstarren. Zorg dat je constant blijft vernieuwen, trek voortdurend nieuwe mensen aan.” Het vrijwilligerswerk voor de begraafplaats kwam toevallig op Jansens pad. Hij ging regelmatig met moeder in de rolstoel naar het kerkhof. Mooi dat mensen een plek hebben om te herdenken. Een plaats om rustig de gedachten weer op een rij te zetten. “In een blaadje las ik dat ze voor de begraafplaats vrijwilligers zochten. Zo’n tuinman was ik niet. Maar zocht wel een klus die kan rusten als de handen even niet willen. Geen haastwerk dus. In 2004 begon ik bij de onderhoudsploeg. Van blad harken tot gras maaien, alles komt op je pad.” In 2008 stond het poortgebouw leeg. De laatste bewoners waren in de jaren negentig vertrokken. Het rijksmonument dreigde te vervallen. Wie zou het gebouw opknappen? De gemeente of de kerk met zijn vrijwilligers? Aanvankelijk lag het niet in de bedoeling om van het gebouw weer een woning te maken. Laatste functie was een soort kantine. Gaande het proces tot restauratie veranderden de inzichten. Poortgebouw uit 1902. Op de begraafplaats van poortwachter Jansen vinden jaarlijks tien tot twaalf teraardebestellingen plaats. Sinds het begin van de negentiende eeuw gingen misschien wel vijfduizend Zutphenaren hun laatste weg naar het terrein. In beheer zijn zeven- tot achthonderd graven. Een groep van vrijwilligers zorgt voor het onderhoud en levert hand- en spandiensten bij de uitvaarten. “Op een dag verdween het lood van het dak. Die ene keer was ik blij met het dievengilde. Een discussie kwam op gang om het poortgebouw weer bewoonbaar te maken. Dan ontvang je huurpenningen en ontstaat een stuk controle. Maar ja, wie wil nou graag op een begraafplaats wonen?” Jansen had stilletjes wel oren naar een verhuizing. Tjonge, een poortgebouw. Dat was nog eens iets anders dan het appartement waar hij woonde. “Met wat smoezen heb ik mijn vrouw meegenomen. Vroeg op gegeven moment: zou je in zo’n huis willen wonen? Waarom ook niet. We willen hier nooit meer weg.” De Jansens betrokken het poortgebouw in 2009. Van de begraafplaats werd een kleine tuin afgesnoept. Je moet toch ook een stukje grond privé kunnen gebruiken. “Doordat wij in het poortgebouw gingen wonen, veranderde mijn functie. Je wordt vraagbaak. Officieel ben ik assistent-beheerder. De stadsdichter noemde mij poortwachter. Steenhouwers informeren waar ze moeten wezen. Handig. Want ik ken als weinig anderen de weg. Bezoekers komen met hun vragen. Je probeert ze dan zo goed mogelijk te helpen. Eerste vraag: is de persoon katholiek? Anders moeten ze aan de overkant zijn op de protestantse begraafplaats. Wie na 1969 overleden is vindt zijn laatste rust waarschijnlijk op de nieuwe Oosterbegraafplaats.” Theo leoné 15
VGEO blij met deelname voorzitter Henk van der Rijst in VVG-PGB De leden van belangenvereniging Gepensioneerden Elsevier Ondernemingen (VGEO) besloten al unaniem zich aan te sluiten bij de VVG-PGB. Daarmee kozen ze tijdens hun jaarvergadering ook voor het behoud van de eigen belangenvereniging. Vooral om zo hun jaarvergadering, uitstapjes, onderlinge contacten en eigen VGEO- Nieuwsbrief veilig te stellen. Tijdens dezelfde ledenvergadering nam Henk van der Rijst de voorzittershamer over van zijn voorgangster Henny Wijnands. Dat Henk nu ook in het bestuur VVG-PGB is opgenomen maakt de overstap voor VGEO compleet. VGEO bestaat inmiddels 22 jaar. Mede-oprichter Ton Boogers vond in het begin bij de toenmalige directie van Elsevier geen enkele medewerking voor het oprichten van zo’n belangenorganisatie. Niettemin lukte het. Dankzij vasthoudendheid en solidariteit van gepensioneerden wist de organisatie binnen enkele jaren honderden gepensioneerde leden en enkele donateurs te werven afkomstig uit de Elsevier-uitgeverijen en met name de Amsterdamse vestiging. De volgende stap was vertegenwoordiging van de Elsevier- gepensioneerden binnen de inspraakorganen. VGEO spande zich in goede vertegenwoordigers te vinden. Voordat dit bij wet werd afgedwongen was Pensioenfonds Stichting Elsevier Ondernemingen (SPEO) met de vertegenwoordiging door gepensioneerden een koploper. Afscheid van ondernemingsfonds VGEO-lid Henk van der Rijst werd in september 2013 met grote meerderheid namens de Elsevier-gepensioneerden als bestuurslid gekozen voor het 16 pensioenfonds. De toenmalige Stichting Pensioenfonds Elsevier Ondernemingen (SPEO) verkeerde al in zwaar weer. Er waren bij Elsevier al twee kortingen op de pensioenen doorgevoerd. Henk liet in het Fonds tot zijn opheffing een belangrijke stem horen. Hij bouwde tijdens zijn loopbaan in de uitgeverijwereld op hoog niveau een brede ervaring op, ook op pensioengebied. Van der Rijst zag als grootste bedreiging voor pensioenfondsen dat de beleggingsresultaten achterblijven en overheden proberen met een lage rente de economie de stimuleren. Vooral dit laatste heeft nog steeds onverminderd invloed op de dekkingsgraden. De bereidheid van de Reed-Elsevierdirectie om het fonds nog extra financiële steun te verlenen was de laatste jaren minimaal. De voortekenen wezen erop dat Elsevier het Fonds wilde afstoten. Daardoor wankelde het vertrouwen van veel Elseviergepensioneerden ernstig in hun ondernemingspensioenfonds. Het lijkt er op dat zij de uiteindelijke keuze voor het pensioenfonds PGB als de meest verstandige ervaren. Het feit dat PGB nog steeds uitgeversbloed in de aderen heeft draagt hieraan bij. Meepraten Het is niettemin wel wennen voor de VGEO-leden en Elsevier-gepensioneerden dat zij nu niet langer via een rechtstreekse vertegenwoordiging kunnen Er waren bij Elsevier al twee kortingen op de pensioenen doorgevoerd meepraten over het Fondsbeleid. Ditzelfde geldt uiteraard voor de werknemers bij Reed Elsevier. Bij SPEO praatten de gepensioneerden uitgebreid mee over het te voeren beleid. Ze hadden zitting in de deelnemersraad, het verantwoordingsorgaan alsmede het fondsbestuur. Bij een bedrijfstakpensioenfonds als het PGB kan dit hooguit nog in bescheiden mate. Daar zullen de Elsevier-vertegenwoordigers dus mee moeten leven. Het is niettemin een flinke stap vooruit dat VGEO-bestuurslid Henk van der Rijst nu ook zitting neemt in het bestuur van VVG-PGB. Zodoende kan ook een snelle uitwisseling van beleidsinformatie plaatsvinden naar en vanuit de VGEO. Harry Nijhuis
Polderen over nieuw pensioen stelsel Het was een bont gezelschap van jongeren, gepensioneerden (ook enkele van de VVG), vakbondsleden, werkgeversvertegenwoordigers en wetenschappers dat zich woensdag 13 oktober in Den Haag boog over de plannen voor een nieuw pensioenstelsel. In het heilige der heilige van het Nederlandse polderoverleg - het gebouw van de Sociaal-Economische Raad - waren zo’n 75 geïnteresseerde betrokkenen bijeen gekomen om te laten horen hoe zij tegen de laatste variant van de SER aankijken: een persoonlijk pensioenvermogen met collectieve risicodeling. Transparant Deze variant houdt in dat het opgebouwde pensioenvermogen voor iedere deelnemer apart wordt bijgehouden. Dat is heel transparant. Dan kan bij dezelfde premie ook een opbouw worden gerealiseerd die past bij de leeftijd (jongere deelnemers meer, oudere minder) en het opgebouwde pensioen kan makkelijk worden meegenomen bij baanwisseling of keuze voor een meer zelfstandig bestaan. ‘Collectieve risicodeling’ betekent dat er nog wel een paar gevaren gezamenlijk worden getackeld, namelijk het beleggingsrisico (voor tegenvallende rendementen wordt een gezamenlijke buffer gevormd) en het lang- en kortlevenrisico. De kosten van stijgende leeftijd van overlijden worden gezamenlijk gedeeld en bij iemand die relatief jong overlijdt is er nog wel wat voor de nabestaande. Pech- en gelukgeneraties De SER heeft deze variant in mei dit jaar gelanceerd, maar de voor- en nadelen zijn nog onvoldoende uitgewerkt. Daar is de Raad nu mee bezig. De input van de dialoogbijeenkomst van 13 oktober wordt daar bij gebruikt. De discussies aan een zestal tafels verliep uitermate geanimeerd. Het letterlijk en figuurlijk rond de tafel zetten van mensen van verschillende leeftijd en achtergrond werkte erg goed. Althans, er werd minder gepraat vanuit het eigen belang en aan de meeste tafels werd gepleit voor het delen van de risico’s. Ook mag het invoeren van een nieuwe systematiek er niet toe leiden dat er ‘pech-’ en ‘gelukgeneraties’ ontstaan. Tenslotte werd in de meeste groepen ook aandacht gevraagd voor de ZZPers. Die moeten in het nieuwe stelsel op de een of andere manier een goede plaats krijgen. Keep it simple Het zal een huzarenstukje zijn als de SER erin slaagt al de verschillende belangen met elkaar te verzoenen. Temeer daar er ook nog voor werd gepleit om de invoering een beetje snel te doen en het allemaal niet te ingewikkeld te maken. ‘Keep it simple’, was het advies. Mariëtte Hamer, die als voorzitter van de SER de middag heel ‘hands on’ in goede banen leidde, zei dat het de bedoeling is dat de uitkomsten van de bijeenkomst worden verwerkt in een brief aan het kabinet. “En dat moet een goed plan zijn, anders komt er géén voorstel.” Daar waren overigens ook enkele pleitbezorgers voor. Het oude stelsel handhaven en hooguit voor enkele evidente problemen een oplossing verzinnen. En verder zou er veel meer gedaan moeten worden aan communicatie, zowel over de pensioenen als over hele persoonlijke financiële situatie van mensen. Maar dat is in alle gevallen hard nodig, met en zonder stelselwijziging. Nieuw type pensioencontract Het ‘persoonlijk pensioenvermogen met collectieve risicodeling’ is een verkenning van de SER naar een nieuw type pensioencontract. Het zou voor pensioenfondsen beter passen in een tijd met hele lage rentes. Bovendien speelt het in op de wens naar individueel opbouwen en bijhouden van een pensioenvermogen. De nadelen zouden opgevangen worden door enkele risico’s (lang leven, tegenvallende beleggingsresultaten) collectief te delen. Tegen het einde van dit jaar moet blijken hoe de echte onderbouwing er komt uit te zien. Partijen als de Stichting Pensioenbehoud vinden het overigens een slecht plan. Zij houden liever vast aan de oude uitkeringsovereenkomsten. Jos van Rijsingen SER-voorzitter Mariëtte Hamer leidde de discussiebijeenkomst in goede banen. Foto: Christiaan Krouwels 17
Geen dag thuis is Helmig Kleerebezem (1945). Energiek pakt hij het ene na het andere onderwerp op. Speeltuinen? Die lijken verdraaid veel op kermissen. Dus hield de technisch ingenieur in monumentenmaand september te Hengelo de ene na de andere spreekbeurt over wipwappen en klimrekken. Kleerebezem weer kind op kermis en speeltuin Kleerebezem werkte in Hengelo bij het Zout. Zeg maar AKZO Nobel, het bedrijf waarin ondernemingen opgingen als AKU, Ketjen en Organon. Even werd Arnhem zijn standplaats. Na een paar jaar kon de man van het bouwbureau gelukkig weer terug naar Twente. Om in 2003 op 57,5-jarige leeftijd het Zout vaarwel te zeggen. Hetgeen allesbehalve betekende dat de Hengeloër voortaan ging stilzitten. Een belangrijk vertrekpunt van de nieuwe activiteiten was zijn bestuursfunctie in de Federatie Industrieel Erfgoed Nederland. De textielindustrie liep op haar laatste benen, de metaal veranderde, de chemische sector maakte grote sprongen voorwaarts. Waarom niet de handen ineen geslagen om het industriële erfgoed een goed onderdak te geven? Zo ontstond vanuit vereniging Oald Hengel het initiatief tot de oprichting van het populaire Hengelose industriemuseum HEIM. “HEIM begon begin jaren tachtig bij zeven mannen van Oald Hengel. Jij bent jong, zo werd me verteld. Pak alles aan. Een maand later was ik voorzitter, secretaris en penningmeester. Voorzitten is gemakkelijk: je moet alles afschuiven. De rol van penningmeester stelde ook niet veel voor, we hadden geen cent in kas. Het meeste werk zat nog in het maken van de notulen. Je 18 had nog geen computer en internet. Dus fietste ik een week voor de volgende vergadering vanuit Borne, waar ik inmiddels woonde, naar Delden en Hengelo om de vergaderstukken rond te brengen. Bij een goede vriend stonden het bier en de hapjes al klaar. Om twaalf uur was ik weer thuis.” Lodewijk Storm van ’s Gravesande (oud-secretaris Kamer van Koophandel) en Max Staal (oud-directeur) openden bij het bedrijfsleven de deuren om snel een grote collectie op te bouwen. Oude pompen, zware dieselmotoren, radartechniek. Kom maar op. De verzamelwoede vroeg om een grote expositieruimte die uiteindelijk gevonden is in de Wilhelminaschool, de oude fabrieksschool van Stork. Ho, ho. Wat heeft een industriemuseum met kermissen en speeltuinen te maken? Niets eigenlijk. Zoals ook zijn bemoeienis met Twickel – het grootste particuliere landgoed van het land - en het behoud van oude kranen hoofdstukken apart zijn. “Het Nederlandse kermisseizoen begint in Enschede, op Pasen. Met opa en oom Willie ging ik naar het Volkspark. Eerst naar de zweefmolen. Opa voor, ik in het midden. Zo zweefde je de vrijheid tegemoet. Ik vond dat een beetje eng. Maar de poffertjes na aflopen vergoedden alles. In het najaar volgde de Hengelose kermis. De grootste van Oost-Nederland. Na afloop aten we poffertjes in de Brinkstraat.” Kleerebezem groeide op, vergat de kermis een beetje. Tot hij begin jaren tachtig met vakantie was in Oosterhout. “Daar in Brabant zag ik de kermis van mijn jeugd. De draaimolen, de swingmill, de steile wand! Mijn hart ging sneller kloppen.” Voorzitter: gewoon alles afschuiven Penningmeester: we hadden toch geen geld in kas De man van het Zout begon te verzamelen. Ging kermissen langs en fotografeerde. Praten, praten. Wie waren die kermislui eigenlijk? Om antwoord te krijgen op zijn vragen reisde Kleerebezem af naar alle grote kermissen in Nederland. Nieuwe bestemmingen werden Antwerpen, Brussel en Luik. Op naar Parijs, naar Düsseldorf, naar Hamburg. En niet te vergeten München. In de Beierse hoofdstad is tijdens het Octoberfest altijd een nostalgische kermis te bewonderen. Jaar in jaar uit reist de Tukker in september voor een dag of vijf af naar München. “In 2005 had ik zo veel informatie verzameld dat ik een boek wilde schrijven over de Lambertuskermis in Hengelo. Veel bekende kermisfamilies hebben
hun wortels in de stad. Gigengack, Kulpe en Zeggelink bijvoorbeeld. Ik had over het thema wel eens artikelen geschreven maar het maken van een boek vergt toch een heel andere discipline. In 2010 verscheen dan toch de uitgave: Een droomwereld in de metaalstad.” Van de kermis naar de speeltuin is voor Kleerebezem een kleine stap. “In de speeltuin kun je zien hoe de kermis begonnen is. Met een wipplank, een draaimolen, het klimrek. Toen in een werkgroep van de stichting Erfgoed Hengelo de speeltuinen aan de orde kwamen dacht ik, dat is mijn onderwerp. Gemeentearchivaris Niels Bakker heeft me goede ingangen gegeven. Ik ben gesprekken gaan voeren. De oudste speeltuin in Hengelo, in tuindorp ’t Lansink, is in 1927 gesticht door Stork. Buurthuizen – van waaruit veel speeltuinen zijn ontstaan - had je al eerder. De Oosterspeeltuin (1902) in Amsterdam is de oudste van het land. Initiatiefnemer was Uilke Klaren. Veel speeltuinen haalden vroeger tijdens Vadertje Klarendag geld op voor goede doelen.” In september stond wederopbouwstad Hengelo plotseling bol van lezingen over speeltuinen. Enthousiast en puntig deed Kleerebezem zijn verhaal. Die mini-kermissen, daar moet maar snel eens een boek van komen. Theo leoné Helmig Kleerebezem heeft zijn hart verpand aan bijzonder erfgoed. Van landgoed Twickel en oude havenkranen tot kermissen en speeltuinen. Moeiteloos schakelt de Hengeloër van het ene naar het andere onderwerp. Soms met de uitgave van een boek tot gevolg. Helmig Kleerebezem: “In de speeltuin kun je zien hoe de kermis is begonnen.” De Lambertuskermis in Hengelo. 19
Pensioenlandschap is vol spanningen Freek Busweiler (1950) is thuis in lastig vaarwater. De jurist stond in tijden van groei en krimp mee aan het roer bij onstuimige veranderingen. Toen na zijn vertrek bij uitgeverij Wegener de agenda plotseling witte plekken vertoonde, haalde de man uit Loenersloot snel vaarbewijs I en II. Als altijd op zoek naar wind in de zeilen. “Het pensioenlandschap staat momenteel behoorlijk onder spanning”, constateert Busweiler. Hij is een nieuw gezicht in het verantwoordingsorgaan van pensioenfonds PGB – als vertegenwoordiger van de vereniging van gepensioneerden. “De dreiging van de korting hangt boven de markt. De staatssecretaris onderzoekt of de herstelperiode wat kan worden opgerekt. Waar is ruimte te vinden? De korting heeft grote gevolgen voor zowel de actieven als de gepensioneerden. Al een jaar of tien wordt niet meer geïndexeerd.” Busweiler beseft dat achter de dreigende korting een brede problematiek schuil gaat. Het stelsel trilt op zijn fundamenten. Werken de principes van de oude solidariteitsgedachte nog wel? “De maatschappij, waaronder de arbeidsmarkt, is sterk gewijzigd. Het is super interessant maar ook absoluut noodzakelijk om te kijken of en hoe en waar door die ontwikkeling wellicht onrechtvaardigheden in het stelsel zijn geslopen.” Aan het bestuur van het pensioenfonds de taak om voor haar deelnemers passende oplossingen te vinden, zegt Busweiler. “Het verantwoordingsorgaan aanhoort en bekijkt of de voorgestelde aanpassingen de toets der kritiek kunnen doorstaan. Een prachtige rol van dit nog betrekkelijk nieuwe orgaan.” Busweiler groeide op als zoon van een loonwerker in de Noordoostpolder. “Geboren 4,5 meter onder NAP in Marknesse. Al snel verhuisden we naar het nog kleinere Luttelgeest.” Na de middelbare school in Emmeloord volgde de studie rechten in Groningen. 20 Eerste halteplaats: de deftige uitgeverij Kluwer in Deventer. Als lid van de staf boog de jonge jurist zich anderhalf jaar vooral over de arbeidsvoorwaarden en arbeidsverhoudingen binnen het bedrijf. Wat volgden waren diepdrukkerij Vada in Wageningen (producent van onder andere de VARA-gids) en uitgeverij VNU. “Vanaf 1978 heb ik bij VNU gewerkt, te Haarlem, op de afdeling arbeidsvoorwaarden. Ik deed onder meer de cao-onderhandelingen. Kwam in aanraking met alles wat te maken heeft met de vakbonden, maar ook met pensioenen.” Een overstap volgde naar Aldipress in De Meern. Functie: commercieel directeur. Het bedrijf vormt de schakel tussen de uitgeverijen en retailers. Klanten: de reguliere boekhandel maar ook supermarktketens. Wie ook maar grootschalig bladen aan man of vrouw wil brengen. Na drie jaar kwam VNU weer om de hoek kijken. Busweiler ging verder als uitgeefdirecteur van (vak-) bladen als Intermediair, Computable en Textilia. Om voorts leiding te geven aan de dagbladen verzameld in Brabant Pers en later alle dagbladen van de VNU Dagbladengroep. “Toen ik groepsdirecteur werd wist ik dat VNU zijn dagbladen wilde verkopen. Niet direct. Maar als de uitgeverij in de Verenigde Staten een slag kon slaan dan gingen de kranten in de verkoop.” Een jaar na zijn benoeming kwam al het telefoontje. Busweiler kampeerde met zijn gezin diep in de binnenlanden van Italië. “Bij de opening van de beurs gaan we bekend maken dat VNU zijn dagbladen wil verkopen, waren de woorden van Joep Brentjens. Je kunt je voorstellen welk tumult dat gaf. Terwijl de familie aan het inpakken was, heb ik vanuit Italië alle directeuren en hoofdredacteuren gebeld. De volgend dag was ik weer thuis.” De onrust hield lang aan. De mededingingsautoriteit maakte bezwaren. In maart van het jaar 2000 was de deal Freek Busweiler: “We waren met de familie diep in Italië aan het kamperen. Toen kwam het telefoontje: VNU verkoopt zijn dagbladen.” rond. Negen jaar zou Busweiler bestuurder zijn bij Wegener. Een periode van het lastig in elkaar schuiven van twee grote krantenuitgeverijen, van een economische dip en tenslotte de komst van de Britse investeringsmaatschappij Mecom. “Met Mecom dachten we een succesvolle en kapitaalkrachtige strategische partij te hebben binnengehaald, maar het bracht ons bepaald niet wat we er van verwacht hadden. Persoonlijk had ik ook al snel mijn conclusie getrokken.” Busweiler nam in 2008 ontslag, haalde zijn vaarbewijzen, zijn certificering als mediator, sloot zich aan bij een klein organisatieadviesbureau en vond nieuwe opdrachtgevers. PostNL bijvoorbeeld, waar hij onder andere drie jaar in het bestuur van het pensioenfonds heeft gezeten gedurende een ingrijpende transitieperiode. Twee jaar was hij waarnemend algemeen-directeur van de in nood geraakte uitgeverij Koninklijke Johan Enschede, die op kleinere schaal en met een andere aandeelhouder nog steeds actief is als drukker van bankbiljetten en postzegels. “Sinds mijn pensionering doe ik nog wat kleine klussen vanuit mijn eigen netwerk, bijvoorbeeld het bemiddelen bij zakelijke geschillen en het geven van organisatieadviezen.” Theo leoné IN TERVIEuW
Gepensioneerden adviesbureau GITP voelen zich thuis bij VVG-PGB Sinds begin 2016 is het pensioenfonds van GITP ondergebracht bij PGB. Dat had nogal wat voeten in de aarde. GITP is een oud en gerenommeerd adviesbureau op het gebied van Human Resources Management (opgericht in 1947) en vanuit hun grote betrokkenheid met hun werkgever waren de medewerkers ook best trots op hun eigen Uiteindelijk is gekozen voor solidariteit tussen de generaties. ondernemingspensioenfonds. Tot bleek dat de aangehouden reserves bij lange na niet voldoende bleken om de dekkingsgraad in zware tijden hoog te houden. In dat besef is de VGG, Vereniging van Gepensioneerden GITP, 10 jaar geleden opgericht. Voor een deel voor de gezelligheid en voor het trachten te bewaren van de door hen zo gewaardeerde professionele en culturele normen en waarden, maar vooral toch om het pensioenfondsbestuur onder druk te zetten beter op te letten en scherper onze belangen te bewaken. Dat is deels gelukt, zij het dat twee keer niet meer aan een korting kon worden ontkomen. Samen met het niet-indexeren heeft dat ons als gepensioneerden toch zo’n 25% bruto aan pensioeninkomen gescheeld. Schrale troost dat heel veel Nederlanders in deze zure appel hebben moeten bijten. Kleine ondernemingspensioenfondsen zijn niet levensvatbaar. Advies- en governancekosten drukken te zwaar. De directie van GITP wilde er dan ook vanaf, de premies zouden anders onaanvaardbaar moeten stijgen. Zoektocht en onderhandelingen waren een moeilijk traject, niet in het minst door een weinig toeschietelijke houding van DNB. Beleid en (toezicht op) uitvoering lieten bij DNB nogal wat discrepanties zien. Moesten we gaan voor een DC-regeling bij een verzekeraar of toch wéér korten om gelijk over te kunnen steken naar een groter pensioenfonds? Meningen en vooral ook belangen (werkenden, slapers, gepensioneerden, vennootschap) verschilden. Uiteindelijk is gekozen voor solidariteit tussen de generaties. En we hadden het geluk dat we op een gegeven moment tòch gelijk konden oversteken. De beleggingsresultaten waren een paar maanden net even gunstiger voor GITP dan voor PGB. DNB had geen bezwaar meer. PGB straalt soliditeit uit. We hebben er vertrouwen in ondergebracht te zijn bij een stevige en professionele organisatie, die op tijd haar strategie heeft aangepast aan de veranderende maatschappelijke ontwikkelingen en daardoor nieuwe grote partners aan zich heeft weten te binden. Maar we hebben als bestuur van VGG bij nadere kennismaking ook vertrouwen gekregen in het bestuur van VVG-PGB. We zullen onze leden van harte stimuleren om lid te worden van VVG-PGB. Wij blijven als vereniging bestaan, maar met een aangepaste doelstelling. Erik van Wijk Fons Janssen Opfriscursus om veilig mobiel te blijven Senioren hebben veel verkeerservaring en rijden oplettend, maar zijn ook erg kwetsbaar in het verkeer. Veilig Verkeer Nederland wil hen met een opfriscursus helpen om zo lang mogelijk veilig mobiel te blijven. Van de Nederlanders van 75 jaar en ouder heeft bijna de helft een rijbewijs. Bij 60- tot 75-jarigen ligt dat zelfs op 84 procent. Het aantal 75-plussers met een rijbewijs is de afgelopen jaren ook toegenomen. Dat komt deels doordat er meer ouderen zijn, maar ook het percentage met een rijbewijs is gestegen, meldt het CBS. Vanwege de toename van fysieke beperkingen die het ouder worden nu eenmaal met zich meebrengt moeten 21 we daar als maatschappij goed rekening mee houden, stelt VVN. Over het algemeen kun je stellen dat ouderen defensief en veilig rijden op basis van jarenlange ervaring. Jongeren kunnen daar een voorbeeld aan nemen. Wel zijn ouderen ook erg kwetsbaar in het verkeer. Áls er iets gebeurt, is het letsel vaak ernstig. Van de 621 verkeersdoden in 2015 was maar liefst 47% ouder dan 60 jaar. ‘’Voor veel mensen is het al lang geleden dat ze hun rijbewijs hebben gehaald. Intussen is het verkeer telkens een beetje veranderd, en kunnen er foutjes in de rijstijl geslopen zijn. Daarom is het voor iedereen nuttig én nodig om de verkeersregels en -vaardigheden op te frissen,’’ zegt VVN.
Zorgpremie stijgt (veel) harder dan gedacht De premie voor de zorgverzekering wordt voor 2017 tot 10 procent duurder dan dit jaar. Dat betekent dat een gezin van twee personen meer dan 20 euro per maand meer kwijt is. Tegelijk wordt in politieke kringen openlijk gesproken over het schrappen van het eigen risico. Dat zal zeker niet voor 2017 gelden en of het in de jaren daarna inderdaad doorgaat is nog sterk de vraag. Het kabinet ging er in de Miljoenennota – en dus in de koopkrachtplaatjes - van uit dat de zorgpremie volgend jaar zo’n 3 procent zou stijgen. Dat blijkt echter verre van de realiteit. Bij zorgverzekeraar DSW, traditioneel de eerste die de nieuwe zorgpremie bekend maakt, komt de stijging uit op 9,4 procent ofwel bijna een tientje per maand. Andere verzekeraars als Zilveren Kruis Achmea, de grootste van ons land, en CZ hebben aangegeven dat de verhoging zeker hoger zal zijn dan het kabinet suggereert. Vergrijzing Wim Groot, hoogleraar gezondheidseconomie aan de Universiteit Maastricht, stelde in het AD ook al te verwachten dat het bij de andere zorgverzekeraars hetzelfde verhaal zal zijn als bij DSW. ,,De wijkverpleging wordt voortaan uit het zorgverzekeringsbudget betaald. Er komen duurdere medicijnen tegen bijvoorbeeld bepaalde vormen van kanker en de loonkosten lopen op in de zorgsector. Dat leidt al 22 tot hogere kosten en dus een hogere premie." Groot wijst ook op de vergrijzing als factor voor hogere zorgkosten. Minister Jeroen Dijsselbloem van financiën heeft al geroepen dat het kabinet niet van plan is om het koopkrachtverlies door de hogere premie te compenseren. Lagere inkomens krijgen een wat hogere zorgtoeslag maar dat stond al in de Miljoenennota. Collega Edith Schippers van volksgezondheid vindt dat de verzekeraars hun financiële buffers moeten gebruiken om de stijging beperkt te houden. Volgens de minister zit er 9,3 miljard euro in die buffers, dat is 3,6 miljard meer dan wat de verzekeraars wettelijk verplicht ‘in kas’ moeten houden. De verzekeraars vinden dat op hun beurt onzin en stellen dat die wettelijk verplichte buffers juist snel slinken. De minister wacht met een definitief oordeel tot later in dit jaar alle zorgverzekeraars hun premie voor 2017 bekend hebben gemaakt. Eigen risico Intussen wordt de roep sterker om dan in ieder geval wat aan het eigen risico te doen. 50Plus, de SP en Groen Links pleiten in hun verkiezingsprogramma voor afschaffing van het eigen risico. Dat idee is ook geuit door kamerleden van de PvdA en andere partijen. Afschaffing lijkt echter te stuiten op financiële problemen. Het CBS heeft al berekend dat het verdwijnen van het eigen risico de staat 4,5 miljard euro gaat kosten. Overigens is het wel zo dat het eigen risico volgend jaar voor het eerst in jaren niet omhoog gaat en blijft staan op 385 euro per persoon. Ruud Peys DNB te voorzichtig bij berekenen dekkingsgraad’ De Nederlandsche Bank is als toezichthouder op de pensioenfondsen te voorzichtig bij het vaststellen van het rentepeil die de fondsen moeten gebruiken om toekomstige verplichtingen contant te maken. Die rente strookt niet met de ontwikkelingen op lange termijn op de kapitaalmarkten. Een goede onderbouwing waarom de toekomstige rente structureel laag blijft ontbreekt. Dat stellen prof. dr. Bernard van Praag, bestuurslid van de Koepel van Nederlandse Verenigingen van Gepensioneerden waarbij ook VVG-PGB is aangesloten, en wiskundige Henk Hemmers in een artikel op discussieforum MeJudice. ‘’De paniek over ons pensioensysteem wordt slechts veroorzaakt door de onredelijke en eigenlijk onverdedigbare maar door de wetgever vastgelegde definitie van het begrip dekkingsgraad.’’ Na aftrek van kosten voor beheer en administratie lijkt volgens de twee deskundigen een vaste rekenrente voor pensioenfondsen, zowel voor de premieberekening als voor de dekkingsgraad, van 4% verantwoord. Het volledige artikel is te vinden met de volgende link: http://www.mejudice.nl/artikelen/ detail/nederlandse-pensioentoezichthouder-is-te-voorzichtig-in-berekening-dekkingsgraad
Lancering pakket collectieve verzekeringen Mede op basis van de eind 2015 gehouden enquête hebben wij een plan ontwikkeld om onze leden verzekeringen met korting aan te bieden. Dit pakket collectieve verzekeringen zal in november worden gelanceerd. Het gaat hierbij allereerst om een ziektekostenverzekering. Dit is vooral interessant voor degenen die niet al elders - bijvoorbeeld via de oude werkgever - korting genieten. Later komen ook andere (schade)verzekeringen aan bod. Het is een gezamenlijk initiatief van een aantal verenigingen van gepensioneerden - waaronder de VVG van Pensioenfonds PGB - met ondersteuning van de koepelorganisaties KNVG en NVOG. Het initiatief wordt in de markt gezet onder de naam GECOVERED, hetgeen een samentrekking is van GEpensioneerden COllectief VERzekeringen En Dienstverlening. Medio november Voor de ziektekostenverzekering wordt samengewerkt met VGZ. Medio november moeten alle verzekeringsmaatschappijen hun premies bekend hebben gemaakt. Ook die van VGZ zullen dan duidelijk zijn. Op dit moment is alleen bekend welke kortingen op de premies worden verleend. De precieze hoogte van de premies blijft dus nog even een onbeantwoorde vraag, al moet rekening worden gehouden met een flinke stijging. De voordelen van VGZ in 2017: • 8% korting op de basisverzekeringen VGZ Ruime Keuze en VGZ Eigen Keuze • 5% korting op de basisverzekering VGZ Goede Keuze • 10% korting op de aanvullende verzekeringen VGZ Goed, VGZ Beter en VGZ Best • 5% korting op het VGZ Vitaal pakket, speciaal voor iedereen boven de 50 jaar. • €17,50 lidmaatschapsvergoeding per jaar aan de premiebetalende VGZ-hoofdverzekerde met een aanvullende verzekering • Hoge vergoedingen voor mantelzorg in de aanvullende verzekeringen van VGZ. • VGZ verrekent de kosten voor voorkeursgeneesmiddelen niet met het verplicht of vrijwillig eigen risico. • Persoonlijk advies van de VGZ Zorgadviseur, bijvoorbeeld over wachtlijstbemiddeling, kwaliteit van behandelingen of mantelzorg. In de loop van november komt een website in de lucht waar geïnteresseerden alle detailinformatie over de verzekeringsvarianten van VGZ-gecovered kunnen vinden. Men kan de huidige eigen polis vergelijken met die van de gecovered-aanbieding van VGZ. Er is dan nog voldoende tijd om te beslissen over een eventuele overstap per 1 januari 2017. Thijs Reuder, ons bestuurslid van de VVG die zich met de ontwikkeling van dit product heeft beziggehouden, is trots dat het is allemaal is gelukt. “Degenen die niet van collectieve kortingen konden profiteren, kunnen dat voortaan wel. Daarmee hebben ze een belangrijk financieel voordeel en kunnen ze een veelvoud van hun lidmaatschapsgeld voor de VVG terugverdienen.” Belangrijk • Zodra bekend is via welke website informatie over de nieuwe collectieve zorgverzekering is te vinden, zullen we dat via een e-mail nieuwsbrief en via onze website (www. vvgpgb.nl) bekend maken • Via een tussenpersoon kunnen binnenkort ook schadeverzekeringen (onder meer inboedel, opstal, aansprakelijkheid, auto) worden afgesloten. Alle gepensioneerden van de VVGPGB kunnen kijken of er verzekeringen bij zijn die de moeite waard zijn om, via een cafetariamodel, af te nemen. Ook deze service zal worden gecommuniceerd via e-mail nieuwsbrief en website. Rond de driekwart van de Nederlanders wil af van het huidige collectieve pensioenstelsel en zelf hun pensioenuitvoerder kiezen. Bijna de helft zou, als dat eenmaal mogelijk is, dan wel kiezen voor een pensioenfonds. Geen steun meer voor collectief pensioenstelsel Dat blijkt uit een onderzoek van Abn Amro MeesPierson onder 1.171 mensen vanaf 18 jaar. Ruim 40 procent geeft de voorkeur aan een individuele pensioenopbouw en 33 procent aan een combinatie van collectieve en individuele opbouw. Een kwart van de respondenten wil overigens het huidige collectieve pensioenstelsel wél in stand houden. Een ruime meerderheid van de ondervraagden vindt dat iedereen verplicht pensioen op moet bouwen. Een onderwerp waar veel over wordt gediscussieerd, terwijl ook ondernemers geen pensioenplicht hebben. Wie tegen een verplichte pensioenopbouw is, stelt daarbij meestal dat ze zelf willen bepalen hoe ze hun geld willen besteden. Masha Bril, pensioenexpert bij ABN AMRO MeesPierson: "Uit het onderzoek blijkt dat onze maatschappij steeds meer op het individu gericht is. Dat solidariteit in ons pensioenstelsel door slechts weinigen nog belangrijk wordt gevonden, is daar een treffend voorbeeld van. Tegelijkertijd wil wel een overgrote meerderheid verplichtstelling van pensioenopbouw. Daarin lijkt een tegenstelling verborgen. Of wellicht ook weer niet, want mogelijk wil het individu juist verplichtstelling uit eigenbelang. Als iedereen pensioen moet opbouwen, wordt voorkomen dat het individu financieel opdraait voor de latere lasten van anderen. Aan de andere kant - hoewel de cijfers op het eerste oog dus anders lijken te beweren - is het niet per definitie ieder voor zich. Want van de ondervraagden wil 25% een collectief stelsel en 33% een deels collectief stelsel om pensioen op te willen bouwen." 23
“Hoe gaat u korten op pensioenen uitleggen?” Die vragen legde mr Frank Elderson, directeur bij de Nederlandsche Bank, een groot gehoor pensioendeskundigen voor tijdens het jaarlijkse Pensioenseminar. Hij ging daarbij ook in op de ‘geschie‘’Wat als u onverhoopt bij de groep fondsen zit die moet korten? Hoe gaat u dat uitleggen? En hoe gaat u de verwachtingen voor de komende jaren managen?’’ denis’ van het korten: ‘’Toen in 2010 een klein aantal fondsen een korting op de pensioenen moest doorvoeren, kwam dat voor velen als een donderslag bij heldere hemel. Nederland werd er voor het eerst mee geconfronteerd dat pensioengaranties toch niet zo hard waren als gedacht. Deelnemers waren zich er misschien van bewust dat indexatie niet altijd gegeven kon worden, maar ze waren er niet van doordrongen dat het pensioen ook naar beneden kon. Met grote maatschappelijke ophef tot gevolg. Pensioenfondsbestuurders waren niet te benijden op dat moment.’’ Maar de sector heeft hier volgens Elderson lering uit getrokken. ‘’Pensioenfondsen communiceren inmiddels duidelijker dat kortingen niet uit te sluiten zijn. Nu willen we nog een stap verder, door niet alleen te kijken naar de korte termijn, maar ook naar de middellange termijn. Wij willen graag dat de deelnemer niet alleen weet hoe het er nu voor staat, maar ook wat hij of zij in de komende jaren kan verwachten. Maar we moeten realistisch zijn; de financiële omgeving is uitdagend. Hopelijk verbetert de financiële positie. Maar als dat niet gebeurt, dan zijn maatregelen helaas noodzakelijk. We mogen kortingen niet doorschuiven, omdat dan onvermijdelijk volgende generaties opgezadeld worden met tekorten. En dat is volstrekt ongewenst.’’ Pensioenlandschap blijft veranderen De DNB-directeur hield zijn gehoor ook voor dat het pensioenlandschap voorlopig voortdurend blijft veranderen: ‘’U bent beter in staat veranderingen door te voeren, dan u misschien zelf voor mogelijk hield. Houdt dat verandervermogen vast, want daar zal ook in de komende jaren nog een groot beroep op worden gedaan. Weliswaar weet niemand op dit moment hoe ons pensioenstelsel er precies gaat uitzien, maar dát er veel gaat veranderen staat vast.’’ Dat alles leidt er ook toe dat de situatie rond de fondsen zelf blijft veranderen. In de afgelopen vijf jaar is het aantal al meer dan gehalveerd van 559 naar een kleine 300. Elderson: ‘’Waar staat uw fonds over vijf jaar? Zelfstandig? Samen met andere fondsen?’’ VVG-PGB Bestuur: Voorzitter: Jos van Rijsingen, tel. 073-6214378 josvanrijsingen@hotmail.com Tweede voorzitter: Hans Brader, tel. 076 - 565 75 97 jhmbrader@tiscali.nl Secretaris: Hans van den Berge, tel. 053-5728313 hansvandenberghe@kpnmail.nl Postadres secretariaat: Hondelink 25, 7428 KJ Haaksbergen Penningmeester: Piet Rietkerk, tel 06- 23340815, p.rietkerk@kpnmail.nl Bestuurslid/ledenadministratie: Tonnie Klein Hemmink, tel. 06 - 51605411 kleinhemmink@home.nl Postadres ledensecretariaat: Hunzestraat 18, 7555 WB Hengelo Mailadres ledenadministratie: ledenadministratie@vvgpgb.nl Bestuurslid/communicatie: Geer Meershoek, tel. 06 - 13199587 gmeershoek@planet.nl Bestuurslid: Thijs Reuder, tel. 06 - 52616833 reuder@upcmail.nl Bestuurslid: Henk van der Rijst, tel. 030-6352441 henk.van.der.rijst@planet.nl Website: www.vvgpgb.nl Algemeen mailadres: info@vvgpgb.nl 24
1 Online Touch