LOCATIES Nederland 2020 | 2021
BOUWEN OP KARAKTER www.devriesverburg.nl 8,2 KLANTTEVREDENHEID ONTWIKKELEN BOUWEN SERVICE EN ONDERHOUD
Voorwoord De kracht van de Venlose campus wordt steeds meer zichtbaar Verderop in dit magazine leest u een artikel over de Brightlands Campus Greenport Venlo. Die campus, een van de vier Brightlands-campussen in Limburg, ligt in een regio met drie sterke sectoren: de agrifood, logistiek en maakindustrie. Op de campus ontmoeten die elkaar, met de nadruk op de agrifood. De Venlose campus is in enkele jaren tijd uitgegroeid tot een belangrijke speler op het gebied van gezonde en veilige voeding, future farming en circulaire economie. Binnen een samenwerking van ondernemers, onderwijs en onderzoeksinstellingen wordt er op innovatieve wijze gewerkt aan foodconcepten voor de toekomst. Dankzij de aantrekkelijke ligging, zowel logistiek gezien als qua bedrijvigheid, weten steeds meer bedrijven de weg naar de Venlose campus te vinden. Van kleine start ups tot grote namen. Zo is de groentezaaddivisie van wereldspeler BASF inmiddels aandeelhouder van de campus. Verder werd onlangs bekend dat Hessing Supervers zich in het Greenportgebied gaat vestigen, de grootste acquisitie van de provincie Limburg na VDL Nedcar. Dit bedrijf is een toonaangevende en innovatieve specialist in gesneden groente en fruit en maaltijdoplossingen. Hessing gaat in Venlo de fabriek van de toekomst bouwen, met veel aandacht voor duurzaamheid en circulariteit. Deze agrifoordspecialist is het voorbeeld van een bedrijf waarin de drie sterke sectoren van de regio Noord-Limburg – maakindustrie, logistiek en vooral agrifood – samen komen. In de toekomst is er werkgelegenheid voor 1.250 medewerkers. De komst van dit soort bedrijven past prima bij het profiel van de Brightlands Campus Greenport Venlo dat sterk is gericht op kennisoverdracht en waardetoevoeging. In het artikel leest u verder dat er ook op de campus zelf volop wordt gebouwd. En dat er nog alle ruimte is om uit te breiden. Met Brighthouse en Brightworks worden er twee kantoor- en laboratoriumlocaties gerealiseerd waarmee specifiek wordt ingespeeld op de aard van de bedrijvigheid op de campus. Dat alles met als doel in de regio Venlo bijzondere ontwikkelingen op het gebied van gezonde voeding en food innovaties te laten plaatsvinden. Ik wens u veel leesplezier. Hubert Mackus FOOD Locaties 2020/2021 - 3
Deelnemers in deze uitgave www.brightlands.com www.devriesverburg.nl www.ask-romein.com www.ndl.nl www.foodtechbrainport.com www.flevokusthaven.nl www.heembouw.nl www.brabant.nl www.oss.nl/bedrijven www.oranjeworks.nl www.wur.nl www.bouwbedrijfvandeven.nl www.ruysvloeren.nl www.jamfabriek.nl www.agrorganic.eu www.leeuwarden.nl www.unibouw.nl BusinessPark www.a12-corridor.nl www.glastuinbouwsiberie.nl www.dutchfreshport.eu www.vdrbouwgroep.nl www.abcwestland.nl www.freshparkvenlo.nl www.nieuwprinsenland.nl www.luminaid.eu www.greenportnhn.nl www.dijkhambouw.nl LOCATIES Nederland 2020 | 2021 Magazine FOOD Locaties Nederland Jaargang 2020 / 2021 Redactie en advertentie-exploitatie Jager Media D.A. Arthur Jager Postbus 2711 7301 EE Apeldoorn T 0578 - 62 33 64 M 06 - 223 91 776 E arthur@jagermedia.nl Journalisten Pieter Pulleman, Marc van Rossum du Chattel en Dianne Huijskens 4 - FOOD Locaties 2020/2021 www.jagermedia.nl Magazine FOOD Locaties Nederland Communicatieplatform voor de foodindustrie, overheden en vastgoedprofessionals Social Media Team - Blending Media - Monique Jager Vormgeving Studio Transparant Fotografie Jager Media, Fotostudio Wierd Het magazine FOOD Locaties Nederland wordt duurzaam geproduceerd.
Magazine FOOD Locaties Nederland LOCATIES Nederland 2020 | 2021 6 Coverpresentatie: Brightlands Campus Greenport Venlo Hotspot van gezonde voeding en innovatieve foodconcepten. Volop vestigingsmogelijkheden! inhoud 46 38 Leeuwarden is aanjager en verbinder in de regionale foodsector 10 Trends en ontwikkelingen in Agrofood 12 Food Tech Brainport breidt onderzoeks- en productiefaciliteiten uit 15 Flevokust Haven biedt ruimte en kwaliteit 16 Heembouw breidt gronddatabank uit met strategisch vastgoed advies 18 Frietje Precies: innovatie op eigen kracht 20 Circulaire verpakkingen Oss: Innoveer mee 26 Orangeworks faciliteert voedingsmiddelenindustrie vanuit prachtig, nieuw pand in Oss 28 WUR Wageningen, voedselverspilling 30 Flexibiliteit maakt bouw nieuwe bakkerij succesvol 33 Jamfabriek. Dé Food hotspot waar (agri) food ondernemers - groot en klein - samenkomen 36 Landelijke (her)ontwikkeling in Beers biedt kansen voor vernieuwers in agro-food 33 56 Ruimte om te ondernemen in Agri en Food 58 Bedrijventerrein Nieuw Prinsenland de perfecte plek tussen Rotterdam en Antwerpen 60 Luminaid: dé verlichtingsspecialist voor voedselverwerkende industrie 62 ASK Romein Bouw heeft alles in eigen hand 64 Greenport Noord-Holland Noord: we grow business FOOD Locaties 2020/2021 - 5 48 Mix van functies op 85 hectare grootte Siberië-West, onderdeel van Greenport Venlo 51 Dutch Fresh Port - Topbedrijven voor toplocatie 54 Slim, duurzaam en circulair bouwen met VDR Bouwgroep 56 42 Unibouw zet in op meer specialisatie en ontzorgt klanten nog beter 46 A12-corridor in trek bij Food-bedrijven
Brightlands Campus Greenport Venlo volop in ontwikkeling Hotspot van gezonde voeding en innovatieve foodconcepten In het Co-Creatielab werken bedrijven, kennisinstellingen, studenten en organisaties aan de ontwikkeling van foodconcepten en -oplossingen voor uiteenlopende voedingsvraagstukken. De onderzoeksruimtes bestaan uit een kook- en smaakcentrum met acht volledige ingerichte kookeilanden, een collegezaal, inspiratieruimte, klaslokaal en testomgeving. 6 - FOOD Locaties 2020/2021
Hoe maken we gezonde en lekkere voeding tot een gemakkelijke keuze voor u? Met welke producten? En hoe geproduceerd? Op Brightlands Campus Greenport Venlo, ‘de gezonde voeding Campus’, hebben zich al tal van innovatieve bedrijven gevestigd die zich met dit soort vraagstukken bezighouden. Bedrijven en onderzoeks- en onderwijsinstellingen op het gebied van gezonde en veilige voeding, future farming en circulaire economie. Daarnaast wordt er volop gebouwd aan nieuwe bedrijfsruimte, midden in het grootste aaneengesloten tuinbouwgebied in Europa. D e Brightlands Campus Greenport Venlo is de jongste van de vier Limburgse Brightlands campussen, een concept zoals dat enkele jaren geleden door de provincie Limburg en Universiteit Maastricht werd ontwikkeld om de (kennis)economie een boost te geven. Iedere campus heeft zijn eigen kenmerk, maar onderling zijn er wel raakvlakken. De al langer bestaande campus in Maastricht richt zich vooral op gezondheid en medische ontwikkelingen, Chemelot in Sittard-Geleen, eveneens al langer bestaand, op duurzame industrie en in Heerlen ligt sinds enkele jaren de focus op digitale dienstontwikkeling. Gunstige ligging Net als Heerlen heeft Venlo een relatief jonge campus (sinds 2017) waar het ontwikkelen van gezonde voeding en food innovaties centraal staan. Dat gebeurt op het voormalige Floriadeterrein (gehouden in 2012) waar in eerste instantie twee bestaande gebouwen – Villa Flora en de Innovatoren – werden gebruikt om de bedrijvigheid op die locatie te ontwikkelen. Dat is in relatief korte tijd gelukt, zegt campusdirecteur Saskia Goetgeluk. “De integrale campus aanpak en gunstige ligging in het hart van de grootste agrifood-regio van Europa dragen daar zonder meer aan bij. De campus ligt enerzijds in een FOOD Locaties 2020/2021 - 7 prachtige, natuurrijke omgeving en anderzijds in de oksel van de snelwegen A73 en A67 wat zorgt voor een optimale bereikbaarheid.” Ze vertelt dat zich op het terrein diverse onderzoeksfaciliteiten bevinden als een lab voor daglichtloze teelt (Brightbox), een maag-darmsimulator (TIMmodel), een foodprocessing-testlab (Nutritional Concepts Lab) en een smaak- en co-creatielab of microbiologisch lab. “Mede dankzij de aanwezigheid van Universiteit Maastricht, HAS en Fontys maar ook onderzoeksbedrijven kan er hier op hoogwaardig niveau onderzoek, testen en het introduceren van nieuwe producten plaatsvinden door en samen met het bedrijfsleven.”
tevens een luxe espressobar en QBreak, een take-away- restaurant, bevinden. Het onderzoeksinstituut Centre for Healthy Eating and Food Innovation (HEFI) is onderdeel van Universiteit Maastricht en richt zich op het bevorderen van gezond eten. Dat gebeurt op Brightlands Campus Greenport Venlo in nauwe samenwerking met ondernemers en bedrijven. Stimulerende omgeving De diverse gebouwen op de campus zijn er eveneens op gericht om partijen elkaar te laten ontmoeten, om kennis te delen en samenwerking te bevorderen. Goetgeluk: “Juist dit kenmerk is al voor veel bedrijven reden geweest zich hier te vestigen. Zo is Villa Flora een plek van kruisbestuiving, een locatie waar bedrijfsleven, kenniswerkers en onderwijs elkaar tegenkomen. Een kraamkamer voor start ups op het gebied van gezonde en veilige voeding, future farming en circulaire economie, die zich kunnen ontwikkelen in een stimulerende omgeving.” Het is, legt ze uit, een transparant, laagdrempelig maar vooral ook veelzijdig gebouw. Met vaste werkomgevingen maar ook werkplekken voor één of enkele dagdelen per week. Zo is er het box-inbox-concept, boxen met een oppervlakte van 24 vierkante meter waarmee, eventueel gekoppeld, snel en flexibel wordt ingespeeld op de vraag naar vestigingsmogelijkheden voor kantoor- of onderzoeksruimte. Daarnaast zijn er in Villa Flora op de diverse verdiepingen kantoorruimtes varierend van 140 tot 430 vierkante meter. En is er de mogelijkheid enkele dagen per maand een werkplek te huren. Ontmoetingsplein Met zijn open karakter is Villa Flora volgens Goetgeluk bij uitstek een plek om te ontmoeten. Dat geldt, zegt ze glimlachend, zeker voor QFood, het ontmoetingsplein op de begane grond. “Bij binnenkomst word je al welkom geheten door de geur van vers gezette koffie, door de aanblik van allerlei smaakvolle gerechten, gemaakt in het restaurant waar uiteraard het innovatieve karakter van Villa Flora als uitgangspunt geldt. Even in conclaaf bij een kopje koffie of met enkele mensen lunchen om informeel zaken te bespreken, QFood is ‘the place to be’.” Hier komen bevlogen mensen met bijzondere ideeën bijeen, merkt Goetgeluk op, leert de een van de ander, kan een toevallige ontmoeting tot een nieuw product 8 - FOOD Locaties 2020/2021 leiden. “Verder vinden op deze plek zowel vergaderingen als events plaats. QFood is onderdeel van één grote, transparante ruimte waar eveneens het box-in-box-concept in is verwerkt.” Herkenningspunt Vergaderen kan eveneens op de bovenste, zestiende verdieping van de Innovatoren, op zo’n 70 meter hoogte. Dit kantorengebouw ligt in de nabijheid van Villa Flora en heeft zeker op de hogere verdiepingen een prachtig, kilometers ver uitzicht over de omgeving, de EU-regio. Vanuit die omgeving is deze eyecatcher mede dankzij zijn bijzondere vormgeving al van verre zichtbaar. Het gebouw is inmiddels dan ook een landmark en herkenningspunt voor Venlo. De Innovatoren biedt zowel aan de parkzijde als aan de snelwegzijde kantoorruimte, vanaf 28 vierkante meter. Net als in Villa Flora kent deze locatie een ontmoetingsplein, op de begane grond, waar zich Nieuwe gebouwen Saskia Goetgeluk legt vervolgens uit dat met het succes van de Brightlands Campus Greenport Venlo ook de vraag naar werkruimte steeg. “Ruimte die er in Villa Flora en de Innovatoren nauwelijks meer is. De vraag werd ook meer specifiek. Bij innovatie is er al snel behoefte aan een laboratorium- of R&D-omgeving. Op die behoefte spelen we nu in met de bouw van twee nieuwe gebouwen, Brighthouse en Brightworks, twee relatief snel te bouwen maar toch kwalitatief hoogwaardige kantoren- en laboratoriumlocaties.” Brighthouse telt 5 verdiepingen en heeft per verdieping een totaaloppervlakte van 1.450 vierkante meter. Het kan vanaf juli 2021 in gebruik worden genomen. Het tweede gebouw dat momenteel in aanbouw is, Brightworks, wordt enkele maanden eerder opgeleverd. Goetgeluk: “Brightworks is een wat kleiner, werkplaats-achtig concept op Brightlands Campus Greenport Venlo. In dit gebouw komen verhuurmodules van 110 tot 1.125 vierkante meter, die eventueel te koppelen zijn, met standaard technische voorzieningen.” Tot slot vertelt Goetgeluk dat het eveneens tot de mogelijkheden behoort een eigen gebouw te ontwikkelen en realiseren op een van de nog vrije percelen. “Van de 60 hectare die het campusgebied groot is, is ongeveer 10 hectare beschikbaar voor bebouwing, ook bijvoorbeeld pilot plants. Zo’n 30 hectare bestaat uit bos. Wie hier aan het werk is, kan dus niet alleen binnen inspiratie opdoen, maar vooral ook tijdens een wandeling door het uitgestrekte groen en langs de waterpartijen. Dat alles maakt deze campus een unieke locatie voor innovatieve ondernemers.” ¢ Neem contact op met Brightlands Campus Greenport Venlo: brightlandsvenlo@brightlands.com | www.brightlands.com De campus heeft diverse onderzoeksfaciliteiten zoals Brightbox, een lab voor daglichtloze teelt. In dit expertisecentrum wordt onderzoek uitgevoerd naar de hightech tuinbouw.
Trends en ontwikkelingen in Agrofood COVID-19 heeft een significante impact gehad op de manier waarop food bedrijven hun supply chain inrichten, met een focus op betrouwbaarheid en flexibiliteit. Daarnaast spelen vele factoren in de toekomst een rol in het vormgeven van voedselketens, zoals Brexit, beschikbaarheid, kwaliteit, groeiende online verkoop en veranderende consumentenvoorkeuren. Zo zien we de markt van vlees- en zuivelvervangers sterk groeien. Wat betekent dat voor Nederland Distributieland? Brexit Met ingang van 1 januari 2020 hebben we te maken met het vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de EU. Met of zonder deal, duidelijk is in ieder geval dat het zijn weerslag zal hebben op de logistieke stromen van agro food. Het VK en de EU, en ook Nederland, zijn belangrijke handelspartners voor agrovoedingsmiddelen. De EU-landen exporteren grote hoeveelheden agrovoedingsmiddelen naar het VK, vooral groenten en fruit, zowel vers als verwerkt, naast vleesproducten en voedselbereidingen. Een aanzienlijk deel (73%) van de import van agrovoedingsmiddelen in het VK komt uit de EU. Procentueel gezien vormen zuivelproducten, voedselbereidingen en vleesproducten daarin de belangrijkste categorieën. Het VK voert vooral agrovoedingsmiddelen in uit Nederland (14%), Duitsland (11%), Ierland (10%) en Frankrijk (10%).1 Remco Buurman, CEO Nederland Distributieland: “Een soepel verloop van de goederenstromen hangt af van de capaciteit van de infrastructuur en snelheid van de import-/exportafhandeling met bijvoorbeeld fytosanitaire keuringen en douaneformaliteiten. Hoewel de ketenpartners en overheidsinstanties ruim de tijd hebben gehad om zich voor te bereiden is het afwachten in hoeverre het voldoende is gebleken om Brexit in goede banen te leiden.” Future foods Future foods zijn een breed begrip; van insecten tot kweekvlees, en van allerhande vleesvervangers tot maaltijdpillen, het zijn allemaal voorbeelden van future foods. Maar hoe realistisch is het dat we dit binnen afzienbare tijd zullen eten? Wat betreft een deel van de eiwitproducten is dit duidelijk, de productie en consumptie hiervan stijgen aanzienlijk. Hierbij kijken we vooral naar melk en vleesvervangers. Martijn Lammers, Agri Food 10 - FOOD Locaties 2020/2021 specialist bij Netherlands Foreign Investment Agency: “In de schappen in de supermarkt zien we een enorme toename van plantaardige melk als vervanging van koemelk. Was er eerst alleen sojamelk, inmiddels kun je ook terecht voor amandelmelk, havermelk, boekweitmelk en zelfs hennepmelk.” Maar ook de consumptie van vleesvervangers stijgt aanzienlijk, met name vanwege het duurzaamheidsaspect. Inmiddels zijn er verschillende spelers actief op de Nederlandse markt, waaronder het Amerikaanse Beyond Meat, die zowel zijn productie als distributie in Nederland gevestigd heeft. Lammers: “Kweekvlees is bijvoorbeeld echt een interessante stap vooruit. Het is echt vlees, wordt sneller geproduceerd, is diervriendelijk en duurzaam, aan te passen en tot slot schaalbaar en intensief. Nadelen zijn er op dit moment helaas ook nog. Bijvoorbeeld op het gebied van 1) https://ec.europa.eu/info/food-farming-fisheries/farming/eu-agriculture-and-brexit_nl#agrifoodtrade
logistiek en vastgoed zijn de gevolgen groot. Zo zullen de volumes van de logistieke stromen stijgen. Onder andere door de hoeveelheid ingredienten die gebruikt worden bij de productie van kweekvlees. Dit zal echter geen probleem zijn voor de efficiënte Nederlandse logistieke sector.” Cold storage Een groot deel van de agro food producten is bederfelijk indien deze niet op een juiste wijze worden (voor)behandeld. Cold storage faciliteiten zijn dan ook uiterst belangrijk voor Nederland als wij onze positie als nummer 1 agro food land willen behouden. Aan het vastgoed worden specifieke eisen gesteld volgens Tom Horstink, als adviseur actief voor bedrijven in de industrie en logistieke sector. Niet alleen temperatuurbeheersing speelt een rol, maar ook een juiste behandeling van de producten, inclusief hanteren, schoonmaken, sorteren, conserveren en adequaat verpakken zijn van cruciaal belang. Dit geldt zowel voor voedingsmiddelen maar zeker ook voor medicijnen en vaccins. Nederland behoort tot een belangrijke aanbieder van hoogwaardige logistieke ruimte en operaties voor cold storage. Cold storage is vaak aanwezig bij de havengebieden of bij de (tussen)verwerkers van de producten. Zelden nabij de eind consument. De investeringen in het vastgoed zijn fors, vergen een langere aanlooptijd en veelal is sprake van een hoge mate van automatisering en silo(hoog) bouw. Ten aanzien van geschikte vestigingslocaties voor specifiek cold storage ontstaat wel schaarste. Hier is in de planvorming van nieuwe locaties niet altijd in voorzien en als dit wel het geval is, wordt de ruimte geclaimd voor de ontwikkeling van generiek logistiek vastgoed voor bijvoorbeeld reguliere consumenten goederen. Dit wordt mede veroorzaakt door de enorme toevloed aan kapitaal waardoor standaard logistiek vastgoed een gewild beleggingsproduct is en verkozen wordt boven het blijven gebruiken van verouderde logistieke panden waar de operatie wellicht iets minder efficiënt en duurzaam is. Ook wakkert de verdere toename van e-commerce (online shop gedrag van consumenten) de vraag naar logistiek vastgoed en pakket verdeel hubs aan. Horstink: “De overheid moet de regie nemen door in overleg met de branche plekken aan te wijzen / te reserveren voor de toekomstige realisatie van vastgoed ten behoeve van de cold chain. Gebeurt dat niet, dan verdwijnt op termijn een deel van deze hoogwaardige bedrijvigheid mogelijk naar omliggende landen.” Groei e-commerce in food Nam de toename van e-commerce toch al toe, dankzij COVID-19 heeft het echt een vlucht genomen. Meer dan ooit worden online producten besteld. Niet alleen kleiding, reizen, witgoed en elektronica, ook agro food ontsnapt niet aan deze trend. Nu is slechts 6% van de online aankopen FOOD Locaties 2020/2021 - 11 Remco Buurman Martijn Lammers voedselgerelateerd. Naar verwachten stijgt dit naar 54% in 2024! Wat betekent dit voor logistiek Nederland? Stan de Caluwe, Senior Manager Supply Chain Solutions bij NDL: “We zien bij veel consumentengoederen dat de fabrikant rechtstreeks naar de consument gaat, onder invloed van de mogelijkheden die online verkoop bieden. En dat geldt niet alleen voor kleding en elektronica. Ook in de voedselindustrie verkopen steeds meer bedrijven rechtstreeks aan Europese consumenten, al gebeurt dat meer via platforms en online supermarkten dan via de eigen website. Dit betekent in de praktijk dat voedselproducten meer gaan leveren aan de distributiecentra van deze online spelers (dark stores). Ook zien we dat er merken zijn die via hun eigen webshop verkopen en zelf de fulfilment doen of dit uitbesteden aan een logistiek dienstverlener. Dan gaat het bijvoorbeeld om superfoods, vegan foods of andere uitzonderlijk, houdbare producten waar consumenten doelbewust naar op zoek gaan online. Onlangs sprak ik op een online evenement voor Canadese food bedrijven die mogelijkheden zien door het handelsverdrag CETA en de online groei. De grote opkomst en de vele vragen over de Tom Horstink Stan de Caluwe mogelijkheden om de traditionele supermarkten te omzeilen lieten zien dat de markt voor food in Europa aan het veranderen is. Bij NDL zien we ook dit jaar weer meer food projecten, vooral gedreven door e-commerce mogelijkheden. “De toename van Agri food e-commerce heeft ook een grote invloed op het logistiek vastgoed. Ouder logistiek vastgoed is niet ingericht voor e-commerce activiteiten. Er is veel ruimte voor nodig om consumenten zendingen klaar te maken; vaak gebeurt dat op de vloer of op een mezzanine. Afhankelijk van het product worden er ook eisen gesteld aan de temperatuur, luchtvochtigheid en netheid van de faciliteit. Ook zien we steeds vaker biologische en organische producten; daarvoor worden speciale certificeringen gevraagd aan logistiek dienstverleners, zoals SKAL. De grootste ruimtevrager voor logistiek vastgoed zijn echter de ‘online grocers’, van nationale spelers zoals in Nederland Albert Heijn, Jumbo en Picnic. Zij openen in rap tempo de een na de andere ‘dark store’. ¢
Food Tech Brainport breidt onderzoeksen productiefaciliteiten uit Food Tech Brainport in Helmond zit middenin de high tech- en food-regiovan Nederland; een prima plek om continu de crossover te realiseren tussen de twee sectoren. “Wij zijn niet geïnteresseerd in kleine stapjes vooruit, maar in grote changes. Daarvoor bieden we een ecosysteem bestaande uit kantoor-, test- en productieruimtes plus een kennisnetwerk.” Jos de Boer “W ij geven de voedselverwerkende industrie toegang tot nieuwe technologie in een food grade omgeving, bijvoorbeeld nieuwe conserveringstechnieken of scheidingstechnologieën. Bedrijven kunnen hier experimenteren met die nieuwe technologie en als het werkt, dan kan men hier ook opschalen naar testen van meerdere kilo’s of zelfs tonnen. In veel gevallen kunnen bedrijven hier ook produceren totdat ze een eigen productiefaciliteit hebben gerealiseerd. Dat is uniek; elders zie je dat het óf om onderzoek óf om productie gaat”, legt directeur Jos de Boer uit. Ondersteuning in het hele traject Food Tech Brainport is een expertisecentrum dat bedrijven ondersteunt tijdens het hele traject van productontwikkeling tot productie. Dat gebeurt in een laagdrempelige proeftuinomgeving voor het testen, opschalen en produceren. Food Tech Brainport richt zich op de thema’s eiwittransitie, verwerken van zij- en reststromen, energietransitie, en talentontwikkeling. Vier technieken zijn daarbij leidend: milde scheiding, milde conservering, benutten van alle grondstoffen uit het product en smart food processing. 12 - FOOD Locaties 2020/2021
De food grade test- en productiefaciliteiten van Food Tech Brainport • ATFD (innovatieve droog technologie) op laboratorium- en testproductieschaal • RMF (innovatieve vries technologie) batch-proces • HPP (innovatieve conserveringstechnologie) op test- en productieschaal • Traditionele sproeidrogers op pilot- en productieschaal • PEF (innovatieve conservering- en scheidingstechnologie) op proef-productieschaal • Fermentatie op laboratorium-, test-, en productieschaal • Andere faciliteiten/technologieën op aanvraag Onconventionele toepassingen “Wij zijn een parapluorganisatie, wij bieden een ecosysteem, die technologieproviders verbindt met voedselverwerkende bedrijven en onderwijs- en onderzoekinstellingen”, zegt De Boer. “Startups, mkb’ers, multinationals en onderwijsinstellingen als Fontys, TU Eindhoven, HAS en Wageningen University komen hier samen. Daarbij gaat het niet om fundamenteel onderzoek maar om het samen zoeken naar nieuwe toepassingen van bestaande technologieën en oplossingen. We willen graag technologieproviders met innovatieve technologie en voedselverwerkers die daar gebruiken van willen maken verbinden.” Reststromen verwerken Food Tech Brainport biedt onderdak aan verschillende bedrijven, waaronder Bodec, Pascal Processing, Beefy Green en Food Workx. “Carezzo, producent van eiwitverrijkte voeding, is hier zo gegroeid dat ze in de toekomst naar een eigen locatie uit kunnen kijken. Eigenlijk wil je zulke bedrijven behouden, maar we zijn er ook trots op dat ze hier zo groot zijn geworden.” Food Tech Brainport beschikt over een test- en productieruimte op de begane grond en drie etages met kantoorruimtes. De test- en productieruimte wordt uitgebreid met 2.500 vierkante meter, vertelt De Boer: “Er komt een verwerkingslijn voor groente- en fruitreststromen. Eigenaren van reststromen kunnen hun (rest)producten hier verwerken tot FOOD Locaties 2020/2021 - 13 concentraat, sap of puree en verder verwerkt worden tot ingrediënten (vezel, eiwit, vitamines, etc.) die geschikt zijn voor menselijke consumptie. Het is een grote investering van vele miljoenen. Medio volgend jaar moet het operationeel zijn.” Naar verwachting volgt er over twee jaar een uitbreiding met nogmaals 2.500 vierkante meter. Projecten Om nieuwe ontwikkelingen te versnellen en samen nieuwe kennis op te bouwen, kunnen bedrijven meedoen in projecten. Een voorbeeld van een actueel project is het project Food from Food. Dit project stimuleert, ondersteunt en versnelt innovaties in de voedingsmiddelenindustrie op het vlak van verwaarding van plantaardige nevenstromen tot voedingsmiddelen. In het project werken elf organisaties samen om voedselverspilling tegen te gaan en zijn meer dan twintig deelprojecten opgestart. PeelPioneers werkt bijvoorbeeld aan het verwaarden van sinaasappelschillen, Upprinting
Indien u op zoek bent naar een (co)locatie voor uw organisatie of indien u interesse heeft in het gebruik maken van de faciliteiten van Food Tech Brainport kijk op www.foodtechbrainport.com of neem contact op via info@foodtechbraiport.com Food kijkt naar het 3D-printen van eetbaar papier op basis van reststroom-ingrediënten en Van Rijsingen Ingredients ontwikkelt sappen, blends, vezels en inhoudsstoffen. Doelstelling van Van Rijsingen Ingredients is het volledig benutten van groente(neven) stromen met als ultieme missie: nul procent verspilling. Food from Food is een grensoverschrijdend project van Interreg VlaanderenNederland en ondersteunt zowel op financieel als praktisch gebied. Cobots In samenwerking met zeven partners in Noordwest-Europa geeft Food Tech Brainport het COTEMACO-initiatief invulling. Belangrijke aanleiding voor dit project is het feit dat het steeds moeilijker aan productiepersoneel kan komen en dat de eisen op het gebied van kwaliteit en voedselveiligheid blijven toenemen. Het project wil voedselverwerkende bedrijven kennis laten maken met de (on) mogelijkheden het field lab smart food processing in het leven geroepen. Tijden veranderen en ook Food Tech Brainport gaat daarin mee. Zo onderzoekt het samen met kennisinstellingen of er een maker space-achtige omgeving gecreëerd kan worden waarin studenten kunnen werken aan praktijkopdrachten. De Boer onderzoekt ook of een model kansrijk is waarin bedrijven lid kunnen worden van het ecosysteem van Food Tech Brainport. “Zodat ze niet per se hier gevestigd hoeven te zijn en toch kunnen profiteren van alle faciliteiten en de aanwezige kennis.” ¢ www.foodtechbrainport.com van cobots en digitale automatisering. Hiervoor is 14 - FOOD Locaties 2020/2021
Flevokust Haven biedt ruimte en kwaliteit Wethouder Economische zaken Janneke Sparreboom: Senior acquisiteur Carolien Gase: “Lelystad staat in de top drie van logistieke hotspots in Nederland. Als onderdeel van de logistieke hotspot Almere-Lelystad-Zeewolde zijn we snel gestegen naar de top. En dat is niet voor niets. Lelystad heeft een sterke strategische positie, centraal in het land met goede verbindingen naar alle richtingen.” “Lelystad heeft nog volop ruimte en een infrastructuur die klaar is voor de toekomst, met de verbreding van de A6, de Hanzelijn, Flevokust Haven en de nieuwe extra afslag op de A6, waardoor directe doorstroming gewaarborgd is. Veel voedselverwerkende bedrijven hebben Lelystad al ontdekt, waaronder McCain, Marfo, Farm Dairy, Kloosterboer en Iscal Sugar.” Acquisiteur Alexis van Oven: “Op geen andere plek in de Randstad zijn zoveel ruime kavels waar tot 40 meter hoog gebouwd mag worden en waar ruimte is voor XXLkavels als in Lelystad. Dit is aantrekkelijk voor bedrijven die veel terrein nodig hebben voor bijvoorbeeld koelloodsen. De milieucategorie is met 5.3 hoog. Flevokust Haven heeft een binnenvaartterminal en een havengebonden industrieterrein.” Interesse? Heeft u interesse om zich te vestigen op Flevokust Haven? Wij bekijken graag met u de mogelijkheden. Mail naar vestigen@flevokusthaven.nl
Heembouw breidt gronddatabank uit met strategisch vastgoed advies “Een goede locatie is alles bepalend. Heembouw creëert plekken waar mensen willen zijn, maar het is super belangrijk goed te bepalen, wáár die plek dan is. Je hebt echt een probleem wanneer je bedrijf op een plek zit, die slecht bereikbaar is, die -buiten corona-tijd- dagelijks de file-lijstjes aanvoert, of waar weinig geschikt personeel in de omgeving woont. Daarom hebben wij onze gronddatabank verrijkt met data-analyses die onze data-analisten gebruiken om klanten op dit vlak adviseren. Gebaseerd op objectieve en actuele data.” OPENBAAR VERVOER SCORE PER BEDRIJVENTERREIN Commercieel team Heembouw Bedrijfsruimten, v.l.n.r.: Rinus Verhey, Marc Hilgersom, Edmee Verbeek, Nathalie Nederlof, Simone Wesselius-Rodewijk, Dennis Manting, Jaap Brandjes en Toni Collens. Rolf Verdel ontbreekt op de foto. 5 mi
De laatste 10 jaar is de gronddatabank steeds verder ontwikkeld en uitgebreid met data voor een strategisch vastgoedadvies op maat. Rinus Verhey: “Dat doen we met verschillende data-analyses. Een voorbeeld: Je hebt als bedrijf 3 vestigingen, en je wilt je activiteiten gaan concentreren op 1 plek. Welke consequenties heeft dat voor de reistijd van je personeel, voor de vrachtwagenbewegingen van en naar de locatie? Wat zijn de huurontwikkelingen? Waar zitten je klanten, waar je concurrenten? En hoe zit het met het OV in de omgeving van je beoogde locatie? Met name voor productiepersoneel een belangrijke factor. Heembouw creëert gronddatabank weet je, wáár die plek moet zijn. plekken waar mensen willen zijn. Met de Wil je je bestaande personeel meenemen naar die nieuwe locatie, dan moet je daar rekening mee houden. Wij hebben data-analisten in dienst, die op basis van de parameters die de klant aangeeft, analyseren welke plek dan het meest geschikt is. En dat kan zomaar een andere plek zijn, dan de klant zelf bedacht had.” Klanten kunnen zelf een kijkje nemen in de gronddatabank. Rinus Verhey: “We hebben onze website www.gronddatabank recent helemaal vernieuwd. Er staan meer dan 4.100 kavels in, voor bedrijfsruimten en nu ook voor kantoren. Dit wordt nog uitgebreid met woonontwikkellocaties. En je vindt er alle informatie over de verschillende data-analyses die we voor onze klanten kunnen uitvoeren. De gronddatabank mag dan 25 jaar geleden opgezet zijn, hij blijft in ontwikkeling en we blijven bezig met vernieuwing en innovatie.” Door de reistijd naar uw potentiële nieuwe locatie in kaart te brengen wordt in één oogopslag duidelijk wat voor invloed elke locatie heeft op uw bereikbaarheid. ROUTES VAN DC NAAR WINKELS HUIDIG ROUTES VAN DC NAAR WINKELS ALTERNATIEF 50 mi © 50 mi SAMENVATTING HUIDIGE ROUTES Column Sum AFSTAND IN KM CO2 UITSTOOT IN KG RITDUUR IN MIN 10497,74 9395,48 7633,86 Avg SAMENVATTING ALTERNATIEVE ROUTES Column Sum 128,02 114,58 93,10 AFSTAND IN KM CO2 UITSTOOT IN KG RITDUUR IN MIN 8407,07 7524,32 6409,50 Avg 102,53 91,76 78,16 Min 13,44 12,03 15,36 Max 224,88 201,26 155,28 De Heembouw gronddatabank heeft al veel van onze opdrachtgevers geholpen de juiste locatiekeuze te maken. Met LKQ Fource als het meest recente voorbeeld. Fource is de one-stop-shop voor autobedrijven. Naast automaterialen, gereedschap, olie, banden en werkplaatsbenodigdheden levert Fource diensten als opleidingen, technische data en marketing ondersteuning. In Nederland gebeurt dit nu nog vanuit vier verschillende locaties, en straks vanuit dit centrale nieuwe distributiecentrum – ontworpen en gebouwd door Heembouw -. In 2015 zijn we gestart met een eerste verkenning voor een passende locatie. We onderzochten waar de medewerkers woonden, hebben de verschillende vestigingen van LKQ Fource in beeld gebracht en waar de meeste vervoersbewegingen zaten. Op basis van reistijd, inclusief filedata, is vervolgens een uitgebreid advies uitgebracht voor potentiële nieuwe locaties. Hiermee zijn we in onze gronddatabank gaan zoeken naar de locatie die het beste aansloot. En natuurlijk aan alle vestigingswensen van LKQ Fource voldeed. De keuze is uiteindelijk gevallen op een kavel in Berkel en Rodenrijs. Dit vanwege de centrale ligging, voldoende ruimte, goede bereikbaarheid, en omdat de reistijd voor de medewerkers in de nieuwe situatie niet veel afweek van de oude situatie. LKQ Fource Logistics: Centraal distributiecentrum komt in Berkel en Rodenrijs (071) 332 00 50 www.heembouw.nl www.gronddatabank.nl
Frietje Precies innovatie op eigen kracht Zo in de herfst toont de 6 hectare pal op de grens van de Brabant en Vlaanderen zich als willekeurig welke akker. Donkere aarde, met restanten van de laatste oogst. Toch is deze kavel al twee jaar een bron van innovatie: datagedreven en biodiverse stokenteelt, waarvan de gewassen hun weg vinden naar de bodem- en boervriendelijkste patat van Nederland: Frietje Precies. Paul van Zoggel en Wim Coenraadts vertellen over de ontstaansgeschiedenis van de snack en welke obstakels vraaggerichte innovatie ondervindt op weg naar de markt. B eiden maken deel uit van een multidisciplinair team dat het Frietje Precies heeft gecreëerd. Naast Van Den Borne Aardappelen (Van Zoggel) en de provincie Noord-Brabant (Coenraadts) zijn ook de social en fooddesigners van Ultra Ultra (bekend van o.a. de Tostifabriek) bij de conceptontwikkeling betrokken geweest. Het bijzondere is dat jullie de teelt vanuit een marktpropositie hebben benaderd. Wilde de akkerbouwer daar wel in mee? ‘’Dat was haast de belangrijkste voorwaarde van boer Jacob van den Borne’’, stelt Van Zoggel. ‘’Met zijn 600 ha is hij een belangrijke leverancier aan de grote aardappelverwerkers, met een product dat op een zogeheten gangbare manier is geteeld. Maar Jacob is ook een innovator. Met een scherpe blik op kwaliteit heeft de afgelopen 15 18 - FOOD Locaties 2020/2021 jaar veel slagen gemaakt met precisielandbouw. Maar ondanks al die innovatie merkte hij ook dat de vraag naar een beter product uitblijft; dus wil Jacob ook een duurzaamheidsslag in de keten maken. Gewoonweg ook omdat de akker, vanwege bodemuitputting, en de samenleving, met een groeiende behoefte aan puur en eerlijk, daarom vragen.’’ ‘’Jacob had wel trek in duurzamere teeltmethodes, en strokenteelt in het bijzonder’’, vult Coenraadts aan. ‘’Maar hij koppelde daar ook de primaire ondernemersvraag aan: krijg ik die extra inspanningen ook verwaard. Jacob voelde dat hij een eigen product-marktcombinatie nodig had om de waarde die hij creëerde zoveel mogelijk bij zichzelf te houden. En die vraag legde hij bij FoodUp! Brabant neer,
het team van de provincie Noord-Brabant dat boeren helpt bij het ontwikkelen van nieuw verdienvermogen. En dat doen wij onder andere door het bedenken van nieuwe marktconcepten.’’ Een boer die in eindproducten denkt en een provincie die zich opstelt als conceptontwikkelaar, nou niet bepaald rollen die je als eerste van beide verwacht. Coenraadts: ‘’Je raakt hier de crux van de landbouw- en voedseltransitie. Als wij allemaal hetzelfde blijven doen, zal er in essentie niets veranderen. Dat geldt niet alleen voor boer en overheid, maar ook voor verwerkers, distributeurs en supermarkten. Echte verduurzaming in de keten, eentje die van grond tot mond uitvoerbaar en betaalbaar is, vraagt van eenieder een andere manier van werken. En daar hoort ook een andere rol pakken bij, omdat je zo ideeën sneller vlot trekt.’’ Van Zoggel: ‘’Omdat de provincie al enkele jaren op die manier werkt, beschikt ze over een netwerk dat rijker en gevarieerder is dan de ketenpartijen die zeggen dat ze voor ons zo belangrijk zijn. Zonder FoodUp! waren creatievelingen als Ultra Ultra, die in staat zijn een idee te vertalen naar een lekker en sexy uitziend product en dat ook nog eens in een campagne weten weg te zetten, voor ons onbereikbaar gebleven. Gewoonweg omdat we ze niet kennen.’’ Het frietje is lekker, dat valt niet te ontkennen. Het is ook bijzonder, alleen al vanwege het feit dat het uit aardappel, bataat en pastinaak bestaat ‘’Als provincie wisten we dat Van den Borne zijn zaken als teler op orde had. Een superinnovatieve boer, met de ambitie de bodemkwaliteit en biodiversiteit op en rond zijn akkers te verbeteren. En in staat om daarin middels datawinning en -verwerking continue verbeteringsslagen te maken. Vanuit een communicatieperspectief is dit enorm belangrijk, want als het Frietje Precies de claim ‘goed voor boer en bodem’ voert, dan moet dat verhaal wel 100 procent kloppen. Vervolgens hebben we maanden gestoken in productontwikkeling. Smaken bataat, pastinaak en aardappel wel goed bij elkaar, hoe krijg je ze in het vet gelijktijdig gaar en knapperig?’’ ‘’Toen we die zaken op orde hadden en de oogst het veld afkwam, stuitten we echter op hobbels die nog ons nog steeds hinderen’’, benadrukt Van Zoggel. ‘’Om als boer een eigen, afwijkend product marktklaar te krijgen is een mijl op zeven, door de complexe verwerking van grondstof tot eindproduct. En het is dan niet zozeer dat het niet kan, het is vooral omdat het niet past. Een beginnend concept start met hoeveelheden waarvoor een fabriek niet eens het licht in de productiehal aanzet. Te weinig kilo’s, inefficiënt en daardoor te duur, zeggen ze dan.’’ ‘’Terwijl ze het frietje wel interessant vinden’’, vervolgt Coenraadts. ‘’Na de succesvolle introductie vorig jaar op de Dutch Design Week hebben verschillende ketenpartijen belangstelling getoond. Maar onze 30.000 kilo verzuipt in hun productiehal.’’ Als dat het belangrijkste obstakel is, hoe kan die naar jullie idee het best uit de weg geruimd? ‘’Gezamenlijke, kleinschalige verwerking en productie. In innovatiejargon spreek je dan over shared facilities, het delen van bestaande lijnen bij bedrijven. Maar die laten achter de schermen doorschemeren dat dat om allerlei redenen nog een tijd gaat duren.’’ Van Zoggel: ‘’Dus kun je wellicht net zo snel zelf nieuwe, kleinere, gemeenschappelijke faciliteiten opzetten. Voldoende om start ups de fases van marktintroductie en opschaling te laten doorkomen. In de zonnecellen- en halfgeleidersector is die werkwijze normaal. De grote winst is dat ideeën van onderop meer ontwikkelkans krijgen.’’ Los van dit alles zijn beiden hoopvol over de toekomst. ‘’We gaan moedig voorwaarts, de tweede oogst is zojuist van het land gekomen. Frietje Precies vindt inmiddels op verschillende plekken in Brabant zijn weg naar afhaal-horeca en consument. Allemaal via korte ketens en hopelijk straks weer op festivals. En de grote jongens van de lange keten willen graag, maar hebben hun bedrijfsmodel daar (nog) niet passend op weten te krijgen.” ¢ FOOD Locaties 2020/2021 - 19
Innoveer mee Circulaire verpakkingen Oss: Plasticvrije saladebakjes, recyclebare vouw kartonnen verpakkingen, flinterdun blik én biobased plastic…. Het zijn voorbeelden van innovatieve en duurzame oplossingen van Osse producenten van voedselverpakkingen. De Brabantse gemeente loopt daarmee voorop. En als het aan wethouder Economie & Financiën Frank den Brok ligt, blijft het daar niet bij. Van Bolletje tot KitKat Dat gemeente Oss projectleider en co-financier is, is niet onlogisch. De keukenlade en de koelkast van de gemiddelde Nederlander staan namelijk vol met verpakkingen die in Oss gemaakt worden. “Bolletje, Coca Cola, Lassie, KitKat en De Ruyter: verpakkingen van deze merken rollen hier dagelijks van de band”, vertelt Den Brok. “We hebben een cluster aan verpakkingsbedrijven om trots op te zijn.” “In september zijn we gestart met het Innovatieprogramma Circulaire Verpakkingen Oss”, legt Den Brok uit. “Hiermee zetten we samen met HAS Hogeschool en Osse bedrijven vol in op onderzoek, kennisdeling en samenwerking, zodat deelnemende bedrijven op de hoogte blijven van de laatste ontwikkelingen. Maar óók meteen kunnen aanhaken bij succesvolle trends. Dit programma moet ervoor zorgen dat de verpakkingsketen niet alleen bij afvalverwerkers eindigt, maar hier ook begint.” Van lokaal naar landelijk De gemeente rolt het programma in eerste instantie lokaal uit, maar Den Brok nodigt bedrijven uit het hele land uit om nu al aan te haken. “Komend voorjaar starten we met het onderzoeksprogramma vanuit Oss, een jaar later breiden we het regionaal uit en in 2023 zelfs nationaal. Jaarlijks delen wij de kennis uit de onderzoeken op het event Dag van de duurzame verpakking. Zo bouwen we stapsgewijs een inspirerend netwerk op en geven we de duurzame economie een stevige boost. Het mooie is: mede dankzij de Regiodeal Noordoost-Brabant is deelname gratis. Innoveer dus met ons mee.” Meer weten over het Innovatieprogramma Circulaire Verpakkingen Oss? Neem dan contact op met Cindy Hagenstein via c.hagenstein@oss.nl of Natasja van AstenBloem via n.bloem@oss.nl. Volg ons ook op onze LinkedIn-pagina Innovatieprogramma Circulaire Verpakkingen Oss. Het innovatieprogramma is onderdeel van het Regiodealproject Circulair Food Center in Meierijstad. Maak kennis met de Osse verpakkingsindustrie! Frank den Brok, wethouder Economie gemeente Oss
De HAS studenten Lisanne, Denise, Danique en Marleen organiseerden op 22 juni 2020 de eerste editie van het landelijke event Dag van de duurzame verpakking vanuit Dome X in Oss. Het online middagprogramma trok 200 bezoekers afkomstig uit de Nederlandse verpakkingsketen. Het geslaagde event krijgt in het Innovatieprogramma Circulaire Verpakkingen Oss een jaarlijks vervolg. De frisse blik van HASstudenten Binnen het Innovatieprogramma Circulaire Verpakkingen Oss is HAS Hogeschool een belangrijke partner van gemeente Oss. In februari 2021 starten de eerste twintig studenten Food Innovation en Milieukunde met hun onderzoeksopdracht bij verpakkingsbedrijven. “Drie projectgroepen gaan in Oss aan de slag met een onderzoeksopdracht en één groep met de voorbereiding van het jaarlijkse event Dag van de Duurzame Verpakking”, aldus Domingo Loth, accountmanager Food & Industrie bij de HAS. “Eind juli vindt de evaluatie plaats, waarna de volgende cyclus in september weer start. Voor de Domingo Loth, accountmanager Food & Industrie HAS studenten is dit een schitterende kans: het is een actueel thema en ze kunnen zich meteen aan het bedrijfsleven laten zien.” Ook voor bedrijven is de samenwerking interessant. De studenten gaan met een jonge, frisse blik aan slag, zonder dat ze door aannames of conventies worden geremd. Daarbij worden ze begeleid door ervaren docenten met een achtergrond in de verpakkingsindustrie. Ook kleinere verpakkingsvraagstukken maken deel uit van het onderwijsprogramma van de HAS. “De samenwerking met de gemeente Oss is veel breder en loopt ook al langer”, vertelt Loth. “De afgelopen drie jaar hebben we bovendien samen met het Kennisinstituut Duurzaam Verpakken (KIDV) al heel wat voorwerk gedaan. Er zijn bijvoorbeeld verschillende deelonderzoeken naar onder meer duurzame materialen, consumentbeleving en verpakken voor online uitgevoerd. We hebben er niet alleen veel zin in, maar zijn er ook klaar voor om samen met gemeente Oss en bedrijven het Innovatieprogramma Circulaire verpakkingen tot een succes te maken.”
Oss neemt voortouw in circulaire verpakkingen De gemeente Oss heeft veel verpakkingsbedrijven binnen zijn gemeentegrenzen. Veel van die bedrijven zijn bezig hun processen en producten te verduurzamen. Met het innovatieprogramma Circulaire Verpakkingen van de gemeente bundelen ze hun krachten. Ook food-bedrijven doen mee. Looman Salades wil kunststof verpakkingen vervangen Looman Salades is geen verpakkingsbedrijf maar een fabrikant van schepsalades. Het familiebedrijf uit Oss is al ruim anderhalf jaar bezig met een nieuwe duurzamere verpakking die zo’n 5,5 miljoen kunststof verpakkingen moet gaan vervangen. “Dan hebben we het over pakweg twintigduizend kilo minder plastic”, zegt Martijn Vertogen. Vertogen: “Het is een bestaande verpakking die in de salademarkt nog niet wordt toegepast.” Om die reden wil hij er nog niet al te veel over kwijt, om zo de voorsprong in de markt te behouden. “Het gaat om bakjes van gerecycled karton. Het karton voldoet aan de regelgeving op het gebied van voedselveiligheid.” Anton en Hans Looman Flinke investering Het vergt een flinke investering om met het nieuwe materiaal aan de slag te gaan. Vertogen: “Er is nog geen enkele afvullijn die deze verpakking kan afvullen. Voordat we investeren in nieuwe apparatuur willen we eerst zeker weten dat afnemers het willen afnemen en er ook een hogere prijs voor over hebben.” Hiervoor ziet hij een rol voor het innovatieprogramma. “Wellicht dat studenten van de HAS hier onderzoek naar kunnen doen.” Martijn Vertogen Eigen onderzoek Hans Looman: “Wij hebben ons aangesloten bij het programma Circulaire Verpakkingen zodat we kunnen laten zien wat we kunnen en onze kennis daarover delen.” Vertogen: “Wij zijn ruim anderhalf jaar bezig en deden veel nieuwe kennis op. Zo waren we eerst heel enthousiast over een nieuwe duurzame verpakking. Maar die bleek een laminaatfolie te hebben die de recyclingbedrijven niet kunnen scheiden, dus het was veel minder duurzaam dan gedacht. Daar kom je dan door eigen onderzoek achter.” Looman: “Het is geweldig ondernemen hier in Oss. We dragen elkaar een warm hart toe, er ontstaat steeds meer verbinding en de gemeente is daarin een goede partner. Men probeert en doet van alles om bedrijvigheid te stimuleren en bedrijven te helpen.” 22 - FOOD Locaties 2020/2021
Tom Acket: ´Duurzaamheid speelt een rol bij al onze beslissingen’ Karton is van zichzelf al een duurzaam materiaal, maar natuurlijk komt bij duurzaam verpakken meer kijken dan alleen de materiaalsoort, zegt Tom Acket van Acket Drukkerij Kartonnage. “Feit is in ieder geval dat karton uit hernieuwbare bronnen komt, dat het materiaal zeven tot acht keer recyclebaar is en dat het beter en sneller afbreekt dan plastic.” Acket Drukkerij Kartonnage ontstond 137 jaar geleden toen krantenuitgever Jan Acket papieren wikkels ging maken voor een lokale boterfabrikant. “Wij zijn dus al lang actief in Oss en zaten al op diverse locaties. Door de jaren heen hadden en hebben we veel contact met de gemeente en het onderwijs. Op initiatief van de gemeente zijn wij samen met andere bedrijven en het onderwijs bij elkaar gekomen op de dag van de Duurzame Verpakking. Daaruit is het innovatieprogramma Circulaire Verpakkingen ontstaan waarin we samen nadenken en elkaar helpen om een duurzame toekomst te bouwen.” Meedenken “Onze rol is meedenken vanuit onze expertise én eigen vraagstukken inbrengen. Zijn er bijvoorbeeld productverpakkingen waarvoor karton een alternatief kan zijn? Of kan een bestaande verpakking lichter, door een andere constructie te bedenken, of met minder materialen? Of denk aan het vervangen van een laagje plastic in een kartonnen verpakking. Daar wordt in de industrie weliswaar volop aan gewerkt, maar echt pasklare oplossingen zijn er nog niet.” Onderzoek “Studenten kunnen bijvoorbeeld vergelijkend materiaalonderzoek doen. Welk type verpakking kun je het beste waarvoor inzetten en is dat dan duurzaam? Je kunt materialen op aspecten als maakproces, energieverbruik, wijze van transport, recyclebaarheid, en bescherming en houdbaarheid van het product vergelijken. Ook consumentenonderzoek doen is een optie: hoe ervaart een consument een verpakking, begrijpt hij het als hij bijvoorbeeld een plastic laagje eruit moet halen en moet scheiden, en wil hij dat wel doen? En wat heeft hij over voor een duurzame verpakking? Wij zijn al in gesprek met de HAS over een specifiek onderzoekstraject op het goed van materialen en we denken dat begin volgend jaar concreet te hebben.” Tom Acket Chips “Met Total Pack – ook uit Oss - en de HAS werken we aan een innovatieve kartonnen oplossing om meerdere soorten zakken chips bijeen te houden, te kunnen promoten en te kunnen vervoeren. Er is een aantal designs in ontwikkeling. De oplossing waar nu de voorkeur naar uitgaat is stapelbaar, makkelijk vast te houden, promoot het product en is gemaakt van recyclebaar karton. Samen met de HAS willen we onder meer onderzoeken wat de exacte Life Cycle Analyses is van deze verpakking versus andere oplossingen. Ook bekijken we waar deze oplossing nog meer van toepassing kan zijn in supermarkten en groothandels.” Chemieloze offsetplaten “Duurzaamheid speelt een rol bij al onze beslissingen. We hebben zonnepanelen op het dak. Kartonnageafval persen we samen en daar laten we opnieuw karton van maken. We zijn in onze branche de eerste in Nederland met chemieloze offsetplaten. Dat bespaart chemische middelen, water en energie. Zo zijn we op verschillende fronten bezig en ook dat is allemaal kennis die we kunnen delen in het innovatieprogramma.” “Er zit hier veel verpakkingsindustrie en ook veel voedingsmiddelenproductie. We kennen elkaar allemaal wel, maar zijn vaak druk met de waan van de dag. Dit project is een mooie manier om die contacten weer aan te halen. De gemeente heeft een voortrekkersrol en vult die goed in. Daar ben ik zeer over te spreken.” FOOD Locaties 2020/2021 - 23
Regelgeving is cruciaal voor ontwikkelen duurzame verpakkingen Kunststof als verpakkingsmateriaal zal nooit helemaal verdwijnen, denkt Country, Channel & Export manager Leo Klapwijk van Nutripack. “Je kunt het ook niet honderd procent vervangen; er zijn simpelweg te weinig alternatieven voor het volume. Daarnaast: het is een goed product met enkele unieke eigenschappen, waaronder de goede recyclebaarheid. Maar we werken wel hard aan alternatieven.” Leo Klapwijk mooi uitgangspunt, dat Oss als pilot kan dienen voor landelijke regelgeving en uiteindelijk voor Europa.” “We zijn al met de HAS in gesprek om ons samen meer te verdiepen in hoe duurzaam een verpakking nu precies is vergeleken met andere verpakkingen. De duurzaamheidsbarometer noem ik dat; zit je in mooi, stabiel of slecht weer? Maar we willen ook kijken naar waarover we het nu eigenlijk hebben. Sustainability is een containerbegrip. Kijk je alleen naar de carbon footprint, of alleen naar recyclebaarheid? Of naar een volledig cradle tot cradle-concept? Dit doen we allemaal graag met anderen, want alleen red je het niet. We moeten de krachten bundelen.” Nutripack is fabrikant van vooral polypropyleenverpakkingen voor magnetronmaaltijden voor supermarkten en de zorgsector. Samen met vijf zusterbedrijven maakt het jaarlijks vijf miljard verpakkingen. “Als je wilt verduurzamen is een belangrijke eerste stap om te proberen je product zo licht mogelijk te maken om zo het totale kunststofgewicht te reduceren. Wij hebben veel geld gestoken in onderzoek en nieuwe matrijzen en dat levert een besparing op van twintig tot dertig procent in gewichtsreductie.” De fabriek in Oss ontwikkelt momenteel een hybride verpakking van karton met nog een klein deel plastic. “De plasticreductie daarvan is negentig procent, maar je hebt nog een klein deel nodig vanwege de houdbaarheidseisen.” Regelgeving Frankrijk verbiedt binnenkort het gebruik van plastic verpakkingen in de Franse ziekenhuizen. Nutripack Frankrijk ontwikkelde daarom een celluloseverpakking als alternatief en bouwt daar nu productielijnen voor. “Regelgeving is een belangrijke driver die bepaalt welke richting het op gaat. A: je kunt geen nieuwe, dure en duurzame verpakkingen ontwikkelen als je niet weet hoe de markt erop reageert. Vindt de consument het wel mooi, is men bereid er meer voor te betalen? Iedereen vindt onze hybride verpakking prachtig, totdat ze de hogere prijs horen. B: regelgeving speelt ook een rol bij het recyclen. Hybride verpakkingen met laminaat mochten tot vorig jaar 24 - FOOD Locaties 2020/2021 gerecycled worden met het oud papier, vanaf dit jaar niet meer. Nu verdwijnt het weer in de verbrandingsoven.” Interessant Het innovatieprogramma Circulaire Verpakkingen is om meerdere redenen interessant, zegt Klapwijk. “Het is een platform om kennis te delen en waar we onze ontwikkelingen onder de aandacht kunnen brengen. Richting de markt, maar ook richting de overheid. ‘Kijk eens wat er allemaal kan. Sluit daarop aan met je regelgeving.’ Oss wil graag een driver zijn in het verder ontwikkelen van duurzame verpakkingen, inclusief bijbehorende regelgeving. Dat vind ik een
Mark van der Burgt ‘Wij zijn niet bepalend; we volgen de vraag van de klant’ Zeven jaar geleden ontwikkelde Vetipak al een papier met PE-laag. Commercieel gezien brak die oplossing echter nooit écht door. “Vooral vanwege de prijs, die zo’n 20 tot 25 procent hoger lag.” Ook ten aanzien van de duurzaamheid was er een kanttekening. Chief commercial officer Mark van der Burgt: “Uiteindelijk was het toch een laminaatoplossing, die daardoor moeilijk te scheiden was.” Vetipak is co-manufacturer (verpakker van primair product) en co-packer (verpakker van secundair product). Met negen fabrieken en 650 medewerkers is het qua omzet en schaalgrootte de grootste speler in dit marktsegment in Nederland. Eigen verpakkingstechnologen Het bedrijf heeft eigen verpakkingstechnologen die klanten adviseren en die mee-ontwerpen bij het ontwikkelen van nieuwe verpakkingen. “Wij doen eigenlijk alles op verpakkingsgebied, behalve de colour, de content en het voorraadrisico.” Eind vorig jaar besloot het bedrijf om zich voortaan ook te richten op co-making; het oplossen van productie- en supply chain-vraagstukken van klanten. Niet bepalend Duurzaamheid heeft zeer zeker de aandacht, zegt Van der Burgt. “Maar wij zijn niet bepalend; we volgen de vraag van de klant. Vanuit onze technologie en onze kennis kunnen we zeker bijdragen aan het verduurzamen van een productportfolio. Ik vind dat je die verantwoordelijkheid ook hebt als bedrijf; voor je eigen organisatie, voor de maatschappij en voor je klanten.” Minder materiaalgebruik Verpakker en producent moeten samen optrekken om duurzamere verpakkingen te ontwikkelen: samen onderzoek doen, strategie bepalen en keuzes maken, vindt Van der Burgt. “Dat begint helemaal vooraan in de samenwerking, bij elke verpakking opnieuw. En het hoeft echt niet altijd om innovaties op het gebied van materiaal te gaan.” Zo leidde een experiment van Vetipak en een van Europa’s grootste voedingsproducenten tot dertig procent minder materiaalgebruik door de stijfheid van het materiaal te verlagen van 130 mu naar 90 mu, mét behoud van eigenschappen. Monoverpakkingen Een belangrijke doorbraak vond vorig jaar plaats: Vetipak introduceerde vijf papieren monoverpakkingen die volledig recyclebaar zijn. Voor het sealen wordt – voor het eerst – een thermo-sealbare lak zonder kunststof gebruikt. “Deze oplossing hebben we te danken aan onze strategische samenwerking met Packaging Partners en de Gerosa Group, een producent van bedrukte flexibele verpakkingsfolies.” Mark van der Burgt “Het innovatieprogramma Circulaire Verpakkingen is een goed initiatief. Wij weten ook niet alles en nieuwe kennis van buiten naar binnen brengen – en omgekeerd - is goed. Wat dat betreft geloof ik zeker dat één plus één drie is. Ik heb ook wel ideeën over het inzetten van studenten op bepaalde vraagstukken. Aan de andere kant: wij zijn best eigenwijs en gewend ons eigen tempo te bepalen. Als de meerwaarde er is, doen we zeker mee. Sowieso vind ik dat als het past en kan, wij elkaar in Oss best mogen helpen. Wij opereren op Europese schaal en hebben onze strategische partners allemaal buiten Oss. Dat is historisch zo gegroeid. Misschien dat we door dit programma ook eens wat dichter bij huis partners vinden. Dat zou best logisch zijn.” ¢
Orangeworks faciliteert voedingsmiddelen - industrie vanuit prachtig, nieuw pand in Oss Orangeworks in Oss ontwerpt en produceert procesinstallaties voor de wereldwijde voedingsmiddelenindustrie. Eind 2019 betrokken ze een prachtig, nieuw pand in Oss, dat door Heembouw werd ontworpen en gebouwd. Een gebouw waarin de normen en waarden van Orangeworks goed naar voren komen. “Net als onze installaties moet ons gebouw goed en functioneel zijn. We gaan voor kwaliteit, maar er hoeft geen gouden randje omheen. We zijn open en transparant. We staan voor samenwerking en verbinding met onze klanten. Plezier hebben in ons werk, is één van onze kernwaarden. In ons nieuwe pand zijn al die zaken verenigd. Het is hier echt heel prettig werken!” A lgemeen directeur Koen Verstegen windt er geen doekjes om: hij is heel tevreden met het nieuwe gebouw. Vanuit drie verschillende locaties in Veghel en Mill is alles nu samengevoegd in Oss. In een ruim opgezette, 15 meter hoge productiehal, wordt gebouwd aan indrukwekkende installaties. Hierin worden straks o.a. sauzen bereid, crèmes voor sandwich koekjes gemaakt of bieren gebrouwen. In een reeks aaneengeschakelde machines worden ingrediënten gemengd, verlucht, gekoeld, verwarmd, gevormd, opgeslagen of getransporteerd om uiteindelijk een mooi en smaakvol eindproduct op te leveren. Mega bouwpakket Voor de productie en installatie gebruikt Orangeworks een zogenaamde vertical approach methode. Verstegen legt uit wat dat betekent: “Na de R&D- en ontwerpfase wordt zo’n complete installatie, in een periode van zes tot negen maanden, gefabriceerd, opgebouwd en getest bij Orangeworks. Vervolgens worden alle onderdelen gelabeld en wordt de installatie weer uit elkaar gehaald. De onderdelen worden in containers verscheept naar de klant, waar ook ter wereld. Daar wordt het in slechts enkele weken tijd, als een soort heel groot Ikea bouwpakket, weer in elkaar gezet. We doen dat met lokale mensen, maar wel onder strikte supervisie van enkele Orangemedewerkers. Tijdens het opbouwen van zo’n installatie proberen we het bestaande productieproces bij een klant zo min mogelijk te verstoren. Daarom is het heel belangrijk dat deze fase kort duurt en snel en vakkundig wordt uitgevoerd.” Verdere groei In 2020 nam Orangeworks branchegenoot Tanic Food Tec (TFT) in Lelystad over. Qua ervaring en expertise vullen deze twee internationaal werkende topbedrijven elkaar prima aan. Eigenaar Jan de Wringer verwoordt het als volgt: “We maken samen met TFT een grote schaalsprong op het gebied van technologie en techniek. Vanuit hoogwaardige, voedsel-technologische kennis ontwikkelen en bouwen we machines en productie equipment waarmee onze klanten kunnen innoveren in hun markt of niche.” 26 - FOOD Locaties 2020/2021
Koen Verstegen over de samenwerking met Heembouw: “Vanaf dag 1 hebben wij zeer prettig samengewerkt met het team van Heembouw. Nadat alle besprekingen met de investeerder en zaken rondom financiering en vergunningen waren afgerond, zijn wij als gebruiker en zij als ontwerpende bouwer verder samen opgetrokken in het uitvoerende deel. Altijd in goede samenspraak, net zoals wij dat doen met onze klanten. Heembouw spreekt dezelfde taal als wij: ze zijn praktisch, willen doorpakken en werken gestructureerd en netjes. Ik ben regelmatig op de bouw geweest, vaak vergezeld door klanten. Ik kreeg daar altijd een goede indruk van hun manier van werken. Strakke planningen, heldere communicatie, strikte afvalscheiding; alles is goed georganiseerd en straalt professionaliteit uit. En het eindresultaat mag er zijn! Dit gebouw is een fantastisch visitekaartje voor Orangeworks en weerspiegelt perfect waar wij voor staan.” Duurzame, wereldwijde relaties Orangeworks hecht grote waarde aan het aangaan van duurzame relaties met haar klanten. Verstegen: “Een goede samenwerking is voor ons cruciaal. Een klant weet goed wat hij wil en wij weten wat we kunnen. Als je die twee dingen samenbrengt kom je tot een oplossing die echt werkt en die mens- en voedselveilig is.” Orangeworks ondersteunt multinationals ook in hun streven naar global engineering. “Wij zorgen ervoor dat overal ter wereld eenzelfde type installatie staat, zodat een bedrijf overal met dezelfde standaard kan werken. En men niet op elke locatie weer opnieuw het wiel moet uitvinden.” Vol trots vertelt hij erbij dat dit nieuwe gebouw indruk maakt op de grote, internationale spelers in de voedselindustrie. “Dit gebouw helpt ons om onze manier van werken duidelijk te maken. Klanten zien hier meteen orde, reinheid en structuur, die ook terug te vinden zijn in onze werkwijze. Als je samenwerken belangrijk vindt, dan moet het gebouw dat ook faciliteren. Daarom hebben wij in plaats van minder, juist 20% méér flexplekken gecreëerd, dan dat hier mensen werken. Zodat er altijd ruimschoots plaats is voor projectgroepen om samen te zitten. Als je zegt dat je transparant bent en kwaliteit levert, dan moet je gebouw dat ook uitstralen. Al die facetten zijn in dit prachtige pand meegenomen. We hadden vooraf nooit kunnen denken dat juist deze ‘zachte’ kant van een gebouw zo belangrijk blijkt te zijn.” ¢ FOOD Locaties 2020/2021 - 27
Voorkomen van voedselverspilling is pure winst Toine Timmermans, directeur stichting Samen Tegen Voedselverspilling Voedselverspilling vindt plaats door de gehele keten, van boer tot bord. Volgens de Monitor Voedselverspilling bedroeg de hoeveelheid voedselverspilling in Nederland in 2018 over de gehele keten tussen 1.6 en 2.5 miljoen ton. Deze totale cijfers zijn tussen 2009 en 2018 weinig veranderd. Om een beeld te geven van de hoeveelheid: dit is een file met vrachtwagens barstensvol met voedsel van Utrecht naar Barcelona. Het belang van het terugdringen van voedselverspilling zal alleen maar groter worden, met name vanwege de noodzaak om de groeiende wereldbevolking op duurzame wijze te voeden, alsook door de negatieve effecten van voedselverspilling op ecologie en klimaat. En daarnaast is het financiële verspilling, wereldwijd zo’n 750 miljard Euro. Als onderdeel van Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDG’s) is vastgesteld dat in 2030 de voedselverspilling gehalveerd moet zijn. De uitbraak van de COVID-19-pandemie leidde wereldwijd eveneens tot heftige verstoringen van voedselketens, onder meer doordat de voedselexport deels stil kwam te liggen en vraag vanuit de horecasector tijdelijk vrijwel volledig wegviel. En daardoor ontstond in sommige sectoren juist extra ‘verspilling’ van voedseloverschotten om de marktomstandigheden te stabiliseren. Dit gebeurde in Nederland bijvoorbeeld met een overschot van 1 miljoen ton fritesaardappelen, die vanwege de weggevallen vraag vanuit de horeca, festivals en export uiteindelijk grotendeels is gebruikt als rundveevoer. Samen tegen voedselverspilling in Nederland In 2009 formuleerde de Nederlandse overheid een nationale strategie en doelstelling: 20% minder voedselverspilling in 2015. Toen rond 2014 duidelijk was dat het ingezette beleid niet het gewenste effect zou hebben, bundelden een aantal Nederlandse bedrijven, sectororganisaties, kennisinstellingen en de overheid de krachten in een nieuwe vorm van publiek-private samenwerking. De insteek was om meer systemisch, collectief en doelgericht een Nationale strategie en actieplan te ontwikkelen en implementeren. De stichting Samen Tegen Voedselverspilling is hét ecosysteem waarin alle belangrijke initiatieven, expertise en krachten tegen voedselverspilling in Nederland worden samengebracht en versneld. Hierin werken bedrijven uit de hele keten, overheid, maatschappelijke organisaties en kennisinstellingen aan een gezamenlijke agenda met als concrete doelstelling om jaarlijks 1 miljard kilo extra aan voedsel binnen de voedselketen te behouden. Inmiddels zijn tientallen initiatieven en projecten geïnitieerd door organisaties binnen het ecosysteem Samen Tegen Voedselverspilling en zijn de eerste positieve signalen duidelijk zichtbaar. Zo blijkt de voedselverspilling bij de Nederlandse consument al een aantal jaren te dalen: in 2019 was deze 17% (7 kilogram per persoon) minder dan in 2016 en zelfs 29% (13,7 kilo) lager ten opzichte van 2013. Nederlanders verspilden in deze periode vooral minder brood, zuivel, groente en fruit. Om deze dalende trend door te De focus van Samen Tegen Voedselverspilling Samen Tegen Voedselverspilling richt zich op het tegengaan van voedselverspilling in de hele voedselketen. Dat doen we door voedselverspilling zoveel mogelijk te voorkomen en te verminderen en reststromen te verwaarden volgens de “Ladder van Moerman”. Bron: Samen Tegen Voedselverspilling, 2019 28 - FOOD Locaties 2020/2021
Daling van voedselverspilling van huishoudens 2010-2019. Bron: Voedingscentrum, Syntheserapport voedsel verspilling bij consumenten, 2019 Toine Timmermans Kilogram per persoon per jaar zetten startte Samen Tegen Voedselverspilling in 2019 een nationale consumentencampagne: Hoe #verspillingsvrij ben jij?, waarbij de nadruk ligt op het creëren van een positieve sociale norm ten opzichte van voedselverspilling. Hierbij zijn wetenschappelijke inzichten in drijfveren en mechanismen om consumentengedrag te veranderen vertaald naar concrete interventies. De campagne benut de tendens dat individuen zich eerder conformeren aan gewenst gedrag als dit aansluit bij wat mensen in hun naaste omgeving denken of doen. Naast generieke communicatie via de media over bijvoorbeeld de betekenis van houdbaarheidsdata, is een groep influencers ingezet om specifieke consumenten te bereiken binnen uit vers vlees en verse vis; en 13,2 uit overige verse en houdbare producten. Supermarktorganisaties hebben nu zelf inzicht in de reststromen, en kunnen hierdoor de resultaten van acties beter monitoren om verspilling van voedsel verder terug te dringen. Het publiekelijk maken van de norm stimuleert supermarktorganisaties om hogere doelen te stellen en aanvullende samenwerkingen op te starten binnen de eigen processen en met de ketenpartners. Daarnaast stimuleert het andere sectoren in Nederland eveneens toe te werken naar het inzichtelijk krijgen en publiekelijk maken van de norm binnen de eigen branche. Top 10 spelregels om te veranderen Om voedselverspilling te halveren vóór 2030 zijn nog grote stappen nodig. Soms staat wetgeving of (Europees) beleid in de weg. Waar mogelijk en veilig moeten politiek, overheid en bedrijfsleven die spelregels veranderen, zodat ondernemers zich nog beter kunnen inzetten om zo min mogelijk te verspillen en reststromen optimaal te verwaarden. Zo wordt een circulair voedselsysteem, waarin alle grondstoffen zo nuttig mogelijk worden gebruikt, de enige logische keuze. De 1,7% voedselverspilling binnen het supermarktkanaal bestaat uit vijf productcategorieën. Bron: Wageningen University & Research, 2020 de doelgroep gezinnen met jonge kinderen. Het bedrijfsleven heeft afgelopen jaren diverse interventies en innovaties doorgevoerd die consumenten ondersteunen om minder te verspillen. Zo helpen zij in toenemende mate consumenten slimmer voedsel te kopen, kopen of bewaren, zoals bijvoorbeeld door het verkleinen van portiegroottes van voorgesneden versproducten. Nederlandse supermarktketens presenteerden in maart 2020 de benchmark van de gemiddelde voedselverspilling in hun sector, op basis van de geaccumuleerde zelfrapportageresultaten. Uit dit rapport blijkt dat van al het voedsel in Nederlandse supermarkten gemiddeld 98,3% (in kilogrammen) wordt verkocht. De overige 1,7% van het voedsel komt niet bij de consument terecht en valt onder voedselverspilling binnen het supermarktkanaal. Deze 1,7% voedselverspilling is als volgt opgesplitst: 34,5% bestaat uit aardappels, groenten en fruit; 31,5% uit brood, afbakbrood en banket; 13,3% uit zuivel, eieren en gekoelde kant-en-klaar producten; 7,5% Samen Tegen Voedselverspilling selecteerde in samenwerking met Wageningen University & Research, na een brede en transparante consultatieronde, 10 kansrijke spelregels om te veranderen. Zo moet het mogelijk worden om, op een veilige manier voor mens en dier, keukenafval met daarin (sporen van) dierlijke producten te gebruiken in diervoeder. Bij aanpassing van deze Europese wetgeving kunnen in de EU miljarden extra kilo’s reststromen nuttig worden hergebruikt. Een andere verandering waar de stichting voor pleit, is de inzet van slimme technologie waardoor minder producten in de keten worden afgekeurd. De hele top tien is hier te vinden: https://samentegenvoedselverspilling.nl/top-10prioriteiten-spelregels-veranderen/ Om het ecosysteem en de beweging verder uit te bouwen wordt in 2021 in de gemeente Meierijstad - op de fundamenten van het Nationale programma van Samen Tegen Voedselverspilling - het Circular Food Center ontwikkeld. Met als ambitie om verder uit te groeien tot een Europese kennis- en innovatiehub. Waar starters & ondernemers; studenten & experts; stakeholders & bestuurders elkaar treffen om kennis, informatie en inspiratie op te doen. Dé plek waar conferenties, exposities en events zijn rond het thema voedselverspilling. Een internationale community - fysiek en digitaal - waar het borrelt en bruist van de nieuwe ideeën en initiatieven. Waar partners elkaar vinden en verbinden. En waar relevante nieuwe business- en verdienmodellen worden ontwikkeld. Waar zij kunnen zien en ervaren hoe op de fundamenten van het verleden en het heden wordt gebouwd aan een nieuw, slim en circulair ecosysteem tegen voedselverspilling. ¢ FOOD Locaties 2020/2021 - 29
Flexibiliteit maakt bouw nieuwe bakkerij succesvol Bouwbedrijf Van de Ven uit Veghel zette in sneltreinvaart een nieuwe bakkerij neer in het naastgelegen Uden. Tijdens de bouw veranderden de wensen van de bakkerij ingrijpend. En toch kwam precies op tijd het gebak op tafel. Door de hoge mate van flexibiliteit staat er nu een prima pand voor een tevreden klant. C ommercieel-directeur Jan Aldenhuijsen van bakkerij BACU gaat er eens goed voor zitten om te vertellen hoe het project voor een nieuwe bakkerij is ontstaan. “Wij zijn behoorlijk hard gegroeid de afgelopen jaren, met name in gebak elk jaar met 10% tot 20%. We moesten dus uitbreiden. Wij zijn vrij ongeduldig van aard, dus op het moment dat het idee ontstaat moet het eigenlijk binnen een paar maanden geregeld zijn. Terwijl we weten dat dat niet kan.” Een eerste probleem waren de grondposities, niet alle grond was in het bezit van de bakkerij. Ontzorgen Tegelijkertijd met het verwerven van de grond ging Aldenhuijsen op zoek naar een aannemer die het project kon realiseren. “We hebben met een aantal aannemers gepraat, waaronder onze huis30 - FOOD Locaties 2020/2021 aannemer. Maar voor hen was dit project te groot.” BACU wilde niet alles op voorhand beslissen, een turnkey-project was dus uitgesloten, de wens was om te werken met een bouwteam. En het moest een aannemer worden die niet in de stress zou schieten als er gedurende het proces ineens iets toch helemaal anders moest. En dus ging men op zoek naar een aannemer die mee kon denken in het proces, en die de directie kon ontzorgen. Uiteindelijk kwam men uit bij Van de Ven. “Ze hebben goede referenties, ze hebben eerder een bakkerij gebouwd en in de food hun sporen verdiend. En ze bouwen regelmatig voor Jumbo.” Het plan ontstond begin 2018 en het doel was dat het gebak voor Pasen 2020 uit de nieuwe bakkerij zou moeten komen. En dat doel werd gehaald.
De geschiedenis van Bouwbedrijf Van de Ven gaat terug naar 1927, toen Lambert van de Ven een timmer- en metselbedrijf begon. Na de roerige oorlogsjaren ging het de onderneming voor de wind tijdens de wederopbouw. In de jaren 60 maakte het bedrijf een sterke groei door, en werden de bakens verzet richting seriematige woningbouw en het realiseren van bedrijfsgebouwen. Inmiddels staat de derde generatie aan het roer en vormen Frank en Stefan van de Ven de directie. In 2019 realiseerde het bedrijf een omzet van 227 miljoen euro. Snel schakelen Frank Smits is adjunct-directeur bij Van de Ven: “Als wij zo’n verzoek als van BACU krijgen, kijken we eerst of zo’n project ons past. En als het ons past daar gaan we er ook volledig voor en zetten daar direct een goed team op.” Bij Van de Ven zijn de lijnen kort, dat geldt intern maar ook met de klant. Als er iets is, wordt er snel geschakeld. Smits: “Dat hoort bij een echt familiebedrijf.” Volgens hem zijn stabiliteit en continuïteit de kernbegrippen van een degelijk familiebedrijf. Uitgangspunt voor de bouw waren de sterke punten uit BREEAM (Building Research Estabilishment’s Environmental Assesment Method). “Dat is een heel breed pakket, we hebben er voor gekozen om daar de mooie dingen uit te halen,” vertelt Aldenhuijsen. Het gebouw is verder om de wensen voor het produceren van gebak heen gebouwd. “We wilden meer flexibiliteit, een kortere flow van de dagelijks verse producten en meer zelf maken. En het moest aansluiten bij het bestaande logistieke proces.” Dat is een complexe operatie, een klant die ’s avond gebak bestelt, krijgt dat de volgende ochtend voor negen uur binnen. Functionaliteit leidend Het gebouw kent drie lagen, op de begane grond (7.000 m2 alle productie-gerelateerde functies. Op de eerste etage (6.000 m2 ) zijn ) zijn alle facilitaire ruimtes, zoals de opslag van droge grondstoffen en kratten. Op de tweede etage bevinden zich de technische ruimtes. Smits: “Belangrijk bij het ontwerp is hoe je het aanvliegt. Bij zo’n project mag de architectuur niet bepalend zijn. De wensen van de klant zijn richtinggevend. Onze taak is het dat er een mooi omhulsel omheen komt.” Waar Smits vooral trots op is, is de afstemming tussen de proces-gebonden en de gebouw-gebonden installaties. Bakkerij BACU is een begrip in Uden en omgeving. Al bijna 120 jaar staat de familie Aldenhuijsen aan het hoofd van deze onderneming. Jan Aldenhuijsen is de vierde generatie. Met 550 werknemers op één productielocatie maakt de bakkerij brood en banket voor supermarktketen Jumbo. Het brood gaat naar 125 supermarkten tussen Nijmegen en Maastricht. Met het dagverse banket bedient de onderneming alle Jumbosupermarkten in Nederland, van Texel tot aan Maastricht. Tijdens het bouwproces nam BACU een ingrijpend besluit. Het oorspronkelijke plan was om een bestaande productielijn te verplaatsen. Maar bij nader inzien bleek het slimmer een hele nieuwe lijn te bouwen. Aldenhuijsen: “Ik ben nog steeds blij dat we die keuze gemaakt hebben, het is de meeste moderne lijn die er te koop is. Hij heeft een vacuümkoelinstallatie, waardoor wij het proces nog beter kunnen sturen en beheersen. Daarmee wordt bijvoorbeeld de cake veel malser.” De aanpassing had wel consequenties voor het ontwerp en de bouw. Maar Smits heeft zich daar geen seconde aan gestoord: “Je moet met je klant willen meedenken. Flexibiliteit is essentieel. De klant moet nog vijftig jaar met het pand doen. Dan kan je beter even de rem er op gooien en dingen aanpassen, dan te roepen dat het te laat is.” ¢ Meer informatie www.bouwbedrijfvandeven.nl FOOD Locaties 2020/2021 - 31
RUYS GROEP: SYNERGIE IN VLOEREN EXPERTISE Heb je het over de Ruys Groep dan praat je over cementgebonden dekvloeren en kunststof vloerafwerkingen. Maar het moederbedrijf van Ruys Vloeren, SR Vloeren en De Bedrijfsvloer kan én wil meer. Voor een full-service klantervaring wil de Ruys Groep dichtbij de klant staan waardoor uitbreiding aanstaande is. Directeur Hendrik Ruys neemt ons mee in de ontwikkelingen binnen de Ruys Groep. Alle vloerspecialismes in één organisatie De Ruys Groep dankt haar reputatie aan jarenlange expertise in de voedselverwerkende industrie, waar hoge eisen worden gesteld. Vele klanten werken al decennia dagelijks intensief op deze kwaliteits-vloeren waarbij hygiëne, zware belasting door transport en antislip belangrijke pijlers zijn voor een passende vloeroplossing. Hendrik Ruys geeft aan: ‘’Hoe meer eisen aan de vloer worden gesteld en des te ruiger men op de vloer te werk gaat, des te beter komen onze vloeren tot hun recht, zeker op de lange duur.’’. De Ruys Groep maakt haar totaalpakket compleet door naast industriële vloeren ook kwalitatieve kunststofvloeren, rvs wandbescherming en rvs afwateringssystemen te verzorgen. Inbegrepen in dit brede aanbod zijn verschillende mogelijkheden waardoor de Ruys Groep de klant altijd een passende oplossing kan voorleggen. Advies op maat De adviseurs van de Ruys Groep denken het liefst vanaf de start van een nieuwbouw- of renovatie project mee over de beste vloeroplossingen. ‘’Elke vloer heeft zijn specifieke eisen. We denken mee in het gebruikersdoel van de ruimte en daarmee de verwachtte vloerbelasting. Zo bekijken we welke vloer het best past en leveren we maatwerk volgens onze slogan: “de juiste vloer op de juiste plek’’, stelt directeur Ruys. Onderdeel van het advies is het bepalen van een passend afschotplan zodat de Ruys Groep een plasvrije werkvloer kan garanderen. Foodsafe vloeren volgens kwaliteitsnormen Strenge kwaliteitsnormen spelen een essentiële rol bij de bedrijfsvoering van ondernemingen in de voedselindustrie. De Ruys Groep biedt foodsafe vloeren aan welke voldoen aan diverse eisen zoals HACCP, EHEDG en USDA. Maar ook antislip voor een veilige werkomgeving is belangrijk. Een functionele vloer welke decennia lang onder zware belasting meegaat blijft daarmee ook het doel van de organisatie. Ruys Groep heeft inmiddels met eigen vakmensen diverse projecten van vloeren voorzien waarbij het resultaat heeft bijgedragen aan de uiteindelijke BREEAM certificering, waaronder ook de hoogste categorie: BREEAM Outstanding. En met het Halal certificaat bedient de Ruys Groep een specialistische tak binnen de vleesindustrie waarmee alleen dit jaar al een Halal en Kurban slachterij in Nederland en een Döner fabriek in Duitsland zijn gerealiseerd. Uitbreiding Ruys Groep De Ruys Groep werkt al jaren internationaal in landen zoals Duitsland, Amerika, Spanje, Rusland Italië en Noord-Afrika. Ook in België is de Ruys Groep al geruime tijd bij toonaangevende projecten betrokken. Actueel zijn de nieuwbouw van een saladefabriek van de grote keten Colruyt en de realisatie van hamfabriek Van Bogaert maar ook vaste klanten als ROPA, Izico, Jo Herbots en De Molse Vishal werken op de op vloertoepassingen van de Ruys Groep. Om nog dichter bij de klant te staan zal de Ruys Groep per 1 januari 2021 in België een nieuwe vestiging openen. Deze vestiging, genaamd MR Vloeren, zal door de zeer ervaren Jean-Claude de Maaijer worden geleid. De toekomstvisie van deze compagnons is duidelijk: ‘’Uitgangspunt is om zorg te dragen voor project specifiek maatwerk om zo nog beter en sneller in te spelen op de vragen van de klant.’’ www.ruysvloeren.nl www.debedrijfsvloer.nl www.sr-vloeren.nl www.mr-vloeren.be
Jamfabriek Dé Food hotspot waar (agri) food ondernemers - groot en klein - samenkomen In ’s-Hertogenbosch wordt er momenteel gebouwd aan Jamfabriek, Home to the future of food. Het gebouw aan de Helftheuvelweg wordt volledig gemoderniseerd, verduurzaamd en voorzien van juiste faciliteiten voor agri/foodondernemers, zodat het als bedrijfsverzamelgebouw plek kan bieden aan ondernemers, - groot en klein- , uit de agri en food sector. Kim Helmer Over Jamfabriek Jamfabriek biedt kantoorruimtes in een dynamische werkomgeving voor bedrijven in alle maten van startups tot scale ups tot toonaangevende (agri) foodbedrijven. In deze food community ontvangen ondernemers naast huisvesting ook toegang tot een groot netwerk, ondersteuning en participatiemogelijkheden. Een inspirerende werkomgeving, voorzien van de juiste middelen en ondersteuning om te floreren. Kim Helmer, community manager Jamfabriek, is het gezicht van de locatie en het aanspreekpunt voor alle ondernemers. Kim: ‘’Gaaf om te zien hoe Jamfabriek, de hotspot voor agrifood ondernemers in ’s-Hertogenbosch groeit en gestalte krijgt. Ik kan niet wachten tot de deuren openen en ondernemers hier in hun dynamische kantoorruimtes neerstrijken, kennis & ervaringen uitwisselen met elkaar en onze partners. Kortom om zo het ecosysteem van Agrifood met elkaar verder uit te bouwen.’’ Faciliteiten Het gebouw is voorzien van alle benodigde foodfaciliteiten, waaronder een proefkeuken, vergaderkeuken, R&D ruimte en auditorium voor evenementen. Deze plekken maken het mogelijk voor gevestigde bedrijven om elkaar te ontmoeten, maar ook bedrijven van buiten de fabriek die zich met agri en food bezighouden. Er is aan alles gedacht, zodat ondernemers zich alleen maar bezig hoeven te houden met onderFOOD Locaties 2020/2021 - 33
nemen. De kantoorruimtes zijn 24/7 bereikbaar met een elektrische tag, de receptie ontvangt bezoek en post/pakketten en er zijn elektrische deelauto’s die gereserveerd kunnen worden. Waar gewerkt wordt is ook ruimte voor ontspanning nodig, daarom zijn er voldoende relaxmogelijkheden aanwezig, is er een sportschool om stoom af te blazen en een horecagelegenheid om iets te eten/drinken. Partners Door deel uit te maken van de Jamfabriek community krijg je toegang tot haar exclusief netwerk van partners: AgriFood Capital, Rabobank HAS hogeschool, Jheronimus Academy of Data Science (JADS), Helicon, Gemeente ’s-Hertogenbosch en het Bossche Investeringsfonds (BIF). Elke partner draagt op zijn/haar eigen manier bij aan Jamfabriek. Zo is er toegang tot subsidie mogelijkheden, innovatieve agrifood datascience projecten, groot netwerk, financieringsmogelijkheden en mentorship programma’s. Verbouwing In de zomer van 2020 is een start gemaakt met de verbouwing. Naar ontwerp van architectenbureau Tarra gaat BAM Bouw en techniek de herontwikkeling realiseren in samenwerking met installateur Verstappen van Amelsvoort. De blikvanger van de nieuwe Jamfabriek is het entree via de kas, via daar kom je binnen in het hart van het gebouw waar alle agri food faciliteiten gevestigd zijn. Naar verwachting openen in Q2 van 2021 de deuren. Gemeente ‘s-Hertogenbosch Door de focus van Jamfabriek puur op (agri) food te leggen wordt er ingespeeld op het economisch beleid van Gemeente ’s-Hertogenbosch. Ze wil zich namelijk profileren als stad voor ICT/data en (agri)food, mede door hierin een cross over te realiseren. NV Bossche Investerings Maatschappij Jamfabriek is een van de vele bedrijfsverzamelgebouwen van de Bossche Investerings Maatschappij (NV BIM). NV BIM is een van de grootste spelers op de Bossche markt van bedrijf onroerend goed en tevens een van de oudste publieke investeringsmaatschappijen van Nederland. Zij zet zich op economisch en maatschappelijk terrein in om de Bossche economie te stimuleren en ondernemen mogelijk te maken. Haar kracht ligt in het creëren van dynamische geïntegreerde communities die ondernemers vele kansen bieden. De Gruyter Fabriek, met een focus op de creatieve sector en Grasso met een focus op ICT/data zijn hier voorbeelden van. Directeur NV BIM, Maurice Horsten: ‘’De kracht van communities is de basis van de succesvolle strategie van de BIM. Ondernemers zijn graag omringd door ondernemers werkzaam in hetzelfde vakgebied. Op die manier kunnen zij met elkaar samenwerken, kennis delen en worden ze geïnspireerd. Bij Jamfabriek zijn alle aspecten aanwezig om dit te bevorderen.’’ 34 - FOOD Locaties 2020/2021
Een blik in de toekomst Als Jamfabriek haar deuren opent in 2021 voel je dat het er bruist. Jamfabriek is dé plek waar je moet zijn als je op de hoogte wilt blijven van de laatste ontwikkelingen en innovaties op het gebied van food. Er ontstaan ideeën en oplossingen voor de voedselproblemen van de toekomst. Zoals bijvoorbeeld het produceren van voldoende voedsel voor de groeiende wereldbevolking. Kantoorruimtes beschikbaar Wil jij je vestigen in Jamfabriek? Of weten wat Jamfabriek voor jouw bedrijf kan betekenen? Neem dan vrijblijvend contact op met Kim Helmer (khelmer@nvbim.nl) en dan bekijken we samen de mogelijkheden. ¢ Jamfabriek.nl Khelmer@nvbim.nl FOOD Locaties 2020/2021 - 35
Landelijke (her)ontwikkeling in Beers biedt kansen voor vernieuwers in agro-food Om de transitie naar een circulaire economie mogelijk te maken is het noodzakelijk om nieuwe systemen te testen en er mee te experimenteren. We willen een innovatieomgeving creëren waar ondernemers, burgers, kennisinstellingen en overheden samenwerken aan de eiwittransitie. Op de Eiwitcampus Beers is ruimte voor zowel kleinschalige bedrijven en experimenten als voor grootschaliger activiteiten van bedrijven op het gebied van de eiwittransitie. De Eiwitcampus kan als voorbeeld dienen voor de rest van Nederland, met toekomstperspectief voor ondernemers en voor bewoners van het gebied. 14 15 13 11 2 14 10 4 3 1 6 7 5 8 12 9 Eiwitcampus Beers is een nieuw centrum voor innovatie en educatie op het gebied van eiwitproductie. In het Land van Cuijk, ook wel de “Protein Valley” genoemd, is het voormalige K.I. station en Veeteelt-museum getransformeerd tot een werk-en ontmoetingsplek voor diverse partijen uit de agro-foodsector. Doorsnijding Behoud KI-ruimtes Toevoegen bedrijfsruimtes E en inspirerende omgeving, waar zowel ondernemers als kennisinstellingen samenwerken aan een nieuw evenwicht tussen dierlijke- en plantaardige eiwitproductie in landen tuinbouw. Een omgeving ook waar synergie ontstaat, en waar bijvoorbeeld land- en tuinbouw, bijenhouderij en de opwekking van duurzame energie samengaan én elkaar weten te versterken. Nuttige, toepasbare innovatie is het devies op Eiwit-campus Beers. Hierbij doen de initiatiefnemers (beiden met een landbouwachtergrond) er binnen hun mogelijkheden alles aan om deelnemers te faciliteren. Eigenaar en initiator van de Campus, Marco Smits is bereid om tegemoet te komen bij de bouw en ontwikkeling van een project op Eiwitcampus Beers wanneer dit niet binnen de bestaande infrastructuur past. Mede ontwikkelaar Dim Boonstoppel legt verbinding tussen de partijen onderling op de Campus en onderhoudt contacten met onderzoeks- en kennisinstellingen. Praktische- én theoretische ondersteuning dus voor uw onderneming wanneer u van ontwikkelingsfase naar productiefase groeit. Uiteraard zijn ook bestaande, gevestigde bedrijven welkom om onderdeel uit te maken van deze dynamische omgeving. Of u nu een R&D gedeelte wilt inrichten met “field-lab”, een kantoor zoekt, (ook los van uw productiebedrijf), of als u een laboratoriumruimte met productieruimte én opslagruimte zoekt; Eiwitcampus Beers biedt de mogelijkheden. 36 - FOOD Locaties 2020/2021 16 1 2 3 4 5 6 7 8 9 Waarom een Eiwitcampus? Eiwitten zijn met koolhydraten en vetten macronutriënten of hoofdvoedingsbestanddelen, en daarom onmisbare bouwstenen voor het lichaam. Een ideaal eiwitvoedingspatroon bestaat volgens de initiatiefnemers uit een combinatie van plantaardige- én dierlijke eiwitten. Naast een goede balans in het gebruik van de andere hoofdvoedingsbestanddelen koolhydraten en vetten, is een goede eiwitbalans essentieel voor het evenwicht in gezondheid wat betreft het aandeel van voeding hierin. Reden genoeg voor Marco en Dim om aandacht te besteden aan eiwitproductie en dit toe te passen op deze circulaire Campus en boerderij. 10 verbindingspad voorplein entreebalie restaurant in voormalige dekstal keuken te behouden laboratorium vide toiletten flexiblele werkplekken showcase living machine “Nieuw Evenwicht noodzakelijk” De consumptie van eiwitten verschuift op dit moment van dierlijke- naar meer plantaardige vormen omdat we tegen de houdbaarheid van het landbouwproductiesysteem aanlopen wat ons de afgelopen decennia succesvol gediend heeft. Een systeem wat we overigens niet in zijn geheel hoeven te verlaten, maar waarin we wel weer opnieuw verbinding moeten zoeken tussen de sectoren onderling met als doel om (ook grootschalig) circulair te zijn. Het gebruik van reststromen en de opwekking van energie vermengen zich inmiddels ook binnen de agrarische sector waardoor er nieuwe mogelijkheden ontstaan. De basis van de landbouw vinden we echter in plantaardige- en dierlijke productie. Het één kan niet zonder het ander, beiden maken
Voormalig k.I. station en veeteelt-museum getransformeerd naar Eiwitcampus Beers onderdeel uit van dat circulaire systeem, en dat is dan ook precies de reden dat er op Eiwitcampus Beers aandacht besteed wordt aan beide productievormen. De initiatiefnemers geven daarom zowel ruimte aan de productie of innovatie van nieuwe of herontdekte eiwitbronnen, als aan bestaande dierlijke- en plantaardige productiesystemen die door innovaties toch bestaansrecht kunnen behouden. Een circulair productiesysteem kan volgens de initiatiefnemers van Eiwitcampus Beers overigens op lokaal niveau als op landelijken op Europees niveau functioneren. Concreet en actueel Ambities en een visie zijn er. De eerste partners inmiddels ook. Energie- en technologiebedrijf ENGIE heeft interesse getoond en wil gaan experimenteren met een Agro PV park van ruim één hectare op de Campus. Onder de zonnepanelen, die als teeltondersteuning gaan dienen, worden “Lokaal waar het kan, regionaal en internationaal waar het moet.” schaduwminnende gewassen geteeld. Eiwitrijke bladgroenten en kruiden komen bijvoorbeeld in aanmerking, maar om de biodiversiteit op de Campus te handhaven is er ook ruimte voor wat kleinfruit en drachtplanten voor de honingbij. Over de honingbij gesproken; Stichting Arista Bee Research was de eerste partij die zich, inclusief bijenvolkeren, vestigde op Eiwitcampus Beers. Zij doen succesvol onderzoek naar resistentie tegen de varroa mijt, een parasiet die bijenvolkeren bedreigt. Arista zet gezonde, varroa vrije bijenvolkeren uit voor bedrijven en organisaties en kan op deze wijze weer verder onderzoek doen. Het stuifmeel wat de honingbij uit drachtplanten verzamelt bevat veel eiwit, en dus waren de ontwikkelaars van de Campus erg blij met de komst van Arista Bee Research. Bijen die verantwoordelijk zijn voor de bestuiving van het meerendeel van ons voedsel, en vooraan in de voedselketen opereren. www.aristabeeresearch.org De aangekondigde plannen van een Agro PV park maakt dat ook dat Arista Bee Research deel wil nemen aan deze pilot. Er is een intentie uitgesproken om een bijenkast te plaatsen waar vervolgens een imker bij gezocht wordt. Zo ontstaat er een samenwerking tussen ondernemingen onderling op de Campus wat kennis genereert, maar wat bovendien uit kan groeien tot toepassingen op de projecten van een grotere schaal. “De Campus fungeert als voorbeeld van hoe een nieuw productielandschap er in het klein uit zou kunnen zien, maar wil ook laten zien dat onderdelen van de Campus bestaansrecht FOOD Locaties 2020/2021 - 37 hebben op grotere schaal. “Hier hebben wij een functie als brug tussen de ontwikkelingsfase en productiefase van een bedrijf of dienst.” Samen verder in de transitie Het particuliere initiatief Eiwitcampus Beers staat op zichzelf, maar onderhoudt een goed contact en werkt graag samen met partijen als AgriFood Capital en Agro Proeftuin de Peel. (www.agroproeftuindepeel.nl) Ook zij fungeren als aanjagers en innovators in de land- en tuinbouwsector, en daar waar mogelijk ondersteunen Eiwitcampus Beers en Agroproeftuin de Peel elkaar in hun gezamenlijke ambities. Daarnaast zijn er contacten met diverse onderzoeks- en kennisinstellingen, en werken Marco en Dim gestaag door naar de ontwikkeling van een Campus waar gewerkt, geproduceerd, onderzocht en geleerd kan worden. Eiwitcampus Beers is laagdrempelig door de beschikbaarheid van kantoor-productie-opslag- en laboratorium-ruimte én natuurlijk landbouwgrond tegen “buitengebied” prijzen, op een locatie met een rijke landbouwhistorie. Waardevolle kennis, ontwikkeld vanuit het verleden wordt op Eiwitcampus Beers gecombineerd met nieuwe inzichten. Geïnteresseerde bedrijven en organisaties zijn van harte welkom, en kunnen contact opnemen met Marco Smits (marco@smits.pro) of Dim Boonstoppel dim@agrorganic.eu Op de website www.agrorganic.eu kunt u ook eerder gepubliceerde artikelen omtrent Eiwitcampus Beers lezen. ¢ Ei itcampus Beers
Leeuwarden is aanjager en verbinder in de regionale foodsector In en rond Leeuwarden bruist het van de food-gerelateerde activiteiten. Bedrijven, onderwijs en kennisinstellingen werken er op verschillende thema’s samen en de gemeente ondersteunt hen proactief. Bovendien is er letterlijk én figuurlijk ruimte om te ondernemen, blijkt tijdens een online rondetafelgesprek met betrokkenen. ME-AT De coöperatieve opstelling van de gemeente trok Vion Food Group over de streep om in Leeuwarden een slachterij om te bouwen naar een productielocatie voor vleesvervangers, vertelt Willem Cranenbroek van ME-AT, de Vion start-up die zich richt op het ontwikkelen en produceren van vleesvervangers. “Wij zijn van oorsprong een vleesbedrijf en ontwikkelen ons steeds meer richting een leverancier van eiwitten. We hebben meerdere miljoenen geïnvesteerd omdat we geloven in onze aanpak en in deze locatie. We hebben nu één lijn staan en de mogelijkheid is er om dit uit te bouwen naar vijf.” ME-AT ME-AT richt zich op het ontwikkelen van kwalitatief hoogwaardige vleesvervangers op basis van alternatieve plantaardige eiwitten. De producten hebben de smaak, textuur en het mondgevoel van vlees. Zo verbreedt ME-AT de definitie van vlees en richt het zich op de groeiende doelgroep van toekomstige klanten: de flexitariër. ME-AT is onderdeel van Vion Food Group. Dairy Campus Friesland en Leeuwarden hebben al een goede reputatie op het gebied van onderzoek, innovatie en samenwerken dankzij Dairy Campus, het onderzoeks- en praktijkcentrum voor de melkveehouderij, zegt Gina Tromp, senior adviseur Economische Zaken van de gemeente Leeuwarden. Binnen de Dairy Campus werken bedrijven en Wageningen University samen rondom vraagstukken op het gebied van onder meer dierwelzijn, diervoeders, melkkwaliteit en vraagstukken met betrekking tot duurzame en circulaire landbouw. “De ervaringen die we daar opdoen, gebruiken we bij al deze nieuwe ontwikkelingen.” FACT Koos Oosterhaven is namens hbo-instelling Van Hall Larenstein betrokken bij FACT; het Food Application Centre for Technology, een food grade onderzoeks-, opleidings- en demonstratiefaciliteit. Oosterhaven: “Met FACT verbinden we levensmiddelenfabrikanten en hun toeleveranciers met mbo- en hbo-studenten. We bieden verschillende faciliteiten voor onderzoeksprojecten en food grade pilotprojecten. Het is laagdrempelig om deel te nemen en biedt 38 - FOOD Locaties 2020/2021
Willem Cranenbroek Gina Tromp Hilco Wagenaar Koos Oosterhaven Dairy Campus Leeuwarden Dairy Campus is hét onderzoek- en praktijkcentrum voor de melkveehouderij gericht op innovatie, onderzoek, educatie en praktijkleren. Alle activiteiten zijn gericht op de ontwikkeling van een duurzame zuivelketen. Dairy Campus is onderdeel van Wageningen University & Research. Onderzoekers, ondernemers en onderwijs werken op de campus nauw samen aan de uitdagingen waar de melkveesector voor staat. Zowel studenten van mbo-, als hbo- en wo-instellingen kunnen op Dairy Campus terecht voor een stageopdracht, praktijkles of afstudeerproject. bedrijven toegang tot talent.” Vanuit FACT loopt er een link richting het Centre of Expertise Water Technology (CEW), hét kennis- en innovatiecentrum voor toegepast onderzoek en productontwikkeling op het gebied van watertechnologie. Oosterhaven: “Duurzame en schone winning van eiwitten uit agrogrondstoffen kan niet zonder goede kennis van watertechnologie.” FOOD Locaties 2020/2021 - 39
Food Application Centre for Technology Onderzoeks – en opleidingsfaciliteit Food Application Centre for Technology (FACT) is een initiatief van Van Hall Larenstein en Nordwin College. Samen met het Water Applicatie Centrum biedt het mogelijkheden voor praktijkgericht onderwijs en onderzoek in de domeinen voeding en water. Het is een intensieve samenwerking met het bedrijfsleven die bijdraagt aan meer en beter opgeleide jonge professionals voor het fooddomein, bij- en herscholing gericht op voedingsmiddelentechnologie, het faciliteren van onderzoek voor food-bedrijfsleven en het stimuleren van start-ups. Bakery Sweets Center Bakery Sweets Center is een samenwerkingsverband tussen regionale bakkerijen, zoetwarenfabrikanten, het onderwijs en de overheid. Voornaamste redenen voor de samenwerking zijn een gewenste bundeling van krachten op het gebied van onderwijs, onderzoek en innovatie en imagoverbetering. Hilco Wagenaar: “Het aantal mbo’ers daalt. Als we onze bedrijven willen bemensen is er nu actie nodig. Daarom willen we de aansluiting tussen het onderwijs en de bedrijven verbeteren door samen routes uit te stippelen, bijvoorbeeld op het gebied van vakonderwijs.” De toepassing van virtual reality en artificial intelligence-technieken in de productie vraagt ook om gezamenlijke actie, zegt Wagenaar. “We willen hands-on projecten doen waarmee we stappen kunnen maken. Dat doen we ook in samenwerking met FACT.” Kom kijken Wagenaar wil ook transparant zijn en laten zien wat er achter de bedrijfsdeuren allemaal gebeurt. “Het zijn zulke mooie bedrijven, met zulke mooie banen. Kom gerust eens kijken, is onze boodschap.” Een van de eerste resultaten van Bakery Sweets Center is de zogenoemde profielschets 2.0 voor een bakkerij- en zoetwarenoperator die is opgesteld door de samenwerkende partijen. “We kennen nu de wens van het bedrijfsleven en onderzoeken de beste aanpak om nieuwe routes uit te stippelen. Een eerste succes is 40 - FOOD Locaties 2020/2021 Bakery Sweets Center Bakery Sweets Center is een regionaal samenwerkingsverband tussen onderwijs, overheid, bakkerij- en zoetwarenbedrijven. Het doel is om te zorgen voor voldoende gekwalificeerde en gemotiveerde medewerkers, op alle niveaus. Gezamenlijk onderzoek, innovatie en imagoverbetering zijn andere speerpunten.
‘Voor ons gaf de opstelling van de gemeente de doorslag om hier te investeren’ een nieuwe leiderschapstraining rondom wendbaar vakmanschap.” Vanuit de ambachtelijke bedrijven kwam de wens naar voren om in het onderwijs meer aandacht te besteden aan grondstoffenkennis. “Dat pakken we nu samen op.” Bedrijven benaderen Bakery Sweets Center inmiddels proactief, zegt Wagenaar. “Ze willen graag meedoen. En het is gaaf om te zien dat de landelijke brancheorganisatie onze regionale insteek waardeert, oppakt en ook zelf wil toepassen. Blijkbaar hebben we de juiste toon aangeslagen.” Vierkante meters Tromp van de gemeente: “In Friesland zijn we graag de verbinder en de aanjager van al dit soort ontwikkelingen. We werken als provincie, gemeenten en regionale ontwikkelmaatschappij samen om bedrijven te faciliteren. In Leeuwarden hebben we ook een eigen budget om innovaties op dit gebied mogelijk te maken. Dat versterken we met de hele doorlopende leerlijn van mbo tot universitair en daarmee garanderen we de aanwezigheid van voldoende talent. Behalve de genoemde initiatieven en samenwerkingsverbanden bieden we hier niet alleen figuurlijk de ruimte om te ondernemen, maar ook letterlijk. De vierkante meters en de combinatie van fijn wonen en werken zijn hier zeker aanwezig.” Wagenaar: “Zonder sterke overheidspartner zijn dit soort initiatieven lastig te realiseren. Leeuwarden pakt zijn verantwoordelijkheid en maakt het vervolgens ook waar. De gemeente helpt, steunt en verbindt.” Cranenbroek: “Voor ons gaf de opstelling van de gemeente de doorslag om hier te investeren. De gemeente denkt goed mee en zorgt voor de contacten met het onderwijs, met verpakkingsbedrijven en met andere foodbedrijven. Zo werken we samen aan een foodcluster en vormen we een sterke regionale keten.” Tromp noemt nog de verpakkingsindustrie en foodtech-bedrijven die in en rond Leeuwarden aanwezig zijn. “Je ziet dat het elkaar versterkt.” Oosterhaven van FACT: “Voeg daar gerust de bedrijven die installaties en machines ontwerpen en bouwen aan toe. Dat is een internationaal hoog aangeschreven sector.” Oosterhaven: “Uiteindelijk gaat het om kennis, kennissen en faciliteiten, in samenhang met de gezamenlijke strategie van gemeente, provincie en onderwijs. We kennen elkaar en dat is best plezierig.” Tromp: “Bedrijven zoeken elkaar op, zowel mkb’ers als grotere ondernemingen. De schaal van verbinding is prettig.” ¢ Gina Tromp Senior adviseur Team Economische Zaken 06-43365376 FOOD Locaties 2020/2021 - 41
Unibouw zet in op meer specialisatie en ontzorgt klanten nog beter Verdieping en meer specialistische kennis in verschillende sectoren: dát is de strategische koers die bouwbedrijf Unibouw sinds enkele jaren vaart. Bedrijfsruimtes bouwen voor de voedselverwerkende industrie is één van de specialisaties van Unibouw. Het team werd in de afgelopen jaren flink uitgebreid, waardoor er meer ruimte kwam om samen met de klant de verdieping te zoeken. Want bij Unibouw zijn ze ervan overtuigd: meer tijd en aandacht voor het voortraject leidt tot een soepele bouw zonder onaangename verrassingen over foutmarges of meerwerk. Met als eindresultaat een gebouw dat optimaal past bij de bedrijfsvoering van de (tevreden) klant. 42 - FOOD Locaties 2020/2021
H arvey Nuytemans en Giel Bouten zijn in de afgelopen anderhalf jaar bij Unibouw aan boord gekomen als sectorspecialisten voor de voedselverwerkende industrie. “Als je als generalist opereert moet je van alles wat weten”, legt Harvey Nuytemans uit. “Het fijne hier bij Unibouw is de verdieping in bepaalde sectoren. Daardoor kunnen wij veel meer specialistische kennis met de klant delen, gerelateerd aan zijn branche. Onze toegevoegde waarde wordt daarmee een stuk groter.” Unibouw ontzorgt de klant vanaf het prille begin tot en met jaren nadat het gebouw gerealiseerd is. Deze werkwijze is vastgelegd in zes stappen, waar de klant, al gelang zijn wensen en behoeften, gebruik van kan maken. “Sommige klanten weten precies wat ze willen en leggen bij wijze van spreken al een grove bouwtekening op tafel tijdens een kennismakingsgesprek”, vertelt Giel Bouten. “Anderen hebben alleen maar het plan om een nieuw pand te bouwen, maar hebben zelf geen kennis van een ontwerp- en bouwtraject.” Zo’n klant was Sunlee, een producent en importeur van Aziatische voedselproducten, die in de huidige vestiging in Raamsdonkveer uit zijn jasje groeit. Analyse “Wij beginnen met een analyse van de bestaande bedrijfsprocessen”, zegt Nuytemans. “Alle facetten die belangrijk zijn voor de bedrijfsvoering komen hierbij aan bod. Van de kleedruimtes tot de FOOD Locaties 2020/2021 - 43
Dalton Koe, manager Sunlee-Europe, importeur en distributeur van Aziatische voedingsproducten “Unibouw neemt me alle zorgen rondom het bouwproject uit handen. En dat is heel prettig voor iemand zoals ik, zonder verstand van bouwen. Alle moeilijke vragen die ik krijg van de gemeente kan ik naar hen doorsturen, bijvoorbeeld over stikstofdeponering. Ze lossen alles voor ons op. Unibouw werkt professioneel, met een strakke planning en een duidelijke communicatie. Ze zijn ook open. Voor onze buitenlandse investeerders, die zich moeilijk kunnen voorstellen hoe de prijzen hier zijn opgebouwd, hebben ze heel transparant alles inzichtelijk gemaakt. Ze denken echt mee om alle partijen happy te maken.” koelcellen, van de logistieke stromen binnen het gebouw tot de kantoorruimtes.” Deze informatie wordt vertaald naar het aantal benodigde vierkante meters en de bijbehorende indeling van het gebouw. Op zoek naar grond Stap twee is het zoeken naar een geschikt stuk bouwgrond. Gezien de schaarste is dit voor veel klanten een moeilijke opgave. Unibouw helpt haar klanten hiermee, door haar toegang tot de uitgebreide database Bouwgrondvinden.nl. Voor klant Sunlee lukte het zo een geschikte kavel te vinden in hun voorkeursregio Dordrecht. Financiering De derde stap is advisering in de financiering. Bouten: “Onze financiële specialisten helpen de klant een weloverwogen keuze te maken. Zo kan, naast zelf ontwikkelen, het leasen of huren van een gebouw ook een passende optie zijn.” 44 - FOOD Locaties 2020/2021 Van binnen naar buiten bouwen In stap vier wordt, op basis van de analyse uit de eerste stap, het ontwerp gemaakt. “We werken daarbij van binnen naar buiten en bouwen als het ware een jasje om de bedrijfsprocessen van de organisatie”, vertelt Harvey. “Bedrijfspanden voor de foodsector vereisen veel meer maatwerk dan een standaard distributiecentrum. Zo is er extra ruimte nodig voor koel- en vriesinstallaties, moet er veel meer isolatie in zo’n gebouw en speelt hygiëne een belangrijke rol.” Als de klant akkoord is met het ontwerp wordt er een richtprijs afgegeven. Daarna gaat Unibouw, samen met de klant het hele vergunningentraject aan. Aanpassingen die daaruit voortkomen (bijvoorbeeld een extra nooddeur in opdracht van de brandweer) worden meteen in het ontwerp aangepast en doorberekend. Zo wordt de klant in elke stap van het traject meegenomen. Digitale rondleiding Ook wordt in deze fase een online 3D-model gebouwd. Met een virtual reality bril kan de klant door zijn nieuwe gebouw lopen en alles tot in detail bekijken. “Dit is voor de meeste mensen veel beeldender dan een ontwerptekening. Soms leidt zo’n digitale rondleiding nog tot aanpassingen in het ontwerp. Bijvoorbeeld omdat de directeur er nu pas achter komt dat hij toch niet zo’n grote kamer nodig heeft”, glimlacht Bouten. Bouwen maar! Het eindontwerp is klaar, de vergunningen zijn afgegeven, de klant is volledig op de hoogte van alle kosten: tijd voor stap vijf, het bouwen! Nuytemans: “Door de tijd en aandacht die we in het voortraject hebben geïnvesteerd, gaat het bouwen heel snel. We werken met vaste onderaannemers, we weten wat we aan elkaar hebben. De bouw is als een geoliede machine, waarbij alles goed op elkaar is afgestemd.” Voor Sunlee gaat deze bouwfase in december 2020 van start. Amper tien maanden later zal het gebouw volledig operationeel zijn. Beheer en onderhoud Steeds meer klanten maken daarna ook gebruik van stap zes: het beheer en onderhoud van het
Giel Bouten E: giel@unibouw.eu M: 06 26 28 28 65 Harvey Nuytemans E: harvey@unibouw.eu M: 06 47 69 32 30 pand en de wettelijk verplichte keuringen waar Unibouw de klant mee kan ontzorgen. “Hoe onderhoudsvriendelijk en duurzaam een pand ook gebouwd is, het moet wel onderhouden worden. Wij maken voor klanten een meer-jaren onderhoudsplan en regelen alle afspraken voor benodigde inspecties en controles. Zo blijven ze aan alle vereisten voldoen, zonder er zelf tijd aan kwijt te zijn. Ontzorgen van A tot Z, daar staat Unibouw voor!” ¢ Bouwgrondvinden.nl Door middel van de portal bouwgrondvinden.nl kunnen we een optimale foodlocatie voor u vinden. Bouwgrondvinden. nl heeft talloze bouwkavels inzichtelijk, met bijbehorende data zoals bereikbaarheid, opleidingsniveau en beschikbaarheid van geschikt personeel, op onder andere Agro Food gerelateerde bedrijventerreinen. In de kaart hiernaast staat aangegeven waar de Food- en Agroclusters zich bevinden in Nederland en welke plaatsen binnen deze clusters vallen. Bouwgrondvinden.nl is hét platform voor het vinden, kopen en verkopen van bouwgrond voor bedrijfsmatig vastgoed. Niet alleen als zoeker kunt u hier dus terecht, ook als aanbieder van grond. Bovendien worden er regelmatig marktontwikkelingen gepubliceerd die betrekking hebben op bouwgrond voor bedrijfsmatig vastgoed. Bent u op zoek naar een geschikte bedrijfs locatie of wilt u bouwgrond verkopen? Bezoek dan zeker eens de website www.bouwgrondvinden.nl of bel naar 0492-338017. FOOD Locaties 2020/2021 - 45
Nieuwe pand Hoogvliet langs de A12 A12-corridor in trek bij Food-bedrijven De A12-corridor tussen Den Haag en Goude is de laatste jaren in trek als vestigingsplaats voor Foodbedrijven. Vrijwel alle grote supermarktketens hebben er inmiddels een distributie centrum. “Vanaf hier bereik je binnen een uur rijden acht miljoen consumenten”, zegt marketingmanager Edwin Klop. D e bedrijventerreinen die samen de A12corridor vormen zijn Prisma, Bleizo, Klappolder, Logistiek Park A12 en Distripark A12. Ze zijn simpelweg goed bereikbaar en ontsloten, constateert Klop. “Vaak zie je dat een locatie geschikt is voor het een óf het ander. A12-corridor heeft beiden.” Er zijn voldoende op- en afritten aan de snelweg en er zijn diverse provinciale wegen die het gebied doorkruisen. Personeel kan het gebied goed bereiken dankzij het nieuwe vervoersknooppunt station Lansingerland-Zoetermeer, waar trein, 46 - FOOD Locaties 2020/2021 bus en sneltram samenkomen. Bovendien is er een groot parkeerterrein. Samenwerkingsverband Die goede geografische ligging is een gegeven, maar je moet er wel iets mee doen om meerwaarde te creëren. De gemeenten langs de corridor (Lansingerland, Waddinxveen, Zoetermeer en Zuidplas) hebben daarom samen met de provincie Zuid-Holland, VNO-NCW West en een aantal partners de krachten gebundeld in het samenwerkingsverband A12-corridor. De verwachting is dat Bodegraven-Reeuwijk binnenkort aansluit. Scholing en arbeid De partijen werken samen op verschillende thema’s. Programmamanager Nico Mol: “Vanuit de samenwerking proberen we vooruit te kijken en te anticiperen op de ontwikkelingen. Zalando en Jumbo bouwen nu nieuwe distributiecentra. Dat betekent dat er vraag naar nieuwe medewerkers ontstaat. Dat proberen we binnen het program
‘A12-corridor wordt gezien als de vijfde logistieke hotspot van Nederland’ mathema Scholing en Arbeid te faciliteren.” Want hoewel nieuwe dc’s vaak vergaand gemechaniseerd en gerobotiseerd zijn, is de vraag naar nieuwe mensen fors. “Van enkele honderden tot rond de vijftienhonderd per dc.” Daarnaast zie je een vraag ontstaan naar een ander soort personeel, vult Klop aan. “Medewerkers die de nieuwe installaties kunnen bedienen en onderhouden, bijvoorbeeld. We spreken daarom ook met opleidingsinstituten om ervoor te zorgen dat er ook de juiste opleidingen aangeboden worden.” Knelpunten inventariseren Infrastructuur en bereikbaarheid is een ander belangrijk thema. Er is een werkgroep van gemeenten en provincie die infrastructurele knelpunten inventariseert, vaststelt wat eraan kan of moet gebeuren en dat middels het samenwerkingsverband probeert ‘een stap verder te brengen’. Op het thema Verduurzaming biedt de A12-corridor bedrijven de mogelijkheid om een duurzaamheidsscan van de bedrijfsvoering te laten uitvoeren. Mol: “Daaruit volgt een advies, plus assistentie bij het aanvragen van eventuele subsidie.” Er zijn ook ideeën om de bedrijfsterreinen zelf te verduurzamen, maar die moeten nog verder uitgewerkt worden. Groene waterstof A12-corridor heeft ook de vorming van een ‘waterstofconsortium’ geïnitieerd, vertelt Mol. “Met als eerste concrete doel een waterstoftankstation.” Doel is om ‘groene waterstof’ te produceren waarbij de benodigde energie moet komen van de zonnepanelen die op de daken van de dc’s liggen. Vervoerders, verladers, oliebedrijven en fabrikanten van waterstofvoertuigen participeren in het consortium. Er is al een stuk grond aangekocht en de aanvraag voor de omgevingsvergunning is ingediend. Duurzame railterminal Er loop nog een programmalijn: Holland Rail Terminal, een duurzame railterminal in het hart van de A12-corridor. Ondernemers, brancheorganisaties, provincie Zuid-Holland, ProRail en de Gemeente Lansingerland werken samen om de HRT Lansingerland te realiseren. Klop: “Het wordt geen containerterminal. Het is de bedoeling dat de trailers direct de trein op gaan richting het Duitse achterland en vice versa.” Het consortium werkt nu aan de concretisering van de plannen en de funding ervoor. Direct schakelen Klop: “Ook op het gebied van acquisitie werken we samen. Op het moment dat er interesse is vanuit de markt kunnen wij direct schakelen. Er zijn weliswaar niet veel vierkante meters meer beschikbaar, maar er zijn nog wel projectontwikkelaars en beleggers die kavels of panden beschikbaar hebben. Wij zijn er om vraag en aanbod op een goede manier bij elkaar te brengen. Daarbij houden we de blik op de toekomst: wat vraagt de markt en wat kunnen wij daaraan bijdragen? Voor het hele gebied wordt gekeken of er uitbreidingsmogelijkheden haalbaar zijn. Maar ook de herontwikkeling van brownfields zou mogelijkheden kunnen bieden. Daarnaast zijn de huurtermijnen in logistiek vastgoed tegenwoordig relatief kort, waardoor panden al weer snel beschikbaar kunnen komen.” Mol: “A12-corridor wordt gezien als de vijfde logistieke hotspot van Nederland. Dat is een mooie erkenning van wat we bieden en waarmee we bezig zijn. En bezig moeten blijven. Want dat is wat we willen: structureel en comfortabel in die top vijf blijven.” ¢ www.a12-corridor.nl In aanbouw zijnde pand voor Jumbo FOOD Locaties 2020/2021 - 47
Mix van functies op 85 hectare grootte Siberië-West In het Glastuinbouwgebied en BusinessPark Siberië, onderdeel van Greenport Venlo is nog een laatste logistieke kavel van 9.300 m2 beschikbaar voor food-gerelateerde bedrijvigheid. Ondertussen werkt ontwikkelaar Wayland Developments aan Siberië-West; een agrogebied van circa 85 hectare dat over pakweg twee jaar beschikbaar komt. A rnaud van der Eijk is commercieel directeur van Wayland Developments, dat zich o.a. richt op het ontwikkelen van glastuinbouwgebieden en bedrijventerreinen. Daarnaast is Van der Eijk ook met Wayland Real Estate betrokken bij de logistieke vastgoedontwikkelingen op eigen terreinen. “Greenport Venlo is als regio economisch sterk in ontwikkeling en zowel van nationaal als internationaal belang.” Innovatief “Tien jaar geleden was de trend schaalvergroting, de laatste vijf jaar zien we vooral dat er steeds meer nieuwe manieren van voedselproductie ontstaan. De traditionele manier van telen wordt ingehaald door innovatieve productiemethoden. Op Siberië hebben we een sla- en groenteteler die 32 hectare vollegrondsteelt ‘naar binnen’ gaat brengen om zo weersinvloeden uit te sluiten. Deze teler produceert nu met een innovatief teeltproces vele malen meer dan voorheen in de buitenteelt.” Mix van functies De ontwikkeling naar andere, nieuwe productiemethoden was in 2007 toen de ontwikkeling van Siberië begon, niet voorzien. “We hebben ervan geleerd dat we ons voor nieuwe gebiedsontwikkelingen niet moeten laten beperken door bestaande planologische beperkingen. We moeten juist kijken naar een mix van functies, want dat zorgt voor een betere en economischere werkwijze. Eigenlijk wil je dat de markt invult waar op dat moment behoefte aan is.” Voorbereiding Siberië-West “We zitten volop in de voorbereiding voor Siberië-West. We denken nu na over de planologische ruimte; hoe kunnen we de koppeling maken met R&D, met de handelsfunctie of opslag en transport.” De planologische procedures om die mix van functies te kunnen realiseren worden volgend jaar doorlopen. “Onze opgave is dat we ruimte willen voor functies die we nu nog niet kennen.” Van der Eijk geeft een voorbeeld om dat te duiden. “De productie van voedsel onder invloed van LED licht neemt enorm toe, dat kan vrijwel geheel in gesloten gebouwen en meerlaags, terwijl het bestemmingsplan voor glastuinbouw teeltgebouwen van glas voorschrijft.” Dat past niet in het huidige bestemmingsplan van Siberië, maar we zien wel dat we hier in de toekomst naar toe gaan.” Kavelomvang verdubbeld Een andere trend is de toename in kavelomvang. Begin 2010 toen Siberië in de verkoop ging, was de gemiddelde kavelgrootte tien tot twintig hectare. Zes jaar later was dat twintig tot veertig en nu 48 - FOOD Locaties 2020/2021
‘We denken graag mee in de beste built-to-suit oplossing’ is dat weer verdubbeld. “Ik verwacht dat we volgend jaar tachtig hectare in één keer in de markt kunnen zetten.” De interesse uit de markt is er ook al, zegt Van der Eijk. Efficiency Bij dit soort grote gebieden is efficiency heel belangrijk, zegt Van der Eijk. “Greenport Venlo is een ideaal gebied dat alle benodigde functies heeft: de infrastructuur is uitstekend, er zijn goede trimodale verbindingen met het (Duitse) achterland, er zijn veel voedselproducenten en toeleveranciers inclusief logistieke dienstverleners en de arbeidsmarkt is er nog steeds in orde. Bovendien is het R&D center Brightland Campus hier gevestigd. Op de campus werken ondernemers, onderzoekers en het onderwijs samen aan nieuwe oplossingen, wat interessant is voor innovatieve bedrijven.” Stabiele markt “Als ik het wat breder mag trekken; voedselproductie is in volume nauwelijks aan de gevolgen van een crisis onderhevig. Mensen blijven eten en de markt blijft in volume steady en neemt zelfs toe. Dat maakt het een stabiele markt om in te investeren en daarom is een ontwikkeling als Siberië-West haalbaar. De mix van functies die we daar willen realiseren is wel heel belangrijk. We zien dat het werkt in de praktijk, bijvoorbeeld bij de laatste klanten binnen Siberië, een sla- en bladgewassenproducent en zachtfruitplant leverancier, die binnen hun kavels alles combineren: teelt, oogsten, verwerken, verpakken en distribueren. Als je de functiemix aan de voorkant ruimer opneemt in je bestemmingsplan, dan schept dat ruimte voor nieuwe ontwikkelingen en kansen.” Built-to-suit Wayland zoekt voor de kavel van 9.300 m2 dat een bedrijfshal nodig heeft van circa 5.000 m2 een innovatief bedrijf . Dat kan een voedselproducent, verwerking of daaraan gelieerde dienstverlening, zoals een handels- of logistiek bedrijf zijn. Wayland Real Estate kan als vastgoedontwikkelaar het hele traject van kale grond tot en met turnkey-oplevering realiseren. “We denken graag mee in de beste built-to-suit oplossing.” Wayland is ook actief op LogistiekPark A12 en het naastgelegen BusinessPark Vredenburgh, dat onderdeel uitmaakt van de A12 Corridor te Waddinxveen. “Wij zijn alleen actief op locaties waar we zelf zouden willen ondernemen. Je moet niet zomaar ergens beginnen omdat er toevallig ruimte is, maar specifiek daar waar er behoefte is.” ¢ BusinessPark FOOD Locaties 2020/2021 - 49
TE HUUR bedrijfsruimte BusinessPark Siberië BusinessPark Siberië is onderdeel van Glastuinbouwgebied Siberië. Hét gebied voor duurzaam ontwikkelen en realiseren van bedrijvigheid in Noord-Limburg. Specificaties Ca. 9.300 m2 Ca. 5.000 m2 - - - - - - - - terrein bedrijfshal Mogelijkheid tot mezzanine 8 loadingdocks 44 parkeerplaatsen Zichtlocatie A67 Verbinding met Duitsland Greenport Venlo, logistieke hotspot nr. 4 in 2020 Hier uw locatie vestigen? act op wayl met and.nl, 010 21 Ruimte voor groei Glastuinbouwsiberie.nl 8 1 Voor m eer infor Arnaud van der 8 5 matie, nee m cont Eijk, avand ereijk@ 0
Topbedrijven voor toplocatie Er wordt 96 hectare bedrijventerrein (bovenaan deze foto) ontwikkeld direct naast het bestaande gebied (onderaan deze foto). Het clusteren van AGF-bedrijven is een meerwaarde voor de economie, voor de bedrijven zelf en voor de logistieke sector. Dat hebben de gemeenten Barendrecht en Ridderkerk goed begrepen. Samen met grote broer Rotterdam ontwikkelen ze daarom Polder Nieuw Reijerwaard, met flinke ambities op het gebied van duurzaamheid en bereikbaarheid. Dutch Fresh Port is gebouwd op bevlogen ondernemerschap van generaties koplopers in de AgroVersFood logistiek. D e Groente- en Fruitveiling Barendrecht was jaren een begrip in de wereld. De veiling werd The Greenery en die is nog steeds een belangrijke speler op het Dutch Fresh Port, tussen Ridderkerk en Barendrecht. Het terrein is niet zo maar ontstaan, zoals trots valt te lezen op de eigen website: “Dutch Fresh Port is gebouwd op bevlogen ondernemerschap van generaties koplopers in de AgroVersFood logistiek.” Maar het terrein barst uit zijn voegen en de vraag naar goede vestigingslocaties voor AGF-bedrijven in de buurt van de haven van Rotterdam is groot. Om die vraag te verlichten, wordt er 96 hectare bedrijventerrein ontwikkeld direct naast het bestaande gebied. En het loopt storm. De drie gemeenten hebben een zogenoemde Gemeenschappelijk Regeling (GR) in het leven geroepen om die 96 hectare te ontwikkelen. Henk van Os is wethouder in Ridderkerk en vanuit die functie voorzitter van de GR. Gert-Jan Metselaar FOOD Locaties 2020/2021 - 51
ven verplicht om hun dak geschikt te maken voor zonnepanelen, die aangesloten kunnen worden op een gelijkstroomnet. Met gelijkstroom kan led-verlichting branden. En met het gelijkstroomnet kan er eenvoudig stroom van zonnepanelen worden uitgewisseld. Van Os: “Onze droom is dat Nieuw Reijerwaard een eigenstandige energie hub wordt. Die zelf energie produceert en het zelf afneemt. En als er energie over is, kunnen we het leveren aan de omgeving.” Ook warmte kan worden uitgewisseld. Bij het verwerken en opslaan van AGF moet er veel gekoeld worden. Daarbij komt warmte vrij, die weer elders aangewend kan worden. Duurzaamheidsambities spreken ondernemers aan. Van Os: “Je ziet nu al dat dat de bedrijven die op Nieuw Reijerwaard landen, duurzaamheid in hun DNA hebben zitten. Zoals AGF-leverancier Van Gelder, die genomineerd is in een Europese verkiezing voor het duurzaamste gebouw.” IJsselmondse Knoop De GR heeft niet alleen de opdracht gekregen om 96 ha grond uit te geven, maar ook om de bereikbaarheid van zowel het bestaande als het nieuwe terrein te garanderen. Metselaar: “Alleen al bij Bakker Barendrecht rijdt er elke zeven minuten een vrachtwagen het terrein op en af. En dat 24 uur per dag. Door de komst van 96 ha, wordt de druk op de wegen zo groot, dat besloten is dat dit ook aangepakt moet worden.” De ontwikkeling van het terrein moet gelijke pas houden met de aanpassing van de infrastructuur, zo heeft de Raad van State beslist. De eerste stap was het opwaarderen van de centraal gelegen Verbindingsweg. De IJsselmondse Knoop, onderaan de foto, gaat binnenkort op de schop om de doorstroming te kunnen blijven garanderen. is de directeur. Zij zijn enorm enthousiast over de kansen die Nieuw Reijerwaard biedt. Het wordt een toplocatie waar innovatie en duurzaamheid om voorrang vechten. En waar bedrijven die elkaar willen versterken welkom zijn. Parkmanagement Eén van de toverwoorden is ‘uitwisseling’, en dan gaat het over energie, maar ook over kennis. De spil in die uitwisseling wordt het parkmanagement. Uiteraard krijgt het parkmanagement een aantal traditionele taken, zoals het onderhoud van de gemeenschappelijke ruimte en de beveiliging, ‘schoon, heel en veilig’. Metselaar: “Maar er is iets dat wij heel nadrukkelijk onderdeel willen laten zijn van het parkmanagement. En dat is kennisuitwisseling, waarmee we ook een link leggen naar educatie.” 52 - FOOD Locaties 2020/2021 Minstens even belangrijk is het energieplan. Metselaar: “We willen een van de duurzaamste bedrijventerreinen worden. Er komen drie windmolens, die leveren jaarlijks naar verwachting ongeveer 17.500.000 kWh.” Maar de plannen gaan verder. Energiebedrijf Engie is een joint venture aangegaan met recyclebedrijf Renes. Op een terrein waar veel groente en fruit verwerkt wordt is ook veel organisch afval. Dat gaat verwerkt worden in een installatie die van dat afval groen gas maakt. Van Os: “Die gaat vanaf 2022 negen miljoen kuub duurzaam opgewekt gas produceren. Dat is de hoeveelheid die 7.000 huishoudens verbruiken.” Uitwisseling Maar ook op het gebied van elektriciteit wordt er vooruitstrevend gedacht. Zo worden alle bedrijMaar de echte bottleneck is de IJsselmondse Knoop, de verbinding tussen het bestaande bedrijventerrein, de snelweg A15 en Nieuw Reijerwaard. Van Os: “Als het daar vaststaat, dan staat het ook goed vast. Het laatste wat je wilt is dat vrachtwagens op zoek gaan naar alternatieve routes door woonwijken.” En dus gaat de knoop binnenkort op de schop. Metselaar: “De opritten en de afritten krijgen extra rijstroken. Maar het gaat niet alleen om asfalt maar ook om slimme systemen, dat noemen we een iVRI, een intelligente verkeersregelinstallatie.” Die moeten er onder andere voor zorgen dat bussen ongestoord de kruising kunnen passeren. Een andere belangrijke ingreep is dat het langzame verkeer door tunnels onder de kruising doorgaat. Deelmobiliteit Om de weg zo veel mogelijk beschikbaar te houden voor vrachtverkeer zou het mooi zijn als werknemers met het OV komen. Aan de rand van het gebied ligt station Barendrecht. Voor de laatste kilometer van station naar werkplek komen er creatieve oplossingen. Metselaar: “Dan moet je denken aan deelfietsen en -auto’s, maar ook
aan elektrische deelscooters.” Inmiddels zijn de bestaande bedrijven bezig met het opzetten van eigen buslijnen, vanuit Rottterdam-Zuid rechtstreeks naar Nieuw Reijerwaard. De belangstelling van bedrijven om zich te vestigen op Nieuw Reijerswaard is groot. Metselaar: “Als we alle interesses in hectares bij elkaar optellen komen we nu al ruimte tekort.” Dat maakt selectie makkelijker want niet iedereen is welkom. Van Os: “Door de lokale overheden is besloten dat een bedrijf dat zich wil vestigen een AGF-label moet hebben. Dat wil zeggen dat een autosloperij er niet opkomt. Want we willen echt aan deze selectie vasthouden omdat dat elkaar versterkt.” Metselaar: “We zoeken agro, vers, food en logistiek. Zoals Van Gelder, dat is echt een topspeler op het gebied van horeca en catering. Maar er is ook ruimte voor servicegerichte bedrijven.” Topsegment Zoveel ambities en zoveel kwaliteit heeft ook een keerzijde. Van Os: “Onze prijzen zitten in het topsegment, maar bedrijven zijn meer dan bereid om die prijs er voor neer te leggen. Dit is de logistieke hotspot wat AGF-betreft.” Wie denkt dat de uitgevende gemeenten rijk worden van het project vergist zich, alle opbrengsten van de grondexploitatie worden in het project gestopt. Van Os: “Het gaat ons om het behoud van werkgelegenheid. Bestaande en nieuwe bedrijven vragen om Links op de foto Gert-Jan Metselaar, rechts op de foto Henk van Os, respectievelijk directeur en voorzitter van de GRNR. die uitbreiding. Als uitbreiden niet kan, dan vertrekken ze naar elders in de regio en dan zijn wij die werkgelegenheid kwijt.” De economische belangen voor de regio zijn groot. Van Os: “Er gaan hier miljarden euro’s doorheen. Wat ’s avonds bij de mensen op het bord ligt, komt via dit bedrijventerrein. Het biedt 96 ha bedrijventerrein wordt toegevoegd aan het bestaande AGF-cluster, hier in beeld met de nieuwbouw van Van Gelder groente en fruit midden op de foto. naast werkgelegenheid ook veel potentie voor innovatie op het gebied van AGF. We zijn koplopers, en als we dit verder weten te clusteren en te versterken, dan behouden we die toppositie in de wereld.” Full-service truckparking Hoewel beide heren geen echte verkopers zijn, weten ze hun terrein goed aan de man te brengen. Metselaar: “We vergeten bijna te vertellen dat we ook drie gescheiden systemen hebben voor de afvoer van riool- en proceswater, voor schoon hemelwater van de daken en voor vuil hemelwater van de parkeerterreinen en wegen. En bij de aanpak van de Verbindingsweg is het asfalt gerecycled.” En de heren vragen aandacht voor de bewaakte truckparking met minstens 150 plekken die centraal op het terrein wordt aangelegd. Metselaar: “Chauffeurs kunnen daar wachten als ze nog niet bij het dock terecht kunnen of als ze moeten rusten in het kader van de rijtijdenwet. Het wordt een full-serviceconcept dus ook met een brandstofpunt. En er wordt nagedacht over oplaadpunten voor elektrische vrachtwagens.” In 2026 moet de laatste kavel uitgegeven worden. Het hele project zou in 2030 moeten zijn afgerond. ¢ Gemeenschappelijke Regeling Nieuw Reijerwaard www.dutchfreshport.eu www.nieuwreijerwaard.eu info@nieuwreijerwaard.eu 0180 - 200030 FOOD Locaties 2020/2021 - 53
Slim, duurzaam en circulair bouwen met VDR Bouwgroep Opdrachtgevers vragen steeds vaker om een pand dat past bij hun duurzame ambities. Bedrijven uit de foodsector hebben daar bovenop vaak nog aanvullende strenge eisen. “Door vooraf samen na te denken over het wat en hoe, kom je tot de beste integrale oplossing voor het vraagstuk”, zegt Luc Baltus van VDR Bouwgroep. Met het zelf ontwikkelde Nexteria Gebouwenpaspoort en door ‘normaal te doen’, maakt zijn bedrijf het verschil. “W ij vragen vertrouwen van de klant, net zoals wij onze toeleveranciers en onderaannemers vertrouwen geven. Zo kom je samen tot het beste resultaat”, zegt directeur Baltus. VDR Bouwgroep is gespecialiseerd in industriele bedrijfshuisvesting. Van distributiecentra tot productielocaties met magazijnen en logistieke hallen. Duurzaam bouwen staat daarbij voorop. All-electric Het bedrijf bouwt momenteel aan het nieuwe duurzame dc van 60.000 m2 voor Verbruggen Food Group in Cuijk. Het gebouw wordt all-electric en tevens constructief voorbereid op het installeren van zonnepanelen. Een UV-systeem vangt het hemelwater op en geeft het water middels infiltratiekratten geleidelijk terug aan de bodem ter voorkoming van uitdroging. De staalconstructie is grotendeels gebout, wat zorgt voor een hoge mate van losmaakbaarheid. Het dc krijgt een inbouw CO2-koelinstallatie van driehonderd vierkante meter. De vloer is van de hoogste vlakheidsklasse en lucht-warmtepompen en split units zorgen voor een constante luchttemperatuur van 18 tot 25 graden. Het dc krijgt het certificaat BREEAM-NL Very Good. Koelcel als accu Voor aardappelverwerker Aviko bouwde VDR Bouwgroep een nieuw koel/vrieshuis volgens BREEAM-NL Outstanding. Het dc met 40.000 palletplaatsen heeft een volautomatisch systeem voor de in-, opAviko, Steenderen. Foto’s Peter Markesteijn en uitslag van pallets, inclusief aanvoer door AGV’s (Automatic Guided Vehicles). Een complex gebouw, met dito eisen waar VDR zich geen enkele fout kon permitteren, vertelt hoofd Uitvoering Roy Achterhoek. “We hebben de uitdaging opgepakt én gerealiseerd door in de engineeringsperiode het ontwerp van het gebouw te optimaliseren in samenspraak met de automatiseerder en de leverancier van de stellingen, die de constructie vormen van het vrieshuis.” Engineer Duurzaamheid Tom van Remmen: “We hebben 54 - FOOD Locatie
Luc Baltus Roy Achterhoek Tom van Remmen ‘Het mooiste compliment is als opdrachtgevers zeggen dat we ‘zo normaal doen’, onze afspraken nakomen en dat de planning klopt’ Verbruggen Food Group, Cuijk. Foto Peter Markesteijn samen allerlei slimme oplossingen bedacht, zoals een smart grid, waarbij de koelcel voldoende koudebuffer heeft om pas zonnestroom van de panelen op het dak in te zetten om te koelen, als de overige stroomvraag van het fabrieksterrein minimaal is.” Baltus: “Dit soort oplossingen bedenken en uitvoeren samen met opdrachtgever en leveranciers, daarin zit onze toegevoegde waarde.” Toekomstig gebruik Duurzaamheid en circulair bouwen zijn termen die je tegenwoordig veel hoort, zegt Van Remmen. Duurzaamheid gaat vooral om zo min mogelijk energie gebruiken en verliezen – zoals bij Aviko in Steenderen - en circulair over welke materialen je gebruikt en de impact ervan op het milieu. Van Remmen: “Bij circulair denk je al vroeg in het proces na over het toekomstig gebruik van grond en bouwmaterialen na de gebruiks- of levensduur van het pand.” VDR Bouwgroep loopt voorop in het circulair bouwen, mede dankzij het zelf ontwikkelde Nexteria Gebouwenpaspoort. Nexteria voegt de verschillende rekenmethodieken samen in een Gebouwpaspoort dat door NIBE (Nederlands Instituut voor Bouwbiologie en Ecologie) is voorzien van gevalideerde waardes voor de Materialen Circulariteit Index (MCI), de Losmaakbaarheid Index (LI) en de Milieu Prestatie Gebouwen (MPG). Elk Nexteria-gebouw wordt opgeleverd met terugnamegarantie en een compleet en gevalideerd pakket voor duurzaam en circulair bouwen. In 2019 is een pilotproject gerealiseerd dat aantoont dat circulair bouwen en het duurzaam (energieneutraal) gebruiken van een bedrijfsruimte technisch, organisatoNexteria risch en financieel mogelijk is. De pilot is door NIBE doorgerekend. Baltus: “Het feit dat we alles valideren en digitaal vastleggen is redelijk uniek.” Van Remmen: “Met deze aanpak dagen we leveranciers ook uit om producten te ontwikkelen met een zo laag mogelijke milieu-impact maar ook met een ander businessmodel, waaronder terugnamegaranties.” Baltus: “Natuurlijk kunnen we mooie gebouwen neerzetten waar we bovendien hartstikke trots op zijn. Maar het mooiste compliment is als opdrachtgevers zeggen dat we ‘zo normaal doen’, onze afspraken nakomen en dat de planning klopt. Dat we niet het mes op tafel zetten om extra budget af te dwingen en dat er geen vechtcultuur heerst in de samenwerking. Zo gaan we ook om met onze toeleveranciers en onze onderaannemers. Ook dat is duurzaamheid; op een goede manier omgaan met je medewerkers en je relaties. Dat zit ‘m soms in simpele dingen. Onze dakdekker is een onderaannemer die Polen in dienst heeft. Wij zorgen ervoor dat die mensen voor aanvang een instructie in het Pools krijgen, maar ook dat ze een fatsoenlijke schaftkeet hebben. Zo kan iedereen bij ons op een prettige en normale manier zijn werk doen met respect voor elkaar. Daar investeren we in en we passen het ook toe.” ¢ Voor meer informatie over de duurzaamheidsambities van het bouwbedrijf: www.vdrbouwgroep.nl/duurzaamheid Voor meer informatie over de visie op en uitvoering van circulair bouwen: www.nexteria.nl Circulaire Productkeuze Circulaire categorie Herbruikbaar (reuse) Herstelbaar (refurbish) Hernieuwbaar (recycle) Hernieuwbaar (recycle) Beschrijving Modulaire bouwelementen Losmaakbaar Opknappen Energie toevoegen Energie toevoegen Materiaal toevoegen Bouwelement Producten Producten Materialen Grondstoffen Voorbeeld Staalkolom Kozijn Betonvloer Kunststof Leiding Restwaarde indicatie €€€€ €€€ €€ € Energieherstel; verbranden Storten Afval Restmateriaal Teer restanten €€ Afval Restmateriaal Asbest €€€€ FOOD Locaties 2020/2021 - 55 Einde levensduur
Ruimte om te ondernemen in Agri en Food 37 hectare uitbreidingsgebied in Westland en Venlo Komende jaren komt er in Westland en Venlo 37 hectare aan extra ruimte bij om te ondernemen in Agri en Food. Bedrijventerreinen abc westland en fresh park venlo breiden hun terrein flink uit en eigenaar Hines bouwt er hypermoderne bedrijfsunits, loodsen en kantoorruimtes voor de verhuur. Herwi Rijsdijk, manager Freshparken Hines: “Als betrokken beheerder en ontwikkelaar van beide terreinen denken we proactief mee met de ondernemers en bieden we hen volop groeipotentie.” B ij abc westland en fresh park venlo wordt er flink aan de weg getimmerd. Binnen twee jaar breidt abc westland in Poeldijk uit met vijf hectare. Hiervan zal investeerder Hines 2,5 hectare moderne, goed geïsoleerde bedrijfshallen bouwen die voldoen aan de hedendaagse duurzaamheidseisen. Over drie jaar komt er nog eens 12 hectare uitbreidingsgebied beschikbaar. In Venlo staat een uitbreiding gepland van maar liefst 20 hectare, waarop eveneens goed geïsoleerde bedrijfshallen worden gebouwd. Ook zijn er per direct al diverse bedrijfshallen en kantoren te huur in Poeldijk en Venlo. Flexibel en wendbaar in ruimte “Door het grote aantal verhuurbare gebouwen op onze terreinen, zijn we heel flexibel met onze units. En dus kunnen we hier per terrein snel meebewegen met de groei en krimp van ondernemers. Daar hoort ook de inrichting van de hallen bij,” vervolgt Herwi. Herwi Rijsdijk PER DIRECT BESCHIKBAAR abc westland • Geconditioneerde bedrijfsunits • Bouwkavel op zichtlocatie 2.300m² • Diverse kantoren • Bouwkavel 7.000m² fresh park venlo • Ongeconditioneerde bedrijfsunit (11,5 mtr hoog) 2.160m² + 4 docks + 112m² kantoor • Geconditioneerde bedrijfsunit 2.564m² + 3 docks + 385m² kantoor • Gecompartimenteerde bedrijfsruimte ca. 800.000m² + docks + kantoor • 2 Geconditioneerde bedrijfsunits ca. 400 en ca. 900m² • Diverse kavels voor nieuwbouw ontwikkeling (huur) tussen 9.000 en 22.000m² “Ruimte om mee te Artist Impression nieuwbouw abc westland bewegen in groei en krimp van ondernemers” 56 - FOOD Locaties 2020/2021
“Hier denken we mee met onze klanten en ontzorgen hen volledig” Artist Impression nieuwbouw fresh park venlo “Doordat we jarenlange ervaring hebben in de groente- en fruitsector, weten we precies hoe de handel werkt en wat er nodig is. We denken mee met onze klanten en ontzorgen hen volledig.” Van haven naar schap: op één terrein geregeld “Doordat op onze terreinen alle ketenpartijen vertegenwoordigd zijn en samenwerken, werkt onze marktplaats perfect,” licht Herwi het succes van de beide terreinen toe. “Ondernemers hebben onderling korte lijnen en kunnen op die manier vaak sneller en goedkoper handelen. Zo maken exotenimporteurs gebruik van de al gevestigde koelhuizen, worden producten omgepakt bij de buurman en weer een ander verzorgt het transport. Tot aan de etiketsticker voor de supermarkt. Het kan vanaf hier zo de schappen in.” Centrale ligging met grote toevoer van versproducten Herwi ziet dat ondernemers kiezen voor een op- en omslaglocatie op abc westland vanwege de centrale ligging in het tuinbouwproductiegebied op steenworp afstand van de Rotterdamse haven en Schiphol. Ook Venlo is per weg, rail en binnenvaartschip snel te bereiken vanuit de havens van Rotterdam en Antwerpen. “Vanaf Venlo sta je met een enkelbemande vrachtwagen tien uur later al aan de grens bij Oostenrijk,” licht Herwi de centrale ligging voor de bevoorrading van Europa toe. “Daarnaast zijn beide terreinen omringd door grote teeltgebieden, dus ook voor lokale aanvoer van verse groenten en fruit is de ligging ideaal.” “Duurzaam ondernemen met 40.000 zonnepanelen” Meeste duurzame bedrijventerrein van Nederland Abc westland is in 2012 verkozen tot Beste Bedrijventerrein van Nederland en sinds 2016 mag ze zich ook het meest duurzame bedrijventerrein van Nederland noemen. “In Poeldijk hebben we 18.000 zonnepanelen en in Venlo komen er nog eens 22.000 bij.” Maar duurzaam ondernemen is wat Herwi betreft ook het blijven investeren in groei op beide terreinen, zowel letterlijk als figuurlijk. “Naast de extra beschikbare ruimte die er komt, moeten we ook blijven samenwerken en verbinden. Alleen zo kunnen we de keten nog meer versterken en met elkaar de schaalvergroting die de markt van ons vraagt aan. Ook dát is duurzaam ondernemen.” ¢ OP TERMIJN BESCHIKBAAR abc westland • Vanaf 2021: ca. 25.000m² nieuwe, geconditioneerde bedrijfsruimte met kantoren • Vanaf 2023: ca. 70.000m² nieuwe geconditioneerde bedrijfsruimte met kantoren (op 12 ha.) fresh park venlo • Diverse kavels voor nieuwbouw ontwikkeling (huur) tussen 9.000 en 100.000m² Interesse in bedrijfsruimte op abc westland of fresh park venlo? U neemt contact op met onze property managers Arno van ’t Wout, 06 82 744 654 (abc westland) en Jan Vorstermans, 06 53 234 004 of Ingrid Henderickx 06 51 424 993 (fresh park venlo). Ingrid Henderickx Arno van ’t Wout FOOD Locaties 2020/2021 - 57
Perfecte plek tussen Rotterdam en Antwerpen Bedrijventerrein Nieuw Prinsenland is er voor ondernemers die elkaar willen versterken. Bio-based of Agro & Foodbedrijven, waaronder met een hoge milieucategorie, zijn van harte welkom op het terrein, waar bouwhoogte geen probleem is. A gro & Foodcluster Nieuw Prinsenland bij Dinteloord streeft naar symbiose en samenwerking van drie verschillende bedrijfstakken, waar bedrijven elkaar versterken zowel binnen de bedrijfstak als tussen de bedrijfstakken onderling. Wie vanaf de A4 de provinciale weg oprijdt komt eerst langs de glastuinbouwlocatie. Dan volgt het bedrijventerrein. En tegen de rivier de Dintel ligt uiteindelijk de suikerfabriek van Cosun Beet Company. Paul Hagens is manager terreinontwikkeling bij Cosun Beet Company, de voormalige Suiker Unie. Hij houdt zich ook bezig met het ontwikkelen van duurzame energieprojecten. “Nieuw Prinsenland is een cluster, met de gedachte dat deze bedrijfstakken goed op één locatie kunnen samenleven en samenwerken. Een aantal van die samenwerkingsverbanden zijn al succesvol opgezet.” Zo wordt water van de suikerfabriek gezuiverd en gebruikt voor beregening in de glastuinbouw. Duurzaamheid Verder wordt gewerkt aan het gezamenlijk opwekken van duurzame energie. De windturbines van Pure Energie zijn daar een eerste poging toe. “En voor de glastuinbouw wordt gewerkt aan een grote restwarmteleiding, waar ondernemers op het bedrijventerrein kunnen aansluiten. De suikerfabriek wil dat ook. En we kijken naar geothermie, al lijkt het daar nu nog te vroeg voor.” De manager ziet nog meer samenwerkingsmogelijkheden. “Dan moet je denken aan iets praktisch als het verwerken van reststromen, of samenwerking op het gebied van personeel en trainingen.” Om die samenwerking succesvol te maken is er op het bedrijventerrein gekozen voor bedrijven uit agro- en levensmiddelenindustrie en de bio-based economy. “Dat is vastgelegd in het bestemmingsplan. Dergelijke bedrijven hebben vergelijkbare activiteiten en vergelijkbare problematiek.” Afwijkende gevallen, bedrijven die wel gelieerd zijn aan de agro- en levensmiddelensector, maar niet direct binnen het plaatje passen zijn welkom. “Ze moeten een meerwaarde voor het eco-systeem hebben, zoals value added logistics, dienstverlening, onderzoek en ontwikkeling. Zelfs een bedrijf dat landbouwmachines maakt, kan in overweging genomen worden. Een gemeentelijke commissie toetst dergelijke aanvragen.” Nieuwe haven Hagens geeft het voorbeeld van een bedrijf dat een kade wil ontwikkelen aan de Dintel, om zeecontainers te verschepen. “Als een transportondernemer zo containervervoer over het water kan faciliteren, dan zou hij best een plekje moeten kunnen krijgen op Nieuw Prinsenland.” Het bedrijventerrein is door Cosun ontwikkeld. Het terrein heeft een netto uitgeefbaar oppervlakte van circa 50 hectare. Een derde daarvan is verkocht en uitgegeven (zie kader). Er zijn flexibele kavels beschikbaar van 0,5 tot 10 hectare, niet alleen voor multinationals in de agro & levensmiddelenindustrie, maar ook voor ambitieuze MKB-ers. Daarnaast biedt WoudaInvest grotere bedrijfshallen, voor de bedrijven die liever huren dan kopen. Efficiënte ontsluiting in alle windrichtingen en 100 miljoen klanten binnen 250 km 58 - FOOD Locaties 2020/2021
Alle ruimte voor ontwikkeling en de buren werken in dezelfde sector Hoogbouw tot 40 meter Nieuw Prinsenland heeft een aantal voordelen ten opzichte van andere terreinen. Productiebedrijven tot en met milieucategorie 5.2 kunnen zich er vestigen. “Een hoogbouw-magazijn met een maximale bouwhoogte van 40 meter is hier direct mogelijk, net als intensieve en grootschalige processingindustrie. Omdat dit in het bestemmingsplan is geregeld kan je ook snel aan de slag. Lastige wijzigingsprocedures hoeven niet gevoerd te worden.” Perfecte ligging Nieuw Prinsenland ligt aan de A4, halverwege de havens van Rotterdam en Antwerpen. Hagens: “Dit is een knooppunt voor agro- en food en de biobased economy, je kunt van hier overal naar toe. Wij zeggen dat we in het centrum van Noordwest-Europa liggen.” Het is ook een aantrekkelijke locatie voor Cosun zelf. “Cosun Beet Company is ontzettend bezig met het innoveren in bio-based-activiteiten, we voorzien hier ook nog productieactiviteiten en spin-offs van onszelf. Het bedrijventerrein is voor doeners: vooruitstrevend en modern, maar wel down-to-earth.” De infrastructuur van het terrein ligt er al. KPN heeft een glasvezelnet aangelegd voor razendsnel internet. “En er is een groot hoogspanningsstation voor de elektrificatie van de toekomst gerealiseerd, net als een gezamenlijk hogedruk-gasontvangststation.” Biomassa-vergisting Cosun Beet Company exploiteert een grote vergistings-installatie op haar eigen biomassa-resten. Een groot deel van het geproduceerde gas gaat naar het openbare net, maar ook naar het eigen productieproces. Bovendien is het brandstof voor, voorlopig alleen, de eigen vrachtwagens. “Biomassa De voordelen in één oogopslag: • Directe file-vrije toegang tot snelwegen A4 en A17 • Midden tussen de havens van Rotterdam en Antwerpen • Mogelijke kade-ontwikkeling voor containers en bulk • Cluster van agro & food en biobased bedrijven en aanverwant • Ruimte voor grootschalige procesindustrie (t/m milieucategorie 5) • Gebouwhoogte tot 40 meter • Kavels van 0,5 ha tot bijna 10 ha, (combineren mogelijk) • Koop of huur • Ruim gedimensioneerde nutsvoorzieningen • Veel kansen voor duurzame ontwikkeling door symbiose en samenwerking • Onderzoeks- en labservices van het Cosun Innovatiecentrum • Bedrijvenvereniging en burenraad van anderen verwerken is door de landelijke regelgeving helaas nog niet haalbaar.” AFC Nieuw Prinsenland is een aantrekkelijke locatie voor ondernemers in de agro- en levensmiddelen industrie en bio-based economy, die symbiose en samenwerking als belangrijke kansen zien in hun streven naar een duurzaam ondernemersplan. “Als je weet wat je wilt, heb je hier de ruimte om het te doen.” ¢ info@nieuwprinsenland.nl Zij zijn er al! • Van Oers United (verwerking en verpakking groente) • VDV-group (verpakking en opslag van voedselproducten) • Micheael Lewis Co (opslag en distributie van luchtvaart catering) • Martens Keramiek (productie van biobased bouwmaterialen) • Bedrijfsverzamelgebouw Inicio (start-ups en pilotfabrieken) • Cosun Innovatiecentrum • Cosun Beet Company (productie van suiker en andere producten uit de suikerbiet) • WoudaInvest (bouwt en verhuurt bedrijfsgebouwen op haar grootschalige perceel) FOOD Locaties 2020/2021 - 59
Luminaid: dé verlichtingsspecialist voor voedselverwerkende industrie Luminaid is een jong, snel groeiend bedrijf dat circulaire verlichtingssystemen ontwikkelt en produceert. Al vanaf de start in 2012 lag de focus op het ontwerpen van hoogwaardige industriële verlichting, met de voedselverwerkende industrie als een kernaandachtsgebied. Optimale belichting op de werkplekken, het welzijn van de medewerkers en de strikte veiligheidseisen in deze branche komen samen in de lijnverlichting van Luminaid. In relatief korte tijd verwierf het bedrijf een bijzondere positie in de voedselverwerkende industrie. En is met nieuwe technologieën hard op weg een van de marktleiders te worden in deze sector. L uminaid heeft inmiddels een indrukwekkende klantenkring opgebouwd binnen Europa. Steeds meer groente-, aardappel- en vleesverwerkingsbedrijven worden verlicht door Luminaid armaturen. Ook bij kaasproducenten, vleesvervangende productiebedrijven en in koelen vrieshuizen groeit de vraag naar Luminaid verlichting. Prettig licht, fitte medewerkers “Wij geloven erin dat je met het juiste licht de werk plek beter, veiliger en prettiger kunt maken”, vertelt directeur Dennis Gieselaar. “Onze lampen zijn 3 meter lang en kunnen aan elkaar 60 - FOOD Locaties 2020/2021 gekoppeld worden. Daardoor ontstaan lange, dunne lichtlijnen, die voor een heel gelijkmatige en prettige lichtverdeling zorgen. Te vergelijken met de koepel van hemellicht, zoals mensen dat buiten ervaren. Zo creëren wij in werkomgevingen een heel natuurlijk licht, waar medewerkers zich prettig en fit bij voelen.” Trots vertelt hij over een lopend project bij een productiebedrijf voor babypoedermelk verpakkingen. De bestaande verlichting wordt daar vervangen door Luminaid armaturen. “De medewerkers willen alleen nog maar werken op de plekken waar onze verlichting hangt. Nu komen ze er pas achter wat een goede belichting doet voor een productieproces, in vergelijking met die oude tl-buizen. Dit soort verhalen krijgen wij vaak terug van onze eindgebruikers. Prachtig toch?” Perfecte armaturen voor voedselindustrie De verlichtingsarmaturen van Luminaid dragen niet alleen bij aan het welzijn van de medewerkers, maar ze voldoen ook aan alle hoge eisen rondom voedselveiligheid. Uiteraard zijn de Luminaid armaturen waterdicht en slagvast. Ze bevatten geen gevaarlijke componenten zoals glas. Mocht er onverhoopt iets kapot gaan in de verlichting, dan is er geen risico dat onderdelen
in het voedselverwerkingsproces terecht komen. De armaturen zijn vervaardigd van polycarbonaat, een materiaal waar stof zich niet aan hecht. Door de ronde vormen zijn de armaturen eenvoudig te reinigen. Ook zijn ze bestand tegen zeer lage temperaturen voor de toepassing in koel- en vrieshuizen. Uit alles blijkt dat het Luminaid R&D team in haar ontwerpen tot in de kleinste details meedenkt met de voedselindustrie. Kleurherkenning is in deze branche vaak heel belangrijk. Gieselaar noemt het voorbeeld van een lopende band bij een aardappelverwerker, waar aardappels met een verkeerde kleur eruit gesorteerd worden. Bij zo’n proces is het juiste licht van essentieel belang. Focus en aandacht Tijd en aandacht is een ander belangrijk aspect in de aanpak van Luminaid. “Wij nemen echt de tijd om bij nieuwbouw of renovatie uitgebreid alle facetten van een lichtplan door te nemen met de opdrachtgever”, vertelt Dennis Gieselaar. “Wij snappen wat er bij onze eindgebruikers in de voedselverwerkende industrie gebeurt. We denken mee en adviseren over de best mogelijke oplossingen. Er komt zoveel meer bij kijken dan alleen het ophangen van een paar lampen. Wij werken samen met montagebedrijven die gewend zijn om in de voedselindustrie te werken. Zij kennen die voedselveilig ingerichte omgeving en de strenge veiligheidseisen waaraan moet worden voldaan. Het vervangen van bestaande, verouderde verlichting kan op zo’n wijze gebeuren dat het voedselverwerkingsproces er nagenoeg geen last van ondervindt.” Duurzaamheid als uitgangspunt De Luminaid verlichtingssystemen zijn niet alleen extreem energiezuinig, maar zijn ook volledig circulair. Als de led lichtbronnen in het armatuur na de eerste gebruiksfase verouderd zijn, gaan ze terug naar Luminaid. Daar worden de lampen opgewaardeerd met nieuwe technologie en kunnen opnieuw gebruikt worden. “Met deze werkwijze veroorzaken wij geen afvalstroom en gaan materialen heel lang mee. Dat is voor ons de kern van duurzaamheid” aldus een bevlogen directeur. Ook de pallets en verpakkingen die Luminaid gebruikt zijn van gerecycled materiaal en worden telkens hergebruikt. “In al onze processtappen is duurzaamheid het uitgangspunt. Binnen ons team leeft dat echt. Iedereen heeft diezelfde mindset en dat maakt ons werk nog leuker!” Groeiverlichting voor glastuinbouw Luminaid ontwerpt ook verlichting voor de glastuinbouw. Met een full spectrum groeiverlichtings-armatuur wordt zonlicht nagebootst. Telers kunnen hiermee hun productie opschroeven, omdat de teelt van groente en fruit ook in de FOOD Locaties 2020/2021 - 61 wintermaanden door kan gaan. In de toekomst zullen steeds meer kassen met deze witte full spectrum verlichting gaan werken. Met als bijkomend voordeel dat de kassen niet meer die indringende rode of oranje gloed uitstralen. Beter voor kasmedewerkers en omwonenden. Toekomst met gesloten teelten “De voedselindustrie maakt een grote transformatie door”, vertelt Gieselaar. “Om iedereen te kunnen blijven voeden is een bepaalde mate van industrialisatie onvermijdelijk. Eén van de duurzame manieren om dat in de toekomst te doen is met gesloten teelten. De invloed van buitenaf is dan nihil: geen zonlicht, geen buitenlucht, geen ziektes, geen bestrijdingsmiddelen. Wij werken momenteel aan een verlichtingstechnologie waarmee we deze gesloten teelt heel efficiënt kunnen belichten. Met een ongekende gelijkmatigheid van licht op het teeltoppervlak. We testen dat nu uit in een lab omgeving, in samenwerking met partijen uit de glastuinbouw. Medio 2021 Dennis Gieselaar gaan we onze bevindingen presenteren. Ik verwacht dat deze gesloten teelt een enorme vlucht gaat nemen. En dat Luminaid binnen vijf jaar één van de belangrijkste leveranciers is voor deze speciale verlichtingstechnologie.” ¢ www.luminaid.eu Het DATALUX systeem is standaard IP65 dus uitstekend geschikt in deze veeleisende omgeving. Door toepassing van de nieuwe Wide-Beam lens icm met een lumenpakket van 8000lm. Door de brede lichtuitstraling konden de lijnen relatief ver uit elkaar worden geplaatst. Bij spanningswegval schakelt de hele lijn over als noodverlichtingsarmatuur. De lijn wordt in noodsituatie gevoed vanuit een centraal (aan het begin van de lijn) geplaatst accu-pakket met een autonomie van 1 uur.
DC3 in Eindhoven BREEAM en WELL winnen aan belang ASK Romein Bouw heeft alles in eigen hand ASK Romein Bouw is een ‘totaalbouwer’ die haar opdrachtgevers van A tot Z ontzorgt. Dat begint al vroeg in de tenderfase met het engineeren en uitwerken van het BIM-model. Is het contract eenmaal getekend dan gaat de bouw efficiënt en snel, aangezien alle facetten in eigen huis worden uitgevoerd. A lgemeen Directeur Bouw Marcel Michielsen: “Wij zijn gespecialiseerd in turnkey realisaties van - vaak grootschalige - bedrijfspanden. We hebben een eigen staalproductie en bezitten een uitgebreide kennis van staal. We hebben dus een zekere voorliefde voor de toepassing van staal als hoofddraagconstructie, maar natuurlijk zijn voor ons de kosten per vierkante meter maatgevend voor de keuze tussen staal, beton of houtbouw, of een combinatie hiervan. De ingenieurscapaciteit voor staal en beton hebben we in eigen huis. Wij zijn hiervoor bij voorkeur al vroeg in het bouwproces betrokken, zodat wij onze kennis volop kunnen inzetten om tot het meest voordelige concept te komen.” Hoogvliet in Bleiswijk 62 - FOOD Locaties 2020/2021 Volledige verantwoordelijkheid Bij een turnkey project neemt ASK Romein Bouw, afhankelijk van de contractvorm, alle zorgen van de klant over en draagt de volledige verantwoordelijkheid voor het eindresultaat. “ASK Romein Bouw heeft alle knowhow in huis: van architecten, engineers en BIM-modelleurs tot en met de uitvoering onder leiding van ervaren projectmanagers met uitvoerend personeel. En natuurlijk is er een after-salesafdeling voor de nazorg.” Korte levertermijnen zijn steeds vaker cruciaal voor een klant, weet Michielsen. “Het feit dat we
ASK Romein in cijfers In 2019 realiseerde ASK Romein een omzet van 318 miljoen euro. Het bedrijf heeft zeshonderd medewerkers in dienst en heeft vier vestigingen in Nederland en één in België. ASK Romein is BREEAM- en WELL-gecertificeerd. over een eigen staalproductie beschikken, draagt bij aan een snelle en efficiënte planning en bouwtijd.” BREEAM en WELL Anno 2020 zijn duurzaamheid, welzijn van de mens en respect voor het milieu onlosmakelijk verbonden met het realiseren van bouwprojecten. ASK Romein Bouw heeft met deze aspecten een jarenlange ervaring en levert dan ook veel projecten op met een BREEAM-certificering of WELL-certificaat. Enkele recente projecten van ASK Romein Bouw: • Jocotrans Bodegraven: In opdracht van ontwikkelaar Dammes en Laban Van Uden OG CV bouwde ASK Romein Bouw een nieuwbouw van 7.000 m² met 600 m² kantoren en ruimte voor 7.000 palletplaatsen, 16 koel- en vriescellen en 11 loading docks op opblaasbare shelters en dockdeuren. In de supervlakke vloer werd de infrastructuur voor de mobiele racking geïntegreerd. • Katoen Natie: ASK Romein realiseerde al bijna 1,5 miljoen vierkante meter opslagloodsen voor de logistieke wereldspeler, in binnen- én buitenland. ASK Romein Bouw realiseerde negen opslagloodsen van 45.000 m² voor opslag van cacao in bulk in de Amsterdamse Hornhaven. Dit project is een combinatie van betonwanden en een stalen dakconstructie. • Prologis DC2 en DC3 in Eindhoven: Voor opdrachtgever Prologis Benelux en met architect Johan de Vries bouwde ASK Romein Bouw als turnkey aannemer een zeer geavanceerd logistieke centrum. Deze projecten zijn onder BREEAM- en een WELLcertificaat gebouwd. • Hoogvliet in Bleiswijk: Het hypermoderne distributiecentrum is gebouwd volgens de nieuwste technieken en heeft een totaaloppervlakte van 72.000 m². Bij de bouw is zo veel mogelijk gebruik gemaakt van milieubewuste en energiebesparende materialen en het pand voldoet aan het BREEAM-certificaat Oustanding*****. Het basisontwerp is van Arcadis en werd door ASK Romein Bouw geoptimaliseerd. ‘ASK Romein Bouw heeft alle knowhow in eigen huis’ Sugar Fields in Etten-leur “Het is een distributiecentrum dat echt alles in zich heeft: van vriesen koelhuizen tot slagerij, bakkerij en kantoren. Door verregaande mechanisatie en automatisering is het logistieke proces bovendien ongelooflijk efficiënt en hypermodern ingericht. Wat dit project zo bijzonder maakt, is het samenbrengen van al die faciliteiten onder één dak, inclusief de retouremballage. Dat is echt uniek in Nederland”, benadrukt Michielsen. • Sugar Fields Etten-leur: ASK Romein Bouw realiseerde op de voormalige site van de Suiker Unie in Etten-Leur het state of the art distributiecentrum Sugar Fields. Unit 1 tot en met 5 beslaan een oppervlakte van 65.000 m² voor trouwe opdrachtgever Heylen Warehouses. ¢ www.ask-romein.nl Jocotrans in Bodegraven FOOD Locaties 2020/2021 - 63
Greenport Noord-Holland Noord: we grow business Samen werken aan het versterken en toekomstbestendig maken van de agribusiness in Noord-Holland Noord De agribusiness is één van de kernsectoren in de regio Noord-Holland Noord. De agribusiness is een breed cluster en omvat alles wat te maken heeft met de veredeling, productie, verwerking tot aan de consumptie van agrarische producten. Daarbij horen ook opslag, transport, bewerking, techniek, verwerking, verkoop onderwijs en onderzoek evenals toeleveranciers van diensten en producten. Kenmerkend voor de regio is dat de agribusiness een grote diversiteit aan primaire sectoren kent: grootschalige glastuinbouw en akkerbouw, het grootste bollenareaal ter wereld, innovatieve zaadveredeling met Seed Valley, veehouderij en een groot vollegrondsgroente productiegebied.
Rien van Tilburg Jeroen Noot gestelde ambities en beleid optimaal bijdraagt aan de opgaven van de agribusiness. Thema 2: Innovatie in de praktijk brengen Noord-Holland Noord kent veel Greenport: de kracht zit in het samen optrekken ‘Misschien wel het belangrijkste kenmerk van elke greenport en dus ook van Greenport NoordHolland Noord is dat er écht intensief samengewerkt wordt over de breedte van de keten’, aldus Rien van Tilburg (Voorzitter college van bestuur Clusius College & voorzitter stichtingsbestuur Greenport NHN). ‘De samenstelling van de stuurgroep – met producenten, handel/toeleveranciers, logistiek, overheden, kennisinstellingen en onderwijs – geeft de breedte van de samenwerking goed weer. En dat leidt dus weer tussen samenwerking tussen sectoren, waarbij innovaties in de ene sector ook van waarde blijken te zijn voor de andere. Of denk aan samenwerking in de keten, bijvoorbeeld om ketenverkorting te bewerkstelligen en de logistiek te verbeteren. Maar ook samenwerking met overheden; denk hierbij aan vraagstukken met betrekking tot duurzaamheid, energie en ruimtelijke ordening. En natuurlijk samenwerking met kennisinstellingen en het onderwijs om innovaties te versnellen en om ook in de toekomst voldoende gekwalificeerde medewerkers te hebben. Met de strategische visie van Greenport NHN geven we richting aan de impact die we komende jaren met elkaar willen creëren.’ Strategische visie Greenport NoordHolland Noord Greenport NHN presenteert een nieuwe strategische visie als basis voor het verder versterken en toekomstbestendig maken van de agribusiness in Noord-Holland Noord. Binnen deze visie worden vier thema’s onderscheiden: 1) Versterken imago en positionering, 2) Innovatie in de praktijk brengen, 3) Toekomstbestendige arbeidsmarkt en 4) Economische en duurzame ruimtelijke ontwikkeling. Programmamanager Jeroen Noot licht toe hoe de Greenport de komende vijf jaar (“minstens”) tegemoet ziet. Jeroen: “Laat ik vooropstellen dat FOOD Locaties 2020/2021 - 65 we weliswaar een nieuwe strategische visie presenteren, maar dat we natuurlijk in de basis nog altijd dezelfde ambities hebben. In die zin gaat het meer om een herijking dan om een complete vernieuwing. Het voorgaande visiedocument stamde uit 2013: dan wordt het tijd om een en ander eens aan te pakken, ook doordat beleid, wetten, regelgeving veranderen. In de afgelopen jaren is veel veranderd en gelukkig maar - dat betekent dat er volop beweging is en dat zien we graag. Een voorbeeld daarvan is het Klimaatakkoord. We zijn als sector al langer bezig met verduurzaming, maar nu er een Klimaatakkoord ligt zijn daar van bovenaf cijfers en doelen aan gekoppeld. Daar haken we bij aan.” Zelf beweegt Greenport NHN de komende jaren binnen de volgende vier thema’s: Thema 1: Versterken imago en positionering Noord-Holland Noord heeft landelijk de status van Greenport en is een van de zeven Greenports in Nederland. De ambitie is: Imagoversterking en zichtbaarheid van de agribusiness vergroten, zodat mensen en middelen naar de regio komen en daar ook blijven, draagvlak ontstaat voor innovatieve ondernemers en daar is de regio trots op. De stap naar een toekomstbestendige agribusiness vraagt de toepassing van nieuwe technieken, middelen en werkwijzen bij alle ondernemers. Innovaties moeten in de praktijk gebracht worden. De ambitie is: Zorgen dat ondernemers toegang hebben tot kennis, middelen en netwerk, zodat zij hun bedrijven toekomstbestendig kunnen maken door toepassing van innovaties. Thema 3: Toekomstbestendige arbeidsmarkt Goed werkgeverschap is van toenemend belang om mensen te vinden en te binden. Specifieke uitdagingen zitten in het vinden van technisch personeel, met hart voor groen. De ambitie is: Zorgen voor voldoende arbeidskrachten met de juiste vaardigheden en kennis, zodat agribusiness ondernemers kunnen blijven ondernemen en innoveren. Thema 4: Economische en duurzame ruimtelijke ontwikkeling Noord-Holland Noord biedt uitstekende ruimte voor agrarische ondernemers. Wat de regio aantrekkelijk maakt, is de vruchtbare landbouwgrond, het gunstige klimaat en de toegang tot voldoende zoet water uit het IJsselmeer. NoordHolland Noord is daarbij relatief goed bereikbaar
door het netwerk van snelwegen en de gunstige ligging ten opzichte van mainport Amsterdam. De ambitie is: Zorgen voor ruimtelijke ontwikkeling van de agribusiness waarin opgaven voor economie, energie, klimaat, milieu en logistiek in samenhang worden aangepakt met oog voor de ruimtelijke kwaliteit. Projecten uitgelicht Jeroen: “Dat zijn de thema’s die we aan de strategische visie hebben verbonden. Projecten die al in uitvoering zijn hebben we binnen deze thema’s ondergebracht. En eventuele nieuwe projecten leggen we langs de meetlat om te bepalen of ze binnen een of meer van de vier thema’s passen.” Evergreen Door de toenemende mondiale behoefte aan voedsel is het noodzakelijk om steeds zorgvuldiger om te gaan met de beschikbare grondstoffen. In het project werken 26 agribedrijven en 6 kennisinstellingen intensief samen. Deze samenwerking wordt gebundeld in de onderstaande programmalijnen: Duurzaam Bodembeheer, Teelt op Water & Clusterversterking. NH Food Er zijn meer en breder opgeleide groen- en technische medewerkers nodig in de agrifood sector in Noord-Holland boven het Noordzeekanaal. In het project NH Food wordt invulling gegeven aan deze opgave. NH Food is een samenwerkingsverband tussen bedrijven en onderwijs in Noord-Holland gericht op kennisdeling en talentontwikkeling. Het biedt bedrijven een unieke mogelijkheid om samen met onderwijsinstellingen en kennisinstituten te werken aan agrifoodgerelateerde innovaties. Meer informatie op www.nhfood.nl Weersbestendige broccoli (POP 3) Broccolitelers investeren in het ontwikkelen van een innovatieve teeltwijze welke leidt tot verhoogde weersbestendigheid van de broccoli. Lees meer op www.greenportnhn.nl/projecten Blik vooruit Juist met deze verscherpte visie bieden we perspectief; een blik vooruit, aldus Jeroen Noot. De strategische visie is te vinden op www.greenportnhn.nl/strategie Foto’s: Greenport Noord-Holland Noord ¢ 66 - FOOD Locaties 2020/2021
Bright recipes for tomorrow’s food Brightlands Campus Greenport Venlo Samen werken we op de innovatiecampus aan jouw gezonde en veilige voeding. www.brightlands.com
Altijd de temperatuur onder controle met DIJKHAM bouw DIJKHAM bouw is dé specialist op het gebied van bedrijfshuisvesting Wij hebben meer dan 50 jaar ervaring in het realiseren van projecten in de productie, logistiek, food, koel/vries, automotive, kantoren en horeca. Nijkerk 033 - 245 4814 www.dijkhambouw.nl n DIJKHAM bouw maakt deel uit van de Trebbe Groep
1 Online Touch